Geologische Informatiebrochure: Bierbeek
Simon Depoorter 2e Bachelor Geologie
Voorwoord Dit is geen “gewone” informatiebrochure over Bierbeek waarin er wordt uitgelegd wat de culturele trekpleisters zijn. Deze informatiebrochure gaat over de geologie van Bierbeek, een onderwerp dat niet vaak op de voorgrond komt. Desondanks omvat dit de krachten die het landschap van Bierbeek – en heel de wereld eigenlijk – opbouwt, vervormt en uiteindelijk afbreekt. Deze brochure zal in een aantal delen uitleggen hoe deze krachten in Bierbeek te werk zijn gegaan. In het eerste deel wordt de gemeente gesitueerd in Belgi¨e, wat de belangrijkste geografische kenmerken zijn en waarvoor het landschap voornamelijk wordt gebruikt. Deel twee gaat over de geologie van de gemeente. Dit hoofdstuk is in twee gedeeld. Het eerste stuk gaat over de Quartaire afzettingen, de meest recente, en het tweede stuk gaat over oudere afzettingen. Dit is om de volgende reden gedaan: het is namelijk zo dat de recentste afzettingen “discordant” op de onderliggende lagen liggen en ze volgens een compleet ander mechanisme zijn afgezet. Discordant wil zeggen dat het raakvlak tussen twee lagen niet vlak, maar onregelmatig is. Vervolgens wordt in het derde deel de invloed van de geologie op de industrie van Bierbeek uitgelegd, zo worden de groeves en waterwinningen in de gemeente besproken. Tot slot is er een geologische tocht met interessante stops doorheen de gemeente beschreven.
1
Geografische situering Ligging
Figuur 1: Bierbeek(rood), Leuven(groen) en Brussel(blauw) aangeduid op een kaart van Vlaams-Brabant. De gemeente Bierbeek ligt in de provincie Vlaams-Brabant en behoort tot het arrondissement Leuven. Het is een fusiegemeente bestaande uit de deelgemeenten Bierbeek, Korbeek-Lo, Lovenjoel en Opvelp. In het noord-westen grenst de gemeente aan Leuven. De belangrijkste wegen in Bierbeek zijn de E40 en de Tiensesteenweg (N3) die parallel lopen aan elkaar. Deze verbinden de gemeente respectievelijk met Brussel en Luik, en Leuven en Tienen. Een derde belangrijke baan is de Naamsesteenweg (N25), deze ligt net aan de zuid-oostelijke gemeentegrens en scheidt het Mollendaalbos van het Meerdaalwoud. Het Mollendaalbos is tevens een belangrijk natuurgebied in Bierbeek. De rivieren in Bierbeek staan onder de invloed van 2 verschillende bekkens. De westelijke kant van Bierbeek, voornamelijk de Molenbeek, hoort bij het Dijlebekken. De zuid-oostelijke kant, met de Velpe, ligt in het bekken van de Demer. De invloed van de rivieren is duidelijk te merken in het landschap, er zijn vele heuvels en, rond de rivieren, lager gelegen gebieden.
2
Figuur 2: Reli¨efbeeld van Bierbeek
Figuur 3: Kaart van Bierbeek met bodemgebruik. Het wit, geel en oranje wijzen op een zekere vorm van landbouw.
3
Streek
Figuur 4: Het Hageland met Bierbeek in het groen. Bierbeek ligt in het Hageland, een streek in het oosten van Vlaams-Brabant tussen Aarschot, Diest, Leuven en Tienen. Het Hageland wordt in het zuiden begrensd door de heuvels van Pellenberg en in het zuid-oosten door de loop van de Velpe. Ondanks het feit dat het gebied ten zuiden van deze lijn geografisch gezien eerder bij Droog en VochtigHaspengouw hoort, wordt dit gedeelte vaak bij het Hageland gerekend. Het landschap van het Hageland wordt gekenmerkt door de talrijke zuidwest-noordoost gerichte heuvelruggen, welke ook prominent aanwezig zijn in Bierbeek. Deze heuvels noemt men “getuigenheuvels”. De term kan op twee manieren gebruikt worden. Enerzijds voor een heuvel die ontstaat na het terugschrijden van een structureel plateau (een plateau waarvan de top bestaat uit een harde geologische laag) en waarbij er nog een gedeelte van het structureel plateau overblijft op de heuvel. Anderzijds kan de term heel algemeen gebruikt worden voor een heuvel waarvan de structuur de geologische oorsprong en evolutie reflecteert. De laatste betekenis is hier van toepassing. Bierbeek ligt eveneens op de grens van 3 grote landbouwstreken: de Vlaamse Zandstreek, de Zandleemstreek en de Leemstreek dewelke het grootste deel van Bierbeek bestrijkt. Typisch voor de Leemstreek is dat ze overwegend uit vruchtbare landbouwgrond bestaat, dit wordt verklaard door de specifieke eigenschappen van leemgrond. Door de prominente aanwezigheid van deze landbouwstreek is Bierbeek een typische landbouwgemeente, meer dan de helft van de totale oppervlakte (25km2 van de 40km2 , fig.3) wordt gebruikt voor landbouw. Er is zowel fruit- als veeteelt (koeien, varkens, kippen, etc.) maar er worden ook gewassen verbouwd zoals tarwe, gerst, ma¨ıs, suikerbieten, etc.
4
Figuur 5: Topografische kaart van Bierbeek (Schaal: 1 : 50000).
5
Geologie in de buurt Quartair
Figuur 6: Kaart van Bierbeek met de Quartairgeologie Het Quartair is de recentste periode in de geologische geschiedenis. Ze begon tussen 1.6 `a 1.8 miljoen jaar (M y) geleden tot op heden. Het belangrijkste kenmerk van deze periode is dat er afwisselend glacialen, of ijstijden, en interglacialen, de relatief warmere perioden tussen 2 ijstijden, optreden. Zulke veranderingen in temperatuur zullen ongetwijfeld voordien ook zijn opgetreden maar omdat de Quartaire afzettingen zo recent zijn, worden er meer bewijzen van teruggevonden. Het Quartair wordt algemeen opgedeeld in 2 epochen: het Holoceen (nu - 0.01M y geleden), een relatief warmere tijd, en het Pleistoceen (0.01M y - 1.8M y), een algemeen koudere tijd. Dit vormt een opdeling in de Quartaire afzettingen op basis van de ouderdom. In het Holoceen en het Pleistoceen zijn er ook nog fluctuaties in temperatuur. Op basis hiervan worden deze epochen nog verder opgedeeld. Er heerst nog veel discussie over de naamgeving in het Quartair. Dit komt omdat het een periode van de aardgeschiedenis is die door veel en ver uiteenlopende takken van de wetenschap wordt bestudeerd, dus niet enkel door geologen. Een tweede reden hiervoor is dat de naamgeving, meer nog dan voor de oudere perioden, sterk streek gebonden is. Zo heet bijvoorbeeld wat het Weichseliaan is voor Noord-West Europa, in Scandinavi¨e het W¨ urm. Desondanks wijzen ze allebei op de laatste ijstijd van het Pleistoceen.
6
Aan het begin van het Quartair werd de toenmalige kustvlakte, Midden-Belgi¨e en dus ook Bierbeek, langzaam opgeheven. Samen met een veranderende zeespiegel zal deze opheffing een verandering veroorzaken in de sterkte waarmee rivieren het landschap eroderen. Deze riviererosie en de opheffing van het land zijn de 2 krachten die het landschap in de buurt van Bierbeek bewerken. Door de aanwezigheid van een heel hard pakket ijzerzandsteenbanken, die we later bespreken, konden vele heuvels weerstand bieden aan de intense erosie door de rivieren. Op plaatsen waar het Quartair pakket niet zo dik is, vindt men een grintlaag wat wijst op het verweren van oudere formaties. De ijskappen hebben in de buurt van Bierbeek een tweedelige rol gespeeld in de Quartaire afzettingen. IJskappen en gletsjers hebben de kracht om kwartskorrels en kwartsgesteenten te splijten en te vermalen tot heel fijnkorrelig materiaal (tussen zand en klei). Er zijn maar enkele processen die dit kunnen. Het gevormde materiaal wordt l¨oss, silt of leem genoemd. Omdat het zo fijnkorrelig is, kan het op veel manieren worden vervoerd. Een tweede functie van de ijskappen is dat de luchtstromen die ermee gepaard gaan sneeuw, l¨oss en zand vervoeren. Omdat de ijskappen zich veel zuidelijker uitstrekten dan nu, was de invloed van de luchtstromen voelbaar tot in Midden-Belgi¨e. Bijgevolg werd het meegevoerde materiaal ook in onze streek afgezet. Dit vormde de basis voor de Belgische leemstreek. Zoals we hebben gezien, hebben de Quartaire afzettingen in Vlaanderen een continentale oorsprong. Zo komt het afgezette materiaal niet van de zee maar van puin afgebroken door gletsjers. Daarnaast varie¨eren de afzettingen sterk in dikte: van minder dan 1 meter tot maximum 30 meter. Naast wind- (eolisch) transport, kan het puin ook door rivieren vervoerd en afgezet worden op het land. Uit deze 2 transportmechanismen kan je de Quartaire geologie in Vlaanderen opnieuw opdelen in 2 grote groepen. Je hebt eolische (wind) en fluviatiele (rivier) afzettingen. Naast deze types heb je nog getijden- en hellingsafzettingen. In Bierbeek komen vooral eolische afzettingen van het Weichseliaan en hellingsafzettingen van het Quartair voor. Dit zijn de niet-gearceerde gebieden in fig.6. In de rivierbeddingen, de gearceerde gebieden in fig.6, komen fluviatiele afzettingen voor. Deze zijn van Holoceen of van Weichseliaan ouderdom.
Dieper ondergronds De diepere ondergrond leert ons meer over de ontstaansgeschiedenis van ons gebied dan de Quartaire lagen. Deze diepere lagen bestaan uit gesteenten afgezet in het Tertiair (1.8M y tot 65M y geleden), dit vormt samen met het Quartair het Cenozo¨ıcum. Vervolgens is er het Mesozo¨ıcum (65M y tot 250M y geleden) en tot slot het Paleozo¨ıcum (250M y tot 540M y geleden). Deze laatste en nog oudere gesteenten worden in het algemeen aangeduid met de term “Sokkel”. We zullen deze diepere ondergrond bestuderen aan de hand van een subcrop kaart van het Tertiair. Dit is een type kaart waarbij de overliggende lagen worden weggedacht, hierdoor wordt de interpretatie van de ondergrond een stuk gemakkelijker. Voor we de Tertiair kaart bespreken van Bierbeek, bekijken we een overzicht van de geologie van Belgi¨e en Vlaanderen. Omdat het niet de bedoeling is een t´e uitgebreid overzicht te geven van de geologische geschiedenis, beperken we ons tot hetgeen van belang is voor Bierbeek.
7
Paleozo¨ıcum Willen we de oudste geschiedenis van ons klein landje kennen, moeten we even de hele wereld in beschouwing nemen. De continenten in het verre verleden van onze Aarde lijken helemaal niet op deze van nu. Zo hebben we Laurentia, nu het oosten van Canada, Baltica, nu Noord-Europa en Gondwana, dat onder andere Zuid-Amerika, Afrika en Zuid-Europa omvat. In het Ordovicium (500M y tot 450M y) drijven Laurentia (in het westen) en Baltica (in het oosten) naar elkaar. Ondertussen was er van Gondwana (in het zuiden) een stuk afgebroken en dat in ijl tempo naar het noorden bewoog, Avalonia. Dit bestaat ruwweg uit Zuid-Engeland, Zuid-Ierland en de Benelux. Tijdens het Siluur (450M y tot 400M y) botsen Avalonia, Baltica en Laurentia uiteindelijk op elkaar. Ondertussen schuift ook Gondwana meer noordwaarts. Hierdoor vervormd de zuidkant van Avalonia sterk waardoor een heel belangrijk gebergte ontstond met daarrond bekkens, het Massief van Brabant. Gedurende het Devoon (400M y tot 350M y) en in het begin van het Carboon (350M y tot 300M y) ondergaat het Brabant Massief geen grote structurele veranderingen. Het zal afwisselend wel en niet onder water liggen waardoor een cyclus van afzetten van sediment en erosie van gesteenten optreedt. In het Laat-Carboon echter zal Gondwana tegen Avalonia aanbotsen. Dit leidt tot een sterke vervorming van de Ardennen en andere gebieden in het zuiden van Belgi¨e. Deze gebergten leveren dan nieuw puin dat rondom het Brabant Massief wordt afgezet. Het is in deze periode dat het afsterven van de tropische plantengroei in onze streken de basis legt voor de steenkoollagen. In het begin van het Perm (300M y tot 250M y) zijn alle grote continentblokken tegen elkaar aangebotst en vormen zo een zogenaamd “supercontinent”, Pangea. Door de voorgaande botsingen, die steeds een gebergtevorming veroorzaakten, staan grote delen van West-Europa, waaronder Belgi¨e, boven de zeespiegel. Hierdoor vindt men opnieuw weinig gesteenten uit deze periode.
Mesozo¨ıcum De voorgaande toestand duurt verder tijdens het Trias (250M y tot 200M y) tot aan het Jura (200M y tot 150M y). Omdat er zo lang erosie heeft opgetreden, is het continent sterk afgevlakt en is de zee opgevuld met het puin. Op het einde van het Krijt (150M y tot 65M y) is de vorige situatie volledig omgekeerd, Pangea is uiteengevallen, de zeespiegel stijgt en het land wordt weer overspoeld (100 tot 300m hoger dan nu). Omdat het land nu weer onder water ligt, kan er weinig worden ge¨erodeerd en wordt er ook weinig erosiemateriaal in zee afgezet. Zo blijft het water helder en kunnen microscopische organismen welig tieren. Vele van deze hebben een kalkskelet dat na het sterven van het organisme zal zinken waardoor er toch sediment wordt afgezet. Het is trouwens door dit proces dat de befaamde krijtrotsen van Dover en Calais zijn ontstaan.
8
Cenozo¨ıcum Het Cenozo¨ıcum is als het ware de overgangstijd tussen de situatie op het einde van het Krijt en het Europa van vandaag. Deze overgang verloopt over een groot aantal schommelingen. De zee strekt zich herhaaldelijk uit over het land om nadien weer terug te trekken. Tegelijkertijd stijgt en daalt de aardkorst plaatselijk, dit is het gevolg van Afrika dat zich tegen Europa aanduwt, waardoor de Alpen en de Pyrenee¨en zich vormen. In het Eoceen (55M y tot 34M y) gebeurt er veel afzetting en erosie van gesteenten die aanleiding geven tot de belangrijkste lagen in de ondergrond van Vlaanderen en ook van Bierbeek. Zo komt Vlaanderen in het Vroeg-Eoceen onder water te liggen. Omdat in het Trias en Jura de belangrijkste landmassa’s erodeerden, zal enkel klei bezinken op de bodem van de zee. Dit wordt later Ieper Groep waarvan enkel de Formatie van Kortrijk aanwezig is in Bierbeek. Tijdens het Midden-Eoceen ontstaat er vanuit de Ardennen een landrug naar Engeland. Dit is een zeer belangrijk gebeuren waarbij veel van de Krijtlagen boven water komen te liggen. De getuigen hiervan zijn de krijtrotsen van Dover en Calais. Langsheen de toenmalige Vlaamse kust werden grote massa’s zand aangevoerd wat erop wijst dat de Noordzee een open zee moet geweest zijn. Nabij Waals-Brabant was er waarschijnlijk een inham waarin meerdere rivieren uitmondden. De getijdestromingen schuurden er enorme zuidzuidwest-noordnoordoost geulen uit die later werden opgevuld met grove zanden. Lokaal is dit zand rijk aan kalk afkomstig van oppervlakkige Krijtlagen die werden ge¨erodeerd. Door deze kalk werd het zand soms aaneengekit tot zandsteen. Deze zanden zijn de befaamde Zanden van Brussel. Na het Midden-Eoceen trok de zee weer landinwaarts. Dit is te merken aan het soort sedimenten, er wordt geen grof zand meer afgezet maar wel heel fijnkorrelig zand en soms wat klei. Tijdens het Oligoceen (34M y tot 24M y) lag heel Belgi¨e onder water waardoor nog enkel klei word afgezet. Dit is een enorm dik pakket (tot 40m) en wordt nu de Boomse Klei genoemd. Na deze afzetting, brak er een periode aan waar Vlaanderen weer boven water kwam. Hierdoor trad erosie op in plaats van afzetting. Pas tijdens het begin van het Neogeen, het Mioceen (24M y tot 5M y), kwam er een einde aan deze erosie en raakt Vlaanderen voor de laatste maal overspoeld. Het materiaal dat dan word afgezet is een grof zand, de Zanden van Diest. De meest opvallende eigenschap van dit zand is dat het heel rijk is aan ijzer. Later werd dit zand blootgesteld aan verwering waardoor het begon te oxideren. De roest die zich vormde, liet het zand aaneenkitten tot een ijzerzandsteen. Dit zand is erg bestand tegen erosie wat nog steeds in het landschap te zien is. Ze vormt namelijk de langwerpige heuvels kenmerkend voor het Hageland. Uit hun structuur en spreiding merk je dat het om zandbanken gaat.
9
Geologische Tertiairkaart en profiel Als we de Tertiaire subcrop kaart en het profiel (zie bijlagen, fig.8-9-10) bestuderen, valt het meteen op dat de geologie van Bierbeek wordt gedomineerd door 2 formaties, de formatie van Brussel en de formatie van St. Huibrechts Hern. In het noorden van Bierbeek dagzoomt (dit is wanneer bepaalde lagen aan de oppervlakte komen) de formatie van Diest. Je kan op de kaart zien dat de rivieren invloed hebben op welke lagen er dagzomen: daar waar de rivieren zich dieper insnijden, door een groter hoogteverschil bijvoorbeeld, zullen diepere lagen dagzomen. De lagen die we in de diepe ondergrond tegen komen, hebben, zoals hierboven besproken, geen grote morfologische veranderingen ondergaan. Hierdoor is de helling en plooiing van de lagen niet zo spectaculair als bijvoorbeeld in de Ardennen. Bij het maken een het profiel moet er rekening worden gehouden met een aantal zaken. Zo moet de as van het profiel zodanig gekozen zijn dat je een duidelijk beeld krijgt dat representatief is voor heel Bierbeek. Anderzijds moeten er ook voldoende boringen op, of langs, de profiellijn liggen. De boringen moeten op hun beurt ook diep genoeg zijn. Van deze diepteboringen wordt de belangrijkste hieronder verder besproken samen met een uitleg over de algemene opeenvolging van de lagen in de ondergrond.
Diepteboring In Bierbeek zijn er een aantal diepe boringen waarvan de meeste tot in het Krijt gaan. Het meest algemene verloop van formaties is als volgt: Quartair, St. Huibrechts Hern, Brussel, Kortrijk, Hannut, Krijt, Sokkel. Deze laatste twee zijn respectievelijk in het wit-grijs en bordeaux aangeduid op het profiel. Als je dit verloop vergelijkt met de volledige lithostratigrafische tabel (zie bijlagen, fig.8), merk je dat een aantal lagen ontbreken, dit zijn zogenaamde hiaten. Deze ontstaan als in een gebied erosie van lagen optreedt eerder dan de afzetting ervan. Bijvoorbeeld een gebied dat boven het water uitsteekt en de gebieden er rond ondergedompeld zijn. Dan zal in de omliggende gebieden materiaal worden afgezet, maar op het gebied boven water niet. Een andere mogelijkheid is dat een gebied een tijd lang onder water ligt waardoor er lagen worden afgezet. Als dit gebied dan boven water komt te liggen en de gebieden er rondom niet, zal de pas afgezette laag worden ge¨erodeerd waardoor je ze niet meer terugvindt in de ondergrond. Er zijn twee diepteboringen opgenomen in het profiel. Degene die het meest bruikbaar is, is opmerkelijk genoeg de minst diepe. De reden waarom enkel de minst diepe is gebruikt, is de volgende: bij het maken van een boorverslag is het voor de uitvoerder niet steeds mogelijk of nodig om een heel gedetailleerd verslag te maken. Vaak hangen de gebruikte termen sterk af van wanneer de boring wordt uitgevoerd. De geologische nomenclatuur heeft namelijk in het recente verleden heel wat wijzigingen ondergaan. In dit geval komt het echter doordat in de boring BGD90w1203 enkel de eerste 24m uitvoerig wordt beschreven. Daarna worden verschillende formaties gegroepeerd waardoor nauwkeurig interpreteren heel moeilijk wordt. In de bijlagen is een bewerkte versie van het boorverslag van boring B/2-0438a opgenomen (tabel 1).
10
Grondstoffen in Bierbeek Winningen aan de oppervlakte
Figuur 7: De groeven van Zandgroeven-Bouillon te Bierbeek De belangrijkste winning van delfstoffen is de groeve van Zandgroeven-Bouillon. Het hoofdkantoor is gelegen in Bierbeek, Herpendalstraat 14. De groeves van ZandgroevenBouillon behoren geografisch tot de zanden van de Formatie van Brussel. Deze zanden bestaan grosso modo uit 3 groepen: het onderste Krakenberg Zand, hierboven op het Neerijse Zand en de bovenste Diegem en Lede Zanden. Het is de eerste waaruit ZandgroevenBouillon ontgint. De firma is al actief van 1947, toen werd nog zand ontgonnen in de Hertogstraat te Heverlee. In 1961 kwam Zandgroeven-Bouillon in het bezit van een groeve in Haasrode en ´e´en jaar later van de groeve langs de Merenstraat in Bierbeek. In 1979 verkrijgt het bedrijf in nog een groeve in Bierbeek, dit maal aan de Builoogstraat.
11
De ontgonnen zanden worden al van oudsher gebruikt als algemeen bouwzand nadat de zandsteenconcreties zijn verwijderd. Afhankelijk van de hoeveelheid klei in het zand, kan het ook gebruikt worden voor beton. De belangrijkste ontginningen zijn gelegen daar waar de lagen het dikst zijn boven de grondwatertafel. De watervoerende lagen worden zelf ook nog intensief ontgonnen.
Grondwater Hydrogeologische opbouw De hydrogeologische opbouw in Bierbeek wordt bepaald door het al dan niet watervoerend zijn van de geologische lagen. De lagen die water doorlaten worden aquifers genoemd, de lagen die dit niet doen zijn aquicludes of aquitards. Verder wordt nog een onderscheid gemaakt of het water onder druk staat van bovenliggende afsluitende lagen, een afgesloten aquifer, of het zich onder het landoppervlak bevindt zonder afsluitende laag erboven, een freatische aquifer. Er zijn 15 peilputten in Bierbeek waarvan er 10 of volledig of deels in het LedoPaniseliaan-Brusseliaan-Aquifersysteem zitten. Dit aquifersysteem bestaat uit de volledige Zenne-groep. Dit zijn de Formaties van Lede, Brussel en Aalter, en nog de Formatie van Gent-Brugge. Een verder overzicht van de watervoerende lagen en hun voornaamste eigenschappen vind je in tabel 1 bij de bijlagen.
Winningen Zoals vroeger werd vermeld, worden de watervoerende lagen in Bierbeek intensief ontgonnen. Zo zijn er 22 grondwaterwinningen. Van deze winningen zijn er 16 die hun water halen uit het Ledo-Paniseliaan-Brusseliaan-Aquifersysteem, het meeste water komt specifiek uit de Zanden van Brussel (15 van deze 16). De Vlaamse Maatschappij voor Watervoorziening (VMW) heeft een drinkwaterwinning in Korbeek-Lo (de meest noordelijke deelgemeente van Bierbeek). Zoals de meeste winningen haalt ook deze haar water uit de Zanden van Brussel. Het heeft ook het hoogst toegestane debiet van alle winningen (1314000m3 /yr). Rond de winning ligt beschermingsgebied “Huiskens”. Dit beschermingsgebied ligt voor een groot deel in Leuven waar het rond nog andere winningen van het VMW ligt. De overige grondwaterwinningen worden in het algemeen gebruikt voor de landbouw. In tabel 2 bij de bijlagen staat een overzicht van de eigenschappen van de grondwaterwinningen in Bierbeek.
12
Kwetsbaarheid Grondwater is een van de meest kostbare grondstoffen maar ook de gevoeligste. Zo kan verontreiniging ervan v´erstrekkende gevolgen hebben. De kwetsbaarheid van het grondwater is een samenspel van 3 factoren. Deze factoren worden verder opgedeeld in een aantal klassen. Uit de mogelijke combinaties van deze klassen wordt uiteindelijk de kwetsbaarheidsschaal van het grondwater gehaald. Een eerste bepalende factor is natuurlijk de laag waarin het grondwater stroomt. De aquifers worden verder ingedeeld op basis van de aard van het gesteente, de doorlaatbaarheid en het gedrag van een verontreiniging in de laag. Zo zijn er uiteindelijk 4 klassen: - krijt, kalksteen, mergel en zandsteen, - grind, - zand, - leemhoudend zand, kleihoudend zand. De tweede bepalende factor is de deklaag, dit is de laag die boven de watervoerende laag ligt. Men neemt 5m als minimale dikte wil de deklaag de aquifer beschermen. Een tweede aspect van de deklaag is het materiaal waaruit ze bestaat. Zo wordt een zandige formatie als deklaag beschouwd als niet-beschermend. Een laatste aspect van de deklaag is de mate waarin het water erdoor kan lopen. Men onderscheidt 3 klassen: - geen deklaag (< 5m of zandig), - een lemige deklaag, - een kleiige deklaag. Als de deklaag ontbreekt, wil dit niet zeggen dat het grondwater helemaal niet beschermd is. Er wordt dan rekening gehouden met de onverzadigde zone. Dit is de zone in de ondergrond waar al water voorkomt tussen de korrels, maar waar er ook nog veel lucht tussen de korrels zit. Het belangrijkste aspect hiervan is de dikte van de onverzadigde zone en zo zijn er 2 klassen: - 10 meter dik of minder, - dikker dan 10 meter.
13
Een combinatie van al deze factoren geeft de kwetsbaarheidsschaal van het grondwater aan: • Uiterst kwetsbaar: – A.a.1. Krijt, kalksteen, zandsteen, mergel zonder deklaag, met een onverzadigde zone van 10 m of minder dan 10 m. – B.a.1. Grind, zonder deklaag, met een onverzadigde zone van 10 m of minder dan 10 m. • Zeer kwetsbaar: – A.a.2. Krijt, kalksteen, zandsteen, mergel, zonder deklaag, met een onverzadigde zone van meer dan 10 m. – B.a.2. Grind, zonder deklaag, met een onverzadigde zone van meer dan 10 m. – C.a.1. Zand, zonder deklaag, met een onverzadigde zone van 10 m of minder dan 10 m. • Kwetsbaar: – A.b. Krijt, kalksteen, zandsteen, mergel, met een lemige deklaag. – B.b. Grind, met een lemige deklaag. – C.a.2. Zand, zonder deklaag, met een onverzadigde zone van meer dan 10 m. • Matig kwetsbaar: – A.c. Krijt, kalksteen, zandsteen, mergel, met een kleiige deklaag. – B.c. Grind met een kleiige deklaag. – C.b. Zand met een lemige deklaag. – D.a.1. Leemhoudend of kleihoudend zand zonder deklaag met een onverzadigde zone van 10 m of minder dan 10 m. – D.a.2. Leemhoudend of kleihoudend zand zonder deklaag met een onverzadigde zone van meer dan 10 m. • Weinig kwetsbaar: – C.c. Zand met een kleiige deklaag. – D.b. Leemhoudend of kleihoudend zand met een lemige deklaag. – D.c. Leemhoudend of kleihoudend zand met een kleiige deklaag. Zoals we eerder hebben gezien bestaan de voornaamste watervoerende lagen in Bierbeek uit zand en zijn er veel rivier afzettingen, dit wil zeggen dat er grover materiaal wordt afgezet. Het grondwater in Bierbeek behoort bijgevolg tot de categorie “C.a.2”, een zandpakket zonder noemenswaardige deklaag en met een onverzadigde zone die dikker is dan 10 meter.
14
Geologische route doorheen Bierbeek Afstand: ±25km, u kunt een stratenplan van Bierbeek verkijgen in het gemeentehuis, open maandag tot vrijdag van 9u tot 12u. Dit is het gebouw dat uitkijkt op de Speelpleinstraat. Mountainbikes zijn niet verplicht maar wel aan te raden. Een vereenvoudigde kaart met de route is te vinden in de bijlagen (fig.12).
Route 1. Vertrekpunt: Parking CC de Borre, Speelpleinstraat 23, Bierbeek. 2. Vanaf de parking begeeft u zich naar de Hoogstraat, hier slaat u rechtsaf, de Bevekomsestraat in. 3. U blijft de Bevekomsestraat volgen tot aan het kruispunt met de Zwartehoekstraat. Hier slaat u links de Zwartehoekstraat in. 4. U volgt de Zwartehoekstraat langs het Zwartebos tot aan de Waversesteenweg. U steekt de Waversesteenweg over naar de Perrestraat. 5. Op het kruispunt van de Perrestraat met de Culostraat, slaat u links de Culostraat in. 6. U volgt de Culostraat, nu Velpestraat, tot aan de Hoegaardsesteenweg. U kunt, voor de liefhebbers, even de Hoegaardsesteenweg oversteken om de historische hoeve Verbranden Toren te bezichtigen. 7. U slaat links, voor de voorgaande liefhebbers nu rechts, de Hoegaardsesteenweg in. Deze volgt u 600m tot u de Vinaafstraat aan uw rechterhand tegenkomt. Sla hier af richting Blauwschuurbroek. 8. U volgt de Vinaafstraat tot aan een kruising. Hier slaat u rechtsaf om dan de eerste links te nemen. 9. U volgt de Aarschotstestraat tot aan de Neervelpsestraat. Sla hier links af tot aan de Watertoren. 10. Sla hier rechts de Lovenjoelsestraat in. Volg deze tot aan het rondpunt waar u de 3de rechts neemt. U bevindt zich nog steeds op de Lovenjoelsestraat. 11. Op het eerstvolgende kruispunt slaat u rechts de Weterbeekstraat in. U volgt deze tot u aan een T-sectie komt. Hier slaat u links af. 15
12. U gaat rechtdoor tot u aan het kruispunt komt met de Bruulstraat en de Brugstraat. U neemt de Brugstraat. Aan het einde van de Brugstraat, slaat u rechts af, de Sint Ermelindisstraat in. 13. U neemt het eerste weggetje links door het Bruulbos. Dit pad volgt u tot u aan het kruispunt komt met de Kerselaarlaan, hier gaat u links. 14. Op het kruispunt van de Kerselaarlaan en de Stationstraat, neemt u de Stationsstraat naar rechts. U volgt de Stationsstraat tot u aan de linkerkant de Keizerstraat tegenkomt, waar u inslaat. 15. U volgt deze straat, die een scherpe bocht naar rechts maakt, tot aan de Tiensesteenweg. Deze steekt u over naar de Bieststraat. 16. U volgt deze tot aan een kruispunt, hier laat u de Kasteelstraat links liggen en volgt u de Bieststraat verder. U slaat dan de Holleweg links in, deze volgt u tot aan de Koning Albertlaan. 17. U slaat de Koning Albertlaan links in en u volgt deze tot aan de lichten. Hier steekt u opnieuw de Tiensesteenweg over, de Bierbeekstraat in. 18. U volgt deze langsheen kasteel Vijverhof tot u aan uw rechterzijde de Kortstraat tegenkomt, deze volgt u tot aan de T-sectie met de Stichelweg waar u deze laatste inslaat. 19. U neemt dan de eerste links, de Witteweg. Voor het kruispunt met de Oaselaan maakt deze een scherpe bocht naar rechts. Aan het kruispunt u links af. 20. Deze volgt u tot aan het kruispunt met de Wittehoevelaan waar u rechts in slaat. U volgt deze tot u aan uw linkerzijde de Hoegaardestraat tegenkomt, u volgt deze onder de spoorweg door tot u links afslaat naar de Herpendalstraat. 21. Deze volgt u tot u aan de rechterzijde de Kraaiberg tegenkomt, dewelke u volgt tot u links afslaat aan de Merenstraat. 22. U volgt deze tot aan de Korbeek-losestraat. U steekt hier over naar de Ruisbroekstraat. 23. U volgt de Ruisbroekstraat tot u aan een kruispunt komt. Hier neemt u de Bergstraat. 24. U volgt deze tot aan de Dorpstraat. Hier slaat u rechtsaf tot aan de Bevekomsestraat waar u onmiddelijk links afslaat, de Speelpleinstraat in waar u uw auto terugvindt.
16
Interessante stops Het doel van de fietsroute door Bierbeek is natuurlijk niet enkel u te helpen met uw conditie, maar ook een aantal interessante geologische punten in Bierbeek in de kijker te zetten. Deze zijn hieronder aangeduid bij de overeenkomstige punten in de route. 2.-3. Bij het rijden op de Zwartehoekstraat komt u door een holle weg, typisch voor Bierbeek. Dit zijn kleinschalige landschapselementen die zowel in een biologisch als geologisch standpunt belangrijk zijn. Voor een bioloog zijn ze belangrijk vanwege hun unieke vegetatie. Voor een geoloog zijn ze belangrijk omdat je hier de quartaire afzettingen en hun opeenvolging van dichtbij kan waarnemen. Ook bij punten 11, 13 en 19 komt u door een holle weg. Langs de Bevekomsestraat kunt u het Bordingenhof bezichtigen. Het is een geklasseerd gebouw. Het gebouw is een gesloten vierkantshoeve net zoals de meeste oude hoeve gebouwen in Bierbeek. Een ander typisch kenmerk van de oude hoeves in Bierbeek is dat de hoeken verstevigd zijn met een witte zandsteen, de Gobertange zandsteen, zoals hier te zien is. 5.-6.-7. In de Culostraat ziet u de Adventkerk en het Jezu¨ıtenhof van Opvelp. In Opvelp staan er ook een aantal geklasseerde gebouwen, waaronder het Jezu¨ıtenhof, maar ook het oudste gebouw van Opvelp, Hoegaardsesteenweg 12, dat al bestaat van 1753. Het gebouw is volledig opgetrokken uit de bekende “Gobertange” zandsteen. Dit is een kalkhoudende zandsteen die in onze streken al van oudsher wordt ontgonnen voor de bouwsector. Het Jezu¨ıtenhof werd gebouwd tussen 1648 en 1773 en behoorde een tijd toe aan de Katholieke Universiteit van Leuven. Ook dit gebouw is een gesloten vierkantshoeve waarvan de hoeken verstevigd zijn Gobertange zandsteen. De Verbranden Toren was oorspronkelijk het dorpskasteel van de heren van Opvelp. De voornaamste restant hiervan is de lange oprijlaan naar de gebouwen. Het enige dat van de gebouwen is overgebleven, is een deel van een scheidingsmuur en een oude poort. Langs de weg naar de Verbranden Toren, loopt de Velpe die ontspringt aan het begin van de Culostraat. 8. De Blauwschuurbroek is een klein natuurgebied in Bierbeek waar de Blauwschuurbroek doorloopt. Naast het natuurgebiedje is een waterzuiveringsinstallatie te bezichtigen. 9. De Watertoren is misschien wel het grootste uithangbord van Bierbeek naar de hele wereld. Hij is eigendom van de VMW en werd gebouwd in 1969. Hij staat op een hoogte van 103,6 meter, is zelf 29 meter hoog en heeft een inhoud van 500m3 . De Watertoren levert water aan, naast Bierbeek, de Pellenberg-kliniek, Haasrode, Lubbeek, Blanden en een deel van Kessel-Lo. Pas in 1993 werd de, in de streek, alombekende tekening erop aangebracht. De tekening bleek zo populair dat ze nu het symbool vormt voor gemeente Bierbeek. 12.-13. Voor het ingaan van het Bruulbos komt u langs een van de vele beken in Bierbeek, de Bruulbeek.
17
14. Het park rondom het Salve Mater is toegankelijk voor publiek, de gebouwen daarentegen zijn eigendom van de K.U.Leuven. Het kasteel van het Salve Mater werd in de 18e eeuw gebouwd in een classicistische stijl. Door de eeuwen heen is het vaak van eigenaar gewisseld totdat het in 1978 door de K.U.Leuven werd gekocht die er nu haar Zo¨otechnisch centrum heeft. In het park zijn tal van zeldzame bomen waarvan de belangrijkste een monumentale moerascypres is. Hier in de buurt kan u ook Sint Lambertus zien. 15.-16. Het kasteel Hottat en de landerijen errond hebben een tragische geschiedenis achter de rug. In W.O.I werd het namelijk volledig verwoest door Duitse troepen, later in W.O.I werd het gebruikt als hoofdkwartier van Belgische troepen. In 1920 werd het heropgebouwd. In het park errond staan er ook een aantal zeldzame of merkwaardige bomen zoals mammoetbomen en zeldzame hazelaars. Langs de Holleweg ziet u een van de vele fruitgaarden, typisch voor Bierbeek. 18. Net zoals het kasteel Hottat, werd het kasteel Vijverhof vernield in de eerste wereldoorlog door Duitse troepen. In 1919 werd het eigendom verkocht aan de gebroeders Dekeyser uit Heverlee die het helemaal lieten heropbouwen. Sinds 2000 is het een erkend monument. 19. Langs de Oaselaan ligt de Heilige Geesthoeve. Ook dit is een typische vierkantshoeve die dateert uit de 17e en 18e eeuw. Er is echter een gedeelte dat veel ouder is, uit het begin van de 11e eeuw. Dit deel is opgetrokken in de romaanse stijl. 20.-21. In het voorbijfietsen ziet u de groeves van Groeves-Bouillon. U kan de een zekere vorm van “macro-gelaagdheid” zien in de wand van de groeves. Dit zijn de verschillende zandbanken die in de geologische geschiedenis over elkaar heen zijn gegroeid in het estuarium (zie hoger). Deze sets zijn steeds ongeveer 1 meter dik en hebben een interne gelaagdheid. Er kan zeer veel uit deze 2 gelaagdheden worden afgeleid: de stromingsrichting, tij-afzettingen, enzovoorts. Aan de randen van het estuarium komen kalkzandsteenbanken voor. Deze werden in de buurt van Hoegaarden en Jodoigne uitgebaat, dit zijn de eerder vermelde Gobertange zandstenen. Aan de bovenkant van de groeves is het contact tussen de Tertiaire en de Quartaire afzettingen waar te nemen. 22. Als u door de Bergstraat rijdt, kan u het Schotteshof bezichtigen. Oorspronkelijk heette het “Hof van Herbais”, later “Hof ter Meren”. De stallen zijn de enige oorspronkelijke bouwwerken dat nog overblijven uit de 17e eeuw, het woongedeelte werd in de 20s te eeuw gerestaureerd. In de buurt ervan zijn aanwijzingen voor een tumulus en in 1987 werd het gebouw geklasseerd. 23. De Sint Hilariuskerk van Bierbeek is een van de best bewaarde romaanse kerken in Vlaanderen. De gehele kerk is gebouwd uit de typische Gobertangezandsteen. Enkel de klokkenverdieping is gebouwd uit baksteen maar is een restauratie uit 1808. De kerk is al sinds 1944 geklasseerd als monument.
18
Voor meer info Om meer te weten over de verschillende delfstoffen in Vlaanderen is Delfstoffen in Vlaanderen door F. Gullentops en I. Wouters een aanrader. De inleiding is geschreven door Dr. L. Broothaers en geeft een zeer duidelijke samenvatting van de geologische geschiedenis van Vlaanderen en Belgi¨e. Een uitgebreid overzicht van de verschillende hoeven wordt gegeven in Boerderijen in Bierbeek door K. Bovin, V. Goedseels en P. van Mellaert. Het boek is compleet met de grondplannen en de geschiedenis van de hoeven en er wordt overzicht gegeven van de geschiedenis van Bierbeek. Als je meer wil weten over hoe de landbouw en het bodem gebruik in Opvelp is ge¨evolueerd over de eeuwen heen, dan is het boek Het bodemgebruik in Opvelp door de eeuwen heen door K. Herregods een aanrader. Let wel, het boek is ondertussen al bijna 15 jaar oud, de cijfergegevens en het korte overzicht van de geologische geschiedenis zijn niet meer 100% up-to-date. Voor meer info over de bezienswaardigheden die niet zijn behandeld in deze brochure, kan je de website van Bierbeek [http://www.bierbeek.be] raadplegen. Er worden ook andere routes in uitgelegd. Voor degenen die zelf meer willen weten over hun eigen gemeenten is de website van Databank Ondergrond Vlaanderen [http://dov.vlaanderen.be] een must. Hier kan je via de applet aanduiden welke geologische aspecten je van je gemeente wilt bestuderen. Zo kan je een Tertiair subcropkaart aanmaken, de boringen, peilputten en waterwinningen van je gemeente oproepen. Bij de boringen, peilputten en waterwinningen kan je nog van elk een gedetailleerd verslag oproepen.
19
Bijlagen B/2-0438a mTAW: 95.10 diepte (m) formatie 0 – 13.00 Quartair 13.00 – 16.00 St. Huibrechts Hern 16.00 – 31.00 Brussel 31.00 – 71.00 Kortijk 71.00 – 103.00 Hannut 103.00 – 108.00 Krijt 108.00 – 118.00 Sokkel Tabel 1: Detail verslag van diepteboring op profiel.
Overzicht van de aquifers en hun eigenschappen Aquifer Regime Aantal peilputten Quartair freatisch 2 Onder-Oligoceen freatisch 2 Ledo-Paniseliaan-Brusseliaan freatisch 10 Zand van Mons-en-P´ev`ele freatisch 2 Zand van Grandglise onbekend 1 Landeniaan gespannen 2 Krijt gespannen 2 Sokkel gespannen 1 Aquifer Gemiddelde diepte Lithologie Quartair 15.59m recente afzettingen Onder-Oligoceen 8.067m zand en klei Ledo-Paniseliaan-Brusseliaan 8.061m zand Zand van Mons-en-P´ev`ele 15.15m zand Zand van Grandglise 0.91m zand Landeniaan 38.41m zand en kalkrijk gesteente Krijt 21.03m / Sokkel 16.96m / Tabel 2: Overzichtstabel van de eigenschappen van de verschillende aquifers
I
#
Gem. debiet(m3 /yr)
1
990
16
86825
1
1750
3
2250
1
1600
Waterwinningen in Bierbeek Aquifer Min. debiet(m3 /yr) Max. debiet(m3 /yr) Wemmel-Lede 990 990 Ledo-Paniseliaan-Brusseliaan 100 1314000 Ieperiaan 1750 1750 Landeniaan 250 3500 Lincent 1600 1600
Gem. diepte(m) 30 27.6 29 55.7 70
Tabel 3: Overzichtstabel van de winningen in de aquifers, debieten zijn de maximaal toegestane waarden.
II
Figuur 8: Lithostratigrafische tabel van het Tertiair. Een bewerking op de lithostratigrafische tabel van het DOV.
III
Figuur 9: Tertiaire Subcropkaart van Bierbeek, de rode lijn is de as van het profiel.
IV
Figuur 10: Eigen interpretatie van de ondergrond in Bierbeek, gebaseerd op de aangegeven boringen en op de Tertiair kaart van het DOV.
V
Figuur 11: Internationale geologische tijdsschaal. VI
Figuur 12: Geologische route door Bierbeek. VII
Referenties Bovin, K., Goedseels, V., van Mellaert, P. (1985). Boerderijen in Bierbeek. Heverlee, Centrum Agrarische Bouwkunde. 156. Fetter, C.W. (2001). Applied Hydrogeology. New Jersey, Prentice Hall. Goossens, D. (1984). Inleiding tot de geologie en geomorfologie. Enschede, van de Berg. 228. Goossens, E., Gullentops, F., Vandenberghe, N. (2007). Toelichting bij de Quartair geologische kaart. Kaartblad 32, Leuven. Vlaamse overheid, Dienst Natuurlijke Rijkdommen. 61. Gullentops, F., Vandenberghe, N. (2001). Toelichting bij de geologische kaart van Belgi¨e, Vlaams Gewest, Kaartblad 32, Leuven. Vlaamse overheid, Dienst Natuurlijke Rijkdommen. 78. Gullentops, F., Wouters, I. (1996). Delfstoffen in Vlaanderen. Lier, Drukkerij Antilope. Herregods, K. (1995). Het bodemgebruik in Opvelp door de eeuwen heen. 91. Website van Databank Ondergrond Vlaanderen [http://dov.vlaanderen.be] Website van Gemeente Bierbeek [http://www.bierbeek.be] Website van Agentschap voor Geografische Informatie Vlaanderen [http://www.agiv.be] Website van het GNOSIS [http://www.gnosis.be] Website van de Heemkundige kring Velpeleven, Boutersem [http://www.velpeleven.be] Website van Toerisme Hageland [http://www.toerismehageland.be]