R IJ K S U N IV E R S IT E IT G R O N IN G E N
Geestelijken in het recht
l)e r e c h t s p o s it ie v a n g e e s t e lij k e f u n c t io n a r is s e n in h e t lic h t v a n h e t e ig e n r e c h t v a n k e r k e n e n r e lig ie u z e g e m e e n s c h a p p e n in d e N e d e r la n d s e r e c h t s o r d e
Proefschrift
ter verkrijging van het doctoraat in de R echtsgeleerdheid aan de R ijksuniversiteit G roningen op gezag van de R ector M agnificus, dr. E. Sterken, in het openbaar te verdedigen op donderdag 5 septem ber 2013 om 16 .15 uur
door
Pieter Ti jmen Pel
geboren op 29 septem ber 1961 te Ommen
In hou d sopgave
W oord v ooraf
1 1.1 1.2
1.3 1.4 1.5 1.6
1.7
Inleiding V erkenning R echtspositie B elem m eringen N ieuw e kerkelijke functionarissen N ieuw e religieuze gem eenschappen Probleem stelling en m ethodologie Term inologie
1 2
3 6 6
7 9
D E E L I - kerkgenootschappen en religieuze gem eenschappen in het recht
2 2.1
2.5 2.6 2.7 2.8
H istorische ontw ikkeling: kerk en staat in Nederland Kerk en staat in N ederland tot 1848 2.1.1 Unie van U trecht 2 . 1.2 B ataafse republiek en Franse tijd 2.1.3 G rondw et 1815 2.1.4 O verheidsbem oeienis 2.1.5 D e ‘A fscheiding’ G rondw et 1848 W et op de kerkgenootschappen 1853 Staatscom m issie A nem a 2.4.1 Eigen positie van kerkgenootschappen 2.4.2 B etekenis van k e rk d ijk recht G rondw et 1983 De kom st van art. 2:2 BW Kerk en staat: actuele status C onclusies
15 15 16 17 18 19 20 22 26 28 30 32 34 37 42
3 3.1 3.2
De betekenis van de grondrechten Inleiding O ntw ikkelingen rond grondrechten
45 45
2.2 2.3 2.4
Geestelijken in het recht
viii
3.3 3.4 3.5 3.6 37 3.8 3.9
3.10 3.11
4
Toetsingsm odel R eikw ijdte van art. 6 G rondw et B etekenis van art. 9 EV RM en art. 18 IVBPR B egrenzing van de godsdienstvrijheid: art. 9 lid 1 EVRM Beperkingen van de godsdienstvrijheid: art. 9 lid 2 EVRM Horizontale werking en botsing van grondrechten Art. 9 EVRM en de kerkgenootschappen 3.9.1 G rondrechtdrager 3.9.2 Registratie en erkenning 3.9.3 R echtspersoonlijkheid 3.9.4 A utonom ie Art. 9 EVRM en de religieuze gem eenschappen C onclusies
47 48 51 57 63 68 71 71 74 74 76 82 84
4.8 4.9 4.10 4.11 4 . 12 4.13 4.14 4.15 4.16
K erkgenootschappen en religieuze gem eenschappen als organisaties in het recht Inleiding Historie Een juridisch begrip G een w ettelijke om schrijving O m schrijvingen in literatuur en rechtspraak D oelgroep ‘A ndere genootschappen op geestelijke gro n dslag’ (art. 2:18 BW -oud) K erkgenootschap geen vereniging Publiekrechtelijke o f privaatrechtelijke organisatie? Rechtspersoonlijkheid Zelfstandige onderdelen en licham en K erkgenootschappen en religieuze gem eenschappen O rganogram C orporaties Registratie Conclusies
106 110 116 122 127 130 134 135 138 139
5 5.1 5.2 5.3 5.4 5.5 5.6
Het eigen statuut van kerkgenootschappen Inleiding Statuut o f reglem enten? G een om schrijving van statuut A ard van het eigen statuut G een uniform kerkrecht Intern recht en alternatieve regelgeving
143 143 144 145 147 149
4.1 4.2 4.3 4.4 4.5 4.6 4.7
87 87 88
91 92 100
Inhoudsopgave 5.7 5.8 5.9 5.10 5 . 11
5.12 5.13
G eestelijke en m ateriële zaken I: kerkelijk p erspectief G eestelijke en m ateriële zaken II: statelijk p erspectief O m vang van het eigen statuut R echtsregels en geloofsregels I: kerkelijk p erspectief R echtsregels en geloofsregels II: statelijk perspectief 5.11.1 Statelijke rechtspraak: begrenzingen in kerkelijke context 5 .1 1.2 Statelijke rechtspraak: begrenzing in publieke context 5.11.3 Statelijke rechtspraak: grenskw esties 5.11.4 V raagpunten voor de rechter H et statuut bij religieuze gem eenschappen C onclusies
De verhouding tussen kerkelijk en statelijk recht in juridisch perspectief 6.1 Inleiding 6.2 K erkelijke attitude 6.3 Specifieke organisatie en specifiek organisatierecht 6.4 N ederlands recht 6.5 Excurs I: de Hoge Raad in ‘Boele van H ensbroek’ 6 .6 Excurs II: het EH RM in de 'H asan & C haush’-doctrine 6.7 K erkelijk recht en privaatrecht 6 .8 Recht in beeld 6.9 ‘V oor zover niet in strijd met de w et’ 6 .10 De visie van Van der Ploeg 6 .1 1 B etekenis van art. 79 W et RO 6.12 R echtspluralism e? 6.13 C onclusies
IX
152 157 159 166 170 170 174 178 181 182 183
6
7 7.1 7.2 7.3 7.4 7.5 7.6 7.7
G rensverkeer tussen kerkelijk recht en statelijk recht Inleiding D eelnam e van kerkgenootschappen aan het statelijk rechtsverkeer Intern-kerkelijke regelgeving o f besluitvorm ing m et extern rechtsgevolg Incorporatie van het statelijk recht in het kerkelijk recht A nalogische toepassing Boek 2 Titel 1 BW op kerkgenootschappen Recht en onrecht in de kerk De kerk en de rechtsbescherm ing volgens art. 6 EVRM 7.7.1 D udova & Duda c. la République tchèque 7.7.2 A htinen vs. Finland 7.7.3 M üller c. A llem agne 7.7.4 Bandier c. A llem agne
185 186 187 188 191 204 205 208 209 213 2 16 218 223
225 225 226 228 231 233 236 239 240 242 244
Geestelijken in het recht
X
7.7.5 Pellegrini vs. Italy 7.7.6 De Boer/CG K Z eew olde 7.8 De kerk en liet strafrecht 7.9 De kerk en het aansprakelijkheidsrecht 7.10 C onclusies
244 246 248 257 263
DEEL II - geestelijke functionarissen in het reeht
8 8.1
8.9
Functies in kerken en religieuze gem eenschappen Inleiding R echtsposities in de kerk? Functies in het episcopaal-hiërarchisch model 8.3.1 G eestelijken 8.3.2 Leken 8.3.3 Pastoraal w erkers 8.3.4 O verige functionarissen Functies in het presbyteriaal-synodaal m odel 8.4.1 Presbyteriale kerkstructuur 8.4.2 Predikant 8.4.3 O uderlingen en diakenen 8.4.4 K erkelijk w erkers 8.4.5 O verige functionarissen Functies in het congregationalistisch-independentistisch model 8.5.1 V oorgangers Excurs: vrijw illig - professioneel A m btsm odellen in beeld Functies in islam itische religieuze gem eenschappen 8.8.1 Islam itische gem eenschap 8.8.2 Sharia 8.8.3 M oskeeorganisatie 8.8.4 De imam Conclusies
269 270 271 271 273 274 275 275 275 278 281 281 284 284 286 287 289 290 290 291 294 297 301
9 9.1 9.2 9.3 9.4
A rbeidsrelaties: overeen k o m sten arbeidsovereenkom st Inleiding De rechtsverhouding: een overeenkom st? H istorisch excurs: de W et op de arbeidsovereenkom st 1907 De arbeidsovereenkom st
305 306 312 322
8.2
8.3
8.4
8.5 8.6
8.7 8.8
Inhoudsopgave
xi
9.5 9.6 9.7 9.8 9.9
9.4.1 K w alificatiem odel 9.4.2 V oorvraag: een overeenkom st? ( I ) 9.4.3 B edoeling van partijen (2) 9.4.4 A rbeid (3) 9.4.5 Loon (4) 9.4.6 G ezagsverhouding (5) 9.4.7 Tijd ( 6 ) 9.4.8 Sociaal-m aatschappelijke positie (7) Het bereik van de arbeidsovereenkom st Sam enloop: dubbele rechtsbetrekking W erknem erschap volgens de sociale verzekeringsw etten W erknem erschap volgens de fiscale w etgeving C onclusies
323 324 331 333 334 337 339 339 340 342 344 347 349
10 10.1 10.2 10.3 10.4 10.5 10.6
A rbeidsrelaties: overige rechtsvorm en Inleiding De opdrachtovereenkom st A anstelling als am btenaar A rbeidscontractanten Rechtspositie sui generis C onclusies
351 351 357 364 365 370
11 11.1 11.2 I 1.3 11.4 11.5 11.6 11.7
G eestelijken in bijzondere wet- en regelgeving Inleiding B uitengew oon Besluit A rbeidsverhoudingen (BBA) W et m inim um loon en m inim um vakantiebijslag A rbeidsom standighedenw et A rbeidstijdenw et Pensioenw et V reem delingenrecht: 11.7.1 V reem delingenw et 2000 11.7.2 W et arbeid vreem delingen 11.7.3 W et inburgering 11.8 G elijke behandeling: 11.8 .1 W et gelijke behandeling (W GB) en art. 7:646 BW 1 1.8.2 A lgem ene w et gelijke behandeling (A w gb) 11.8.3 K aderrichtlijn gelijke behandeling EU 11.9 U nierecht 11.10 C onclusies
373 373 376 376 378 379 384 384 386 390 390 390 393 398 403 410
Geestelijken in het recht
XII
12 12.1 12.2
De rechtsposities van geestelijken in de rechtspraak Inleiding De H oge Raad: K ruis en im am 12.2.1 H et arrest Kruis 12.2.2 H et im am -arrest 12.2.3 B eoordeling van de zaken K ruis en im am 12.3 Lagere rechtspraak 12.3.1 B rouw er/D e Schutse 12.3.2 De B oer/C G K Zeew olde 12.3.3 B roeder X /C ongregatie Broeders van de O nbevlekte O ntvangenis M aria 12.4 Sociale verzekeringsrechtspraak 12.4.1 Imam (2000) 12.4.2 Im am (2007) 12.4.3 B eoordeling sv-rechtspraak inzake geestelijke functio narissen 12.5 R echtspraak EH RM 12.5.1 O bst c. A llem agne 12.5.2 Schüth c. A llem agne 12.5.3 Siebenhaar c. A llem agne 12.5.4 Fernandez M artinez vs Spain 12.5.5 S in d ic a tu l‘Pastorul cel B u n ’ vs R om ania 12.5.6 B eoordeling rechtspraak EH RM 12.6 C onclusies
13
413 413 414 417 419 426 426 430 440 447 448 449 451 455 455 458 460 462 465 471 475
De rechtsposities van geestelijken volgens het eigen recht van kerk genootschappen en religieuze gem eenschappen 13.1 Inleiding 479 13.2 R oom s-K atholieke Kerk (RK K ) 479 13.2.1 G eestelijken 479 13.2.2 Leken 485 13.2.3 Pastoraal w erkers 485 13.2.4 O verige functionarissen 487 13.3 Protestantse Kerk in N ederland (PK N ) 488 13.3.1 Predikant 488 13.3.2 K erkelijk w erker 493 13.3.3 O verige functies 494 13.4 C hristelijke G ereform eerde Kerken in N ederland (CG K) 494 13.4.1 Predikant 494 13.4.2 K erkelijk w erker 499
xm
Inhoudsopgave 13.5
G ereform eerde K erken in N ederland (vrijgem aakt) (GK v)
500 ^ 2
13.6
13.5.1 Predikant 13.5.2 K erkelijk w erker N ederlands G ereform eerde K erken (NGK)
13.7 13.8 13.9 13.10 13.11
G ereform eerde G em eenten (GG) A lgem ene D oopsgezinde Sociëteit (ADS) R em onstrantse B roederschap U nie van B aptistengem eenten Islam itische religieuze gem eenschappen
12
^
13.12 T ypologie 13.13 Excurs: b ero ep sb rief 13.14 C onclusies
g ig ^24
14
De kerkgenootschappen en het civiele arbeidsrecht
14.1 14.2
Inleiding
527 527
14.3 14.4
R echtskarakter van het statelijk arbeidsiecht Art. 2:2 B W in arbeidsrechtelijk perspectief 14.4.1 Art. 2:2 BW ziet op zw aarw egend dwingend arb 14.4.2 Art. 2:2 BW en het arbeidsrecht van Boek 7 Tile
530 531 534
14.4.3
^
14.5
. T oepasselijk heid van het statelijk arbeidsrec t
Art. 2:2 BW en de bijzondere arb e j^ e c h te h jk e we geving
14.4.4 Art. 2:2 BW in het licht van art. 9 lid 2 h WR M C om plicaties bij toepassing van het statclijk arbeidsrecht 14.5.1 14.5.2 14.5.3
45 ^
W erving en selectie
^4 2
D uur van de arbeidsverhouding M e e rv o u d ig w e rk g e v e rs c h a p
55j
14.5.4 14.5.5
14.6
A rbeid en loon O ntslag Samenloop van kerkelijk recht en statelij
14.7
C onclusies
15
B alans: so c ia le re ch tv a a rd ig h e id
15.1 15.2 '5 .3 15.4
Inleiding A rbeidsrechtelijk n o rm atief kader K erkelijk n o rm atief kader S ociaalrechtelijke basisw aarden en handelingspraktij
555
15.5 15.6 15.7
M ateriële voorzieningen P rocedurele voorzieningen: georganiseerd overleg Procedurele voorzieningen: rechtsbescherm ing
57^
15.8 15.9
D ienstrecht C onclusies
593
552
., . , ar ei siec
5 5
g
^ 2
r 7n
^ ^ ^ 59Q
xiv
Geestelijken in het recht
Sam envatting
595
Sum m ary
607
Bijlagen
619
Literatuur
649
Jurisprudentieregister
701
1
1.1
Inleiding
V erkenning
R echt en religieuze gem eenschap zijn vanouds met elkaar verbonden. Al om streeks 52 na C hristus stelde de apostel Paulus het them a aan de orde in een serie kritische vragen aan de christelijke gem eente in Korinte betreffende aldaar door kerkleden onderling gevoerde rechtsgedingen. Cr valt over te lezen in het B ijbelboek 1 K orintiërs : 1 ‘ 1 H oe d u rft u o n d e rlin g e re c h tsg e sc h ille n v o o r o n g e lo v ig e n te b re n g e n in p laa ts v a n v o o r d e g e lo v ig e n ! ( . . . ) 4 W ilt u w e rk e lijk uw a lle d a a g se g e sc h ille n a a n h a n g ig m a k e n bij m e n s e n d ie bij de g e m e e n te g e en a an z ie n g e n ie te n ? 5 U m o est u sc h a m e n . Is e r d a n n iet é én w ijs m an o n d e r u d ie tu sse n b ro e d e rs en z u ste rs u it sp ra a k k a n d o e n ? 6 Is het w e rk e lijk n o d ig d a t de een de a n d e r v o o r h et g e rec h t sle e p t, e n n o g w el v o o r d a t v a n o n g e lo v ig e n ? 7 H et is al tre u rig g e n o e g d a t e r re c h tsg e sc h ille n bij u v o o rk o m e n . W aa ro m lijd t u n ie t lie v e r o n re c h t? W aa ro m laa t u z ic h n ie t lie v e r b e n a d e le n ? ’
Het lijkt duidelijk dat deze vragen een retorisch karakter dragen en dat de ge m eenteleden w orden aangespoord ‘het rech t’ prim air in eigen kring te zoeken. Dat veronderstelt c.q. vereist dat de kerkelijke gem eente een eigen rechtscultuur kent, die is te onderscheiden van de wereldlijke. Betreft dit een louter historische aangelegenheid uit een ver verleden tijd in een oer-christelijke context? ‘K e rk g e n o o tsc h a p p e n w o rd e n g e re g e e rd d o o r hun e ig e n sta tu u t, v o o r z o v e r dit n iet in strijd is m e t de w e t.’
A ldus art. 2:2 B urgerlijk W etboek (BW ). Een hedendaagse bepaling in het bur gerlijk recht. En ondanks een tijdsbestek van bijna tw intig eeuw en is de v er w antschap tussen beide onm iskenbaar. Toen en nu was en is er een eigen rechts sfeer voor de kerk in een overigens niet-kerkelijke sam enleving. Toen en nu w aren en zijn er ook vragen te over op het grensgebied van geloof en recht, kerk en staat, ‘statu u t’ en ‘w e t’.
I
I K orintiërs 6: 1-2 en 4-7. Z ie hierover v e rd er de literatuur in p a rag ra af 7.9 noot 124. B ijbelteksten w orden w eergegeven in de N ieuw e B ijbelvertaling (N B V 2004), tenzij anders is aangegeven.