Strategie Generatie start-up
Thema: Architect als ondernemer Reportage
Nieuwe Openbare Ruimte
Generatie start-up Jonge generatie met nieuwe energie Starten is op dit moment geen kwestie van willen, maar van moeten. Er zijn gewoon te weinig arbeidsplaatsen binnen de branche. Vijf portretten laten zien hoe jonge start-ups een plek proberen te veroveren in de praktijk. Wat opvalt is de ondernemende houding waarmee ze dat doen. Ze zijn zich bewust van het feit dat ze zich helder moeten positioneren, niet alleen met hun architectonische visie maar ook met een onderscheidende dienstverlening en werkwijze. Dat de nieuwe generatie nieuwe energie meeneemt, is niet gek. Zoals een van de starters zegt: “Voor ons is de crisis zoals het is, we weten niet beter.”
Tekst
Alijd van Doorn Portretten
Wouter Vandenbrink
40 | de Architect, oktober 2014
Marc Koehler en Sander Buckers gaan tijdens dit seminar aan de Hogeschool van Amsterdam in op de culturele aspecten die gepaard gaan met de moderne netwerkstad. Met thema’s als Control.ing, Virtualise.ing, Brand.ing, Fake.ing, Bore.ing en Stage.ing zoeken zij de discussie op met studenten. De relatie tussen de sociaal-culturele ontwikkelingen en de huidige tendensen in de architectuur en stedebouw biedt inzicht in de onzichtbare dimensies van de bebouwde omgeving.
studio Plots, Amsterdam www.studioplots.nl Oprichters Jasper Tuinema (Bouwkunde tu Delft 2012) en Monique Philippo (Bouwkunde tu Delft 2010) Sinds 2013
De ndsm open expo store is een tijdelijke pop-up-winkel die is ondergebracht in broedplaats de Kunststad in Amsterdam-Noord. De winkel is ontworpen en
Nieuwe Openbare Ruimte. Voor ons was dit een openbaring. Opeens kwam de ‘engineering’ benadering van de hts in een ander daglicht te staan en kreeg de rol van de architect maatschappelijke betekenis. Deze ervaring is bepalend geweest voor onze houding tegenover architectuur. Het maatschappelijke aspect en de impact van een ruimtelijke ingreep is steeds in ons werk terug te vinden. We staan altijd open voor inspirerende samenwerkingen en het toepassen van experimentele methoden om een project te ontwikkelen.
opgebouwd door studio Plots. Foto studio Plots
Waarom zijn jullie een eigen bureau gestart? We werken al sinds onze studie Bouwkunde samen. Monique benadert architectuur vanuit een maatschappelijke kant, terwijl Jasper meer een ruimtelijke, analyserende houding heeft. Hierin vullen we elkaar goed aan. In projecten naast de studie zoals prijsvragen konden we alles kwijt wat niet binnen de studie paste. We studeerden vervolgens middenin de crisis af en zagen het niet zitten om eindeloos te solliciteren naar tijdelijke baantjes met de overspannen druk op een gevestigd bureau. We namen de tijd om ons te concentreren op projecten die we zelf interessant vonden, vanuit het vertrouwen iets aan de gebouwde omgeving te kunnen bijdragen. We noemen studio Plots dan ook geen traditioneel architectenbureau, maar een plek voor architectonische verkenningen. Deze dynamische vorm past goed bij ons en spreekt tot de verbeelding, zoals blijkt uit de grote hoeveelheid aanvragen voor stageplaatsen.
Wat was jullie eerste project? Hoe ben je aan dat project gekomen? Het allereerste project dat we samen deden was een landschappelijke ontwerpprijsvraag die we glorieus verloren, maar die veel inzicht gaf in de architectenpraktijk. Vanaf de start van ons bureau werken we aan uiteenlopende opgaven, van grootschalige prijsvragen tot realistische (deel)ontwerpen. Een project hoeft niet direct een zak geld op te leveren. Het kan ook waardevol zijn als aanleiding voor een vervolgonderzoek, als aanvulling op onze portfolio of als testcase voor een experimentele ontwerpmethode. Het eerste compleet uitgevoerde werk is de inrichting van een winkel- en expositieruimte in Amsterdam. Hebben jullie een persoon of bureau als inspirerend voorbeeld? In het tweede studiejaar op de hts kwamen we in contact met Marc Koehler, toen nog student in Delft. Hij had in samenwerking met een socioloog en een mediaexpert een project opgezet rondom het thema
Wat valt tegen aan het opstarten van een eigen bureau? Wat valt mee? Als beginnend architect moet je nog veel leren. Dit levert bij opdrachtgevers soms een terughoudendheid op die onterecht is. Het is dan ook een kwestie van hoog inzetten en een beetje bluffen om vervolgens hard te werken om de ambities waar te maken. Zo maakten we een advies voor de renovatie van een groot appartementencomplex. Tijdens de uitvoering
liet het bouwmanagementbureau steken vallen en werden wij alsnog als opzichter gevraagd. Soms moet je zulke verantwoordelijkheden durven te nemen. De kwaliteit van onze werkzaamheden wordt nu hoog gewaardeerd, juist doordat we als jong bureau met veel passie en enthousiasme te werk gaan. Waar staat het bureau over vijf jaar? Voor studio Plots is het belangrijk om zichzelf te ontwikkelen, een portfolio op te bouwen, het netwerk te verbreden en vooral zich te bemoeien met actuele ruimtelijke vraagstukken. Dit is geen commercieel doel en is daarom zakelijk gezien maar een beperkte tijd vol te houden. Wel denken we op deze manier langzaam een positie in het beroepsveld te kunnen veroveren en ons bureau een gezonde basis te kunnen geven. Over vijf jaar bestaat studio Plots niet meer in de huidige hoedanigheid, maar hebben wij een stabiele vorm gevonden waar ruimte is voor zowel architectonisch experiment als gezonde bedrijfsvoering.
Een groep enthousiaste kunstenaars uit de loods verzamelde de werken en de benodigde materialen. Foto studio Plots
de Architect, oktober 2014 | 41
Strategie Generatie start-up
Thema: Architect als ondernemer Reportage
Sigurd Lewerentz Thema: Architect als ondernemer Dat architecten ondernemers zijn, is tegenwoordig algemeen geaccepteerd. Technische en maatschappelijke veranderingen scheppen telkens nieuwe kaders en kansen. de Architect ziet het als haar taak om daarin helderheid te scheppen en de belangrijkste ontwikkelingen te belichten.
Ard Hoksbergen architect, Amsterdam www.ardhoksbergen.nl Oprichter Ard Hoksbergen (Academie van Bouwkunst Amsterdam, 2011) Prijs Archiprix 2012 Sinds 2012
Waarom ben je een eigen bureau gestart? Om de eenvoudige reden dat ik geloof dat ik gezegend ben met een dosis talent die ik maximaal wil benutten. Ik heb tijdens mijn opleiding voor meerdere bureaus gewerkt en vond dat erg leuk, maar had altijd het gevoel dat ik mezelf niet volledig kon laten zien. Wat was je eerste project? Hoe ben je aan dat project gekomen? Mijn eerste project was een interieuropdracht voor Barber, een scheersalon in de Jordaan. Een oude kennis had een pand op het oog voor de salon, met haar woonhuis erboven. De vraag was of ik wilde meekijken naar een constructief vraagstuk. Ik heb gezegd dat ik geen constructeur ben, maar haar wel graag wilde helpen met het interieurontwerp. We voelden elkaar goed aan en hebben samen een fantastisch project gemaakt. Het project heeft me veel aandacht en publiciteit en een nominatie voor de arc13 Interior Award opgeleverd. Ik ben schatplichtig aan architecten die mij iets gunnen, zoals Liesbeth van der Pol en Albert Herder van Studioninedots. Liesbeth van der Pol schreef twee jaar geleden een selectie uit voor architecten onder de 35 jaar om mee te werken aan een groot woningbouwproject in Tilburg. Deze aanpak is vergelijkbaar met wat Berlage honderd jaar geleden deed voor de jonge architecten van de Amsterdamse School. Ik won de selectie, waardoor ik nu op hoog niveau architectuur kan maken, een soort zij-instroom. In samenwerking met mijn oudwerkgever Albert Herder heb ik onlangs een selectie gewonnen
42 | de Architect, oktober 2014
De zweedse architect Sigurd Lewerentz (1885-1975) vergaarde bekendheid met zijn ontwerpen voor modernistische kerken en begraafplaatsen. Zijn eerste opdracht was de begraafplaats Östra kyrkogården in Malmö, Zuid-Zweden. Van 1916 tot 1969 was hij hier verantwoordelijk voor alle nieuwbouw en herontwikkeling. Tot op late leeftijd bleef Lewerentz actief als architect. In 1962 won hij de Zweedse Kasper Salin-prijs, voor zijn brutalistisch ontworpen Markuskerk ten zuiden van Stockholm.
voor een nieuw te bouwen school in Nieuw West. Ik heb het volledige ontwerp gemaakt, maar beschik nog niet over voldoende ervaring in scholenbouw. Albert ondersteunt mij belangeloos als mentor en coach. Hierdoor krijgen we het vertrouwen van de opdrachtgever en heb ik al op jonge leeftijd de kans om een groot en prestigieus project te maken. Heb je een persoon of bureau als inspirerend voorbeeld? Alvar Aalto om de manier waarop hij zichzelf bleef vernieuwen. Peter Zumthor om hoe hij met alles behalve vorm bezig is. Sigurd Lewerentz om zijn brutaliteit. En ik kan mijn ogen niet afhouden van al die optimistische gebouwen uit de wederopbouwperiode. Laatst kocht ik op een boekenmarkt een Duits boek uit 1955 vol zomerhuisjes. Daar kan ik gerust een hele middag in bladeren. Wat valt tegen aan het opstarten van een eigen bureau? Wat valt mee? In het begin was dat de angst dat
Ard Hoskbergen won de aanbesteding voor de gereformeerde basisschool Veerkracht van Marlies Rohmer en Sacon Architecten. Uitdaging was om de nieuwbouw qua architectuur en stedebouw in te passen in een jaren vijftig-zestig wijk. Beeld Victor Spijkers
het allemaal zou mislukken. Ik wilde er helemaal voor gaan, koos ervoor om ontslag te nemen, een atelier in de binnenstad te huren en zo snel mogelijk een bureau op touw te zetten. Er was nog niet veel omzet en ik was voor mijn gevoel alleen maar bezig met het uitstellen van mijn faillissement. In de afgelopen maanden heeft mijn bureau een enorme groeispurt doorgemaakt: ik huur mensen in, er is een stagiaire en binnenkort verhuizen we naar een nieuwe studio
in Amsterdam-Noord. De snelheid waarmee mijn bureau is gegroeid, valt me alles mee. Ik heb in twee jaar tijd mijn keukentafel verruild voor een serieuze studio met personeel en ik heb al een behoorlijke opdrachtenportefeuille. Dat had ik van tevoren nooit verwacht. Ik merk dat ik zelf nu bijna geen lijn meer op papier zet, en alleen maar hele dagen aan het mailen, vergaderen, bellen en overleggen ben. Dit lijkt mij een positief omslagpunt, maar ik moet er nog wel aan wennen.
Waar staat het bureau over vijf jaar? Als ik in hetzelfde tempo doorgroei, zijn we dan minstens alweer een keer verhuisd. Ik heb dan mijn draai als bureau-eigenaar gevonden, als het even kan in samenwerking met een goede partner. Wat mij betreft blijf ik aan kleinschalige opdrachten werken. Ik zou graag een paar binnenstedelijke woningbouwprojecten willen doen en ook een huis voor mezelf willen bouwen.
Het project is een samenwerking met Albert Herder van Studioninedots, die als
Het programma bestaat uit een basisschool met acht lokalen, een voorschool, een
mentor en coach optreedt. Momenteel bevindt het ontwerp zich in de Voorlopig
multifunctionele aula en een gymzaal. Beeld Victor Spijkers
Ontwerpfase. Beeld Victor Spijkers
de Architect, oktober 2014 | 43
Strategie Generatie start-up
Thema: Architect als ondernemer Reportage
Leegstaand zorgvastgoed Bezuinigingen vanuit Den Haag hebben geleid tot een grote leegstand van verzorgingstehuizen door het hele land. Buiten deze tehuizen treedt er door de vergrijzing echter een tekort aan zelfstandige seniorenwoningen op. Met concepten waarbij de herontwikkeling van het huidige vastgoed centraal staat, spelen verschillende bedrijven in op deze veranderende markt. Zij ontwikkelen ouderenhuisvesting die aansluit op de vraag van de hedendaagse ouderen.
OFDR + Blossity, Den Haag Oprichters David Struik (Architectuur en Real Estate and Housing, tu Delft, 2012), Marije Blok (Faculteit Gezondheidswetenschappen, Universiteit van Wageningen, 2012) en Jorick Beijer (Stedebouw, tu Delft, 2012) Sinds 2013
Waarom zijn jullie een samenwerking gestart? Tijdens onze studies waren we al actief in debatten en publicaties, en druk bezig met het oppakken van concrete opgaven. We ontdekten dat we heel complementair zijn. Ofdr is sterk in architectuur en vastgoed, Blossity in stedebouw en onderzoek. De samenwerking is organisch ontstaan. Op een gegeven moment hebben we een leegstaand ministeriepand gehuurd als gezamenlijke kantoorruimte. Dat heeft onze samenwerking geïntensiveerd. We zien onszelf niet als ontwerpbureau, maar als een denktank voor ruimtelijke concepten. Als netwerkorganisatie zijn we flexibel en onze opdrachten zijn divers. We werken aan traditionele projecten, zoals de renovatie van een statig herenhuis of de transformatie van een leeg kantoor, maar onze kracht ligt vooral in opgaven waarin we onze verschillende disciplines combineren. Dit komt bijvoorbeeld tot uiting in een plan van ofdr om zorgvastgoed energetisch te verduurzamen. Dit plan combineert kennis uit zorg, vastgoed en stedebouw tot een integrale visie op de wijk als een zorgend systeem. Wat was jullie eerste opdracht? De eerste opdrachten waren kleine architectuuropdrachten die we tijdens onze studie kregen. Ze kwamen via familie en vrienden. Voorbeelden zijn een kiosk in Groningen en een accommodatie voor een voetbalvereniging in Nieuwerkerk aan den IJssel. Op het moment krijgen we steeds meer opdrachten via mond-totmondreclame of doordat we bij onconventionele opdrachtgevers opvallen door onze frisse ideeën.
44 | de Architect, oktober 2014
We willen nu doorgroeien naar een fase waarin we op basis van ons portfolio opdrachten verwerven. Hebben jullie een persoon of bureau als inspirerend voorbeeld? Veel grote bedrijven zijn zich bezig gaan houden met stadsontwikkeling. Denk aan Philips, ibm, Siemens, energie- en afvalbedrijven. Ze willen het stedelijk speelveld actief betreden en werken op het snijvlak van sectoren. Die bedrijven inspireren ons. Architectuur, stedebouw en vastgoed gaan vooral over de fysieke structuur van de stad. Dat is de huls die wordt ingevuld door het gebruik, het programma en de diensten. Deze grote bedrijven hebben een directe rol en belang bij het vormgeven daarvan. Hun focus ligt niet op bestaande stenen, maar op het toekomstige gebruik van de stad. Dat perspectief werkt verfrissend en biedt ruimte om nieuwe scenario’s te ontwerpen, bijvoorbeeld over hoe we omgaan met water of met elektronica. Wat valt mee aan het opstarten van een eigen bureau? Wat valt tegen? Het is erg leuk dat we regelmatig worden gevraagd workshops en lezingen te geven. Blossity deed dat al bij het Decision Institute en op de Universiteit Wageningen. Hier krijgen we onverwachte opdrachten uit. Het is daarentegen moeilijk voor ons om conventionele opdrachtgevers te krijgen, zoals de overheid of corporaties. Zij kiezen, net als het Stimuleringsfonds, vaak voor gevestigde ontwerpbureaus. De veertigers en vijftigers, Generatie x. Dat is opmerkelijk, omdat deze bureaus vaak blijven hangen in een klassieke ontwerpersrol en op dit moment vooral bezig zijn met overleven.
Juist in het (semi-)publieke domein, waar de overheid en corporaties een sleutelrol vervullen, zien wij grote ruimtelijke uitdagingen die we graag zouden oppakken. De hervorming van de ouderenzorg is een voorbeeld. Het merendeel van de ouderen moet levenslang thuis blijven wonen en vijftig procent van de verzorgingstehuizen moet sluiten. De vraag is dan niet hoe je de problemen inperkt, maar hoe je een nieuw succesvol stedelijk speelveld ontwerpt. Dit vraagt precies om de multidisciplinaire ruimtelijk-strategische aanpak waar wij voor staan.
Door demografische veranderingen en politieke verschuivingen krijgt zorgvastgoed een andere rol in de wijk. Er is steeds meer vraag naar een gevarieerd aanbod van woonzorgconcepten.
Waar staat het bureau over vijf jaar? Onze praktijk is kennisintensief. Dat betekent dat het draait om het vinden van interessante ruimtelijke opgaven en het koppelen van de juiste mensen daaraan. We zien onszelf als een netwerk. De meeste tijd zit nu nog in het opbouwen en verdichten van dat netwerk. Over vijf jaar moeten cliënten ons direct weten te vinden bij een strategische ruimtelijke opgave. Eerstelijnszorg, vormen van recreatie en een goed netwerk van informele zorg creëren gezamenlijk een zorgende omgeving.
Ofdr + Blossity heeft een renovatieconcept ontwikkeld, waarmee in korte tijd de uitstraling en energieprestatie van het bestaande zorgvastgoed verbeterd wordt.
de Architect, oktober 2014 | 45
Strategie Generatie start-up
Thema: Architect als ondernemer Reportage
Het Nieuwe Kantoor (HNK) Sinds de opkomst van Het Nieuwe Werken in de jaren negentig, zijn veel traditionele bedrijfsruimtes omgetoverd tot flexibele kantoortuinen. Het Nieuwe Kantoor in Rotterdam gaat een stap verder in zijn ideeën. Zzp’ers en multinationals krijgen in dit concept de mogelijkheid een kantoorruimte of vergaderzaal te huren wanneer zij deze nodig hebben. Deze flexibele aanpak past bij de behoefte van veel startende bedrijven, die op deze manier gemakkelijk kunnen doorgroeien.
Pact11, Delft www.pact11.nl Oprichters Wessel Steenhuis, Ruben Lentz, Thomas Steigenga (masterstudenten Architectuur en Stedebouw, tu Delft) en Maarten van den Burg Sinds 2011
Waarom zijn jullie al tijdens je studie een eigen bureau gestart? In onze directe leefomgeving zagen we situaties waarvan de potentie onbenut bleef. We hebben toen gezamenlijk het initiatief genomen om de mogelijkheden van deze plekken bloot te leggen. Naast idealisme kwamen deze zelf geïnitieerde projecten voort uit de drang onszelf verder te ontwikkelen en kennis te maken met de realiteit van de bouwwereld die we in onze studies misten. Met ons eerste initiatief wilden we de leegstaande watertoren van de Faculteit Bouwkunde nieuw leven inblazen. Met het tweede initiatief hadden we als doel de slecht functionerende publieke ruimte rond kanaal de Schie in Delft te revitaliseren. Positieve reacties, een verzoek vanuit de gemeente naar een strategisch plan voor kanaal de Schie en bovendien ons eigen enthousiasme over de onderlinge samenwerking deden ons beslissen met Pact11 verder te gaan. Wat was jullie eerste project? Naast verschillende eigen initiatieven kregen we dankzij een vriendelijke opdrachtgeefster onze eerste betaalde ontwerpopdracht voor een dakterras in Amsterdam. Hoewel het een klein project was, bood het ons de kans om te leren van de echte praktijk, zoals vergunningaanvragen, overleg met de aannemer en constructieberekeningen. Deze ervaring bewees dat het netwerk dat we door onze eigen initiatieven aan het opbouwen waren, vruchten begon af te werpen. Dit groeiende netwerk is voor ons een belangrijke bron van inspiratie, kennis en nieuwe opdrachten.
46 | de Architect, oktober 2014
Tijdens de Dag van de Architectuur werden zes schetsvarianten gepresenteerd en
De reacties naar aanleiding van het debat over de potentie van het spoorviaduct
bediscussieerd met een breed publiek. Beeld Ellemijk Marks
waren talrijk. Deze zijn verwerkt in een haalbaarheidsstudie die momenteel met diverse belanghebbenden verder wordt ontwikkeld. Beeld Ellemijk Marks
Hebben jullie een persoon of bureau als inspirerend voorbeeld? Wij putten vooral inspiratie uit de bottom-up initiatieven die in deze tijden worden gerealiseerd. Mensen nemen zelf het heft in handen om, ondanks de uitdagende tijden in de bouwwereld, met vernieuwende creatieve ideeën hun dagelijkse leefomgeving vorm te geven en te verbeteren. Hierbij gaan ze vaak in tegen bestaande conventies en weten ze ondanks beperkte middelen succesvolle projecten op te zetten. Voorbeelden zijn de Noorderparkbar, de Luchtsingel, maar ook innovatieve kantoorconcepten als Het Nieuwe Kantoor (hnk) in Rotterdam. Wat valt tegen aan het opstarten van een eigen bureau? Wat valt mee? De grootste uitdaging is werk te vinden dat je met plezier en toewijding kunt doen. Als studenten hebben we het geluk dat we nog niet financieel afhankelijk zijn van Pact11. We hebben de vrijheid om eerst uit te zoeken wat het beste
bij ons past. Naast architectonische projecten hebben we conceptstudies gedaan, onderzoeken uitgevoerd, een boek vormgegeven en websites ontworpen. Dankzij deze opdrachten komen we in aanraking met interessante werkrichtingen en bevlogen mensen die ons stimuleren door te gaan en onszelf verder te ontwikkelen. Deze brede basis zorgt ervoor dat we een steeds sterker professioneel pakket kunnen aanbieden. Opdrachtgevers waarderen het dat we niet alleen werken aan een ruimtelijke ingreep, maar ook meedenken over het bedrijfskundig totaalpakket. Waar staat het bureau over vijf jaar? Recent heeft onze werkwijze geleid tot twee nieuwe herbestemmingsopdrachten die perfect bij ons passen, omdat ze een brug slaan tussen maatschappelijke analyse en ruimtelijke conceptontwikkeling. Tegelijkertijd zijn we enthousiast bezig met het behoud van een deel van het Delftse spoorviaduct, een tentoonstelling over de eerder genoemde watertoren en een boek
over een Nederlandse architect. Wat deze projecten met elkaar verbindt, is het doel de Nederlandse leefomgeving te verbeteren door projecten te baseren op eerlijk onderzoek en maatschappelijke interesse. Over vijf jaar is Pact11 dan ook initiator en risicodragend
medeontwikkelaar van verschillende creatieve en vernieuwende projecten. Tevens blijft het bureau voor veeleisende opdrachtgevers kwalitatief hoogstaande adviezen en ontwerpen ontwikkelen die maatschappelijke en ruimtelijke factoren verbinden.
Het spoorviaduct in Delft dat jarenlang de binnenstad in tweeën heeft gesplitst, zal plaatsmaken voor een brede allee met water en groen. Met het oog op de historische waarde van het spoorviaduct heeft Pact11 het initiatief genomen om een klein deel duurzaam te hergebruiken. Beeld Ellemijk Marks
de Architect, oktober 2014 | 47
Strategie Generatie start-up
Thema: Architect als ondernemer Reportage
Marconiplein Rotterdam Vernoemd naar de natuurkundige Guglielmo Marconi, functioneert het Marconiplein als een belangrijk verkeersknooppunt in Rotterdam. Kenmerkend voor het plein zijn de drie identieke kantoorgebouwen van architectenbureau Skidmore, Owings & Merrill (som), die gezamenlijk het Europoint vormen. Tot hun verhuizing dit jaar naar De Rotterdam zaten de gemeentelijke diensten van Rotterdam in deze gebouwen. Tegenwoordig is één van de torens omgedoopt tot Science Tower, waar medische bedrijven zich in de buurt van het Erasmus mc kunnen vestigen.
Studio Olduvai Gorge, Delft www.olduvaigorge.nl Oprichters Roel Vogels en Bart Wolbert (masterstudenten Architectuur, tu Delft) Sinds 2013
Waarom zijn jullie al tijdens je studie een eigen bureau gestart? We leerden elkaar kennen tijdens een studieproject in 2012. Dat ging zo goed dat we besloten om ons te meten aan professionele architecten. We wilden ons positioneren in de wereld van de architectuur. Als je vroeg tijdens je studie weet waar je voor staat, kun je beter je pad bepalen. We wilden beiden praktijkervaring opdoen en alle facetten van het ontwerpproces meepikken. Inmiddels werken we naast onze studie ongeveer dertig uur per week aan onze projecten. Wat was jullie eerste project? Ons eerste project was een prijsvraag begin 2013 voor de Startup Campus van het Erasmus Center for Entrepreneurship op de elfde verdieping van de Rotterdam Science Tower. We wonnen de prijsvraag van ongeveer twintig andere ontwerpteams, zowel studentenbureaus als professionals. Daarna hebben we ons project uitgewerkt en de uitvoering begeleid. Sindsdien komen er vervolgprojecten op ons pad. Dat zijn nu vooral interieurprojecten, zoals de herinrichting van een kantoorpand in Groenekan en een vloerontwerp voor het atrium van de Shanghai Tower, in samenwerking met arx architecten. Deze projecten beslaan een klein deel van onze scope. We stellen ons flexibel op. In ieder project zien we een kans om buiten ons eigen straatje ons te verdiepen en te specialiseren. We zijn ervan overtuigd dat we binnen een jaar andere typen projecten krijgen. Hebben jullie een persoon of bureau als inspirerend voorbeeld? Ontwerpers die zich niet laten tegenhouden door de status quo en
48 | de Architect, oktober 2014
vanuit een radicaal perspectief tot vernieuwende oplossingen komen, inspireren ons. Alleen zo kun je de architectuurpraktijk verder brengen. Sou Fujimoto is een gezamenlijke held. Het lukt hem om via minimalistische architectuur innovatieve concepten inzichtelijk en logisch te maken. Wij beginnen zelf altijd met het stellen van vragen. Wat is de essentie van een probleem? Door in de huid te kruipen van de opdrachtgevers en door heel transparant te zijn over het pad dat we bewandelen, willen we de verwachtingen van onze opdrachtgevers steeds opnieuw overtreffen.
Voor de Startup Campus van de Erasmus Universiteit in Rotterdam maakte Olduvai Gorge het winnende prijsvraagontwerp. Foto Dutch Light Pro
Wat valt tegen aan het opstarten van een eigen bureau? Wat valt mee? “We hebben ons vanaf het prille begin professioneel opgesteld. We hebben onszelf in het diepe gegooid en zo veel geleerd van de praktijk. Hoe meer je leert, hoe meer je je realiseert hoeveel je nog niet weet. Wat ons meevalt, is onze samenwerking. Zelfs nu Roel voor een half jaar naar de mit gaat voor een uitwisselingsprogramma,
blijven we projecten met zijn tweeën uitvoeren. De managementkant van het vak valt tegen, zoals het onderhandelen over honoraria. Opdrachtgevers verwachten veel meer dan een ontwerp. Het gaat in de praktijk over financiën, organisatie, contact met uitvoerende partijen et cetera. Op de universiteit leer je weinig over deze onderwerpen.
Waar staat het bureau over vijf jaar? We weten dat het bureau potentie heeft. Omdat we jong zijn, hebben we een positieve kijk op het vak. We zijn begonnen in een tijd waarin opdrachten niet zomaar binnenkomen en we onze eigen kansen moeten creëren. Voor ons is de crisis zoals het is, we weten niet beter. Voor de toekomst dromen we van een eigen plek en een bureau waarbij de managementtaken zijn
uitbesteed, zodat we ons op het ontwerpen kunnen richten. Maar zolang we nog studeren, blijven we in ieder geval als tweekoppig team werken. Zo kunnen we ons concentreren op het ontwikkelen van een visie, en kunnen we na de afronding van onze studie meteen een serieuze positie in het veld innemen.
De Startup Campus is gesitueerd op de elfde verdieping van de Rotterdam
Startende bedrijven kunnen hier een eigen werkplaats vinden. Olduvai Gorge heeft
Science Tower aan het Marconiplein en beslaat een oppervlakte van 1.500 vierkante
daarnaast verschillende ontmoetingsplekken, presentatieruimtes en een start-up bar
meter. Foto Olduvai Gorge
gecreëerd. Foto Dutch Light Pro
de Architect, oktober 2014 | 49