Dyslexieprotocol PCB de Schakel
Hoe herken je vroegtijdig dyslexie? Een handreiking voor leerkrachten en ouders. B.Vos en C.Bulk 15-4-2007
Inhoudsopgave:
Inhoudsopgave Hoofdstuk 1
Dyslexie in het kort..........................................................................................................3 Wat is dyslexie? Hoe is dyslexie te herkennen?
Hoofdstuk 2
Voorbereidend lezen en schrijven in de groepen 1 en 2.............................................. 3,4 Voorbereidend lezen in groep 1 en 2 Leesproblemen in groep 1 en 2 Waar letten leerkrachten op in groep 1 en 2?
Hoofdstuk 3 Leren lezen en schrijven in groep 3 .............................................................................. 4,5 Leren lezen in groep 3 Leesproblemen in groep 3 Waar letten leerkrachten op in groep 3? Hoofdstuk 4
Leren lezen in groep 4 .....................................................................................................5 Lezen en spellen in groep 4
Hoofdstuk 5 Leesproblemen, Spellingsproblemen in de bovenbouw .............................................. 5,6 Leesonderwijs en spellingsonderwijs in de bovenbouw Leesproblemen en spellingsproblemen in de bovenbouw Waar letten leerkrachten op in de bovenbouw? Hoofdstuk 6 Diagnostisch onderzoek en dyslexieverklaring.................................................................6 Hoe wordt dyslexie vastgesteld? Dyslexieverklaring Hoofdstuk 7
Hulpmiddelen en compensatiemiddelen……………………………………………………………………..7
2
Hoofdstuk 1: dyslexie in het kort Wat is dyslexie? Dyslexie is een hardnekkige stoornis bij het technisch leren lezen en/of spellen. Ondanks extra oefenen blijven de problemen met lezen en/of spellen bestaan. Hoe is dyslexie te herkennen? Algemene problemen Kinderen met dyslexie kunnen moeite hebben: om het verschil te horen tussen klanken als m en n; p, t en k; s, fen g; eu, u en ui om de klanken in volgorde te zetten, zoals bij 'dorp' en 'drop' of '12' en '21' om de aandacht vast te houden bij (mondelinge) uitleg met het leren van reeksen, bijvoorbeeld tafels of spellingsregels met het onthouden van vaste woordcombinaties, uitdrukkingen of gezegdes met het onthouden van losse gegevens, zoals rijtjes, woordjes en jaartallen met het onthouden van talige informatie met het structureren van hun werk Problemen bij het lezen De leesproblemen van kinderen met dyslexie vallen het meest op bij hardop lezen. Sommige kinderen hebben een traag leestempo en lezen de woorden spellend (h-a-k). Andere kinderen hebben een hoog leestempo, maar maken daarbij veel fouten door te raden. Er kan ook sprake zijn van een combinatie van beide. Problemen bij het spellen Kinderen met dyslexie maken veel spellingfouten en hebben daarom veel steun aan spellingsregels. Het kan zijn dat ze één bepaald woord op een bladzijde op verschillende manieren spellen. Kinderen met dyslexie proberen vaak de spelling van specifieke woorden te onthouden. Dit is een enorme belasting voor het geheugen. Bovendien blijft de kennis meestal niet hangen, omdat ze het op een onsamenhangende manier in het geheugen opslaan. Problemen bij het schrijven Kinderen met dyslexie schrijven vaak onleesbaar en maken veel doorhalingen. Bij leerlingen die wel leesbaar schrijven, valt het trage schrijftempo op.
Hoofdstuk 2: voorbereidend lezen en schrijven in groep 1 en 2 Voorbereidend lezen in groep 1 en 2 Voordat kinderen naar school gaan, weten ze al dat je van losse woorden zinnen kunt maken en dat je zinnen kunt opdelen in losse woorden (taalbewustzijn). Ook weten ze al dat woorden een betekenis hebben. Rond hun 3e jaar gaan kinderen de klankstructuur van taal 'doorzien' en kunnen van losse lettergrepen langere woorden maken zoals 'nijn-hok' (fonologisch bewustzijn). Tegen het einde van groep 2 ontdekken kinderen dat gesproken woorden uit losse klanken bestaan ('b' is eerste letter van 'bal' en ook van 'boek'). Dit heet fonemisch bewustzijn. Een goed ontwikkeld fonemisch bewustzijn is een belangrijke voorwaarde voor het leren lezen in groep 3. Vooral tegen het einde van groep 2 wordt daarom vaak geoefend met het in stukjes hakken van woorden ('pen' bestaat uit p-e-n). En het samenvoegen van klanken tot een woord. (analyse en synthese) De oefening is van belang om het gesproken en geschreven taal te combineren. Ook wordt het taalbewustzijn gestimuleerd door kleuters op een speelse manier ervaring op te laten doen met boeken en verhalen 3
(voorlezen, laten navertellen), kennis te laten maken met geschreven taal en letters en door (eind groep 2) letterkennis op te bouwen.
Leesproblemen in groep 1 en 2 In groep 1 en 2 kan er natuurlijk nog niet gesproken worden over leesproblemen, omdat het leren lezen nog niet is begonnen. Er kunnen al wel tekenen zijn die wijzen op problemen bij het voorbereidend lezen. Bijvoorbeeld als kinderen totaal niet geïnteresseerd zijn in letters of op geen enkele manier met taal bezig zijn. Het kan een aanwijzing zijn als kinderen moeilijk de namen van hun klasgenootjes kunnen onthouden, versjes niet mee kunnen zingen of niet kunnen rijmen. Ook het niet kunnen benoemen van de namen van kleuren en andere symbolen kan een aanwijzing vormen. Dit hoeven geen voorboden van dyslexie te zijn, maar kinderen bij wie het bovengenoemde wordt gesignaleerd hebben wel een groter risico op het ontwikkelen van dyslexie. Ze moeten goed in de gaten worden gehouden. Waar letten de leerkrachten op in groep 1 en 2? Methodes en Toetsen Er zijn nog geen specifieke toetsen voor het vaststellen van leesproblemen bij kleuters. Wel zijn er verschillende toetsen om het taalbewustzijn te meten. Op onze school nemen we in januari in groep 2 bij onze leerlingen de Cito-toets 'Taal voor Kleuters' af. Ook volgen we de leerlingen met het GOVK volgsysteem. Daarnaast maken wij inde groepen 1 en 2 gebruik van de methode Kinderklanken. Het gaat er bij deze methode om door middel van gerichte oefeningen vroegtijdig eventuele spraak-en taalproblemen te signaleren en er mee te werken.. Daarmee kan mogelijke uitval in het leerproces (lezen en taal) worden voorkomen. Kinderen die daarbij uitvallen worden door de leerkracht extra begeleid. Wat gebeurt er nog meer? 1.Boekoriëntatie (illustraties + tekst vertellen een verhaal) 2.Verhaalbegrip ( begrijpen taal van leesboeken) 3.Bewustwording van functies van geschreven taal. 4.Bewustwording van relatie tussen gesproken en geschreven taal 5.Werken aan taalbewustzijn (woorden,zinnen,klanken) 6. Bewustwording alfabetisch principe 7. Begin functioneel schrijven + lezen (lijstjes,woordjes, briefjes) 8.PC programma’s a. Schatkist met de muis( woordenschat) b. Luister maar (auditieve analyse + synthese + auditief geheugen) Hoofdstuk 3: leren lezen en schrijven in groep 3 Leren lezen in groep 3 In groep 3 gebruiken we de methode Veilig Leren Lezen en begint een kind echt met leren lezen en schrijven. In het eerste half jaar van groep 3 ligt de nadruk op het aanleren van alle klank-letterkoppelingen (letterkennis) en leeshandelingen die nodig zijn om die letters en woorden te maken en terug te lezen (“hakken en plakken van woorden”). Rond februari kennen de kinderen de meeste letters. Ze kunnen klankzuivere woorden lezen en schrijven, bijvoorbeeld ‘kat’. In de tweede helft van groep 3, de zogenaamde niet-klankzuivere periode, leren de kinderen woorden met medeklinkerclusters (h-e-rfst), meerlettergrepige woorden (zak-mes) en woorden met afwijkende spelling (bijvoorbeeld eindigend op –eer en eur of –eeuw en –ieuw). De nadruk ligt in de tweede periode op het toenemen van de leesbaarheid. Daarnaast is er veel aandacht voor begrijpend lezen. Leesproblemen in groep 3 Bij de herfstsignalering van groep 3 (oktober) is het moment aangebroken om te beoordelen of het leesonderwijs bij alle kinderen aanslaat. (Daarnaast maken we gebruik van methode
4
onafhankelijke toetsen. Als een kind nog steeds de letters niet kent, zal extra hulp worden ingezet. Waar letten de leerkrachten op in groep 3 Vier keer per jaar worden de kinderen uit groep 3 door leerkracht en/of interne begeleider getoetst. Elk moment vormt een mogelijk startpunt voor behandeling en extra begeleiding en op dat moment nemen we contact op met de ouders Hoofdstuk 4:lezen in groep 4 Lezen en spellen in groep 4 De begeleiding in groep 4 is vooral gericht op het voortgezet technisch lezen. (na de herfstvakantie tutorlezen) begrijpend lezen, de leesmotivatie en het schrijven. De begeleiding die bij kinderen van groep 3 is ingezet, wordt ook in de eerste periode van groep 4 voortgezet door dagelijks 10 minuten te laten werken met het computerprogramma Leesladder. In de afgelopen jaren sloot het leesniveau van de kinderen niet aan bij het leesniveau van de Taalmethode. Daarom werd in de periode tot de herfstvakantie gewerkt met de methode Leestheater om met een groep kinderen langer te oefenen op woordniveau In het schooljaar 2007/2008 werken wij met de Taalmethode Taal Actief waarbij de spelling is geïntegreerd..
Hoofdstuk 5: leesproblemen, spellingproblemen en dyslexie in de bovenbouw Leesonderwijs en spellingonderwijs in de bovenbouw In de bovenbouw van de basisschool is het leesonderwijs erop gericht de kinderen steeds meer woorden te leren lezen en steeds zelfstandiger te maken, om door middel van lezen informatie op te doen en hun kennis uit te breiden. Aan het eind van groep 6 lezen de meeste leerlingen op AVI 9-niveau. Zij kunnen dan wat betreft de technische kant van het lezen vrijwel alle teksten aan. Hierdoor kan de aandacht zich meer gaan richten op de inhoud van de tekst. Het is ons streven om alle leerlingen aan het eind van groep 8 AVI 9-niveau te laten halen. Leerlingen die moeite hebben met spelling krijgen daar in de bovenbouw nog meer last van. Er komen steeds meer nieuwe spellingscategorieën bij en ook de werkwoordspelling krijgt vanaf groep 7 veel aandacht. Spellingsproblemen komen vooral naar voren bij het vrij schrijven. Het komt regelmatig voor dat een kind met dyslexie in een dictee laat zien een bepaalde spellingsvaardigheid of regel wel te kennen, maar die vervolgens niet of inconsequent toepast in een vrije schrijfopdracht. In feite komt hierin het automatiseringsprobleem bij het spellen tot uitdrukking. . Indien kinderen na en periode van individuele begeleiding op de cito-toets Spelling nog een D of E score halen, kan besloten worden om deze kinderen te laten werken met de methode Spelplaats. Kinderen met spellingsproblemen mogen hun opstellen daarom regelmatig op de computer (met spellingscontrole) in het net uitwerken. Het is ons streven om alle spellingscategorieën bij alle leerlingen aan te bieden. Leesproblemen en spellingsproblemen in de bovenbouw Kinderen kunnen hun leesproblemen en spellingsproblemen soms jarenlang verbergen. Leesproblemen en spellingsproblemen van leerlingen in de bovenbouw kunnen verschillende oorzaken hebben: leerlingen die het technisch lezen in groep 3 en 4 redelijk vlot hebben geleerd, maar die vanaf groep 5 moeite hebben met begrijpend lezen. 5
leerlingen bij wie in de voorgaande jaren de diagnose dyslexie al is gesteld. Zij blijven moeite houden met het technisch lezen en spellen en dreigen steeds verder achterop te raken, omdat de motivatie om te lezen en te schrijven gevaar loopt. leerlingen die hun leesproblemen en spellingsproblemen tot dan toe hebben kunnen verbergen, maar in de problemen komen met de langere en meer ingewikkelde teksten en spellingscategorieën in de bovenbouw. Het is mogelijk dat deze leerlingen dyslexie hebben en zich het lezen van woorden op een verkeerde manier hebben aangeleerd, namelijk niet via het verklanken, maar door het hele woordbeeld in het geheugen op te slaan. Wanneer de zinnen dan ingewikkelder worden, legt deze werkwijze een te groot beslag op het geheugen en lukt het niet meer om hele zinnen te overzien Leerlingen met dyslexie dreigen in de bovenbouw steeds verder achterop te raken, omdat het lezen bij hen traag verloopt en relatief veel energie vraagt. Hierdoor zijn ze steeds minder gemotiveerd om zelfstandig te lezen en oefenen ze steeds minder om een vlotte lezer te worden. Het is dus van het grootste belang om ook in de bovenbouw te letten op signalen van dyslexie. Waar letten de leerkrachten op in de bovenbouw? We werken op PCB de Schakel met een 'toetskalender'. Deze 'toetskalender' wordt jaarlijks opgesteld door de interne begeleider en helpt de leerkrachten om de ontwikkeling van alle kinderen te volgen. De leerkracht kan zo op tijd zien of een kind een achterstand oploopt. We werken in groep 5 tot en met 8 met vier toetsmomenten: oktober, januari, maart en juni. Tijdens deze meetmomenten worden de lees- en spellingsvaardigheid, begrijpend lezen en rekenen getoetst bij alle leerlingen. De meetmomenten zijn onderdeel van het leerlingvolgsysteem. Voor de kinderen die niet goed kunnen lezen of spellen, wordt een plan gemaakt voor de begeleiding. De leerkracht voert dit plan in de klas uit, maar begeleiding buiten de groep is ook mogelijk.. De interne begeleider helpt de leerkrachten bij het opstellen van dit plan van aanpak. Na elk meetmoment wordt gekeken of de begeleiding in de periode daarvoor effect heeft gehad. De plannen voor de begeleiding kunnen daarna bijgesteld worden. Bij de laatste meting in juni wordt bekeken wat het uiteindelijke effect is geweest van de begeleiding. Ook maakt de leerkracht samen met de interne begeleider op dat moment een advies voor de begeleiding van deze kinderen in de volgende groep. U kunt als ouder altijd aan de leerkracht vragen naar de meetmomenten en om de resultaten van toetsen. Deze staan vermeld in het handelingsplan en in het leerlingvolgsysteem. Hulpmiddelen Kinderen met (vermoeden van) dyslexie of ernstige lees- of spelproblemen mogen bij ons gebruik maken van hulpmiddelen (compensatie) en kunnen ontheffing (dispensatie) krijgen van bepaalde opdrachten. Compenserende maatregelen zijn maatregelen die de gevolgen van lees- en/of spellingsproblemen minimaliseren bij het lezen of schrijven van teksten. Welke compenserende en dispenserende maatregelen noodzakelijk zijn, hangt af van de problemen die het kind heeft. Dit zal in overleg met alle betrokkenen moeten worden uitgezocht en worden vastgelegd in het zorgdossier. Een overzicht van compenserende en dispenserende maatregelen zijn te vinden in hoofdstuk 7 van dit protocol. Hoofdstuk 6: Diagnostisch onderzoek en dyslexieverklaring Hoe wordt dyslexie vastgesteld? Er is geen eenvoudige test waarmee dyslexie kan worden vastgesteld. Als school spreken we “het vermoeden van dyslexie uit”.Voor het afgeven van een dyslexieverklaring is ook een uitgebreid onderzoek nodig. Omdat dit onderzoek een behoorlijke aanslag betekent op de begeleidingsuren die een school ter beschikking staan, kan dit niet bekostigd worden door de 6
school. Dyslexieverklaring Indien ouders een officiële dyslexieverklaring gewenst vinden zijn er twee mogelijkheden: 1. Ouders laten op eigen kosten onderzoek verrichten bij een particulier bureau. De school draagt zorg voor een dyslexiedossier. Onderzoek bij bureau Van den Bergh/Post in Leiderdorp kost ongeveer 250 euro. De exacte prijs is afhankelijk van de hoeveelheid onderzoek die moet worden verricht. Adres: Van den Bergh/Post (Monique Post) Pedagogisch en psychologisch bureau Statenhof Leiderdorp 071-5895031 2. Ouders vragen een dyslexieonderzoek aan bij het Dyslexiecentrum MHR (eerder dan groep 8) 3. Ouders vragen begin groep 8 een dyslexieonderzoek aan bij het Dyslexiecentrum. De leerling kan dan meedoen aan een groepsgewijs afgenomen intelligentieonderzoek. Het basisonderwijs levert een dyslexiedossier aan. Het voortgezet onderwijs neemt dan een deel van de kosten op zich. Ouders betalen ±250 euro voor dit onderzoek. De kosten kunnen hoger uitvallen, doordat een kind bijvoorbeeld niet mee kan doen aan het groepsgewijs afgenomen intelligentieonderzoek. Hoofdstuk 7 Hulpmiddelen/compensatiemiddelen Bij het lezen: Bij kinderen met ernstige leesproblemen kunnen (lees) toetsen worden voorgelezen. (Door de leerkracht of door samenwerking met een maatje.) Door ouders aangeschafte hulpmiddelen mogen in de klas gebruikt worden. (bijvoorbeeld vergroot liniaal, leespen, daisyspeler) Kinderen krijgen extra tijd bij het maken van toetsen Bij spelling: - Spelfouten worden gedifferentieerd beoordeeld en/of niet in de beoordeling opgenomen. - De leerling mag alle hulpmiddelen gebruiken die leiden tot minder spelfouten zoals woordenboek, regelkaart en tekstverwerker. Overzicht PC Hulpprogramma’s: Lezen + Voorbereidend lezen: - Schatkist met de muis (woordenschat) - Luister maar (auditieve analyse en auditieve synthese+ auditief geheugen) - Leesladder - Clusteren - Veilig in stapjes Spelling: - Spellingwerk - Woorden Totaal - Spelling Zuid Vallei - Spelplaats (aanvulling op reguliere methode) , 7