Route I
■ 1
Flamingo's Flamingo's zeven met hun kromme snavel voedsel uit het water. Jonge flamingo's hebben een rechte snavel. De jonge dieren zeven niet zelf voedsel uit het water, maar worden door de ouders gevoerd.
flamingo
a
Welke van de volgende beweringen over de kromme snavel is of welke zijn juist voor jonge flamingo's? Maak het hokje met een juiste bewering zwart.
b
Jonge flamingo's hebben de eigenschap "kromme snavel" in hun fenotype. Jonge flamingo's hebben de erfelijke informatie voor de kromme snavel in hun genotype.
Broedende flamingo's staan er om bekend dat zij voortdurend kibbelen met hun buren. Bij welk type gedrag hoort het hierboven beschreven gedrag? ___________________________________________________________________________
c
De veerkleur van flamingo's wordt gevormd door kleurstoffen in het voedsel, dat voornamelijk uit kreeftjes bestaat. Waardoor wordt de veerkleur van flamingo's bepaald? Omcirkel de juiste letter. A B C D E F
d
Alleen door het genotype. Alleen door het fenotype. Door het genotype en door het fenotype. Door het genotype en door de beschikbaarheid van bepaalde grondstoffen. Door het fenotype en door de beschikbaarheid van bepaalde grondstoffen. Niet door het genotype en niet door het fenotype.
Flamingo’s staan vaak op één poot, terwijl je zou verwachten dat op één been staan moeilijker is dan op twee benen. Dat geldt echter niet voor flamingo’s. Waarom staan flamingo’s vaak op één poot, denk je? ___________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________
■ 2
Kluten Omdat kluten een enigszins naar boven gebogen snavel hebben, kunnen ze op verschillende manieren voedsel zoeken. Soms pikken ze naar een prooi die ze zien zitten in helder water.
kluut a
Op welke andere manier komen ze aan voedsel? ___________________________________________________________________________
b
Nederlandse kluten trekken in de herfst naar Spanje en Marokko. Waar komen de kluten die we in de winter in Nederland aantreffen, dan vandaan? Leg je antwoord uit. ___________________________________________________________________________
■ 3 a
Mangrovebossen Mangrovebossen komen we tegen in tropische gebieden bij of op het zoute slib langs vlakke zeekusten. Planten en dieren zijn op zeer bijzondere wijze aan dit zout aangepast. Tussen welke breedtegraden komen we mangrovebossen tegen? ___________________________________________________________________________
b
Veel bomen hebben uitgroeisels aan hun wortels die tot boven de wateroppervlakte omhoog steken. Deze uitgroeisels bevatten vaatbundels en luchthoudend merg. Zie afbeelding. Wat zal de belangrijkste functie van die wortels zijn? ___________________________________________________________________________
doorsnede ademwortel (pneumatofoor) van een mangroveboom
c
Hoe zijn sommige bomen in de mangrove aangepast aan zout water? ___________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________
d
Welk voordeel kun je noemen van het feit dat het zaad bij sommige plantensoorten al in de vrucht kiemt, terwijl deze nog aan de boom hangt? _______________________________________ _______________________________________
het kiemend zaad van een mangroveplant vormt een penwortel
e
De modder bevat bijna geen zuurstof. Planten hebben enkele aanpassingen om hun wortels niet te laten stikken. Zo kunnen er puntige uitgroeisels boven de modder uitsteken. Waarmee ademen deze wortels dan? ___________________________________________________________________________
f
Planten van de mangrove doen iets aan de grote hoeveelheden opgenomen zouten. Wat precies? ___________________________________ ___________________________________ ___________________________________
slijkspringer ■ 4 a
Slijkspringers De slijkspringer heeft zich aangepast aan het leven boven water. Op welke manieren? ___________________________________________________________________________
b
Wat is er zo bijzonder aan zijn kieuwen? ___________________________________________________________________________
c
De borst- en buikvinnen hebben een aantal vergroeiingen. Hoe zijn deze vinnen vergroeid en om welke redenen? ___________________________________________________________________________
d
Welke reden kun je bedenken voor het feit dat een slijkspringer het water verlaat? ___________________________________________________________________________
■ 5
Schuttersvissen Hoe komt de schuttersvis aan zijn naam? ___________________________________________________________________________
■ 6 a
Modderleven Het ondiepe modderige water kan erg warm worden, tot wel 40 0 C. Ook het zoutgehalte varieert enorm. Welke dieren leven er zoal in en op de modder? ___________________________________________________________________________
b
Als veel dieren in en op de modder leven, welk voedsel hebben ze dan? ___________________________________________________________________________
■ 7
a
Slangenhalsvogels Slangenhalsvogels zijn verwant aan pelikanen. Ze nestelen in of op bomen vlak bij het water. Het mannetje kiest een nestplaats en start met het bouwen van een nest. Als het vrouwtje het overneemt wordt het nest afgemaakt door de takken zo te vlechten dat er een komvorm ontstaat. Als er 2 tot 6 eieren gelegd zijn, broeden beide partners ze om beurten uit. Door welke twee aanpassingen kon de slangenhalsvogel zo'n uitstekende visser worden? ___________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________
slangenhalsvogel
b
De slangenhalsvogel broedt de eieren uit door de poten om het ei te leggen. Waarom broedt de vogel op deze manier zijn eieren uit? Omcirkel de juiste letter. A B C
De poten met zwemvliezen voorkomen dat het ei uit het nest rolt. De poten zijn goed doorbloed en geven zo voldoende warmte af aan de eieren. De sterke poten voorkomen dat de eieren breken onder het gewicht van de vogel.
■ 8 a
Rivierschildpadden Rivierschildpadden, zoals de Orlitia borneensis, leven voornamelijk in water. Voor een belangrijke gebeurtenis in hun leven hebben alle schildpadden land nodig. Bij welke gebeurtenis heeft een schildpad land nodig? Leg je antwoord uit. ___________________________________________________________________________
b
Welke ademhalingsorganen gebruikt een waterschildpad? ___________________________________________________________________________
Borneose rivierschildpad
dwergaalscholver ■ 9 a
Dwergaalscholvers Een aalscholver is een viseter. Aan z'n snavel kun je zien dat het een jager is. Wat is er apart aan zijn snavel? ___________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________
b
Als je even langer blijft staan bij deze vogels, zie je comfort-gedrag. Dit is onder andere vleugels poetsen, pennen rangschikken, vleugels slaan, baden, enz. Wat doet de aalscholver op dit moment? ___________________________________________________________________________
c
De aalscholver is in Nederland een beschermde vogel geworden. Waarom willen sommige mensen hem toch bejagen? ___________________________________________________________________________
d
Wordt het paringsgedrag van aalscholvers door inwendige prikkels beïnvloed, door uitwendige, of door beide? Verklaar je antwoord. ___________________________________________________________________________
Zeearenden ■ 10 De grootste arenden van Europa zijn de zeearenden. Burgers’ Zoo helpt mee bij het uitzetten van jonge zeearenden, onder andere in het nabije Midden-Oosten (Israël). Waardoor is het aantal zeearenden zo snel achteruitgegaan? ___________________________________________________________________________ Abessijnse hoornraven ■ 11 Abessijnse hoornraven behoren tot de neushoornvogels. De meeste neushoornvogels nestelen in boomholtes. Waar maken Abessijnse hoornraven hun nest? ___________________________________________________________________________ Secretarisvogels ■ 12 Deze vogels lijken een beetje op een ouderwetse ambtenaar, klerk genaamd, met z’n grijs-enzwarte uiterlijk en een kuif die lijkt op de ganzenveren die achter de oren gestoken werden. Secretarisvogels eten o.a. slangen, hagedissen, sprinkhanen, kleine knaagdieren, eieren en jonge vogels.
secretarisvogel a
Hoe worden grotere prooien gedood? ___________________________________________________________________________
b
Verwacht je dat de vogels een snel reactievermogen hebben of niet? Leg je antwoord uit. ___________________________________________________________________________
c
De Latijnse naam luidt ‘Sagittarius serpentarius’. Sagittarius is afgeleid van Sagitta, wat ‘pijl’ betekent. Sagittarius echter is bekender als het sterrenbeeld de Boogschutter. Waarom heeft de vogel de naam ‘serpentarius’ gekregen ___________________________________________________________________________
Kroonkraanvogels ■ 13 Het kroontje van deze sierlijke vogel wordt gevormd door spiraalvormig opgerolde veertjes. De kleur van deze veertjes wordt veroorzaakt door pigment in de huid. a Teken in het kader hieronder de kop van een kroonkraanvogel. Denk aan alle tekenregels.
b
Kraanvogels staan erom bekend monogaam te zijn. Wat wordt verstaan onder ‘monogamie’ ? ___________________________________________________________________________
einde Route I