BANDIT 240PB Installatie handleiding v.408
World leader in active security
INSTALLATIE HANDLEIDING
BANDIT 240PB NL 230 VAC
I
NHOUD
Inleiding .......................... .......................................... ..........................................page 01 Veiligheidsmaatregelen . .............................................................................................03 Specificaties ................... .............................................................................................04 Plaatsen .......................... .............................................................................................05 Electrisch aansluiten ......Netspanning.........................................................................08 PCB layout .........................................................................09 Ingangen ..............................................................................10 Uitgangen.............................................................................22 Status communicatie .....Front LEDs...........................................................................32 Audio ...................................................................................35 Gebeurtenissengeheugen (log) ..................................................................................37 Paswoorden .................... .............................................................................................38 Control Box ................... .............................................................................................39 HY3-pack vervangen ..... .............................................................................................41 Onderhoud....................... .............................................................................................43 E.H.B.O. .......................... .............................................................................................44 Regelmatig gestelde vragen & Schema voorbeelden ..............................................45
BANDIT 240 PB
v.408
INLEIDING Door de keuze van dit toestel, beschikt u over actieve toegangspreventie technologie. Via BANDIT bieden wij u een betaalbaar toestel dat toch garant staat voor bedrijfszekerheid, topprestaties en discrete vormgeving. Steeds meer private en bedrijfsgebouwen worden uitgerust met een alarminstallatie. Het doel van deze installatie is het detecteren en doormelden van een eventuele inbraak. Deze melding gebeurt conventioneel via een alarmsirene, knipperlicht en/of automatische telefoonmelding naar bv. meldkamer. In praktijk blijken deze meldingen prima te voldoen, maar de daarop volgende menselijke interventie volgt dikwijls pas na een tiental minuten. Dieven weten dit en maken van dit tijdsinterval gebruik om in enkele minuten de meest waardevolle spullen te stelen en tijdig weg te komen. BANDIT biedt een unieke en actieve oplossing voor dit probleem. Dit toestel is immers in
staat om in enkele luttele seconden een groot kantoor, winkel of andere ruimte totaal te vullen met een ondoorzichtige mist. De mist voorkomt dat personen deze ruimte betreden tot gedurende ruim tien minuten na het afgaan van het alarm. Het is immers onmogelijk een hand voor uw ogen te zien. Deze mist heeft een zachte muntgeur (vermijden van mogelijke brandrook interpretatie door buitenstaanders), is kleurloos en laat na het optrekken geen sporen na. De uitgestoten mist zorgt dat de ogen en de ingebouwde binnensirene zorgt dat de oren van de ongewenste bezoeker(s) nog nauwelijks functioneren. Het toestel wordt geplaatst in deze ruimte(s) die de meest waardevolle dingen bevat(ten); dusdanig wordt op een effectieve wijze de diefstalschade beperkt tot het strikte minimum.
Voordelen: - Vult een volume van 28 m³ per seconde mist uitstoot. - Ingebouwde en programmeerbare luidspreker-binnensirene (sirene 105 dB / 1 meter) - Bijzonder compacte en discrete vormgeving. - Door het ontbreken van bewegende onderdelen; een onderhoudsvrij toestel met zeer hoge bedrijfszekerheid. - De standaard geïntegreerde “Power saver” en goede thermische isolatie, zorgt dat het elektriciteitverbruik beperkt wordt tussen 30 en 40 W/h, afhankelijk van de ingestelde mistuitstoot periode. - Continue controle van het vloeistofniveau. Is er te weinig vloeistof in voorraad, wordt dit gemeld via LED en elektrisch contact. U dient dan de interne HY-3 pack cassette te vervangen. Het herkennen en in dienst stellen van het nieuwe HY-3 pack en het resetten van de HY-3 tekort melding gebeurt automatisch. U dient de lege HY-3 pack terug te bezorgen aan uw BANDIT verdeler, bij het ontvangen van deze lege HY-3 pack zal hij u een hervulde terugsturen. - Bij onderbroken netspanning blijft de werking gegarandeerd (elektronica +24 uren en de mistgenerator ~2 uren). - Op de PCB is een opsteekstekker voorzien voor een optionele afstandbediening en/of “Control Box”. - Een krachtige en flexibele alarmcentrale koppeling. Hiermede kan u het toestel instellen via PC/ laptop (Win 95/98/2000.XP), deze programmeermogelijkheid biedt een zeer gebruiksvriendelijke en praktisch ongelimiteerde instelmogelijkheid.
Inleiding - p. 01
BANDIT 240 PB
v.408
- Bevat een echte “real time klok” en uitgebreid logboek van 1000 events . Waarbij ieder event is gedocumenteerd met tijd en beschrijving van de gebeurtenis. Dit elektronisch logboek is voorzien van een intern batterijtje (12 jaar), zodat bij volledige stroomuitval al de gegevens bewaard blijven. - De interne storingsdetectie controleert constant de foutloze werking van: - de interne stroom- en overtemperatuur zekeringen - de 13,1 volt batterij laadspanning - de communicatie met de HY-3 pack cassette - de communicatie met de communicator - het spanningsniveau van de aangelegde stuurspanning aan de ingangen. - de temperatuur van de warmtewisselaar, de HY-3 pack cassette en PCB omgeving. - de aanwezigheid van de netspanning. - het interne tamper circuit (anti-sabotagecircuit).. - Via een verbindingskabel (communication link) tussen een IBM-gelijke PC of laptop kan u altijd het toestel uitlezen (instellingen, log en/of interne waardes). Het op CD programma kan u gratis bekomen bij uw BANDIT dealer of afladen van het internet op www.bandit.be. Dit programma werkt zowel onder Win 95, Win 98, Win 2000 als Win XP en biedt alle gebruiksgemak van een onder Windows draaiend programma. Het is wenselijk dat ieder jaar de mistgenerator getest wordt.
Keuringen: - Voldoet aan de Europese CE-normen. - Voldoet aan de internationale norm: IEC 839-1-3 - Keuringen: - België: - Nederland: - Frankrijk: - UK: - Denemarken:
Ministerie BIZ. NCP IOE 03301-M en IQA 06901-M CNPP Testrapport AI040006, approval 2004-0001 BS 7939:1999 F&P klasse 1, AIA 212 registratienr 10.212-00418
Industriele eigendom: - BANDIT is een geregistreerde merknaam. - HY-3 is een geregistreerde merknaam. - Het BANDIT procédé is internationaal beschermd via diverse octrooien.
Producent: BANDIT nv./sa. Nijverheidslaan 1547 B-3660 Opglabbeek België
C 2004
p. 02 - Inleiding
H. R. Tongeren: 78.324 ( :(32) 89 85 85 65 Fax :(32) 89 85 23 64 web: www.bandit.be
Tekst en tekeningen in dit document vallen onder de auteurswetgeving. Copyright: BANDIT naamloze vennootschap, B-3660 Opglabbeek, Belgiê.
BANDIT 240 PB
v.408
VEILIGHEIDSMAATREGELEN Plaats: - Stel het apparaat niet bloot aan regen of vocht om brand of een gevaarlijke elektrische schok te voorkomen. - Stel het toestel zodanig op dat er een goede langsstroming van lucht mogelijk is. - Bevestig het toestel enkel zoals voorzien is, d.w.z. verticaal staand, dus de tekst op het frontpaneel is vanaf de vloer gewoon leesbaar. De maximum afwijkingshoek is 20° voorover en 10° in alle andere richtingen. - Het is mogelijk dat het toestel niet goed functioneert bij omgevingstemperaturen van meer dan 50°C. Hou het toestel uit de buurt van warmtebronnen zoals radiators, verwarmingselementen, kachels of andere apparatuur die warmte uitstraalt. - Het toestel is onverwacht zwaar, ~28 kg. Bevestiging gebeurt dus op of tegen een voldoende stabiele en sterke onder- of achtergrond. Gebruik voldoende sterk bevestigingmateriaal. Gebruik bij voorkeur onze 240 vloer- of muurbevestiging, deze is zeer robuust uitgevoerd en is een zekere drager voor het toestel.
Elektrische aansluiting: - Dit toestel mag enkel werken op 230 VAC / 50 - 60Hz (210-240 VAC) netspanning met aarding. Controleer de spanning vermeld op het achterdeksel van het toestel. - Dit toestel heeft een maximum piekverbruik van 3.5 A / 230 VAC. Voorzie enkel voeding en aarding van minimum 1.5 mm² (bij voorkeur soepel met aderhulzen). Gebruik de trekontlasting die zich ~1 cm onder de wartel van de netvoedingsingang bevind. - Als het toestel vreemd ruikt of rookt, moet het toestel onmiddellijk worden uitgeschakeld door de netvoedingszekering op “af” te zetten. - Bij twijfel contacteer onmiddellijk uw BANDIT verdeler of fabrikant, vermeld op de achterpagina van deze handleiding. - In het inwendige zijn geen repareerbare onderdelen aanwezig. Laat alle reparaties over aan hiertoe bevoegde personen en/of fabrikant. - De PCB bevat een koelplaat, op alle onderdelen en vlakken onder en rond deze koelplaat zijn ongeïsoleerde “gevaarlijke netspanningspunten” aanwezig. Deze “gevaarlijke spanning” kan elektrische schokken veroorzaken. - Voor uitgebreide aansluitrichtlijnen, zie pagina 8.
Reiniging: - Gebruik geen vluchtige middelen zoals alcohol, verfverdunner, wasbenzine of spiritus om de buitenkant van het toestel te reinigen. Gebruik een schoon, eventueel vochtig doekje. - Het zwarte frontdoek reinigen met een stofzuiger met handborstelzuigmond (ventilatie stofaftekening). De reinigingsfrequentie is afhankelijk van de hoeveelheid rondzwevend stof in de beschermde ruimte.
Mist uitstootcontrole: - De spuitmond is normaal een 5°C warmer dan de omgevingstemperatuur. Dus niet warm genoeg om u aan te verbranden. Echter tijdens het spuiten van mist en de eerste 2 minuten na een mistuitstoot is deze spuitmond tot 120°C heet. Voorkom aanraken van de spuitmond na een mistuitstoot om verbranding van de huid te vermijden. - Voer een mist uitstoot enkel uit indien: a) Alle personen in de omgeving en de brandverantwoordelijke(n) gewaarschuwd zijn. b) Er zich geen derde personen bevinden in de directe omgeving en/of spuitrichting. - Het is verboden om tijdens de mistuitstoot test van dichtbij (minder dan 8 meter) in de richting van de spuitmond te kijken. Veiligheidsmaatregelen - p. 03
BANDIT 240 PB
v.408
SPECIFICATIES Karakteristieken: - Afmetingen: - Gewicht: - Max. netvoedinguitval: - Reactietijd: - Mist uitstootbeeld:
270 breed x 365 hoog x 255 mm diep. 28 kg. +2 uren voor mistgenerator en 24 uren voor elektronica. 1 seconde tussen alarmsignaal en mistuitstoot. Conisch rechtdoor (optie), of 60° breed (/R60 standaard),
Mistgenerator: - Mist uitstoot vermogen: - Mist uitstootdruk: - Maximum mist uitstootperiode: - Opwarmtijd: - Max./min. omgevingstemperatuur: - Maximum warmteverlies: - Warmte wisselvermogen: - Nominale uitgestoten druppelgrootte:
28 m³ ruimtevulling / seconde bij 25 cm oog 16 BAR (1.6 MPa). 18 seconden. 50 minuten vanuit koude toestand. maximum 50°C en minimum 0°C. 40 W/uur. 18 kW/uur. doorsnede 0,0004 mm (volledig aerosol).
object.
HY-3 pack: - HY-3 vloeistof inhoud: - Nominale werkdruk: - Maximum toegelaten inwendige druk: - Constructie materiaal: - Ingebouwde elektronica:
1.4 liter. 16 BAR (1.6 MPa). 60 BAR (6 Mpa). rvs 304L en aluminium AlMgS1. digitale temperatuursensor en analoog/digitaal E²prom niveaugeheugen. tamperschakelaar en controle LED. geïntegreerde drijfmiddel-uitstootbeveiliging direct werkend 12 V NC ventiel.
Elektrisch: - Min./max netvoedingsspanning: - Nominale 12 V laagspanning: - Maximale piekstroom bij 230 VAC: - Gemiddeld opgenomen vermogen: - Vermogen verwarmingselement: - Ingangen: - Uitgangen: - Stroom back-up: - Vermogenregeling: - Elektronica:
p. 04 - Specificaties
208 tot 240 VAC bij 50 tot 60 Hz. 13.1 V DC van 0 tot max. 1 A belasting. 3.5 A. 40 W/uur. 750 W. alle ingangen zijn opto-coupler gescheiden. technische-, tamperuitgang en 2 programmeerbare uitgangen, alle zijn potentiaalvrije relaiscontacten. 12 V / 2.3 Ah (gesloten lood batterij). Puls breedte modulatie PWM via nuldoorlaat triac. Flash micro-controller, Platina Pt1000 sensor converter, tijd/datum klok met back-up batterij en 64K E²prom. On board communicatie met HY-3 pack On board communicatie: 6-polige kroonsteen voor aansluiting "Control Box" en 5-polige stekker voor draadloze afstandbediening. Seriële communicatie met communication link
BANDIT 240 PB
v.408
Als toeleververpakking een kartonnen doos: 39 x 39 x 41 cm hoog, deze bevat: - BANDIT 240 PB. - dubbelzijdige zelfklever “Inbraak zin...” - deze installatie handleiding. - “HY-3 pack grip“ gereedschap (zie ook pag. 45).
PLAATSEN
+5 cm.
Denk er als vakman eens goed over wat de effectiefste plaats is voor het toestel. Hieronder enkele richtlijnen die u kunnen helpen bij uw beslissing: þ Het is logisch dat u het toestel zo plaatst dat de mistuitstoot in de richting van de te verwachten inbraaktoegang of de voornaamste te beschermen goederen blaast. Vormt de te verwachten inbraaktoegang echter een potentiële grote doorgang naar buiten (bv. garagepoort, ramkraakgevoelige glazen voorgevel, enz..). Voorkom dan dat de spuitmond rechtstreeks naar deze grote doorgang gericht is. Immers door de grote mistuitstootdruk zal dan veruit de meeste mist rechtstreeks naar buiten geblazen worden. In dit geval richt u beter schuin op een tegenover staande zijmuur, zodat de uitstootdruk gebroken wordt. Daardoor zal de mist al sterk “uitwolken” en slechts een veel kleiner percentage van de mist zal rechtstreeks naar buiten geblazen worden. þ Vermijdt dat de uitgestoten mist een éénrichtingval vormt. Het is de bedoeling dat de uitgestoten mist een sterk meeneembeperkende barrière vormt. Het is zeker niet de bedoeling om er inbrekers mee te “vangen”. Immers de kans dat u bij een vals alarm onschuldige personen “vangt” is veel groter dan dat u bij een inbraak inbrekers “vangt”. þ Bepaal de plaats zo dat de spuitmond niet in de richting van fragiele voorwerpen blaast, de krachtige mistuitstoot uit de spuitmond zou immers deze voorwerpen kunnen omblazen. þ Zorg dat de uitgestoten mistwolk minstens 5 à 6 meter vrije doorgang heeft, voordat ze op een “mistkerend” obstakel botst, bv. tegenoverstaande muur. De ruimte welke zich op een afstand van ongeveer 6 meter voor de spuitmond bevindt zal het eerst en binnen de 2 seconden ingemist zijn. þ Zijn er in de te beveiligen ruimte reeds PIRPlafond sensors geplaatst en u wenst geen enkel risico te nemen aangaande valse hertriggering door de uitgestoten mistwolk. Vervang deze PIR-sensors dan door combi-sensors (PIR/radar). Moet u een nieuwe installatie Hou minstens 25 cm plaatsen neem dan als volumetrische detectie plaats aan de linker meteen combi-sensors voor deze ruimte(s) zijde van het toestel, voor het openen van waar BANDIT geplaatst is. Radar detecteert het HY-3 pack nooit voorbijdrijvende mistwolken, de meeste toegangsluik. PIR’s doen dit sporadisch. þ Zorg er zeker voor dat een inbreker onmogelijk bij het toestel kan komen zonder eerst gedetecteerd te zijn door een sensor. Deze Muur met sensor moet dan onafhankelijk van een Toestel lichtjes ingekapte voorover gericht ~ 5°, eventuele ingangsvertraging, een mistberading maximum 15° of -gootje uitstoot starten.
Plaatsen - p. 05
BANDIT 240 PB
v.408
þ Voor het “inbrekersgilde” is BANDIT zeker geen onbekende. Zorg ervoor dat het toestel altijd muurvast gemonteerd is, zodat het toestel niet snel van de muur kan getrokken worden. Want dan is er een reële kans dat na een geslaagde inbraak, u het toestel door een venster gesmeten op straat terugvindt. Bij plaatsing tegen een muur gebruik dan bij voorkeur een BANDIT muurbevestiging: Vlakke- of hoek (swivel) muurbevestiging. Gebruik de herbruikbare montagehulp “Handy boy” omdat deze het toestel draagt en daardoor installatie door één man gemakkelijk mogelijk maakt. - Bij muurmontage tegen een stevige stenen muur, gebruik de met de muursteun bijgeleverde pluggen en schroeven. - Bij muurmontage tegen een dubbel-plaat plaaster tussenwand (Gyproc), gebruik speciale metalen plaasterplaat pluggen (Gyproc-pluggen te verkrijgen in iedere ijzerhandel). - Bij muurmontage tegen een enkele plaaster afwerk-voorzetwand (enkele Gyproc). Plaats het toestel enkel in een binnenhoek en bestel bij het toestel een optionele “Gyproc binnenhoek steunplaat”. Plaats het toestel niet met de gewone muurbevestiging tegen een enkele plaasterplaat, want door het gewicht van BANDIT, scheurt de bevestiging na een tijdje uit en het toestel ligt op de grond. þ Bij plaatsing op de vloer, gebruik de BANDIT vloerbevestiging. Deze vloerbevestiging is schroefbaar of kleefbaar (met dubbelzijdige plakband) op het vloeroppervlak. Het toestel staat dan een 6 cm van de vloer af, zodat poetswater en/of stofzuigerstelen geen zichtschade toebrengen. Verborgen montage van het toestel þ
Bij inbouw in een muurkast, bestel het toestel met de vermelding BANDIT 240 /L optie. Het toestel wordt dan geleverd met 4 rubberen pootjes, een 50 mm verlengde spuitmond (een standaard deurkast is ong. 20 mm dik) en een warmtebestendig zwart deurrozet (spuitmond doorgang). Zo kan u het toestel verborgen monteren en ziet u van buiten enkel het estetische rozet. Let er wel op dat u onder- en bovenaan een verluchtingrooster dient te plaatsen. Is er niet voldoende ventilatie mogelijkheid in de kast zal door de verlieswarmte van BANDIT de temperatuur in de kast te hoog worden.
geen andere afwerkrozet, dan F Gebruik deze die is bijgeleverd. De bijgeleverde rozet is vervaardigt uit aluminium met een speciale stoombestendige coating.
Rozet montagemoer M50 x s. 1.5 Zwarte afwerkrozet
Gat door kastdeur geboord (gatzaag) dia. ~52 mm.
p. 06 - Plaatsen
max. 24 mm
4 rubber pootjes
BANDIT 240 PB
v.408
Montagehulp: handy boy. Dit optioneel verkrijgbare hulpstuk wordt gebruikt bij het tegen een muur monteren van het toestel. Met 2 insteekpennen hangt het aan de muurbevestiging en vormt zo een stevig schap. Op dit tijdelijke schap wordt BANDIT bedraad en ingesteld. Na de installatie worden de twee pennen uitgetrokken, waardoor de handy boy weer vrijkomt en kan hergebruikt worden bij een volgende installatie. U bespaart u hiermede een boel gezweet en gesukkel om het toestel hoog te houden terwijl de aansluitwerkzaamheden plaats vinden. Het plaatsen van meerdere BANDIT 240 toetsellen in één grote ruimte. Voorbeeld van plaatsing in een winkel van 375 m². Mistbeeld na 8 sec. mist uitstoot.
Voorbeeld van plaatsing in een winkel van 120 m². Mistbeeld na 8 sec. mist uitstoot.
15 meter
ststroming Mi
tromin ists g
25 meter
15 meter
M
8 meter
De BANDIT 240 heeft een ruimtevullend vermogen van ~28 m³ per seconde. Dit komt overeen met ~10 m²/sec (plafondhoogte 2.8 m). De max. oppervlakte welke door één toestel kan beveiligd worden is dus max. mistuitstootperiode = 18 s x 10m²/s is 180 m². Voor grotere ruimtes zoals: grote winkels en kantoortuinen is men genoodzaakt meerdere toestellen te plaatsen. Bij toepassing voor grote oppervlakten of/met een hoog plafond is een toestel model BANDIT 550 te verkiezen. Plaats de toestellen zo dat de miststraal van het ene toestel, naast maar in de richting van het volgende toestel wijst. Zo krijgt men een rondstromen van de mist door de ganse ruimte, dit zorgt voor de snelste en egaalste vulling. Let bij de plaatsing op de vrije doorgang van de miststroming. Na een tijdje is de winkelhouder vergeten dat de toestellen er hangen en stapelt dozen en display’s voor de mistuitlaten van de toestellen.
p. 07 - Plaatsen
BANDIT 240 PB
v.408
ELEKTRISCH AANSLUITEN De BANDIT 240 beschikt over éénvoudige en toch zeer veelzijdige aansluitmogelijkheden. Afhankelijk van de instellingen, kan het toestel zonder problemen of toegevingen communiceren met eender welke externe alarmcentrale, tele-netwerk of MUSDO protocol. De ingebouwde elektronica zorgt voor de sturing en bewaking van: - de mistgenerator (3 x temperatuur + frequentiesturing ventiel). - sabotagebewaking van achterdeksel en HY-3 pack luik (zijkant). - sturing van LED’s en binnensirene - uitlezen van de ingangen en jumperinstellingen. - uitsturen van de uitgangen. - communicatie met de interne “Real Time Clock” op SPI niveau. - controle van de interne glaszekeringen. - serïele UART communicatie met PC/laptop (com port) - communicatie met HY-3 pack. Het volledige elektro-systeem is bereikbaar door de achterwand van BANDIT open te schroeven (4 x M4 kruiskop). Deze achterwand is tamper beveiligd, dus overtuig u ervan dat de installatie niet in bewaking staat en eventueel gekoppelde meldkamer verwittigd is.
Aansluiten van de netspanning: u ziet links onderaan de PCB een 3-polig aansluitblok met geïntegreerde hoofdzekering en PCB vermelding “230 VAC supply”. Linkse klem (N) verbinden met de netneuter (blauwe draad), de middelste met de geel/groene aardingsdraaad en de rechtse klem (L) met de netfase (bruine of zwarte draad). Voor de werking van BANDIT is het onderling verwisselen van fase en neuter van geen belang. Het toestel is beveiligd tegen netstoringen en vormt praktisch een Ohmse netbelasting. Sluit de netvoedingskabel aan via de trekontlasting (~1 cm onder de linkse wartel in het metalen achterkader).
F1 4AT
Netspanning glaszekering (5 x 20 mm) F1 = 4 A traag
N
L
230 VAC Netvoeding
+
- Gebruik bij voorkeur een aparte zekering direct afgetakt van de hoofd-netvoeding of tak af van de bestaande voedingskring van de geïnstalleerde alarmcentrale (BANDIT verbruikt 3.5 A piekstroom per toestel). - Voor een gemakkelijke montage gebruik bij voorkeur soepele aansluitdraden; + 0.75 mm² met aderhulzen.
0
12 V 500 mA
Supply
- De volledige PCB (printed circuit board) layout met beschrijving van de aansluitkroonstenen vindt u op het volgende blad, pag. 09. - Eigenschappen van de in- en uitgangen pag. 10 tot 22. - Een gedetailleerde beschrijving van de LED functies en interne sirene op pag. 32 t/m 34.
p. 08 - Netspanning aansluiten
BANDIT 240 PB
v.408
Real Time Clock opklikbatterij
+
-
red JMP
F2
+
500mAT
+
-
aanraakbare netspanningzone
Gele PWM verwarming Led
outputs: maximum 24 V / 1A.
Programmeerbare uitgang nr. 1
Technische OK uitgang Tamperlus uitgang [Tampout]
inputs: 12 V = / 10 mA.
+
-
achterdeksel tamper veerschakelaar
+
-
c
Zwart Geel Blauw Groen Wit Rood
Programmeerbare uitgang nr. 2
Programmeerbare ingang nr. 4 Programmeerbare ingang nr. 3 Programmeerbare ingang nr. 2 Programmeerbare ingang nr. 1
12 V =
c
6 x Control box PCB connector
500 mA. X+ X- X+ X- X+ X- X+ X- Ta Tb com nc no com nc no com nc no Supply Xin3 Xin4 Tmpout Xin1 Xin2 OKout Xout1 Xout2
c
6.3AT
Afstandbediening PCB-connector
12 VDC voeding (max. 500 mA)
N
Netvoeding aansluitblok met geïntegreerde zekering (4 A traag) Netaansluitkabel minimum 3G0.75 mm²
N
N
230 VAC Power supply
L Prim. transfo
Wisselaar warmweerstand 750 W
1.25AT
Sec. Transfo
F1 4AT
F4
F3
PCB layout
p.09 - PCB layout
BANDIT 240 PB
v.408
Ingangen Alle ingangen zijn voorzien van opto-couplers. Hierdoor wordt een prima scheiding bekomen tussen de interne BANDIT elektronica en de “buitenwereld”. Alzo worden ongewenste stoorsignalen veroorzaakt door bv. bliksem, inductie- of R.F. spanningen buiten gehouden. Schematische weergave van een ingang
Elektrische eigenschappen van een ingang: - gepolariseerd (+ en - tekens onder de kroonstenen op de PCB. - ompoolbeveiligd en van RC- en LC filter voorzien. - een ingang moet minstens 0.3 seconde stabiel zijn voor de nieuwe toestand aanvaard wordt. - de spanning welke aangesloten wordt mag zowel van een vreemde bron als van de 12 V BANDIT voeding zelf komen [Supply]. - de ingangsstroom bij 12 V is ~ 10 mA per ingang. - elke ingang is na de opto-coupler voorzien van een schmitt-ingang. De triggerspanning ligt op ongeveer 6 V met hysteresis van + en - 1V. Hierdoor worden onbetrouwbare stuurspanningen zoveel mogelijk vermeden.
MCU ground
MCU input
Aircoil
opto
1K
-
+
Na de installatie: controleer de stuurspanningen over de ingangen. - Beschouw < 2 V als geen spanning. - Beschouw > 9 V als 12 V spanning Stuurspanningen tussen 2 en 9 V zijn niet normaal en zullen vroeg of laat problemen geven.
10
5
0
15
V=
Programmeerbare ingangen
+
-
+
-
+
-
+
-
+
-
c
c
c
500 mA. X+ X- X+ X- X+ X- X+ X- Ta Tb com nc no com nc no com nc no Supply Xin3 Xin4 Tmpout Xin1 Xin2 OKout Xout1 Xout2
12 V =
inputs: 12 V = / 10 mA.
Programmeerbare uitgang nr. 2
Programmeerbare uitgang nr. 1
Technische OK uitgang
Tamperlus uitgang [Tampout]
Programmeerbare ingang nr. 4
Programmeerbare ingang nr. 3
Programmeerbare ingang nr. 2
Programmeerbare ingang nr. 1
12 VDC voeding (max. 500 mA)
p. 10 - Ingangen
outputs: maximum 24 V / 1A.
Het toestel 240 PB voorziet 4 ingangen. De functie van elke ingang wordt bepaald door de via een PC/laptop ingestelde functieselectie
BANDIT 240 PB
v.408
Software instelmogelijkheden voor de ingangen. Aan elk van de vier fysieke ingangen [Xin1] tot [Xin4] kan een functie toegewezen worden. Ter vergemakkelijking van het menselijk interpreteren van uitlezingen aangaande ingangen, kan aan iedere ingang een alias (bijnaam) worden toegekend (bv. [Xin2] = “PIR sensor inkomhal”). Hieronder een overzicht van de voorziene instelmogelijkheden die worden aangeboden door de BS-software. Bijkomende en gedetaileerde informatie per functie vind u onder de helpfunctie van de BS-software.
Geen functie: De ingang wordt totaal genegeerd door de software.
F
Maak er een gewoonte van om niet aangesloten ingangen (zwevend) de functie “Geen functie” te geven. Hierdoor bent u zeker dat de ingang ook daadwerkelijk en ten alle tijde genegeerd wordt.
Bewaking: Deze functie meldt aan BANDIT dat de geselecteerde ingang de functie van bewakingingang [Grdin] toebedeeld krijgt. De bewakingingang stuurt het toestel naar- of uit-bewaking (scherp). Enkel als BANDIT in "bewakingmode" staat is het mogelijk om via het activeren van de alarmingang(en) naar de "alarmmode" over te gaan. Eigenschappen van de "bewakingmode": 4De rode LED "Guard" op het frontpaneel zal oplichten, zolang het toestel zich in "bewakingmode" bevindt. 4Eventuele LED-waarschuwingen op het frontpaneel zoals: failure, HY-3 en power? blijven onder alle omstandigheden uit. De groene OK-LED op het frontpaneel is aan. Zo zal een toestel dat in "bewakingmode" staat, nooit aan de buitenwereld laten blijken dat het toestel mogelijk technische problemen heeft. 4De functionele eigenschappen van een bewakingingang worden mede bepaald door de optionele R aanvinkinstellingen van bv. een alarmingang (zie volgende pagina). Zo kan een toestel weigeren om in bewaking te schakelen omdat een bepaalde alarmingang actief is (in alarm) op het moment van het in bewaking willen schakelen. Aansturing van de bewakingingang [Grdin]: Deze ingang kan zowel geactiveerd worden door 12 VDC of geen spanning aan te leggen over de ingang, oftewel puls aan/uit gestuurd worden door een positieve negatieve spanningsovergang (flanksturing)
F F
of
Als er een optionele afstandsbediening is aangesloten, en kanaal 1 en/of 2 van deze afstandsbediening zijn als bewakingingang ingesteld, is de bewakingfunctie niet instelbaar voor de ingangen [Xin1] tot [Xin4]. Om besturingsconflicten te vermijden kan maar 1 ingang de functie bewaking toegewezen krijgen.
p. 11 - Ingangen - Functies
BANDIT 240 PB
v.408
Alarm: Deze functie meldt aan BANDIT dat de geselecteerde ingang de functie van alarmingang [Alin] toebedeeld krijgt. Enkel als BANDIT in "bewakingmode" staat is het mogelijk om via het activeren van de alarmingang(en) naar de "alarmmode" over te gaan (dus starten met mistuitstoten). Eigenschappen van de "alarmmode": 4De rode LED "Alarm" op het frontpaneel zal oplichten vanaf de "alarmmode" start en dooft zogauw het toestel uit bewaking wordt geschakeld (zie pag. 11 "bewakingmode"). 4Vanaf de "alarmmode" start, start een mistuitstoot (de ingestelde mistuitstoottijd). Een lopende mistuitstoot kan enkel afgebroken worden door het toestel via de bewakingingang “uit bewaking” schakelen. Na de mistuitstoot worden er default 3 minuten bijgeteld als “dode periode” of auto-resettijd (instelbaar). Een nieuwe alarmpuls (spanningsovergang) over een alarmingang na deze 3 minuten, zal een nieuwe mistuitstootperiode starten. Zie ook pag. 34, ondertemperatuurbeveiliging. 4Vanaf de “alarmmode” start, start ook de ingestelde interne sirene. Zowel het volume als de loeitijd van deze alarmsirene is instelbaar: - ; luidspreker - ; alarmsirene Aansturing van de alarmingang [Alin]: Afhankelijk van de software-instelling kan de alarmingang de alarmmode starten bij een negatieveof een positieve spanningsovergang (flank).
F
Als er een optionele afstandsbediening is aangesloten, kunnen kanaal 1 en/of 2 van deze afstandsbediening als bijkomende alarmingang(en) worden ingesteld.
F
Via de software kunnen per alarmingang bijkomende opties ingesteld worden. Optiemogelijkheden voor een alarmingang: R Gebruikt ingangsvertraging. Is er een ingangsvertraging ingesteld. Bepaald aanvinken van deze optie of de ingangsvertraging van toepassing is voor deze bepaalde alarmingang. R Gebruikt uitgangsvertraging. Is er een uitgangsvertraging ingesteld. Bepaald aanvinken van deze optie of de uitgangsvertraging van toepassing is voor deze bepaalde alarmingang. R Bevestiging nodig. Indien er een ingang als bevestigingang is ingesteld. Bepaald aanvinken van deze optie dat deze bevestigingang actief moet zijn als voorwaarde om een alarmsignaal van deze alarmingang verder te behandelen als een geldig alarm. R Kan naar bewaking schakelen terwijl alarmingang actief. Aanvinken van deze optie bepaald dat het toestel toch naar bewaking kan geschakeld worden terwijl deze alarmingang actief is. 08 s Tevens kan voor ieder ingang optioneel een extra mistuitstoottijd ingesteld worden. - 7 BS-software - ; Instellingen - ; Bewerken - ; Mist uitstoot. Zo kan magneetschakelaar op een garagepoort kan een langere mistuitstoot veroorzaken dan een sensor die op een relatief kleine achterdeur is gericht.
p. 12 - Ingangen - Functies
BANDIT 240 PB
v.408
Deurbel: Deze functie meldt aan BANDIT dat de geselecteerde ingang de functie van deurbelingang toebedeeld krijgt. Zolang BANDIT in "bewakingmode" staat is deze ingang te beschouwen als een normale alarmingang. Zolang BANDIT niet in "bewakingmode" staat, zal het activeren van deze ingang enkel resulteren in een geluidsignaal van het toestel (deurbel). Eigenschappen van de "deurbelmode": 4Terwijl het toestel in bewaking staat: De ingang gedraagt zich als een normale alarmingang met dezelfde functionalitiet en optionele instellingen. 4Terwijl het toestel niet in bewaking staat: Het activeren van deze ingang start een deurbelgeluid. Zowel het volume als de duur van het audiosignaal zijn instelbaar - ; interne luidspreker - ; deurbel. Als een uitgang de functie “deurbeluitgang” gedefinieerd heeft gekregen, zal deze uitgang actief geschakeld zijn zolang het deurbel-audiosignaal hoorbaar is. Aansturing van de deurbelingang: 4Terwijl het toestel in bewaking staat: Afhankelijk van de software-instelling kan deze ingang de alarmmode starten bij een negatieveof een positieve spanningsovergang (flank). 4Terwijl het toestel niet in bewaking staat: Afhankelijk van de software-instelling kan deze ingang de alarmmode starten bij een negatieveof een positieve spanningsovergang, of; niveausturing (0 of 12 volt is actief). Dus deurbelmode zolang de ingang actief geschakeld is.
F
Deze ingangsfunctie kan een volldige deurbelinstallatie uitsparen. Immer dezelfde (conform beveiligingsnormen) sensor kan zowel dienen als normale alarmsensor en als complete deurbelinstallatie.
F
Het activeren van de deurbelingang terwijl het toestel niet in bewaking staat wordt niet genoteerd in het logboek.
p. 13 - Ingangen - Functies
BANDIT 240 PB
v.408
Paniek: Deze functie meldt aan BANDIT dat het toestel onmiddellijk mist moet uitstoten. Dus paniekmode zonder rekening te houden met de bewakingmode, eventueel ingestelde vertragingen of bevestigvoorwaarden. Normaal wordt deze ingangfunctie gebruikt om er een paniekknop op aan te sluiten. Eigenschappen van de "paniekmode”: 4De rode LED "Alarm" op het frontpaneel zal knipperen, zolang het toestel in de paniekmode staat. 4Vanaf de "paniekmode" start, start een mistuitstoot (de mistuitstoottijd kan apart worden ingesteld. Een lopende paniek-mistuitstoot kan enkel afgebroken worden door de paniekmode weer uit te schakelen. 4Is een mistuitstoottijd afgelopen en/of onderbroken en er wordt een nieuwe paniekmode actief. Zal een nieuwe paniek-mistuitstootperiode starten. Zie ook pag. 19, ondertemperatuurbeveiliging. 4Als een uitgang de functie “paniekuitgang” gedefinieerd heeft gekregen, zal deze uitgang actief geschakeld zijn zolang de paniekmode actief is. 4Vanaf de paniekmode actief is, loeit het toestel met zijn interne sirene. Zowel het volume als de loeitijd van deze panieksirene is instelbaar: - ; luidspreker - ; panieksirene. Aansturing van de paniekingang: Afhankelijk van de software-instelling kan deze ingang de paniekmode starten of stoppen bij een negatieveof een positieve spanningsovergang (flank).
F
Via de software kunnen per paniekingang bijkomende opties ingesteld worden. Optiemogelijkheden voor een paniekingang: R Kan paniek AAN. Een actieve flankovergang (puls) zet de paniekmode aan. R Kan paniek UIT. Een actieve flankovergang (puls) zet de paniekmode uit. - Dus een paniekknop waarbij voor de betreffende ingang beide opties zijn aangevinkt, kan zowel de paniekmode starten (1é puls) als stoppen (2é puls). - Een paniekknop waarbij voor de desbetreffende ingang enkel de optie “Kan paniek AAN” is aangevinkt, kan enkel de paniekmode starten. - Een paniekknop waarbij voor de desbetreffende ingang enkel de optie “Kan paniek UIT” is aangevinkt, kan enkel een lopende paniekmode uitschakelen (bv. sleuteldrukknop).
Stil paniek: Als deze “stil paniekingang” geactiveerd wordt, zal het toestel enkel reageren door de uitgang die als “stil paniekuitgang” geselecteerd is te activeren zolang de stil paniekmode actief is (meestal voor tele-doormelding). Natuurlijk wordt deze gebeurtenis ook in het logboek genoteerd.
p. 14 - Ingangen - Functies
BANDIT 240 PB
v.408
Aansturing van de stil paniekingang: Afhankelijk van de software-instelling kan deze ingang de stil paniekmode starten / stopen bij een negatieveof een positieve spanningsovergang (flank).
Waarschuwing: Deze functie meldt aan BANDIT dat de geselecteerde ingang de functie van waarschuwingsingang toebedeeld krijgt. Als deze ingang actief wordt terwijl BANDIT in "bewakingmode" staat, zal het toestel zijn interne sirene laten loeien en de gebeurtenis in het logboek inschrijven. Normaal wordt deze ingangfunctie gebruikt om er een sensor op aan te sluiten, die gericht is op een gebied waar veel menselijke manipulatiefouten te verwachten zijn bv. de inkomhal van een groepsbureel. In plaats dat de gebruiker door een manipulatiefout onmiddellijk een vals alarm veroorzaakt, wordt hij nu luidruchtig gewaarschuwd dat het alarmsysteem nog in bewaking staat. Eigenschappen van de "waarschuwmode”: 4Als een uitgang de functie “waarschuwingsuitgang” gedefinieerd heeft gekregen, zal deze uitgang actief geschakeld zijn zolang de waarschuwmode actief is. 4Vanaf de waarschuwingsmode actief is, loeit het toestel met zijn interne sirene. Het volume van deze tijdelijke waarschuwing is instelbaar. - ; luidspreker - ; waarschuwsirene. Aansturing van de waarschuwingingang: Afhankelijk van de software-instelling kan deze ingang de waarschuwingsmode starten bij een negatieveof een positieve spanningsovergang (flank) of een ingesteld actief spanningsniveau (0 of 12 VDC).
p. 15 - Ingangen - Functies
BANDIT 240 PB
v.408
Brandmode-aan: Indien van toepassing voor de betreffende installatie wordt dit ingangstype verbonden met een thermische brandmelder of met de uitgang van een brandmeldcentrale. In geval van een brand is het niet enkel de branddetectie die de brand zal opmerken, maar daaropvolgend zal waarschijnlijk ook de inbraakdetectie naar alarm schakelen, Wegens foute informatie van de bv. de PIR-sensors of het binnenkomen van hulpverlening, brandweer, etc... Dus ingeval van brand is het waarschijnlijk dat er ook mist wordt uitgestoten in het gebouw. Indien van toepassing voorkomt dit ingangstype deze hoogst ongewenste situatie.
i Thermische brandmelder Gebruikelijk toegepaste brandmelders zijn verdeelbaar in 3 hoofdcatagorien. - Optische brandmelder: is eigenlijk een rookmelder. Rook verandert de licht reflectieeigenschappen van lucht. Dit verschil van lichtreflectie wordt opgemerkt door een optoelektronische zender-ontvanger en doorgemeld als rookdetectie. Reageert op uitgestoten mist en veroorzaakt een vals rookalarm. - Ionische brandmelder: is eigenlijk ook een rookmelder. Rook bevat chemische reststoffen, dewelke het resultaat zijn van verbranding. Een licht radio-actief element merkt deze specifieke luchtverontreiniging op en wordt doorgemeld als rookdetectie. Reageert op uitgestoten mist en veroorzaakt een vals rookalarm. - Thermische brandmelder: Deze reageert enkel op een relatief snelle temperatuurwijziging en een absolute maximum temperatuur aan het plafond. Reageert niet op uitgestoten mist.
Eigenschappen van de brandmode: 4Het toestel zal in alle gevallen weigeren mist uit te stoten. Ook een eventuele paniekingang wordt genegeerd. 4Vanaf de brandmode actief is, loeit het toestel met zijn interne sirene. Het volume van deze tijdelijke waarschuwing is instelbaar.- ; luidspreker - ; brandsirene. 4Als er een brandalarmuitgang is ingesteld is deze uitgang actief zolang de brandmode geldig is. 4Als de brandalarm-aan ingang geselecteerd wordt met spanningsovergang- (puls) sturing, is het noodzakelijk om ook een ingang als brandalarm-uit ingang te selecteren. Anders is er geen mogelijkheid om de brandmode weer uit te schakelen. 4De mistuitstootblokkering wordt pas opgeheven bij het eerstvolgende “in bewaking” zetten van het toestel. Aansturing van de brandalarm-aan ingang: Afhankelijk van de software-instelling kan deze ingang de brandmode starten bij: 4Een negatieveof een positieve spanningsovergang (puls): hierbij zal een actieve puls de brandmode aan schakelen. Opvolgende pulsen hebben geen effect. De software verplicht om ook een brandalarm-uit ingang te selecteren. Deze ingang wordt beschreven op volgende pagina p.17. 4Een actief spanningsniveau (0 of 12 V): Zolang de aangelegde spanning actief is, is ook de brandmode actief. Het instellen van ook een brandalarm-uit ingang is niet vereist, maar is wel mogelijk. Wordt er een brandalarm-uit ingang geselecteerd, heeft de status van deze ingang voorrang op de “uit-status” van de brandmode. Zie volgende pagina p. 17.
F
Zie ook volgende pagina: brandalarm-uit ingang
p. 16 - Ingangen - Functies
BANDIT 240 PB
v.408
Brandmode-uit: Indien van toepassing voor de betreffende installatie wordt dit ingangstype verbonden met een brandalarm uitschakelaar (gewoonlijk een gestandariseerd schakelaarkastje dat door de brandweer of andere hulpdiensten geopend kan worden om het brandalarm uit te schakelen) of met de uitgang van een brandmeldcentrale. Eigenschappen van de brandalarm-uit ingang: 4Heeft voorrang op de brandalarm-aan ingang. Dus zolang de status van de brandalarm-uit ingang actief is, kan het toestel niet in de brandmode geschakeld worden en een eventuele actieve brandmode wordt afgebroken. 4Een brandalarm-uit ingang kan enkel geselecteerd worden als er een brandalarm-aan ingang is geselecteerd. 4Het afschakelen van de brandmode betekend niet dat de mistuitstootblokkering ook is afgeschakeld. Deze mistblokkering wordt pas opgeheven bij het eerstvolgende “in bewaking” schakelen van de bewakingmode via de bewakingingang of het activeren van een eventueel ingestelde paniekingang. Aansturing van de brandalarm-uit ingang: Enkel 12 volt niveau sturing is mogelijk. Dus 12 V over deze ingang schakelt met voorrang een eventuele brandmode” naar rust.
p. 17 - Ingangen - Functies
BANDIT 240 PB
v.408
Bevestiging: Via deze ingang wordt aan BANDIT gemeld dat er toelating is om over te gaan naar de “alarmmode”. De bedoeling van deze ingangfunctie is: Het overgaan naar de alarmmode uitstellen tot een plaatselijke zonedetector de inbraak bevestigd. Bijvoorbeeld: de alarmcentrale is in alarm omdat er via de achterdeur inbraak is gedetecteerd (bevestigingang actief geschakeld door alarmcentrale). BANDIT zal pas in zijn “alarmmode” komen als de inbreker de zone “privé-bureel” binnenkomt, omdat de daar geplaatste PIR/radar detector een actieve puls geeft aan de alarmingang waaraan hij gekoppeld is. Eigenschappen van de bevestigingang: 4Enkel indien een alarm- en bevestigingang tegelijkertijd +0.3 s actief zijn, terwijl het toestel in bewakingmode staat, gaat BANDIT over naar de alarmmode. Eens in de alarmmode heeft de status van de alarm- en/of bevestigingang geen invloed meer op het verdere verloop van de alarmcyclus. Aansturing van de bevestigingang: Enkel spanningsniveau sturing is mogelijk. Afhankelijk van de software-instelling kan 0 of 12 V als actief worden ingesteld.
F F
Er kan maar één ingang de functie van bevestigingang toegewezen krijgen.
F
Iedere ingang die een mistuitstoot kan starten (behalve paniekingang(en), heeft als optie een aanklikvinkje: R Bevestiging nodig. Dus wordt dit vakje niet aangevinkt, kan de betreffende ingang de alarmmode starten. Is het vakje aangevinkt, zal de betreffende ingang bevestiging nodig hebben voor zijn alarmsignaal opgevolgd wordt als een geldig alarmsignaal.
Als een bevestigingang actief wordt terwijl het toestel in bewakingmode staat, wordt deze gebeurtenis in het logboek geschreven (zowel het moment van activeren als deactiveren).
Sabotage:
Alarm Sabotage (geen spanning input input = actief) Supply
Deze functie plaatst de ingang alsof deze een gescheiden relaiskontakt zou zijn in serie met het bestaande tamperrelais [Tampout]. In hoogrisico installaties wordt de vast gedefiniëerde uitgang [Tampout] mede opgenomen in het sabotage-circuit van de bestaande alarminstallatie. Wordt het geëist dat bijvoorbeeld de BANDIT-gerelateerde bevestiging-sensor mede “tamper”-beveiligd wordt. Kan een ingang als sabotage-ingang (tamper ingang) geselecteerd worden. De aansluiting van de sensor wordt zodanig bedraad dat de ingang niet-actief is zolang het sensor-tamperkontakt gesloten is. Wordt de ingang actief zal dit resulteren naar het “naar rusttoestand” (COM en NO open) schakelen van het [Tampout] contact. p. 18 - Ingangen - Functies
Xin1
12 V =
+
-
Xin2
Xin3
Xin4
inputs: 12 V = / 10 mA.
+
-
-
+
+
-
+
Ta Tb
-
+ Alarm Tamper
Sensor
Tmpout
BANDIT 240 PB
v.408
Eigenschappen van de sabotage-ingang: 4Zolang deze ingang inactief is, zal het relais [Tampout] in rust geschakeld zijn. Dus de kontacten Ta en Tb open. Aansturing van de bevestigingang: Enkel spanningsniveau sturing is mogelijk. Afhankelijk van de software-instelling kan 0 of 12 V als actief worden ingesteld.
F
Er kan maar één ingang de functie van sabotage-ingang toegewezen krijgen.
Interne sirene: Het toestel 240PB bevat een geïntegreerde binnensirene. Deze sirene wordt automatisch gestuurd door de verscheidene modes (bij ieder mode hoort een bepaalde sirene- of piepmelodie). Via deze “interne sirene”-functie kan deze sirene ook van “buitenuit” aangestuurd worden langs een te selecteren ingang. Eigenschappen van de "interne sirene” ingang: 4Heeft voorrang op alle andere sirene geluiden (uitgezonderd brandmode aan mode). 4Het volume van de sirene als interne sirene kan ingesteld worden: - ; luidspreker - ; interne sirene. 4De interne sirene loeit zolang de interne sirene-ingang actief is, maar de interne Bandit-elektronica zal na 3 minuten onafgebroken loeien, het audiovolume automatisch tot 50% terugbrengen (batterijbesparing). Aansturing van de brandalarm uit ingang: Enkel spanningsniveau sturing is mogelijk. Afhankelijk van de software-instelling kan geen spanning (0 V) of 12 V als actief worden ingesteld.
Extern alarm: Deze bijzondere ingangsfunctie biedt soms een prima oplossing voor een aan de beveiligingsinstallateur gestelde eis. Het is logisch dat een BANDIT-mistgenerator geplaatst wordt bij locaties waar “ramkraakgevoelige” hoge waarde goederen dienen beschermt te worden. Soms dient ook een externe kontact ook bewaakt te worden. Bijvoorbeeld een min/maximum temperatuurthermostaat in een computer-serverruimte. Waarbij het over- onderschreiden van de temperatuur “netspanningsonafhankelijk” dient gelogd te worden met tijdstip”, ter waarschuwing moet een sirene afgaan en een kontakt moet het technisch alarm doormelden. De ingangfunctie “extern alarm” biedt een spotgoedkope, prima oplossing voor dit probleem.
p. 19 - Ingangen - Functies
BANDIT 240 PB
v.408
Eigenschappen van de extern-alarmingang: Zolang deze ingang actief is, zal: 4De intere sirene loeien. 4Zowel het tijdstip van activeren als het deactiveren van deze ingang wordt genoteerd in het logboek. 4Als een uitgang gedefiniëerd is als “externe-alarmuitgang” zal het betreffende relais actief zijn zolang de externe-alarmingang actief is. Zie p. 30. Aansturing van de externe-alarmingang: Enkel spanningsniveau sturing is mogelijk. Afhankelijk van de software-instelling kan 0 of 12 V als actief worden ingesteld.
F
Er kan maar één ingang de functie van externe-alarmingang toegewezen krijgen.
p. 20 - Ingangen - Functies
BANDIT 240 PB
v.408
Achteraan verzonken gemonteerd zit een vrouwelijk mini-jack stekkertje. Deze extra beveiligde, Uitgang: sabotagelus [Tmpout]: bijzondere ingang dient als seriëel in- & uitlees communicatiekanaal met een PC/laptop.
PC Communication Link. De PC-communcation link is een gereedschap dat de BANDIT-installateur gebruikt om een data verbinding te maken tussen een BANDIT en een computer met een standaard COM poort (RS-232 SubD stekker). Dus zowel om een toestel, zoals de 240PB in te stellen, als om het gebeurtenisgeheugen (log) uit te lezen is er een “Communication link” nodig. Deze wordt ingeplugd tussen de “in te stellen & uit te lezen” mistgenerator en de programmeer-computer. 4 Past op iedere PC/laptop (standaard RS-232
/SubD9 stekker). Verzonken mini-jack stekker Communication Link
4 Is compatibel met het “oude” 220 BANDIT-model. 4 Veilige, storingsvrije en galvanische scheiding
tussen mistgenerator en PC of laptop (+2.000 Volt secured opto-coupled data split). 4 BS-software bijgeleverd met Communication-Link of upgradable via: www. bandit.be Frontpaneeltje Communication Link.
Laptop BS-software
Groene Led: Link aan/uit Deze Led licht op vanaf er communcatie is tot een 10-tal seconden na het laatste communicatiesignaal. Knippert deze led dan geeft dit aan beide batterijtjes vervangen moeten worden (Sony CR2430 of compatibel). Gele Led: RS-232 communicatie-Led. Knippert simultaan met van de PC/laptop uitgaande communicatiesignalen. Knippert dus enkel bij een juist ingestelde PC/laptop COM-poort. - 7 BS-software - ; optie - ; comport
p. 21 - Ingangen - PC communication Link
BANDIT 240 PB
v.408
Uitgangen In totaal heeft het toestel 5 uitgangen: 1. De 12 volt voeding uitgang [Supply1] (vast gedefinieerd). Zie verder op deze pagina. 2. De sabotagelus uitgang [Tmpout] (vast gedefinieerd). Zie pag. 23. 3. De technische storingmeld-uitgang [OKout] (vast gedefinieerd). Zie pag. 24 4 - 5. Dit zijn programmeerbare uitgangen [Xout1 en Xout2]. Zoals bij de ingangen is de functie van ieder van deze uitgangen afhankelijk van de per PC/laptop ingestelde functieselectie. . Hieronder vindt u een uitgebreide beschrijving van de eigenschappen van de verschillende uitgangen.
Uitgang: 12 VDC voeding [Supply]: Blokschema BANDIT laagspanningscircuit 230 V 50-60 Hz
F4 1.25 AT
16 V 1A
F3 6.3 AT U = 13.3 V I = cut 1.05 A
12 V / 2 Ah
line filter
F2 500 mAT
F1 - F2 - F3 - F4 : Glaszekering 5 x 20 mm
12 V / 500 mA [Supply]
MCU fusedetection
De [Supply] uitgang kan maximum 500 mA (begrensd door F2) leveren. In normale toestand en bij een volledig geladen batterij onder laadstroom is deze spanning ~13 volt. Deze spanning is praktisch rimpelvrij (5mV rimpel) en dient als voeding voor kleine externe stroomverbruikers, zoals extra binnensirene, Jumbo-LED en PIR-sensors. Alsook een bruikbare voedingspanning voor externe relaiscontacten, om via deze weg spanningsignalen terug te sturen naar het toestel zijn ingangen. Het aanwezig zijn van deze 12 V en goede staat van F2 wordt continue gecontroleerd door de inwendige BANDIT-elektronica. Het is goede praktijk om ervoor te zorgen dat deze [Supply] uitgang niet hoger continue belast wordt dan ~450 mA. is belangrijk dat u de voeding van BANDIT nooit mengt met de voeding van de F Het sturende alarmcentrale of andere toestellen die zelf ook over een voeding beschikken. Ook niet enkel de massa’s met mekaar doorverbinden.Dit kan resulteren in onverwachte aardlussen (hoge potentiaalverschillen, speciaal bij bliksem en dergelijke overspanningen) met alle kwalijke gevolgen vandien.
p. 22 - Uitgangen - 12 VDC uitgang [Supply]
BANDIT 240 PB
v.408
Uitgang: sabotagelus [Tmpout]: De kroonstenen van [Tmpout] zijn verbonden met het COM en NO kontact van een relais. Dus zolang het relais is bekrachtigd zijn beide kontacten gesloten. Het bekrachtigen van dit relais wordt bepaald door de MCU (Micro Controller Unit). Blokschema BANDIT sabotagelus (tamper) Interne tamper zijluik HY-3 pack 12 V 0V
0V
Relais 12 V / 1A
Max: 500 mA./ 12 Volt Ta Tb Tmpout
Interne tamper achterdeksel
MCU 0V
0V
N.O.
Sabotagader in draad BANDIT 240 Control Box 1K
Programmeerbare ingang functie: sabotage-ingang
H
Y3
OK test
HY-3 pack level / niveau / livello 90
+
tech out test
60
30
0%
-
X+ X-
De MCU heeft als sabotage gerelateerde ingangen: - 2 permanente ingangen: a) Interne tamper van het HY-3 pack zijluik, en b) de interne veertamper op het achterdeksel. - 1 ingang van de sabotageader door de draad die naar een eventueel aangesloten ControlBox loopt. Deze sabotageader wordt enkel “bekeken” als er daadwerkelikjj een ControlBox is aangesloten en ingesteld als “Control Box = aanwezig”. - 1 ingang van een eventueel als sabotage-ingang ingestelde programmeerbare ingang. Zie p. 18. Op basis van informatie van deze verscheidene ingangen, beslist de MCU software, om het toestel in “sabotagemode” te schakelen. Eigenschappen van de sabotagemode: - Het [Tmpout]-relais staat in rust (Ta en Tb open). - Zowel het moment van de start als van het einde van een sabotagemode wordt genoteerd in het gebeurtenissenlogboek. Met vermelding welke tamperkontact of sabotage-ingang deze sabotagemode veroorzaakt heeft. - Enkel indien: ¶ het aanvinkvak R “Sabotagemode kan alarmmode starten” aangevinkt is, (7 BS-software - ; Instellingen - ; Sabotagemode), en; ¶ de sabotagemode wordt actief terwijl het toestel “in bewaking” staat. Zal de sabotagemode het toestel tevens in alarmmode schakelen.
p. 23 - Uitgangen - Sabotagelus [Tmpout]
BANDIT 240 PB
v.408
In een traditionele installatie wordt het sabotagekontact [Tampout] opgenomen in de Tamper-hoofdlus van de bestaande alarminstallatie (zone: tamper mistgenerator). Via de BS-software kan u het HY-3 pack zijluik tampercontact overbruggen. Bij het F openen van dit luik om bv. het HY-3 pack te vervangen en toch geen tamperalarm te veroorzaken. - 7 BS-software - ; HY-3 pack - R Software HY-3 pack luik uitgeschakeld. de BS-software hebt u een overzicht van de verschillende tamper-toestanden F Via - 7 BS-software - ; Bandit - ; Systeem controle. In het “Systeem controlescherm” kan met de muis de [Tampout] uitgang handmatig aan ¤, uit ¤ of automatic ¤ geforceerd worden (; radioknop aanklikken).
p. 24 - Uitgangen - Sabotagelus [Tmpout]
BANDIT 240 PB
v.408
Uitgang: Technische storingen uitgang [OKout]: De 3 kroonstenen van [OKout] zijn verbonden met het COM, NC en NO kontact van een relais. De MCU bepaald aan de hand van de signalen geleverd door storingdetectie-elektronica de status van het relais. Blokschema BANDIT Technische uitgang (OKout) Elektronische circuits voor detectie van technische storingen
12 V 0V
Relais 12 V / 1A
c
Max: 500 mA./ 12 Volt
MCU
com nc no OKout
Logboek; technische storingen
Zolang er geen interne storing wordt gedetecteerd door de inwendige BANDIT-elektronica is het relais geactiveerd (COM en NC open).
Zolang er een storing wordt gedetecteerd is het [OKout] contact in rust (COM en NO open). Hieronder een opsomming van de verschillende interne storingen welke door de BANDITelektronica worden gedetecteerd: 4De glaszekering F2 (500 mA van [Supply]) is onderbroken. 4De glaszekering F3 (6.3 A batterijzekering) is onderbroken. 4De batterij ontbreekt of de batterijspanning is te laag. 4De omgevingstemperatuur van het ingebouwde HY-3 pack is hoger dan 50°C (120°F). 4De warmtewisselaar kan zijn doeltemperatuur niet bereiken. Dit kan betekenen: 4a) de inwendige over-temperatuurzekering is onderbroken, en/of b) de verwarmingsweerstand van de warmtewisselaar is slecht. 4Het toestel vraagt reeds meer dan 7 dagen om vervanging van zijn HY-3 pack. Dit item is geen werkelijke storing, maar wel een abnormale situatie waarbij de bedrijfszekerheid in gedrang komt wegens een te kleine voorraad mistvloeistof. Zie ook pag. 24, HY-3 pack vervangen. 4De netspanning is langer dan 15 minuten afwezig (net of hoofdzekering F1). 4De MCU meet onwaarschijnlijke waardes op zijn sensoringangen. 4Via een eventueel aangesloten “Contol Box” kan een storing gesimuleerd worden
p. 25 - Technische storing uitgang [Okout]
BANDIT 240 PB
v.408
4Reeds meer dan 3 uren is een abnormale instelling geldig. Deze abnormale instellingen
H
Y3
worden normaal gesignaleerd door het snel knipperen van de “Failure” frontled. Hieronder een overzicht van abnormale instellingen: - Via de software geforceerde uitgang ([Xout], [OKout] of [Tmpout]. - Eventuele ongeldige instellingen - Mistuitstoot geblokkeerd door: - Red jumper niet opgestoken, en/of, - Via software in “Systeem Controle”-scherm R , zie pag. 24 - Via de eventueel aangesloten “Control Box” - Geen of ongeldig HY-3 pack (bv. demo-HY-3 pack). - Tampercontact van het zijluik is overbrugd via de Control Box en/of via software ( R HY-3 pack scherm) 4Interne ventilatorstoring. Zogauw de interne storing hersteld is zal de storingsmelding automatisch verdwijnen en de normale situatie:[OKout] bekrachtigd (COM en NO gesloten). Zowel het opkomen als verdwijnen van een storing wordt automatisch en met tijdsstip genoteerd in het logboek. Een algemene toepassing voor deze handige [OKout] uitgang is deze te verbinden met een programmeerbare ingang van de sturende alarmcentrale of auto-dialer (automatische kiezer). Zo is het eenvoudig om aan meldkamers (PAC's) via telefoonmelders of andere communicatie-middelen door te melden dat er eventueel BANDIT problemen zijn.
p. 26 - Uitgangen - Technische storing uitgang [OKout]
BANDIT 240 PB
v.408
Uitgangen: programmeerbare uitgangen [Xout1 en Xout2 ]: Deze 2 uitgangen zijn potentiaal vrije contacten. Hierdoor wordt een prima scheiding bekomen tussen de interne BANDIT elektronica en de “buitenwereld”. Blokschema BANDIT Programmeerbare uitgang [Xout1 & 2] De functie van elke programmeerbare uitgang wordt bepaald de door softwareinstellingen.
12 V 0V
Relais 12 V / 1A
c
Max: 500 mA./ 12 Volt
MCU
com nc no Xout#
Elektrische eigenschappen van een programmeerbare uitgang: - potentiaal vrij - belasting maximum 1 Amp bij 24 V. - plaats vonkblussers (varistors of vrijloopdiodes) over kontacten, als deze inductieve belastingen moeten schakelen (relais-spoelen, belletjes, e.d.). - indien de interne 12 V voeding wegvalt (<8 V.) Zullen alle uitgangcontacten naar de ruststand schakelen (COM en NC gesloten).
Geen functie: De uitgang staat altijd in rust en wordt totaal genegeerd door de software.
F
Maak er een gewoonte van om niet aangesloten uitgangen (zwevend) de functie “Geen functie” te geven. Hierdoor bent u zeker dat de uitgang ook daadwerkelijk en ten alle tijde in rust staat (COM en NO open).
Bewaking: De uitgang zal bekrachtigt zijn (COM en NO gesloten) zolang BANDIT in bewaking staat. Zo kan BANDIT aan de buitenwereld melden dat hij in de “bewakingmode” staat. Een algemene toepassing voor deze handige [Grdout] uitgang is deze via een scheidingsrelais te verbinden met een automatische kiezer (ter doormelding van de bewakingstoestand), om er rechtstreeks een Jumbo-Led(s) mee te schakelen of door te bedraden naar een volgende BANDIT zijn bewakingingang (master-slave).
p. 27 - Uitgangen - Programmeerbare uitgangen [Xout1 & 2]
BANDIT 240 PB
v.408
Jumbo-LED is een klein waterdicht kastje ter grootte van een luciferdoosje, met ingewerkte 12 V LED van 2 cm diameter. Wordt gebruikt om voorbijgangers te melden dat er een alarmsysteem in bewaking staat. Goedkoop, onderhoudsvrij en als preventieve afschrikking is het minstens even efficiënt als een zichtbare buitensirene. Voor de eigenaar is het een duidelijke indicatie dat BANDIT in bewaking staat. Werking: zolang BANDIT in bewaking staat, zal de Jumbo-LED knipperen (ong. 1 Hz). Er mogen maximum drie Jumbo-LED(s) aangekoppeld worden.
Ware grootte
Jumbo-LED optie
Voorbeeldschema waarbij de jumbo-led via de 0 wordt geschakeld.
blau zw a
wit
Blauwe en zwarte draad vormen een gesloten lus, die eventueel in de sabotagelus mee kan opgenomen worden.
12 meter aansluitkabel meegeleverd. Mag tot max. 100 meter verlengd.
c
als bewakinguitgang ingesteld
w
rt
Rood
Xout1
+
-
+
-
+
-
+
-
+
-
c
c
500 mA. X+ X- X+ X- X+ X- X+ X- Ta Tb com nc no com nc no com nc no Supply Xin3 Xin4 Tmpout Xin1 Xin2 OKout Xout1 Xout2
12 V =
inputs: 12 V = / 10 mA.
outputs: maximum 24 V / 1A.
Alarm: De uitgang wordt bekrachtigt (COM en NO gesloten) vanaf BANDIT in “alarmmode” wordt geschakeld. Het afschakelen naar rust van de uitgang wordt bepaald door de aangeklikte radioknop-optie. ¤ schakelt uit bij het uit bewaking gaan: Schakelt in bij de start van de alarmmode en schakeld pas terug naar rust als het toestel uit bewaking wordt geschakeld. ¤ schakelt uit als de auto-reset tijd is gepasserd: Schakelt in bij de start van de alarmmode en schakelt terug naar rust als de auto-reset tijd is verstreken (zie p. ). ¤ schakelt uit na de alarm-uitgang vertraging: Schakelt in bij de start van de alarmmode en schakelt terug naar rust zogauw de dan instelbare timer “alarmuitgangvertraging” is aflopen.
p. 28 - Uitgangen - Programmeerbare uitgangen [Xout1 & 2]
BANDIT 240 PB
v.408
Deurbel: Als er een deurbelingang is geselecteerd is het mogelijk om ook een deurbeluitgang te selecteren. Zolang het toestel niet in bewaking staat volgt deze uitgang altijd de status van deurbelingang. Zolang het toetsel in bewaking staat blijft deze uitgang in rust (COM en NO open). uitgang wordt gebruikt om het deurbel-audiosignaal te “verlengen” naar bv. F Deze een achterliggend magazijn (locale bel). Attentie: max. 1 Amp bij max. 24 V, dus een tussenrelais gebruiken om de locale bel te besturen (deze zal bijna altijd een hogere spanning en/of stroomverbruik hebben).
Paniek: De uitgang wordt bekrachtigt (COM en NO gesloten) vanaf BANDIT in “paniekmode” wordt geschakeld. De uitgang schakelt naar rust zogauw de “paniekmode” wordt afgebroken.
Stil paniek: De uitgang wordt bekrachtigt (COM en NO gesloten) vanaf BANDIT in “stil paniekmode” wordt geschakeld. De uitgang schakelt naar rust zogauw de “stil paniekmode” wordt afgebroken.
Waarschuwing: Als er een waarschuwingingang (zie pag. 15) is geselecteerd is het mogelijk om ook een waarschuwinguitgang te selecteren. De uitgang volgt altijd de status van waarschuwmode. uitgang wordt gebruikt om het waarschuw-audiosignaal te “verlengen” naar F Deze een nabijgelegen lokaal (bv. conciergeruimte of video-recording activation). Attentie: max. 1 Amp. bij max. 24 V, dus een tussenrelais gebruiken om de locale bel te besturen (deze zal bijna altijd een hogere spanning en/of stroomverbruik hebben).
p. 29 - Uitgangen - Programmeerbare uitgangen [Xout1 & 2]
BANDIT 240 PB
v.408
Brandmode: Deze uitgang is actief (COM en NO gesloten) zolang het toetsel in de brandmode geschakeld is
Extern alarm: Deze uitgang is actief (COM en NO gesloten) zolang de extern-alarm ingang actief is. Zie pagina p. 20, Extern-alarmingang.
Interne sirene: Deze uitgang is actief (COM en NO gesloten) zolang de interne sirene loeit bij een aangevinkte audioboodschap. - 7 BS-software - ; Instellingen - ; Bewerken - ; Uitgangen - ; - Interne sirene. Voorbeelden: - “Bewaking aan biep” is aangevinkt R en “bewaking uit biep” is niet aangevinkt . Dan zal de uitgang actief zijn zolang de “bewaking aan biep” duurt, maar gewoon in rust blijven als de “bewaking uit biep” klinkt. - Enkel “Deurbel geluid” is aangevinkt. Dan zal deze uitgang enkel activeren (COM en NO gesloten) als het deurbelgeluid door het toestel wordt weer gegeven. Om er bijvoorbeeld een bel mee aan te sturen die in een achterliggend magazijntje is geplaatst. Denk wel aan de maximum 1 Ampére Ohmse belasting van het contact + vonkblussers. Want een gewone bel vormt een inductieve belasting en meestal is een tussenrelais dan aangewezen.
Power failure: Deze uitgang is actief (COM en NO gesloten) zolang één of beide mogelijke voedingstoringen (netspanning en/of batterij) gedetecteerd worden. Om het de installateur mogelijk te maken een onderscheid te maken, wordt er een aanvink keuzescherm getoond: - 7 BS-software - ; Instellingen - ; Bewerken - ; Uitgangen - ; - Voeding fout.
p. 30 - Uitgangen - Programmeerbare uitgangen [Xout1 & 2]
BANDIT 240 PB
v.408
Voor de installateur is een specificiëring van een mogelijk voedingsprobleem een belangrijk gegeven. Immers het oplossen van een netvoedingsprobleem is gewoonlijk ten laste van de eindgebruiker. Terwijl een batterijprobleem ten laste is van de installateur. Het is begrijpelijk dat sommige installateurs over deze informatie wensen te beschikken alvorens een interventie uit te voeren.
p. 31 - Uitgangen - Programmeerbare uitgangen [Xout1 & 2]
BANDIT 240 PB
v.408
STATUS COMMUNICATIE Het toestel geeft zowel visuele als hoorbare informatie door aan zijn onmiddellijke omgeving:
FRONT
LEDs:
Spuitmond
BANDIT OK
Failure
Guard
HY-3
Alarm
Power ?
Midden op het BANDITfront bevinden zich zes LEDs. Zo kan visueel waargenomen worden in welke status het toestel zich bevindt en of zich eventueel storingen voordoen.
N Bedrijf (OK) 4 Als BANDIT niet in bewaking staat: - Deze groene LED is aan als:
a) er geen interne storing wordt opgemerkt b) het toestel voldoende opgewarmd is (temperatuur hoog genoeg om mist te kunnen uitstoten als dit gewenst wordt). Praktisch betekent dit: zolang de groene LED brandt is het toestel bedrijfszeker. - Deze groene LED knippert als: a) er geen interne storing wordt opgemerkt b) het toestel is bezig met opwarmen, zogauw het opgewarmd is, is het bedrijfsklaar om mist te kunnen uitstoten. Als er netspanning aanwezig is heeft het vanuit koude toestand ongeveer 50 minuten nodig om zijn eindregeltemperatuur te bereiken. 4 Als BANDIT in bewaking staat:
Is deze groene LED aan. Zo zal het toestel terwijl het “in bewaking” staat via zijn frontpaneel nooit verraden dat het eventueel niet bedrijfszeker is. van de taken van de ingebouwde “Power Saver” is ervoor zorgen dat de temperatuur F Een van de warmtewisselaar niet hoger ligt dan nodig is om de ingestelde misthoeveelheid zeker te kunnen produceren. De temperatuur bij een instelling van bijvoorbeeld 5 seconden mistuitstoot ligt 50°C lager dan bij 18 seconden ingestelde mistuitstoot. Dus als u het mistuitstootvolume wijzigt, wijzigt u automatisch ook de regeltemperatuur van de warmtewisselaar. Is er voldoende verschil tussen het “oude lagere” uitstootvolume en het nieuw ingestelde uitstootvolume, zal de groene LED beginnen knipperen om aan te geven dat het toestel zijn nieuwe hogere temperatuur nog niet bereikt heeft.
p. 32 - Status communicatie - LEDs - Front LEDs
BANDIT 240 PB
v.408
N Bewaking (Guard) 4Deze rode LED is aan zolang BANDIT in bewaking staat 4Zolang er een eventueel ingestelde uitgangsvertraging aan’t aflopen is, zal deze LED
knipperen.
N Alarm 4Deze rode LED is aan vanaf het moment dat BANDIT in de alarmstatus komt tot het toestel “Uit bewaking” wordt gezet door de sturende bewakingingang. 4Deze rode LED begint te knipperen vanaf het moment dat BANDIT in paniekmode
wordt geschakeld tot het toestel uit de paniekmode wordt gezet door de ingestelde paniekingang.
Interne storing (Failure) 4 Deze rode LED knippert (ong. 1 Hz) zolang BANDIT een of meerdere interne storingen
opmerkt. Het toestel doet praktisch continue een controle op de mogelijke interne storingen. Hierbij een overzicht van de controlelijst: - de glaszekering F2 (500 mA) die de [Supply1] 12 V voeding beveiligd is onderbroken - de glaszekering F3 (6.3 AT) die functioneert als batterijzekering is onderbroken of er is geen of een zeer slechte batterij aangesloten. - de interne overtemperatuurzekering (niet vervangbaar) of het verwarmingselement is onderbroken. Als er netspanning aanwezig is en de micro-processor geeft opdracht om de warmtewisselaar bij te warmen, en er wordt na een aantal keren te herproberen geen temperatuurtoename gemeten. Dan gaat het toestel er va nuit dat de overtemperatuurzekering of het verwarmingselement onderbroken is (terug fabriek). - de eigen 12 V laadspanning (normaal 13.1 - 13.2 V) is te laag. - Als er netspanning aanwezig is doet BANDIT een batterijconditietest telkens als de bewakingstatus verandert, het tamperconact (sabotage) sluit of opent. - de temperatuur in de BANDIT behuizing is hoger dan +50°C - één of meerdere interne temperatuursensors geven een onwaarschijnlijke waarde of waardesprong door aan de micro-processor. 4Deze rode LED knippert snel (ong. 5 Hz) zolang:
Mistuitstoot is via de BS software geblokeerd of ‘Red jump” op de PCB steekt niet op. Een schakelaar op een eventueel aangesloten “Control Box” is actief: of . Er een ongeldig HY-3 pack insteekt (bv. demo-type in een gewone BANDIT). Er een geforceerde software instelling geldig is. Bijvoorbeeld: ¶ de mistgenerator is ontkoppeld of HY3-pack tamper is uitgeschakeld ¶ een of meerdere van de programmeerbare uitgangen [Xout1,2] is niet “auto” ingesteld. - Onvolledige of beschadigde instellingen ingeladen vanuit de programmeercomputer. Dit ken enkel als de communicatiekabel tijdens het inlezen van data wordt uitgetrokken en/of een slecht contact aan de communicatiekabelstekkers en/of de MCU in reset wordt gedwongen terwijl hij data aan’t inlezen is vanuit de programmeercomputer . H
Y3
-
De bedoeling van dit snelle knipperen is de installateur en/of gebruiker te waarschuwen dat er een abnormale instelling geldig is. 4 Als BANDIT in bewaking staat zal deze LED niet knipperen. Zo zal BANDIT via zijn front-
paneel nooit aan de buitenwereld verraden dat er een interne storing is. p. 33 - Status communicatie - LEDs - Front LEDs
BANDIT 240 PB
v.408
N HY-3 pack (HY-3 pack vloeistofvoorraad) Met een nieuw of hervuld HY-3 pack aan boord beschikt BANDIT over 1.4 liter HY-3 vloeistof. Bij het mist uitstoten wordt er ongeveer 28 ml vloeistof per seconde verbruikt. Er is dus in totaal voor ongeveer 55 seconden mistuitstoot in voorraad. Vanaf ~70% van de HY-3 vloeistof is verbruikt, zal het toestel via deze LED te kennen geven dat het HY-3 pack moet hervuld worden. Alhoewel het HY-3 pack in principe jaren meekan zonder dat de betrouwbaarheid afneemt, is het goede praktijk en aangeraden om iedere 4 jaar het HY-3 pack te vervangen. 4
Knippert deze rode HY-3 LED moet het HY-3 pack vervangen worden.
Zolang BANDIT in bewaking staat zal deze LED uit zijn. Zo zal het toestel via zijn frontpaneel nooit aan de buitenwereld verraden dat er mogelijk een tekort aan mistvloeistof is.
N Geen netspanning (Power ?) Deze rode LED knippert zolang BANDIT zijn netvoeding of hoofdzekering F1 onderbroken is en het toestel niet in bewaking staat. Als BANDIT gedurende meer dan 2 uren geen netF Ondertemperatuurbeveiliging: spanning heeft, zal de interne warmtewisselaar te veel afgekoeld zijn om nog goed te funtioneren. BANDIT zal dit opmerken en weigeren om nog mist uit te stoten. Immers mist uitgestoten door een te koude warmtewisselaar is nattig en dit kan schade veroorzaken aan de omgeving (vettige film op textiel, documenten, meubels, enz...). Vanaf de netvoeding weer beschikbaar is, zal het toestel zijn warmtewisselaar tot de normale bedrijfstemperatuur heropwarmen en zijn interne batterij heropladen.
F
Als er verkozen wordt het toestel verdoken op te stellen is het meestal zo dat de frontLEDs niet meer zichtbaar zijn. Het plaatsen van een “Control Box” is dan ten stelligste aan te raden. Control Box zie pag. 42
F
Via de BS software is er een instelmogelijkheid die alle frontLEDs, 4 minuten nadat het toestel in bewaking is geschakeld automatisch dooft. - 7 BS-software - ; Instellingen - ; Bewerken - ; Voorpaneel. De frontLEDs hernemen hun normale functie vanaf het toestel weer uit bewaking wordt geschakeld. Sommige installateurs verkiezen deze instelling. Immers zo ingesteld zal het toestel in het duister zijn aanwezigheid niet verraden omdat zijn groene OK- en rode “in bewaking” LED niet oplichten.
p. 34 - Status communicatie - LEDs - Front LEDs
BANDIT 240 PB
v.408
AUDIO Het toestel 240PB heeft twee luidsprekers ingebouwd. Deze zitten verborgen ingebouwd achter het frontpaneel en worden extra mechanisch beschermd door een metalen rooster.
Blokschema audiocircuit 12 VDC power
Audio data
MCU
Digivolume control
Audio signal
Volume data
+ ch. A ch. B
ch. A ch. B
Audio amplifier Mute
0 ground power
+
De beschikbare audiosignalen bevinden zich gecompileerd in de MCU zijn intern flashgeheugen. De gewenste audiofrequentie wordt via een laag-hoog filter en digitale potentiometer (volume controller) aangeboden aan de analoge 2 x 22 W audio versterker. Deze stuurt dan weer de twee ingebouwde luidsprekers uit. De bedoeling van het audio-onderdeel is om de aandacht van de “buitenwereld” te vestigen op bepaalde gebeurtenissen. Een overzicht, het volume instellen, eventuele maximum loeitijd en geluidstestknoppen van alle verschillende audioboodschappen worden getoond op het scherm: - 7 BS-software ; Instellingen ; Bewerken ; Interne luidspreker.
p. 35 - Audio
BANDIT 240 PB
v.408
Als de gebruiker het toestel in bewaking schakelt (rechtstreeks of via de sturende alarminstallatie) en het toestel laat i.p.v. de twee gebruikelijke beeps, gedurende 2 sec. zijn sirene op vol volume horen. Betekent dit dat het toestel weigert om mee in bewaking te schakelen. Gewoonlijk is dat omdat één of meerdere alarmingang(en) actief zijn op het moment van het in bewaking schakelen. Immers dit zou dan onmiddellijk resulteren in een ongewenste mistuitstoot. Het weigeren om in bewaking te schakelen bij een op dat moment actieve alarmingang is een default fabrieksinstelling. Via de PC/laptop is deze instelling als optie per alarmingang wijzigbaar (al dan of niet aanvinken.)
p. 36 - Audio
BANDIT 240 PB
v.408
GEBEURTENISSENGEHEUGEN (LOG) Het toestel 240PB is uitgerust met een volledig logboek. Dit bestaat uit de elektronische componenten op de PCB: Seriële Eeprom 64 Kb, onafhankelijk gevoede “Real time klok” en het interne flash geheugen van de MCU. Iedere relevante gebeurtenis (event) wordt met tijdstip in dit logboek geschreven. Het logboek werkt zoals een grote papierrol van ongeveer 1000 lijnen. Iedere gebeurtenis neemt 1 lijn in beslag. De oudste gebeurtenis wordt door de nieuwste gebeurtenis overschreven. De nieuwste gebeurtenis draagt volgnummer 001. Het uitlezen van het logboek gebeurt via de BS-software; inloggen en klik op het menu gebeurtenissen-log. Na ingave van uw naam zal het logboek via de “Communication Link” automatisch worden doorgezonden naar de PC/laptop. Deze zal het logboek in PDFformaat op de vaste schijf opslaan in de map: + /pb240 / events. De naam van het opgeslagen bestand wordt automatisch gegenereerd, bijvoorbeeld: 2004_09_15__00_11_27.pdf en bestaat uit de datum en tijdstip van effectieve inlezing (op basis van PC/laptopklok).
ˆ
De tijd:
Om over een goede log te beschikken is de juistheid van de tijdbron van het grootste belang. De interne toestelklok op de PCB is zeer betrouwbaar maar u mag toch een foutmarge verwachten van ongeveer één à twee minuten per jaar. Het is dus van belang dat u bij de jaarlijkse onderhoudsbeurt, even de toesteltijd nakijkt en eventueel bijstelt. - 7 BS-software - ; Bandit - ; Tijd ... U krijgt dan een standaard Windows klokscherm te zien, waarin u zowel de actuele toesteltijd kan aflezen als de juiste tijd kan instellen. Het inwendige van de toestel “Real Time Klok” werkt altijd volgens GMT-tijd. F Echter de BS-software converteerd dit automatisch naar de tijdszone waarin uw PC/laptop is ingesteld. Dus de tijd wordt u gepresenteerd in uw lokale tijd inclusief zomertijd- en schrikkeljaaraanpassing.
p. 37 - Gebeurtenissengeheugen
BANDIT 240 PB
v.408
PASWOORDEN Om via een “Communication Link” toegang te bekomen tot een BANDIT mist generator is het noodzakelijk om eerst de twee benodigde paswoorden in te geven. Zowel het benodigde installateur- als gebruikerpaswoord staan vermeld op het interne toestelBANDIT 240 PB etiket. Active security system Zogauw de BS software wordt gestart, wordt de Serial number: 4071234 de “Log-in” knop getoond. Door deze knop aan Manufact. date: 5/07/2004 te klikken verschijnt het kleine “Log-in” menu. Power: 210 - 240 VAC / 50 - 60 Hz. R
Max. current: 3.5 Amp. / Cons. 40W/h
Installer password:
7854
User password:
2467
Intern toestel etiket lokatie: - Schroef beide M4 schroeven van het HY-3 pack luik uit en open dit zijluik. - Het etiket is geplakt op de blinkende achterwand van het HY-3 pack compartiment (neem het HY-3 pack uit voor een goed zicht) Zogauw het juiste installateur en gebruikerspaswoord is ingevoerd, is er volledige toegang tot alle menus. Om beide fabriekspaswoorden te veranderen, ga naar het “verander paswoord” menu: - 7 BS-software - ; Bandit - ; Verander paswoord - ; installateur paswoord. Na het invoeren van het “oude” geldige paswoord zal de software vragen naar het nieuwe gewenste paswoord. De BS software controleert real-time de geldigheid van het ingetoetste paswoord (minimum 3 en maximum 6 cijfers). Bij het invoeren van een nieuw paswoord zal het oude paswoord automatisch uitgeveegd worden en overschreven door het nieuwe paswoord. Beide paswoorden zijn gealloceerd op een verborgen, gecodeerde en ontoegangkelijke Eeprom adres in de toestel-MCU.
F Full security:
- gebruik enkel unieke paswoorden per toestel. Dis geef niet alle door geïnstalleerde toestellen hetzelfde paswoordenpaar. - schrijf nooit de paswoorden op een papiertje dat kan teruggevonden worden binnenin het toestel.
het onwaarschijnlijke geval dat de paswoorden niet terug te vinden zijn, telefoneer: F InBandit nv. (32) 89 85 85 65 en leg de situatie uit (geef ook het serienummer van het betreffende toestel door). Maximum 3 werkdagen en na een veiligheidscontrole, zal Bandit nv. u een éénmalig bruikbaar reserve paswoord verstrekken. Bandit nv. heeft het volle recht om te weigeren een reservepaswoord te verstrekken zolang het resultaat van de veiligheidscontrole over de aanvragende partij niet bevredigend is.
p. 38 - Paswoorden
BANDIT 240 PB
Control Box
v.408
BANDIT
Zwart
Geel
Blauw
Groen
Rood
Een "Control Box" is veruit de meest en bijna altijd toegepaste optie voor een toestel BANDIT 240PB. Het doosje laat de installateur toe om bij de jaarlijkse controlebeurt het toestel moeiteloos te testen.
Wit
hoofd PCB
Control box PCB opsteekstekker 6 polig
Hou er bij de installatie terdege rekening mee dat de persoon die toegang heeft tot de "Control Box", ook controle heeft over de werking van de BANDIT mistgenerator. In het uitzonderlijke geval dat het onmogelijk is om de "Control Box" te monteren binnenin de behuizing van de bestaande alarminstallatie. Moet u de "Control Box" monteren in een sleutel- sabotagebeveiligd metalen doosje, op een locatie die niet bereikbaar is zonder eerst gedetecteerd te zijn door minstens één inbraakdetector.
Zij aanzicht
H
Y3
112 mm
Installatie: Het doosje moet gemonteerd worden in een toegangbeveiligde behuizing. Normaal wordt de "Control Box" gemonteerd binnenin de behuizing van de bestaande alarmcentrale. De benodigde 12 meter schroeven en moertjes zijn bijgeleverd. Het doosje aansluitkabel is niet te openen, de inwendige elektronica en aansluitdraad is ingegoten. Indien uitdrukkelijk De ingegoten aansluitkabel vermeld bij de is 12 meter lang, indien te bestelling kan de kort om bij de BANDIT te "Control Box" komen, mag deze kabel geleverd worden met verlengd worden tot max. de gewenste 100 meter. Eventueel aansluit-kabellengte BANDIT 240 Control Box verlengen gebeurt met (tot max.100 meter) standaard 6-aderige alarmen keuze uit witte of kabel. Gewoon kleur op bruine kabelkleur. kleur doorverbinden (beste Per extra meter kabel is de aders te solderen, elke wordt een prijs van OK 0.17 € + BTW. ader te isoleren met krimptech out test test aangerekend. kous en dan afwerken met krimpkous over de kabel). HY-3 pack level / niveau / livello In de verpakking van de "Control Box" bevindt zich 0% 30 90 60 ook een 6-polige opsteekstekker met schroefaansluitingen. Steek eerste de aansluitkabel door een ingangwartel van het toestel, strip de aders en sluit ze aan volgens de op de stekker vermelde 82 mm kleuren. 27 mm Schuif de stekker op de 6 polige PCB-tegenstekker (zie pag. 9 PCB layout voor locatie van de tegenstekker). Vink de box “Controlbox gebruiken” aan in het scherm: 7 BS-software - ; Instellingen - ; bewerkingen - ; Controlbox R Controlbox gebruiken). De kabel en de signaaladers zijn vanuit het toestel sabotagebeveiligd.
moer M4 binnenkant van alarmcentrale zijwand behuizing alarmcantrale
P. 39 - Control Box installeren
v.408
BANDIT 240 Control Box
OK
Y3
Bediening en functie: - Bistabiele schakelaar: Met deze schakelaar wordt de mistgenerator ontkoppeld (dus geen mist uitstoten) en heeft dezelfde functie als "Red Jump" op de PCB. Bij actieve schakelaar: - De interne elektronica blijft normaal werken, maar BANDIT zal altijd weigeren mist uit te stoten. - De frontled "interne storing" knippert snel (~2Hz). - De rode LED op de schakelaar brandt.
H
BANDIT 240 PB
Y3 H
Als het zijluik (voor de vervanging van het HY-3 pack) geopend wordt, zal het toestel de interne sabotagelus onderbreken. Als dit openen gebeurt terwijl het toestel in bewaking staat, zal het mist uitstoten. Met deze schakelaar voorkomt u deze sabotagereactie. Bij actieve schakelaar: - De tamperuitgang blijft gesloten, dus geen sabotagemelding of mistuitstoot bij het openen van het zijluik. - De groene LED op de schakelaar brandt. - De frontled "interne storing" knippert snel (~2Hz).
- Monostabiele schakelaar (pulsschakelaar)
test
Bij wijze van mist uitstoottest zal telkens op deze schakelaar gedrukt wordt, BANDIT gedurende 1 seconde mist uitstoten. - Bij ieder puls van deze schakelaar zal er gedurende 1 seconde mist uitgestoten worden. Is het volume uitgestoten mist tijdens deze 1 seconde voldoende en normaal, mag u ervan uitgaan dat ook de langer ingestelde mistuitstoten OK zullen zijn. Vóór u een mist uitstoottest uitvoert zie "veiligheidsmaatregelen" op pag. 3.
P. 20 - Control Box bediening
test
test
HY-3 pack level / niveau / livello 90
Deze schakelaar laat u toe om de sturende alarmcentrale in simulatiealarm te sturen, waarbij ook BANDIT aangestuurd wordt. Maar zonder dat de betreffende ruimte gevuld wordt met mist. - Bistabiele schakelaar:
tech out
30
60
0%
- Monostabiele schakelaar (pulsschakelaar)
OK
tech out test
Zolang op deze schakelaar gedrukt wordt zal de technische uitgang [OKout] in rust staan (COM en NO open). Dus een interne storing simuleren, zo kan u éénvoudig nakijken of een BANDIT storingssignaal correct wordt afgehandeld naar en door de doormelding.
- HY-3 pack niveau LEDbar (dot mode) HY-3 pack level / niveau / livello 90
60
30
0%
Deze "Ledbar" geeft het actuele beschikbare percentuele volume HY-3 vloeistof in het HY-3 pack aan. Vanaf de oranje LED aangaat dient u het HY-3 pack te vervangen. Het toestel zelf zal dan ook knipperen met zijn rode frontpaneel HY-3 LED. Is er minder dan 30% HY-3 vloeistof in voorraad (30% = ~15 sec. mist uitstoottijd beschikbaar). Is het hoge tijd om het HY-3 pack te vervangen door een gevuld exemplaar.
BANDIT 240 PB
v.408
HY-3 PACK VERVANGEN Mechanisch gezien bestaat het inwendige van BANDIT uit 2 hoofdcomponenten: - De warmtewisselaar: deze chroomstalen cilinder zit vol hete vergassingskanalen die ervoor zorgen dat de ingespoten HY-3 vloeistof “verstoomt” wordt in een droge mist. - Het HY-3 pack met de volgende componenten geïntegreerd: dubbel HY-3 vloeistofreservoir, NC ventiel, vloeistoffilter, overdruk breekplaat en elektronica voor geheugendata, temperatuur meting, uitstootregistratie en I²C communicatie. Het inwendige van een HY-3 pack staat onder een constante druk van ong. 15 BAR.
red allen fixing bolt
M8 thread hole for HY-3 pack grip tool
HY-3 hatch tamper pin
green HY-3 OK LED
red allen fixing bolt
Een pasgevulde HY-3 pack heeft een inhoud van 1.4 liter (1400 ml) HY-3 vloeistof. Bij een miststoot wordt er ong. 26 ml vloeistof per seconde verbruikt. In totaal is er dus ong. 55 seconden mistuitstootcapaciteit in voorraad. De micro-processor op de moederPCB communiceert continue met het aanwezige HY-3 pack en rekent op basis van de hem doorgegeven parameters, continue uit hoeveel vloeistof er nog in het HY-3 pack aanwezig is. Blijkt het niveau te zijn gedaald onder een vooraf ingestelde minimumwaarde (zie pag. 18, HY-3 pack LED), vraagt het toestel om vervanging van het HY-3 pack. Dit wordt op verscheidene manieren te kennen gegeven: - HY-3 pack frontLED knippert. - Iedere 10 seconden een audio biep. - De groene HY-3 OK LED in het front van het HY-3 pack knippert snel (ong. 5 Hz). - De communicator krijgt een HY-3 pack “low” waarschuwing. Dit signaal met alle bijhorende informatie wordt normaliter doorgeseind naar de meldkamer (PAC). Functies van de groene HY-3 OK LED: Continu aan: alles OK Knippert traag (1 Hz): Het HY-3 pack wordt niet aanvaardt, omdat bv. een demo HY-3 pack, een illegaal gevulde of niet het juiste type HY-3 vloeistof (irritant of gekleurde mist) is. De vermelding op het etiket hoort (Neutral Mint) te zijn. Knippert snel (5 Hz): het HY-3 pack moet vervangen worden, omdat er onvoldoende HY-3 vloeistof voorradig is (onder het ingestelde minimumniveau). Blijft uit: er is een fataal communicatieprobleem. Controleer of de sub-D stekker zuiver is, probeer een ander HY-3 pack of het toestel moet terug fabriek.
p. 41 - HY-3 pack vervangen
BANDIT 240 PB
v.408
Procedure vervangen HY-3 pack:
H
Y3
- Eerst moet het sabotagecontact van het Twee inbuszijluik worden uitgeschakeld. Dit via: schroeven voor demonteren van - een aangesloten “Control Box” de het HY-3 zijluik schakelaar", of - een hardware-matige draadoverbrug over het sabotagecircuit, of - softwarematig via een aangekoppelde PC/laptop (R Vinkje zetten in het HY-3 pack menu). - Schroef met het "HY-3 pack grip" het zijluik los door de 2 inbusschroeven los te draaien (er zit een antiverliesringetje op de schroeven). . Neem het zijluik weg en leg het voorlopig zachtjes (krassen) op het toestel. BANDIT - Open de verpakkingsdoos van het nieuwe HY-3 pack en leg de bovenschaal naast de doos. - Gebruik de "HY-3 pack grip" inbus #5. Draai hiermee de 2 rode inbus-fixeerbouten los. Leg deze voorlopig ook op het toestel. - Draai het M8 draaduiteinde van het "HY-3 pack grip" in het M8 gat en trek aan de "HY-3 pack grip", het HY-3 pack zal over de 2 geleidingspennen uit het toestel schuiven. - Leg het “oude HY-3 pack” in de bovenschaal van de HY-3 pack doos. Schroef het "HY-3 pack grip" uit en schroef het weer in de nieuwe HY-3 pack. Trek de rode verzendingbeschermkap af en duw dit over het "oude" HY-3 pack. - Duw gelijkmatig het HY-3 pack over de geleidingspennen in het toestel. Druk lichtjes aan zodat de HY-3 pack stekker en vloeistofkoppeling in hun respectievelijke tegen- stekker en koppeling schuiven. - Draai de HY-3 pack grip weer uit en hermonteer beide rode inbus-fixeerschroeven. - De groene HY-3 pack LED licht continue op (alles OK). - Hermonteer het zijluik en herbevestig met beide inbusschroeven. Zet de sabotageschakelaar van het zijluik terug op af (groene schakelaarLED en de frontLED “failure” doven). - Herverpak de “oude” HY-3 pack in de originele doos (dichttapen). - Voor hervulling: verzend de doos per normale vracht naar uw BANDIT-dealer. OK
Failure
Guard
HY-3
Alarm
Power ?
B
A
N
D
IT
Uitzondering op het terugkrijgen van een hervulde HY-3 pack zonder bijkomende kosten: De geretourneerde HY-3 pack is diep gekrast of vertoont blutsen. Er wordt een restwaardebepaling gedaan door de fabriek. U betaald immers de kost om van het HY-3 pack weer een redelijk verkoopbaar HY-3 pack te maken (normaal worden de geretourneerde HY-3 packs enkel technisch nagekeken, hervuld, update & reset van het geheugen en getest). Inbus voor rode fixeerschroeven
Hebt u een nieuwe HY-3 pack doos en het HY-3 pack grip gereedschap. Plus eventueel een laddertje om aan een hoger hangend toestel te kunnen. Betekent het vervangen van een HY-3 pack, ongeveer 5 minuten werk. Bij elke toestel is een "HY-3 pack grip" bijgeleverd.
p. 42 - HY-3 pack vervangen
BA
M8 draadeind
ND
Inbus voor losschroeven zijluik
IT
HY-3 pack grip
BANDIT 240 PB
v.408
ONDERHOUD Omdat BANDIT bedoeld en toegepast wordt als een beveilgingsonderdeel, is het verplichted om een regelmatige functiecontrole uit te voeren. Ieder jaar: 4Mist uitstoot controle en controle van de werking van de “Technische uitgang” [OKout]. 4Door gebruik te maken van een eventueel aangsloten “Control Box”, is het uitvoeren van deze vereiste betrouwbaarheidstesten gemakkellijk uit voeren. De LED bar geeft het nog beschikbare volume HY-3 vloeistof in het HY-3 pack aan. 4Is er geen "Control Box" aangesloten, dan kunnen alle testen gebeuren via een aangekoppelde PC/laptop. er een mist uitstoottest uitgevoerd, waarschuw dan alle personen in de omgeving F Wordt en de eventuele brandverantwoordelijke. Zorg er zeker voor dat niet u en/of derden in de directe richting van de mistspuitmond kijken. Lees ook de volgende pagina EHBO. =Met een stofzuigerslang met borstelkop de textiel van het BANDIT-front afzuigen. Het textiel dient immers ook als luchtfilter voor de interne luchtcirculatie. Na verloop van tijd tekenen zich stofvlekken af en de vermindert de interne luchtventilatie. In ruimtes met een hoog zwevend stofgehalte, zal er een regelmatigere textielreiniging uitgevoerd moeten worden. 2-jaarlijks: =De interne batterij in het toestel vervangen (2Ah / 12V gesloten lood/zuur).
p. 43 - Onderhoud
BANDIT 240 PB
v.408
FIRST AID
E.H.B.O. EERSTE HULP BIJ ONGEVALLEN
De uitgestoten mist is totaal onschadelijk voor mens en warmbloedig dier (schadelijk voor vliegende insecten). Ook bij een verblijf van meer dan 10 minuten in een volledig gesloten ruimte ( < 1 ml HY-3 aorosol / m³ lucht). De mogelijkheden tot ongevallen bij een mistuitstoot zijn niet te zoeken bij de toxicologische bijwerkingen van de mist zelf. Mogelijke problemen zijn te zoeken in de kracht van de mistuitstoot en mogelijke paniekreacties op de plotse “mistexplosie”. Hierbij een niet beperkende opsomming van personen welke als een risicogroep kunnen beschouwd worden: - personen die lijden aan claustrofobie (panikeren onmiddellijk) - personen die overgevoelig zijn voor stresserende situaties, bv. hyperventileren, hartkloppingen, enz.... - personen welke zwaar astmatisch of buitengewoon gevoelig zijn voor irritatie van de luchtwegen. - kinderen onder de 9 jaar (mogelijk traumatische ervaring) Alhoewel onschadelijk, blijkt uit ervaring, dat honden (ook getrainde bewakingshonden) weigerachtig zijn om een ruimte gevuld met mist binnen te gaan. Indien u of de gebruiker dit wenst kan u bij uw BANDIT-dealer altijd een kopie aanvragen van het HY-3 MSDS formulier en/of toelatingsattest van het Belgisch Ministerie van Volksgezondheid.
p. 44 - EHBO
BANDIT 240 PB
v.408
AQ FAQ F FAQ FAQ FAQ Q FA REGULIERE VRAGEN FAQ FAQ Q Is de mist schadelijk voor de gezondheid of kan de mist schade toebrengen aan FA
FAQ FAQ FAQ FAQ FAQ FAQ FAQ FAQ FAQ FAQ FAQ
computers, fototoestellen, voeding, e.d. Nee, de door BANDIT uitgestoten mist is praktisch dezelfde als de mist die gebruikt FAQ wordt in discotheken en theaters. Enkel veel dichter en zeer snel geproduceerd. AQ Enkel wanneer er te véél mist wordt uitgestoten in een beperkte ruimte (overvullen) F of de ruimte heeft geen ventilatie, zodat de mist meer dan 20 minuten roerloos blijft hangen, kan er een onschadelijke dunne filmcondensatie optreden op (eerst de koude en gladde) oppervlakken. Als er dan toch accidenteel een dunne filmcondensatie is te bemerken, dan kan deze gemakkelijk afgekuist worden met een vochtig doek (de condensatie is wateroplosbaar) onder zeep. U kan bij uw BANDIT-dealer of op onze web site: “www.bandit.be”, altijd kopijen opvragen van volgende documenten: - HY-3 veiligheid datablad (MSDS). - HY-3 toelatingsattest van het Belgisch Ministerie van Volksgezondheid. - Duitse TÜV toelatingsattest voor HY-3.
FAQ FAQ FAQ FAQ FAQ FA Q FAQ FAQ FAQ FAQ FAQ FAQ
Wie is er verantwoordelijk als iemand fysiek letsel heeft opgelopen, omdat de betrokken persoon niets meer kon zien in de mist. Aangaande dit onderwerp is er weinig of geen prejurisdictie of ervaring te vinden, omdat er tot nu toe nog geen ongevallen door BANDIT mistbeveiliging zijn aangemeld. In ieder geval heeft de fabrikant zich ingedekt via zijn product-aansprakelijkheid verzekering. Dit t.o.v. derden, de inbreker(s) zelf en/of schade aangebracht door de openbare hulpdiensten. Zie ook onze verkoopsvoorwaarden (www.bandit.be). Hou er rekening mee dat de fabrikant niet aansprakelijk is voor goederen die toch nog gestolen worden (niet als BANDIT bij inbraak werkt zoals verwacht en/of niet werkt door een interne- of externe storing). Het is aan te raden om als installateur uw beroepsaansprakelijkheid verzekering schriftelijk te melden dat u mistbeveiliging plaatst en dat u verwacht dat uw verzekering dit gratis bijvermeld onder uw bestaande polis. Uw verzekering kan bij uw BANDIT-dealer altijd een kopij opvragen van de “no claim" certificaat van de fabrikant zijn productaansprakelijkheid-verzekering.
FAQ FAQ FAQ FAQ FAQ FAQ FAQ FAQ FAQ FAQ FAQ
Ik moet een BANDIT plaatsen en de veligheidsverantwoordelijke eist dat het toestel geen mist mag uitstoten in geval van brand. Monteer tegen het plafond een gekeurde temperatuurverschil gevoelige warmtesensor. Dit type reageert niet op eventueel uitgestoten mist, maar opent zijn alarmcontact bij een plotse en absolute temperatuurverhoging. Verbindt dit brandsensor alarmcontact met een programeerbare ingang en definieer deze ingang als “brandingang”. Zie ook pag. 16. In ieder geval, monteer de brandsensor op een plaats waar de inbreker niet bij kan zonder eerst gedetecteerd te zijn door de inbraak-alarminstallatie.
p. 45 - Reguliere vragen
BANDIT 240 PB
AQ FAQ F FAQ FAQ FAQ Q FA FAQ FAQ FAQ FAQ FAQ FAQ FAQ FAQ FAQ FAQ FAQ FA FAQ Q FAQ FAQ FAQ FAQ
v.408
FAQ FAQ FAQ FAQ FAQ FAQ FA FAQ Q FAQ FAQ FAQ FA FAQ Q
Moet ik het HY-3 pack (dus de vloeistofvoorraad) vervangen, telkens als het toestel mist heeft gespoten. Dus ook bij ieder “vals alarm”. Nee, BANDIT verbruikt ongeveer 28 ml. HY-3 vloeistof per seconde mistuitstoot. Het pas gevuld vloeistofreservoir in het HY-3 pack bevat 1.400 ml. HY-3. Het toestel kan dus ongeveer in totaal 50 seconden mist uitstoten. Afhankelijk van de ingestelde mist uitstoottijd per alarmcyclus zijn er dus minstens 3 (grote ruimte van 200 M² bij normale plafondhoogte van 2.80 meter) tot maximum 25 uitstootcycli in voorraad. Blijkt het vloeistofniveau te zijn gedaald onder de vooraf ingestelde minimumwaarde. Zal het toestel vragen om vervanging van het HY-3 pack. Zie pag. 22 voor verdere uitleg.
Wat wordt er juist bedoeld met vervangen van het HY-3 pack. Een HY-pack is een ingenieuze combinatie van verschillende onderdelen: - Het drukvat zelf: bestaat uit de twee drukbestendige roestvrijstalen buizen. Deze behouden zowel de HY-3 vloeistof als het drukgas onder een druk gelijk aan de dampdruk van het vloeibare drukgas en de nitrogeen nadrukvulling. Beide gassen zijn onbrandbaar, ozonvriendelijk en niet-giftig voor mens of milieu. - Het elektroventiel: is samen met het vloeistoffilter een integraal onderdeel van het HY-3 pack. Wordt het ventiel opengestuurd door de BANDIT-elektronica, stroomt de onder druk staande HY-3 vloeistof via de HY-3 pack vloeistofkoppeling in de hete warmtewisselaar voor verstoming en nadroging. - De elektronica: is ingebouwd in het HY-3 pack. Deze kleine PCB bevat een spanningsregelaar, temperatuur- en geheugenchip en nog enkele componenten die zorgen voor de communicatie met het BANDIT moederbord. Het doel van deze elektronica is te “meten” hoeveel vloeistof er nog in het drukvat aanwezig is en alle productie- en vulgegevens eigen aan het HY-3 pack op te slaan. Is uw drukvat leeg moet u het vervangen door een hervuld drukvat. Het lege drukvat gaat terug naar een vulcentrum. Daar wordt de nog aanwezige vloeistof en drukgas “uitgezogen” en gerecupereerd. Volautomatisch wordt het lege HY-3 pack getest en weer opnieuw gevuld met vloeistof en drukgas. De ingebouwde geheugenchip wordt “geupdate” en het “hernieuwde” HY-3 pack wordt netjes herverpakt om naar de klant te worden teruggestuurd. De milieubelasting en materiaalkosten worden op deze manier geminimaliseerd. Er is een hoge retourzekerheid van de lege HY-3 packs, omdat er een aanzienlijk bedrag aangerekend wordt voor de aanschaf van een nieuw HY-3 pack.
FAQ FAQ FAQ FAQ FAQ FAQ FAQ FAQ FAQ FAQ FAQ
Wordt de HY-3 vloeistof in het HY-3 pack na verloop van tijd niet slecht (bederven of haar mistgeneratie capaciteit verliezen). In tegenstelling tot mistgeneratoren waar de voorraad mistvloeistof in een kunststof bakje wordt behouden. Bevindt de HY-3 vloeistof in het HY-3 pack zich in een zuurstofvrije drukomgeving, Ph gestabiliseerd, gedeïoniseerd, clean gevuld en hermetisch afgesloten van de buitenwereld. Degeneratie in het HY-3 pack is uitgesloten.
p. 46 - Reguliere vragen