Gynaecologie
Hysteroscopie
Wat is een hysteroscopie? Hysteroscopie betekent letterlijk: kijken in de baarmoeder. Dit gebeurt met behulp van een speciaal instrument, de hysteroscoop, die de gynaecoloog via de vagina en het baarmoederhalskanaal in de baarmoeder brengt. Door dit onderzoek kan de arts in de baarmoeder en het baarmoederhalskanaal afwijkingen opsporen en eventueel behandelen. Deze methode van onderzoek, die voor een belangrijk deel mede in Nederland werd ontwikkeld, wordt hier vooralsnog slechts in een beperkt aantal ziekenhuizen toegepast. In plaats van een hysteroscopie wordt nog dikwijls een curettage toegepast om informatie over de baarmoeder te verkrijgen. Momenteel neemt de toepassing van hysteroscopie echter sterk toe.
De hysteroscoop Het instrument bestaat uit verschillende onderdelen. Voor onderzoek wordt gebruik gemaakt van een hysteroscoop met een doorsnede van 5 mm. Deze bestaat uit een holle buis, de schacht, die in de baarmoeder wordt gebracht. Door deze schacht wordt een tweede buis ingebracht met een lichtkanaal en lenzen. Voor kleine operatieve ingrepen wordt een schacht met een diameter van 7 mm gebruikt, waardoorheen kleine hulpinstrumenten in de baarmoederholte kunnen worden gebracht. Voor meer uitgebreide hysteroscopische operaties wordt gebruik gemaakt van speciaal aangepaste instrumenten voor elektrochirurgie of laser. Ook kunnen door middel van hysteroscopie foto's en videoopnamen van het binnenste van de baarmoeder worden gemaakt.
1
Wanneer wordt een hysteroscopie gedaan? Een hysteroscopie wordt uitgevoerd om afwijkingen op te sporen of om die te behandelen. In de volgende gevallen kan een hysteroscopie wenselijk zijn: Abnormaal bloedverlies Een "kijkje" in de baarmoeder geeft de gynaecoloog de nodige informatie over de oorzaak hiervan en soms kan deze meteen worden weggenomen. Dit is het geval bij goedaardige gezwellen als poliepen en kleine vleesbomen. Grotere poliepen en vleesbomen moeten echter onder narcose worden verwijderd. Ziekenhuisopname is in dat geval noodzakelijk. Een groot voordeel van het verwijderen van afwijkingen in de baarmoeder via hysteroscopie is dat echt alleen het afwijkende weefsel wordt verwijderd, waardoor de kans op beschadiging van andere structuren, zoals de eileiders, zeer gering is. Dit is vooral belangrijk voor vrouwen die nog kinderwens hebben. Het opsporen en verwijderen van een spiraaltje Het komt wel voor dat bij het weghalen van een spiraaltje de draadjes afbreken of dat een stukje van het spiraal in de baarmoeder achterblijft. In die gevallen kan het restant tijdens een hysteroscopie worden verwijderd. Vruchtbaarheidsstoornissen Wanneer bij ongewenste kinderloosheid afwijkingen in de baarmoeder worden vermoed, kan nader onderzoek via een hysteroscopie uitsluitsel geven. Dikwijls kunnen eventuele afwijkingen dan ook met hysteroscopie worden behandeld. Verklevingen in de baarmoeder Hierbij zijn de voor- en achterwand van de baarmoeder aan elkaar verkleefd of vergroeid. Dit kan leiden tot onvruchtbaarheid of het regelmatig optreden van miskramen. Ook kan de menstruatie uitblijven. Een hysteroscopie kan het vermoeden van de vrouwenarts bevestigen. Kleine verklevingen kunnen eventueel direct worden behandeld. 2
Sterilisatie. Sinds 1989 kan een nieuwe sterilisatiemethode bij de vrouw worden toegepast, de zogenaamde Ovabloc. Hierbij wordt van binnenuit door een klein slangetje vloeibaar siliconenrubber in de eileiders gespoten. Dit is een vrij eenvoudige methode die onder lokale verdoving kan worden uitgevoerd.
Hoe wordt een hysteroscopie uitgevoerd? Via de vagina en het baarmoederhalskanaal wordt de schacht met de lichtbron in de baarmoeder ingebracht. De voor- en achterwand van de baarmoeder liggen altijd enigszins tegen elkaar aan. Om een goed zicht te krijgen wordt via het buisje wat koolzuurgas of vloeistof in de baarmoederholte gebracht. Soms ontstaan bij het gebruik van koolzuurgas slijm of bloedbellen in de baarmoederholte, waardoor het zicht kan worden belemmerd. Met vloeistof doet zich dit probleem minder voor. Soms wordt een stroperige suikeroplossing gebruikt en soms een meer waterige vloeistof.
Verdoving Wordt de hysteroscopie uitgevoerd om afwijkingen op te sporen, dan vindt de ingreep meestal onder plaatselijke verdoving plaats. Tijdens dit onderzoek kunnen ook kleine ingrepen worden gedaan zoals het weghalen van een stukje baarmoederslijmvlies voor nader onderzoek, het verwijderen van kleine poliepen, het wegnemen van vastzittende spiraaltjes of het steriliseren met de Ovablocmethode. Bij grotere ingrepen wordt gekozen voor algehele narcose. Hieronder vallen onder andere het wegnemen van grotere poliepen, vleesbomen, stugge verklevingen, vastgegroeide spiraaltjes en een baarmoedertussenschot. Ook kan het baarmoederslijmvlies geheel of gedeeltelijk worden 3
verwijderd, waardoor dikwijls een verwijdering van de gehele baarmoeder kan worden vermeden. Bij plaatselijke verdoving wordt de ingreep poliklinisch uitgevoerd. Voor het onderzoek krijgt u medicijnen toegediend die de baarmoeder en uzelf wat ontspannen. De baarmoeder wordt ongevoelig gemaakt door middel van injecties met een verdovingsvloeistof. De ingreep zelf duurt 10 à 20 minuten. Na afloop kunt u meestal direct weer naar huis. In verband met de medicijnen is het beter dan niet zelf aan het verkeer deel te nemen. Zorg daarom voor vervoer terug naar huis. Bij algehele narcose wordt u in slaap gebracht en voelt of merkt u niets van de ingreep. Wordt voor een hysteroscopisch onderzoek voor algehele narcose gekozen, dan kunt u meestal aan het einde van de dag al weer naar huis; daarentegen moet u bij hysteroscopische operaties onder algehele narcose meestal twee of drie dagen in het ziekenhuis worden opgenomen. Na afloop van de ingreep moet u namelijk nog een nacht in het ziekenhuis doorbrengen.
Welke klachten kunt u na een hysteroscopie hebben? Na het onderzoek kunt u nog enkele dagen wat bloedverlies hebben en na een behandeling een soms nog wat gevoelige onderbuik. Bij gebruik van koolzuurgas tijdens het onderzoek kan na de hysteroscopie een wat zwaar gevoel in de schouders optreden. Deze verschijnselen zijn normaal en gaan vanzelf binnen één à twee dagen over. Houden de klachten langer aan of nemen ze in hevigheid toe, dan moet u contact opnemen met de behandelend arts. Wanneer bij het onderzoek vloeistof in de baarmoederholte is gebracht, kunt u naderhand wat plakkerige afscheiding verwachten. De vloeistof maakt geen vlekken en is gemakkelijk uitwasbaar.
4
Suggesties en klachten De organisatie van het ziekenhuis kan altijd beter. Uw suggesties zijn dan ook van harte welkom op het patiëntenservicebureau. Ook kan het voorkomen dat u niet helemaal tevreden bent over de manier waarop u in ons ziekenhuis behandeld bent. Bespreek dit in de eerste plaats met degene die u daar verantwoordelijk voor acht, bijvoorbeeld de medisch specialist, het hoofd van de afdeling of een verpleegkundige. Lost dit gesprek uw probleem niet op, dan kunt u contact opnemen met het patiëntenservicebureau. Het ziekenhuis beschikt namelijk over meerdere procedures voor de correcte afhandeling van klachten. Het patiëntenservicebureau kan u daarbij helpen.
maart 2006
5