Handleiding PNS Afbeeldingen Installatie De installatie van de PNS Afbeeldingen module geschiedt vrijwel geheel automatisch. Allereerst moet de server-installatie gebeuren.
Geef hierbij de juiste plaats aan waar MicroHIS geïnstalleerd is (bijv. f:\microhis\v8 of m:\microhis\v8). Na de server-installatie dient er op ieder werkstation waar het programma gebruikt wordt de werkstation-installatie te gebeuren. Ook hier moet u de juiste plaats van MicroHIS aangeven.
Handleiding PNS Afbeeldingen
1
Eerste maal opstarten Zorg dat MicroHIS niet opgestart is. U start het programma op met behulp van de snelkoppeling Start – Programma’s – PNS – PNS Afbeeldingen. Bij de eerste maal opstarten moeten er een aantal instellingen vastgelegd worden. Hiervan komt een melding en gaat u automatisch naar het Instellingenscherm.
Plaats foto’s patiënten wordt gevuld vanuit de Microhis.ini indien deze gegevens aldaar ge-
vonden worden. Het betreft hier de portretten die u van uw patiënten heeft (zichtbaar in MicroHIS-scherm PAT_S_01), dus niet de foto’s van de aandoeningen! Ook indien u hiervan nog geen gebruik maakt kunt u dit hier invullen. Zorg ervoor dat er een (gedeelde) map aangegeven wordt die voor alle gebruikers toegankelijk is. Met
kunt u de map opzoeken. Indien een nieuwe map wilt aanmaken kunt u dat doen met . De map wordt dan aangemaakt onder de map die aangegeven staat in het tekstveld ervóór. Plaats afbeeldingen betreft de map waaronder de afbeeldingen terecht komen in aparte pati-
entmappen. Het kan er dan als volgt uitzien: De map met afbeeldingen staat hier in de gedeelde Microhis-map: F:\MicroHis\V8\Shared\Pictures. Hieronder komen de patiëntmappen te staan met als map-naam het patiëntnummer aangevuld met voorloopnullen. U kunt de indeling kiezen zoals u wilt, echter de naamgeving van de patiëntmappen wordt door het programma gedaan, hieraan kunt u niets wijzigen!
Handleiding PNS Afbeeldingen
2
Plaats commentaar bevat de map waarin de tekstbestanden komen waarmee u aan een af-
beelding of aan een bestand commentaar kunt toevoegen als u dat zou willen. Afbeeldingen viewer. Indien u van een ander programma wilt gebruik maken om de afbeel-
dingen te bekijken dan de met Windows meegeleverde viewer of MS Paint dan kunt u dit hier aangeven. Soort afbeeldingsbestanden. Standaard wordt er gebruik gemaakt van *.JPG,*.BMP,*.GIF, of
*.WMF- bestanden. Indien u meerdere types wilt gebruiken kunt u dit hier aangeven. Houdt u er wel rekening mee dat de Windows viewer en zeker MS Paint niet ieder bestand kunnen weergeven. Zorg ervoor dat de regel niet met een “;” afgesloten wordt maar met een letter. Plaats in te lezen bestanden. Als u bestanden wilt importeren vanuit een vaste map, bijv. het
geheugen van de camera of afbeeldingen-map van een ander programma dan kunt u deze locatie hier aangeven. Als er niets aangegeven wordt dan wordt de verkenner geopend in het afbeeldingen-map. Herbenoemen van bestanden toestaan. Deze functie kunt u hier afschermen of toestaan (zie
later) Leg de instellingen vast met en verlaat het scherm met . Sluit nu het PNS programma af. Werking programma Start MicroHIS op, selecteer een (test-)patiënt. Start het PNS programma op. Er komt een melding indien er nog geen map van de in MicroHIS geselecteerde patiënt aanwezig is:
Kies voor <Ja >. U komt in het volgende scherm:
Handleiding PNS Afbeeldingen
3
Er is een map aangemaakt met de naam “018795”, het patiëntnummer van de in MicroHIS geselecteerde patiënt. Een groot deel van de knoppen zijn nog niet toegankelijk. Ze worden dit pas indien u afbeeldingen van de patiënt toevoegt aan de map. Dit gaat als volgt: Klik op of start de Windows Verkenner. Selecteer de afbeeldingen die bij de patiënt horen en versleep ze naar de lijst links op het scherm:
Er wordt gevraagd om een bevestiging en het resultaat is als volgt:
Handleiding PNS Afbeeldingen
4
De versleepte bestanden staan in de linker lijst. De bestandsnaam is als volgt samengesteld: 123456_789.jpg. o 123456 = patiëntnummer, 6 posities met voorloopnullen o _ = tussenvoegsel o 789 = volgnummer o .jpg = bestandtype De knoppen boven aan het scherm zijn beschikbaar gekomen. Behalve afbeeldingen kunt u ook andere soorten bestanden aan de patiënt koppelen, bijv. faxen, gescande documenten, Word-documenten, PDF-bestanden (ECG’s, etc). U koppelt deze op dezelfde manier aan de patiënt zoals u dit met afbeeldingen doet, dus door middel van slepen vanuit de Windows verkenner. Deze bestanden worden zichtbaar gemaakt indien u klikt op de drukknop met bestanden. Door te klikken op de daarnaast gelegen knop beeldingen getoond.
onder de lijst
worden alleen de bestanden met af-
Afhankelijk van de view-wijze één afbeelding of miniatuurweergaven (zie later) worden de afbeeldingen zichtbaar rechts op het scherm. Dit geldt alleen voor afbeeldingen, van andere bestandstypen wordt geen pre-view of afbeelding zichtbaar. Als miniatuurweergave wordt wel het type bestand getoond.
Miniatuurweergaven van alleen afbeeldingen
Miniatuurweergaven van diverse bestandstypen
Door dubbel te klikken op de afbeelding of bestandspictogram wordt het gekoppelde programma opgestart, bijv. Word, Excel, Acrobat Viewer, etc. Bij dubbelklikken op een afbeelding wordt de standaardviewer voor afbeeldingen opgestart (meestal de Windows Viewer voor afbeeldingen en faxen).
Handleiding PNS Afbeeldingen
5
Knoppenbalk.
Geselecteerde bestanden worden verwijderd Bestanden worden opnieuw genummerd
Programma wordt afgesloten
Commentaar toevoegen aan afbeelding
Gehele patiëntenmap mét afbeeldingen wordt verwijderd
Afbeelding bekijken met ingebouwde viewer
Technische gegevens van de af beelding bekijken
Afbeelding bekijken met MS Paint
Afbeelding bekijken met Windows viewer
Afbeelding/Bestand bekijken met Editor naar keuze; het ikoon is dat van deze editor
Bestandgegevens bekijken Naar instellingen scherm
Schermformaat naar oorspronkelijk formaat
Openen Windows Verkenner Zoeken in commentaarregels
Wisselen tussen één afbeelding of miniatuurweergaven
Reset van het scherm Naar afbeeldingenbronbestanden
Foto maken met webcam
Schuifje om de grootte van de miniatuurafbeeldingen te wijzigen
Specifieke uitleg over knoppen en functies Verwijderen afbeeldingen U kunt hiermee de geselecteerde afbeeldingen uit de lijst verwijderen. U wordt om een bevestiging gevraagd. Het is verstandig om nadien de nummering van de bestanden weer netjes oplopend te maken, maar noodzakelijk is dit niet. Verwijderen afbeeldingen én patiëntenmap U kunt hiermee de gehele patiëntenmap + de afbeeldingen die de map bevat verwijderen. Er wordt altijd om een bevestiging gevraagd. Bestandsnamen corrigeren Indien u afbeeldingen verwijderd heeft kan het zijn dat de bestandsnamen niet meer netjes op volgorde staan. Met deze knop kunt u dit corrigeren. De bijbehorende commentaarbestanden worden ook hernoemd. Afbeelding bekijken met ingebouwde viewer Het programma heeft twee ingebouwde viewers. Eén met uitgebreide mogelijkheden zoals in- en uitzoomen, afdrukken, etc. Deze bereikt u met deze drukknop. De andere viewer, die
Handleiding PNS Afbeeldingen
6
niet in de knoppenbalk aanwezig is, heeft als enige functie het tonen van de afbeelding op ware grootte en is te bereiken door op de miniatuurfoto te dubbelklikken. Afbeelding bekijken met Windows Viewer Als u in de Verkenner dubbelklikt op een afbeelding dan wordt meestal de Windows Viewer voor afbeeldingen en faxen opgestart. Deze functie is hier ook ingebouwd (maar geeft soms helaas een foutmelding). Vanuit deze viewer kunt u ook afdrukken, roteren, etc. Afbeelding bekijken met MS Paint Met dit bekende, met Windows meegeleverde tekenprogramma, kunt u ook afbeeldingen bekijken en bewerken. Afbeelding bekijken met Editor naar keuze Bij de instellingen heeft u kunnen aangeven of u een ander programma wilt gebruiken om afbeeldingen te bekijken. Het ikoon van dit programma verschijnt in de knoppenbalk (in het voorbeeld is dit Paint Shop Pro). Bij het selecteren van een bestand wat geen afbeelding is, dan wordt het pictogram van het gekoppelde programma getoond. Uiteraard kan dit wisselen afhankelijk van uw instellingen: Bijv.
= Powerpoint;
= Word;
= Acrobat Reader;
= Excel.
Commentaar toevoegen aan afbeelding Soms zult u de behoefte hebben om aan een afbeelding commentaar toe te voegen (een diagnose, een datum, etc.). Door op deze knop te klikken krijgt u een klein tekstschermpje waarin u de tekst kunt typen en de gegevens kunt opslaan. Deze tekst verschijnt ook in het kadertje naast de NAW -gegevens van de patiënt, maar in dit schermpje kunt u niet typen. Technische gegevens afbeelding Indien de afbeelding met een fototoestel door u zelf gemaakt is bevat het bestand technische gegevens (type toestel, sluitertijd, gebruik van flits, formaat, datum, etc.). Deze gegevens kunt u inzien (niet wijzigen).
De datum van de afbeelding (laatste bewerkingsdatum!) wordt tevens nog getoond rechtsonder in het kader waar de patiënt NAW -gegevens staan. Dit alles mits de gegevens in het bestand aanwezig zijn. Indien er een bestand geselecteerd is wat geen afbeelding (type JPEG) is dan is deze knop niet toegankelijk.
Handleiding PNS Afbeeldingen
7
Eigenschappen bestand Hiermee worden de bestandseigenschappen getoond zoals dit het geval is als u in de Windows Verkenner na rechtsklikken op een bestand kiest voor Eigenschappen. Reset scherm De scherminstellingen worden hersteld. Schermgrootte aanpassen Als u de schermgrootte wijzigt wordt deze instelling bij het afsluiten van het programma opgeslagen en de volgende maal weer ingesteld. Door wijzigingen in de schermresolutie kan het voorkomen dat de schermgrootte niet meer goed te hanteren is. Door op deze drukknop te klikken wordt de originele waarde weer gebruikt. Wijze van tonen afbeeldingen U kunt kiezen voor het tonen van de afbeeldingen in de vorm van miniatuurweergaven of door het tonen van één grote afbeelding. Met deze twee drukknoppen kunt u wisselen tussen deze beide weergaven. Als de miniatuurweergave gekozen wordt kunt u door dubbelklikken op de afbeelding de “kleine” viewer opstarten waarmee de afbeelding in de originele grootte getoond wordt. Bij grote bestanden kan dit dus een fors formaat zijn! Door met de rechter muisknop te klikken op een miniatuurweergave krijgt u een popupmenu:
Met keuze Openen met Windows viewer wordt de geselecteerde afbeelding geopend met de Windows Viewer voor afbeeldingen en faxen. Met keuze Openen in nieuw scherm wordt de “kleine” viewer opgestart. Instellingenscherm Hiermee gaat u naar het instellingenscherm. Verkenner openen Hiermee wordt de in het programma geselecteerde map met de Windows Verkenner geopend, meestal zal dit dus de map van de geselecteerde patiënt zijn. Map met bron-bestanden U kunt deze knop gebruiken om de Windows Verkenner te openen met de map waar uw bronbestanden in de regel staan, bijv. de geheugenchip van uw fotocamera of een USBgeheugenkaart. U kunt dan op eenvoudige wijze de afbeeldingen in de afbeeldingenmap van de patiënt importeren. Zoeken in commentaarregels Zoeken in commentaarregels van bestanden van deze patiënt. Zoeken in commentaarregels van alle patiënten Zoeken in commentaarregels van bestanden van alle patiënten. Foto maken
Handleiding PNS Afbeeldingen
8
Hiermee komt u in een nieuw scherm waarmee u een foto van de patiënt kunt maken (portret t.b.v. scherm PAT_S_01 van MicroHIS). Alleen beschikbaar als het PNS programma de huidige patiënt in MicroHIS ook geselecteerd heeft! Aanpassing grootte miniatuurweergaven Met deze schuifmaat kunt u de grootte van de miniatuurweergaven aanpassen naar uw wens. Deze instelling wordt bij afsluiten van het programma vastgelegd in de instellingen. Toevoegen portret van patiënt ten behoeve van MicroHIS-scherm PAT_S_01 MicroHIS-scherm PAT_S_01 kan een foto van de patiënt tonen. In uw instellingen geeft u aan waar deze afbeeldingen te vinden zijn (zie eerder). In dit PNS programma kunt u: 1. een op de harde schijf aanwezig afbeelding van de patiënt aan de geselecteerde patiënt koppelen. 2. een foto maken met een webcam die u aan de patiënt kunt koppelen Werkwijze 1). Zoek in de Windows Verkenner naar de afbeelding. Sleep dit naar het kader naast de NAW -gegevens van de patiënt: Als u de linker muisknop loslaat verschijnt de afbeelding in het kader: Werkwijze 2). Klik op in de knoppenbalk (alleen beschikbaar indien de in MicroHIS geselecteerde patiënt dezelfde is als degene die in het PNS programma geselecteerd is. U komt in een nieuw scherm:
Het scherm wordt afgesloten. De huidige afbeelding wordt gekoppeld aan de geselecteerde patiënt na een bevestiging. U komt in een nieuw scherm waar u het formaat van de afbeelding kunt vastleggen:
Handleiding PNS Afbeeldingen
9
Voor een “MicroHIS” portret van de patiënt is de getoonde instelling voldoende. Opmerkingen Aantal afbeeldingen Indien er van een patiënt veel afbeeldingen aanwezig zijn kan het enige tijd duren alvorens deze allemaal ingeladen zijn. Ik raad u aan ervoor te zorgen dat de resolutie van de afbeeldingen (dus de bestandsgrootte) niet al te groot is. Voor teledermatologie wordt minimaal een resolutie van 640x480 pixels geadviseerd, 1024x768 voldoet ook prima. Probeer de bestandsgrootte onder de 200Kb te houden. De performance van het PNS programma zal hiermee goed zijn. De grootte van de andere bestanden (= niet-afbeeldingen) is niet belangrijk voor het PNS programma, want deze worden immers niet in het geheugen van het programma geladen. Extra koppeling met MicroHIS Het programma wordt altijd geopend met de geselecteerde patiënt in MicroHIS. U kunt er ook voor zorgen dat het programma met een bepaald document of afbeelding opstart. U maakt hierbij gebruik van een van de MicroHIS functies, n.l. Helponderwerp “Inhoud van veld”, een mogelijk waar weinig mensen gebruik van maken. Dit werkt als volgt. Open het bestand microhis.ini via Start – Uitvoeren – “microhis.ini” - . Zoek de sectie [Help] op. Mogelijk is deze geheel leeg. Iedere regel in deze sectie begint met HelpXX= waarbij staat voor een volgnummer. Voeg een nieuw volgnummer toe of gebruik een niet gebruikte regel. Type hier in HelpXX=”aaa…”,”bbb…” Bij aaa… vult u de plaats van dit PNS programma in, meestal is dit f:\microhis\v8\pns\pnspbm.exe of m:\microhis\v8\pns\pnspbm.exe. Bij bbb… vult u in PNS Afbeeldingen. Sla op met menu Bestand-Opslaan. Als u vervolgens in MicroHIS kiest voor menu ?-Inhoud van veld of Control-F1 dan start het PNS programma direct op na eventueel een keuzelijstje indien er meerdere helpitems gedefinieerd zijn in de MicroHIS.ini. MicroHIS neemt de inhoud van het actieve veld mee naar het PNS programma. Als de inhoud van dit veld een bestandsnaam is dan wordt dit bestand direct geopend en wordt het PNS programma weer afgesloten, u bent direct waar u wezen moet.
Handleiding PNS Afbeeldingen
10
Voorbeeld 1 1) Leg in een risicoprofiel de uitslag van een ECG vast 2) Importeer het ECG (plaatje of PDF-bestand) in PNS Afbeeldingen. 3) Zorg dat het risicoprofiel een veld heeft waar u de bestandsnaam kunt vastleggen. 4) Zet de cursor in dit veld 5) Kies voor Control - F1 of menu ? - Inhoud van veld 6) U komt direct in het betreffende ECG. Voorbeeld 2 1) Maak een foto van een huidafwijking waarvoor u iemand verwijst 2) Importeer de afbeelding in PNS Afbeeldingen. 3) Maak de verwijsbrief of zoek de betreffende verwijsbrief op 4) Vul veld Ons kenmerk met de naam van het bestand en sla de brief op 5) Zet de cursor in veld Ons kenmerk 6) Kies voor Control - F1 of menu ? - Inhoud van veld 7) U komt direct in de betreffende afbeelding.
Om het toevoegen van de bestandsnaam aan een van de velden in MicroHIS te vergemakkelijken kunt u deze kopiëren in het veld onder de lijst (op de gebruikelijke wijze met rechts klikken en kiezen voor kopiëren) en vervolgens plakken in het MicroHIS-veld.
Handleiding PNS Afbeeldingen
11