Gebruiksaanwijzing ph-meter PCE-PHD 1

www.pcebrookhuis.nl

PCE Benelux Institutenweg 15 7521 PH Enschede Nederland Tel.: +31 (0)900 1200 003 Fax: +31 430 36 46 [email protected] www.pcbrookhuis.nl

Gebruiksaanwijzing pH-meter PCE-PHD 1

Gebruiksaanwijzingen www.pcebrookhuis.nlbenelux.nl

INHOUDSOPGAVE 1. KARAKTERISTIEKEN 2. SPECIFICATIES 2-1 Algemene specificaties 2-2 Elektrische specificaties 3. BESCHRIJVING VAN HET APPARAAT 4. MODUS SELECTIE 5. PH/Mv-meting en KALIBRATIEPROCEDURE 6. TDS/GELEIDBAARHEIDSMETING en KALIBRATIEPROCEDURE 7. METING VAN HET ZOUTGEHALTE en KALIBRATIEPROCEDURE 8. DO-METING (opgelost zuurstof) en KALIBRATIEPROCEDURE 9. ANDERE FUNCTIES 9-1 Data Hold 9-2 Gegevensopslag (Max./ Min.aflezing) 9-3 ON/OFF van de achtergrondverlichting van het beeldscherm 10. DATALOGGER 10-1 Voorbereiding voor het uitvoeren van de datalogger functie 10-2 Automatische datalogger bemonsteringstijd ≧ 1 seconde) 10-3 Handmatige datalogger (bemonsteringstijd = 0 seconde) 10-4 Het controleren van de tijdinformatie. 10-5 Het controleren van de bemonsteringstijd 10-6 Structuur van de SD-kaart 11. Het opslaan van de gegevens van de SD-kaart naar een computer 12. GEAVANCEERDE CONFIGURATIE 13. VOEDING MET DC-ADAPTER 14. BATTERIJVERVANGING 15. RESET VAN HET SYSTEEM 16. STANDAARD RS232 INTERFACE 17. ACCESSOIRES

2


1. KARAKTERISTIEKEN * Een meter voor vele werkzaamheden: PH/ORP, CD/TDS, opgelost zuurstof, meting van het zoutgehalte. * pH: van 0 tot 14.00 pH, ORP : ± 1999 mV. * Geleidbaarheid: 200 uS/2 mS/20 mS/200 mS. * Opgelost zuurstof: van 0 tot 20.0 mg/L. * Zoutgehalte: van 0 tot 12 % zout (% van het gewicht). * Optionele sensoren voor het meten van PH, ORP, CD/TDS/Zout, opgelost zuurstof en ATC. * 6 x DC 1.5V batterijen (UM-3, AA ) of 9V DC adapter. * Bij de pH-functie kan PH of ORP gekozen worden. * De temperatuurcompensatie kan zowel handmatig als automatisch worden afgesteld (ATC). * De pH-meting kan een automatische kalibratie uitvoeren voor pH 7, pH 4 en pH 10 of een andere waarde. * Bij de geleidbaarheidsmeting kan gekozen worden voor uS/mS of TDS. * Bij de geleidbaarheidsmeting kan de temperatuurcoëfficiënt van de meetoplossing geselecteerd worden. * ATC (automatische temperatuurcompensatie) voor de geleidbaarheidsmeting. * De meter voor opgelost zuurstof maakt gebruik van een zuurstofsensor (grafisch type) met een temperatuursensor voor een zeer nauwkeurige meting van opgelost zuurstof (DO) en temperatuur. * Sensor met hoge weerstand voor opgelost zuurstof, de sensorkop kan op de BOD fles worden aangesloten. * De automatische temperatuurcompensatie wordt voor opgeloste zuurstof gebruikt. * Meter voor opgelost zuurstof met “Zoutgehalte” en instelling van de compensatiewaarde. * Gescheiden sensor voor een meer eenvoudige werking bij de meting van de omgeving. * Vele toepassingsmogelijkheden: waterconditionering, aquaria, dranken, viskwekerijen, voedselverwerking, fotografie, laboratorium, papierindustrie, verzinkindustrie, kwaliteitscontrole, onderwijsinstellingen en scholen. * Real-time datalogger met SD-geheugenkaart, met klok en kalender uitgerust, datarecorder in real-time, instelling van de bemonsteringstijd van 1 seconde tot 8 uur, 59 minuten en 59 seconden. * De datalogger kan handmatig gebruikt worden (bemonsteringstijd: 0 seconden). Wanneer de handmatige dataloggerfunctie is ingeschakeld, kunnen verschillende posities (locaties) worden geselecteerd (van positie 1 tot positie 99). * Gemakkelijk te gebruiken en innoverend, er is geen computer nodig om de extra software te configureren. Nadat u de datalogger heeft aangezet, hoeft u slechts de SD-kaart uit de meter te halen en in de computer te steken. Alle meetwaarden met de tijdinformatie (jaar/maand/datum/uur/minuut/seconde) worden direct in een Excel-bestand opgeslagen, zodat de gebruiker achteraf grafische analyses of een gegevensanalyses kan uitvoeren. * Capaciteit van de SD-kaart: van 1 GB tot 16 GB. * Gemakkelijk afleesbare LCD met groene achtergrondverlichting. * Kan zowel handmatig als automatisch worden uitgeschakeld. * Data hold, opslag van max. en min. aflezing. * Microcumputer circuit met een grote nauwkeurigheid. * Voeding d.m.v. 6 x UM3/AA (1.5 V) batterijen of 9V DC adapter. * RS232 interface/USB PC COMPUTER.

3


2. SPECIFICATIES 2.1. Algemene specificaties Circuit Aangepast circuit van de microprocessor met een LSIchip Beeldscherm

LCD grootte: 52 mm x 38 mm LCD met groene achtergrondverlichting ( ON/OFF )

Meetfunctie

PH/ORP Geleidbaarheid/TDS(Totaal opgeloste vaste stoffen) Opgelost zuurstof, zout

Datalogger Auto Bemonsteringstijd Instelling van het bereik

Geheugenkaart Geavanceerde Configuratie

Data Hold Geheugen

Van 1 sec. tot 8 uur, 59 min. en 59 sec. @ De bemonsteringstijd kan op 1 seconde worden ingesteld, hoewel er dan geheugengegevens verloren kunnen gaan.

Handmatig Druk één keer op de knop van de datalogger om de gegevens te bewaren. @ Stel de bemonsteringstijd op o seconden in. @ Handmatige modus, de positie kan ook geselecteerd worden van 1 tot 99 ( aantal locaties). SD-geheugenkaart van 1 GB tot 16 GB * Formaat van de SD-geheugenkaart * Instelling van de klok (Jaar/Maand/Datum, Uur/Minuut/Seconde) * Instelling van de bemonsteringstijd * Automatische uitschakeling * Instellen van de alarmtoon ON/OFF * Instelling van de decimale punt van de SD-kaart * Instelling van de temperatuureenheid ℃ of ℉ * Instelling van de DO-compensatiewaarde van zout % * Instelling van de hoogte van de compensatiewaarde DO (meter) * Instelling van de hoogte van de compensatiewaarde DO (voet) * Instelling van de CD temperatuur compensatie factor * Instelling van CD naar TDS of TDS naar CD, of alleen CD * Instelling van de handmatige compensatie van Ph/ temperatuur Bevriezen van de waarde op het beeldscherm Maximale en minimale waarde

4


Bemonsteringstijd Ca. 1 seconde Gegevensuitgang RS 232/USB PC computer interface * Sluit de optionele RS232 UPCB-02-kabel op de RS232-connector aan. * Sluit de optionele USB-kabel USB-01 op de USBconnector aan. Bedrijfstemperatuur Van 0 tot 50 ºC. Bedrijfsvochtigheid Minder dan 85% R.V. Voeding * 6 alkaline batterijen / heavy duty DC 1.5 V (UM3, AA), of vergelijkbaar. * 9V DC adapter (De AC/DC adapter is optioneel). Stroomverbruik

Normaal gebruik (w/o zonder gegevensopslag in SD-kaart en de achtergrondverlichting uitgeschakeld): Ca. DC 14 mA.

Wanneer de SD-kaart gegevens opslaat en de achtergrondverlichting van het LCD-beeldscherm is uitgeschakeld OFF) : Ca. DC 37 mA. * Wanneer de achtergrondverlichting aan is, zal het verbruik met ca. 12 mA toenemen. Gewicht Afmetingen

489 g/1.08 LB. 177 x 68 x 45 mm (7.0 x 2.7x 1.9 inch)

Inbegrepen accessoires

* Gebruiksaanwijzing.................. 1 PC stuk * Harde transportkoffer (CA-06). 1 stuk

Optionele accessoires

* pH-elektrode....................... PE-03, PE-11, PE-01, PE06HD PE04HD, PE-05T, PE-03K7 * ATC (automatische temperatuursonde)........................... TP-07 * pH 7 bufferoplossing.......... PH-07 * pH 4 bufferoplossing ............ PH-04 * Geleidbaarheidssensor/TDS, Sensor voor zoutgehalte..................... CDPB-03 * Standaard geleidbaarheidsoplossing 1.413 mS .............................. CD-14 * Zuurstofsensor..................... OXPB-11 * Reserve sensorkop met membraansamenstelling............. OXHD-04 * Elektrolyt vulling sensor.. OXEL-03 * ORP-elektrode......................... ORP-14 SD geheugenkaart ( 1 GB ) SD geheugenkaart ( 2 GB ) 9V Adapter van AC naar DC USB-kabel, USB-01. RS232-kabel, UPCB-02. Gegevenssoftware, SW-U801-WIN.

5


2.2. Algemene specificaties A. pH/mV Optioneel, pH-elektrode Iedere pH-elektrode met BNC-connector Meting Ingangsimpedantie

PH mV 10^12 ohm

Temperatuur- Handmatig compensatie voor pH-meting

0 to 14 PH -1999 mV tot 1999 mV

0 tot 100 ºC, instelling via de knop op het frontpaneel.

Automatisch Met de optionele temperatuursensor( TP-07 ) ( ATC ) 0 tot 65 ºC. pH-kalibratie

PH7, PH4, y PH10, de driepuntskalibratie verzekert de beste lineariteit en nauwkeurigheid.

Accessoires van * de optionele sensor * * * *

PH-elektrode ......PE-03, PE-11, PE-01, PE06HD PE-04HD, PE-05T, PE-03K7 ATC (automatische temperatuursensor).....TP-07 pH 7 bufferoplossing............ PH-07 pH 4 bufferoplossing................ PH-04 ORP-elektrode ......................... ORP-14

Meting Bereik Resolutie Nauwkeurigheid PH 0 to 14 PH 0.01 PH ± (0.02 PH + 2 d) mV 0 tot 1999 mV 1 mV ± (0.5% + 2 d) * De nauwkeurigheid van de pH baseert zich uitsluitend op de kalibratie van de meter.

B. Geleidbaarheid Geleidbaarheids- Optioneel, koolstofstaafje om de duurzaamheid van de sensor elektrode te waarborgen. Functie

* Geleidbaarheid ( uS, mS ) * TDS (Totaal opgeloste vaste stoffen, PPM) * Temperatuur ( ºC,ºF)

Temperatuurcompensatie

Automatisch vanaf 0 tot 60 ºC (32 - 140 ºF), met variabele temperatuur compensatie factor tussen 0 en 5.0% per ºC

Bedrijfstemperatuur 0 tot 60 ºC. van de sensor Afmetingen van de Rond, diameter: 22 mm x lengte 120 mm. sensor * Geleidbaarheidssensor.......................CDPB-03 Optionele accessoires van de * Standaard geleidbaarheidsoplossing 1.413 mS sensor .……………….......................................... CD-14

6


1. Geleidbaarheid (µS, mS) Bereik Meting

Resolutie

Nauwkeurigheid

200 uS 0 tot 200.0 uS 0.1 uS ± (2% F.S.+1d) 2 mS 0.2 tot 2.000 mS 0.001 mS * F.S. 20 mS 2 tot 20.00 mS 0.01 mS Full Scale 200 mS 20 tot 200.0 mS 0.1 mS * Temperatuurcompensatie: Automatisch vanaf 0 tot 60 ℃ (32 - 140 ℉), met variabele temperatuur compensatie factor tussen 0 en 5.0% per ºC * De gemeten grootheid wordt nauwkeurig aangegeven bij waarden die ≦ 100 mS * mS - milisiemens * @ 23± 5ºC

2. TDS (Totaal van opgeloste vloeistoffen) Bereik Meting Resolutie

Nauwkeurigheid

200 PPM 0 tot 132 PPM 0.1 PPM ± (2% F.S.+1d) 2,000 PPM 132 tot 1,320 PPM 1 PPM * F.S. 20,000 PPM 1,320 tot 13,200 PPM 10 PPM Full Scale 200,000 PPM 13,200 tot 132,000 PPM 100 PPM * Temperatuurcompensatie: Automatisch vanaf 0 tot 60 ºC (32 - 140 ºF), met variabele temperatuur compensatie factor tussen 0 en 5.0% per ºC. * De gemeten grootheid wordt nauwkeurig aangegeven bij waarden die ≦ 66,000 PPM. * PPM – deeltjes per miljoen * @ 23± 5ºC 3. Temperatuur Functie Meetbereik ºC 0 tot 60 ºC ºF 32 tot 140 ºF * @ 23± 5ºC

Resolutie 0.1 ºC 0.1 ºF

Nauwkeurigheid ± 0.8 ºC ± 1.5 ºF

C. Zout Geleidbaarheidssensor

Optioneel, koolstofstaafje voor de duurzaamheid van de elektrode

Meetbereik

0 tot 12 % van zout (% gewicht)

Resolutie Nauwkeurigheid

0.01 % zout 0.5 % waarde van het zoutgehalte * F.S.: Full Scale

Temperatuurcompensatie

Automatisch vanaf 0 tot 60 ºC (32 - 140 ℉), met variabele temperatuur compensatie factor tussen 0 en 5.0% per ºC.

Bedrijfstemperatuur 0 tot 60 ºC. van de sensor Afmetingen van de Rond, diameter: 22 mm x lengte: 120 mm sensor Optionele accessoires van de sensor

* Sensor voor zoutgehalte (Geleidbaarheidssensor)... CDPB-03

7


D. Opgeloste zuurstof Optioneel, Zuurstofsensor Zuurstofsensor van het polarografische type. Opgelost zuurstof 0 tot 20.0 mg/L (liter). Zuurstof in de lucht 0 tot 100.0 %. Temperatuur 0 tot 50 ºC. Resolutie Opgelost zuurstof 0.1 mg/L. Zuurstof in de lucht 0.1 % O2 . Temperatuur 0.1 ºC. Nauwkeurigheid Opgelost zuurstof ± 0.4 mg/L. (23± 5 ºC) Zuurstof in de lucht ± 0.7% O2. Temperatuur ± 0.8 ºC/1.5 ºF 0 tot 50 ºC, Sensorcompensa- Temperatuur tie en instelling Automatisch Zout 0 tot 50 % Zout Hoogte (M. T) 0 tot 8900 meter Sensorgewicht 335 g/0.74 LB (batterijen en sensor inclusief) Afmetingen van de Diameter: 190 mm x 28 mm (diameter: 7.5" x 1.1") sensor * Zuurstofsensor............................ OXPB-11 Optionele accessoires * Reserve sensorkop met membraansamenstelling …......................................OXHD-04 * Elektrolyt vulling sensor ..........OXEL-03 Meting en bereik

@ De bovenstaande specificaties zijn getest in een omgeving met een krachtveld (RF) van minder dan 3V/M en met een frequentie onder de 30MHz.

3. BESCHRIJVING VAN HET APPARAAT

3-1 Beeldscherm

8


3-2 Power knop (blacklight knop) 3-3 Hold knop(ESC knop) 3-4 REC knop (Enter knop) 3-5 Modusknop (Knop ▲) 3-6 Bereikknop (Knop ▼, functieknop) 3-7 Tijdknop 3-8 Gegevens opnameknop (SET knop, monstertest prueba de muestreo) 3-9 Steun/Basis/Stander 3-10 Deksel/Batterijcompartiment 3-11 Schroef van het batterijcompartiment 3-12 Bevestigingsmoer voor het statief 3-13 Temperatuuraansluiting (PH ATC-aansluiting) 3-14 DO-aansluiting 3-15 CD-aansluiting 3-16 PH-aansluiting (BNC-aansluiting) 3-17 9V DC adapteringang 3-18 Reset knop 3-19 RS-232 interface 3-20 SD-kaartsleuf

4. MODUS SELECTIE 1) Doe de meter aan door kort op de “Power knop” te drukken (3-2, Fig. 1). * Indien u de “Power knop” (3-2, Fig. 1) gedurende ongeveer 2 seconden ingedrukt houdt, zal de meter uitgaan. . 2) Er kunnen 4 verschillende modi worden geselecteerd: a. Meting van pH, mV ( ORP ) b. Meting van opgelost zuurstof c. Meting van geleidbaarheid, TDS d. Meting van zout Door één keer op de “Modusknop” (3-5, Fig. 1) te drukken, verschijnt de volgende tekst op het beeldscherm: PH

Meting van pH, mV ( ORP )

do

Meting van opgelost zuurstof

Cd

Meting van geleidbaarheid, TDS

SALt

Meting van zout

Voordat op het beeldscherm de gewenste modus verschijnt, zal de meter niet de geselecteerde modus uitvoeren.

5. METING VAN PH/mV en KALIBRATIEPROCEDURE De functies van de meter zijn standaard de volgende: * De weergave-eenheid is op pH afgesteld. * De temperatuureenheid is op ºC afgesteld. * Handmatige ATC (zonder de ATC-sensor aan te sluiten) * Automatische uitschakeling * De bemonsteringstijd van de dataloggerfunctie is 2 seconden.

9


Fig. 2

Indien het de eerste keer is dat de meter op de pH-elektrode wordt aangesloten, moet u voor gebruik een kalibratie uitvoeren. De kalibratieprocedure wordt in 5-4 beschreven.

5-1 Meting van pH (handmatige temperatuurcompensatie) 1) Doe de meter aan door één keer op de “Power knop” te drukken (3-2, Fig. 1). Selecteer de Ph-meetmodus van de Meter. Zie hoofdstuk 4, pagina 12. 2) Pak de pH-elektrode (optioneel), steek de “Sensorstekker” (5-1, Fig. 2) in de “PH/BNC-aansluiting” (3-16, Fig. 1). 3) Stel de temperatuurwaarde handmatig af op exact dezelfde temperatuur van de oplossing. Dit proces wordt in hoofdstuk 12-13 beschreven. 4) Houd de “Handgreep van de elektrode”(5-2, Fig. 2) met een hand vast en dompel “de sensorkop” volledig in de op te meten vloeistof onder, terwijl de elektrode zachtjes bewogen wordt. (5-3, Fig. 2). 5) Het hoofddisplay toont de pH-waarde, terwijl het onderste display de handmatig ingestelde temperatuurwaarde laat zien. 5-2 Meting van pH (ATC, automatische temperatuurcompensatie) 1) De procedure is dezelfde als onder punt 5-1 Meting van pH (handmatige temperatuurcompensatie), hoewel hierbij een temperatuursensor (optioneel, TP-07) wordt gebruikt. Steek de stekker TP-07 “in de temperatuuraansluiting” (3-13, Fig. 1). Steek de sensorkop van de temperatuursensor (TP-07) in de meetoplossing. 2) Het hoofddisplay toont de pH-waarde, terwijl het onderste display de sensortemperatuur van de te meten oplossing laat zien (gemeten door de ATC-sensor, TP-07). Wanneer u de Elektrode niet meer gebruikt, moet u de “elektrodekop” (5-3, Fig. 2) in het “Beschermflesje” (5-4, Fig. 2) steken. 5-3 mV-Meting Het instrument is van een ingebouwde mV-meetfunctie (millivolt) voorzien, die het mogelijk maakt om ion selectieve metingen, ORP-metingen (Oxidatie Reductie Potentieel), alsmede andere nauwkeurige mV-metingen uit te voeren. 1) Wanneer de meter zich in de “PH-modus” bevindt: Druk op de “Functieknop” (3-6, Fig. 1) en de eenheid die op het beeldscherm verschijnt zal van “pH” naar “mV” veranderen. * Druk weer op de “Functieknop” om naar “pH-metingen” terug te keren. 2) Pak de ORP-elektrode (optioneel, ORP-14), steek de “Sensorstekker” van de ORP-elektrode in de “PH/BNCaansluiting” (3-16, Fig. 1). 3) Op het beeldscherm verschijnt de mV-waarde.

10


5-4 pH-kalibratie Opmerkingen bij kalibratie De ideale pH-ELEKTRODE genereert 0 mV bij een pH-waarde van 7.00 (177.4 mV bij pH 4) en de meter wordt altijd gekalibreerd met de signalen die de ideale pH-ELEKTRODE simuleren (bij een omgevingstemperatuur van 25 ℃). Niet alle ph-elektroden zijn echter zo nauwkeurig als de ideale elektrode, waardoor het kalibratieproces noodzakelijk is wanneer de eerste meting wordt uitgevoerd. Behalve de eerste kalibratie, raden wij de gebruikers aan om regelmatige kalibraties uit te voeren om zodoende meer nauwkeurige metingen te kunnen garanderen. Noodzakelijke apparatuur voor de kalibratie 1) pH-ELEKTRODE (optioneel) 2) pH-bufferoplossingen (optioneel) Kalibratieprocedure 1) Pak de pH-elektrode (optioneel), steek de “Sensorstekker” (5-1, Fig. 2) in de “pH/BNC-aansluiting” (3-16, Fig. 1). 2) Doe de meter aan door één keer op de “Power knop” te drukken (3-2, Fig. 1). Selecteer de Ph-meetmodus. 3) Stel de “Waarde van de temperatuurcompensatie” in, zodat deze gelijk is aan de temperatuurwaarde van de pHbufferoplossing * Waarde van de handmatige temperatuurcompensatie, zie hoofdstuk 12-13, pagina 46. * Automatische temperatuurcompensatie, moet op de ATC-sensor (TP-07 optioneel) zijn aangesloten. 4) Houd de “Handgreep van de elektrode”(5-2, Fig. 2) met een hand vast en dompel “de sensorkop” volledig in de op te meten oplossing onder, terwijl de elektrode zachtjes bewogen wordt. (5-3, Fig. 2). Op het beeldscherm wordt de pH-waarde getoond. * Als u de ATC-sensor gebruikt, moet deze in de oplossing zijn ondergedompeld. 5) Gebruik twee vingers om gelijktijdig op de “REC knop” (3-4, Fig 1) en de “HOLD knop” (3-3, Fig. 1) te drukken, totdat op het beeldscherm het volgende bericht verschijnt en u de toetsen los moet laten.

PH CAL 6) Druk op de " Knop ▲ " (3-5, Fig. 1) of op de " Knop ▼” (3-6, Fig. 1) om het volgende scherm te kunnen selecteren.

a

Voor kalibratie van pH 4.00 4.00 CAL

b


c


d

Wissen van de kalibratiegegevens van het beeldscherm CLr CAL

11


* Na het selecteren van het beeldscherm a, b of c, moet u de overeenkomstige oplossing gebruiken, bijvoorbeeld: Voor het beeldscherm b moet de standaardoplossing voor pH 7.00 worden gebruikt. Voor het beeldscherm a moet de standaardoplossing voor pH 4.00 worden gebruikt Druk op de "Enter knop" (3-4, Fig. 1) voor het bewaren en het beëindigen van het kalibratieproces. * Indien u beeldscherm d kiest, drukt u op de "Enter knop” (3-4, Fig. 1) om de vorige kalibratiegegevens te wissen. 7) Voor het volledige proces moet u de volgende tweepuntskalibratie uitvoeren: pH7-kalibratie pH4-kalibratie (of pH10-kalibratie) * Het kalibratieproces begint met de pH-7-kalibratie, en vervolgens met de pH-4-kalibratie (of pH10). * Spoel de elektrode met gedestilleerd water af, iedere keer dat u een kalibratie (pH7, pH4 of pH10) uitvoert. * Herhaal de bovenstaande kalibratieprocessen minimaal twee keer.

6. TDS / GELEIDBAARHEIDSMETING / EN KALIBRATIEPROCES De in de meter ingestelde functies zijn: * De weergave-eenheid is op de geleidbaarheid (uS, mS) afgesteld. * De temperatuureenheid is ºC. * De temperatuur compensatie factor is ingesteld op 2.0% per ºC. * Automatisch bereik. * Automatische uitschakeling. * De bemonsteringstijd van de dataloggerfunctie is 2 seconden.

Fig. 3

Indien het de eerste keer is dat de geleidbaarheidssensor wordt aangesloten, moet u voor gebruik een kalibratie uitvoeren. De kalibratieprocedure wordt onder hoofdstuk 6-3, pagina 21 beschreven.

12


6-1 Geleidbaarheidsmeting 1) Pak de geleidbaarheidssensor (optioneel, CDPB-03), steek de “Sensorstekker” (6-1, Fig. 3) in de "CD-aansluiting" (3-15, Fig. 1). 2)Doe de meter aan door één keer op de “Power knop” te drukken (3-2, Fig. 1). Selecteer de “CD-meetmodus (geleidbaarheidsmeting), zie hoofdstuk 4. 3) Houd de “Handgreep van de elektrode”(6-2, Fig. 3) met een hand vast en dompel “de Sensorkop” (6-3, Fig. 3) volledig in de op te meten oplossing onder. Beweeg de sensor zodat de interne luchtbel uit de sensorkop kan ontsnappen. Op het beeldscherm zullen de geleidbaarheidswaarden mS (uS) verschijnen, terwijl op hetzelfde moment aan de linker onderkant van het beeldscherm de temperatuurwaarde van de gemeten oplossing zal worden getoond. Werking van het handmatige bereik De meter is ervoor ontworpen om de automatische bereikmodus te gebruiken. Druk op de “Bereikknop” (3-6, Fig. 1) om de bereiken van 200 uS, 2 mS, 20 mS, 200 mS en het automatische bereik te veranderen. Veranderen van de temperatuureenheid naar ºF Indien u de temperatuureenheid van ℃ naar ℉ wilt veranderen, leest u dan s.v.p. hoofdstuk 12-7 op pagina 43. Veranderen van de temperatuurcoëfficiënt factor De factor van de temperatuurcompensatie van de te meten oplossing is standaard 2.0% per ºC. Indien u deze waarde wilt veranderen, leest u dan s.v.p. hoofdstuk 12-11 op pagina 45. Nulinstelling Indien de sensor niet in de op te meten oplossing is ondergedompeld en op het beeldscherm de nulwaarde niet verschijnt, drukt u dan op de “Nulknop” (3-5, Fig. 1) gedurende tenminste 10 seconden waarna de nul zal verschijnen. De nulinstellingsfunctie is alleen geldig voor het bereik van 200 uS en een waarde die < 2.0 uS is. 6-2 TDS-meting (PPM)

Deze meetprocedures zijn dezelfde als onder punt 6-1 Geleidbaarheidsmeting (uS, mS), behalve voor het wijzigen van de weergave-eenheid van uS, mS naar PPM. Om deze stappen meer in detail te kunnen bekijken, zie hiervoor hoofdstuk 12-12 op pagina 45. 6-3 Kalibratie 1)Bereid de standaard geleidbaarheidsoplossing (optioneel) voor, bijvoorbeeld: 1.413 mS Standaard geleidbaarheidsoplossing, CD-14 Bereik van de kalibratieoplossing 200 uS: 80 uS Standaard kalibratieoplossing Bereik van de kalibratieoplossing 20 mS: 12.88 mS Standaard geleidbaarheidsoplossing of een andere standaard kalibratieoplossing. 2)Steek de `Sensorstekker" (6-1, Fig. 3) in de “CD-aansluiting” (3-15, Fig. 1). 3)Zet de meter aan door op de “Power knop” te drukken (3-2, Fig. 1). Selecteer de “CD-meetmodus (geleidbaarheidsmeting). 4)Houd de “Handgreep van de sensor” (6-2, Fig. 3) met een hand vast en dompel “de Sensorkop” (6-3, Fig. 3) volledig in de op te meten oplossing onder. Beweeg de sensor totdat de interne luchtbel uit de sensorkop ontsnapt. Op het beeldscherm zullen de geleidbaarheidswaarden mS (uS) verschijnen. 5)Gebruik twee vingers om gelijktijdig op de “REC knop” (3-4, Fig 1) en de “HOLD knop” (3-3, Fig. 1) te drukken, totdat op het beeldscherm het volgende bericht verschijnt en u de toetsen los moet laten:

Cd CAL 6)Druk op de “Enter knop” (3-4, Fig. 1), zodat de meetwaarde zowel bovenin als onderin de display zal verschijnen. Gebruik de knop “▲” (3-5, Fig. 1), en de knop “▼” (3-6, Fig.1)

13


om de bovenste waarde van het display af te stellen op de waarde van de standaard geleidbaarheidswaarde. Druk op de "Enter knop" (3-4. Fig. 1) om de kalibratiegegevens te bewaren en de procedure te beëindigen. Standaardwaarde 1.318 1.318

1.413 1.318

* Indien u slechts een 1-puntskalibratie uit wilt voeren, heeft u voldoende aan het 2mS-bereik (1.413 mS Cal.). * Voor kalibratieprocedures met meerdere punten, voert u eerst de kalibratie met een bereik van 2 mS (1.413 mS Cal.) en daarna de andere kalibratiebereiken die noodzakelijk zouden zijn (bereik van 20 uS, van 20 mS of van 200 mS).

7. ZOUTMETING EN KALIBRATIE

Fig. 4 7-1 Zoutmeting 1)Pak de geleidbaarheidssensor (optioneel, CDPB-03), steek de " Sensorstekker" (7-1, Fig. 4) in de "CD-aansluiting" (3-15, Fig. 1). 2) Doe de meter aan door op de “Power knop” te drukken. (3-2, Fig. 1). Stel de “CD-meetmodus op " SALt " af (geleidbaarheidsmeting). 3)Houd de “Handgreep van de sensor” (7-2, Fig. 4) met een hand vast en dompel “de Sensorkop” (7-3, Fig. 3) volledig in de op te meten oplossing onder. Beweeg de sensor zodat de interne luchtbel uit de sensorkop kan ontsnappen. Op het beeldscherm verschijnen de zoutwaarden (% van het gewicht). 7-2 Kalibratie Indien er een kalibratie in het geleidbaarheidsbereik is uitgevoerd, is het niet noodzakelijk om opnieuw een andere kalibratie te verrichten voor de zoutmeting.

14


8. DO-METING (OPGELOST ZUURSTOF) EN KALIBRATIE 8-1 Meting van opgelost zuurstof

Fig. 5 1) Pak de zuurstofsensor (optioneel, DOPB-11), steek de "Sensorstekker" (8-1, Fig. 5) in de " DO-aansluiting" (3-14, Fig. 1). 2) Doe de meter aan door op de “Power knop” (3-2, Fig. 1) te drukken. Selecteer de “do-modus” in de meter (Meting van opgelost zuurstof). Zie hoofdstuk 4.

Eerste kalibratie!

Indien het de eerste keer is dat u de opgeloste zuurstofmeter gebruikt of indien u dat na een bepaalde tijd doet, moet er eerst een kalibratie worden uitgevoerd. Voor een nauwkeurige meting wordt aangeraden om een kalibratie uit te voeren voor elke meting. De kalibratieprocedures worden onder hoofdstuk 8-2 uitgelegd.

4)a. Steek de sensor in de op te meten vloeistof tot een minimale diepte van 10 cm, zodat de sensor de temperatuur hiervan zal aannemen en de automatische temperatuurcompensatie kan worden uitgevoerd. b. Indien het temperatuursverschil tussen de sensor en het meetmonster maar enkele graden Celsius is, zullen slechts enkele minuten noodzakelijk zijn om tot een thermisch evenwicht te komen. 5)a. Voor het meten van het opgeloste zuurstofgehalte in elke vloeistof is het voldoende om de sensorpunt in de oplossing onder te dompelen, terwijl ervoor gezorgd moet worden dat de vloeistofsnelheid minimaal 0.2 - 0.3 m/s is, of dat de sensor bewogen wordt. b. Tijdens metingen in laboratoria wordt een magneetroerder aangeraden om een bepaalde snelheid in de vloeistof te garanderen. In dit opzicht worden fouten door de diffusie van zuurstof dat aanwezig is in de lucht van de oplossing tot een minimum teruggebracht. 6) Op het beeldscherm verschijnen de waarden van de opgeloste zuurstof (mg/L), terwijl op het onderste display tegelijkertijd de temperatuurwaarde van de meetoplossing wordt getoond 7)Spoelt u de sensor degelijk met kraanwater af na iedere meetserie.

15


Zuurstof in de lucht Druk tijdens de DO-meting één keer op de ”Functieknop” (3-6, Fig. 1) dan zal op het beeldscherm " %O2" in plaats van "mg/L" verschijnen, hetgeen aangeeft dat de zuurstofwaarde in de lucht als referentie wordt getoond. @ Druk opnieuw op de “Functieknop”, dan zal het beeldscherm opnieuw de "mg/L" waarde aangeven. Veranderen van de temperatuureenheid naar ºF Indien u de temperatuureenheid van ºC naar ºF wilt veranderen, leest u dan s.v.p. hoofdstuk 12-7. Instellen van de compensatiewaarde van zout “% Zout” Indien u de compensatiewaarde van zout wilt veranderen, leest u dan s.v.p. hoofdstuk 12-8. Instelling van de “hoogte” van de compensatiewaarde Indien u de hoogte van de compensatiewaarde wilt veranderen, leest u dan s.v.p. hoofdstuk 42-9, 12-10. 8-2 kalibratie 1)Steek de "Sensorstekker" (8-1, Fig. 5) in de “DO-aansluiting” (3-14, Fig. 1). 2)Zet de meter aan door één keer op de “Power knop” (3-2, Fig. 1) te drukken. * Selecteer de “do-modus”van de meter (Meting van opgeloste zuurstof). * Druk één keer op de ”Functieknop” (3-6, Fig. 1), dan zal op het beeldscherm " %O2" in plaats van "mg/L" verschijnen. 3)Wacht ongeveer 5 minuten totdat de waarden op het beeldscherm zich stabiliseren, zonder dat er zich fluctuaties voordoen. 4)Gebruik twee vingers om gelijktijdig op de “REC knop” (3-4, Fig 1) en de “HOLD knop” (3-3, Fig. 1) te drukken, totdat op het beeldscherm het volgende bericht verschijnt en u de toetsen los moet laten:

20.9 CAL 5) Druk op de “Enter knop”, zodat de waarde op het beeldscherm van 30 naar 0 zal terugtellen, om daarna weer naar het beeldscherm voor normale metingen terug te keren en het kalibratieproces te beëindigen. Het volledige kalibratieproces duurt ongeveer 30 seconden. Druk één keer op de " Functieknop " (3-6, Fig. 1) zodat de weergave-eenheid weer " mg/l” zal zijn. Opmerkingen over kalibratie: a. b.

Omdat het zuurstofgehalte in lucht gewoonlijk 20.9 % is, gebruik de omgevingsluchtwaarde van 02 voor een snelle en nauwkeurige kalibratie. Voert u het kalibratieproces s.v.p. in een geventileerde omgeving uit, om een beter resultaat te verkrijgen.

8-3 Onderhoud van de sensor De eerste keer dat de gebruiker de meter gebruikt Probeer de DO-sensor in de best mogelijke conditie te houden. Wanneer de gebruiker de zuurstofsensor ontvangt, moet deze eerst met elektrolyt voor de sensor gevuld worden. De gebruiker heeft de sensor al gedurende enige tijd gebruikt Telkens wanneer de gebruiker de meter niet juist kan kalibreren of dat de afleeswaarde van de meter niet stabiel is, controleert u dan s.v.p. de zuurstofsonde om te kijken of de elektrolyt van de sensorkop op is, of dat er een probleem ontstaan is met het membraan (sensorkop met membraansamenstelling) (vuil). Indien dit het geval is, vult u dan de elektrolyt bij of vervang “het membraan van de sensorkop” en voer een nieuwe kalibratie uit. Opmerkingen over temperatuur (sensorkop met membraansamenstelling) De zuurstofsonde beschikt over een dunne teflon membraan die in de sensorpunt is ondergebracht. De membraan laat zuurstofmoleculen door, maar niet de grotere moleculen waaruit de elektrolyt bestaat. Dankzij deze karakteristiek kan de zuurstof via de elektrolytoplossing zich in de sensor verspreiden. Deze concentratie kan d.m.v. het meetcircuit worden gemeten.

16


Elektrolyt vulling sensor, OXEL-03

1)Schroef de “Sensorkop” (9-3, Fig. 6) los. 2)Verwijder de gebruikte elektrolyt uit de houder van de “Sensorkop". 3)Doe de nieuwe Elektrolyt (OXEL-03) in de houder van de "Sensorkop”. 4)Schroef de “Sensorkop” (9-3, Fig. 6) weer op de sensorbehuizing. 5)Wanneer u de sensor niet gebruikt, moet u deze in de beschermhoes van de sensorkop worden bewaard (8-5, Fig. 5) 9-1 Sensorbehuizing 9-2 Metaal van de temperatuursensor 9-3 Sensorkop

Fig. 6

9. ANDERE FUNCTIES 9-1 Data Hold Druk tijdens de meeting de "Hold knop" (3-3, Fig. 1) om de meetwaarde te bevriezen. Op het LCD-beeldscherm verschijnt het "HOLD-symbool". Druk opnieuw op deze “Hold knop” om deze functie te verlaten. 9-2 Gegevensopslag (max., min. aflezing) 1) De gegevensopslagfunctie bewaart de aflezingen van de maximale en minimale waarden. Druk één keer op de "REC knop" (3-4, Fig.1) om deze functie te starten. Het "REC symbool" zal dan op het beeldscherm verschijnen. 2) Met het "REC symbool" op het beeldscherm: a) Druk op de "REC knop" (3-4, Fig. 1), waarna het "REC. MAX. symbool” samen met de maximale waarde op het beeldscherm verschijnt. Indien u de maximale waarde wilt wissen, drukt u dan één keer op de "Hold knop" (3-3, Fig. 1), waarna op het beeldscherm alleen het "REC symbool" verschijnt en de gegevensopslagfunctie wordt voortgezet. b) Druk opnieuw op de "REC knop" (3-4, Fig. 1), waarna het “REC. MIN. symbool" samen met de minimale waarde op het beeldscherm verschijnt. Indien u de minimale waarde wilt wissen, drukt u dan op de "Hold knop" (3-3, Fig. 1), waarna op het beeldscherm alleen het "REC symbool" verschijnt en de gegevensopslagfunctie wordt voortgezet. c) Om deze functie te verlaten hoeft u slechts minimaal 2 seconden op de "REC knop" te drukken. Het beeldscherm keert dan weer naar de actuele aflezing terug.

17


9-3 On / Off van de achtergrondverlichting van de LCD Wanneer u de meter aanzet, zal de achtergrondverlichting van het LCD-beeldscherm automatisch aangaan. Druk tijdens de meting één keer op de “Backlight knop" (3-2, Fig. 1) om de achtergrondverlichting uit te schakelen. Druk nog een keer op de “Backlight knop" om de achtergrondverlichting opnieuw aan te zetten.

10. DATA LOGGER 10-1 Voorbereiding voor het uitvoeren van de dataloggerfunctie a. Insteken van de SD-kaart Inserte la tarjeta SD Pak een "SD-geheugenkaart" (van 1 GB tot 16 GB, optioneel), steek de kaart in de “SD-kaartsleuf” (3-20, Fig. 1). De voorkant van de kaart moet hierbij aan de onderkant van de behuizing worden ingestoken. b. Formaat van de SD-kaart Indien de SD-kaart voor de eerste keer met de meter wordt gebruikt, wordt aangeraden om eerst een formattering van de SD-kaart uit te voeren. Zie hiervoor s.v.p. hoofdstuk 12-1. c. Tijdinstelling Indien de meter voor de eerste keer gebruikt wordt, moet de klok met de exacte tijd worden ingesteld. d. Configuratie van het decimale formaat De numerieke datastructuur van de SD-kaart gebruikt standaard " . " als decimale punt, bijvoorbeeld "20.6" "1000.53" . In sommige landen (Europa,…) wordt echter " , " gebruikt als decimale punt, bijvoorbeeld " 20, 6 " "1000,53". In dat geval moet men eerst het decimale formaat veranderen. Zie hoofdstuk 12-6 om de details over de configuratie van de decimale punt te kunnen zien. 10-2 Automatische datalogger (instellen van de bemonsteringstijd ≥ 1 seconde) a. Om de datalogger te starten: Druk één keer op de "REC knop” (3-4, Fig. 1), waarna op het LCD-beeldscherm de tekst “REC” verschijnt. Druk vervolgens op “Logger knop” (3-8, Fig. 1) en het symbool "DATALOGGER" zal knipperen terwijl de meetgegevens en de tijdinformatie in het geheugencircuit worden opgeslagen. Opmerking: * Voor het instellen van de bemonsteringstijd zie hoofdstuk 12-3. * Voor het activeren van het waarschuwingssignaal zie hoofdstuk 12-5. b. Stopzetten van de datalogger Wanneer tijdens het uitvoeren van de dataloggerfunctie één keer op de “Logger knop” (3-8, Fig. 1) wordt gedrukt, zal de dataloggerfunctie worden stopgezet (er zullen tijdelijk geen meetgegevens in het geheugencircuit worden opgeslagen). Tegelijkertijd zal de tekst "DATALOGGER" ophouden met knipperen. Opmerking: Indien u nog een keer op de "Logger knop" (3-8, Fig. 1) drukt, zal de datalogger opnieuw gaan werken en zal de tekst "DATALOGGER" op het beeldscherm knipperen. c. Beëindigen van de datalogger: Druk tijdens de pauze van de dataloggerfunctie gedurende minimaal 2 seconden op de "REC knop" (3-4, Fig. 1). De aanduiding "REC" zal verdwijnen en de dataloggerfunctie zal worden beëindigd. 10-3 Handmatige datalogger (instellen van de bemonsteringstijd = 0 seconde) a. Instellen van de bemonsteringstijd op 0 seconde. Druk één keer op de "REC knop” (3-4, Fig. 1) waarna op het beeldscherm de tekst "REC" verschijnt, druk vervolgens één keer op de "Logger knop" (3-8, Fig. 1) waarna het symbool “REC” zal knipperen en er een geluidssignaal te horen zal zijn, terwijl tegelijkertijd de meetgegevens met de tijdinformatie in het geheugencircuit worden opgeslagen. Onderin de display wordt de Positie (Locatie) getoond, die ook in de SD-kaart wordt opgeslagen. Opmerking: Druk tijdens de uitvoering van de handmatige datalogger op de knop " ▲" (3-5, Fig, 1) dan zal het onderste nummer (positienummer) gaan knipperen. Men kan de knop " ▲ " (3-5, Fig. 1) of "▼" (3-6, Fig. 1) gebruiken om de meetpositie in te stellen (van 1 tot 99, bijvoorbeeld van kamer 1 tot kamer 99) voor het identificeren van de meetlocatie. Onderin het beeldscherm verschijnt P x (x = van 1 tot 99). b. Beëindigen van de datalogger Druk gedurende minimaal 2 seconden op de " REC knop" (3-4, Fig. 1), dan zal de aanduiding "REC" verdwijnen en de dataloggerfunctie worden beëindigd. 10-4 Voor het controleren van de tijdinformatie Op het normale beeldscherm voor metingen (d.w.z. zonder de datalogger): 1) Indien u één keer op de "Time knop" (3-7, Fig. 1) drukt, zal onderin het beeldscherm de informatie Uur/Minuut/Seconde (u.m.s) verschijnen. 2) Indien u opnieuw op de "Time knop" (3-7, Fig. 1) drukt, zal onderin het beeldscherm Jaar/Maand/Datum (jj.mm.dd) verschijnen. 3) Indien u nog een keer op de "Time knop” (3-7, Fig. 1) drukt, zal het LCD-beeldscherm naar de normale modus terugkeren

18


10-5 Het controleren van de bemonsteringstijd Indien u tijdens de normale meetmodus (niet bij gebruik van de datalogger) één keer op de “Sampling knop” (3-8, Fig. 1) drukt, zal onderin het beeldscherm de bemonsteringstijd worden getoond. 10-6 Structuur van de SD-gegevenskaart 1)Wanneer u de SD-kaart voor de eerste keer gebruikt, zal de SD-kaart een route genereren: WAA01 2) De eerste keer dat de Datalogger wordt gebruikt zal onder de route WAA01\ een nieuw bestand worden aangemaakt met de naam WAA01001.XLS. Nadat u de dataloggerfunctie hebt verlaten, kunt u deze weer oproepen en de gegevens in het WAA01001.XLS bestand opslaan totdat het aantal gegevenskolommen de 30,000 bereikt, waarna een nieuw bestand, bijvoorbeeld WAA01002.XLS, zal worden gegenereerd. 3) In de map WAA01\, indien het totaal aantal bestanden groter is dan 99, zal een nieuwe route worden aangemaakt, bijvoorbeeld WAA02\ ........ 4) De structuur van de bestandsroute zal volgens het volgende schema zijn: WAA01\ WAA01001.XLS WAA01002.XLS ..................... WAA01099.XLS WAA02\ WAA02001.XLS WAA02002.XLS ..................... WAA02099.XLS WAAXX\ ..................... ..................... Opmerking: XX : De maximale waarde is 10.

11. HET OPSLAAN VAN DE GEGEVENS VAN DE SD-KAART NAAR DE COMPUTER (EXCEL SOFTWARE) 1)Na het uitvoeren van de dataloggerfunctie, haalt u de SD-kaart uit de SD-sleuf van de meter (3-20, Fig. 1). 2)Steek de SD-kaart in de computersleuf voor SD-kaarten (als uw computer hiervan voorzien is) of steek de SD-kaart in de “kaartadapter”. Sluit de “SD-kaartadapter” daarna op de computer aan. 3)Zet de computer aan en Start de "EXCEL software”. Download het gegevensbestand (bijvoorbeeld het bestand met de naam: WAA01001.XLS, WAA01002.XLS) van de SD-kaart naar de computer. De opgeslagen gegevens verschijnen op het EXCEL-beeldscherm (zoals hieronder op het volgende beeldscherm te zien is), waarna de gebruiker deze EXCEL-gegevens gebruiken kan om later een grafische analyse uit te voeren. Beeldscherm met gegevens in EXCEL (voorbeeld 1)

19


Beeldscherm met gegevens in EXCEL (voorbeeld 2)

Beeldscherm met gegevens in (voorbeeld 3)

12. GEAVANCEERDE CONFIGURATIE Druk gedurende minimaal 2 seconden op de “SET knop” (3-8, Fig. 1), zonder echter de dataloggerfunctie te gebruiken, om bij de “Geavanceerde Configuratie” te komen. Druk daarna één keer op de “SET knop” (3-8, Fig. 1) om de acht hoofdfuncties te kunnen selecteren. Op het beeldscherm verschijnt de volgende informatie: Sd F..... Formaat van de SD-geheugenkaart dAtE......Instelling van de kloktijd (Jaar/Maand/Datum, Uur/Minuut/Seconde) SP-t...... Configuratie van de bemonsteringstijd (Uur/Minuut/Seconde) PoFF..... Automatische uitschakeling bEEP..... On/Off van het waarschuwingssignaal dEC....... Instellen van de decimale punt t-CF......Selecteren van de temperatuureenheid ºC of ºF SALt..... Instellen van de zoutcompensatie % DO (opgelost zuurstof), alleen DO High-.... Instellen van de hoogte van de DO-compensatie (meter), alleen DO (opgelost zuurstof) Highf.... Instellen van de hoogte van de DO-compensatie (voet), alleen DO (opgelost zuurstof) PEr C.... Instellen van de CD temperatuur compensatie factor, alleen CD tdS....... Configureren van CD naar TDS of TDS naar CD, alleen CD t-SEt.... Handmatige instelling van de pH temperatuurcompensatie, alleen pH

20


ESC...... De geavanceerde configuratie verlaten Opmerking: a. DO – opgeloste zuurstof modus CD – geleidbaarheidsmodus/TDS pH – pH/mV modus b. Indien u tijdens de werking van de “Geavanceerde configuratie” één keer op de "ESC knop" (3-3, Fig. 1) drukt, zult u deze functie verlaten en verschijnt het normale beeldscherm weer. 12-1 Formaat van de SD-geheugenkaart Wanneer onderin het beeldscherm “Sd F” verschijnt 1) Gebruik de knop " ▲ " (3-5, Fig. 1) of " ▼ " (3-6, Fig. 1) voor het selecteren van " yES " of" no”. yES – Formatteren van de SD-geheugenkaart no – Niet formatteren van de SD-geheugenkaart 2)Indien u "yES" uitkiest, drukt u dan nog één keer op de "Enter knop" (3-4, Fig. 1), waarna op het beeldscherm de tekst "yES Ent " wordt getoond. Indien u zeker bent van deze handeling, drukt u dan op de "Enter knop" om opnieuw te confirmeren, waardoor de SD-geheugenkaart geformatteerd zal worden en alle eerder opgeslagen gegevens gewist zullen worden. 12-2 Configuratie van de kloktijd (Jaar/Maand/Datum; Uur/Minuut/Seconde) Wanneer bovenin het beeldscherm “Date” verschijnt 1) Gebruik de knop " ▲ " (3-5, Fig. 1) o f " ▼” (3-6, Fig. 1) voor het instellen van de waarde (de configuratie begint met het jaar). Nadat de gewenste waarde is ingevoerd, drukt u op de "Enter knop" (3-4, Fig. 1) om naar de volgende waarde te gaan (bijvoorbeeld, indien de eerste waarde het jaartal is, zal daarna de Maand, de Datum, het Uur, de Minuten en de Seconden moeten worden geconfigureerd). Opmerking: De ingestelde waarde zal knipperen. 2) Druk na de configuratie van alle waarden (Jaar, Maand, Datum, Uur, Minuut en Seconde) op de “SET knop” om deze te bewaren. Nu zal het beeldscherm naar de configuratie van de bemonsteringstijd gaan (Hoofdstuk 12-3). Opmerking: Na het instellen van de tijdswaarden, zal de interne klok de tijd nauwkeurig weergeven, zelfs indien het apparaat wordt uitgeschakeld. De batterij moet echter wel altijd voldoende opgeladen zijn. 12-3 Instellen van de bemonsteringstijd (Uur/Minuut/Seconde) Wanneer bovenin het beeldscherm “SP-t” verschijnt 1) Gebruik de “▲ " (3-5, Fig. 1) of " ▼” (3-6, Fig. 1) voor het instellen van de waarde (de configuratie begint met de uurwaarde). Nadat de gewenste waarde is ingevoerd, drukt u op de "Enter knop" (3-4, Fig. 1) om de volgende waarde in te stellen (bijvoorbeeld, de eerste waarde is de uuraanduiding, daarna de minuten en als laatste de seconden). Opmerking: De ingestelde waarde zal knipperen. 2) Druk na het instellen van alle waarden (Uur, Minuut, Seconde) op de “SET knop” (3-8, Fig. 1) om deze te bewaren. Nu zal het beeldscherm naar de configuratie van de “Automatische uitschakeling” gaan (Hoofdstuk 12-4). 12-4 Automatische uitschakeling Wanneer onderin het beeldscherm “PoFF” verschijnt 1) Gebruik de knop " ▲ " (3-5, Fig. 1) of " ▼ " (3-6, Fig. 1) voor het selecteren van " yES " of" no”. yES – Automatische uitschakeling geactiveerd. no - Automatische uitschakeling uitgeschakeld. 2) Nadat u voor "yES" of "no" heeft gekozen, drukt u op de “Enter knop" (3-4, Fig. 1) om de ingestelde functie op te slaan. 12-5 Instellen van het waarschuwingssignaal ON/OFF Wanneer onderin het beeldscherm “bEEP” verschijnt 1) Gebruik de knop " ▲ " (3-5, Fig. 1) of " ▼ " (3-6, Fig. 1) voor het selecteren van " yES " of" no”. yES – Het waarschuwingssignaal van de meter is geactiveerd. no – Het waarschuwingssignaal van de meter is uitgeschakeld. 2) Nadat u voor "yES" of "no" heeft gekozen, drukt u op de “Enter knop" (3-4, Fig. 1) om deze instelling op te slaan 12-6 Configuratie van de decimale punt van de SD-kaart De numerieke structuur van de gegevens van de SD-kaart gebruikt standaard " . " als decimale punt, bijvoorbeeld "20.6" "1000.53" . In sommige landen of continenten (Europa,…) wordt echter " , " gebruikt als decimale punt, bijvoorbeeld " 20, 6 " "1000,53". In dat geval moet eerst de decimale punt worden veranderd

21


Wanneer onderin het beeldscherm “dEC” verschijnt 1) Gebruik de knop " ▲ " (3-5, Fig. 1) of " ▼ " (3-6, Fig. 1) voor het selecteren van “bASIC " of " Euro ". bASIC - Gebruik " . " als decimale punt. Euro - Gebruik " , " als decimale punt. 2) Nadat u voor " bASIC " of " Euro " heeft gekozen, drukt u op de “Enter knop" (3-4, Fig. 1) om deze configuratie op te slaan. 12-7 Selecteren van de temperatuureenheid ºC of ºF Wanneer onderin het beeldscherm “t-CF” verschijnt 1) Gebruik de knop " ▲ " (3-5, Fig. 1) of " ▼" (3-6, Fig. 1) om bovenin het beeldscherm " C " of " F " te selecteren. C – De temperatuureenheid is ºC F – De temperatuureenheid is ºF 2)Nadat u voor de temperatuureenheid “ C " of " F " heeft gekozen, drukt u op de “Enter knop" (3-4, Fig. 1) om deze configuratie op te slaan. 12-8 Instellen van de DO-compensatiewaarde van zout % Wanneer onderin het beeldscherm “sALt” verschijnt 1)Deze functie is alleen voor de DO-modus (opgelost zuurstof) bedoeld, om de compensatiewaarde van de zoutsensor in te stellen. De standaardwaarde is 0% zout. 2)Gebruik de knop “▲" (3-5, Fig. 1) of " ▼ " (3-6, Fig. 1) voor het selecteren van de gewenste compensatiewaarde van het zoutgehalte, druk daarna op de "Enter knop" (3-4, Fig. 1) om deze waarde tijdelijk te bewaren.. 12-9 Instellen van de hoogte van de DO-compensatiewaarde (meter) Wanneer onderin het beeldscherm “High-” verschijnt 1)Deze functie is alleen voor de DO-modus (opgelost zuurstof) bedoeld, om de hoogte van de compensatiewaarde van de sensor in meters in te stellen. De standaardwaarde is 0 meter. 2) Gebruik de knop “▲" (3-5, Fig. 1) of " ▼ " (3-6, Fig. 1) voor het selecteren van de gewenste compensatiewaarde (meter), druk daarna op de "Enter knop" (3-4, Fig. 1) om deze waarde tijdelijk te bewaren. 12-10 Instellen van de hoogte van de DO-compensatiewaarde (voet) Wanneer onderin het beeldscherm “Highf” verschijnt 1)Deze functie is alleen voor de DO-modus (opgelost zuurstof) bedoeld, om de hoogte van de compensatiewaarde van de sensor in voet in te stellen. De standaardwaarde is 0 voet. 2) Gebruik de knop “▲" (3-5, Fig. 1) of " ▼ " (3-6, Fig. 1) voor het selecteren van de gewenste compensatiewaarde (voet), druk daarna op de "Enter knop" (3-4, Fig. 1) om deze waarde tijdelijk te bewaren. 12-11 Instelling van de CD temperatuur compensatie factor Wanneer onderin het beeldscherm “Per C” verschijnt 1) Deze functie is alleen voor de geleidbaarheidsmodus (TDS) bedoeld voor het instellen van de waarde van de temperatuurcompensatie van de sensor(% per ºC). De standaardwaarde is 2% per ºC. 2) Gebruik de knop " ▲ " (3-5, Fig. 1) of " ▼ " (3-6, Fig. 1) voor het selecteren van de gewenste waarde van de temperatuurcompensatie (% per ºC) druk daarna op de "Enter knop" (3-4, Fig. 1) om deze ingestelde waarde tijdelijk te bewaren. 12-12 Instellen van CD naar TDS of van TDS naar CD, of alleen CD Wanneer onderin het beeldscherm “tdS” verschijnt 1)Deze functie is alleen voor de geleidbaarheidsmodus (TDS) bedoeld voor het instellen van de functie van geleidbaarheid (uS, mS) naar TDS (PPM) of van TDS (PPM) naar geleidbaarheid (uS, mS). tdS - TDS ( PPM ) Cd - Geleidbaarheid ( uS, mS ) 2)Gebruik de knop " ▲ " (3-5, Fig. 1) of " ▼ " (3-6, Fig. 1) voor het selecteren van " Cd " of " tdS ", druk daarna op de "Enter knop" (3-4, Fig. 1) om deze ingestelde functie te bewaren 12-13 Handmatige instelling van de pH temperatuurcompensatiewaarde Wanneer onderin het beeldscherm “t-SEt” verschijnt 1) Deze functie is alleen voor de pH-meting bedoeld voor het handmatig instellen van de temperatuurcompensatiewaarde van de pH-elektrode. De standaardwaarde is 25 ºC (77 ºF). 2) Gebruik de knop " ▲ " (3-5, Fig. 1) of " ▼" (3-6, Fig. 1) voor het selecteren van de gewenste temperatuurcompensatiewaarde (ºC of ºF), druk daarna op de "Enter knop" (3-4, Fig. 1) om deze configuratie te bewaren.

22


12-14 ESC Wanneer op het beeldscherm “ESC” verschijnt Druk op de "SET knop" (3-8, Fig. 1) of "ESC knop" (3-3, Fig. 1) wanneer op het beeldscherm “ESC” verschijnt om de geavanceerde configuratie te beëindigen en naar het normale beeldscherm terug te keren. Opmerking: Indien u tijdens het gebruik van de functie van de “Geavanceerde Configuratie” op de “ESC knop” (3-3, Fig. 1) drukt, zult u de “Geavanceerde Configuratie” verlaten en zal het beeldscherm naar de normale modus terugkeren.

13. VOEDING VIA DC ADAPTER De meter kan ook met de optionele 9V DC adapter gevoed worden. Steek de stekker van de adapter in de 9V DC adapteringang (3-17, Fig. 1). De meter staat voortdurend aan wanneer u de DC adapter gebruikt (De power knop is uitgeschakeld).

14. BATTERIJVERVANGING 1) Wanneer in de linkerhoek van het LCD-beeldscherm het symbool " " verschijnt, betekent dit dat het noodzakelijk is om te batterij de vervangen. Het is echter mogelijk om nog gedurende uren metingen te verrichten totdat het apparaat onnauwkeurig wordt. 2) Draai de schroeven van het “Batterijdeksel” (3-11, Fig. 1) los, verwijder het “Batterijdeksel”” en haal vervolgens de gebruikte batterijen uit het apparaat. 3) Vervang de gebruikte batterijen door 6 nieuwe DC 1.5 V alkaline batterijen (UM3, AA, Alkaline/ heavy duty) en schroef het deksel weer vast. 4) Zorg ervoor dat het deksel van het batterijcompartiment goed bevestigd is na het vervangen van de batterijen.

15. RESET VAN HET SYSTEEM Indien de meter een foutmelding geef, zoals: CPU system is hold: (bijvoorbeeld de toets doet het niet…), dan moet u een RESET van het systeem uitvoeren om het probleem op te lossen. Het RESET systeem gaat als volgt te werk: Tijdens het aanzetten moet u een naald gebruiken om op de “Reset knop” (3-18, Fig. 1) in te drukken en het systeem te resetten.

16. STANDAARD RS232PC INTERFACE Het instrument beschikt over een standaard RS232 PC interface via een aansluiting van 3.5 mm (3-19, Fig. 1). De gegevensuitgang is een gegevensstroom van 16 cijfers die voor specifieke toepassingen wordt gebruikt. Een RS232 kabel met de volgende aansluitingen is noodzakelijk om het apparaat met een PC-poort te kunnen verbinden:

De gegevensstroom van 16 cijfers wordt in het volgende formaat weegegeven:

23


Elk cijfer geeft de volgende status weer: D15 Startwoord D14 4 D13 Display boven = 1 Display onder = 2 D12, D11 Signaal voor het display ºC = 01 ºF = 02 D10 Polariteit 0 = Positief 1 = Negatief D8 a D1 Weergave op het beeldscherm, bijvoorbeeld D1 = LSD, D8 = MSD: Indien de weergave op het beeldscherm is 1234, D8 tot D1 is : 00001234 D0

Eindwoord

FORMAAT RS232 FORMAT: 9600, N, 8, 1

17. EXTRA ACCESSOIRES RS232 Kabel UPCB-02

* PC-interface kabel * Voor het aansluiten van de meter op de computer (COM-poort).

USB kabel USB-01

* PC-interface kabel * Voor het aansluiten van de meter op de computer (USB-poort).

Datalogging software U801-WIN

* De applicatie software SW-U801-WIN beschikt over verschillende beeldschermen (1/2/4/6/8 beeldschermen). SW- biedt functies aan zoals datalogging systemen, tekstbeeldscherm, hoekbeeldscherm, kaartbeeldscherm, beeldscherm voor het opslaan van de boven- of ondergrens, informatiegegevens, verslag…xxx.mdb. Het gegevensbestand kan ook door Excel, ACESS worden opgeroepen, veelheid van functies.

110 V AC Netstroomadapter naar CC 9V Amerikaanse aansluiting 220 V/230V AC Netstroomadapter naar DC Duitse aansluiting

24


Optionele pHaccessoires

* pH-elektrode, voor pH van 1 tot 13. Model: PE-11 * pH-elektrode, voor pH van 1 tot 13. Model: PE03 *pH-elektrode, voor pH van 0 tot 14. Model : PE-01 * Temperatuursensor (ATC-sensor) Model : TP07 * pH-lanselektrode Modelo : PH-06HD, PH-04HD * pH-elektrode + temperatuursensor, 2 in 1. Model: PE-03K7 * pH-elektrode + temperatuursensor, 2 in 1. Model: PE-05HT

* Bufferoplossing pH 7 Model: PH-07 * Bufferoplossing pH 4 Model: PH-04

Geleidbaarheid Zout Optionele accessoires Opgelost zuurstof Optionele accessoires

ORP

Zoutsensor / geleidbaarheid Model: CDPB-03 Standaard oplossing1.413 mS Model: CD-14

* Zuurstofsensor Model : OXPB-11 * Reserve sensor met membraansamenstelling Model : OXHD-04 * Elektrolyt vulling sensor Model: OXEL-03

ORP-elektrode Model: ORP-14

Op deze link vindt u een overzicht van de meettechniek http://www.pce-inst-benelux.nl/meettechniek.htm Op deze link vindt u een lijst met de meters: http://www.pce-inst-benelux.nl/meettechniek/meetinstrumenten.htm Op deze link vindt u een lijst met de weegschalen: http://www.pce-inst-benelux.nl/weegtechniek/weegschalen.htm

PAS OP: “Dit apparaat heeft geen ATEX bescherming, en mag dus niet in omgevingen met ontploffingsgevaar worden gebruikt (stof, brandbare gassen).”

25

Gebruiksaanwijzing ph-meter PCE-PHD 1

Recommend Documents