gebruiksaanwijzing clear™440 Serie c4-PA RIC Receiver-in-canal
algemeen
uw hoortoestel
(In te vullen door uw audicien) Datum: _ _______________________________ Type batterij: ___________________________ Oorset:
Gesloten oortip
Open oortip
Folieschaaltje Oortip maat:
Links
Rechts
Earwire maat:
Links
Rechts
2
3
algemeen
Inhoud Gefeliciteerd... . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 6 het hoortoestel . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 7 rechts/linksmarkering . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 8 Akoestische aanwijzingen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 8 de batterij . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 9 inleggen van de batterij . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 9 indicatie bijna lege batterij . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 11 het hoortoestel in- en uitschakelen . . . . . . . . . . . . . . 12 Aanpassen van de luidheid . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 13 verloren partner ALARM . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 14 luisterprogramma’s . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 14 schakelen tussen luisterprogramma’s . . . . . . . . . 17 telefoneren . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 18 hoortoestel met een gesloten of open oortip . . . . . . 19 rechts/linksmarkering . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 20 het hoortoestel aanbrengen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 21 het hoortoestel verwijderen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 22 reinigen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 23 het hoortoestel . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 24 de oorset . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 24 de earwire . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 24 de oortip . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 25 de oorset vervangen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 27 Earwire en maat oortip . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 28 het anker . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 28
hoortoestel met een FOLIEschaaltje . . . . . . . . . . . . . . . . 32 rechts/links-markering . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 33 Het hoortoestel
met FOLIEschaaltje aanbrengen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 34 Het hoortoestel
en FOLIEschaaltje verwijderen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 35 reinigen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 36 het hoortoestel . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 37 de oorset . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 37 de earwire . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 37 het FOLIEschaaltje . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 38 Als de earwire moet worden vervangen . . . . . . . . . . 39 NanoCare oorsmeerfilter . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 40 het NanoCare oorsmeerfilter vervangen . . . . . . . . . 41 Accessoires . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 44 als het hoortoestel niet werkt… . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 45 het onderhoud van uw hoortoestel . . . . . . . . . . . . . . . . 47 enkele adviezen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 48 Conformiteit . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 52
4
5
algemeen
Gefeliciteerd...
het hoortoestel
...met uw nieuwe Widex hoortoestel.
Afgebeeld is een hoortoestel met Earwire.
Uw hoortoestel is ontworpen met als uitgangspunten een uitstekende geluidskwaliteit, gemak, comfort en keuzevrijheid.
1. Microfoonopeningen 2. Aan/uitschakelaar 3. Nageluitsparing 4. Earwire 5. Telefoontje 6. LED
We hopen dat u tevreden zult zijn met uw nieuwe hoortoestel.
1.
Alle illustraties in deze gebruiksaanwijzing tonen een hoortoestel voor het rechter oor.
4. 6. 2. 5. 3.
belangrijk Deze gebruiksaanwijzing bevat belangrijke informatie en instructies. Leest u daarom, voordat u het hoortoestel gaat gebruiken, alles aandachtig door. Hoortoestellen, oorstukjes, reinigingsinstrumentjes e.d. die in deze gebruiksaanwijzing zijn afgebeeld kunnen er in werkelijkheid anders uitzien. Daarnaast behouden wij ons het recht op wijzigingen voor. 6
Hierna kan uw audicien aangeven wat voor u van toepassing is.
Gesloten oortip
Open oortip
7
Folieschaaltje
algemeen
rechts/linksmarkering De pijl geeft aan waar de markering zich bevindt (rode markering = rechts en blauwe markering = links).
de batterij We raden u aan om zink-luchtbatterijen te gebruiken. Voor uw hoortoestel hebt u een type 10 batterij nodig. Nieuwe batterijen kunt u kopen bij uw audicien. Let u op de vervaldatum en op de aanbevelingen over het weggooien van lege batterijen op de verpakking.
Akoestische aanwijzingen Uw hoortoestel kan zo zijn ingesteld dat het een akoestisch signaal geeft om het gebruik van bepaalde functies aan te geven. Dit signaal kan bestaan uit een gesproken boodschap of uit pieptoontjes. Uw audicien kan dit in overleg met u instellen of, indien gewenst, uitschakelen. Aanpassing volume
Toon*
Bevestiging gebruik programmaschakelaar
Klikgeluid Uit
Uit
Veranderen van programma
Boodschap Toontjes
Uit
Hoortoestel inschakelen
Boodschap Toontjes
Uit
Waarschuwing bijna lege batterij
Boodschap 4 toontjes Uit
Waarschuwing verloren partnerhoortoestel
Boodschap
Uit
Service herinnering
Boodschap
Uit
inleggen van de batterij Verwijder, voordat u de batterij inlegt, de sticker. Nadat de sticker is verwijderd duurt het een paar seconden voordat de batterij energie kan leveren. Gebruik geen batterijen met lijmresten van de sticker of andere ongewenste substanties. Gebruik de nageluitsparing om de batterijlade naar buiten te draaien. Druk de batterijlade niet verder open dan deze stand.
* Vetgedrukt: standaardinstelling
8
9
algemeen
Plaats de batterij zoals in de afbeelding wordt getoond, zodat het plusteken op de batterij boven ligt als u het hoortoestel vasthoudt. U kunt het magneetstaafje dat bij het hoortoestel wordt meegeleverd gebruiken om de batterij in de lade te leggen.
indicatie bijna lege batterij Is de batterij bijna leeg, dan wordt dit akoestisch aangegeven, tenzij deze functie is uitgeschakeld (zie pag. 8). Hoe lang het toestel daarna nog blijft werken is afhankelijk van verschillende factoren. We raden u aan om altijd een reserve batterij bij u te hebben. Laat nooit een lege batterij in het hoortoestel zitten. Lege batterijen kunnen lekken, waardoor het hoortoestel kan worden beschadigd.
Sluit de lade niet soepel, dan is de batterij niet correct geplaatst. Houd het toestel bij het vervangen van de batterij voor de zekerheid altijd boven een tafel.
belangrijk Uw hoortoestel kan stoppen met werken, bijv. als de batterij leeg is. Wees u van deze mogelijkheid bewust, vooral indien u deelneemt aan het verkeer of op enige andere wijze afhankelijk bent van waarschuwingssignalen. 10
11
algemeen
het hoortoestel in- en uitschakelen De batterijlade van uw hoortoestel werkt tevens als aan/uitschakelaar. Sluit de batterijlade om het hoortoestel in te schakelen. Een akoestische boodschap geeft aan dat het hoortoestel is ingeschakeld, tenzij deze functie door uw audicien is uitgeschakeld. Open de batterijlade om het hoortoestel uit te schakelen. Schakel het hoortoestel uit als u het niet gebruikt. Gebruikt u het hoortoestel gedurende meerdere dagen niet, verwijder dan de batterij uit het toestel.
Aanpassen van de luidheid De luidheid van uw hoortoestel wordt automatisch ingesteld, in overeenstemming met de geluiden om u heen. Normaal gesproken kunt u de luidheid van uw hoortoestel niet zelf aanpassen. Hebt u echter een afstandsbediening, dan kunt u de luidheid wel zelf wijzigen. Elke wijziging van het volume beïnvloedt beide hoortoestellen. Wilt u een andere stapgrootte voor de volumeregelaar, neem dan contact op met uw audicien. Hebt u een afstandsbediening, raadpleeg dan ook de gebruiksaanwijzing hiervan.
belangrijk Is het volume van het hoortoestel over het algemeen te hoog of te laag, klinkt het geluid vervormd of wilt u verdere informatie, neem dan contact op met uw audicien. 12
13
algemeen
verloren partner ALARM (NB: alleen van toepassing indien deze functie door uw audicien is ingeschakeld). Valt één van uw hoortoestellen van uw oor, en/of is de batterij leeg, dan wordt dit twee maal met een akoestische waarschuwing (gesproken of pieptoontjes) aangegeven. Bovendien knippert dan op beide hoortoestellen een diode (klein lichtje). Wordt het hoortoestel weer teruggeplaatst en/of wordt de batterij vervangen, dan stopt de diode met knipperen. luisterprogramma’s Standaard heeft uw hoortoestel één luisterprogramma (Master). Hebt u een afstandsbediening bij uw hoortoestel ekocht, dan kunt u vijf programma’s, waaronder het g Master-programma, kiezen, plus het speciale Zenprogramma – Zen+. Raadpleeg ook de gebruiksaanwijzing voor uw afstandsbediening.
14
Master
Standaard
Muziek
Om naar muziek te luisteren
TV
Om naar de TV te luisteren
Comfort
Verzwakt de weergave van achtergrondlawaai
Reverse focus
Richt op geluiden die van achteren komen
Audibility Extender
Maakt hoog-frequente geluiden hoorbaar
Zen
Speelt willekeurig rustgevende tonen. Één klankstijl
Programmacombinaties
Het Master programma op één oor en het Zen-programma, de Audibility Extender of Reverse focus op het andere oor
Zen+
Speciaal Zen-programma met tot 3 verschillende Zen-stijlen. Wordt in- en uitgeschakeld door de betreffende knop op de afstandsbediening langer (2 sec.) ingedrukt te houden.
15
algemeen
Hebt u na verloop van tijd andere programma’s nodig, dan kan dit door de audicien worden gewijzigd. Het Zen-programma kan in combinatie met de normale versterking worden gebruikt, zodat u zowel de omgevingsgeluiden als de Zen-tonen kunt horen. Het kan ook alleen worden gebruikt, zonder versterking, als u de omgevingsgeluiden niet hoeft te kunnen horen. De duur waarin het Zen-programma actief is kan in overleg met u door uw audicien worden ingesteld.
schakelen tussen luisterprogramma’s Steeds als u met een afstandsbediening van luisterprogramma wisselt, klinkt een akoestische aanwijzing in de vorm van een gesproken boodschap of pieptoontjes, tenzij deze functie is uitgeschakeld. Programma 1: Boodschap of één kort piepje Programma 2: Boodschap op twee korte piepjes Programma 3: Boodschap of drie korte piepjes Programma 4: Boodschap of één lang en één kort piepje Programma 5: Boodschap of één lang en twee korte piepjes. Zen+: Boodschap of toon Verandert u van programma, dan is dit van toepassing voor beide hoortoestellen.
belangrijk Het gebruik van de Zen-programma’s kan het horen van omgevingsgeluiden en spraak beïnvloeden. Gebruik daarom deze programma’s niet als het horen van deze geluiden of spraak op dat moment belangrijk is. Schakel in een dergelijke situatie een ander programma, zonder Zen-tonen, in. 16
17
hoortoestel met een gesloten of open oortip
telefoneren Als u telefoneert, raden we u aan om de telefoon onder een hoek boven het oor te houden en niet tegen de oorschelp. Hoort u het geluid niet duidelijk, verschuif dan de telefoon net zo lang totdat u wel een helder geluid hoort.
hoortoestel met een gesloten of open oortip 1. Earwire 2. Anker (indien van toepassing) 3. Telefoontje 4. NanoCare oorsmeerfilter
1.
2. 4. 3.
5. Gesloten oortip 5a. Geluidskanaal 5b. Ontluchting 5a. 5b.
5.
6. Open oortip 6.
18
19
hoortoestel met een gesloten of open oortip
rechts/linksmarkering De Earwire is in verschillende lengtes verkrijgbaar, voor zowel het rechter als het linker oor. De maat wordt aangegeven op de oorset (zie pijl). Een Earwire voor het rechter oor heeft een rode markering en een Earwire voor het linker oor heeft een blauwe markering.
het hoortoestel aanbrengen Hang eerst het hoortoestel achter het oor, waarbij de Earwire op de juiste plaats op het oor, dicht bij het hoofd moet liggen. Plaats dan de oortip in het oor, waarbij u het onderste deel van de Earwire vasthoudt.
belangrijk Het anker dient altijd te worden gebruikt als het hoortoestel met een open oortip wordt gedragen. Wordt het toestel zonder anker gedragen, dan kan het van het oor vallen, zodat u het verliest. Bij een gesloten oortip hoeft het anker uitsluitend te worden gebruikt indien dit noodzakelijk is om het hoortoestel op zijn plaats te houden. Controleer regelmatig of het hoortoestel en de oorset nog correct in en op het oor zitten. 20
21
hoortoestel met een gesloten of open oortip
het hoortoestel verwijderen Haal het hoortoestel achter de oorschelp vandaan. Trek voorzichtig de oortip uit het oor waarbij u het onderste deel van het slangetje vasthoudt.
reinigen Deze reinigingsaccessoires worden bij uw hoortoestel geleverd: 1. Doekje 2. Lang reinigingspennetje (alleen voor een gesloten oortip) 3. Kort reinigingspennetje (alleen voor een gesloten oortip) 4. Borsteltje
1.
2.
3.
4.
Extra accessoires zijn verkrijgbaar bij uw audicien.
22
23
hoortoestel met een gesloten of open oortip
het hoortoestel Maak na gebruik het hoortoestel schoon met het doekje. Gebruik nooit water of een schoonmaakmiddel om het hoortoestel te reinigen. Gebruikt u het hoortoestel niet, laat dan de batterijlade open staan, zodat het hoortoestel wordt geventileerd en eventueel aanwezig vocht kan verdampen. de oorset Zorg dat uw oorset schoon is en vrij van oorsmeer of vocht. Gebruik nooit alcohol of andere vloeistoffen om de oorset te reinigen. de earwire Gebruik het doekje om de Earwire na gebruik schoon te vegen. Gebruik nooit alcohol of andere vloeistoffen om de Earwire schoon te maken.
de oortip Gesloten oortip: vervang eerst het NanoCare oorsmeerfilter (zie pag. 40 – 43), gebruik vervolgens de houder van het oorsmeerfilter om het telefoontje uit de oortip te drukken. Reinig de ontluchting met het lange reinigingspennetje (2), zoals wordt getoond in de afbeelding. Maak de geluidsuitgang schoon met het korte reinigingspennetje (3), zoals wordt getoond in de afbeelding. Indien nodig kan de oortip worden gereinigd met lauwwarm water. Verwijder dan eerst de oortip van de oorset en spoel deze grondig af. Laat de oortip gedurende de nacht drogen. Gebruik nooit reinigingsmiddelen om de oortip schoon te maken.
belangrijk Het telefoontje mag nooit in contact komen met water. 24
25
hoortoestel met een gesloten of open oortip
Heeft zich vuil opgehoopt op het telefoontje, reinig dit dan met het doekje. Plaats de nieuwe/schone oortip op het telefoontje. Controleer daarbij of de oortip stevig op zijn plaats zit. Gesloten oortip De rechts/linksmarkering dient nog steeds zichtbaar te zijn. Zie pijltje.
de oorset vervangen De oorset dient, indien nodig, te worden vervangen. De levensduur van een oorset is persoonlijk. Vraag uw audicien hoe vaak u de oorset moet vervangen. Neem ook contact op met uw audicien voor onderdelen van de oorset, of indien de oorset niet langer goed past.
Open oortip
26
27
hoortoestel met een gesloten of open oortip
Earwire en maat oortip De oorset moet goed passen, zodat deze goed en comfortabel zit. Uw audicien kiest de juiste maat oortip en Earwire voor u en helpt u, indien nodig, om het anker op de juiste maat te maken.
Trek het puntige uiteinde van het anker door het bovenste oogje dat zich aan het uiteinde van de Earwire (bovenop het telefoontje) bevindt. Het puntige uiteinde dient in de richting van het hoortoestel te wijzen.
Op pag. 2 van deze gebruiksaanwijzing kan uw audicien de voor u gekozen maten noteren.
Trek het anker door totdat het niet meer verder gaat.
het anker Het anker wordt los van de rest van de oorset geleverd en kan op verschillende manieren worden gebruikt. Als eerste laten we zien hoe het anker kan worden gebruikt zonder het verder bij te werken:
28
Uw oorset is nu klaar voor gebruik en wordt zo geplaatst dat het comfortabel in uw oor rust.
29
hoortoestel met een gesloten of open oortip
Het anker kan ook tot een ringetje worden gevormd: Trek het puntige uiteinde van het anker door het bovenste oogje dat zich aan het uiteinde van de Earwire (bovenop het telefoontje) bevindt. Het puntige uiteinde dient in de richting van het hoortoestel te wijzen. Trek het anker door totdat het niet meer verder gaat. Draai de oorset nu om.
Het anker heeft de juiste afmetingen als het de plaatsing van de oortip in de gehoorgang ondersteunt en de oorset stevig in en op het oor blijft zitten. Knip het restant van het anker zorgvuldig af, zodat het uiteinde glad is en er geen scherpe randjes meer zijn. Controleer dit met uw vingertop. Blijft een restant van het anker achter, dan kan dit irritatie veroorzaken in uw gehoorgang.
Steek vervolgens het puntige uiteinde door het onderste oogje om een ringetje te vormen. Heeft het ringetje de juiste afmeting, knip dan het restant af, zodat alleen het ringetje overblijft.
30
31
hoortoestel met een FOLIEschaaltje
hoortoestel met een FOLIEschaaltje 1. Earwire 2. Telefoontje (aan het eind van de Earwire, in het folieschaaltje) 3. Folieschaaltje met trekkoordje 4. NanoCare oorsmeerfilter 5. Ontluchting (optie)
rechts/links-markering De Earwire is in verschillende lengtes verkrijgbaar, voor zowel het rechter als het linker oor. De maat wordt aangegeven op de oorset. Een Earwire voor het rechter oor heeft een rode markering en een Ear wire voor het linker oor heeft een blauwe markering. Op het folieschaaltje is het “Widex” logo aangebracht (zie pijl). Een rood logo voor het rechter oor en een blauw logo voor het linker oor.
1.
3. 4. 5.
2.
belangrijk Probeer nooit de Earwire van het folieschaaltje te halen. 32
33
hoortoestel met een FOLIEschaaltje
Het hoortoestel met FOLIEschaaltje aanbrengen Plaats het folieschaaltje in het oor, waarbij u het onderste deel van de Earwire vasthoudt. Het kan daarbij helpen de oorschelp met de andere hand een stukje naar achteren en van het hoofd af te trekken.
Het hoortoestel en FOLIEschaaltje verwijderen Haal het hoortoestel achter de oorschelp vandaan. Trek daarna het folieschaaltje voorzichtig uit het oor aan het trekkoordje.
Plaats het hoortoestel achter het oor, zodat het hoortoestel en de Earwire comfortabel op het oor rusten, dicht bij uw hoofd.
belangrijk Trek niet aan de Earwire om het hoortoestel te verwijderen. Gebruik altijd het trekkoordje. 34
35
hoortoestel met een FOLIEschaaltje
reinigen Deze reinigingsaccessoires worden bij uw hoortoestel geleverd. 1. Doekje 2. Borsteltje 3. Reinigingspennetje
1.
2.
3.
het hoortoestel Maak na gebruik het hoortoestel schoon met het doekje. Gebruik nooit water of een schoonmaakmiddel om het hoortoestel te reinigen.
Gebruikt u het hoortoestel niet, laat dan de batterijlade open staan, zodat het hoortoestel wordt geventileerd en eventueel aanwezig vocht kan verdampen.
Extra accessoires zijn verkrijgbaar bij uw audicien. de oorset Zorg dat uw oorset schoon is en vrij van oorsmeer of vocht. Gebruik nooit alcohol of andere vloeistoffen om de oorset te reinigen. de earwire Gebruik het doekje om de Earwire na gebruik schoon te vegen. Gebruik nooit alcohol of andere vloeistoffen om de Earwire schoon te maken. 36
37
hoortoestel met een FOLIEschaaltje
het FOLIEschaaltje Heeft zich oorsmeer opgehoopt op het folieschaaltje, gebruik dan het borsteltje of het doekje om het te verwijderen. Maak het oorsmeerfilter niet schoon. Is het verstopt, vervang het dan (zie pag. 40–43).
Als de earwire moet worden vervangen Het vereist enige ervaring en gebruik van speciale instrumentjes om de Earwire te vervangen. We raden u dan ook aan om uw audicien te raadplegen indien de Earwire moet worden vervangen. Probeer dit niet zelf te doen. Past het folieschaaltje niet goed meer in uw gehoorgang, neem dan contact op met uw audicien.
Is uw folieschaaltje voorzien van een ontluchting, gebruik dan het reinigingspennetje om het schoon te maken.
belangrijk Het folieschaaltje, waarin het telefoontje is geplaatst, mag nooit in contact komen met water. 38
39
algemeen
NanoCare oorsmeerfilter Het NanoCare oorsmeerfilter helpt het hoortoestel te beschermen tegen oorsmeer. Gebruik daarom altijd een NanoCare oorsmeerfilter op uw hoortoestel. Doet u dit niet, dan is de garantie op uw hoortoestel niet meer van toepassing. Het NanoCare-systeem bestaat uit deze onderdelen:
het NanoCare oorsmeerfilter vervangen Zie de afbeeldingen voor uw type oortip Hoortoestellen met een gesloten oortip: Het oorsmeerfilter kan worden vervangen met of zonder de oortip op de Earwire. Hoortoestellen met een folieschaaltje: Verwijder de oortip NIET van de Earwire. Hoortoestellen met een open oortip: Verwijder de oortip van de Earwire.
1. Houder 2. Haakje 3. Oorsmeerfilter
1. Plaats het haakje recht op het gebruikte oorsmeerfilter dat zich op het telefoontje bevindt. 2. Trek het oorsmeerfilter recht uit het telefoontje.
1. 3. 2.
Gesloten oortip (Ook van toepassing op het maatschaaltje)
1. belangrijk Probeer nooit om het oorsmeerfilter te reinigen of opnieuw te gebruiken. Dit kan uw hoortoestel beschadigen en/of ervoor zorgen dat het oorsmeerfilter losraakt en in uw gehoorgang achterblijft. 40
2.
Open oortip
1.
2. 41
algemeen
Draai vervolgens het pennetje om zodat het gebruikte oorsmeerfilter wordt weggedraaid van het telefoontje en het nieuwe oorsmeerfilter kan worden aangebracht. 3. Plaats het nieuwe oorsmeerfilter in de opening van het telefoontje en druk het voorzichtig op zijn plaats. 4. Trek het pennetje recht naar achteren. Het oorsmeerfilter blijft nu automatisch op zijn plaats. Druk het telefoontje voorzichtig op een vlakke ondergrond om te zorgen dat het filter op zijn plaats blijft zitten.
Gooi het pennetje met het gebruikte oorsmeerfilter weg.
Hoe vaak een oorsmeerfilter moet worden vervangen verschilt van persoon tot persoon. Hebt u vragen over het NanoCare oorsmeerfilter, neem dan contact op met uw audicien.
Gesloten oortip (Ook van toepassing op het folieschaaltje)
3.
4.
Open oortip belangrijk 3.
4.
42
Zit het oorsmeerfilter los, verwijder het dan en plaats een ander filter. Laat het oorsmeerfilter los terwijl de oortip in uw oor zit, neem dan contact op met uw arts. Probeer nooit om zelf een oorsmeerfilter uit de gehoorgang te verwijderen. 43
algemeen
Accessoires Er zijn diverse luisterhulpmiddelen beschikbaar voor uw hoortoestel. Voor hulp bij het bepalen of u baat kunt hebben bij een afstandsbediening of een ander accessoire kunt u het beste contact opnemen met uw audicien.
als het hoortoestel niet werkt… Probleem
Mogelijke oorzaak Oplossing
Het hoortoestel werkt niet
Het hoortoestel is niet ingeschakeld
Controleer of de batterijlade volledig is gesloten
De Earwire is kapot
Neem contact op met uw audicien
De batterij is leeg of werkt niet
Leg een nieuwe batterij in het hoortoestel
Het NanoCare oorsmeerfilter is verstopt
Vervang het oorsmeerfilter
De batterij is bijna leeg
Leg een nieuwe batterij in het hoortoestel
Het NanoCare oorsmeerfilter is verstopt
Vervang het oorsmeerfilter
Uw oor is verstopt door oorsmeer
Neem contact op met uw huisarts/KNO-arts
Uw gehoor kan veranderd zijn
Neem contact op met uw huisarts/KNO-arts
Het hoortoestel is niet luid genoeg
44
45
algemeen
Probleem
Mogelijke oorzaak Oplossing
Het hoortoestel fluit voortdurend
Uw oor is verstopt door oorsmeer
Neem contact op met uw huisarts/KNO-arts
De Earwire is geel en Neem contact op met hard uw audicien De oortip is niet correct in uw oor geplaatst
Plaats de oortip opnieuw
De oortip past niet goed
Neem contact op met uw audicien
Het telefoontje zit niet goed vast in de oortip
Gesloten en open oortip: Vervang de oortip. Blijft het probleem bestaan, neem dan contact op met uw audicien Folieschaaltje: neem contact op met uw audicien
Het telefoontje is in de verkeerde opening bevestigd
Gesloten oortip: Verwijder de oortip en plaats het telefoontje als getoond op pag. 26.
46
het onderhoud van uw hoortoestel Bij goed onderhoud gaat uw hoortoestel jarenlang mee. Hieronder staan enkele tips die de levensduur van uw hoortoestel aanzienlijk kunnen verlengen: • Schakel uw hoortoestel uit als u het niet gebruikt. Gebruikt u het toestel gedurende langere tijd niet, verwijder dan de batterij uit de batterijlade. • Behandel uw hoortoestel met zorg. Als u het toestel niet gebruikt, bewaar het dan op een koele, droge plaats in het bijbehorende etui, buiten het bereik van kinderen of huisdieren. • Stel het hoortoestel niet bloot aan extreme temperaturen of een hoge luchtvochtigheid. • Draag uw hoortoestel nooit onder de douche, tijdens het zwemmen, wanneer u een föhn gebruikt, of tijdens het aanbrengen van haarlak of iets dergelijks. • Bevindt u zich vaak in een omgeving met een hoge luchtvochtigheid, dan kan het nuttig zijn om gebruik te maken van een speciale droogkit. Vraag uw audicien om informatie.
47
algemeen
enkele adviezen Hoortoestellen en batterijen kunnen gevaarlijk zijn indien ze worden ingeslikt of niet juist worden gebruikt. Inslikken of onjuist gebruik kunnen resulteren in ernstig letsel of zelfs overlijden. Neem bij inslikken onmiddellijk contact op met een arts. • Houd hoortoestellen en de accessoires altijd buiten het bereik van kinderen en ieder ander die dergelijke voorwerpen kan inslikken of zichzelf letsel kan toebrengen. Vervang de batterij niet waar zij bij zijn en laat hen niet zien waar u de batterijen bewaart. Voer lege batterijen zorgvuldig af. • Batterijen zijn erg klein en kunnen gemakkelijk worden aangezien voor tabletjes of iets dergelijks. Neem nooit een batterij of een hoortoestel in de mond, omdat u het risico loopt deze in te slikken.
let op Er bestaat explosiegevaar indien de batterij wordt vervangen door een niet-juist type of indien deze wordt opgeladen. Biedt gebruikte batterijen aan bij het chemisch afval. 48
• Laat een ander nooit uw hoortoestel dragen, omdat dit een permanente beschadiging van het gehoor kan veroorzaken. • Het hoortoestel herstelt niet het normale gehoor, maar kan wel helpen om het resterende gehoorvermogen zo goed mogelijk te benutten. Wees u er van bewust dat het enige tijd kan duren om gewend te raken aan een nieuw hoortoestel en nieuwe geluiden. • Realiseer u bij het kiezen van luisterprogramma’s dat er situaties zijn waarin het erg belangrijk is de omgevingsgeluiden te kunnen horen (bijv. verkeer, waarschuwingssignalen). • Het gebruik van hoortoestellen kan de vorming van een oorsmeerprop tot gevolg hebben. Denkt u dat er een oorsmeerprop in uw oor zit, raadpleeg dan uw huisarts of KNO-arts. Oorsmeer kan niet alleen de oorzaak zijn van een verslechterd gehoor, het kan ook de werking van het hoortoestel aanzienlijk verminderen. Het is aan te raden om uw oren enkele keren per jaar door de huisarts te laten controleren en zo nodig te laten reinigen. • Het hoortoestel is gemaakt van modern, allergeenvrij materiaal. Slechts in zeldzame gevallen kan huidirritatie optreden. Mocht u merken dat de huid van uw oorschelp of in de gehoorgang geïrriteerd raakt, raadpleeg dan uw audicien. 49
algemeen
• Door het dragen van een hoortoestel hebt u een iets verhoogd risico op een ontsteking van de gehoorgang. Een ontsteking kan optreden als gevolg van verminderde beluchting van het oor of door beschadiging van de huid, veroorzaakt door de oortip. We adviseren u daarom om de oortip ’s nachts niet te dragen, zodat de gehoorgang niet steeds is afgesloten. Controleer de oortip dagelijks en maak het indien nodig schoon. Mocht er een ontsteking optreden, dan kan het nuttig zijn om de oortip met een desinfecterend doekje schoon te maken. Maak echter nooit gebruik van alcohol, een chlooroplossing of een vergelijkbare vloeistof om de oortip te reinigen. • Uw hoortoestel maakt gebruik van een ingebouwde zendontvanger voor de coördinatie tussen de beide hoortoestellen. De sterkte van het magnetisch veld van de zendontvanger is erg laag. • Uw hoortoestel is op interferentie getest volgens internationale standaarden. Het is niettemin mogelijk dat interferentie optreedt onder invloed van elektromagnetische straling van andere producten als alarmsystemen en mobiele telefoons.
• Hoewel uw hoortoestel is ontworpen conform de meest stringente internationale standaarden aangaande elektromagnetische compatibiliteit, kan niet worden uitgesloten dat het interferentie kan veroorzaken met andere apparatuur zoals medische toestellen. • Probeer nooit het toestel zelf te openen of te repareren. • Draag uw hoortoestel nooit tijdens een warmtebehandeling, bij het maken van röntgen-foto’s, MRI-scans, CT-scans of tijdens radiotherapie. Sommige typen straling kunnen uw hoortoestel beschadigen. Andere typen straling bijvoorbeeld afkomstig van bepaalde alarmsystemen, mobiele telefoons, magnetrons en inductiekookplaten zijn zwakker en kunnen uw hoortoestel niet beschadigen, maar kunnen wel een hinderlijk geluid in uw hoortoestel veroorzaken. • Widex hoortoestellen zijn niet getest in mijnen of op andere plaatsen waar explosiegevaar bestaat.
50
51
algemeen
Conformiteit
Federal Communications Commission and Industry Canada Statement FCC ID: TTY-C4PA IC: 5676B-C4PA
Hierbij verklaart Widex A/S dat deze C4-PA voldoet aan de essentiële voorwaarden en andere relevante bepalingen van Directive 1999/5/EC.
This device complies with part 15 of the FCC Rules and with RSS-210 of Industry Canada. Operation is subject to the following two conditions:
Een kopie van de Declaration of Conformity kunt u vinden op: http://www.widex.com
(1) This device may not cause harmful interference, and (2) this device must accept any interference received, including interference that may cause undesired operation. NOTE: This equipment has been tested and found to comply with the limits for a Class B digital device, pursuant to part 15 of the FCC Rules. These limits are designed to provide reasonable protection against harmful interference in a residential installation. This equipment generates, uses and can radiate radio frequency energy and, if not installed and used in accordance with the instructions, may cause harmful interference to radio communications. However, there is no guarantee that interference will not occur in a particular installation. If this equipment does cause harmful interference to radio or television reception, which can be determined by turning the equipment off and on, the user is encouraged to try to correct the interference by one or more of the following measures:
52
53
algemeen
— Reorient or relocate the receiving antenna. — Increase the separation between the equipment and receiver. — Connect the equipment into an outlet on a circuit different from that to which the receiver is connected.
Hoortoestellen, accessoires en batterijen mogen niet worden aangeboden bij het normale huishoudelijk afval. Neem voor advies hierover contact op met uw audicien.
— Consult the dealer or an experienced radio/TV technician for help. NOTE: This equipment complies with FCC radiation exposure limits set forth for an uncontrolled environment. This transmitter must not be co-located or operating in conjunction with any other antenna or transmitter. This equipment complies with the Industry Canada RF radiation exposure limits set forth for an uncontrolled environment as per IC RSS-102 Issue 3. Changes or modifications to the equipment not expressly approved by Widex could void the user’s authority to operate the equipment.
54
55
algemeen
56
57
algemeen
58
59
¡9 514 0134 007T¤ ¡#01v¤
Printed by HTO / 05-10
9 514 0134 007 #01