Een verhouding met de printer Analyse van de invloed die de printer en printtechnologie op ons hebben Door de opkomst van de computer en digitale werkomgeving is de printer een product geworden dat bijna iedereen wel eens gebruikt. Op kantoor, in het huishouden of op grote industriële schaal is deze mogelijkheid om digitale bestanden om te zetten in tastbaar afbeeldingen of geschriften erg functioneel. Nu is de printer geen innoverende of hoogstaande technologie meer, maar door de jaren heen heeft hij een relatie opgebouwd met de mens en heeft hij diens relatie met de wereld om heen beïnvloed. Met een techniekfilosofische benadering wordt bekeken hoe dit gebruiksvoorwerp en de daar aan verbonden techniek een rol speelt in ons leven. Zorgt de printer voor massificatie of juist voor een vrijere wereld? Daarnaast wordt de relatie die de printer met de kunst heeft besproken en wordt ingegaan op de vormgeving van printers. Om duidelijk te maken welk onderwerp behandeld wordt, zal deze nu eerst beschreven en afgebakend worden. De printer “Een printer is een apparaat dat de uitvoer van een computer, scanner of digitale camera afdrukt op papier” (Wikipedia, 2008). Met de uitvinding van de computer kwam de behoefte om digitale bestanden om te zetten naar tastbare resultaten, de techniek determineert hier de doelen van de mens die nog niet eerder behoefte aan een printer had. De computerprinter liet na de uitvinding van de computer niet lang op zich wachten, in 1953 werd aan de Univac computer al een printer aangesloten. (History of Computer Printers, 1997). Vandaag de dag is er een groot scala van printers op de markt; van verschillende producenten, voor verschillende mensen, voor verschillen toepassingen en met verschillende techniek. Op basis van drukprocedé, toepassingsbereik en papierinvoer kan men printers in categorieën onderverdelen. De letterwielprinter, regelprinter, matrixprinter, thermische printer, inktjet printer en laserprinter gebruiken elk een andere methode om een afdruk op papier te maken. In het toepassingsbereik is er verschil tussen individuele printers, netwerkprinters en productieprinters, hiermee hangen papierbreedte, printvolume en printsnelheid samen. Bij papierinvoer wordt onderscheid gemaakt tussen op maat gesneden papier, waarvan vrijwel alle individuele printers gebruik maken, en kettingpapier, dat na het printen afgesneden wordt en te vinden is in grootschalige printers in de industrie of op kantoor. (Wikipedia, 2008). Bij de vrijwel alle printers gebeurt het afdrukken door pixels uit een digitaal bestand te vertalen naar stippen op papier, welke samen een afbeelding of tekst vormen. De manier waarop deze stippen worden geplaatst verschilt per type printer, zo werkt een thermische printer met verwarmde was, een inktjet printer met inktdruppels en een laserprinter met poeder(toner), dat via een elektrisch geladen trommel op het papier wordt aangebracht en verhit. Met zwarte kleurstof kunnen alle tinten in het zwart‐wit spectrum gemaakt worden, wanneer ook kleurstof in primaire kleuren gebruikt worden kunnen vrijwel alle tinten in ons kleurenspectrum op papier worden gezet. De meeste kleurenprinters maken gebruik van het CMYK systeem om kleuren te mengen.
Pagina 1 uit 11
Nauw verwant aan de printer zijn het kopieerapparaat en de scanner, deze bemiddelen namelijk ook een relatie tussen tastbare afdruk en digitale projectie, er wordt echter onderscheid gemaakt in de functie die ze vervullen. De functie van een scanner is tegenovergesteld aan die van de printer, hier wordt een tastbare afbeelding omgezet naar een digitaal beeld. Het kopieerapparaat combineert de techniek van printer en scanner om tastbare afbeeldingen te vermenigvuldigen. Hierbij is, voor zover de mens ervaart, geen digitale afbeelding of computer betrokken. Vanwege de overeenkomsten in techniek en materiaal is het niet ongebruikelijk dat deze apparaten geïntegreerd zijn, zo zijn er individuele printer/scanner combinaties die alle drie de functies kunnen vervullen en dienen de netwerkprinters in UT gebouwen ook als kopieerapparaat. Er wordt in de wereld veel geprint: boeken, kranten, kassabonnen, posters en verslagen bijvoorbeeld, daarbij is er zoals eerder is te lezen veel onderscheid in de manier waarop dat gebeurd. Zonder printtechnologie zou de wereld er heel anders uitzien. Omdat dit te ruim is om een grondige analyse van te maken, is het onderwerp van dit essay afgebakend. Bij het beschouwen van de relatie tussen de mens en techniek kan een Industrieel Ontwerper het beste naar consumentenproducten kijken, het zwaartepunt van deze beschouwing ligt dan ook op de individuele printer die de meeste mensen thuis of op kantoor tot hun beschikking hebben en ze zelfstandig gebruiken. Meestal zijn dit inkjet of lazerprinters die papier op A4 formaat afdrukken.
Relatie met de mens bij gebruik Wanneer men gebruik maakt van een printer is er sprake van een relatie tussen de mens en het apparaat. In dit geval is de printer voor de mens instrumentalistisch aanwezig, het is een werktuig dat door de mens wordt ingezet om zijn doel, het omzetten van een digitaal naar een papieren bestand, te verwezenlijken. Nadat men de printer aan heeft gezet trekt hij zich terug en wordt terhanden, een term die in de fenomenologie van Martin Heidegger gebruikt voor het feit dat de mens de techniek heeft ingelijfd en zijn aandacht op de omgeving gevestigd heeft, terwijl hij gebruik maakt van die techniek. (De daadkracht der dingen, 2000). De aandacht van de mens gaat nu uit naar het beeldscherm van de computer waarop de opdracht tot printen gegeven kan worden, waarbij het beeldscherm zorgt voor een hermeneutische relatie tussen de mens en de printer. Een icoon van een printer op het beeldscherm wordt door de mens geïnterpreteerd als de werkelijke printer die door hem gebruikt wordt. Ook het instellen van de printer en controleren van het inktniveau gebeurt over het algemeen via menu’s die door de computer op het beeldscherm worden getoond. Er zijn meerdere manieren waarop de mens een indruk kan krijgen van de voortgang van een printopdracht. Via een menu is de status van een printopdracht op het beeldscherm te bekijken, waardoor de printer zelf terhanden blijft. Hierbij kan gedetailleerde informatie over bijvoorbeeld het aantal geprinte pagina’s of printtijd verkregen worden. Een andere manier is het verplaatsen van aandacht naar de printer zelf, door te kijken naar de pagina’s die uit de printer komen of te luisteren naar het geluid dat de printer maakt wanneer hij in werking is. Hiermee wordt de printer voorhanden en gaat de mens een relatie aan met het apparaat zelf in plaats van met de afspiegeling die op het beeldscherm gegeven wordt. Wanneer de printer zich in de directe omgeving bevind is deze laatste methode het meest effectief, de waarneming is eenvoudig, de kwaliteit van het geprinte werk kan gelijk gecontroleerd worden en de mens houdt relatie met de werkelijkheid. Het waarnemen van de afspiegeling op het beeldscherm is abstract en vraagt meer interpretatievermogen, dit wordt echter effectiever wanneer de werkelijke printer niet in de directe omgeving aanwezig is of wanneer deze ook printopdrachten van anderen aan het verwerken is. Pagina 2 uit 11
Wanneer de printopdracht gereed is richt de mens zich op de geprinte pagina’s, die hij uit de printer pakt en verder verwerkt. Hierbij is de printer zelf niet of nauwelijks in de aandacht en dus nog steeds terhanden. In feite zorgt een interpretatie van de printer op het computerbeeldscherm er voor dat de mens tijdens het gebruik er van nauwelijks met het apparaat zelf bezig is. Alleen bij het aan en uitzetten en mogelijk bij het volgen van de printvoortgang komt het apparaat zelf onder de aandacht en heeft de mens er een Quasi‐ander of voorhanden relatie mee. Hierbij heeft de mens nog wel een oppervlakkige relatie met de printer, waarbij hij alleen geconfronteerd wordt de buitenkant en interface van het apparaat en niet met de achterliggende techniek van het printen zoals dat zich in het apparaat zelf afspeelt.
Relatie met de mens bij disfunctioneren Hiervoor is de relatie van de mens tot de printer besproken wanneer deze gebruikt wordt voor het vervullen van zijn functie, hiermee houdt de relatie die een mens met een printer kan hebben echter niet op. Wanneer de printer niet functioneert, wordt de mens geconfronteerd met foutmeldingen of mislukte afdrukken. Ook komt het vaak voor dat er onderhoud aan het apparaat moet gebeuren, zoals het aanvullen van de papiervoorraad of het bijvullen van de inkt of toner. Wanneer iemand aan het werk is op de computer en hij probeert een document uit te printen kan het zijn dat het printproces niet verloopt zo als de mens verwacht dat het zal verlopen, waardoor de printer in de aandacht kan komen en zijn relatie met de mens verandert van terhanden zijn naar voorhanden zijn. Waar de printer tijdens het gebruik een instrumentalistisch is, wordt hij nu determinerend tegenover de mens, doordat hij invulling geeft aan diens doelen, bijvoorbeeld inkt kopen of papier bijvullen. Er is verschil tussen signalen (of het uitblijven daarvan) uit de omgeving, zoals; een foutmelding op het beeldscherm of een mislukte pagina, en signalen vanaf de printer, het uitblijven van de printactie, een knipperend lampje of een waarschuwingsgeluid, die de aandacht van de mens trekken. In het geval van signalen uit de omgeving kan de mens besluiten zijn aandacht te vestigen op te printer om te onderzoeken of daar iets mis mee is. Hierbij neemt de mens het initiatief om een voorhanden relatie met het apparaat aan te gaan. In het geval van signalen vanaf de printer is het de printer die ongevraagd in de aandacht komt, het initiatief voor een voorhanden relatie met de mens bij ligt nu bij het apparaat. Wanneer iemand zich op de printer richt om de oorzaak van een probleem te detecteren zal hij zich in eerste instantie op het hele apparaat richten om daarna zijn kader te verkleinen tot het onderdeel van het apparaat waarin de oorzaak of oplossing gevonden kan worden. Wanneer je een printer onderzoekt en je neemt bijvoorbeeld waar dat er geen papier meer in de lade zit, zal je aandacht zich verplaatsen van de printer in het geheel naar de papierlade van de printer. Een ander voorbeeld is dat de conclusie dat de printer uit staat je aandacht kan verplaatsen naar de stekker, om te controleren of die wel in het stopcontact zit. Wanneer een signaal vanuit de printer zorgt voor aan afwijking in het printproces, zal mijn aandacht zich eerst op dit specifieke signaal richten alvorens ik me richt op de printer in het geheel. Als iemand ervaring heeft met het gebruik van de printer kan het zijn dat hij zich helemaal niet meer op de printer in het geheel richt, maar gelijk op het onderdeel waarvan hij uit ervaring weet waar het probleem ligt. Wanneer ik merk dat de printer niet aan de computer aangesloten is, richt ik me gelijk op de USB aansluiting van de printer en niet eerst op de printer zelf.
Pagina 3 uit 11
Wanneer er meer papier in de lade geplaatst moet worden, de stekker in het stopcontact gestoken dient te worden of de USB‐aansluiting aan de computer verbonden, wordt de oppervlakkige relatie met de printer in stand gehouden. De mens wordt nog slechts geconfronteerd met het functioneren ‘wat het doet’ en niet met achterliggende techniek ‘hoe het doet’. Deze acties vinden plaats aan de buitenkant van de printer die normaal gesproken ook al onderdeel is van het kader waarin de mens hem ziet, het probleem zal nu meestal snel opgelost worden. In andere gevallen zal de mens de relatie die hij met de printer heeft moeten verdiepen om tot een oplossing voor zijn probleem te komen. Wanneer de inkt aangevuld moet worden of vastgelopen pagina’s in het apparaat zitten, wordt van de gebruiker geëist dat hij de printer open maakt, waarmee hij geconfronteerd wordt met de diepere laag van het apparaat. In deze laag worden grote delen van de technische werking van het apparaat blootgelegd, waar de mens zich vaak in moet verdiepen om het probleem op te lossen. Wanneer de diepere laag van de printer weer verhuld wordt door zijn buitenkant zal de relatie die de mens met het apparaat heeft, door zijn ervaring met deze binnenkant, veranderd zijn. Als de gebruiker nu aan zijn printer denkt, kan hij associaties oproepen met de binnenkant van het apparaat, dit stelt hem ook weer in staat om het functioneren van de printer, waar hij tijdens het gebruik mee te maken heeft, in een breder kader te plaatsen en zich er anders toe te verhouden. Wanneer een printer er lang over doet om een pagina te printen kan de gebruiker zich ergeren aan het langzame proces of de inkt die snel op raakt. Als hij kennis op doet van de achterliggende techniek die het printen mogelijk maakt kan die zelfde gebruiker misschien begrip voor de situatie op brengen ‘logisch dat het zo langzaam gaat, het apparaat moet de hele afbeelding uit punten opbouwen’ of rekening houden met de inktvoorraad door kleinere of lichtere afbeeldingen in zijn werkstuk te plaatsen. Nu speelt het eerste voorbeeld bij de snelhuid van moderne printers nauwelijks een rol, maar bij oudere printers treed deze ergernis wel degelijk op. Bij een storing in het printproces kan de mens zich ergeren aan de printer die niet doet wat hij wil, maar aandacht voor zichzelf vraagt. Door problemen aan het apparaat te verhelpen kan de mens echter een diepere relatie met het apparaat opbouwen, waardoor hij beter in staat is het apparaat te gebruiken.
De invloed van de printer op de werkelijkheid Binnen de techniekfilosofie wordt er veel gesproken over de invloed die techniek heeft op de wijze waarop de mens de wereld om zich heen ervaart. In het geval van de printer kan het zijn dat deze bemiddeld tussen de mens en werkelijkheid of dat hij de werkelijkheid daadwerkelijk heeft veranderd, waardoor de mens deze anders ervaart. De Amerikaanse techniekfilosoof Don Ihde heeft de bemiddeling van techniek tussen mens en werkelijkheid in een aantal categorieën onderverdeeld; de inlijvingsrelatie, waarbij techniek door de mens ingelijfd is, de hermeneutische relatie, zoals in het voorbeeld hierboven, de aliteriteitsrelatie, waarbij de techniek zelfstandigheid bezit en de achtergrondrelatie, waarbij vorm gegeven wordt aan de context. De manier waarop de printer invloed heeft op de werkelijkheidsinterpretatie van de mens kan aan de hand van deze relaties worden beschouwd. Tijdens het bespreken van de relatie tussen mens en printer, bij gebruik van en problemen met het apparaat, is bemiddeling van techniek al eens naar voren gekomen. Zo zorgde het printericoontje op het beeldscherm van de computer er voor dat de gebruiker via het beeldscherm de printer waarneemt, waarbij de interpretatie van het apparaat verschilt van zijn werkelijke vorm. De mens heeft hier een hermeneutische relatie met de techniek, in dit geval het computerbeeldscherm, Pagina 4 uit 11
waarbij hij betrokken is op de werkelijkheid via een technische representatie. In dit voorbeeld is de printer niet de bemiddelende techniek, maar de te interpreteren werkelijkheid. Er zijn echter ook voorbeelden te bedenken waar de printer zelf invloed heeft op manier waarop de mens de werkelijkheid waarneemt. De mogelijkheid om digitale bestanden om te zetten naar papieren bestanden zorgt er voor dat men een digitaal bestand, zoals dat gezien wordt op het beeldscherm van de computer, niet interpreteert als digitaal bestand. Wanneer de mens kennis heeft van de mogelijkheden van zijn printer zal hij een digitaal bestand zoals een MS Word of Photoshopdocument kunnen zien als het eindproduct dat hij voor ogen heeft, een materieel verslag of grote poster. De inlijvingsrelatie die de printer tot de mens heeft zorgt hier voor een andere interpretatie van de werkelijkheid. Wanneer een printer in werking is produceert hij geluid en lichtsignalen, deze geven vorm aan de context waarin de mens zich bevind zonder dat hij aandacht hoeft te besteden aan het apparaat. De printer kan mijn omgeving mede vormgeven wanneer ik een boek zit te lezen en ik op de achtergrond het geluid hoor van een printer die door iemand anders is ingeschakeld. Uit eigen ervaring weet ik dat het kleine LED‐lampje in mijn printer een groene gloed kan werpen in een donkere kamer. In deze gevallen is er sprake van een achtergrondrelatie op, de printer vorm geen onderdeel van de waarneming, maar geeft mede vorm aan de context waarin de mens waarneemt. De tweede manier waarop de printer vormgeeft aan de werkelijkheidsinterpretatie van de mens is door invloed te hebben op de werkelijkheid zelf, waarbij het apparaat niet bemiddelend maar determinerend optreed. De mogelijkheid om digitale bestanden op papier af te drukken heeft bijvoorbeeld invloed op de lay‐out van een tekstverwerker als MS Word. Nu wordt alles wat ik typ afgebeeld in rechthoekige witte blokken, die ik interpreteer als A4tjes. Wanneer het onmogelijk zou zijn om een digitaal bestand af te drukken, zou de representatie van bladzijdes op het computerscherm overbodig zijn. Hierdoor zou de lay‐out van de tekstverwerker er heel anders uit kunnen zien. Een ander, simpeler, voorbeeld is de plaatsing van een printer in mijn omgeving. Doordat het apparaat aanwezig is, is die omgeving anders dan wanneer de printer afwezig zou zijn. De printer geeft vorm aan de werkelijkheid. Ook de papieren die op mijn bureau liggen zijn gevormd onder invloed van de printer, wanneer ik dit apparaat niet had, zouden sommige van die papieren met de hand beschreven zijn en anderen überhaupt niet aanwezig, terwijl ze nu getypt en uitgeprint voor me liggen. Op grotere schaal zijn er nog wel meer aspecten van de werkelijkheid te bedenken waarop de printer invloed op uitoefent, maar voor nu beperk ik me tot de invloed in mijn directe omgeving.
Invloed op het voorkomen van de mens Naast de manier waarop de werkelijkheid door de mens geïnterpreteerd wordt, heeft de printer ook invloed op de manier waarop de mens voorkomt in de wereld, de zogenaamde existinctionele relatie. Bruno Latour maakt duidelijk dat de dingen die mensen doen niet alleen gevormd zijn door de individuele doelen van de mens en sociale structuren waarin de mens zich bevind, maar ook door de artefacten die de mens gebruikt. Met de aanwezigheid van een printer gebeurt het bijvoorbeeld dat iemand achter de computer zit te typen wanneer hij een brief wil produceren (individuele intentie) en het noodzakelijk is dat die brief materieel aanwezig is (sociale structuur). Als de printer er niet zou zijn, is de schrijver van de brief genoodzaakt dit te doen door te typen op een typemachine of te schrijven met een pen. Hierbij verschijnt de mens anders in de wereld, dan wanneer hij achter de computer werkt. Ook zal zijn werkhouding anders zijn, aangezien het moeilijk is om bij de typemachine of pen fouten uit een brief te halen, waardoor meer nauwkeurigheid van de Pagina 5 uit 11
schrijver wordt geëist. In deze situatie geeft de printer mede vorm aan het handelen van de mens zonder dat hij daarbij zelf in de aandacht komt. Een andere manier waarop de printer invloed heeft op het voorkomen van de mens in de wereld is doordat ze handelingen oproepen. Albert Borgman spreekt in zijn techniektheorie over technologische apparaten die, in tegenstelling tot niet technologische dingen, vragen om een specifieke manier van handelen om het apparaat zijn functie te laten vervullen. Met een bijl hak je, waardoor je direct betrokken bent bij de functievervulling van de bijl. Bij een printer ligt dit anders, het is namelijk niet zo dat je met het werktuig print. Een printer zet je aan, maak je open of vul je bij, het printen doet de printer zelf. Hierdoor kan de werking op de achtergrond gehouden worden en wordt er weinig, of andere, betrokkenheid van de mens geëist bij gebruik van het apparaat, zoals in paragrafen twee en drie is beschreven. Doordat de mens gevraagd wordt betrokken te zijn bij de printer, veranderd zijn voorkomen in de wereld. Een gebruiker van een printer zal het apparaat aan en uitzetten door op een knop te drukken en zal af en toe inkt en papier bijvullen. Volgens Borgman belemmert de techniek mensen om betrokken te zijn bij hun wereld, waar ik het in dit geval niet mee eens ben. De techniek stimuleert mensen betrokken te zijn bij de wereld, om naar de winkel te gaan en inkt te kopen bijvoorbeeld, waarbij ze zelf de vrije keuze hebben dit te doen of niet.
Printer en identiteit Binnen de techniek filosofie woedt de discussie of techniek zorgt voor vervreemding van de werkelijkheid en verlies van identiteit, zoals in de klassieke techniekfilosofie wordt gevreesd, of juist nieuwe mogelijkheden geeft om mens te zijn in de wereld, waar de postfenomenologie vanuit gaat. Deze discussie kan verplaatst worden naar de printer door te kijken naar aspecten van de relatie tussen mens en wereld waar het apparaat invloed op uitoefent. Gebruik van een printer zorgt er voor dat de mens gegevens die hij anders met de hand zou schrijven nu compact en beter leesbaar kan produceren door gebruik te maken van een lettertype, dat geprogrammeerd is in de tekstverwerker waarin hij de brief heeft getypt. Volgens Karl Jaspers, een klassieke techniekfilosoof, zorgt dit er voor dat de mens geplaatst wordt in een massacultuur, waarin iedereen op de zelfde manier gegevens produceert. Zo eisen sommige docenten van hun leerling dat die hun werkstukken maken in lettertype Times New Roman met lettergrote 12 en kan de standaardinstelling van een tekstverwerker er voor zorgen dat mensen automatisch de zelfde tekens gebruiken. Vanuit deze visie zal de printer een massacultuur teweeg brengen en, doordat mensen niet meer in hun eigen persoonlijke handschrift schrijven, een verlies aan identiteit veroorzaken. Wanneer de mens zijn werk op een scherm ziet in plaats van op papier zal hij ook nog eens vervreemd kunnen raken van de werkelijkheid. Zoals door Peter Paul Verbeek is beweerd (De daadkracht der dingen, 2000), kijkt een klassieke techniekfilosoof als Jaspers met een transcendentale blik naar techniek, waardoor hij slechts oog heeft voor het systeem waaruit de techniek ontstaan is en niet voor wat het concreet met mensen doet. Zo is het niet zo dat de printer mensen verplicht om gebruik te maken van een lettertype bij het produceren van een brief, het staat de gebruiker vrij om een pen te pakken en daarmee een brief te schrijven die persoonlijker is. De printer schept slechts de mogelijkheid een brief te produceren met standaard letters. In een zakelijke context wordt dit vanwege zijn compactheid en duidelijkheid vaak geëist, maar hierbij is het de mens die dit vanuit zijn eigen behoefte vereist en niet de techniek. Bovendien wordt er aan de persoonlijke tint die een geschreven
Pagina 6 uit 11
brief heeeft in deze zaakelijke conttext weinig w waarde geheccht, waardoo or dit eerderr voor irritatiie zorgt vanwegee een slecht leesbaar han ndschrift, dan dat het een positieve ttoevoeging iss. D De uitvinding g van de prin nter heeft juist mogelijkh heden verruimd, doordatt er met een computeer tal van eiggenschappen n aan een weerkstuk meeggegeven kunnen worden n, die daarvoor op de typemacchine niet mo ogelijk waren. Zo kan er gespeeld wo orden met op pmaak, de grrote en vorm m van afbeeldingen en kan de mens tall van lettertyypes in zijn document verwerken. Do oor deze ruim mte voor ns op een an ndere manierr in staat een n persoonlijkke tint aan zijjn werk mee te creativiteit is de men passen aan d de situatie w waarvoor het gemaakt wo ordt. De printer zorgt er n niet voor geven off het aan te p dat mensen vast kom men te zitten n in een masssacultuur, m maar dat ze ju uist meer vrijjheid krijgen door machine is ditt immers alleemaal niet m mogelijk. het ontstaan van nieeuwe mogelijjkheden. Meet een typem
Kunst en de printe er Van oudsher worden n de kunst en n de techniek gezien als ttwee entiteitten die rechtt tegenover elkaar deze twee w werelden wel degelijk aan n elkaar staan, Peetran Kockelkoren heeft echter aanggetoond dat d gerelateerd zijn (Tecchniek: kunstt, kermis en ttheater, 200 03). Zo kunneen kunstenaaars een bijdrage leveren aaan onze inliijving van tecchniek en an ndersom zorggt technologgisch ontwikkkeling voor n nieuwe inspiratiebronnen in de kunst. patroon vorm men van In dee printtechniek wordt eeen afdruk opggebouwd uitt stippen die samen het p een teksst of afbeeldiing, een pixeel van het diggitale bestand wordt verttaald naar eeen stip op he et papier. Het poin ntillisme, een n uitloper van n het impresssionisme gaat ook uit vaan deze techniek bij het m maken van kunsst. Bij deze scchildertechn niek, die ontsstaan is in Frankrijk en vo ooral aan hett eind van de e 19e eeuw veeel gebruikt w werd, wordeen verfstippen in primaire e kleuren op het doek aaangebracht. D De werking van de herseenen maakt dan dat er eeen secundaire kleur waaargenomen w wordt.
Le Parade‐ Seurat – 1889
The Pine – Paaul Signac ‐ 190 09
Georges Pierre Seuraat was de eeerste die dezee techniek heeft gebruiktt bij het makken van zijn e uit 1889, tee zien. Een an ndere artiestt die in schilderiijen. Hierbovven is een van zijn werken, Le Parade navolgin ng van Seuratt het pointillisme toepaste was Paul Signac, rechttsboven is zijjn werk The Pine te zien. Bij Seurat zijn n nog duidelijk de stippen tte ondersche eiden die de afbeelding vvormen, maaar bij het werk van n Signac zijn deze al zo kllein dat het sschilderij als beeld wordtt gezien en n niet als verzaameling punten.
Paginaa 7 uit 11
Wellicht dat de begin nselen van h het pointillism me al eerder gelegd zijn, door bijvoorrbeeld Vince ent van Gogh, die in zijn latere werk zijn beelden opb bouwde uit vvegen verf. In n het impresssionisme we erd ook gebruik ggemaakt van n primaire kleuren die naaast elkaar ge eplaatst overkomen als eeen secundaire kleur. T Toen de men ns met de uittvinding van de compute er behoefte kkreeg aan eeen printer, w was de methodee om digitalee bestanden om te zetten n naar een w werkelijke afb beelding dan nkzij het werrk van de Pointillissten al voorh handen. Zij heebben gezorrgd voor een snellere inlijving van de printtechnie ek, omdat d de mens al wist dat afbeeelding op dezze manier op pgebouwd ku unnen wordeen. D De printer of f printtechniek heeft ookk invloed geh had op de ku unst. Wanneeer bijvoorbee eld gekeken wordt naar de Popart iss te zien dat d daar gebruikk wordt gemaaakt van pun nten die systematisch oals een printter systemattisch te werkk gaat. geplaatsst zijn, net zo
Popart doo or Roy Lichtensstein.
Als voorbeeld staat h hierboven werk van Roy Lichtenstein n. Van een affstand lijkt heet net alsof h het gezicht vvan de mensen die hij sch hildert egaall zijn ingekleurd, maar wanneer je dicchterbij kom mt blijkt dat hij ro ode stippen o op een wit d doek heeft geezet, wat op een afstand overkomt als roze. N Naast de Pop part die een directe verw wijzing naar d de printtechn niek toont, iss de kunst oo ok op andere m manieren do oor de printer beïnvloed. De mogelijkkheid om afbeeldingen diigitaal te onttwerpen en daarn na af te drukken heeft geeleid tot een hele grafisch he industrie.. Ook is het u unieke aspecct aan een schilderij deels vverdwenen o omdat hij meet de printer zonder moeeite gereprod duceerd kan worden en zo alss massaproduct verkrijgb baar is.
Paginaa 8 uit 11
Vormge eving Zoals het een gebruiksvoorwerp betaamt, is ook de printter vormgegeeven naar dee relatie die h hij wordt met dee mens te heebben. Eerdeer in het essaay is duidelijkk geworden d dat de menss vooral geacht w een relattie aangaat m met het funcctioneren van de printer en nauwelijkks met de technische we erking van het aapparaat zelf. Het apparaat is in velee vormen en merken te vverkrijgen, alss voorbeeld staat hierondeer een afbeeelding van heet exemplaarr dat op mijn kamer te vinden is.
Mijn eigen p printer
Ithaca Colo or Printer
De grotee overeenkom mst tussen aal die verschillende printe ers is dat ze aallemaal als ‘Black Box’ vormgeggeven zijn. De mens ziet wat hij er in stopt, blanco papier, en wat er uit ko omt, een bed drukte pagina, m maar hij krijggt niets mee van het procces waarmee e de printer dit blanco paapier tot bed drukte pagina o omvormt. Ditt is in overeeenkomst mett de theorie vvan Albert Borgman, die stelt dat tecchnische apparateen hun techn niek op de acchtergrond m moeten houd den om hun functioneren n snel, veilig en begrijpelijk aan de m mens over te brengen. D Deze manier r van vormgeeven heeft alls gevolg datt de relatie die de mens ttot zijn printe er heeft beperkt blijft tot hett oppervlakkiige functioneeren. Volgen ns de ontwerrpersgroep Etthernally Yours is dit de beperkte rrelatie die dee mens met zijn printer h heeft er voorr zorgt dat hiij weinig een nadeeel, omdat d waarde aaan het appaaraat hecht. Dit zorgt er voor dat de gebruiker sn nel geneigd iss zijn printerr te vervangeen wanneer er iets mis m mee is, omdaat deze voor hem niet dieerbaar genoeeg is om te w willen reparereen en behoud den. De ‘blacck box’ vorm mgeving werkkt een consumptiecultuur, waarbij prroducten elkaar sn nel opvolgen n, in de hand. O Om de band n pleiten de ontwerpers van tussen mens en gebruikksvoorwerp tte verbeteren Ethernallly Yours voo or een transp parantere vormgeving van producten n. Wanneer d de techniek aachter het functioneren van n de printer aaan de gebru uiker duidelijjk wordt gem maakt, zal hijj een diepere e relatie mee op kunn nen bouwen.. met het apparaat aangaan en er dus een sterkere band m H Hierboven is s een afbeeld ding van de Itthaca Color Printer te zieen, deze prin nter, ontworp pen door Donald C Carr (De daadkracht der dingen, 2000 0), draagt de e ontwerpfilo osofie van Etternally Yourrs uit. Doordatt het apparaaat opengeweerkt is, ziet de gebruiker niet alleen de functie diee het apparaat vervult, maar ook dee manier waaarop dat geb beurt.
Paginaa 9 uit 11
Conclusie Printen is op verschillende manieren en schaal mogelijk, maar bij het bespreken van de printer als gebruiksvoorwerp is vooral uitgegaan van de individuele printer waarmee de mens het meest direct een relatie kan hebben. Wanneer de mens gebruikt van de printer is deze meestal als werktuig terhanden, waarmee het apparaat voor de mens instrumentalistisch is. De mens geeft de printer aandacht bij het aan en uit zetten, maar is daarnaast vooral betrokken bij het beeldscherm van zijn computer of de pagina’s die geprint worden. Als er een probleem optreedt met het apparaat, verandert deze relatie grondig, de techniek krijgt een determinerende relatie met de mens. De printer vervult zijn functie niet en als de gebruiker weer over deze functie wil beschikken, zal hij het apparaat aandacht moeten geven. Doordat de mens met zijn printer bezig is, waarbij hij geconfronteerd wordt met de achterliggende techniek, zal zijn relatie met het apparaat verbeteren. De printer als gebruiksvoorwerp heeft invloed op de wijze waarop de werkelijkheid door de mens ervaart wordt en op de wijze waarop de mens aanwezig is in de wereld. Iemand kan de wereld anders ervaren doordat de printer bemiddeld tussen mens en werkelijkheid of doordat hij daadwerkelijk vorm geeft aan de werkelijkheid. De printer als gebruiksvoorwerp beïnvloedt het doen van mensen en vraagt om specifieke handelingen van de gebruiker wanneer hij aandacht moet geven aan het apparaat, hierdoor geeft de printer vorm aan het aanwezig zijn van de mens in de wereld. Wanneer de discussie tussen de klassieke techniekfilosofie en de postfenomenologie verplaatst wordt naar de printer, lijkt het in eerste instantie alsof de printer ook zorgt voor massificatie en een verlies aan identiteit. Als de relatie van de mens tot deze techniek bekeken wordt blijkt echter dat het apparaat juist voor meer mogelijkheden en diversiteit zorgt. In het Pointillisme, een stroming binnen de schilderkunst, wordt de techniek gebruikt, die later de basis zal vormen voor de werking van de printer. Op deze manier draagt de kunst bij aan het inlijven van de printtechnologie door de mens. Aan de andere kant heeft de printer ook invloed gehad op de kunst, zo wordt zijn techniek toegepast in de Popart en zorgt het apparaat er voor dat kunst als massaproduct verkrijgbaar is. De meeste printers zijn vormgeven als ‘black box’, waarmee de werking van het apparaat verstopt wordt en de nadruk op het functioneren komt te liggen. Deze vormgeving geeft slechts ruimte aan een beperkte relatie tussen de mens en het gebruiksvoorwerp, wat mogelijk tot snel afdanken van het apparaat kan leiden. Wanneer de printer meer transparant vormgegeven wordt, zoals de Ithaca Color Printer, kan een betere band tussen mens en machine ontstaan.
Pagina 10 uit 11
Bronnen 1. Wikipedia, 2008: http://nl.wikipedia.org/wiki/Printer 2. History of computer printers, Maria Bellis, 1997: http://inventors.about.com/library/inventors/blcomputer_printers.htm 3. De daadkracht der dingen, Peter‐Paul Verbeek, Boom, Amsterdam, 2000 4. Techniek: kunst, kermis en theater, Petran Kockelkoren, Nai uitgevers, Rotterdam, 2003
Pagina 11 uit 11