2011
Veiligheid
Evaluatie (camera)toezicht
Inhoudsopgave Inleiding Leeswijzer
3 3
1. Cameratoezicht in het uitgaansgebied
4
1.1 1.2 1.3 1.4 1.4.1 1.5 1.5.1 1.5.2 1.5.3 1.6 1.7 1.7.1 1.7.2 1.7.3 1.7.4
4 4 5 5 5 8 10 10 11 14 15 15 16 17 17
Cameratoezicht landelijk Audits cameratoezicht Kosten Objectieve gegevens Politiecijfers AD misdaadmeter Mishandeling Bedreiging Vernieling Hoogeveen in vergelijking met Nederland Subjectieve gegevens Burgers Gemeente Politie Horecaondernemers
`
2. Cameratoezicht op basisscholen
18
2.1 2.1.1 2.1.2 2.2 2.2.1 2.2.2
18 18 18 18 18 19
Basisschool de Weidebloem Overlast voor cameratoezicht / andere maatregelen Effecten tijdens het cameratoezicht Basisschool ’t Kienholt Overlast voor cameratoezicht Overlast tijdens het cameratoezicht
3. Overige maatregelen
20
3.1 3.2 3.3 3.4 3.5
20 20 21 21 21
(Horeca) Politie Aanpak ordeverstoorders Afsluiten Grote Kerkstraat Overleg Veilig Uitgaan Jongerenwerk en straatcoach
4. Conclusie / aanbeveling
22
2
Inleiding In juni 2007 heeft het college ingestemd met een experiment om cameratoezicht toe te passen in de openbare ruimte naar aanleiding van het uitgaansgeweld in de Grote Kerkstraat. Op 14 november 2007 heeft het college ingestemd met een camera- en verlichtingsplan. Cameratoezicht was destijds het sluitstuk van vele genomen maatregelen om de Grote Kerkstraat veiliger en leefbaarder te maken. Er hangen in het uitgaansgebied sindsdien acht camera’s. Er wordt ook gebruik gemaakt van camera’s bij twee basisscholen, ‘t Kienholt en De Weidebloem. De camera’s die worden gebruikt bij de scholen hebben geen permanent karakter. Als er geen overlast meer is rondom een school kunnen de camera’s op een andere school ingezet worden. Evalueren van cameratoezicht is een lastige klus. Ten eerste is voor de invoering van de camera’s geen 0-meting gedaan. Er is dus geen exact beeld van de situatie voor het cameratoezicht. Ten tweede wordt er gebruik gemaakt van politiecijfers die door omstandigheden niet altijd even zuiver zijn (dit wordt uitgelegd in paragraaf 1.4). Ten derde zijn er ook andere maatregelen getroffen die eveneens bijdragen aan de veiligheid en leefbaarheid in het uitgaansgebied. Het is dan ook lastig om aan te tonen wat exact de bijdrage van cameratoezicht is. Tot slot is er sprake van externe factoren. Zo kan het bijvoorbeeld zijn dat er een periode weinig geweldsincidenten plaatsvinden in het uitgaansgebied omdat het koud op straat is en mensen niet op straat blijven hangen. In deze evaluatie worden, op verzoek van de raad, ook een aantal andere maatregelen behandeld waaronder de aanpak ordeverstoorders, de straatcoach en de horecapolitie. Daarnaast wordt ingegaan op uitgaansgeweld. De algemene conclusie van de evaluatie wordt hieronder uiteengezet: Conclusie: Cameratoezicht blijkt op bepaalde plekken zeer effectief te zijn. Het is van belang voor het handhaven van de openbare orde en veiligheid om het cameratoezicht voort te zetten. De algemene tendens is dat overlast zich verplaatst, daarom is het noodzakelijk hierop in te spelen door bijvoorbeeld permanent cameratoezicht te combineren met flexbiel cameratoezicht. Uiteraard zal dit middel pas worden ingezet als sluitstuk op andere maatregelen.
Leeswijzer De evaluatie die nu voor u ligt heeft vier hoofdstukken. In het eerste hoofdstuk worden de politiecijfers besproken in het uitgaansgebied. Ook worden de cijfers uit de misdaadmeter uiteengezet. Vervolgens wordt er een link gelegd met het cameratoezicht in het uitgaansgebied. In het tweede hoofdstuk wordt er ingegaan op de camera’s bij de basisscholen. In het derde hoofdstuk worden de overige maatregelen besproken. In hoofdstuk vier worden de aanbevelingen geformuleerd die naar aanleiding van deze evaluatie naar voren komen.
3
1. Cameratoezicht in het uitgaansgebied. Het cameratoezicht in het uitgaansgebied wordt sinds juli 2007 toegepast. Onder het uitgaansgebied wordt verstaan: het gebied tussen Willemskade, Schoolstraat, Kerkstraat, Wilhelminastraat, Notaris Mulderstraat, Jonkheer de Jongestraat en de Hoofdstraat. De camera’s hangen in de Grote Kerkstraat, het Armenwerkhuispad en een klein gedeelte van de Hoofdstraat (één camera). 1.1 Cameratoezicht landelijk Het merendeel van de gemeenten die qua grootte en aantal inwoners vergelijkbaar zijn met Hoogeveen zet cameratoezicht in. In de meeste gevallen wordt dit ingezet in de uitgaansgebieden of op stations en haltes voor openbaar vervoer. Het doel van cameratoezicht is in de meeste gemeenten het bestrijden van overlast en vandalisme, vernieling van publieke eigendommen voorkomen en het bevorderen van de veiligheid. In de wetgeving zijn de mogelijkheden voor het bewaren van beelden uitgebreid van zeven dagen naar vier weken. In tabel 1 zijn een aantal vergelijkingen te zien van de Gemeente Hoogeveen met de landelijke cijfers. Gemeente Hoogeveen Ja
Landelijk 80% wel
Nee
66% wel
Cameratoezicht kenbaar gemaakt aan publiek Gebruik voor opsporing
Ja
96% wel
Ja
86% wel
Afspraken gemaakt over doel, beheer, werkwijze e.d. Gebruik door observatieteams (bijvoorbeeld ter voorbereiding van een inval) Maatregelen genomen om beelden tegen manipuleren te beveiligen
Ja
73% wel
Nee
28% wel
Ja
77% wel
Initiatief voor starten met cameratoezicht ligt bij de gemeente Live uitkijken van beelden
Tabel 1: vergelijking cameratoezicht Hoogeveen met landelijk gebruik cameratoezicht.
1.2 Audits cameratoezicht In Hoogeveen is de politie verantwoordelijk voor het gebruik en beheer van de camera’s in het uitgaansgebied. De beelden worden dan ook op het politiebureau uitgelezen. De kosten van de aanschaf en het beheer zijn voor rekening van de gemeente Hoogeveen. De politie houdt contact met het onderhoudsbedrijf indien de camera’s kapot zijn, of niet goed hangen. Tot voor kort was er een uitleesmogelijkheid op het gemeentehuis. Dit is om efficiency redenen verplaatst naar het politiebureau. Volgens de politie is de beeldkwaliteit van de camera’s overdag beter dan ‘s nachts. Toch is men tevreden over de kwaliteit. De beelden worden bij het inzoomen wel wat minder scherp, maar ook
4
bij de nachtbeelden kan men gezichten herkennen. Wel ervaart men soms hinder van bomen en luifels (met name in de zomer). De camerabeelden komen live bij de politie binnen. Incidentieel worden de beelden live uitgelezen om zo het team op straat gericht aan te sturen. Dit is echter capaciteitsafhankelijk. Als er sprake is van een incident in het uitgaansgebied wordt er wel geprobeerd om iemand achter het beeldscherm te laten plaatsnemen om extra ogen te vormen voor de politieagenten op straat. Er zijn besprekingen binnen het Regionaal College gaande om een centraal uitleespunt van camera’s te creëren. Dit geldt dan voor de noordelijke drie provincies. Mocht dit in de toekomst worden gerealiseerd, worden de beelden waarschijnlijk live uitgelezen. 1.3 Kosten De kosten voor het cameratoezicht zijn hieronder in beeld gebracht. Soort Aanschaf (2007) e 1 uitbreiding (2008/2009) Borden (2010) 1 Verplaatsing uitleesstation Stroomvergoeding 2 Onderhoudscontract Totaal
Kosten € 45.275,00 € 12.750,00 € 367,41 € 4.837,50 € 255,00 € 1685,00 € 65.169,00
Periodiek eenmalig eenmalig eenmalig eenmalig per jaar per jaar /
Tabel 2: Kosten van cameratoezicht.
Zoals in de inleiding vermeld is er voordat er cameratoezicht is ingesteld een verlichtingsplan doorgevoerd. De kosten hiervan bedroegen: € 24.650,37 1.4 Objectieve gegevens In deze paragraaf zullen de cijfers (van de politie) uiteen worden gezet die inzichtelijk maken wat de stand van zaken is omtrent veiligheid in het uitgaansgebied. Kanttekening bij deze informatie: Het verzamelen van politiecijfers is bemoeilijkt doordat er sinds april 2009 met een nieuw registratiesysteem gewerkt wordt: BVH (Basis Voorziening Handhaving). Hierdoor moet er in twee verschillende systemen gezocht worden. In het nieuwe systeem wordt met andere incidentcodes gewerkt dan in het oude systeem BPS (Basis Politie Systeem). Het is lastig om betrouwbare cijfers te genereren. Dit komt onder andere omdat het nieuwe systeem (nog) niet zo gebruiksvriendelijk is als het oude systeem. Daarnaast is het voor agenten niet altijd even duidelijk onder welke code ze een incident moeten muteren. Dit kan tot vervuiling van de cijfers leiden. 1.4.1 Politiecijfers Voor een objectief beeld van de veiligheid in het uitgaansgebied zijn er incidentcijfers uit het politiesysteem gegenereerd op het gebied van geweld, vernieling en bedreiging. De incidentencijfers hebben betrekking op de zater- en zondagen in het uitgaansgebied en omvatten zowel meldingen als aangiftes. Met de informatie in paragraaf 1.4 in het achterhoofd kunnen we echter wel stellen dat deze cijfers niet 100 procent betrouwbaar zijn.
1
2
Het uitleesstation is vanwege efficiency van het gemeentehuis naar het politiebureau verplaatst . Het onderhoudscontract is in 2009 aangegaan voor een periode van vijf jaar.
5
Geweld Grote Kerkstraat Armenwerkhuispad Hoofdstraat Schoolstraat Totaal
2007 23 1 25 2 51
2008 14 2 14 4 34
2009 17 1 5 4 27
Tabel 3: geweldsmisdrijven
De cijfers uit de tabel staan voor de volgende zaken: geweld zonder letsel zonder wapen, geweld zonder letsel met wapen, geweld met letsel zonder wapen, geweld met letsel met wapen, eenvoudige mishandeling en zware mishandeling. Vanaf 2007 tot en met 2009 wordt een dalende lijn gezien als het gaat om het aantal 3 geweldszaken. Er moet echter wel rekening gehouden worden met dark numbers. Vernieling Grote Kerkstraat Armenwerkhuispad Hoofdstraat Schoolstraat Totaal
2007 9 1 14 2 26
2008 13 0 17 1 31
2009 5 1 19 1 26
Tabel 4: vernieling
De cijfers uit de tabel staan voor de volgende zaken: vernieling auto, vernieling aan openbare gebouwen, overige vernieling/beschadiging, openlijk geweld tegen goederen, vernieling overige objecten, vandalisme/baldadigheid, aantasting openbare orde, overige delicten openbare orde, graffiti, vernieling van/aan auto en vernieling van/aan openbaar gebouw. Er zit een redelijk constante lijn in het aantal vernielingen in het uitgaansgebied. De conclusie kan hier worden getrokken: Cameratoezicht en de rest van de geschetste maatregelen lijken geen invloed te hebben op de cijfers omtrent vernieling. Bedreiging Grote Kerkstraat Armenwerkhuispad Hoofdstraat Schoolstraat Totaal
2007 0 0 2 0 2
2008 3 0 2 0 5
2009 3 0 0 0 3
Tabel 5 Bedreiging (op zaterdag en zondag)
3
Niet iedereen doet aangifte of melding van bijvoorbeeld mishandeling, waardoor de cijfers een vertekend beeld kunnen geven.
6
De cijfers omtrent bedreiging laten een schommelend beeld zien. Er moet in dit geval zeker rekening worden gehouden met dark numbers. De cijfers geven een te gering beeld om hier conclusies aan te verbinden. De cijfers worden interessant als ze vergeleken worden met andere gebieden in Hoogeveen. In de volgende paragraaf worden de cijfers uit de verschillende categorieën in kaart gebracht per gebied en vergeleken met het gemiddelde van Hoogeveen. Dit gebeurt met behulp van de AD misdaadmeter. De AD misdaadmeter is een initiatief van het Algemeen Dagblad. Het AD maakt ook gebruik van de politiecijfers. Tot slot wordt Hoogeveen met de rest van Nederland vergeleken.
7
1.5 AD Misdaadmeter In tabel 6 wordt de misdaadscore van de AD misdaadmeter weergegeven. Eerst wordt er in paragraaf 1.5.1 en 1.5.2 ingegaan op de cijfers over mishandelingen en bedreiging (deze cijfers worden in 1 tabel uiteengezet). Vervolgens wordt er in paragraaf 1.5.3 ingegaan op de cijfers omtrent vernielingen.
Tabel 6: AD misdaadmeter geweld en bedreiging
Tabel 6 geeft een overzicht van de totaalcijfers van verschillende misdaadcijfers in de verschillende gebieden van Hoogeveen. De volgende tabel (7) geeft een overzicht van de cijfers van de kern Hoogeveen uitgesplitst per gebied.
8
Tabel 7: AD misdaadmeter geweld kern Hoogeveen uitgesplitst per gebied.
9
Uit de AD misdaadmeter zijn de volgende conclusies te trekken op het gebied van mishandeling en bedreiging. 1.5.1 Mishandeling In totaal hebben zich in Hoogeveen in 2009 182 incidenten op het gebied van mishandeling voorgedaan. Daarvan hebben 159 incidenten plaatsgevonden in de kern Hoogeveen. Daarvan zijn er 26 gepleegd in het centrum. De mishandelingen in het uitgaansgebied beslaat 16,4 procent van het totaal aantal incidenten in de kern Hoogeveen. In 2008 is eenzelfde AD misdaadmeter gemaakt. Toen was het totaal aantal incidenten van mishandeling van de gemeente 204 waarvan er 51 in het centrum hebben plaatsgevonden De cijfers tonen aan dat er minder mishandelingen hebben plaatsgevonden ten opzichte van 2008. Het is echter niet mogelijk om te stellen dat cameratoezicht an sich bijdraagt aan de daling. Dit is te verklaren aan de hand van een aantal zaken: Evaluaties in binnen- en buitenland laten sterk wisselende beelden zien als het gaat om de vraag of cameratoezicht effect heeft op (gewelds)criminaliteit en overlast. Er zijn tal van wetenschappelijke rapporten die de effecten van cameratoezicht niet onderkennen. De belangrijkste reden hiervoor lijkt te zijn dat mensen onder invloed van alcohol, drugs of hevige emoties zich nauwelijks iets aantrekken van cameratoezicht. Tevens zijn er in het uitgaansgebied tal van andere maatregelen aan de orde zoals: het afsluiten van de Grote Kerkstraat, verlichtingsplan, gebiedsontzeggingen, lokaalverboden, inzet van horecapolitie en inzet van de straatcoach. Deze maatregelen worden in hoofdstuk drie besproken. De maatregelen vormen inclusief cameratoezicht een pakket aan maatregelen die tezamen bijdragen aan veiligheid en leefbaarheid in het uitgaansgebied.
1.5.2 Bedreiging De misdaadmeter (tabel 6) toont aan dat er zich in 2009 in Hoogeveen 120 geregistreerde gevallen van bedreiging hebben voorgedaan. In de kern Hoogeveen deden zich 106 van de 120 incidenten voor tabel 7 geeft weer wat de ‘score’ is voor het centrum. Uit de misdaadmeter is de volgende conclusie te trekken. In totaal hebben zich in de kern Hoogeveen 106 incidenten voorgedaan op het gebied van bedreiging. Een gedeelte daarvan komt voor rekening van het centrum te weten 9. Dit is 8,5 procent. Het is echter niet zo dat de 9 incidenten uitsluitend in het uitgaansgebied hebben plaatsgevonden. Als we terugkijken naar tabel 3 (politiecijfers) zien we dat er zich 3 incidenten op het gebied van vernieling in het uitgaansgebied hebben voorgedaan. Dit is 2.8 procent van het totaal. De cijfers tonen aan dat het aantal incidenten op het gebied van bedreiging praktisch niet toe te schrijven is aan het uitgaansgebied. De kanttekening moet echter wel worden gemaakt dat er sprake kan zijn van een dark number.
10
1.5.3 Vernieling
Tabel 8: AD Misdaadmeter Vernieling
De misdaadmeter (tabel 8) laat zien dat er in 2009 in Hoogeveen 831 incidenten op het gebied van vernieling hebben plaatgevonden. In kern Hoogeveen waren dit 695 De volgende tabel geeft wederom weer wat de ‘score’ is voor de verschillende gebieden in de kern Hoogeveen.
11
Tabel 9: Misdaadmeter Vernieling
Uit de misdaadmeter (tabel 9) is de volgende conclusie te trekken. In totaal hebben zich in Hoogeveen 695 incidenten voorgedaan op het gebied van vernieling. Een fors gedeelte daarvan komt voor rekening van het centrum, te weten 132. Dit is 20 procent. Het is echter niet zo dat de 132 incidenten uitsluitend in het uitgaansgebied hebben plaatsgevonden.
12
Als we terugkijken naar tabel 3 (politiecijfers) zien we dat er zich 26 incidenten op het gebied van vernieling in het uitgaansgebied hebben voorgedaan. Dit is 4 procent van het totaal. De AD misdaadmeter kan op dit gebied geen vergelijking maken met 2008. Er is echter wel een conclusie te trekken: Het is opvallend dat het totale cijfer qua vernieling hoog is. Vernielingen dragen bij aan het gevoel van onveiligheid. Het verdient dan ook de aanbeveling om concreet uit te zoeken waar de vernielingen uit bestaan. Vervolgens kan in kaart worden gebracht waar deze vernielingen zich het meest voordoen, om aansluitend een projectplan op te stellen om deze vernielingen tegen te gaan.
13
1.6 Hoogeveen in vergelijking met Nederland Uit de misdaadmeter valt ook een totaalbeeld te destilleren. Het totaalbeeld is hieronder weergegeven in tabel 10.
Tabel 10: totaalbeeld misdaadmeter
Tabel 10 geeft een helder beeld op het gebied van de veiligheid in de gehele gemeente Hoogeveen in vergelijking met het gemiddelde van Nederland. Het totaalbeeld laat zien dat gemeente Hoogeveen op vrijwel alle aspecten onder het landelijk niveau scoort. Op één punt komt Hoogeveen echter boven het landelijk gemiddelde uit, namelijk op het gebied van vernielingen.
14
1.7 Subjectieve gegevens Om een compleet beeld te krijgen van het uitgaansgebied is het zaak om ook subjectieve gegevens te verkrijgen. Veiligheid is heel vaak een gevoelszaak. De objectieve cijfers en de subjectieve gevoelens komen lang niet altijd overeen. Het beeld van de burgers (de subjectieve data) wordt uit de omnibusenquête gehaald. De omnibusenquête wordt één keer per twee jaar door de gemeente Hoogeveen uitgevoerd. Voor wat betreft de overige informatie zijn er gesprekken geweest met de chef basiseenheid politie Hoogeveen West / De Wolden. Tot slot is er gebruik gemaakt van gegevens uit de afstudeerscriptie van Marjolein Esbach student Integrale Veiligheidskunde aan Saxion Hogeschool te Deventer.
1.7.1 Burgers
Tabel 11: uitslagen van de omnibusenquête. 4
Bovenstaande gegevens uit tabel 11 geven een beeld hoe veilig mensen zich voelen in hun woongebied. Als het gaat om het centrumgebied, wordt inzichtelijk gemaakt dat 44 procent van de ondervraagden uit dit gebied aangeeft zich veilig te voelen. 41 procent is het hier grotendeels mee eens, negen procent is het hier grotendeels mee oneens. Vier procent van de ondervraagden geeft aan dat zij zich onveilig voelen en drie procent geeft aan geen mening te hebben.
4
De tabellen uit de omnibusenquête zijn indicatief.
15
Er is echter een kanttekening te plaatsen bij deze tabel. Het betreft hier de mensen die in het gebied wonen, niet de mensen die in het gebied uitgaan. Om inzichtelijk te maken wat het uitgaanspubliek vindt van de veiligheid tijdens het uitgaan verdient het de aanbeveling om onderzoek te (laten) doen naar de veiligheidsbeleving van het uitgaanspubliek. Dit is deels gedaan met een andere vraag uit de omnibusenquête (zie de tabel hieronder) alleen daar is niet specifiek naar de veiligheid tijdens het uitgaan gevraagd. Hier geeft men aan dat 53 procent van de ondervraagden zich veilig voelt in het centrum. 43 procent van de ondervraagden geeft aan zich soms onveilig te voelen in het centrum.
Tabel 12: Veilig in het centrum
1.7.2 Gemeente De AOV’ers (ambtenaren openbare orde en veiligheid) van de gemeente Hoogeveen, hebben regelmatig te maken met de horeca en de veiligheidsvraagstukken die daar liggen op het gebied van de openbare orde en veiligheid. Er komt wekelijks een horecamutatie binnen van de politie waar een beeld wordt geschetst van het afgelopen weekend. Tevens doet de politie voordrachten voor ordeverstoorders die vervolgens een gebiedsontzegging kunnen krijgen. Op basis van deze informatie kunnen de AOV’ers stellen dat er in het uitgaansgebied af en toe wel incidenten zijn op het gebied van openbare orde en veiligheid. Dit zijn zelden zware incidenten. In de zes wekelijkse gesprekken met de unit-chef van de politie te Hoogeveen blijkt ook niet dat Hoogeveen een unicum is met dit soort incidenten. Ook andere plaatsen in Zuidwest Drenthe ondervinden dezelfde problematiek als Hoogeveen. 1.7.3 Politie Het beeld van de politie is als volgt: Het algemene beeld is dat het uitgaan en de sfeer die er heerst meestal goed is. Het is vrij rustig op straat en echte excessen komen sporadisch voor. Toch zijn er regelmatig kleine opstootjes. Er zijn jeugdgroepen die het uitgaansgebied zien als een ontmoetingsplek. Deze groepsvorming kan voor anderen intimiderend zijn. De camera’s in het uitgaansgebied worden, zoals vermeld, incidenteel live uitgelezen. Het live uitlezen vergroot de veiligheid op straat door het extra toezicht wat de camera’s bieden. Ook
16
kunnen politieteams op straat gericht aangestuurd worden. De politie van mening dat cameratoezicht bijdraagt aan een veilig uitgaansgebied. De politie onderschrijft de werking van het ‘pakket aan maatregelen’ en de samenwerking met de netwerkpartners. Een goed voorbeeld hiervan is de gebiedsverboden die de gemeente Hoogeveen in samenwerking met de politie uitreikt aan ordeverstoorders. In hoofdstuk drie wordt hier verder op ingegaan. De camerabeelden worden in sommige zaken gebruikt als ondersteunend bewijs. Het is echter voor de gemeente niet duidelijk in hoeveel zaken dat gebeurt. Deze gegevens kunnen namelijk niet uit het politiesysteem gegenereerd worden. Dit zou op termijn wel kunnen, maar dan is het noodzakelijk dat de politie per zaak bijhoudt wanneer de beelden gebruikt worden. Dit legt een hele zware adminstratieve last bij de politie. De vraag is welke voordelen het registreren oplevert. Het is namelijk zo dat de politie na elk incident in het uitgaangsgebied standaard de camerabeelden uitleest. De beelden kunnen dan bijvoorbeeld gebruikt als ondersteunend bewijs. 1.7.4 Horecaondernemers Het merendeel van de Hoogeveense horeca geeft aan dat het met het uitgaansoverlast in Hoogeveen erg meevalt. Wat opvalt is dat ondernemers uit de Hoofdstraat-Noord minder geweld en overlast ervaren dan ondernemers uit de Grote Kerkstraat. De oorzaak hiervan kan zijn dat de groepsvorming voornamelijk in het laatst genoemde deel van het uitgaansgebied plaatsvindt. Een andere reden kan zijn dat horecagelegenheden in de Hoofdstraat-Noord een ouder publiek trekken. Drie zaken die naar voren komen wanneer er naar uitgaansoverlast gevraagd wordt zijn: Groepsvorming op straat; Geweld; Glas op straat. De groepsvorming, die door 80 procent van de ondervraagden benoemd wordt, ontstaat op straat. Het gebeurt regelmatig dat deze jongeren geen horecagelegenheid binnengaan, maar alleen op straat hangen. Deze groepen kunnen, zoals vermeld, intimiderend overkomen en het gebeurt wel eens dat deze groepen slaags met elkaar raken. Het horecagebied is niet de enige locatie waar de gemeente camera’s inzet om de veiligheid en leefbaarheid te vergroten. Zoals uit de inleiding blijkt, zijn er ook basisscholen voorzien van camera’s. In het volgende hoofdstuk wordt het cameratoezicht op de basisscholen geëvalueerd.
17
2. Cameratoezicht op basisscholen Op twee basisscholen in Hoogeveen wordt cameratoezicht toegepast. De ervaringen hiervan worden in dit hoofdstuk uiteengezet. 2.1 Basisschool De Weidebloem In een gesprek met de directeur van de school is het volgende naar voren gekomen: 2.1.1 Overlast voor cameratoezicht/andere maatregelen Voor de inzet van cameratoezicht en hieronder genoemde maatregelen heeft de school vijf jaar lang te kampen gehad met overlast. Deze overlast bestond onder andere uit vervelend rondhangen op het schoolplein, geluidsoverlast, graffiti, ingegooide ruiten en dergelijke. In nauw overleg met school en professionals is toen gestart met een pakket aan maatregelen om de overlast tegen te gaan. In de eerste plaats is men de school gaan beschouwen als een gebouw van de buurt. Zo vergadert de buurtcommissie in de school en worden er activiteiten gehouden voor ouderen. In school is ook een naschoolse opvang gevestigd en het plein is ‘open’ gemaakt. Dit betekent dat de hekken zijn weggehaald zodat iedereen (in verschillende leeftijdsgroepen) kan spelen op het plein. Ook worden er buurtfeesten gehouden op het plein. De buurt is meer betrokken bij de school en het plein, jongeren die vervelend gedrag vertonen, worden daarop aangesproken. 2.1.2 Effecten tijdens het cameratoezicht De overlast is verminderd. Er gebeurt nog wel eens wat, maar dat is maar heel sporadisch. Het is in dit geval echter niet te zeggen of dat puur ligt aan het cameratoezicht. De directeur is van mening dat het er zeker aan bijdraagt. 2.2 Basisschool ’t Kienholt Tijdens het gesprek met directeur van de school werd al vrij snel duidelijk dat zij al langere tijd behoefte hadden aan cameratoezicht. Nu de camera’s er hangen is de overlast verdwenen. 2.2.1 Overlast voor cameratoezicht Voordat er cameratoezicht is toegepast op ’t Kienholt, heeft de school veel last gehad van allerlei vormen van overlast. Zoals: Vernielingen van pleinmeubilair; Glas in bosjes en op het plein; Lege bierflessen/kratten in de bossen rondom de school; Ingegooide ruiten; Graffiti op de muren; Inhoud van vuilnisbakken werd over het schoolplein verspreid; Er was een hangplek in onder meer het fietsenhok. Om deze problematiek tegen te gaan, zijn er allerlei maatregelen getroffen. Zo zijn de bosschages en het meubilair verwijderd en is er verlichting geplaatst. Ook is er bij elk incident aangifte gedaan bij de politie. Dit heeft geleid tot meer politieinzet. Dit alles heeft de problemen niet verholpen. Vervolgens is gestart met cameratoezicht.
18
2.2.2 Overlast tijdens het cameratoezicht Op het moment dat de camera’s werden geïnstalleerd, is het aantal incidenten rondom de school drastisch verminderd. In de gevallen dat er zich nog wel wat heeft voorgedaan, zijn de camerabeelden gebruikt als opsporingsmiddel. In deze gevallen zijn de ouders van de overlastveroorzakers direct op de hoogte gesteld van het incident. In een aantal gevallen kon de schade verhaald worden. De directeur is tevreden over de werking van het cameratoezicht. In het volgende hoofdstuk wordt ingegaan op de overige maatregelen die de gemeente samen met haar netwerkpartners treft om een veilige leefomgeving te creëren op straat.
19
3. Overige maatregelen Zoals vermeld, worden er meerdere maatregelen toegepast. Cameratoezicht is onderdeel van een pakket aan maatregelen. De maatregelen die door de gemeente en haar partners worden toegepast, worden in dit hoofdstuk uiteengezet. 3.1 (Horeca) Politie Tijdens de uitgaansavonden en -nachten is er in het uitgaansgebied standaard politie aanwezig. Dat zijn vier politieagenten die opvallend in het gebied aanwezig zijn. Het horecateam bestaat uit vaste mensen. Dit heeft een aantal voordelen. Horeca-eigenaren en bezoekers weten met welke agent zij te maken hebben. Het is goed om een aantal vaste gezichten te hebben. Agenten die vaak in het horecagebied dienst hebben, kennen hun ‘pappenheimers’. Twee agenten zijn in ieder geval lopend in het horecagebied te vinden. Daarnaast zijn er naar gelang de situatie nog twee politieagenten die of in een auto in Hoogeveen patrouilleren, of zich ook te voet in het uitgaangebied bevinden. Zij staan in direct contact met de andere twee agenten. Bij ongeregeldheden kunnen zij direct ondersteuning op straat verlenen. Mocht de situatie dusdanig uit de hand lopen dat er meerdere agenten nodig zijn, kunnen deze worden ingezet vanuit het district. Er is namelijk ook gewoon een ruguliere dienst voor de noodhulp aanwezig. Hoogeveen is echter niet de enige plaats in het district die aandacht nodig heeft van de politie. Ook Midden-Drenthe en Meppel behoeven aandacht. De agenten op straat zijn in het bezit van een horecatelefoon. Dit is een mobiele telefoon van de gemeente. Horecaondernemers en portiers hebben het telefoonnummer van deze telefoon. Op deze manier zijn er korte lijnen tussen politie en horecaondernemers. Dit nummer kan gebeld worden als een situatie dreigt te escaleren. Sinds kort is bij wijze van pilot het cellenblok in Hoogeveen op zaterdagnacht van 00.00 tot 08.00 uur weer geopend. Vroeger moest de politie de arrestanten naar Assen overbrengen. Dit kostte echter veel reistijd. Door het openen van de cellenblokken kunnen zaken veel sneller worden afgehandeld zodat de politieagent de straat weer op kan. 3.2 Aanpak ordeverstoorders Binnen de gemeente Hoogeveen werken we nauw samen met de politie en andere partners als het gaat om de aanpak van ordeverstoorders. De politie draagt naar aanleiding van verstoring van de openbare orde en het veroorzaken van gevoelens van onveiligheid mensen voor, voor een waarschuwing of een gebiedsontzegging. Dit doen zij door een uitgebreide rapportage te maken over het incident. Deze informatie wordt door de gemeente beoordeeld en daar volgt al dan niet een waarschuwingsgesprek of een ontzegging uit. De ontzeggingen variëren van zes tot 14 weekenden. De gesprekken en uitreikingen vinden altijd plaats met twee personen. Soms zijn dat twee AOV’ers maar soms ook een AOV’er en een politieagent. Incidenteel kan het gebeuren dat er iemand van Verslavingszorg Noord Nederland meegaat bij een waarschuwingsgesprek. De ordeverstoorders kunnen twee weken korting krijgen op hun ontzegging door in gesprek te gaan bij Verslavingszorg Noord Nederland. Via deze gesprekken probeert VNN de jongeren bewust te maken over wat alcohol met ze doet, en hoe ze in de toekomst verantwoordelijk kunnen omgaan met alcohol. Door de gebiedsontzeggingen beleven ordeverstoorders de gevolgen van hun gedrag op een directe manier. Het uiteindelijke doel van de gebiedsontzegging is om gedragsverandering te bewerkstelligen. De gebiedsontzegging is een bevoegdheid van de burgemeester. De burgemeester is dan ook degene die de ontzegging oplegt.
20
3.3 Afsluiten Grote Kerkstraat Sinds 2007 draait een proef met de tijdelijke afsluiting van de Grote Kerkstraat tijdens de vrijdagen zaterdagavond en -nacht en ten tijde van evenemenenten. De afsluiting geschiedt in de vorm van een hekwerk ter hoogte van de Pearle. Daarnaast plaatst de gemeente een hekwerk ter hoogte van Brasserie ‘t Raethuys. Voor de politie is afsluiting van de straat positief; ze houdt meer overzicht op de straat. Voor de horecaondernemers is deze afsluiting positief; zij kunnen de terrassen breder uit zetten. Voor stappers is het positief, zij hebben meer ruimte op straat. De algemene indruk is dat het rust geeft op straat. Bovendien blijkt uit gesprekken met een senior projectleider verkeer van de gemeente Hoogeveen dat het meerendeel van het verkeer wat door de Grote Kerkstraat komt doorgaand verkeer is. Ze hebben dus geen bestemming in de Grote Kerkstraat.
3.4 Overleg Veilig Uitgaan Hoogeveen heeft een gevarieerd horeca-aanbod. De contacten tussen de horeca en de gemeente zijn goed. Vanuit het periodieke horecaoverleg worden problemen op veiligheidsgebied besproken en veel maatregelen komen integraal tot stand. Basis voor de samenwerking ligt in het horecaconvenant (deze wordt in 2011 geactualiseerd) en een samenwerkingsovereenkomst. Gemeente en horeca werken hierin samen met politie, taxibranche en OM. Eens in de zes weken vindt er een overleg plaats met alle partners. Tijdens dit overleg worden actualiteiten en lopende zaken besproken. Twee keer per jaar is er een groot horecaoverleg, hierbij worden alle horecaondernemers uitgenodigd. De burgemeester zit beide overleggen voor. Op deze wijze houdt de burgemeester contact met partijen in het uitgaansgebied. Tevens wordt met het voorzitterschap van de burgemeester de bestuurlijke betrokkenheid getoond.
3.5 Jongerenwerk en straatcoach Overlastgevende jongeren in Hoogeveen zijn in te delen in verschillende categorieën. Van overlastgevend tot crimineel. In Drenthe wordt deze aanpak integraal toegepast. Het jongerenwerk richt zich met name op catogorie A en B. Vanaf categorie C neemt de zwaarte van de problemen dusdanig toe dat het voor regulier jongerenwerk vrijwel onmogelijk is om nog invloed uit te oefenen op deze jongeren. Voor de categorie C zet de gemeente Hoogeveen een straatcoach in. Deze straatcoach richt zich specifiek op deze categorie jongeren en wordt ingezet daar waar de problemen zijn. Een belangrijk doel is te voorkomen dat de jongeren uit de categorie overgaan naar categorie D (crimineel). Een belangrijk verschil met de jongerenwerker is dat de straatcoach niet zal worden ingezet op het organiseren van bijvoorbeeld reguliere activiteiten. De straatcoach heeft als taak het aanpakken en voorkomen van overlast door jongeren op straat en/of in de wijk. De straatcoach is zichtbaar op straat aanwezig en spreekt de desbetreffende jongeren direct aan op hun gedrag. Hij spreekt de taal van de straat. De straatcoach zorgt ervoor dat de leefbaarheid wordt vergroot in de wijk. Hierbij wordt nauw samengewerkt met de politie en het jongerenwerk. De straatcoach verkleint het gat tussen jongerenwerk en politie. Bovenstaande maatregelen dragen tezamen met cameratoezicht bij aan de veiligheid van het uitgaansgebied. Er zijn een aantal conclusies en aanbevelingen te doen. Deze staan beschreven in het volgende hoofdstuk.
21
4. Conclusies en aanbevelingen Geweld Conclusie: volgens de politiecijfers is er vanaf 2007 tot en met 2009 een dalende lijn te zien als het gaat om het aantal geweldszaken. Er moet echter wel rekening gehouden worden met ‘dark numbers’. Niet iedereen doet aangifte of melding van bijvoorbeeld mishandeling, waardoor de cijfers een vertekend beeld kunnen geven. Deze daling kan niet alleen aan cameratoezicht worden toegeschreven. Er zijn zoals besproken tal van andere maatregelen die bijdragen aan de veiligheid van Hoogeveen. Aanbeveling: in nauw overleg met de politie zorgdragen dat de aangiftebereidheid omhoog wordt gebracht. Conclusie: de AD misdaadmeter geeft aan dat er in 2009 182 incidenten op het gebied van mishandeling hebben voorgedaan. 159 daarvan zijn toe te schrijven aan de kern van Hoogeveen. Daarvan hebben zich er 26 voorgedaan in het centrum. Dit is 16,4 procent van het totaal aantal incidenten in de kern Hoogeveen In 2008 waren er totaal 204 incidenten waarvan 51 in het centrum. Dit betekent een daling van het aantal mishandelingen in het centrumgebied met 50 procent. Aanbeveling: voortzetten en intensiveren van de huidige aanpak met als doel het aantal mishandelingen verder omlaag te brengen. Conclusie: evaluaties in binnen- en buitenland laten sterk wisselende beelden zien over het effect van cameratoezicht op (gewelds)criminaliteit en overlast. Er zijn tal van wetenschappelijke rapporten die de effecten van cameratoezicht onderschrijven, er gaat een preventieve werking van uit. Anderzijds zijn er ook rapporten waaruit blijkt dat dat mensen die onder invloed zijn van alcohol, drugs of hevige emoties zich nauwelijks iets aantrekken van cameratoezicht. Gezien het feit dat alle cijfers een dalende lijn laten zien, met uitzondering van het aantal vernielingen, wordt geconcludeerd dat cameratoezicht hier een bijdrage aan levert. Aanbeveling: in stand houden van huidige cameratoezicht. Conclusie: de daling van het aantal incidenten op het gebied van geweldszaken heeft een relatie met de getroffen maatregelen, als de inzet van horecapolitie, de aanpak van ordeverstoorders, afsluiten Grote Kerkstraat, inzet straatcoach en de overleggen met betrekking tot veilig uitgaan. Aanbeveling: voortzetten van huidige werkwijze met periodieke evaluatie waardoor tijdig bijgestuurd kan worden. Hierbij is het van groot belang om op de hoogte te blijven van de nieuwste ontwikkelingen en deze zo nodig toe te passen.
Bedreiging Conclusie: het aantal bedreigingen in het centrumgebied is erg laag. Hier kunnen geen conclusies aan verbonden worden. Er moet hier wel rekening gehouden worden met dark numbers. Aanbeveling: in nauw overleg met de politie zorgdragen dat de aangiftebereidheid omhoog wordt gebracht.
22
Conclusie: de AD misdaadmeter toont aan dat er zich in 2009 in Hoogeveen 120 geregistreerde incidenten van bedreiging hebben voorgedaan. In de kern Hoogeveen deden zich 106 van de 120 incidenten voor. Negen incidenten daarvan komen voor in het centrum. Volgens de politiecijfers uit tabel drie hebben zich hiervan drie incidenten voorgedaan in het uitgaansgebied. Geconcludeerd kan worden dat dit een bijzonder laag aantal is. De verwachting is dat dit aantal zo laag is omdat mensen niet melden dat ze bedreigd zijn. Het vermoeden bestaat dat angst voor represailles hier mede debet aan is. Aanbeveling: zorgen dat de aangiftebereidheid omhoog gaat. Mensen motiveren om ondanks angst wel aangifte te doen. Vernieling Conclusie: er zit volgens de politiecijfers een redelijk constante lijn in het aantal vernielingen in het uitgaansgebied. Cameratoezicht en de rest van de maatregelen lijken geen invloed te hebben op de cijfers omtrent vernielingen. De AD misdaadmeter toont eveneens aan dat het aantal vernielingen in de gemeente Hoogeveen hoog is. Aanbeveling: onderzoek doen naar de aard en omvang van de vernielingen. Naar aanleiding hiervan dient een plan van aanpak te worden opgesteld. Algemene conclusie Het totaalbeeld laat zien dat gemeente Hoogeveen vrijwel op alle aspecten onder het landelijk niveau scoort. Op het gebied van vernielingen scoort de gemeente fors hoger. Subjectieve veiligheid Conclusie: uit de gemeentelijke omnibusenquete die één keer per twee jaar wordt uitgevoerd, wordt burgers gevraagd hoe zij de veiligheid in hun wijk of dorp ervaren. De volgende stelling werd door de ondervraagden beantwoord: Ik voel me veilig in mijn wijk / dorp. 44 procent van de ondervraagden uit het centrumgebied is het met deze stelling eens. 41 procent is het hier grotendeels mee eens, ten opzichte van negen procent die het hier grotendeels mee oneens is. Het betreft hier wel mensen die in het centrumgebied wonen en niet de mensen die uitgaan. Geconcludeerd kan worden dat deze cijfers niet representatief zijn, wel geven zij een indicatie van het gevoel van veiligheid. Aanbeveling: er dient onderzocht te worden hoe veilig het uitgaanspubliek zich voelt in het uitgaansgebied.
Algemeen Conclusie: gelet op het bovenstaande lijkt cameratoezicht op bepaalde plekken zeer effectief te zijn. Het is van belang voor het handhaven van de openbare orde en veiligheid om het cameratoezicht voort te zetten. De algemene tendens is dat overlast zich verplaatst, daarom is het noodzakelijk hierop in te spelen door bijvoorbeeld permanent cameratoezicht te combineren met flexbiel cameratoezicht. Uiteraard zal dit middel pas worden ingezet als sluitstuk op andere maatregelen. Aanbeveling: het is nodig om een protocol op te maken met de betrokken partners over wanneer flexibele camera’s in welke situaties ingezet kunnen worden.
23
Conclusie: voor het doen van deugdelijk onderzoek is het van groot belang dat beschikt kan worden over goede en betrouwbare cijfers. Indien dit niet het geval is, dan is het na invoering van verschillende maatregelen lastig meten of en welke effect hebben gehad.
een oplossing hiervoor is bijvoorbeeld gelegen in de veiligheidsmonitor. In deze monitor worden zowel objectieve cijfers als subjectieve gevoelens bij elkaar gebracht. De gemeente Hoogeveen gaat vanaf 2013 starten met de veiligheidsmonitor, al dan niet in Drents verband.
Vervolg Na vaststelling door het college wordt een plan van aanpak opgesteld om uitvoering te geven aan de voorgestelde aanbevelingen.
24