NOTULEN VAN DE RAAD VOOR MAATSCHAPPELIJK WELZIJN 3 APRIL 2007 Aanwezig:
Marc Reynders - voorzitter Godelieve Pernet, Marleen Van Thielen, Brenda Noels, Mouche De Block, Roger Seys, Yvo Verherstraeten, Michel Schepens, Henricus Schoemans - raadsleden Johan Monbailliu - OCMW-secretaris
DAGORDE : 001 002 003 004 005 006 007 008
009 010
Onderhandelingsprocedure tot het bekomen van een lening. Aan te schrijven financiële instellingen. Onderhandelingsprocedure tot het bekomen van een lening. Bestek. Onderhandelingsprocedure voor de aankoop van tussenschermen voor het serviceflatgebouw ‘t Heppens Hof : toewijzing Onderhandelingsprocedure voor het aanduiden van een jurist voor de ondersteuning van de dienst schuldbemiddeling : toewijzing Verhoging van de prijs voor de warme maaltijden aan huis en voor de maaltijden in het seniorenrestaurant Overeenkomst tussen de gebruiker en het dagverzorgingscentrum : aanpassing Aanduiden van een vertegenwoordiger in de stuurgroep Centra voor Alcohol- en andere Drugproblemen Verwerven van het erfpachtrecht van de gemeente op het perceel gelegen te 3970 Leopoldsburg, tussen Koning Leopold III-laan, Naamselaan, Merkemlaan en De Wittelaan, 1° Afdeling, Sie B nr.2 K 34/dl : definitieve beslissing Volmacht verlenen aan Anja Martens voor het bestellen van dienstencheques op rekeningnummer 091-0175979-50 Volmacht verlenen aan Claire Bollen voor de organisatie van de Socio-culturele participatie op rekeningnummer 091-0127965-51
DE RAAD: 001
Onderhandelingsprocedure tot het bekomen van een lening. Aan te schrijven financiële instellingen.
Gelet op artikel 84 §1 van de wet van 8 juli 1976 op de openbare centra voor maatschappelijk welzijn. Gelet op het K.B. van 8 januari 1996 betreffende de overheidsopdrachten voor aanneming van werken, leveringen en diensten en de concessies voor openbare werken (B.S. 26/01/1996), meer bepaald artikel 17 §1. Gelet op de wet van 24 september 1993 (BS van 18/10/1996) betreffende de overheidsopdrachten en sommige opdrachten voor aanneming van werken, leveringen en diensten. Gelet op het K.B. van 26 september 1996 (BS van 18/10/1996) tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten en van de concessies voor openbare werken, alsmede de bijlage bij dit Koninklijk besluit betreffende de algemene aannemingsvoorwaarden. Gelet op de Wet van 4 augustus 1996 (BS 18/09/1996) betreffende het welzijn van de werknemers bij de uitvoering van hun werk. Overwegende dat het nodig is een opdracht te gunnen met als voorwerp offerte ivm aangaan van een lening.. Overwegende dat de prijs van de opdracht geraamd wordt op 115.010,28 euro (BTW inbegrepen). Overwegende dat de gepaste kredieten voorzien zijn onder artikel 1730000/100/99, 1730000/832/99, 1730000/8341/99, 1730000/8342/99, 1730000/8343/99 en 1730000/9241/99 van het investeringsbudget voor het lopend dienstjaar.
Met 9 stemmen voor, 0 tegen, bij 0 onthoudingen. BESLUIT: Artikel 1. - Voor de opdracht bij wijze van onderhandelingsprocedure en het bijzonder bestek voor offerte ivm aangaan van een lening. worden de inschrijvingen verwacht op 24/04/2007 om 10.00 uur, waarvan de opening zal doorgaan in de zetel van het OCMW, ten overstaan van de voorzitter of zijn afgevaardigde op 24/04/2007 om 13.00 uur. Artikel 2. - Volgende financiële instellingen zullen worden geraadpleegd. 1. Dexia, maatschappelijke zetel, Pachecolaan 44 te 1000 Brussel 2. KBC, maatschappelijke zetel, Havenlaan 2 te 1080 Brussel 3. ING, maatschappelijk zetel, Marnixlaan 24 te 1000 Brussel Artikel 3. - Van onderhavig besluit zullen afschriften worden afgeleverd in enkelvoud aan de financiële dienst ter staving. Artikel 4. - Dit besluit ingevolge artikel 111 van de organieke wet aan de toezichthoudende overheden mede te delen.
002
Onderhandelingsprocedure tot het bekomen van een lening. Bestek.
Voorwerp van de opdracht : De financiering van buitengewone uitgaven. Hoofstuk 1: Administratieve bepalingen Artikel 1 – Algemene bepalingen a. reglementaire en wettelijke referentiebepalingen Deze opdracht is onderworpen aan de wettelijke en reglementaire bepalingen inzake overheidsopdrachten voor diensten, die hierna worden opgesomd : Wet van 24 december 1993 betreffende de overheidsopdrachten en sommige opdrachten voor aanneming van werken, leveringen en diensten. KB van 8 januari 1996 betreffende de overheidsopdrachten voor aanneming van werken, leveringen en diensten en concessies voor openbare werken KB van 26 september 1996 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten en van de concessies voor openbare werken. -
Omzendbrief van 3 december 1997 – Overheidsopdrachten – Financiële diensten bedoeld in categorie 6 van bijlage 2 bij de wet van 24 december 1993 : bank- en beleggingsdiensten en verzekeringsdiensten.
-
Omzendbrief BA-98/04 van 23 juni 1998 aangaande sommige financiële diensten en andere aanbevelingen betreffende enige toepassingsproblemen i.v.m. de wetgeving op de overheidsopdrachten.
b. afwijkingen op de algemene aannemingsvoorwaarden. Volgende bepalingen van de algemene aannemingsvoorwaarden inzake bank- en beleggingsdiensten (artikelen 1 tot 23 van de gemeenschappelijke betalingen en artikelen 67 tot 75 van de bepalingen eigen aan de opdrachten voor aanneming van diensten), zijn niet van toepassing op deze opdracht : Artikelen 5 tot 9 (volgens de tekst zelf van artikel 5 §1) ; Artikelen 2, 3, 4, 12, 13, 14, 19 (Omzendbrief van 03.12.97) ; Artikel 15§1,2,5 en 6, artikel 20§9 en artikel 21§1,2,3 omdat deze bepalingen niet aangepast zijn aan bank- en beleggingsdiensten ; er wordt gedeeltelijk afgeweken van artikel 20 omwille van de noodzaak de maatregelen van ambtswege aan te passen aan de specificiteit van de opdracht, namelijk dat de dienstverlening zoals vermeld in en onder de voorwaarden van Hoofdstuk 3 gedurende de ganse looptijd van de lening moet kunnen geleverd worden ; Er wordt ook gedeeltelijk afgeweken van artikel 69 § 4. Artikel 2 – Voorwerp van de opdracht, bedrage en looptijd Leningen op 10 jaar, voor een bedrag van 115.000 EUR. (1)
Het totaal te financieren bedrag bedraagt dus 115.000 EUR. (1) Herzieningsperiodiciteit: 1 jaar Verplichte varianten: 3-jaarlijkse rentevoet 5-jaarlijkse rentevoet vaste rentevoet Periodiciteit van de kapitaalaflossing en de interestaanrekening : zie artikel 17 Artikel 3 – Aanbestedende overheid De aanbestedende overheid is OCMW LEOPOLDSBURG Informatie met betrekking tot deze opdracht kan bekomen worden bij Mw RITS Susy Tel. 011/34.02.33 Fax. 011/34.02.43 Artikel 4 – aard van de opdracht Deze opdracht is een opdracht van bank- en investeringsdiensten (cf. Artikel 2 : Voorwerp van de opdracht). Artikel 5 – Wijze van gunnen De opdracht wordt gegund via onderhandelingsprocedure zonder bekendmaking. Artikel 6 – Gunningscriteria en toewijzing van de opdracht 1. De prijs de aangeboden marge t.a.v. de opgegeven referentievoet (artikel 18) tijdens de opnemingsperiode na de omzetting in lening de reserveringscommissie (artikel 20) andere modaliteiten met een invloed op de financieringskost: (artikel 25) flexibiliteit op vlak van de kredietmodaliteiten en mogelijkheid om op marktopportuniteiten in te spelen actief schuldbeheer 2.
De additionele dienstverlening (art 27)
90 punten
10 punten 60punten 5 punten
9 punten
6 punten 10 punten
Artikel 7 - Toewijzing van de opdracht De volledige opdracht wordt aan één inschrijver toegekend. De uitvoering van de opdracht is afhankelijk van de gedeeltelijke bestellingen door het bestuur die tot uiterlijk 1 jaar na de ontvangst van de aankondiging van toewijzing mogelijk is. Bij de prijsbepaling houdt de inschrijver rekening met de eventuele penalisatie die zal worden toegepast bij vermindering van geraamde hoeveelheden. Artikel 8 – Gestanddoeningstermijn van de offerte De offerte is twee maanden geldig vanaf de uiterste datum waarop de offertes ingediend moeten zijn (cfr. artikel 10). Artikel 9 – Indienen van de offertes De offerte moet verstuurd worden naar, of worden afgegeven tegen ontvangstbewijs (volgens de keuze van de inschrijver) op het volgend adres : .OCMW LEOPOLDSBURG T.a.v. Monbailliu Johan....... .Koningin Astridplein 44 3970 Leopoldsburg Op de “definitief gesloten omslag” waarin de offerte is gestoken moet worden vermeld : "OFFERTE KREDIETLIJN VOOR BESTEK " "ZITTING dd. 03/04/2007 Overeenkomstig artikel 90 van het KB van 08.01.1996 moet er een RSZ-attest bij de offerte gevoegd worden.
Artikel 10 – Uiterste ontvangstdatum en opening van de offerte De offertes moeten uiterlijk op datum van 24/04/2007 om 10.00 uur in het bezit van het bestuur zijn. Artikel 11 – Taal De offertes dienen opgesteld te worden in het Nederlands. Artikel 12 – Gedeeltelijke inschrijving en consortium Gedeeltelijke inschrijvingen zijn niet toegestaan. Artikel 13 – Leidende ambtenaar De Ontvanger is de leidende ambtenaar. Hij is aangesteld als gemachtigde van het bestuur voor alle handelingen welke betrekking hebben op de leiding, de controle en de keuring van de diensten van de vastgestelde opdracht, met uitzondering van de beslissingen welke tot de wettelijke bevoegdheden behoren van een ander orgaan van het bestuur. Artikel 14 – Toepasselijke wetgeving en bevoegde rechtbank Deze opdracht is onderworpen aan de Belgische wetgeving. De bevoegde rechtbanken zijn deze van het arrondissement .Hasselt. Hoofstuk 2: Voorwaarden van de financiering Artikel 15 – uitvoering van de opdracht, opnameperiode en omzetting in lening Dit artikel omschrijft het gewenste verloop van de nieuwe leningen. De terbeschikkingstelling van de gelden zal gebeuren op een rekening kredietopening ten laatste twee bankwerkdagen na de ontvangst door de inschrijver van de kennisgeving van de gunning van de opdracht, en voor elke lening, de beslissing van het bevoegd orgaan, anderzijds). Het minimum bedrag van een terbeschikkingstelling wordt vastgesteld op 2.500 EUR. In afwachting van de omzetting naar een lening, dient een opnameperiode voorzien te worden van één jaar (eventueel verlengbaar met maximaal 1 jaar). Tijdens deze periode zullen, op basis van de door de aannemer ingediende vorderingsstaten of facturen van leveranciers, de betalingen gebeuren vanaf een rekening kredietopening, overeenkomstig de wettelijke en reglementaire bepalingen. Er is geen minimumbedrag per opname vereist. De opnameperiode (niet inbegrepen in de looptijd) wordt afgesloten en de kredietopening wordt omgezet in een lening op datum van de ontvangst van de aanvraag tot omzetting van het bestuur. Artikel 16 – Herzieningsperiodiciteit van de rentevoet De rentevoet wordt herzien volgens de periodiciteit zoals opgegeven in het overzicht van de te financieren investeringen (cf. artikel 2). Artikel 17 – terugbetaling kapitaal en aanrekening van de interesten Elke kapitaaltranche stemt overeen met het gedeelte kapitaal begrepen in een annuïteit berekend tegen de rentevoet van de lening. De eerste kapitaaltranche vervalt één jaar na de omzetting van de kredietopening in een lening op één van de hiernavolgende data: 1 april, 1 juli, 1 oktober of 31 december. De volgende tranches volgen elkaar op met een tussentijd van één jaar. De interesten van de lening worden semestrieel aangerekend op 1 juli en 31 december. De berekeningsbasis van de interest is 360/360 dagen. De interestbetalingen gebeuren telkens na vervallen termijn. Artikel 18 – wijze van prijsbepaling a. Tijdens de opnameperiode (gewicht = 10 punten) De rentevoet tijdens de opnameperiode is de dagelijkse EURIBOR 3 Maand (European Interbank Offered Rate) aangepast met de aangeboden plus/min marge, uitgedrukt in basispunten (=0,01%). De rentevoet toepasbaar op het dagelijks debetsaldo van de rekening “kredietopening” zal dagelijks vastgesteld worden op basis van de EURIBOR 3 Maand zoals die iedere dag wordt gepubliceerd op het Reutersscherm op de pagina EURIBOR01. De rentevoet houdt rekening met de eventuele penalisatie die wordt toegepast bij vermindering van de geraamde hoeveelheden. De berekeningsbasis van de interestbetalingen is "360 / 360".
Aan de inschrijver die de meest voordelige marge (uitgedrukt in basispunten = 0,01 %) met betrekking tot de EURIBOR heeft voorgesteld, wordt het maximum van het gewicht van dit criterium, zijnde 10 punten, toegekend; de marges voorgelegd door de andere inschrijvers zullen worden vergeleken met deze marge; per verschil van 1 basispunt (=0,01 %) zal het maximum (10 punten) met 1 % verminderd worden. b. Na de omzetting in lening (gewicht = 60 punten) De rentevoet van de lening is de rentevoet tegen de welke de som van de geactualiseerde kasstromen op basis van de Euribor of IRS ask zéro-coupon rentevoeten gelijk is aan het initieel ontleende kapitaal, aangepast met de aangeboden plus/min marge uitgedrukt in basispunten (= 0,01 %). Deze marge blijft vast tot de eindvervaldag van de lening. De rentevoet houdt rekening met de eventuele penalisatie die wordt toegepast bij vermindering van geraamde hoeveelheden. De actualisatierentevoeten worden SPOT gefixeerd, dit betekent twee bankwerkdagen voor de omzetting van de kredietopening in een lening, op basis van de IRS ask rentevoeten, dagelijks afgebeeld op de web-site www.icap.com op de pagina MARKET DATA & COMMENTARY/MARKET DATA/CURVE SNAP SHOT (In geval van onbeschikbaarheid van de rentevoeten op de internet site, zullen de rentevoeten, gepubliceerd om 13:00 op het Reutersscherm op de pagina ICAPEURO, gebruikt worden) of de Euribor rentevoeten, dagelijks gepubliceerd op het Reutersscherm op de pagina EURIBOR01 . De rentevoet van de lening wordt op consolidatie- en iedere herzieningsdatum berekend, conform hieronder vermelde formule :
n
C CFt * dft t 1
CFt K t I t
voor t < n
CFt K t I t RSS t
voor t=n
Rentevoet van de lening = r + marge r: rentevoet die de actualisatie van de cash flows op basis van de Euribor of IRS ask zéro-coupon rentevoeten, gelijkstelt aan het initieel ontleende kapitaal. Deze rentevoet wordt afgerond op drie decimalen op volgende wijze: indien de vierde decimaal begrepen is tussen 0 en 4, wordt naar beneden afgerond, terwijl naar boven wordt afgerond indien de vierde decimaal begrepen is tussen 5 en 9. C: initieel ontleend kapitaal CFt: de cash flow (kasstroom) op tijdstip t K t: aflossing in kapitaal op tijdstip t It: terugbetaling in interest op tijdstip t dft: actualisatiefactor op tijdstip t. De actualisatiefactor wordt berekend op basis van de IRS ask zérocoupon rentevoet van de overeenstemmende periode voor periodes groter dan 1 jaar. Voor periodes kleiner dan of gelijk aan 1 jaar worden de EURIBOR rentevoeten gebruikt. De actualisatiefactoren worden bepaald op basis van eenzelfde berekeningsbasis. Indien geen rentevoet met overeenstemmende periode bestaat, wordt hij geïnterpoleerd via de Cubic Spline methode. n: aantal periodes dat de rentevoet geldig is RSSt: resterend schuldsaldo na terugbetaling in kapitaal op tijdstip t De aldus bekomen rentevoet houdt rekening met de gekozen periodiciteit van betalingen. De berekeningsbasis van de interestbetalingen is "actual/365" voor de IRS-rentevoeten ad en “actual/360” voor de euribor-rentevoeten De inschrijver zal behalve de toegepaste marge ook een indicatieve rentevoet meedelen berekend volgens deze methode, op basis van de Euribor of IRS ASK rentevoeten gepubliceerd vier bankwerkdagen voor de datum waarop de offertes moeten ingediend worden. Ingeval de referentierentevoeten niet of niet meer representatief zouden zijn, niet gepubliceerd zouden worden, foutief zouden blijken, of niet meer gratis toegankelijk worden, zullen ze worden vervangen door gelijkwaardige referenties met betrekking tot de langetermijn- of kortetermijnfinancieringen. Dit kan tot gevolg hebben dat de aangeboden plus/min marge ten opzichte van de nieuwe referentierentevoet moet worden aangepast. Voor de toekenning van de punten aangaande dit gunningscriterium, is het volgende van toepassing : aan de inschrijver die de meest voordelige marge (uitgedrukt in basispunten = 0,01 %) met betrekking tot de hierboven
omschreven rentevoet “r” heeft voorgesteld, wordt het maximum van het gewicht van dit criterium, zijnde 60 punten, toegekend; de marges voorgelegd door de andere inschrijvers zullen worden vergeleken met deze marge; per verschil van 1 basispunt (=0,01 %) zal het maximum met 1 % verminderd worden. aflossingstabel Bij de inschrijving dient de inschrijver een aflossingstabel te leveren voor een lening van 100.000 EUR (omzetting kredietopening per 1/7, eerste interestaanrekening na 6 maanden, eerste aflossing na 12 maanden) opgemaakt volgens de vereisten uit het artikel 16 voor een looptijd van 10 jaar en tegen een rentevoet van 5% die onveranderd blijft voor de volledige looptijd van de lening. Artikel 20 – reserveringscommissie (gewicht = 5 punten) Op de niet-opgenomen bedragen kan tijdens de opnameperiode een reserverings-commissie aangerekend worden. De inschrijver zal de rentevoet meedelen berekend op jaarbasis. De betaling van de reserveringscommissie gebeurt telkens na vervallen termijn. De reserveringscommissie wordt aangerekend op dezelfde dag als de interesten van de kredietopening. De berekeningsbasis is "360 / 360". Aan de inschrijver die de meest voordelige rentevoet op jaarbasis wordt het maximum van het gewicht van dit criterium, zijnde 5 punten, toegekend; de rentevoet voorgelegd door de andere inschrijvers zal worden vergeleken met deze rentevoet; per verschil van 1 basispunt (=0.01%) zal het maximum (5 punten) met 1% verminderd worden. Artikel 21 – wederbeleggingsvergoeding Vervroegde terugbetalingen zijn mogelijk op de contractueel bepaalde herzieningsdata van de rentevoet, mits vooropzeg van 1 maand, en dit zonder aanrekening van een wederbeleggingsvergoeding door de inschrijver. Daarnaast is de aanbestedende overheid steeds gerechtigd, overeenkomstig artikel 7 van het KB van 26/9/96, de oorspronkelijke opdracht eenzijdig te wijzigen. Iedere niet-contractueel voorziene verrichting die een aanpassing van de aflossingstabel tot gevolg heeft, kan evenwel gelijkgesteld worden met een wijziging van het voorwerp van de opdracht en mag beschouwd worden als een eenzijdige verbreking van het contract. In die gevallen heeft de inschrijver recht op een vergoeding gelijk aan het reëel geleden financieel verlies. Het reëel financieel verlies wordt volgens de hierna vermelde formule berekend. n 1
RFV t 1
CFt (1 it )
At 360
RSS
t: verschillende vervaldagen van de geldstromen van interesten en kapitaal die zich op de aflossingstabel bevinden tot de eerstkomende herzieningsdatum n: aantal betalingen tot en met de volgende herziening/ eindvervaldag CFt: geldstroom op vervaldagen t (interesten en kapitaal) voor t=1 : het bedrag in de aflossingtabel op de eerste vervaldag volgend op de vervroegde terugbetaling indien deze geldstroom betrekking heeft op de eerste vervaldag van interesten volgend op de vervroegde terugbetaling, moeten de gelopen interesten in mindering gebracht worden (dit bedrag zal betaald worden op de voorziene datum in de aflossingstabel) GI: gelopen maar nog niet vervallen interesten (deze zijn altijd verschuldigd)
GI
RSS .r.d 360
waar: RSS: resterend schuldsaldo op het ogenblik van de vervroegde terugbetaling r: rentevoet van de lening d: aantal dagen tussen de laatste interestbetaling en de dag van de vervroegde terugbetaling voor t = 2…n : het bedrag in de aflossingstabel op de 2de, 3de, nde vervaldag volgend op de vervroegde terugbetaling voor t = n+1 = datum van herziening of eindvervaldag : het schuldsaldo op die datum + de gelopen maar nog niet vervallen interesten op die datum, te rekenen vanaf de laatste interestbetaling tot datum (n+1) it : Icap- rentevoet van de overeenkomstige looptijd (periode tussen datum van vervroegde terugbetaling en tijdstip t); indien deze rentevoet niet bestaat, wordt hij berekend door lineaire interpolatie A t: aantal dagen tussen de vervroegde terugbetaling en de betaling op tijdstip t RSS: resterende schuldsaldo op het ogenblik van de vervroegde terugbetaling
Bij gedeeltelijke terugbetalingen dienen de geldstromen CFt aangepast te worden in functie van het terugbetaald bedrag. Artikel 22 – De gevraagde waarborgen en samenwerking De inschrijver bepaalt welke waarborg en welke samenwerking (in verband met betalingsverkeer, beleggingen en kredieten) eventueel gevraagd worden. De inschrijver bepaalt tevens welke formaliteiten hiervoor door
het bestuur dienen vervuld te worden. Artikel 23 – dossier-, waarborg- en beheerskosten Er mogen geen dossier-, waarborg- of beheerskosten worden gevraagd. Artikel 24 – toegestane varianten Varianten zijn toegelaten indien ze een voordeel voor het bestuur opleveren. Hoofstuk 3 – Dienstverlening Artikel 25 – andere modaliteiten met een invloed op de financieringskost Andere modaliteiten met een invloed op de financieringskost De inschrijver beschrijft in zijn offerte de modaliteiten die de globale financieringskost gunstig kunnen beïnvloeden, waarbij volgende twee categoriën moeten onderscheiden worden: Flexibiliteit op vlak van de kredietmodaliteiten en mogelijkheid om op marktopportuniteiten in te spelen (gewicht = 9 punten) Hieronder kan verstaan worden: De aangeboden mogelijkheden om de herzieningen van de rentevoeten op een soepele wijze te kunnen beheren De aangeboden mogelijkheden om karakteristieken van leningen in functie van gewijzigde markt- en andere omstandigheden te kunnen aanpassen De aangeboden mogelijkheid om ongebruikte leningensaldi te beheren Actief schuldbeheer (gewicht = 6 punten) Hieronder kan verstaan worden: De instrumenten en financiële technieken die worden geboden om in het licht van gewijzigde marktomstandigheden en/of een optimaal risicobeheer de kredieten efficiënt te kunnen beheren Voor elke aangeboden modaliteit zal de inschrijver aangeven, onder welke voorwaarden ze beschikbaar en bruikbaar is, de eventuele beperkingen waaraan ze onderworpen is, en de prijs eraan verbonden. Voor het toekennen van de punten voor dit gunningscriterium zal het bestuur in elke categorie de inschrijvers rangschikken in functie van de beschikbaarheid, de gevraagde prijs en de toepasbaarheid van de aangeboden modaliteiten. Artikel 26 – de administratieve diensten te verlenen gedurende de ganse duur van de leningen Het leveren, tijdens de opnameperiode, van een op ieder ogenblik bijgewerkte stand van het krediet en een globale maandelijkse staat van alle, niet afgesloten, individuele rekeningen kredietopeningen. Het leveren, bij elke interestafrekening tijdens de opnameperiode, van een gedetailleerde berekening van de te betalen interesten en commissie. Het leveren, per lening, van een aflossingstabel die volledig kadert in het begrotings- en boekhoudkundig systeem van het bestuur, zoals vastgelegd in de huidige reglementering. Dit gebeurt onverwijld na de omzetting in een lening. Deze aflossingstabel bevat minstens volgende gegevens : het identificatienummer, de functioneel economische code, de aanvangs- en einddatum van de lening, het aanvangskapitaal, de duur van de lening, de rentevoet, een tabel met per vervaldag, de te betalen kapitaaltranche, de te betalen interesten, het totaal van de lasten en de nog resterende schuld. Het leveren, ten behoeve van de opmaak van de begroting, van een tabel van de leningen en een (geglobaliseerde) evolutie van de schuld opgemaakt op minimum 6 jaar, uiterlijk eind augustus. De tabel van de leningen bevat minimaal de gegevens zoals vermeld in de aflossingstabel, gesorteerd per functionele code, met dien verstande dat de toestand op 1 januari van het betrokken begrotingsjaar wordt geschetst. Het leveren, ieder jaar in de loop van de maand januari, van een vooruitzicht van de leningslast van het dienstjaar per vervaldag. Het leveren , zodra het bestuur hierom verzoekt, van de gegevens voor : het geautomatiseerd boeken van interesten en aflossingen;
het automatisch bijhouden van de leningeninventaris, ter beschikking gesteld op informatorische wijze. Deze gegevens kaderen in het begrotings- en boekhoudkundig systeem van het bestuur, zoals actueel vastgelegd in de huidige reglementering. Een contactpersoon, belast met de opvolging van het leningsdossier, staat permanent ter beschikking van het bestuur. Bij de afsluiting van het dienstjaar en voor wie onderworpen is aan de Nieuwe Boekhouding : een controletabel van de leningen ten behoeve van de jaarrekening te leveren in de maand januari. Deze tabel bevat, per 31 december van het dienstjaar, minimaal het identificatienummer, het bedrag van de lening, het omgezette bedrag van de lening, de resterende schuld, de voorziene tranche van het afgelopen dienstjaar, de betaalde tranche van het afgelopen dienstjaar, het verschil tussen de voorziene en de betaalde tranche van het afgelopen dienstjaar en de voorziene tranche van het volgende dienstjaar. Het leveren, ten laatste 5 bankwerkdagen na de vervaldag, van een gedetailleerde opgave van de werkelijk betaalde interesten en aflossingen. Het leveren, maandelijks, van een opgavestaat van de gedurende de voorbije maand herziene rentevoeten. De inschrijver garandeert in zijn antwoord de beschikbaarheid van de administratieve dienstverlening. Van elk gevraagd document verstrekt de inschrijver een model (met een beschrijving) in bijlage aan zijn antwoord. Dit om het bestuur toe te laten de kwaliteit ervan te evalueren. Alle hierboven vermelde gegevens kunnen aan het bestuur op informatorische wijze overgemaakt worden, en dit om hun integratie in de boekhoudkundige systemen te vergemakkelijken (inzake informatorische dienstverlening dienen de noodzakelijke protocollen met de informaticacentra op eenvoudig verzoek ter beschikking gesteld te worden). Het bestuur verbindt er zich toe over het nodige materieel en de nodige software te beschikken bij de ontvangst en de exploitatie van deze gegevens. De inschrijver zal het bewijs moeten leveren (door referenties, attesten) dat hij in staat is deze informatorische dienst te leveren. Indien de modeldocumenten en/of bewijzen al in het bezit zijn van het bestuur en een actualisering niet noodzakelijk is, specifieert de inschrijver dit in zijn offerte en is hij niet meer gehouden deze te leveren. Indien de inschrijver tijdens de uitvoering van het contract een administratieve dienst zoals deze hierboven voorzien is,niet langer zou verstrekken,dan heeft het bestuur mits ingebrekestelling per aangetekend schrijven het recht onderhavig contract éénzijdig te verbreken met één maand vooropzeg. De uitstaande schuld kan dan in afwijking van artikel 21 vroegtijdig afgelost worden zonder dat een wederbeleggingsvergoeding verschuldigd is. Artikel 27 : Additionele dienstverlening (gewicht = 10 punten) De inschrijver beschrijft in zijn offerte de additionele dienstverlening die hij aan het bestuur zal geven.
003
Onderhandelingsprocedure voor de aankoop van tussenschermen voor het serviceflatgebouw ‘t Heppens Hof : toewijzing
Gelet op artikel 84 § 1 en § 6 van de wet van 8 juli 1976 op het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn. Gelet op de wet van 14 juli 1976 en wijzigingen, betreffende de overheidsopdrachten voor aanneming van werken, leveringen en diensten, inzonderheid artikel 17 § 2, 1°. Gelet op de beslissing van de raad van het OCMW dd. 3 april 1995, betreffende de vaststelling van bevoegdheden en opdrachten van het Vast Bureau. Overwegende dat het nodig is een opdracht onderhands te gunnen met als voorwerp aankoop van 6 tussenschermen voor het serviceflatgebouw ’t Heppens Hof’. Overwegende dat de prijs van de opdracht geraamd wordt op 4000 euro, inclusief BTW. Overwegende dat de aankoop zal gebeuren door middel van een lening 1730000/100/99 en dat het gepaste krediet is ingeschreven op het investeringsbudget 2007, artikel 2210010/9241/99. BESLUIT: Artikel 1. - De opdracht tot aankoop van 6 tussenschermen voor het OCMW- serviceflats ’t Heppens Hof’ wordt gegund aan de firma Lasatelier Van Dun Bvba , Gilseinde 112 te 2380 Ravels, voor de prijs van 3920,40 euro, inclusief BTW.
Artikel 2. - Het krediet nodig voor de uitvoering van deze beslissing werd voorzien onder artikel 2210010/9241/99 van het investeringsbudget 2007 en zal vereffend worden door middel van een lening 1730000/100/99. Artikel 3. - Onderhavige beslissing zal aan de voogdijoverheden onderworpen worden ingevolge artikel 111 van de organieke wet.
004
Onderhandelingsprocedure voor het aanduiden van een jurist voor de ondersteuning van de dienst schuldbemiddeling : toewijzing
Gelet op artikel 84 §1 van de wet van 8 juli 1976 op het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn. Gelet op de wet van 24 december 1993 betreffende de overheidsopdrachten en sommige opdrachten voor aanneming van werken, leveringen en diensten, meer bepaald artikel 17.2.1.a). Gelet op het KB van 8 januari 1996 betreffende de overheidsopdrachten voor aanneming van werken, leveringen en diensten en de concessies voor openbare werken (BS 26/01/1996), meer bepaald artikel 122. Gelet op het KB van 26 september 1996 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten en van de concessies voor openbare werken (BS 18/10/1996) Gelet op de beslissing van de raad van het OCMW dd. 3 april 1995, betreffende de vaststelling van bevoegdheden en opdrachten van het Vast Bureau. Gelet op het besluit van de Raad dd 30/01/2007 houdende de goedkeuring van opdracht bij wijze van onderhandelingsprocedure, bijgevoegd bijzonder bestek en de procedureïnstelling voor aangaan van een overeenkomst met een juridisch adviseur in kader van de collectieve schuldbemiddeling , ten bedrage van 75 euro per prestatie euro, incl. BTW. Gelet op het PV van opening der inschrijvingen dd .27/03/2007 Overwegende dat de nodige kredieten voorzien zijn onder artikel 6161100/832/99 van het exploitatiebudget voor het lopend dienstjaar en zullen gefinancierd worden met eigen middelen. Met 9 stemmen voor, 0 tegen bij 0 onthoudingen. BESLUIT: Artikel 1. – De opdracht voor aangaan van een overeenkomst met een juridisch adviseur in kader van de collectieve schuldbemiddeling wordt toegewezen aan Maes Ronny, Hamsesteenweg 56 te 3971 Leopoldsburg, ten bedrage van 75 euro per prestatie tot een maximum bedrag bepaald in de begroting van het bestuur. Artikel 2. – De opdrachthouder zal kennis gegeven worden van de goedkeuring van zijn inschrijving na visering voor betaalbaarheid door de OCMW-ontvanger. Artikel 3. – expeditie Afschriften van onderhavig besluit zullen afgeleverd worden aan: - de administratie ter staving samen met de bijhorende stukken - de niet-aanvaarde inschrijvers
005
Verhoging van de prijs voor de warme maaltijden aan huis en voor de maaltijden in het seniorenrestaurant
Gebruikte index 31/12/2006 120,85 31/12/2004 115,56
Seniorenrestaurant 5,50 5,75 3,72 3,89 Alleenstaande 0-198,29 198,31-223,08 223,10-247,87 247,89-272,66 272,68-297,45 297,47-322,24 322,26-347,03 347,05-371,82 371,84-396,60 396,63-421,39 421,42-446,18 446,21-470,97 471,00-495,76 495,79-557,74 557,76-619,71 619,73-681,68 681,71-706,47 706,50-731,26 731,29-756,05 756,08-780,84 780,86-805,63 805,65-867,60 867,63-929,58 929,60-1115,50 1115,52-1239,44 1239,47-……….
006
Per maaltijd 2,11 2,23 2,35 2,48 2,60 2,73 2,85 2,97 3,10 3,22 3,35 3,47 3,59 3,72 3,84 3,97 4,34 4,46 4,59 4,71 4,83 4,96 5,21 5,45 6,20 6,45
Geïndexeerd 2,21 2,33 2,46 2,59 2,72 2,85 2,98 3,11 3,24 3,37 3,50 3,63 3,75 3,89 4,02 4,15 4,54 4,66 4,80 4,93 5,05 5,19 5,45 5,70 6,48 6,75
Echtparen 0-247,87 247,89-309,84 309,87-371,82 371,84-433,79 433,81-495,76 495,79-557,74 557,76-619,71 619,73-681,68 681,71-706,47 706,50-718,87 718,89-731,26 731,29-756,05 756,08-780,84 780,86-805,36 805,65-830,42 830,44-855,21 855,23-880,00 880,02-904,79 904,81-929,58 929,60-954,37 954,39-979,15 979,18-1003,94 1003,97-1028,73 1028,76-1078,31 1078,34-1239,44 1239,47-……….
Per maaltijd 1,49 1,74 1,98 2,23 2,48 2,73 2,97 3,22 3,47 3,59 3,72 3,84 3,97 4,09 4,21 4,34 4,46 4,59 4,71 4,71 4,83 4,83 4,96 4,96 5,45 5,58
Geïndexeerd 1,56 1,82 2,07 2,33 2,59 2,85 3,11 3,37 3,63 3,75 3,89 4,02 4,15 4,28 4,40 4,54 4,66 4,80 4,93 4,93 5,05 5,05 5,19 5,19 5,70 5,84
Overeenkomst tussen de gebruiker en het dagverzorgingscentrum : aanpassing
Het dagverzorgingscentrum, vertegenwoordigd door de voorzitter en secretaris van het OCMW Leopoldsburg, hierna genoemd het “dagverzorgingscentrum” en de heer, mevrouw, mejuffrouw ……………………………………………op de dag van de aanvraag ingeschreven in het bevolkingsregister van de gemeente, stad, ……………………………… op het adres …………………………………………………………………………………... geboren te ………………………………………..op ……………………………………….. hierna genoemd “de gebruiker” of zijn/haar vertrouwenspersoon de heer, mevrouw, mejuffrouw ………………………………………………………………………………………………….. wonende te ……………………………………………………………………………………. geboren te ………………………………………..op ……………………………………….. verklaren te zijn overeengekomen hetgeen volgt: 1. Algemene voorzieningen Het dagverzorgingscentrum waarborgt de gebruiker met ingang van ………………….. de nodige dagverzorging op basis van behoefte aan (re)activering, verpleging, verzorging, toezicht en/of begeleiding in de activiteiten van het dagelijks leven. 2. Financiële bijdragen en opleg De gebruiker is, ter vergoeding van de algemene voorzieningen, aan het dagverzorgingscentrum een forfaitair bedrag verschuldigd van 14,87 € per dag en 8,68 € voor een halve dag. Voor het vervoer wordt 5 € per dag of 2,5 € per rit aangerekend via dienstencheques (2 ritten komen overeen met ¾ dienstencheque).
Deze dagprijzen volgen de schommelingen van het indexcijfer, zoals dit voor de pensioenen toepasselijk is. Dit kan enkel gaan tot een maximum bedrag zoals goedgekeurd door de Prijzencommissie bij het ministerie van Economische Zaken. De rekeningen voor de verblijfskosten worden per maand opgesteld. Zij dienen voldaan te worden binnen de 10 kalenderdagen na het afleveren aan de gebruiker of zijn/haar vertrouwenspersoon. De betaling kan gebeuren door storting op de bankrekening van het dagverzorgingscentrum, vermeld op iedere maandrekening. 1. Alle kosten worden door de gebruiker zelf vereffend zoals boven vermeld. 2. Alle kosten worden geregeld door de vertrouwenspersoon van de bewoner zoals aangesteld in de slotbepalingen van deze overeenkomst. 3. Het Openbaar Centrum van Maatschappelijk Welzijn van ……………………….. 4. De combinatie van …………………………………………………………………. Volgende prestaties worden buiten de dagprijs bijkomend aangerekend op de maandelijkse factuur: 1. Facultatieve diensten: kapster 2. Remgelden doktersgetuigschriften 3. Remgelden medicatie 4. Eventuele tussenkomsten in vrijblijvende ontspanningsactiviteiten Gebruikers kunnen indien ze niet over voldoende financiële middelen beschikken, een individuele regeling treffen met het OCMW van het bevoegd steunverlenend centrum. Goedgekeurde verhogingen van de dagprijs worden aan de gebruiker schriftelijk medegedeeld. Deze schriftelijke mededeling gebeurt minstens één maand voor de datum van ingang van de verhogingen. Ook het OCMW van het bevoegd steunverlenend centrum wordt van deze verhogingen verwittigd. 3. De verblijfs- en ontslagcriteria De overeenkomst wordt aangegaan voor onbepaalde duur. De mogelijkheid is voorzien dat de gebruiker enkele dagen ter kennismaking kan komen op verzoek van de gebruiker zelf, of op verzoek van het dagverzorgingscentrum. Dit kan maximum 5 dagen vooraleer definitief te beslissen door de gebruiker of het dagverzorgingscentrum. Na 8 weken afwezigheid van de gebruiker in het dagverzorging, om welke reden dan ook, houdt het dagverzorgingscentrum zich het recht voor de gebruiker uit te schrijven. De gebruiker wordt, indien gewenst, bij voorrang terug opgenomen. Bij afwezigheid (behalve bij plotse ziekte of hospitalisatie) wordt gevraagd om minstens één dag op voorhand het centrum te verwittigen. Indien dit niet gebeurt, zal de halve dagprijs van die dag worden aangerekend. Bij plotse ziekte of hospitalisatie wordt gevraagd het dagverzorgingscentrum dezelfde dag te verwittigen en de ziekte of hospitalisatie binnen de 7 kalenderdagen door middel van een doktersattest te staven De overeenkomst kan worden beëindigd op basis van de omstandigheden zoals die zijn omschreven in het reglement van orde punt 4 blz. 4. Bij iedere wijziging in het aantal afgesproken verblijfsdagen met de gebruiker en/of zijn/haar vertrouwenspersoon wordt een nieuwe schriftelijke overeenkomst opgemaakt. 4. Schadevergoeding – aansprakelijkheid Indien de gebruiker of het dagverzorgingscentrum nalatig zouden zijn in het naleven van de wederzijdse verplichtingen voortvloeiend uit deze overeenkomst, het reglement van orde inbegrepen, heeft de benadeelde partij het recht van de andere partij eventueel een schadevergoeding te vorderen van kosten en intresten zowel als van de gerechtelijke en de buitengerechtelijke kosten. Alle geschillen in dit verband worden gebracht voor de bevoegde rechtbank van Hasselt. 5. Slotbepalingen Het ondertekenen van deze overeenkomst is voor de gebruiker een verzoek om uit vrije wil en zonder enige dwang opgenomen te worden in het dagverzorgingscentrum “De Kiosk”, onder de voorwaarden zoals in deze overeenkomst vermeld. De bewoner of zijn/haar vertrouwenspersoon verklaart hiermede zowel een exemplaar van het geldende reglement van orde als van deze overeenkomst te hebben ontvangen. Hij/zij verbindt er zicht toe de bepalingen van beiden te zullen naleven en eerbiedigen. Ik, als gebruiker of zijn/haar vertrouwenspersoon, verklaar hiermede alle verklaringen in eer en geweten te hebben gedaan voor regeling van deze dagverzorging. Deze overeenkomst bevat 4 bladzijden.
007
Aanduiden van een vertegenwoordiger in de stuurgroep Centra voor Alcohol- en andere Drugproblemen
De voorzitter, Marc Reynders, wordt met eenparigheid van stemmen aangeduid als de vertegenwoordiger van het OCMW.
008
Verwerven van het erfpachtrecht van de gemeente op het perceel gelegen te 3970 Leopoldsburg, tussen Koning Leopold III-laan, Naamselaan, Merkemlaan en De Wittelaan, 1° Afdeling, Sie B nr.2 K 34/dl : definitieve beslissing
Gelet op artikel 75 en volgende van de organieke wet op de OCMW dd 8 juli 1976. Gelet op de wet van 10 januari 1824 over het recht van erfpacht. Overwegende dat wordt overgegaan tot het verwerven van een recht van erfpacht op het hierna vermelde onroerend goed: een perceel grond met gebouwen, gelegen te 3970 Leopoldsburg, tussen Koning Leopold III laan, Naamselaan, Merkemlaan en De Wittelaan, kadastraal gekend, 1 e Afdeling, Sie B nr. 2 k 34/dl, met een oppervlakte van één hectare drie aren tweeënzestig centiaren (1ha03a62ca) zoals aangeduid als lot 2A op het bij deze beslissing gevoegd plan. Overwegende dat het recht van erfpacht wordt verworven met het oog op de aanwending van het onroerend goed voor het bouwen van een rust- en verzorgingstehuis door het OCMW Leopoldsburg. Overwegende dat het perceel, kadastraal gekend, 1e Afdeling, Sie B nr. 2 k 34/dl, lot 2A, eigendom is van de gemeente Leopoldsburg ingevolge akte van minnelijke onteigening van 18 december 2006. Overwegende dat het recht van erfpacht wordt verworven voor een termijn van 99 jaar en mits het betalen aan de gemeente van een jaarlijkse vergoeding van 1 EUR. Overwegende dat door de erfpachthouder, OCMW Leopoldsburg, een aantal voorwaarden moeten nageleefd worden. Overwegende dat de gemeenteraad van 29 april 2003 besliste voor dit gedeelte van het perceel een Bijzonder Plan van Aanleg te laten opmaken met het oog op de bestemmingswijziging van militair domein naar een zone voor openbare nuts- en gemeenschapsvoorzieningen. Dat de gemeenteraad van 22 februari 2005 het Bijzonder Plan van Aanleg “Fourrage” definitief aanvaard heeft. Overwegende dat bij ministerieel besluit van 31 mei 2005 het Bijzonder Plan van Aanleg “Fourrage” goedgekeurd werd. Overwegende dat door OVAM op 29 juni 2005 een bodemattest werd afgeleverd. Gelet op de wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen. Gelet op het decreet van 28 april 1993 houdende regeling voor het Vlaamse Gewest van het administratief toezicht op de gemeenten. Gelet op de wet van 12 november 1997 betreffende de openbaarheid van bestuur in de provincies en de gemeenten. Na beraadslaging; BESLUIT: Artikel 1.- Onder de in dit besluit vastgestelde voorwaarden en lasten zal het OCMW Leopoldsburg overgaan tot het verwerven van het recht van erfpacht van de gemeente Leopoldsburg op het hierna vermelde onroerend goed:
een perceel grond met gebouwen, gelegen te 3970 Leopoldsburg, tussen Koning Leopold III laan, Naamselaan, Merkemlaan en De Wittelaan, kadastraal gekend, 1 e Afdeling, Sie B nr. 2 k 34/dl, met een oppervlakte van één hectare drie aren tweeënzestig centiaren (1ha3a62ca) zoals aangeduid als lot 2A op het bij deze beslissing gevoegd plan. Artikel 2.- De jaarlijkse vergoeding voor het recht van erfpacht bedraagt 1 EUR die het OCMW Leopoldsburg zal dienen te betalen voor de jaarlijkse vervaldag. De vergoeding wordt van rechtswege gekoppeld aan de index van de consumptieprijzen en wordt, behoudens andersluidende wettelijke beschikkingen, op de vervaldag aangepast volgens de volgende formule: basisprijs x nieuwe index nieuwe vergoeding = ---------------------------------------basisindex waarbij de basisprijs deze is die vermeld is in onderhavige overeenkomst, hetzij 1 EUR, de nieuwe index het indexcijfer is van de maand voorafgaand aan deze van de jaarlijkse vervaldag en de basisindex het indexcijfer is van de maand die voorafgaat aan deze waarin de huidige akte verleden wordt. Artikel 3.- Het recht van erfpacht wordt verworven voor een termijn van 99 jaar met ingang van de datum van ondertekening van de akte. De erfpacht is na het verstrijken van voornoemde termijn, met inachtneming van de wettelijk toegelaten maximumtermijn, verlengbaar bij onderlinge toestemming van de partijen na een besluit in die zin van hun bevoegde organen. De erfpacht kan in geen geval stilzwijgend worden verlengd. Artikel 4.- Het erfpachtrecht wordt verworven onder de volgende algemene voorwaarden: De goederen worden in erfpacht ontvangen in de staat en de ligging waarin zij zich thans bevinden met de vooren nadelige, zicht- en onzichtbare, voortdurende en niet-voortdurende, actieve en passieve erfdienstbaarheden die op de goederen rusten, met recht voor het OCMW Leopoldsburg de ene in zijn voordeel te doen gelden en zich tegen de andere te verzetten doch zulks op zijn kosten, lasten en risico, zonder tussenkomst van het gemeentebestuur noch verhaal tegen laatstgenoemde en zonder dat deze bepaling aan wie dan ook meer rechten zal kunnen verstrekken dan deze gegrond op rechtmatige titels of op de wet. Het OCMW Leopoldsburg dient het erfpachtrecht te aanvaarden zonder waarborg van de oppervlakte. Het verschil in oppervlakte zal ten voordele of ten nadele van het OCMW Leopoldsburg zijn, zelfs al bedraagt dit meer dan 1/20ste. De goederen die het voorwerp van de erfpachtovereenkomst zullen uitmaken worden in erfpacht ontvangen vrij en onbelast van alle lasten en hypotheken van alle aard, de gronden zijn vrij van alle pachtverplichtingen. Artikel 5.- Het erfpachtrecht wordt verkregen onder de volgende bijzondere voorwaarden: a) Bestemming Het OCMW mag de in erfpacht gekregen goederen uitsluitend bestemmen voor het bouwen van een rust- en verzorgingstehuis. Het OCMW mag met betrekking tot voornoemde goederen geen enkel bouwwerk, gebouw, werk of beplanting oprichten, aanbrengen of uitvoeren indien dit niet noodzakelijk of nuttig is voor de realisatie van voornoemde bestemming. Tijdens de gehele duur van het recht van erfpacht dient de hierboven vermelde bestemming behouden te blijven behoudens voorafgaande schriftelijke toestemming van het Gemeentebestuur. b) Rechten van OCMW Leopoldsburg Het OCMW is, onder voorbehoud van hetgeen bepaald is in de punten h en i betreffende stedenbouw en de milieuwetgeving, gerechtigd nieuwe gebouwen, bestaande gebouwen geheel of gedeeltelijk te slopen, werken en beplantingen op te richten en uit te voeren op of aan de in erfpacht gegeven goederen. Het gemeentebestuur doet afstand ten voordele van Het OCMW Leopoldsburg van het recht van natrekking dat het bij toepassing van de bepalingen van het burgerlijk wetboek heeft op de gebouwen, bouwwerken en beplantingen die op de in erfpacht gegeven gronden worden opgericht en dit voor de gehele duur van de erfpacht periode. Het is het OCMW Leopoldsburg niet toegestaan de door haar of voor haar verwezenlijkte gebouwen tijdens de duur van de erfpacht geheel of gedeeltelijk te slopen of te verwijderen zonder voorafgaande, schriftelijke toestemming van het gemeentebestuur. Het OCMW mag verder noch de erfpacht, noch de in erfpacht gegeven goederen, noch de gebouwen die door haarzelf of voor haar zouden worden opgericht, hypothekeren, vervreemden, er zakelijke rechten of
c)
d)
e)
f)
g)
h)
erfdienstbaarheden op vestigen of er daden van beschikking over stellen zonder de voorafgaande schriftelijke toestemming van het gemeentebestuur. Belastingen en taksen Alle belastingen en taksen van welke aard ook, inclusief de onroerende voorheffing met betrekking tot de in erfpacht gegeven goederen en/of op de door het OCMW opgerichte onroerende goederen, met betrekking tot de bezetting van deze goederen of de activiteit die er door het OCMW wordt uitgeoefend, zijn ten laste van het OCMW, vanaf de eerste maand volgend op de datum van de authentieke akte. Onderhoud, herstellingen, aanpassingen en aansluitingen Het OCMW Leopoldsburg is ertoe gehouden de in erfpacht gegeven goederen, evenals alle door haarzelf of voor haar verwezenlijkte of aangebrachte gebouwen van welke aard ook, te onderhouden op haar kosten en er alle grote en kleine herstellingen van alle aard uit te voeren. Het gemeentebestuur is tot geen enkele herstelling gehouden. Het gemeentebestuur kan evenmin verantwoordelijk gesteld worden voor hinder, schade, afwijkingen, toevallige onderbrekingen enz., wat ook de oorzaak moge zijn, die zich aan de in erfpacht gegeven goederen of aan de technische installaties ten dienste van de gebouwen zouden kunnen voordoen. Het OCMW Leopoldsburg is verplicht het geheel in goede staat van onderhoud en herstelling terug te geven aan het gemeentebestuur bij afloop van het recht van erfpacht. De kosten voor aansluiting, abonnementen en gebruik van nutsvoorzieningen, zoals onder meer water, gas, elektriciteit, telefoon, kabel-TV, telefax, internet e.a. zijn ten laste van het OCMW. Het gemeentebestuur staat echter niet garant voor de aansluiting op en het behoorlijk functioneren van eender welk distributienet. Alle kosten die voortvloeien uit verbouwingen, herstellingen of uitbreidingen van de in erfpacht verkregen goederen, alsook de kosten die het gevolg zijn van de uitvoering van wettelijke, administratieve of andere voorschriften inzake hygiëne, openbare gezondheid, veiligheid, arbeidsveiligheid of milieuvoorschriften, zijn ten laste van het OCMW Leopoldsburg. Verzekeringen Tijdens de gehele duur van de erfpacht dient het OCMW de in erfpacht verkregen goederen evenals de door of voor haar opgerichte gebouwen voor de volle waarde te verzekeren tegen brand en aanverwante risico’s bij een door het gemeentebestuur aanvaarde verzekeringsmaatschappij. Op eerste aanvraag van het gemeentebestuur zal het OCMW het bestaan van de verzekeringen en de regelmatige betaling van de premies moeten bewijzen. Het OCMW staat verder op eigen kosten tevens in voor het nemen van alle bij wetten, decreten of besluiten van de hogere overheid verplichte verzekeringen met betrekking tot de in erfpacht verkregen goederen en de door haar opgerichte gebouwen. Hoofdelijkheid, afstand en overdracht Het OCMW mag haar rechten op de erfpacht noch geheel noch gedeeltelijk afstaan of overdragen aan derden behoudens na voorafgaande schriftelijke toestemming van het gemeentebestuur. In geval van afstand of overdracht van de rechten betreffende de erfpacht, blijft het OCMW hoofdelijk borg voor de goede uitvoering van de uit de aanvankelijke erfpacht voortvloeiende verplichtingen. Einde van het recht van erfpacht De erfpacht neemt een einde door het verstrijken van de in artikel 3 vermelde termijn en tevens, van rechtswege en zonder ingebrekestelling, indien en zodra het OCMW Leopoldsburg ophoudt te bestaan. Bij de beëindiging van de erfpacht op deze wijze, komen de gebouwen en opstallen, evenals alle verbeteringen en aanplantingen die het OCMW heeft aangebracht of uitgevoerd tijdens de duur van de erfpacht in volle eigendom en zonder dat het OCMW aanspraak kan maken op enige vergoeding ter zake, toe aan het gemeentebestuur, tenzij het gemeentebestuur er de voorkeur aan geeft deze gebouwen, opstallen, verbeteringen of aanplantingen geheel of gedeeltelijk te laten verwijderen en de in artikel 1 vermelde goederen terug in hun oorspronkelijke staat te laten herstellen, op kosten van de begunstigde. Het OCMW kan zich steeds vervroegd vrijmaken van het recht van erfpacht op voorwaarde dat de achterstallige vergoedingen tot aan de dag der overlating dadelijk betaald worden. Indien het gemeentebestuur voor het verstrijken van de in artikel 3 vermelde termijn eenzijdig een einde stelt aan het recht van erfpacht, zonder dat het OCMW in gebreke is gebleven omdat het om reden van algemeen belang of van lokaal belang een andere bestemming wenst te geven aan de in erfpacht verkregen goederen, zal het het OCMW voor de door of voor haar opgerichte opstallen vergoeden zoals gebruikelijk is inzake onteigeningen om reden van openbaar nut, gesteund op een schatting door de ontvanger der registratie en na afhouding van de door de begunstigde eventueel aan het bestuur nog verschuldigde bedragen. Stedenbouw Er kan geen verzekering gegeven worden omtrent de mogelijkheid om nog verder op het in erfpacht gegeven goed te bouwen of om daarop enige vaste of verplaatsbare inrichting op te stellen die voor bewoning kan worden gebruikt. Het OCMW Leopoldsburg dient zich ertoe te verbinden de stedenbouwkundige
voorschriften na te leven. Het OCMW zal niet met de oprichting van gebouwen beginnen dan nadat het de nodige vergunningen en goedkeuringen heeft bekomen. Het in erfpacht verkregen goed is niet gelegen in een beschermd landschap en valt niet onder de wetgeving op de ruilverkaveling van landeigendommen. Het goed maakt bij weten van het gemeentebestuur geenszins het voorwerp uit van een geplande onteigening. In uitvoering van het Vlaamse decreet betreffende de Ruimtelijke Ordening van 18 mei 1999, in werking getreden op 1 mei 2000, wordt artikel 99 van voormeld decreet hierna door de instrumenterende ambtenaar integraal overgenomen: § 1. Niemand mag zonder voorafgaande stedenbouwkundige vergunning: 1° bouwen, op een grond één of meer vaste inrichtingen plaatsen, een bestaande vaste inrichting of bestaand bouwwerk afbreken, herbouwen, verbouwen of uitbreiden met uitzondering van instandhoudingswerken of onderhoudswerken; 2° ontbossen in de zin van het bosdecreet van 13 juni 1990 van alle met bomen begroeide oppervlakten bedoeld in artikel 3§1 en §2 van dat decreet (decreet 26 april 2000, art. 16); 3° hoogstammige bomen vellen, alleenstaand, in groeps- of lijnverband, voorzover ze geen deel uitmaken van met bomen begroeide oppervlakten bedoeld in artikel 3§1 en §2 van het bosdecreet van 13 juni 1990 (decreet 26 april 2000, art. 16); 4° het reliëf van de bodem aanmerkelijk wijzigen; 5° een grond gewoonlijk gebruiken, aanleggen of inrichten voor: a) het opslaan van gebruikte of afgedankte voertuigen, van allerhande materialen, materieel of afval; b) het parkeren van voertuigen, wagens of aanhangwagens; c) het plaatsen van één of meer verplaatsbare inrichtingen die voor bewoning kunnen worden gebruikt, zoals woonwagens, kampeerwagens, afgedankte voertuigen, tenten; d) het plaatsen van één of meer verplaatsbare inrichtingen of rollend materieel die hoofdzakelijk voor publicitaire doeleinden worden gebruikt; 6° het geheel of gedeeltelijk wijzigen van de hoofdfunctie van een onroerend bebouwd goed met het oog op een nieuwe functie, voor zover deze functiewijziging voorkomt op een door de Vlaamse regering op te stellen lijst van de vergunningsplichtige functiewijzigingen; 7° in een gebouw het aantal woongelegenheden wijzigen die bestemd zijn voor de huisvesting van een gezin of een alleenstaande, ongeacht of het gaat om een eengezinswoning, een etagewoning, een flatgebouw, een studio of een al dan niet gemeubileerde kamer; 8° publiciteitsinrichtingen of uithangborden plaatsen of wijzigen; 9° recreatieve terreinen aanleggen of wijzigen, waaronder een golfterrein, een voetbalterrein, een tennisveld, een zwembad. Onder bouwen of plaatsen van vaste inrichtingen, zoals bedoeld in het eerste lid, 1°, wordt verstaan het oprichten van een gebouw of een constructie of het plaatsen van een inrichting, zelfs uit niet-duurzame materialen, in de grond ingebouwd, aan de grond bevestigd of op de grond steunend omwille van de stabiliteit, en bestemd om ter plaatse te blijven staan, ook al kan het ook uit elkaar worden genomen, verplaatst of is het volledig ondergronds. Dit behelst ook het functioneel samenbrengen van materialen waardoor een vaste inrichting of constructie ontstaat, en het aanbrengen van verhardingen. Onder instandhoudings- of onderhoudswerken zoals bedoeld in het eerste lid, 1°, worden werken verstaan die het gebruik van het gebouw voor de toekomst ongewijzigd veilig stellen door het bijwerken, herstellen of vervangen van geërodeerde of versleten materialen of onderdelen. Hieronder kunnen geen werken begrepen worden die betrekking hebben op de constructieve elementen van het gebouw, zoals: 1) vervangen van dakgebintes of dragende balken van het dak, met uitzondering van plaatselijke herstellingen; 2) geheel of gedeeltelijk herbouwen of vervangen van buitenmuren, zelfs met recuperatie van de bestaande stenen. Als hoogstammige boom zoals bedoeld in het eerste lid, 3°, wordt beschouwd elke boom die op een hoogte van 1 meter boven het maaiveld een stamomtrek van 1 meter heeft. Als aanmerkelijke reliëfwijziging zoals bedoeld in het eerste lid, 4°, wordt onder meer beschouwd elke aanvulling, ophoging, uitgraving of uitdieping die de aard of functie van het terrein wijzigt. Onverminderd het eerste lid, 5°, c, is geen stedenbouwkundige vergunning vereist voor het kamperen met verplaatsbare inrichtingen op een kampeerterrein in de zin van het decreet van 3 maart 1993 houdende het statuut van de terreinen voor openluchtrecreatieve verblijven. §2. De Vlaamse regering kan de lijst vaststellen van de werken, handelingen, wijzigingen waarvoor, wegen hun aard en/of omvang, in afwijking van §1, geen stedenbouwkundige vergunning vereist is. Ze kunnen ook voor de met toepassing van §2 van vergunning vrijgestelde werken en handelingen de stedenbouwkundige vergunningsplicht invoeren.
i)
j)
§3. Een provinciale en een gemeentelijke stedenbouwkundige verordening kunnen vergunningsplichtige werken, handelingen en wijzigingen, genoemd in §1, aanvullen. Ze kunnen ook voor de met toepassing van §2 van vergunning vrijgestelde werken en handelingen de stedenbouwkundige vergunningsplicht invoeren. De gemeente Leopoldsburg beschikt nog niet over een plannen- en vergunningenregister zodat er geen stedenbouwkundig uittreksel toegevoegd kan worden. Milieuwetgeving Het gemeentebestuur kan geen zekerheid geven omtrent de mogelijkheid om op of in de in erfpacht verkregen goederen activiteiten uit te oefenen die bij toepassing van het milieuvergunningsdecreet van 28 juni 1985 en zijn uitvoeringsbesluiten, vergunningsplichting zijn. Het OCMW Leopoldsburg mag op of in de in erfpacht verkregen goederen geen vergunningsplichtige activiteit in voormelde zin uitoefenen, zo lang de voorgeschreven milieuvergunning niet is verkregen. Het gemeentebestuur verklaart dat op de grond die het voorwerp is van onderhavige overeenkomst, bij hun weten geen inrichting gevestigd is of was, of geen activiteit wordt of werd uitgevoerd die opgenomen is in de lijst van inrichtingen en activiteiten die bodemverontreiniging kunnen veroorzaken zoals bedoeld in artikel 3§1 van het bodemsaneringsdecreet; lijst weergegeven als bijlage 1 van het Vlaams reglement houdende bodemsanering van 5 maart 1996. Het gemeentebestuur verklaart dat het OCMW Leopoldsburg voor het sluiten van onderhavige overeenkomst op de hoogte is gebracht van de inhoud van het bodemattest afgeleverd door OVAM op 29 juni 2005 waarvan de inhoud luidt als volgt: voor perceel Leopoldsburg, 1 e Afdeling sectie b nummer 0002K34 bevestigt OVAM dat bedoeld perceel opgenomen is in het register der verontreinigde gronden. Uitspraak historische bodemverontreiniging: “In het oriënterend bodemonderzoek van dd. 07.04.2005, worden concentraties vastgesteld waarbij de kwaliteit van de bodem rechtstreeks of onrechtstreeks nadelig wordt beïnvloedt of kan beïnvloed worden. Gelet op de kenmerken van de bodem en de functies die deze vervult zoals weergegeven in het voormelde rapport, oordeelt de OVAM dat er geen sprake is van ernstige aanwijzigingen dat de historische bodemverontreiniging een ernstige bedreiging vormt. Op basis hiervan moet conform het bodemsaneringsdecreet niet tot bodemsanering worden overgegaan. In het kader van een onteigening werd een deel van dit kadastraal perceel, voorkomend onder inneming 2A en 2B van het onteigeningsplan, plan van de te vervreemden onroerende goederen gekadastreerd Leopoldsburg, Afd. 1, sct B nr. 2/Z/22/deel (thans 2K34), onderzocht. De te onteigenen of onteigende oppervlakte bedraagt 1ha11a82ca. Dit bodemonderzoek is uitgevoerd in het kader van onteigening en kan niet aangewend worden voor overdracht van het volledige perceel. Documenten betreffende historische bodemverontreininging: Type: Oriënterend bodemonderzoek Titel: voormalig steenkooldepot Ministerie van Landsverdediging, De Wittelaan te Leopoldsburg (05027/04). Auteur: Libost n.v. Erfpachtakte De erfpachtakte zal verleden worden uiterlijk binnen de drie maanden na goedkeuring van de raadsbeslissing. De ingenottreding zal ingaan op de dag van het verlijden van de erfpachtakte.
Artikel 6.- Voor alles wat niet geregeld wordt in de af te sluiten erfpachtovereenkomst, gelden de bepalingen van de wet van 10 januari 1824 over het recht van erfpacht. Artikel 7.- Het Vast Bureau is belast met de verdere uitvoering van dit besluit.
Namens de raad, De secretaris, J. Monbailliu
De voorzitter M. Reynders