Groene energie? Vergroenen met GvO’s of Carbon Credits? Een organisatie die MVO hoog ik het vaandel heeft, people planet en profit dus, wil groene stroom. En het kan vaak al voor de prijs van grijze stroom, dus waarom zou je het niet doen. Maar hoe groen is nu eigenlijk die energie? Gelukkig zijn de kritische geluiden van diverse milieuorganisaties gehoord en hebben energiemaatschappijen ook toegegeven dat de communicatie over groene stroom niet altijd even duidelijk en transparant was. Groene energie of stroom komt helaas niet uit je stopcontact. Alle opgewekte stroom in Nederland wordt geleverd aan het elektriciteitsnet. Of het nu van een fossiele of hernieuwbare bron afkomstig is. Als je kiest voor groene stroom via je energieleverancier, moeten de meegeleverde certificaten, de herkomst en aard van je energie garanderen. Deze certificaten worden Garanties van Oorsprong (GvO) genoemd. Maar een organisatie kan ook haar CO2-voetafdruk, inclusief de CO2-uitstoot veroorzaakt door energie, vergroenen met carbon credits. Veel bedrijven doen dit al om klimaatneutraal te worden. Wat is nu het verschil? Is het één beter dan de andere? Carbon credits of GvO’s? Onderstaande matrix helpt met je keuze of te beoordelen of je huidige groene energie voldoet aan je wensen! Type Credits:
GvO’s
Criteria:
Carbon Credits
NL GvO’s
Buitenland GvO’s
Gold Standard
VCS
Effectief in het verminderen klimaatimpact
Draagt bij aan de energietransitie in Europa
Draagt bij aan de energietransitie in Nederland
;-/
Draagt bij aan de energietransitie in ontwikkelingslanden
Draagt bij aan duurzame ecologische, economische, en sociale ontwikkeling Geeft voordeel in de CO2-prestatieladder
:-/
Voldoet aan duurzame inkoopcriteria van overheden m.b.t. elektriciteit
Voldoet aan eisen m.b.t. klimaatneutraliteit, die bedrijven stellen aan leveranciers
Draagt bij in heldere en transparante communicatie over inspanningen
;-/
“wel” =
“soms” = :/
“niet” =
Toelichting Type credits GvO’s Het zogenaamde GvO systeem is opgezet om duurzame stroomproductie te certificeren en duurzame stroom te labelen. De afkorting GvO staat dan ook voor Garantie van Oorsprong. Aankoop van een GvO moet garanderen dat de stroom afkomstig is uit een duurzame bron. Het is niet opgezet als financiering van additionele projecten. Eén GvO wordt uitgegeven bij 1MWh opgewekte groene, hernieuwbare energie en wordt vernietigd bij levering aan de gebruiker. Certiq is het instituut dat in Nederland het GvO systeem beheert, GvO’s afkomstig uit Nederland Dit zijn GvO’s afkomstig van duurzame energie projecten in Nederland, meestal wind en biomassa. Er is maar 4,5% stroom in NL van hernieuwbare bronnen, dus ook maar heel weinig GvO’s. Bij het vergroenen van stroom met GvO’s moet al snel uitgeweken worden naar GvO’s van niet hernieuwbare bron (bijstook houtsnippers in kolencentrales) of naar GvO’s uit het buitenland GvO’s niet afkomstig uit Nederland Dit zijn GvO’s afkomstig van projecten buiten Nederland, meestal waterkracht uit Scandinavische landen. Dit zijn geïmporteerde GvO’s. Ruim 85% van de geïmporteerde GvO’s, is Noorse waterkracht. Carbon Credits Carbon credits, ook wel CO2 Credits genoemd, zijn credits die worden gegenereerd bij CO2 reductieprojecten, ook wel klimaatprojecten genoemd. Eén carbon credit staat voor één ton gereduceerde CO2. De projecten moeten, om carbon credits toegewezen te krijgen, aan voorwaarden voldoen. Deze zijn vastgelegd in standaarden en garanderen daarmee de kwaliteit van carbon credits als aan die standaard wordt voldaan. We beperken ons hier tot twee door de ICROA (International Carbon Reduction and Offset Alliance) goedgekeurde internationale standaarden, Gold Standard en VCS. Deze standaarden waarborgen dat de carbon credits of de CO2-reductie echt, meetbaar, permanent, additioneel, verifieerbaar en uniek zijn. Met de inkomsten die carbon credits genereren kan een project gefinancierd worden. Gold Standard Credits Carbon credits van projecten die voldoen aan de Gold Standard (GS). Dit is de hoogste, door het Wereld Natuur Fonds geïnitieerde, standaard die specifieke eisen stelt aan de gevolgen voor de lokale bevolking, economie en ecologie door de implementatie van het project. Er mag geen schade worden toegebracht aan mens en milieu; sterker nog het project moet naast CO2-reductie echte voordelen opleveren. Gold Standard controleert jaarlijks op ecologische, economische en sociale impact. In gewone woorden betekent dit dat Gold Standard projecten bijdragen aan bijvoorbeeld beter leefmilieu, betere gezondheid, voor werkgelegenheid zorgen en de kansen op ontwikkeling van de lokale bevolking toenemen.
VCS Credits Carbon credits van projecten die voldoen aan de Verified Carbon Standard. De Verified Carbon Standard is de meest gebruikte standaard op de vrijwillige markt voor klimaatcompensatie en is minder streng dan Gold Standard (GS) op de thema’s duurzame ecologische, economische, en sociale ontwikkeling.
Toelichting op criteria. Effectief in verminderen klimaatimpact Hier is de vraag: helpt mijn bijdrage aan een project echt om minder CO2 uit te stoten? We maken hier gebruik van de additionaliteitstoets. Ofwel had het project wel gerealiseerd kunnen worden zonder de opbrengsten van GvO’s of carbon credits. Het concept van additionaliteit vraagt of project doorgang zou kunnen vinden zonder carbon credit financiering. Een project dat additioneel is vermindert klimaatimpact en de aankoop van rechten van dit project resulteert in een netto klimaat- en milieuwinst. Voor GvO’s het antwoord “niet” betekent: de additionaliteitstoets is geen voorwaarde voor GvO toekenning. Dit betekent dat niet is gekeken of de geldstroom via GvO’s het project mogelijk heeft gemaakt. Voor Carbon Credits het antwoord “wel” betekent: de additionaliteitstoets is een belangrijke voorwaarde voor Carbon Credit toekenning. Een project krijgt alleen carbon credits als het zonder de financiering via carbon credits niet mogelijk was geweest. En daarmee dus echt een extra, additioneel project is, dat CO2 reduceert. Deze toets geldt zowel voor Gold Standard als VCS projecten. Draagt bij aan energietransitie in Europa Voor GvO’s het antwoord “niet” betekent: er is onvoldoende transparantie in de markt om te traceren of de opbrengsten door de uitgifte van GvO’s aan nieuwe duurzame energie en energie efficiënte capaciteit wordt besteed in Europa. In de huidige markt, met voldoende aanbod en lage GvO prijs gaat er geen stimulans van uit om projecten, die meer groene elektriciteit capaciteit genereren, op te zetten. Er zijn veel GvO’s op de markt van bestaande projecten, waterkracht Scandinavië, die de prijs drukken en helaas geen nieuwe projecten stimuleren. De GvO geldstroom is absoluut onvoldoende en biedt producenten van duurzame energie op langere termijn geen zekerheid. Daarom draagt een GvO niet bij aan energietransitie in Europa. Voor Carbon Credits het antwoord “niet” betekent: er zijn geen carbon credits beschikbaar van projecten in Europa. Dit heeft te maken met het ondertekenen van het Kyoto-protocol in Europa en feit dat duurzame energie projecten daarom meetellen om de Kyoto doelstellingen te halen.
Draagt bij aan energietransitie in Nederland Voor GvO’s het antwoord “soms” betekent: er is onvoldoende transparantie in de markt om te traceren of de GvO opbrengsten aan nieuwe duurzame energie en energie efficiënte capaciteit wordt besteed in Nederland. Tevens vindt er geen additionaliteitstoets plaats of het project ook zonder GvO’s mogelijk was geweest. In de huidige markt, met voldoende aanbod en de huidige lage marktprijs voor GvO’s in het algemeen, gaat er onvoldoende tot geen stimulans van uit om meer capaciteit te bouwen. Of een GvO van een Nederlands project bijdraagt aan de energietransitie in Nederland, is daarom niet met zekerheid te zeggen. En in welke mate, zal per project verschillen. Door de lage prijs van GvO’s uit het buitenland is het voor projecten van Nederlandse bodem vrijwel onmogelijk om daar de concurrentie mee aan te kunnen gaan. Aangezien GvO’s maar een jaar geldig zijn bestaat er tevens het risico dat de eigenaar van een project in NL, zijn toegekende GvO’s helemaal niet kwijtraakt als hij een hoge prijs vraagt. Veel initiatieven proberen de consument bewust te maken dat Nederlandse GvO’s de beste keuze zijn en een hogere prijs waard zijn. Dat Buitenland GvO’s niet bijdragen aan de energietransitie in Nederland is vanzelfsprekend. Voor Carbon Credits het antwoord “niet” betekend: Er zijn geen carbon credits beschikbaar van projecten in Nederland. Dit heeft te maken met het ondertekenen van het Kyoto-protocol door Nederland en feit dat duurzame energie projecten daarom meetellen in de ‘CO2-boekhouding’van Nederland om de Kyoto doelstellingen te halen. Daarnaast carbon credits op dat project in Nederland uitgeven zou een dubbeltelling van CO2-reductie tot gevolg hebben. Draagt bij aan energietransitie in ontwikkelingslanden Voor GvO’s het antwoord “niet” betekent: er zijn geen GvO's beschikbaar van projecten in ontwikkelingslanden. En als ze er wel waren, was het onzeker of ze bijdroegen aan de energietransitie door het ontbreken van de additionaliteitstoets. Voor Carbon Credits het antwoord “wel” betekent: de opbrengsten van de verkoop van carbon credits financiert en maakt het hernieuwbare energieproject of energiereductie- project rendabel. De additionaliteitstoets bewijst dit per project. Deze toets is voorwaarde voor registratie van projecten onder de internationale standaarden GS en VCS en draagt daarom bij aan de energietransitie in ontwikkelingslanden. Zonder carbon financiering zou het project niet mogelijk zijn. Draagt bij aan duurzame ecologisch, economisch, en sociale ontwikkeling Voor GvO’s het antwoord “niet” betekent: een GvO garandeert de herkomst van de elektriciteit en de technologie die gebruikt is voor de productie. Een verdere beoordeling van de lokale gevolgen wordt niet getoetst. Voor Carbon Credits Gold Standard het antwoord “wel” betekent: onder de GS wordt jaarlijks een 'do no harm assessment’ en een 'sustainable development matrix' gemaakt. Zo wordt gecontroleerd of er duurzame ecologisch, economisch, en sociale ontwikkeling plaatsvindt en voorwaarde voor het verkrijgen van het GS predicaat en is een verplicht onderdeel van de jaarlijkse projectrapportage, ‘monitoring reports’.
Voor Carbon Credits VCS het antwoord “soms” betekent: de VCS standaard controleert wel of er duurzame ecologische ontwikkeling plaatsvindt Ontwikkeling op sociaal of economisch gebied is kan er echter wel zijn en kan door de projectorganisatie wel, op vrijwillige basis, onderdeel zijn van de rapportage. Geeft voordeel in de CO2-prestatieladder Voor GvO’s NL het antwoord “wel” betekent: voor veel organisaties, in voornamelijk de bouw, is het beklimmen van de CO 2-prestatieladder van SKAO belangrijk om gunningsvoordeel te verkrijgen bij aanbestedingen. Het gebruiken van groene stroom levert in de voetafdrukberekeningen volgens SKAO een kleinere voetafdruk op. Dit geldt alleen voor Nederlandse GvO's. Voor GvO’s buiten NL het antwoord “niet” betekent: voor de verkleining van de CO2-voetafdruk worden aan de GvO's extra eisen gesteld: afkomstig uit Nederland of uit een land waarvoor kan worden aangetoond dat de export van GvO’s door het land van herkomst leidt tot import van CO2-uitstoot. Omdat de administratie rondom de export van CO2-uitstoot niet transparant is, beperkt deze SKAO voorwaarde feitelijk de vergroening tot Nederlandse GvO's. Dus GvO's uit het buitenland leveren geen groene stroom conform de eisen van SKAO. Voor Carbon Credits het antwoord “niet” betekent de volgende: klimaatcompensatie wordt (nog) niet meegerekend voor een lagere voetafdruk dus carbon credits/compensatie geven geen voordeel in de CO2-prestatieladder. Voldoet aan duurzame inkoopcriteria van overheden m.b.t. elektriciteit Voor GvO’s het antwoord “wel” betekent: volgens de criteria voor Duurzaam Inkopen van Elektriciteit versie 1.5 (datum publicatie: oktober 2011), die overheden hanteren, worden alle GvO’s geaccepteerd als een manier om duurzame elektriciteit in te kopen. Leveranciers aan overheden die hun stroom vergroenen met GvO’s voldoen aan gestelde criteria. Voor Carbon Credits het antwoord “niet” betekent: compensatie, vergroenen met carbon credits, wordt niet genoemd in Criteria voor Duurzaam Inkopen van Elektriciteit versie 1.5. Voldoet aan eisen m.b.t. klimaatneutraliteit, die bedrijven stellen aan leveranciers Voor GvO’s het antwoord “niet” betekent: klimaatneutraliteit kan niet worden behaald met de aankoop van GvO’s. GvO’s kunnen, afhankelijk van hun herkomst, wel de voetafdruk verlagen op de component ‘energie’. Resterende uitstoot op bijvoorbeeld ‘rijden’ en vliegen wordt er niet mee gecompenseerd. De status ‘klimaatneutraal’ wordt met GvO’s niet gehaald. Voor Carbon Credits het antwoord “wel” betekent: voor een organisatie, die de status ‘klimaatneutraal’ willen bereiken, is het noodzakelijk om alle uitstoot te compenseren door carbon credits in te kopen. Als een organisatie al de goede groene stroom inkoopt, volgens SKAO voorwaarden, moet de resterende CO2-uitstoot naast energie nog worden gecompenseerd om klimaatneutraliteit te bereiken.
Draagt bij in heldere en transparante communicatie over inspanningen Voor Nederland GvO’s het antwoord “soms” betekent: niet alle GvO’s van Nederlandse herkomst zijn even mooi. Biomassa bijvoorbeeld, als bijstook van houtsnippers in kolencentrales is, ook volgens SKAO en stroomsterren geen echte groene keuze. Voor Buitenland GvO’s het antwoord “niet” betekent: omdat de administratie rondom de export van CO2-uitstoot niet transparant is, is het niet juist om over deze stroom als zijnde groen te communiceren naar de buitenwereld. Dit ook in lijn met de eisen die SKAO stelt. Vaak bestaat een groene stroom product bij een energieleverancier uit een mix van Nederlandse en buitenlandse GvO’s waardoor de stroom nog minder makkelijk te benoemen als échte groene stroom en communicatie erover niet gemakkelijk en mooi is. Voor Carbon Credits het antwoord “wel” betekent: carbon credits die voldoen aan GC of VCS zijn staan altijd gegarandeerd voor additionele CO2-reductie elders op de wereld. GS biedt daarnaast extra voordelen op sociaal, economisch gebied. Ook verbetert vaak de gezondheid van mensen ter plaatse van het GS project. Als een organisatie kiest voor het vergroenen van stroom met carbon credits en daarnaast de resterende CO2-uitstoot van de organisatie ook compenseert met carbon credits is de organisatie 100% klimaatneutraal wat een heldere boodschap is om te communiceren. Van ieder GS of VCS is communicatiemateriaal aanwezig waarover beschikt kan worden t.b.v. communicatie. Heeft u vragen naar aanleiding van bovenstaande? Of aanvullend advies nodig? Neem dan contact op met Marieke Megens of bel 030 – 232 6 175. Sept.2014