Examenboekje
Kerstmis 2014
1A1
EXAMENBOEKJE KERSTMIS 2014 2014
1a1 Naam: …………………………………………………
1
Vzw Katholiek onderwijs De Pelgrim– Tervuursesteenweg 2 2800 Mechelen
Examenboekje
Kerstmis 2014
Beste leerling, De laatste examenperiode van dit schooljaar staat voor de deur. Om je op weg te helpen, hebben je leerkrachten een examenboekje samengesteld. Hierin vind je alles wat je moet weten over de paasexamens: je examenrooster, leeroverzichten van elk vak en enkele studietips. We wensen je heel veel succes!
JE EXAMENROOSTER VOOR KERSTMIS 2014
Maandag 08/12
Dinsdag 09/12
Woensdag 10/12
donderdag 11/12
Vrijdag 12/12
V M N M 1 2 3 4 1 2 3 4 1 2 3 4 1 2 3 4
Les Namiddag: vrij om te studeren Nederlands Nederlands Frans Aardrijkskunde Wiskunde Godsdienst Geschiedenis Natuurwetenschappen
2
1A1
Examenboekje
Kerstmis 2014
1A1
HOE VERLOOPT EEN EXAMENDAG? Een examendag begint, net als andere schooldagen, om 8.25 uur. Om 8.30 uur begin je met het eerste examen tot 10.10 uur. (= 1ste en 2de lesuur) Om 10.10 uur is er pauze tot 10.25 uur. Om 10.25 uur begin je met het 2de examen en dit duurt tot 12.05 uur. (= 3de en 4de lesuur) Als je klaar bent met het 2de examen mag je vertrekken vanaf 11.30 uur. Je geeft enkel af als je volledig klaar bent én nagekeken hebt.
WAT BRENG JE MEE? Je agenda. Je schrijfgerei: pen, tintenkiller, blauwe balpen, tipp-ex, potlood, gom, lat, groene en zwarte balpen, enkele kleurtjes (rood, geel, groen, blauw, oranje, bruin, ...). Dit alles stop in een doorschijnen plastic zakje. Zakdoeken. Een koekje/ drankje voor tijdens de pauze. De benodigdheden voor een specifiek vak: vb.: je atlas, rekentoestel, geodriehoek, … Let op: Als je je materiaal vergeet, mag je enkel materiaal lenen als iemand anders volledig klaar is. Je verliest hierdoor 10%.
3
Examenboekje
Kerstmis 2014
1A1
HOE LOS JE EEN EXAMEN OP? Vul op elk blad je naam in. Lees aandachtig alle vragen. Begin dan de vragen te beantwoorden. - Als je een vraag volledig hebt opgelost, zet een kruist bij die vraag. - Als je een vraag niet volledig hebt opgelost, of je twijfelt over die vraag, duid deze vraag dan aan met een “ ! ”. Zo weet je dat je die vraag nog even moet overlopen. Als je alle vragen beantwoord hebt, lees dan nog eens na en verbeter je fouten.
WAT MOET JE LEREN?
Op de volgende pagina‟s vind je van elk vak een leerstofoverzicht. Hierop staat wat je allemaal moet kennen/kunnen voor het komende examen. Elk vak heeft zijn eigen overzicht met eventuele speciale benodigdheden en tips bij genoteerd.
4
Examenboekje
Kerstmis 2014
DATUM EXAMEN: DINSDAG 9/12/2014 KLAS:1A1 VAK: NEDERLANDS LEERKRACHT: G. DELEN Wat leer ik? Frappant leerwerkboek 1A deel 1+2+3+4 DEEL 1 * 1. Ovur p 12 * 2. Teksttype, lay-out, oriënterend lezen p 14-15-16-17-18 * 3. Het communicatiemodel p 19-20-21-22-23-24-25 * 4. Onderwerp, predicaat en persoonsvorm p 26- 27-28-29-30-31-32 * 5. Soorten zinnen p 33-34-35-36-37-38-39 *
Test jezelf p 40-41-42
DEEL 2 *6. Alfabetisch rangschikken p 46-47-48-49-50 *8. Synoniemen p57-58-59-60-61 *10. BZL: Schooltaalwoorden-onthoudwoorden p67-68-69-70-71-72 *
Test jezelf p73-74
DEEL 3 *11. Associëren p78-79-80 *12. Houd rekening met je doelpubliek p 81-82-83-84-85*13. Soorten werkwoorden p 86-87-88-89-90-91-92 *14. Grondwoorden, samenstellingen en afleidingen p 93-94-95-96-97-98 *
Test jezelf p 105-106-107
DEEL 4 *16. Het gebruik van het woordenboek p110-111-112-113-114-115116-117-118 *17. Onderwerp en hoofdgedachte p 119-120-121-122-123 5
1A1
Examenboekje
Kerstmis 2014
1A1
*19. De tegenwoordige tijd en de imperatief p 128-129-130-131-132133-134-135 *20 Schooltaalwoorden en onthoudwoorden. P 136-137-138-139140-141 *
Test jezelf p142-143-144
Hoe leer ik? *Voor dit examen zal je zaken moeten KENNEN (=studeren) en zaken moeten KUNNEN(=vaardigheden). Om je goed voor te bereiden zal je zowel moeten studeren als oefeningen moeten opnieuw maken. *Zorg dat je de oefeningen en de opdrachten die we in de klas gemaakt hebben begrijpt. *Maak alle oefeningen opnieuw (ook de oefeningen van Test jezelf op het einde van elk deel). *Maak al je toetsen en taken opnieuw. *Studeer de groene kaders zeer grondig.
VOOR DE EXAMENREEKS IS ER NOG EEN EXAMEN SCHRIJVEN EN LUISTEREN!
Wat ik breng ik extra mee voor dit examen? *Een meetlat, gele, roze en groene fluostift, tipp-ex, een woordenboek! *Eventueel een potlood en een gom *Voldoende schrijfgerei!
6
Examenboekje
Kerstmis 2014
1A1
DATUM EXAMEN: WOENSDAG 10/12/2014 KLAS: 1A1 VAK: FRANS LEERKRACHT: E. STERKENDRIES Wat leer ik?
blz
Dossier 1: La rencontre - de twee woordenlijsten: je kan de woorden/uitdrukkingen vertalen van het F naar het N en van het N naar het F. - je kent de vervoeging van avoir en être - je kan bij elke woord het juiste lidwoord geven (un-une-des-le-la-l‟-les) - je kan de bijvoeglijke naamwoorden in alle vormen gebruiken en schrijven (mannelijk-vrouwelijk-meervoud) - je kan elk gezien zelfstandig naamwoord in het meervoud zetten.
13 – 38 20-21 en 38
Dossier 2: En classe - de twee woordenlijsten: je kan de woorden/uitdrukkingen vertalen van het F naar het N en van het N naar het F. - je kan het schoolmateriaal benoemen in het Frans (c‟est un stylo,..) - je kan het bezittelijk voornaamwoord gebruiken/vertalen in een zin (mon-ma-mes-ton-ta-tes-son-sa-ses) - je kan een zin ontkennend maken. (ne.. pas/ ne..plus /ne jamais) + je kan een vraag ontkennend beantwoorden - je kan de voorzetsels juist gebruiken (sur, dans, sous, devant, derrière, à droite de, à gauche de, à côté de) - je kent de namen van de vakken in het Frans
47-73 51-52 en 73
Dossier 3 : Notre héros - de twee woordenlijsten: je kan de woorden/uitdrukkingen vertalen van het F naar het N en van het N naar het F. - je kan de delen van het huis opnoemen m.b.v. een tekening van een huis - je kan de regelmatige werkwoorden op –ER vervoegen - je kan het werkwoord “aller” vervoegen - je kan op verschillende manieren het uur vragen - je kan het uur geven - je kan de verschillende seizoenen opnoemen - je kan c‟est/ce sont correct gebruiken
79 – 99 83 en 99
7
22-25 26-28 33-35 31
54-56 57-58 60-63 63 66
84 85-88 89 91 91-94 94 95
Examenboekje
Kerstmis 2014
Dossier 4: Une aventure formidable - de twee woordenlijsten: je kan de woorden/uitdrukkingen vertalen van het F naar het N en van het N naar het F. - je kan “on” gebruiken als „wij‟ of als „men‟, maar vervoegd zoals “il” - je kan het werkwoord “faire” vervoegen - je kan de uitdrukkingen met faire gebruiken in een zin - het weer beschrijven (la météo) - het samengetrokken lidwoord gebruiken, aanvullen (au, aux, ..)
1A1 107 – 128 114 -115 en 128 116 117 118-120 120-122 123-124 125-127
- de rangtelwoorden van 1ste tot 100ste voluit schrijven
Hoe leer ik? Woordenschat: - zowel het woord zelf als het lidwoord studeren. - overloop de lijst al lezend. - bedek de Nederlandse woorden en probeer de vertaling te geven van de nietbedekte Franse woorden - bekijk je toetsen en herhalingstoetsen. - je maakt de oefeningen op knooppunt.net Grammatica: - Alle gemaakte oefeningen herbekijken. - Maak ook de oefeningen op knooppunt.net - Bekijk je toetsen en herhalingstoetsen! Wat breng ik extra mee voor dit examen? Een markeerstift
8
Examenboekje
Kerstmis 2014
1A1
DATUM EXAMEN: WOENSDAG10/12/2014 KLAS: 1A1 VAK: AARDRIJKSKUNDE LEERKRACHT: N. VAN AKEN Wat leer ik?
blz
Landschap en kaart 1. Het landschap waarnemen
7-8
Verschillende landschapselementen kunnen benoemen op foto‟s. 2. Landschapsvoorstellingen
9-15
De soorten landschapsvoorstellingen (foto, kaart, 3D-model,…) kunnen benoemen, alsook de perspectieven herkennen en benoemen. 3. De kaart Jezelf en plaatsen kunnen situeren aan de hand van de windrichtingen (Herhaal hiervoor de oefeningen in je boek op
16-34
p. 20-21) De breukschaal en lijnschaal vlot gebruiken. (zie extra oefeningen op smartschool) 4. Soorten kaarten
35-54
De verschillende soorten kaarten kunnen benoemen en gebruiken. Je moet op een vlotte/correcte manier met de atlas kunnen werken. De referentiekaarten van België en Europa opbouwen (zie oefenkaarten op smartschool) 5. Lokaliseren in het wereldgradennet De sterrenkundige ligging van een plaats bepalen aan de hand van coördinaten. België en Europa kunnen situeren in het wereldgradennet.
9
55-60
Examenboekje
Kerstmis 2014
6. Begrippenlijst & samenvatting
1A1 61-64
Reliëf 1. Reliëf in het landschap De 3H‟s kunnen herkennen in het landschap.
67-81
Het verband tussen reliëf en water zien.
Hoe leer ik?
- Studeer deel per deel, de groene kaders zijn steeds belangrijk! - Alles wat we ingevuld hebben is leerstof. Oefeningen die we hebben overgeslagen, moet je niet studeren. - Maak oefeningen opnieuw uit je boek. Op smartschool kan je ook herhalingsoefeningen en oefenkaarten terugvinden. - De begrippenlijst op p. 61 geeft een mooi overzicht van alle nieuwe begrippen die je moet kennen. - De samenvatting van p. 62-64 kan je helpen met de leerstof te structureren. Maar enkel dit leren gaat zeker en vast niet voldoende zijn.
Wat ik breng ik extra mee voor dit examen?
Schrijfgerei, Eigen atlas!, kleurpotloden
10
Examenboekje
Kerstmis 2014
1A1
DATUM EXAMEN: DONDERDAG 11/12 KLAS: 1A1 VAK: WISKUNDE LEERKRACHT: G.VERBELEN Wat leer ik?
blz
Werkboek: pag 9 tot en met pag 229
Hoe leer ik?
Begin tijdig te studeren en kijk regelmatig je leertips na.(gele blad in je kaft)
Wat ik breng ik extra mee voor dit examen?
11
Examenboekje
Kerstmis 2014
1A1
DATUM EXAMEN: DONDERDAG 11/12/2014 KLAS: 1A1 VAK: GODSDIENST LEERKRACHT: K. LEYSEN Wat leer ik?
boekje
Extra bundel: De vredesweek Herlees de tekst Leer vraag 6 uit de bundel. Wat zijn haatboodschappen? Leer vraag 3 in de bundel Wat doet Gelijkekansencentrum? Een nieuwe start Herlees de teksten: 'Als één lichaam' en 'Hemel en hel'. Wat is de kern? Leer de sleutelvragen en de kadertjes bij beide tekstjes. Alles heeft zijn tijd Herlees de tekst van Prediker over 'tijd'. Leer kader over Prediker. Herlees de tekst 'Goals for girls'. Leer vragen 1en 2 Leg uit wat een 'peer educator' doet. De wereld aan je voeten Herlees de tekst van het liedje 'JONG' Leer de sleutelvragen op de 2 middenpagina's Herlees de tekst 'Het kwade' en leer de sleutelvraag. Herlees de tekst 'Een jongeman droomde...' Leer de vragen De Bijbel Wat is de Bijbel wel/niet? Een kast vol boeken: leer! Oefeningen: opzoeken, voluit schrijven. Zie oefeningen klas. Noem de vier evangelisten, hoe worden ze gesymboliseerd?
Kerstmis Leer de invultekst op de middenpagina en leer de sleutelvraag. Leer het wistjedatje over 'advent' en 'Driekoningen' (1 en 5)
12
A
B
C
D
F
Examenboekje
Kerstmis 2014
1A1
Hoe leer ik? 1. We spreken in de klas af welke teksten uit de map je moet 'herlezen'. Je leest ze een paar keer en dan probeer je de tekst te vertellen met je eigen woorden. Dat is een goede manier om te kijken of je het belangrijkste hebt onthouden. 2. De kadertjes uit de map leer je best op de volgende manier: je leest ze enkele keren aandachtig en je duidt in de tekst de belangrijkste woordjes aan en die probeer je te onthouden. Aan de hand van die woorden vertel je dan met je eigen woorden wat in het kadertje staat. 3. Zorg dat je goed begrijpt wat je leert en probeer het steeds met eigen woorden te formuleren.
4.Leer je toetsen en taken! 5.Hermaak een paar oefeningen met de Bijbel.
Wat ik breng ik extra mee voor dit examen? blauwe balpen, lkr. zorgt voor Bijbel
13
Examenboekje
Kerstmis 2014
1A1
DATUM EXAMEN: VRIJDAG 12 /12/2014 KLAS: 1 A1 VAK: GESCHIEDENIS LEERKRACHT: G. VAN RANSBEEK Wat leer ik?
blz
Hoe leer ik? -
Controleer vooraf of je nota‟s in orde zijn. Begin elke les met het lezen van de inleiding, bestudeer de kaart en de tijdlijn. Maak de oefeningen opnieuw, lees zeer aandachtig de tussentitels en de bijhorende tekstjes - Kennen/Kunnen– vragen beantwoorden 14
Examenboekje
-
Kerstmis 2014
1A1
Bordschema zelf kunnen opstellen en het verhaal van de les navertellen. Online oefeningen maken via www.knooppunt.be. Toetsen opnieuw maken – de vragen die gesteld werden goed begrijpen.
Wat ik breng ik extra mee voor dit examen? 1. Kleurpotloden voor kaartoefeningen
15
Examenboekje
Kerstmis 2014
1A1
DATUM EXAMEN: VRIJDAG12/12/2014 KLAS: 1A1 VAK: NATUURWETENSCHAPPEN LEERKRACHT: K. WILLEMS Wat leer ik?
blz
Hoofdstuk 1: Biotoopstudie
16- 37
Hoofdstuk 2: bloemplanten
36 -54
Hoofdstuk 3: Gewervelde dieren
55 - 78
Hoe leer ik? -
Alles studeren wat we in fluostift hebben aangeduid. Elke groene kader (minisamenvatting) Oefen elke tekening waar een kruisje bij staat. Gebruik de herhalingsvragen op het einde van het thema om jezelf te toetsen! Wacht niet tot de laatste dag voor het examen om te starten met studeren. Maak samenvattingen, geef deze eventueel op voorhand af om na te kijken. Mail mevrouw Willems op Smartschool als je vragen hebt! Bekijk je toetsen, taken, oefeningen,…
Wat ik breng ik extra mee voor dit examen? -
Voldoende schrijfgerief (zorg voor reserve!) Gom, slijper, eventueel correctieroller/tipp-ex Kleurpotloden (geen stiften)
16
Examenboekje
Kerstmis 2014
1A1
STUDEREN
Wanneer studeren?
Op een gewone schooldag de week vóór de examens Je kan het best alle leerstof al eens overlopen. Bekijk je leerstof overzicht en kijk of je alles genoteerd hebt en begrijpt. Zo kan je bij vragen je vakleerkracht nog om extra uitleg vragen.
Tijdens de proefwerkperiode -
Stel een studieplanning op.
-
Studeer/memoriseer de leerstof.
-
Maak oefeningen.
-
Tijdens de examens heb je studieverlof. Dit is geen vakantie. Gebruik deze tijd om de leerstof te herhalen en oefeningen te maken. Tijdens het weekend
-
Studie mag niet ontbreken tijdens het weekend.
-
Studeer op een vast moment dat jou het best past bijvoorbeeld zaterdag voormiddag of op zondag.
-
Plan tijdens het weekend ook herhalingsmomenten in waarop je de geziene leerstof herhaalt.
17
Examenboekje
Kerstmis 2014
1A1
STUDIEPLANNING MAKEN
Om te zeker te zijn dat je alles geleerd hebt voor je examens, kan je best een planning opstellen. Zo weet je zeker dat je de dag van je examen er klaar voor bent! In je planning noteer je niet alleen wat je leert en hoelang je daar gaat werken, maar ook wanneer en hoelang je pauze neemt. Je start met deze planning minstens 1 week voordat de examens starten. Op die manier merk je tijdig dat je cursus niet volledig is of dat je iets niet snapt. Zo kan je je vakleerkracht nog om extra uitleg vragen. Op de volgende pagina vind je een voorbeeld van hoe zo‟n planning er zou kunnen uitzien. Op de pagina‟s daarna vind je plaats om je eigen studieplanning te maken. Let op dat als je je eigen planning maakt rekening houdt met je eigen kunnen. Voor sommige vakken heb je meer tijd nodig als voor andere!
18
Examenboekje
Kerstmis 2014
1A1
VOORBEELD STUDIEPLANNING Wanneer?
Hoe lang?
Wat?
Maandag 01/12
30 min
Cursus controleren op volledigheid
Dinsdag 02/12
30 min
Cursus controleren op volledigheid
Woensdag 03/12
30 min
Cursus controleren op volledigheid
Donderdag 04/12
30 min
Cursus controleren op volledigheid
Vrijdag 05/12
30 min
Cursus controleren op volledigheid
Zaterdag 06/12
30 min
Cursus controleren op volledigheid
10 min
Pauze
30 min
Cursus controleren op volledigheid
Zondag 07/12
Maandag 08/12
/
/
20 min 10 min
Pauze
20 min Dinsdag 09/12
20 min 10 min
Pauze
20 min Woensdag 10/12
1 uur 20 min
Pauze
1 uur 20 min
Pauze
1 uur
19
Examenboekje Donderdag 11/12
Kerstmis 2014 1 uur 20 min
Pauze
1 uur 20 min
Pauze
1 uur Vrijdag 12/12
/
/
20
1A1
Examenboekje
Kerstmis 2014
1A1
MIJN STUDIEPLANNING Wanneer?
Hoe lang?
Wat?
21
Examenboekje
Kerstmis 2014
22
1A1
Examenboekje
Kerstmis 2014
1A1
STUDIETIPS
Je eigen studeerplek - Je studeert best op een vaste plaats. Op een plek waar het niet te warm is, anders val je in slaap voor je begint met studeren. - Je hersenen hebben voldoende leerstof nodig, zorg er dus voor dat je de kamer voldoende verlucht! - Alles wat je afleidt, verwijder je voor enkele weken uit de omgeving. Zo kan je je volledig concentreren op het studeren. Regelmaat Je moet elke dag studeren, ook tijdens het weekend. Het is beter om vier maal een halfuur te werken dan twee uur aan één stuk. Herhaling Herhaling is belangrijk om te onthouden wat je geleerd hebt. Schrijvend leren De meeste leerlingen onthouden de leerstof beter door schrijvend te studeren. Door in een kladschrift de grote structuren van de leerstof te noteren, zal je later een duidelijker inzicht hebben en de leerstof zal je ook langer bijblijven. Logische volgorde Eerst weten en inzien, dan pas oefeningen maken (niet omgekeerd!) Als je oefeningen moet maken, studeer dan eerst de begrippen en formules. Noteren Noteer overzichtelijk en breng structuur aan (onderstrepen maar niet te veel kleuren door elkaar gebruiken).
23
Examenboekje
Kerstmis 2014
1A1
Tijdig uitleg vragen Wacht niet tot in de examenperiode om alles te leren, maar bekijk alles op voorhand al een keer. Zo kan je, als je iets niet begrijpt, nog extra uitleg vragen aan je leerkracht. Tijdens de examenperiode is dit te laat! Geen uitstel Studeer regelmatig gedurende het ganse schooljaar. Verplicht jezelf de leerstof regelmatig te herhalen. Proefwerken kan je onmogelijk degelijk studeren tijdens de examenperiode zelf. De halve dag „blokverlof‟ voor het examen dient alleen om de leerstof nog eens grondig te „overlopen‟ en oefeningen te maken. Slaap Met een helder hoofd kan je het best studeren, dus… op tijd naar bed! Als je moe bent, heb je minder concentratie en heb je meer tijd nodig om een stuk leerstof in je hoofd te krijgen. Let wel op: ga niet onmiddellijk slapen na het blokken, neem even de tijd om te ontspannen. Energie Onderzoek heeft uitgewezen dat je concentratie veel lager is als je niet ontbijt, dus begin je dag goed! Een 10-uurjte wordt ook aangeraden, anders heb je een energiedip rond 11uur, net tijdens je 2de examen van de dag! Ontspanning Je hersenen worden zo moe van al dat studeren. Gun jezelf daarom af en toe een pauze, bijvoorbeeld wat lichaamsbeweging. Let wel op dat je niet meer pauzes neemt dan dat je studeert: houd jezelf aan je studieplanning!
24
Examenboekje
Kerstmis 2014
We wensen je veel
Succes! 25
1A1