Gemeenteblad Officiële uitgave van de gemeente Huizen Week: 6
Datum: 3-2-2015
nr. 2015-2
Burgemeester en wethouders maken bekend dat zij op 15 december 2014 hebben vastgesteld de nadere regels behorende bij de verordening jeugdhulp gemeente Huizen 2015, luidende als volgt: NADERE REGELS BEHORENDE BIJ DE VERORDENING JEUGDHULP GEMEENTE HUIZEN 2015 Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Huizen, Overwegende dat het wenselijk is nadere regels vast te stellen ten aanzien van de uitvoering van de Jeugdwet, Gelet op artikel 156 Gemeentewet en de artikelen 2, 4, 6 en 7 van de Verordening jeugdhulp gemeente Huizen 2015; Besluit vast te stellen de volgende nadere regels met betrekking tot de verordening Jeugdhulp gemeente Huizen 2015: Hoofdstuk 1: Algemeen Artikel 1. Definities Alle begrippen die in deze nadere regels worden gebruikt en die niet nader worden omschreven, hebben dezelfde betekenis als in de Jeugdwet, Verordening Jeugdhulp 2015, de Verordening sociaal domein 2015 en de Algemene wet bestuursrecht (Awb). De vormen van jeugdhulp zijn niet voorzien van een definitie. - Ambulante hulpverlening: Zorg waarbij men zich voor behandeling verplaatst naar de zorgverstrekker, zonder opname met overnachting, of waarin de zorgverstrekker de cliënt bezoekt in diens eigen omgeving. - Ernstige enkelvoudige dyslexie (EED): Dyslexie is een ernstig lees- en/of spellingprobleem. EED is een vorm van dyslexie waarbij er geen sprake is van comorbiditeit, oftewel een combinatie met een stoornis zoals ADHD of PDD. - Gebruikelijke hulp: hulp die naar algemeen aanvaarde opvattingen in redelijkheid mag worden verwacht van de ouder(s), inwonend(e) kind(eren) of andere huisgeno(o)t(en). - Jeugd Geestelijke Gezondheidszorg (GGZ): De jeugd GGZ is gericht op het herstel of stabiliseren van jeugdigen tot 18 jaar met psychische aandoeningen. - Sociale netwerk: Tot het sociale netwerk worden personen gerekend uit de huiselijke kring en andere personen met wie iemand een sociale relatie onderhoudt, zoals familieleden die niet in hetzelfde huis wonen, buren, vrienden, kennissen. Hoofdstuk 2: Voorzieningen Artikel 2. Vormen van jeugdhulp 1. Het te bereiken resultaat is leidend voor de inzet van voorzieningen. 2. De beschikbare voorzieningen bestaan in principe uit voorzieningen die geboden worden door partijen die door de gemeente gecontracteerd zijn. 3. Wanneer mogelijk, wordt ingezet op overige, vrij toegankelijke voorzieningen, bestaande uit: 3.1 Informatie en advies over opvoeden/opgroeien Informatie en adviezen, via de website, telefonisch of in gesprek Gesprekken tijdens inloopspreekuren en op afspraak Opvoedondersteuning Ontmoetingen: praatgroepen, informatie-uitwisseling Cursussen: Cursussen over opgroeien en opvoeden voor kinderen en ouders Ondersteuning voor jongeren met risico op schooluitval
3.2 Welzijnsactiviteiten
Pagina: 1 van 5
Opvoedondersteuning: opvoedspreekuren en ouder- en opvoedcursussen Schoolmaatschappelijk werk voor het basis- en voortgezet onderwijs Opbouwwerk / ambulant jongerenwerk Activiteiten Peuterarrangementen (m.n. voor kinderen met een taalachterstand)
3.3 Landelijke Kindertelefoon 3.4 Jeugdgezondheidszorg Onderzoek van gezondheid, groei en ontwikkeling 0-19 jarigen Inentingen volgens het Rijksvaccinatieprogramma Informatie, advies of kortdurende begeleiding met betrekking tot groei en ontwikkeling, gedrag, verzorging en leefstijl 4. Het college kan een individuele voorziening toekennen indien cliënt niet of niet volledig in staat is tot zelfredzaamheid en/of participatie door gebruik te maken van: - a. eigen kracht en/of; - b. gebruikelijke hulp en/of; - c. mantelzorg en/of; - d. hulp van andere personen uit zijn sociale netwerk en/of vrijwilligerszorg; - e. andere voorzieningen en/of; - f. overige voorzieningen. Het gaat om voorzieningen die na doorverwijzing toegankelijk zijn, bestaande uit: 4.1 Ambulante hulpverlening Ambulante ouderschapsbemiddeling Ambulante spoedhulp Behandeling en begeleiding Behandeling (licht) verstandelijke beperking ((L)VB) Intensieve Orthopedagogische Gezinsbehandeling Behandeling gericht op seksueel en huiselijk geweld Intensief ambulant Onderwijs-zorg arrangement gericht op voorkomen van school uitval 12-18 jarigen Opvoedhulp gericht op (echt)scheidingsproblemen Trainingen in opvoedvaardigheden (individueel of in een groep) Begeleiding voor kinderen met een langdurige beperking e/o hulpvraag: Begeleiding individueel Begeleiding individueel + module gedrag Module ondersteuning bij algemene dagelijkse levensverrichtingen (ADL) Dagactiviteit Dagactiviteit + module gedrag Dagactiviteit + module ondersteuning bij ADL Dagactiviteit + module specialistische ondersteuning Begeleiding tijdens onderwijs Jeugd GGZ Generalistische basis GGZ Specialistische GGZ Hulp bij Ernstige enkelvoudige dyslexie 4.2 Dagbehandeling Dagbehandeling jonge jeugd Dagbehandeling Plus Dagbehandeling Jeugd (L)VB Dagbehandeling Jeugd (L)VB zwaar Naschoolse dagbehandeling 4.3 Pleegzorg
Pagina: 2 van 5
Pleegoudervoogdij Pleegzorg basis Pleegzorg intensief
4.4 Residentiële zorg Begeleiding op kamers Specialistische behandeling en zelfstandigheidstraining Specialistische behandeling Lang verblijf groep Gezinshuizen Kortdurend verblijf JeugdzorgPlus, gesloten Jeugdzorg Verblijf Licht Verstandelijke beperking Verblijf Verstandelijke Beperking Beschermd wonen GGZ 4.5 Crisishulp Crisisopvang Crisisdienst - 24/7 Crisisinterventie - Zorgmelding Ambulante Crisis Behandeling 4.6 Jeugdbescherming Ondertoezichtstellingen (korter en langer dan een jaar) Voogdij Begeleiding multiprobleem gezinnen Advies en consult (t.b.v. de lokale uitvoeringsdienst) Toeleiding Jeugdzorg Plus 4.7 Jeugdreclassering Maatregel Hulp en Steun: maatregel opgelegd door de rechter of officier van Justitie naar aanleiding van een gepleegd strafbaar feit. De maatregel is een combinatie van controle en toezicht op en hulpverlening aan de jongere. Samenloop: traject jeugdbescherming en jeugdreclassering. Harde kern: begeleiding door jeugdreclassering (ter vervanging van gevangenisstraf) voor jongeren tussen 12 en 21 jaar. CRIEM (Criminaliteit in Relatie tot Integratie van Etnische Minderheden): intensieve vorm van begeleiding, bedoeld voor allochtone jongeren tussen de 12 en 17 jaar die voor de eerste keer met politie en/of justitie in aanraking komen om te voorkomen dat het nog een keer gebeurt. CRIEM helpt de jongeren en hun ouders bij het leven in de Nederlandse samenleving. Gedragsbeïnvloedende Maatregel Begeleiding Gedragsbeïnvloedende Maatregel Advies 4.8 Meldpunt kindermishandeling Onderzoek Advies en consult 5. Het college kent eveneens een individuele voorziening toe voor zover met betrekking tot de jeugdige een verwijzing zoals bedoeld in artikel 3, eerste lid van de verordening Jeugdhulp is afgegeven. 6. Indien meerdere voorzieningen als passend aan te merken zijn, kent het college de goedkoopste voorziening toe. 7. Wanneer het college na het onderzoek geen individuele voorziening toekent, legt het college dit vast in een beschikking wanneer cliënt daarom verzoekt.
Pagina: 3 van 5
Hoofdstuk 3: Persoonsgebonden budget (PGB) Artikel 3. PGB 1. Onder de voorwaarden genoemd in artikel 8.1.1 van de Jeugdwet kan een persoonsgebonden budget worden toegekend. 2. Er wordt geen PGB toegekend wanneer niet aan de voorwaarden zoals genoemd in de Jeugdwet wordt voldaan of in het geval dat: - er sprake is van bezwaren van overwegende aard; - het een minderjarige betreft die een kinderbeschermingsmaatregel of jeugdreclassering heeft gekregen of een jeugdige die is opgenomen in een gesloten accommodatie; - er sprake is van crisishulp/ crisisopvang/ spoedeisende zorg; - er sprake is van pleegzorg. Artikel 4. Hoogte PGB 1. Wanneer cliënt ondersteund wordt via een PGB, geldt dat het PGB uitsluitend wordt gebruikt voor het betrekken van ondersteuning ten behoeve van het in de beschikking vastgelegd resultaat. 2. De hoogte van het PGB wordt op maat vastgesteld. Het tarief voor een PGB a. is toereikend om effectieve en kwalitatief goede zorg in te kopen, en b. wordt bepaald aan de hand van de kostprijs van de in de betreffende situatie goedkoopst adequate individuele voorziening in natura (maximum) en het minimum loon (minimum). 3. Wanneer met het PGB door de cliënt zorg wordt ingekocht bij een professional, geldt dat het budget maximaal 90 % van de hoogte van de kostprijs van de in de betreffende situatie goedkoopst adequate individuele voorziening in natura bedraagt. 4. Wanneer cliënt niet-professionele ondersteuning verwerft, wordt de hoogte van het PGB bepaald aan de hand van het wettelijk minimum uurloon voor werknemers. 5. Het PGB is niet bedoeld voor begeleiding- of administratiekosten in verband met het persoonsgebonden budget. Ook tussenpersonen of belangenbehartigers mogen niet uit het PGB worden betaald. 6. Voor het verkrijgen van een PGB kan het vergaren van één of meerdere offertes door de jeugdige of zijn ouders verplicht worden gesteld. 7. Een PGB wordt jaarlijks op 1 januari geïndexeerd met hetzelfde percentage als de voorziening in natura. Artikel 5. Inzet PGB binnen het sociale netwerk In voorkomende gevallen mag het PGB worden besteed aan zorg en ondersteuning geleverd door personen uit het sociale netwerk. Belangrijk hierbij is dat cliënt aantoont dat dit tot betere en effectievere ondersteuning leidt en doelmatiger is dan de inzet van een zorgvoorziening in natura of een voorziening middels PGB door een professional. Artikel 6. Kwaliteitseisen PGB 1. Voor de zorg die ingekocht wordt met het PGB bij een PGB-zorgaanbieder, gelden dezelfde kwaliteitseisen als voor voorzieningen in natura. 2. Voor de inzet van mensen uit het sociale netwerk voor ondersteuning zijn de volgende kwaliteitseisen van toepassing: a. De persoon verleent verantwoorde hulp, waaronder wordt verstaan hulp van goed niveau, die in ieder geval veilig, doeltreffend, doelmatig en cliëntgericht wordt verleend en die is afgestemd op de reële behoefte van de jeugdige of ouder. b. De kwaliteit van de voorziening moet voldoende zijn om de gestelde doelen te kunnen realiseren. c. De geleverde voorziening wordt afgestemd op de persoonlijke situatie van de aanvrager en eventuele andere vormen van hulp en/of zorg in het gezin. d. De persoon doet melding van iedere calamiteit of geweld die bij de verlening van de jeugdhulp plaatsvindt. e. De persoon stelt een vertrouwenspersoon in de gelegenheid zijn taak uit te voeren.
Pagina: 4 van 5
Hoofdstuk 4: Betrekken ingezetenen Artikel 7. Participatie van jeugd en ouders Het college betrekt de ingezetenen van de gemeente bij het beleid betreffende jeugdhulp. Het gaat daarbij om regionale participatie van zowel jeugd als ouders, ingebed binnen een bestaande, periodieke participatie-structuur, voorzien van ambtelijke ondersteuning en/of door de gemeente ingekochte ondersteuning.
Hoofdstuk 5: Slotbepalingen Artikel 8. Inwerkingtreding Deze nadere regels treden gelijktijdig in werking met de inwerkintreding van de Verordening Jeugdhulp gemeente Huizen 2015. Artikel 9. Citeertitel Deze nadere regels kunnen worden aangehaald als: “Nadere regels behorende bij de Verordening Jeugdhulp gemeente Huizen 2015”.
Pagina: 5 van 5