Cees Weeda & Ylva van den Hengel Projectleiding project Verbinden & Registeren Jeugdzorg Nederland. In samenwerking met het Landelijk Cliëntenforum Jeugdzorg (LCFJ) Juni 2012
1. ZORG VOOR EEN GOEDE SAMENWERKINGSRELATIE Door professionalisering ontstaat een grotere autonome ruimte voor de professional en voor de professionele relatie. En daarmee ook voor de cliënt. Een belangrijke kwaliteitsverbetering kan behaald worden doordat hulpverleners luisteren naar de bevindingen vanuit het cliëntperspectief: Wat vinden cliënten belangrijk, wat werkt wel en wat werkt juist niet? Het gezamenlijk optrekken van de professional en cliënt in alle fasen van de hulpverlenersrelatie is essentieel voor een goede samenwerkingsrelatie.
Tip 1: Stimuleer uw professionals om met de cliënt in dialoog te gaan. Om te luisteren naar het cliëntperspectief en om samen met de cliënt invulling te geven aan een hulpverlenersrelatie.
Tip 2: Organiseer in samenwerking met het Landelijk Cliënten Forum Jeugdzorg (LCFJ) een workshop voor professionals, waarin professionals tips krijgen vanuit cliëntenperspectief rond bejegening.
Tip 3: Organiseer een dialoog tussen uw cliëntenraad en uw professionals over de samenwerkingsrelatie tussen hulpverlener en cliënt.
2. MAAK EN BESPREEK HET VERHAAL De versterking van de professionaliteit van jeugdzorgwerkers en gedragswetenschappers komt de kwaliteit van hun werk ten goede. Hier hoort een verhaal voor cliënten bij. Een verhaal dat antwoord geeft op de vragen: Wat heeft de cliënt er aan? Wat merkt en ziet hij ervan? Op welke wijze is hij erbij betrokken? Kan hij er ook over meepraten? Het is belangrijk dat het verhaal past in de eigen wijze van communiceren binnen de organisatie en met de cliënten. U kunt het verhaal samen met uw cliëntenraad maken. Als uw organisatie geen cliëntenraad heeft, kunt u het verhaal samen met een aantal cliënten in een workshop maken. Tip 4: Ga in dialoog met uw cliënten(raad) en maak, samen met hen, een verhaal dat de relevantie aangeeft van beroeps(her)registratie voor de cliënt.
Tip 5: Ga in dialoog met uw cliënten(raad) en maak, samen met hen, een verhaal dat de relevantie aangeeft van de beroepscode voor de cliënt.
Tip 6: Ga in dialoog met uw cliënten(raad) en maak, samen met hen, een verhaal dat de relevantie aangeeft van het tuchtrecht voor de cliënt.
~3~
3. INFORMEER UW CLIËNTEN Het is van belang dat u uw (toekomstige) cliënten informeert over beroepsregistratie, beroepscode en tuchtrecht.
Tip 7: Pas de informatieverstrekking naar (toekomstige) cliënten op de website en het gehanteerde informatiemateriaal aan.
Tip 8: Verken op welke wijze de mondelinge informatieverstrekking aan (toekomstige) cliënten voor aanpassing in aanmerking komt.
4. BETREK UW CLIËNTENRAAD BIJ DE PLANVORMING De cliëntenraad van uw organisatie heeft bevoegdheden. Deze zijn omschreven in de Wet op de jeugdzorg. Eén van de bevoegdheden is dat de cliëntenraad het recht heeft om een advies aan de bestuurder af te geven bij voorstellen of plannen met betrekking tot de kwaliteit en professionalisering van medewerkers en organisatie. De cliëntenraad dient van plannen op de hoogte te worden gesteld en er zal tenminste een keer overleg moeten zijn tussen cliëntenraad en bestuurder over de plannen. Op grond hiervan kan de cliëntenraad een advies afgeven. In de introductiefase van het invoeringstraject maakt de organisatie een eigen plan van aanpak. Dit plan heeft betrekking heeft op de kwaliteit en professionalisering van de jeugdzorgwerker en de organisatie. Het zal derhalve voorgelegd dienen te worden aan de cliëntenraad. Belangrijk is dat de timing ervan zodanig is dat bespreking en advisering kunnen plaatsvinden voor afronding van de introductiefase.
Tip 9: Kondig het voornemen voor en de planning van het invoeringstraject tijdig aan de cliëntenraad aan. Plan het tijdstip van informeren, bespreken en adviseren binnen de geplande introductiefase.
5. VERKEN RELATIE TUSSEN KLACHTRECHT EN TUCHTRECHT Elke organisatie in de jeugdzorg kent klachtrecht voor cliënten. Dat is vastgelegd in de Wet op de jeugdzorg. Het klachtrecht voorziet elke organisatie van een klachtencommissie. Cliënten kunnen hier met een klacht terecht. Het te introduceren tuchtrecht creëert eveneens een mogelijkheid voor cliënten om zaken aan te dragen of om te klagen bij het tuchtcollege. Deze zaken moeten wel betrekking hebben op het professionele handelen van de jeugdzorgwerker. Daarvoor zijn in de geldende beroepscode aanwijzingen opgenomen rond een aantal thema’s. Thema’s zijn onder andere bejegening van cliënt, macht en afhankelijkheid in de relatie tussen cliënt en hulpverlener en geheimhouding. Met de komst van het tuchtrecht voor jeugdzorgwerkers is belangrijk dat de organisatie
~4~
duidelijkheid schept over de relatie tussen klachtrecht en tuchtrecht. Met dien verstande dat het voor de cliënt duidelijk is wat de verschillen zijn en welke klacht bij welk college thuis hoort.
Tip 10: Stem de inhoud en organisatie van het geldende klachtrecht binnen de organisatie af op die van het tuchtrecht en communiceer hierover met cliënten en de cliëntenraad.