Gevarenboek RID – 2013 Livret de dangers RID – 2013
Contactpunten Welzijn op het werk van Infrabel voor de spoorwegondernemingen. Points de contact Bien-être au travail d’Infrabel pour les entreprises ferroviaires.
SCHRIFTELIJKE RICHTLIJNEN VOLGENS HET RID Te nemen maatregelen bij een ongeval of een incident waarbij mogelijk gevaarlijke goederen betrokken zijn Bij een ongeval of een incident dat tijdens het vervoer kan optreden, moeten de treinbestuurders volgende maatregelen nemen, indien deze op een veilige en praktische wijze kunnen worden uitgevoerd*: • de trein of rangeerbeweging op een geschikte plaats stoppen, rekening houdend met het gevaarstype (bijvoorbeeld brand, verlies van lading), de plaats (bijvoorbeeld tunnel, woongebied), zo mogelijk in overleg met de spoorweginfrastructuurbeheerder; • het krachtvoertuig volgens de gebruiksrichtlijnen buiten werking stellen; • proberen van op een afstand de plaats van de betrokken wagon in de trein te bepalen; • alle activiteiten binnen de locatie laten stilleggen; • ontstekingsbronnen vermijden, in het bijzonder niet roken of om het even welk elektrisch toestel aanzetten; • de bijkomende gevaarsaanwijzigingen van de onderstaande tabel volgen naargelang van de betreffende goederen. De gevaren komen overeen met de nummers van de modellen van gevaaretiketten en met de merktekens - toegekend aan de goederen - tijdens het vervoer; • de spoorweginfrastructuurbeheerder of de interventiediensten waarschuwen via TRAFFIC CONTROL op het nummer 02 528 81 50 of de dienst 100 of 112 waarbij zoveel mogelijk informatie wordt gegeven over het ongeval of incident en over de betrokken gevaarlijke goederen, rekening houdend met de instructies van de vervoerder; • de informatie over de vervoerde gevaarlijke goederen (in dit geval de vervoersdocumenten) ter beschikking houden van de hulpdiensten bij hun aankomst of deze doen ter beschikking stellen via de elektronische gegevensuitwisseling (EDI); • bij het verlaten van het krachtvoertuig de voorgeschreven hogezichtbaarheidskleding aantrekken; • zo nodig de andere beschermingsmiddelen gebruiken; • zich verwijderen van de plaats van het ongeval of incident, de andere personen aansporen om zich te verwijderen en de instructies van de interventieverantwoordelijken te volgen (interne en externe); • niet in de gemorste stoffen lopen of ze aanraken en vermijden om de uitwasemingen, de rook, het stof en de damp in te ademen door boven de wind te blijven; • elk verontreinigd kledingstuk uittrekken en het ter opruiming op een geschikte plaats leggen. • neem zelf geen onnodige risico’s. * de voorschriften die voortvloeien uit de beschikkingen van het spoorwegrecht of exploitatierecht, moeten worden nageleefd.
CONSIGNES ÉCRITES SELON LE RID A prendre en cas d’accident ou incident impliquant ou risquant d’impliquer des marchandises dangereuses En cas d’accident ou incident pouvant survenir au cours du transport, les conducteurs de train doivent prendre les mesures suivantes si celles-ci peuvent être effectuées de manière sûre et pratique * : • arrêter le train/mouvement de manœuvre à un endroit approprié en tenant compte du type de danger (par ex. incendie, perte de la marchandise de chargement), des lieux (par ex. tunnel, zone d’habitation), et des mesures possibles des forces d’intervention (accessibilité, évacuation), le cas échéant, en concertation avec le gestionnaire de l’infrastructure ferroviaire; • mettre l’engin-moteur hors service selon les consignes d’utilisation; • essayer de déterminer à distance l’emplacement du wagon concerné dans le train; • arrêter toutes les activités à l’endroit du danger; • éviter les sources d’inflammation, en particulier ne pas fumer ni enclencher un quelconque équipement électrique; • suivre les indications supplémentaires sur les dangers, figurant dans le tableau ci-après, en fonction des marchandises concernées. Les dangers correspondent aux numéros des modèles d’étiquettes de dangers et aux marques attribués à la marchandise lors du transport; • avertir le gestionnaire de l’infrastructure ferroviaire ou les services d’intervention par le TRAFFIC CONTROL au numéro 02 528 81 50 ou au service 100 ou 112 et leur fournir autant de renseignements que possible sur l’accident ou incident et sur les marchandises dangereuses impliquées, en tenant compte des instructions du transporteur; • tenir les informations concernant les marchandises dangereuses transportées (le cas échéant, les documents de transport) à disposition pour l’arrivée des services d’intervention ou les faire mettre à disposition à travers l’échange de données informatisées (EDI); • revêtir les vêtements de signalisation prescrits en quittant l’engin-moteur; • utiliser, le cas échéant, les autres équipements de protection; • s’éloigner des environs immédiats de l’accident ou incident, inviter d’autres personnes à s’éloigner et suivre les consignes des responsables d’intervention (internes et externes); • ne pas marcher dans les substances répandues au sol ni les toucher et éviter d’inhaler les émanations, les fumées, les poussières et les vapeurs en restant au vent; • ôter tout vêtement contaminé et le mettre en un lieu approprié en vue de son élimination. • ne pas prendre sois-même des risques inutiles. * Les prescriptions issues des dispositions de droit ferroviaire ou d’exploitation doivent être respectées.
Wat te doen bij ongewone situaties betreffende: • • •
aanwezigheid van onbevoegde personen; vandalisme, diefstal; het in gevaar brengen van personen of goederen. Breng jezelf nooit in gevaar, kom nooit alleen tussen en meld bovengenoemde punten zo snel mogelijk aan het Security Operations Center 0800 30 230 (SOC)
Que faire en cas de situations inhabituelles: • • •
présence de personnes non autorisées; vandalisme, vol; mise en danger de personnes ou marchandises. Ne vous mettez pas en danger, n’intervenez jamais seul et communiquez les points précités au plus vite au Security Operations Center 0800 30 230 (SOC)
AANDUIDING ORANJE SCHILD EN ORANJE BAND INDICATION SIGNALISATION ORANGE ET BANDE ORANGE Oranje schild / Signalisation orange • •
van de tankwagens en de tankcontainers; van de wagens en containers voor vervoer in bulk.
• •
des wagons-citernes et conteneurs-citernes; des wagons et conteneurs pour vrac.
Oranje schild / Panneau orange Code de danger Numéro ONU de la matière
Gevaarcode UN-nummer van de stof
Bijkomende kenmerking voor de tankwagens bestemd voor het vervoer van vloeibaar gemaakt gas Signalisation supplémentaire des wagons-citernes destinés aux transports des gaz liquéfiés
Een oranje band op halve hoogte over de hele omtrek van het reservoir. Une bande orange entoure la citerne à mi-hauteur.
Waarschuwingssignaal voor wagens, containers of tanks onder gasbehandeling Signal de mise en garde pour les wagons, conteneurs ou citernes sous fumigation
Kenmerking van wagens en containers met gevaarlijke goederen voor koelings- of conditioneringsdoeleinden Marquage des wagons et conteneurs avec marchandises dangereuses pour la réfrigération ou le conditionnement
* * voorbeeld:KOOLSTOFDIOXIDE, VAST, ALS KOELMIDDEL * exemple: DIOXYDE DE CARBONE SOLIDE, AGENT DE RÉFRIGÉRATION
UN-nummer / Numéro ONU Betekenis UN-nummer van de stof Het UN-nummer is een identificatienummer van een stof of voorwerp bestaande uit vier cijfers in overeenstemming met de modelvoorschriften van de VN.
Signification du numéro ONU de la matière Le numéro ONU est le numéro d’identification à quatre chiffres des matières ou objets extraits du Règlement type de l’ONU
Bijkomende inlichtingen voor de treinbestuurder betreffende de gevaarseigenschappen van de gevaarlijke goederen per klasse en betreffende de te nemen maatregelen volgens de overheersende omstandigheden Indications supplémentaires à l’intention du conducteur de train sur les caractéristiques de danger des marchandises dangereuses par classe et sur les mesures à prendre en fonction des circonstances prédominantes Gevaarsetiketten en –borden, omschrijving van de gevaren Étiquettes et panneaux de danger, désignation des dangers (1) Ontplofbare stoffen en voorwerpen Matières et objets explosibles
1
1.5
1.6
Gevaarseigenschappen
Bijkomende inlichtingen
Caractéristiques de danger
Indications supplémentaires
(2)
(3)
Kunnen een brede waaier van eigenschappen en effecten vertonen, zoals massale detonatie, scherfwerking, brand/intense warmteflux, vorming Dekking zoeken en wegblijven van vensters. van verblindend licht, luid lawaai of rook. Gevoelig voor schokken en/of stoten en/of warmte. Présentent un large éventail de propriétés et d’effets tels que détonation en masse, projection de fragments, incendie/flux de chaleur intense, formation de lumière aveuglante, bruit fort ou Se mettre à l’abri en se tenant à l’écart des fenêtres. fumée. Sensible aux chocs et/ou aux impacts et/ou à la chaleur.
Ontplofbare stoffen en voorwerpen Matières et objets explosibles Licht risico op ontploffing en brand.
Dekking zoeken.
Léger risque d’explosion et d'incendie.
Se mettre à l’abri.
1.4
Brandbare gassen Gaz inflammables
2.1
Risico op brand. Risico op ontploffing. Kan onder druk staan. Dekking zoeken. Risico op verstikking. Wegblijven uit laaggelegen Kan brand– en/of vrieswonden veroorzaken. gebieden. De houders kunnen ontploffen onder invloed van de warmte. Risque d’incendie. Risque d’explosion. Peut être sous pression. Se mettre à l’abri. Risque d’asphyxie. Se tenir à l’écart des zones Peut causer des brûlures et/ou des engelures. basses. Les dispositifs de confinement peuvent exploser sous l’effet de la chaleur.
Niet brandbare, niet giftige gassen Gaz non inflammables, non toxiques
2.2
Risico op verstikking. Kan onder druk staan. Dekking zoeken. Kan vrieswonden veroorzaken. Wegblijven uit laaggelegen De houders kunnen ontploffen onder invloed van de gebieden. warmte. Risque d’asphyxie. Se mettre à l’abri. Peut être sous pression. Se tenir à l’écart des zones Peut causer des engelures. basses. Les dispositifs de confinement peuvent exploser sous l’effet de la chaleur.
Giftige gassen Gaz toxiques
2.3
Brandbare vloeistoffen Liquides inflammables
3
Brandbare vaste stoffen, zelfontledende stoffen en ontplofbare vaste stoffen in niet explosieve toestand Matières solides inflammables, matières autoréactives et matières solides explosibles désensibilisées
4.1
Voor zelfontbranding vatbare stoffen Matières sujettes à l’inflammation spontanée
4.2
Risico op vergiftiging. Kan onder druk staan. Dekking zoeken. Kan brand– en/of vrieswonden veroorzaken. Wegblijven uit laaggelegen De houders kunnen ontploffen onder invloed van de gebieden. warmte. Se mettre à l’abri. Risque d’intoxication. Peut être sous pression. Se tenir à l’écart des zones basses. Peut causer des brûlures et/ou des engelures. Les dispositifs de confinement peuvent exploser sous l’effet de la chaleur Risico op brand. Risico op ontploffing. De houders kunnen ontploffen onder invloed van de warmte. Risque d’incendie. Risque d’explosion. Les dispositifs de confinement peuvent exploser sous l’effet de la chaleur. Risico op brand. Brandbaar of ontvlambaar, kan ontstoken worden door warmte, vonken of vlammen. Kan zelfontledende stoffen bevatten die onderhevig kunnen zijn aan een exothermische ontbinding onder invloed van warmtetoevoer, contact met andere stoffen (zuren, verbindingen van zware metalen of aminen), wrijving of schokken. Dit kan resulteren in de ontwikkeling van schadelijke en brandbare gassen of dampen of in zelfontbranding. De houders kunnen ontploffen onder invloed van de warmte. Risico op ontploffing van de ontplofbare stoffen in niet explosieve toestand bij weglekken van het verdunningsmiddel. Risque d’incendie. Les matières inflammables ou combustibles peuvent prendre feu en cas de chaleur, d’étincelles ou de flammes. Peut contenir des matières autoréactives risquant une décomposition exothermique sous l’effet de la chaleur, lors de contact avec d’autres substances (acides, composés de métaux lourds ou amines), de frictions ou de chocs. Cela peut entraîner des émanations de gaz ou de vapeurs nocifs et inflammables ou l’autoinflammation. Les dispositifs de confinement peuvent exploser sous l’effet de la chaleur. Risque d’explosion des matières désensibilisées en cas de fuite de l’agent de désensibilisation. Risico op brand via spontane ontbranding indien de verpakkingen beschadigd worden of inhoud gemorst wordt. Kan hevig met water reageren. Risque d'incendie par inflammation spontanée si les emballages sont endommagés ou le contenu répandu. Peut présenter une forte réaction à l’eau.
Dekking zoeken. Wegblijven uit laaggelegen gebieden.
Se mettre à l’abri. Se tenir à l’écart des zones basses.
Stoffen die in contact met water brandbare gassen ontwikkelen Matières qui, au contact de l’eau, dégagent des gaz inflammables
Risico op brand en ontploffing in contact met water. Risque d’incendie et d’explosion en cas de contact avec l’eau.
4.3 Oxiderende stoffen Matières comburantes
Risico op hevige reactie, ontbranding en ontploffing bij contact met brandbare of ontvlambare stoffen. Risque de forte réaction, d’inflammation et d’explosion en cas de contact avec des matières combustibles ou inflammables.
5.1 Organische peroxides Peroxydes organiques
Risico op een exotermische ontbinding in geval van hoge temperaturen, contact met andere stoffen (zuren, verbindingen van zware metalen of aminen), wrijving of schokken. Dit kan resulteren in de ontwikkeling van schadelijke en brandbare gassen of dampen of in zelfontbranding. Risque de décomposition exothermique en cas de fortes températures, de contact avec d’autres matières (acides, composés de métaux lourds ou amines), de frictions ou de choc. Cela peut entraîner des émanations de gaz ou de vapeurs nocifs et inflammables ou l’auto-inflammation.
5.2
Giftige stoffen Matières toxiques
Risico op vergiftiging door inademen, contact met de huid of inslikken. Risico voor het aquatisch milieu of de afvoerstelsels voor afvalwater. Risque d’intoxication par inhalation, contact avec la peau ou ingestion. Risque pour l’environnement aquatique ou les systèmes d’évacuation des eaux usées.
6.1 Infectueuze stoffen (besmettelijke stoffen) Matières infectieuses
Risico op infectie. Kan ernstige ziekten bij de mens of dier veroorzaken. Risico voor het aquatisch milieu en de afvoerstelsels voor afvalwater. Risque d’infection. Peut provoquer des maladies graves chez l’être humain ou les animaux. Risque pour l’environnement aquatique ou les systèmes d’évacuation des eaux usées.
6.2
Radioactieve stoffen Matières radioactives De duur van de blootstelling Risico op opname en uitwendige bestraling. 7A
7B
Risque d’absorption et de radiation externe.
beperken
Limiter le temps d’exposition..
7C
7
7D
Splijtstoffen Matières fissiles
Risico op een nucleaire kettingreactie. Risque de réaction nucléaire en chaîne.
7E Risico op brandwonden door corrosie. Kunnen hevig reageren met elkaar, met water of met andere stoffen. Weggelekte stof kan bijtende dampen ontwikkelen. Risico voor het aquatisch milieu of de afvoerstelsels voor afvalwater.
Bijtende stoffen (corrosieve stoffen) Matières corrosives
Risque de brûlures par corrosion. Peuvent réagir fortement entre elles, avec de l’eau ou avec d’autres substances. La matière répandue peut dégager des vapeurs corrosives. Risque pour l’environnement aquatique ou les systèmes d’évacuation des eaux usées.
8
Diverse gevaarlijke stoffen en voorwerpen Matières et objets dangereux divers
9 Rangeeretiketten / Des étiquettes de manoeuvre
Risico op brand. Risico op ontploffing. Risico voor het aquatisch milieu of de afvoerstelsels voor afvalwater. Risque d’incendie. Risque d’explosion. Risque pour l’environnement aquatique ou les systèmes d’évacuation des eaux usées.
Voorzichtig rangeren A manœuvrer avec précaution
Nr.13
Nr.15
OPMERKINGEN :
REMARQUES :
Rangeren door afstoten of heuvelen verboden. Moet vergezeld zijn van een krachtvoertuig. Mag geen andere wagen aanrijden of niet door een andere wagen aangereden worden. Triage par lancement ou par gravité interdit. Doit être accompagné par un engin moteur. Ne doit pas tamponner, ni être tamponné.
1. Voor de gevaarlijke goederen met meerdere gevaren en voor de gezamenlijke ladingen dienen de voorschriften van elke pertinente rubriek nageleefd te worden. 2. De aanvullende aanwijzingen hierboven kunnen worden aangepast om rekening te houden met de klassen van de te vervoeren gevaarlijke goederen en hun vervoermiddelen, zonodig aangevuld overeenkomstig bestaande nationale specificaties. 1. Pour les marchandises dangereuses à risques multiples et pour les chargements en commun, on observera les prescriptions applicables à chaque rubrique. 2. Les indications supplémentaires données ci-dessus peuvent être adaptées pour y faire figurer les classes de marchandises dangereuses et les moyens utilisés pour les transporter et, le cas échéant, pour les compléter conformément aux exigences nationales existantes.
Bijkomende inlichtingen voor de treinbestuurder betreffende de door merktekens aangegeven gevaareigenschappen van de gevaarlijke goederen en betreffende de te nemen maatregelen in functie van de overheersende omstandigheden Indications supplémentaires à l’intention du conducteur de train sur les caractéristiques de danger des marchandises dangereuses, indiquées par des marques, et sur les mesures à prendre en fonction des circonstances prédominantes Merkteken Marque
Gevaarseigenschappen Caractéristiques de danger
Bijkomende inlichtingen Indications supplémentaires
(1)
(2)
(3)
Risico voor het aquatisch milieu of de afvoerstelsels voor afvalwater.
Milieugevaarlijke stoffen Matières dangereuses pour l’environnement
Risque pour l’environnement aquatique ou les systèmes d'évacuation des eaux usées.
Risico op brandwonden door de hitte. Verwarmde stoffen Matières transportées à chaud
Risque de brûlures par la chaleur.
Het aanraken van de warme gedeelten van de wagon of container en vrijgekomen stof vermijden. Éviter de toucher les parties chaudes du wagon ou conteneur et la matière répandue.
Persoonlijke beschermingsmiddelen (PBM’s) die zich in de cabine van de treinbestuurder moet bevinden De volgende uitrusting* moet zich in de cabine van de treinbestuurder bevinden : • een draagbaar verlichtingsapparaat ; voor de treinbestuurder : • hogezichtbaarheidskleding (bijvoorbeeld zoals beschreven in de norm EN 471) * eventueel moet deze uitrusting worden vervolledigd conform de nationale vereisten
Équipements de protection individuelle à détenir dans la cabine du conducteur Les équipements suivants* doivent se trouver dans la cabine du conducteur : • un appareil d’éclairage portable ; pour le conducteur de train : • des vêtements de signalisation (par ex. tels que décrits dans la norme EN 471). * Le cas échéant, ces équipements doivent être complétés conformément aux exigences nationales existantes.
Betekenis gevaarcode Waar is de gevaarcode te vinden? • • •
Op het oranje schild (bovenaan); Op de vervoerdocumenten van de zendingen los gestort vervoer of vervoer in tanks; Op het remmingsbulletin (of in de bijlage ervan).
Betekenis A
Springstoffen 1=
B
Het eerste cijfer is altijd een 1. Het wordt gevolgd door een ander cijfer en een letter waarvan de betekenis de hulpdiensten aangaat.
Andere stoffen 2= 3= 4= 5= 6= 7= 8= 9= 0= X=
Ontsnappen van gas ten gevolge van druk of van een chemische reactie Brandbare vloeistof (voor zelfopwarming vatbaar of niet) of gas Brandbare vaste stof (voor zelfopwarming vatbaar of niet) Verbranding bevorderend (oxiderend) Giftig of gevaar voor besmetting Radioactief Bijtend (Als laatste cijfer) gevaar voor hevige spontane reactie Vervolledigt de gevaarcode als de aanduiding van het gevaar door één enkel cijfer voldoende is Stof die op een gevaarlijke wijze met water reageert
Twee dezelfde opeenvolgende cijfers duiden op een toename van het overeenstemmend gevaar (b.v. code 33: zeer brandbare vloeistof) Samenstelling • •
Behalve voor springstoffen, wordt de gevaarcode gevormd door 2 of 3 cijfers die kunnen voorafgegaan worden door de letter X. Voor de springstoffen wordt de gevaarcode altijd gevormd door 2 cijfers, gevolgd door een letter.
Signification du code de danger Où trouve-t-on le code de danger? • • •
Sur le panneau orange de la citerne (au-dessus); Sur les documents de transport des envois en vrac ou en citernes; Sur le bulletin de freinage (ou en annexe de celui-ci).
Signification A
Explosifs 1=
B
Le premier chiffre est toujours 1. Il est suivi d’un autre chiffre et d’une lettre dont la signification concerne les services de secours.
Les autres matières 2= 3= 4= 5= 6= 7= 8= 9= 0= X=
Émanation de gaz Liquide (auto-échauffant ou non) ou gaz inflammable Solide (auto-échauffant ou non) inflammable Favorise l’incendie (comburant) Toxique ou danger d’infection Radioactif Corrosif (Comme dernier chiffre) danger de réaction violente spontanée Complète le code de danger quand le danger est suffisamment indiqué par un seul chiffre Matière qui réagit dangereusement avec l’eau
Deux chiffres successifs identiques = intensification du danger (par exemple code 33: matière liquide très inflammable) Composition • •
Sauf pour les explosifs, le code de danger est formé de 2 ou 3 chiffres pouvant être précédés de la lettre X. Pour les explosifs, il se compose toujours de 2 chiffres suivis d’une lettre.
Bijzonderheden en voorbeelden Particularites et exemples Code 23 268
33
X333
43
Betekenis Signification
Voorbeeld Exemple
brandbaar gas gaz inflammable giftig bijtend gas gaz toxique et corrosif zeer brandbare vloeistof (vlampunt lager dan 23°C)
Butaan Butane Ammoniak, watervrij Ammoniac anhydre Benzine
matière liquide très inflammable (point d'éclair inférieur à 23 °C)
Essence
pyrofore vloeistof, die op een gevaarlijke wijze met water reageert
Aluminiumboorhydride
matière liquide pyrophorique réagissant dangereusement avec l'eau
Borohydrure d’aluminium
voor zelfontbranding vatbare (pyrofore) vaste stof
Zirkoniumpoeder, droog
matière solide spontanément inflammable (pyrophorique)
Zirconium en poudre, sec
oxiderende giftige stof (verbranding bevorderend)
Loodnitraat
matière comburante (favorise l'incendie), toxique
Nitrate de plomb
zeer giftige brandbare stof (vlampunt niet hoger dan 60°C)
Acroleine, gestabiliseerd
matière très toxique et inflammable (point d'éclair égal ou inférieur à 60°C)
Acroléine stabilisée
56
663
radioactieve bijtende stof 78 matière radioactive, corrosive
99
Radioactieve stoffen, uraniumhexafluoride, splijtbaar Matières radioactives, hexafluorure d’uranium, fissiles
diverse gevaarlijke stoffen op hoge temperatuur
Vloeibaar gietijzer
matières dangereuses diverses transportées à chaud
Fonte en fusion
Contactpunten Welzijn op het werk van Infrabel voor de spoorwegondernemingen Points de contact Bien-être au travail d’Infrabel pour les entreprises ferroviaires Adres Welzijn op het werk Infrabel Adresse Bien-être au travail Infrabel I-TN 2, sectie 41/2 Fosnylaan 13 1060 Brussel Tel: 02/432 28 95
I-AR 2, section 41/2 Avenue Fonsny 13 1060 Bruxelles Tel: 02/432 28 95
E-mail Welzijn op het werk Infrabel E-mail Bien-être au travail Infrabel
[email protected] [email protected]
Preventieadviseur Infrabel Conseiller en prévention Infrabel Tel: 02 432 29 39 of/ou 02 432 28 95
Melding risico’s Welzijn op het werk op de infrastructuur van Infrabel Signaler des risques Bien-être au travail sur l’infrastructure d’Infrabel Dringende risico’s / Des risques urgents: Traffic Control 02/525 91 40 Ernstig arbeidsongeval / Un accident grave Traffic control 02/525 91 40 Andere risico’s / Autres risques: “Safe in” via www.railaccess.be
Ongeval en incident op het spoor Accident et incident sur le réseau ferroviaire Traffic Control (TC): Le Traffic Control (TC): 02 525 91 40 (911 59 140)
Ongeval met gevaarlijke goederen Accident avec des marchandises dangereuses Traffic Control (TC): Le Traffic Control (TC): 02 528 81 50 (911 88 150)
Algemeen noodnummer Numéro d’urgence général De hulpdiensten: 112 Les services de secours: 112
Agressie, overval, diefstal Agression, intrusion, vol Het Security Operations Center (SOC) Le Security Operations Center (SOC) 02 525 25 25 (911 525 25) 0800 30 230 (gratis nummer/numéro gratuit)
Verantwoordelijke uitgever: I-TN.2 Veiligheid en reglementering exploitatie Editeur responsable: I-AR.2 Sécurité et réglementation d’exploitation