008
ELINGSSAMENWERKING jaargang 7 / 10-2
een uitgave van
KWARTAALBLAD OVER SPORT & ONTWIKK
GHANEES ATLETE VAN HET JAAR RACET IN ROLSTOEL
////// WK VOETBAL 2010// LA RIVIèRE-ZIJDEL///////////
PARALYMPICS INTERESSANT genoeg?// SPORT NA RAMP/////
// INHOUD Supporter 31
INTERVIEWS
fotoREPORTAG
E
ACHTERGROND
COLOFON
Ajara Muhammed Busanga Shut up and push Supporter sprak één van de beste en armste wheelers ter wereld vlak voor de Paralympics. Ze wist nog niet of ze naar Beijing zou gaan. Voor gehandicapte sporters uit ontwikkelingslanden is het moeilijk te voldoen aan de Paralympische selectie-eisen. Lydia la Rivière-Zijdel “Ik ben een zendeling pur sang” Op de vraag “wat ze heeft”, antwoordt zij: “Veel geld en een heel leuke partner.” Want ze is meer dan haar dwarslaesie. De hoogst gegradueerde vechtsporter in een rolstoel zet zich al jaren onvermoeibaar in voor sport, handicap, gender en OS.
23
Cuba, Vietnam, Mali Geen topsport Je zou het bijna vergeten, na alle aandacht voor de Olympische Spelen. Maar sport is niet alleen voor topatleten. Sport is overal: op elk continent, op elke mogelijke plek. Of het nu op een straat in Cuba is, een strand in Vietnam of een trapveldje in Mali.
20
Sport na rampen “Actie luider dan woorden” Of het nu gaat om een burgeroorlog in Afrika of een tsunami in Azië: na afloop moeten mensen hun leven weer oppakken. Sport kan daarbij goed helpen, blijkt. Mits correct ingezet. Wat zijn de valkuilen? En wat zijn de kansen?
16
WK2010 Van brainstormen tot bloggen Het duurt nog twee jaar, maar sportief Nederland raakt langzaam maar zeker in de ban van het eerste WK Voetbal op Afrikaanse bodem. Zowel de overheid als nietoverheidsorganisaties willen van alles doen in de aanloop naar ‘Zuid-Afrika’.
28
Hoofdredactie: NCDO-programma Sport & OS
Redactieadres:
© NCDO 2008. Niets uit deze uitgave mag
(www.sportdevelopment.org), Tessa Kocken
NCDO, Tessa Kocken
worden verveelvoudigd en/of openbaar gemaakt
Het kwartaalblad Supporter wordt uitgegeven
Eindredactie en coördinatie: Schrijf-Schrijf tekst
Mauritskade 63
door middel van druk, fotokopie, microfilm of
door het programma Sport & Ontwikkelings
en meer (www.schrijf-schrijf.nl), Jens Middel
1092 AD Amsterdam
welke andere wijze dan ook, zonder
samenwerking van NCDO (Nationale Commissie
Redactieraad: Frank van Eekeren, Helga van
T: (020) 568 87 88
voorafgaande schriftelijke toestemming van de
voor Internationale Samenwerking en Duurzame
Kampen, Judith Kilsdonk en Willem Vissers
E:
[email protected]
uitgever.
weergegeven zijn niet per definitie de meningen
Medewerkers: Miriam Bruinooge, Sybilla Claus,
SSN 1562-7726
Coverfoto: De dit jaar tot Ghanees Atlete van het
van het programma Sport & Ontwikkelings
Marieke van Doggenaar, Ghislaine van Drunen,
Ontwerp: Piraña grafisch ontwerp
Jaar 2007 verkozen Ajara Muhammed Busanga
samenwerking.
Frank van Eekeren, Pieter van der Houwen,
(www.pirana.nl)
houdt haar topniveau vast door op de snelweg
Sietze van Loosdregt, Marjolein Marchal, Olivier
Druk: Artoos (www.artoos.nl)
te wheelen. Lees meer over haar op pagina 6.
Ontwikkeling). Meningen die in artikelen worden
Rijcken, Ian Snieders, Martien Versteegh, Willem Vissers.
2
6
Foto: Anna Gevers
RUBRIEKEN
Merchandise Van een natuurrubberen volleybal en sporty teenslippers tot een overheerlijke chocosporttas. Hier vind je handige tips om verantwoord sportief door het leven te gaan!
Tribune Reacties van lezers over artikelen uit de vorige Supporter. “De enigen die straks verantwoordelijk zijn voor hiv-infectie na een bezoek aan besmette prostituees in Zuid-Afrika, zijn de WK-supporters die dat bezoek brengen.”
Club De Vughtse Sportclub Prink Hendrik bestaat 100 jaar. Daarom werd een groot, sportief jeugdkamp georganiseerd, gefinancierd met een sponsorloop. De helft van het opgehaalde geld ging naar het Liliane Fonds.
4 11
26
Bond Gehandicaptensport Nederland concentreerde zich de afgelopen jaren op binnenlandse activiteiten en de eigen reorganisatie. “Maar sinds een paar jaar zijn we gelukkig weer bezig met ontwikkelingssamenwerking.”
Positiespel Reageer op de nieuwe stelling en win een spectaculair fotoalbum! Lees ook de winnende reactie op de stelling uit de vorige Supporter!
19 10
Veld Nieuws over de uitreiking van de Millenniumschoen Award 2008, de Women’s Cup voor daklozen en andere wetenswaardigheden.
COLUMNS
De Wissel GOUD In deze wisselcolumn staat zwemster Chantal Boonacker aan de vooravond van haar laatste Paralympische Spelen. Ze gaat na wat sport voor haar betekent. De Libero LOSERS Van Eekeren geeft toe dat hij ziekelijk jaloers is op de beestachtige prestaties van Olympische atleten. Maar hij ziet nog een ander, veel groter probleem.
14
5 31
3
// MERCHANDISE
Onbezwaard scoren Cool én met een onbezwaard geweten het sportveld op. Wie wil dat niet? Er zijn steeds meer producten die niet alleen verantwoord zijn, maar er ook hip uitzien. Neem deze natuurrubberen volleybal en basketbal. Beiden hebben het FSC-keurmerk van de Forest Stewardship Council voor duurzame bosbouw. Daarnaast worden zowel het rubber als de bal zelf op fair trade basis gemaakt en draagt de bal het Max Havelaar keurmerk. Dat is scoren voor je begint! Verkoopprijs Ethletic basketbal € 24,90 Verkoopprijs Ethletic volleybal € 32,90
Te koop via www.ethletic.nl
Slipper als statement Rondsloffen op je slippers en tegelijk de wereld verbeteren. No problem. De Ethletic flip flop is de eerste teenslipper ter wereld die een stoer-maar-nonchalant voorkomen combineert met sociaal engagement en milieubewustzijn. Op het natuurrubberen voetbed staat het FSC-keurmerk. Verkoopprijs €19,95
Te koop via www.lotika.nl
lekker Opgeruimd Een sporttas zo heerlijk dat je er je tanden in wilt zetten. Hij heet dan ook de Bagad Choco. Hij is door zijn eenvoudige design verleidelijk mooi. De Choco is echter ook heel verantwoord, want vervaardigd in India van biologisch katoen. Onder goede arbeidsomstandigheden en – eveneens fijn – door werknemers die niet meer leerplichtig zijn. Verkoopprijs € 35,50
Te koop via www.lotika.nl
4
// DE WISSEL
Goud Heb ik alles? Over een half uur stap ik in de auto. Als ik iets ben vergeten, dan is dit toch echt het moment om daar achter te komen. Straks zit ik zonder laptop, boeken of camera in Beijing. Stel je voor. Zo vaak kom ik niet in China. Ik wil wel foto’s kunnen maken! Helemaal omdat dit mijn laatste Paralympische Spelen zijn. Dat maakt deze reis toch extra bijzonder. Mocht ik de Olympische Spelen voor gehandicapten over vier jaar opnieuw bezoeken, tegen die tijd in Londen, dan is dat als toeschouwer. Niet als deelnemend atlete. Niet als zwemster. Dus daar gaat ie: een extra check van mijn rugzak, behangen met gelukspoppetjes en andere mini-cadeautjes van familie, vrienden en collega’s. Natuurlijk, het belangrijkste heb ik al. Mijn lichaam, bijvoorbeeld, een jaar lang klaargestoomd om te pieken in Beijing. Hoe dichterbij de Spelen komen, des te specifieker de trainingen worden. Zeker deze laatste weken, de taper-periode, zijn anders. Om straks topfit in het zwembad te liggen, houd ik nu meer rust en train ik nog maar één keer per dag, in plaats van de gebruikelijke twee of drie
keer. Bovendien doe ik veel meer snelheidswerk, zoals korte sprintjes. Ik stap in de auto, rij weg en droom vooruit. Medaille-kansen: ze zijn er. Op de vorige ‘Paralympics’ haalde ik brons op de 100 meter rugslag. Op het WK 2006 scoorde ik zilver op diezelfde discipline. En ik heb mijn techniek het afgelopen jaar flink aangescherpt. Dus dat belooft wat. Ik moet vooral geconcentreerd blijven, dan komt het vast goed. Ik ben ook benieuwd hoe mijn teamgenoten het zullen doen. En of andere zwemteams zich even zorgvuldig hebben kunnen voorbereiden. Niet alle landen hebben een professionele gehandicaptensportsector. Alleen in Nederland bestaat een fulltime zwemprogramma voor Paralympische sporters. En in Engeland en Australië hebben sportinstituten hun faciliteiten beter dan elders aangepast aan gehandicapte sporters. Die aanpassing maakt geïntegreerd sporten met niet-gehandicapten eenvoudiger. En dát kan weer een grote bijdrage leveren aan de sociale acceptatie van mensen met een beperking. Aan die acceptatie ontbreekt het vaak nog. Zeker in ontwikkelingslanden. Een organisatie als Right To Play doet daar wat aan. Haar doel is dat gehandicapte en niet-gehandicapte kinderen in ontwikkelingslanden kunnen sporten en spelen. Ik weet hoe belangrijk dat is en help Right To Play daarom als ambassadrice met het werven van fondsen en het vergroten van haar naamsbekend heid. Door te sporten heb ik leren focussen op wat ik kan, niet op wat ik níet kan. Het heeft me het zelfvertrouwen en de zelfkennis gegeven die me succes hebben gebracht. Die ik nu – samen met mijn laptop, boeken en camera – meeneem naar Beijing. En die me straks, als mentale versterking van mijn topfitte lichaam, hopelijk Paralympisch goud bezorgen.
CHANTAL BOONACKER zwemt sinds 1997 op paralympisch niveau. Is sinds 2005 ambassadrice van Right To Play. Won medailles op EK’s, WK’s en Paralympics. Heeft een gewrichtsziekte, onderging knie- en elleboogoperaties en lijdt aan een onbekende, progressieve spieraandoening. Studeerde biomedische gezondheidswetenschappen en doet nu promotieonderzoek. Supporter maakte deze column op basis van een interview met Boonacker, vlak voor de Paralympics in Beijing. Daar won ze brons op de 100 meter rugslag. Foto: Maarten Hartman
5
// interview Ajara Muhammed Busanga
Foto te laag
6
Shut up and push
Ze heeft geen sponsors (“Wie kan helpen, graag!”). Een uitgekiend sportdieet ontbreekt (“Dit is Afrika; je eet wat voorhanden is”). En ze traint op de snelweg (“Ongelukken komen voor”). Maar rolstoelracer Ajara Muhammed Busanga is toch mooi Ghanees Atlete van het Jaar 2007. En ze had grote kans op paralympische medailles in Beijing, al wist ze enkele weken voor die Paralympics nog altijd niet of ze erheen mocht. OPWARMEN Vroeger was ze bang dat mensen haar zouden uitlachen. Om haar dunne poliobenen bijvoorbeeld. Of omdat ze niet normaal liep. “Ik kroop tot mijn zevende, pas daarna gebruikte ik krukken.” Haar handicap versterkte haar verlegenheid. En alsof ze zich niet al genoeg afzonderde, moest ze ook nog van school. Ze had een dure operatie gehad om haar vergroeide benen te kunnen strekken. Nu was er geen geld meer voor een opleiding. De vrouw die vele jaren later de hand zou schudden van ’s lands president, vulde vanaf haar vijftiende het gezinsinkomen aan door sinaasappels te verkopen bij het lokale riool. “Mijn leven begon te veranderen toen een vriendin me meevroeg naar een bijeenkomst van de Ghanese gehandicaptenvereniging”, zegt de nu 34-jarige atlete. Daar zag ze mensen met een beperking basketballen. Ze deed mee en hoewel ze – nog niet gewend aan rolstoelen – steeds omviel, vond ze het zo leuk dat ze lid werd van de vereniging. Ze stapte al snel over op rolstoelracen (‘wheelen’). Dat was een tip van haar Tekst: Sybilla Claus en Jens Middel Foto’s: Anna Gevers
coach Sam Aidoo. Deze voormalige Olympisch atleet had direct de spieren gezien die de toen 22-jarige Busanga had ontwikkeld met krukken lopen; méér dan handig bij het wheelen. STARTEN Ze won vanaf dag één van alle andere rolstoelracesters. “Voor het eerst in mijn leven was ik blij”, zegt ze. En die blijheid zou alleen maar groter worden. Want niet lang na haar passie voor sport te hebben ontdekt, ontmoette Busanga levende legende Jean Driscoll. “Haar voorbeeld en aanmoedigingen maakten dat ik begon te geloven in een echte sportcarrière.” De Amerikaanse Driscoll had aan het begin van het nieuwe millennium een punt gezet achter haar succesvolle wheeler-loopbaan. Nu was ze naar Ghana afgereisd om een paar trainingen te geven aan gehandicapte sporters – en hen te motiveren het beste uit zichzelf te halen. Driscoll deed dat voor ‘Wheels for the World’. In dit project zamelt de organisatie Joni and Friends gebruikte rolstoelen in, laat ze opknappen door
gevangenen in de VS en verdeelt ze over mensen in ontwikkelingslanden. Geen overbodige luxe, want in een land als Ghana kost een gewone rolstoel algauw een jaarinkomen. “Driscoll haalde in 2003 enkele Ghanese atleten naar de Verenigde Staten, waaronder mij”, vertelt Busanga. “Tot die tijd hadden we getraind op gewone rolstoelen. Maar in Amerika kregen we elk een eigen racestoel, beschilderd met een spreuk.” Zo stond op de racestoel van Busanga ‘shut up and push’. Toeval, maar het is moeilijk er geen ode aan haar doorzettingsvermogen in te zien. VERSNELLEN Vanaf het bezoek aan de VS ging het hard. Met haar snellere stoel won Busanga direct haar eerste bronzen medailles: op de 100 en 800 meter van de All African Games 2003. Ze was niet de enige die daar blij mee was. Busanga was nog niet terug uit gastland Nigeria, of ze werd trots onthaald door de president van Ghana. Gezien haar prestaties, mocht ze een jaar later met een wildcard naar de Paralympische Spelen van Athene. Zij en een mede-atlete waren de eerste Ghanese afgevaardigden ooit, maar het resultaat viel tegen. “Ik liet me te veel intimideren. Bijna alle andere wheelers waren prof, met heel goed materiaal en veel meer wedstrijdervaring”. Reden genoeg om nóg harder te trainen. Busanga wordt daarbij op afstand gevolgd én gesteund door Driscoll. Toen de Ghanese wheeler in 2006 ongenadig van de weg werd gereden door een onoplettende >>>
7
// interview Ajara Muhammed Busanga
Foto te laag
taxichauffeur, was het de Amerikaanse die Busanga nieuwe onderdelen stuurde voor haar kapotte racestoel. En eind 2007 nodigde Driscoll haar en vier anderen wederom uit in Amerika. “Daar kregen we het nieuwste model racestoel”, zegt Busanga. Dat kwam goed uit, want enkele maanden eerder had ze een tweede ongeluk gehad. Ditmaal had ze haar voorwiel gebroken en moest ze in juli met een veel minder goed zittende racestoel van een mede-atlete naar de All African Games 2007. FINISHEN Dat ze op die games desondanks goud en zilver won, geeft haar sportieve groei aan. En met de nieuwe stoel (plus thermoplastische handschoenen) uit Amerika maakt ze helemáál kans op medailles in Beijing. “Ik kan winnen. Als ik maar de mogelijkheid krijg.” Ten tijde van dit interview, een maand voor de
8
Paralympische Spelen, is nog altijd niet zeker of Busanga naar China mag. “Paralympische comités moeten nog beslissen of ik een wildcard krijg, waarmee ik, ondanks het feit dat ik niet kon meedoen aan veel selectiewedstrijden in Europa, toch mag gaan.” Ze traint alsof ze de toezegging al binnen heeft: tweemaal per dag op de snelweg van haar stad Kumasi, door de uitlaatgassen heen, naast razende auto’s en langs het open riool. Winnen in Beijing – en over vier jaar in Londen, als ze sponsors en steun kan vinden om te blijven sporten – dat is haar grote droom. Of eigenlijk is dat: één van Afrika’s sporthelden worden en “de naam van Ghana overal ter wereld laten klinken”. Begin dit jaar werd ze verkozen tot Ghanees Atlete van het Jaar 2007, een categorie met gehandicapte én niet-gehandicapte vrouwelijke sporters. Dus dat gaat de goede kant op. Ze
merkt dat ze niet langer gediscrimineerd wordt, nu ze nationale bekendheid geniet. Automobilisten roepen haar en haar trainingsmaatjes zelfs bemoedigende woorden toe tijdens trainingen. “En mijn teamgenoten zien me als rolmodel. Zeker na mijn gouden medaille op de All African Games 2007.” AFKOELEN Busanga neemt die voorbeeldrol met liefde op zich. Voor haar Ghanese mede-wheelers, maar ook voor gehandicapten in het algemeen. In een interview in het onlangs verschenen boek ‘Helden op stokken’ vertelt ze Trouw-journaliste Sybilla Claus hoe wheelen het zelfvertrouwen kan vergroten. “Sport maakt je sterk, niet alleen fysiek maar ook mentaal. Gehandicapten zijn vaak zwak of om de haverklap ziek. Trainen zou hen goed doen. Bovendien heb je iets omhanden, niets doen levert
Vicieuze cirkel “Volgens de Verenigde Naties en de Wereldbank heeft ruim tien procent van de wereldbevolking een lichame lijke, psychiatrische of verstandelijke beperking”, schrijven Sybilla Claus en Petra Jorissen in ‘Helden op stokken’. “Dat komt neer op 650 miljoen mensen. Driekwart van hen leeft in ontwikkelingslanden. Vreemd is dat niet. Oorlogsgeweld, ongelukken, slechte ge zondheidszorg, gebrek aan informatie en goed onder wijs, ondervoeding, slecht drinkwater, natuurrampen en huiselijk geweld leiden allemaal tot beperkingen. Ben je eenmaal gehan dicapt in een ontwikke lingsland, dan is de kans groot dat de ene beperking de andere oproept, louter door de slechte omstan digheden. Disability, uitsluiting en armoe meer vooral in de vormen zo een Europa gehouden vicieuze cirkel.” worden, onbetaalToch, stellen Claus baar voor arme en Jorissen vast, Afrikanen. Althans, zijn er weinig dat hoopt Busanga. specifieke hulp Zoals ze ook hoopt programma’s voor Jorissen a tr e P & dat haar loopbaan gehandicapten in laus Sybilla C a ik fr A als wheeler bijdraagt ontwikkelingslan apt in Gehandic aan die verandering den. Noch bij de Het goud waarvoor VN, noch bij westerse regeringen, ze zich inzet, is dan noch bij niet-gouvernementele organisaties. Ook ook niet alleen voor haar. Afrikaanse overheden “blinken niet uit in aandacht Het is voor elk verlegen kind op voor gehandicapten”. krukken, dat bang is te worden uitgelachen om zijn rare benen. Lees nu het boek ‘Helden op stokken’, over gehandicapt ••••••••••••••••••••••• zijn in Afrika, van Sybilla Claus en Petra Jorissen.
ken k o t s p o Helden
alleen maar nare gedachtes op. En je wordt er socialer van, je deelt je gedachtes, leert van de fouten en ervaringen van anderen. Als gehandicapte voel ik me nu geen slachtoffer meer.” Na haar sportcarrière wil ze graag andere gehandicapten coachen en enthousiasmeren. “Zoals Jean Driscoll bij mij deed.” Tegen die tijd zullen handicaps meer geaccepteerd worden in Ghana. De techniek van de rolstoelracers zal er op een hoger niveau staan. Ghanese wheelers met voldoende talent zullen niet langer hoeven te bidden om een wildcard, waarmee ze aan lang niet alle Paralympische onder delen kunnen meedoen. En selectiewedstrijden zullen niet
Kijk voor meer informatie op: www.heldenopstokken.nl
De wildcard waar Busanga tijdens dit interview nog op hoopte, werd toegezegd. Haar twee races op de Paralympics mondden echter uit in een teleurstelling. Ze won de 200 meter, maar werd gediskwalificeerd omdat ze in de verkeerde baan had gereden. Op de 1500 meter werd ze zesde.
9
// POSITIESPEL
NIEUWE STELLING ‘‘DE SELECTIEMETHODE VOOR DE PARALYMPISCHE SPELEN IS TE NADELIG VOOR SPORTERS UIT ONTWIKKELINGSLANDEN’’ Reageer nu op deze nieuwe stelling! Dan maak je kans op het fotoboek ‘One Love’. Geef eveneens aan waarom alternatieven beter of niet zouden werken. Je hebt 200 woorden om je mening te beschrijven. Lees ook het artikel op de vorige pagina’s. Daarin gaat paralympisch atlete Ajara Mohammed Busanga in op de huidige selectiemethode. Stuur je mening naar:
[email protected]
OUDE STELLING ‘‘Meer topsporters uit ontwikkelingslanden in Nederland toelaten leidt in de landen van herkomst niet tot een braindrain, maar juist een braingain.’’ Zo luidde de stelling in de vorige Supporter, naar aanleiding van de column van Frank van Eekeren. Hij spoorde daarin de regering aan de grenzen open te zetten voor buitenlandse topsporters. Marian Duinvogel uit Middelburg reageerde op de stelling.
10
“Op het eerste gezicht lijkt de stelling – afgeleid van de column van Frank van Eekeren – me een redelijk aanvaardbare. Toch is hij aanvechtbaar, omdat de gedachtegang in Van Eekerens column niet klopt. Volgens Van Eekeren moeten we sporters inkopen. Sterker nog: we moeten daar beleid van maken. Want, betoogt hij, van ons eigen volk valt geen moer te verwachten, alle inspanningen van de overheid, ouders, leerkrachten en sportcoaches ten spijt. Dat duizenden ouders iedere zaterdag onaards vroeg staan te blauwbekken langs de lijn en doordeweeks aan hysterisch agendabeheer moeten doen om hun kroost op tijd bij de hockey, jazzballet, voetbal of zwemles te krijgen – dat wordt gemakshalve terzijde geschoven. In de ogen van deze polemist haalt de jeugd alleen voor de Wii en de computer de neus niet op. Zijn overdreven gebrek aan geloof in de Nederlandse jeugd wordt ruimschoots gecompenseerd door zijn minstens even overdreven geloof in de goedheid van sporters overzee. Dat zijn niet alleen ware sporters (die kunnen niet uit financiële overwegingen sporten, want er ís geen geld), nee, dat zijn ook nog eens échte altruïsten en nationalisten. Ze sporten in naam van ons land, cashen en brengen vervolgens braaf ieder verdiend dubbeltje naar hun geboortegrond. Plús hun kennis. Er zullen vast een paar sporters zijn die dit doen, maar om nou van een braingain te praten, lijkt me te veel van het goede. Het valt me overigens mee dat Van Eekeren niet nóg een stapje verder gaat. Dat hij niet voorstelt alleen nog maar een visum te verlenen aan sporters, als zij beloven hun met zwemmen, rennen of waterpolo binnengehaalde centjes en kennis onzelfzuchtig aan ontwikkelingszaken in eigen land te besteden.”
// TRIBUNE Lezers over Supporter
Ook reageren op een artikel in Supporter? Stuur je reactie naar
[email protected] of naar NCDO AFD. SPORT & OS T.A.V. SUPPORTER POSTBUS 94020 1090 GA AMSTERDAM
Pluim Sport verbroedert en voetbal al helemaal. De reportage in de vorige Supporter, over voetballen voor vrede in Colombia, is daar een mooi voorbeeld van. In Bogotá is een team opgericht van ex-FARC-leden, paramilitairen en andere oudstrijders. Mede door dit soort reportages vind ik het opmerkelijk dat profvoetballers zo weinig denken aan alle mensen over de hele wereld voor wie zij zo veel betekenen. Ik begrijp best dat dit ook niet altijd kan, maar een speler als Royston Drenthe maakt het wel erg bont. In een interview voor het blad Sportweek geeft Royston aan dat hij nog nooit van mensenrechtenschendingen in China heeft gehoord, of de kwestie Tibet, of armoede. Wel weet hij alles van de nieuwste Playstation. Ik vrees dat er zoals Royston nog veel meer zijn. Veel meer dan sporters als Seedorf, die zich onder meer als ambassadeur van Goal4Afrika inzet voor minderbedeelden. Het betekent wel een pluim voor Supporter. Want, waar Supporter de ruimte geeft aan sporters die echt iets toevoegen, ‘moet’ ik in Sportweek het geleuter van Royston lezen. Roeland van Westerop, Utrecht Topsport In het interview met Chiel Warners (Supporter 30) wordt door Chiel gesproken over de situatie in
Nederland waar topsport als beroep niet serieus genomen wordt. Topsporters krijgen maar 800 euro per maand en daar moeten ze het mee doen. Chiel vindt dit niet in overeenstemming met de uitspraken van de beleidsmakers in Den Haag dat sport van groot belang is in Nederland. Hij vergeet dat meer dan 99,9 procent van de sporters in Nederland niet aan topsport doet en dat die sporters inderdaad voor Nederland van groot belang zijn. Hij vergeet ook dat meer dan 95 procent van de mensen die aan de Olympische Spelen meedoen, verliest en geen medaille haalt. Deze mensen moeten na de Spelen toch ook verder in het leven en het is goed als zij, behalve aan hun sportloopbaan, ook aan een andere carrière werken. Inderdaad, topsport als beroep moet in Nederland niet al te serieus genomen worden. In Kenia en Ethiopië, waar voor sportieve mensen hardlopen soms de enige kans is op een betere toekomst, ligt dat anders. Maar in Nederland, waar alle opleidingen aanwezig en betaalbaar zijn, moeten we kritisch zijn als het erom gaat om topsport als enig beroep te kiezen. Erik Peet, Hollandsche Rading
economische boost geven. Net als elders zal de horeca op het evenement inspelen en zal het land worden overspoeld met merchandise. Maar dit alles is maar van korte duur. De economische voordelen zullen niet eindeloos voelbaar zijn. Ze zullen geleidelijk wegebben als het WK weer voorbij is. Maar een ‘feelgoodeffect’ kan Zuid-Afrika een beter imago opleveren, om de term te lenen die in het artikel ‘Zuid-Afrika bouwt aan het WK’ (Supporter 30) werd gebruikt. Daarin wordt ook gezegd dat het WK de mogelijkheid biedt om aan risicopreventie te doen op het gebied van hiv/aids. Dit zou hard nodig zijn, omdat de verwachting is dat nogal wat supporters een bezoek zullen brengen aan met hiv/aids besmette prostituees. “Onduidelijk is vooralsnog wie verantwoordelijk is voor de preventie van die risico’s. Is dat de overheid, de FIFA, het LOC, deelnemende teams, reisbureau’s, de gezondheidssector?”, vraagt Supporter zich af. Mijns inziens zijn de enige verantwoordelijken de onvoorzichtige supporters zelf. Zij zullen het ‘feelgoodeffect’ mislopen. Hopelijk brengt dit dan geen krasje op het verbeterde imago van Zuid-Afrika. Lorraine Marlisa, Amsterdam
Feelgoodeffect Het WK Voetbal in 2010 zal Zuid-Afrika ongetwijfeld even een
11
// opinie De Paralympics
Een slecht verteerbaar toetje De Paralympics kregen veel minder aandacht dan de Olympische Spelen. Laat dat vooral zo blijven. September 2008. De herinnering aan Usain Bolt, de snelste man op aarde, en de hedendaagse gouddelver Michael Phelps is nog springlevend als in Beijing de Paralympics beginnen; de Olympische Spelen voor gehandicapten dus. Sporters met een beperking, behoor je tegenwoordig te zeggen. Maar voor het zover is en het olympisch vuur opnieuw zal branden, trekken de kranten hun sportverslaggevers terug uit China, op een enkeling na, en stoppen de tv-maatschappijen met hun marathonuitzendingen. Flitsen sportjournaal China, twee weken lang bijna onze huiskamer, is opeens weer ver weg; de voetbalcompetitie in Nederland is weer begonnen, de schoolvakanties zijn overal afgelopen, de olympische atleten gaan in retraite of maken hun medaille te gelde, voor zover dat mogelijk is in hun tak van sport. Uit de gehandicaptenwereld bereiken ons geluiden dat de Paralympics te weinig aandacht krijgen, dat het schandalig is dat de Nederlandse medailleoogst slechts met eenkolomsberichtjes wordt afgedaan of, erger nog, verzeild raakt in het uitslagenblok. Het wachten is op klachten van NOC*NSF-voorzitter Erica Terpsta, die haar eeuwige enthousiasme ziet gesmoord in
12
onwil van de media. Ook de familieleden van de deelnemers zullen boos zijn. Maar verder kan iedereen wel leven met die geringe belangstelling. Een paar flitsen in het sportjournaal en een blokje uitslagen in de krant, dat is mooi genoeg. Ongebreideld chauvinisme De omschakeling is ook te groot na twee weken Olympische Spelen, de parade van sporten waarvan een aantal normaal met schouderophalen wordt bekeken. Na die twee weken begint zelfs het grootste sportfestijn ter wereld een beetje te vervelen, mede door het ongebreidelde chauvinisme en de urenlange uitzendingen van sporten die normaal nooit op tv zijn. Bovendien is de sportconsument verwend geraakt omdat de echte top is opgediend, althans, wat hij daaronder verstaat. Hij kan zich enigszins een voorstelling maken van de prestaties van Usain Bolt en Michael Phelps, en in de herinnering kan hij zijn rijtje sterren naar eigen believen uitbreiden: de Amerikaanse turnster Liukin, de NBAbasketballers, zwemmer Van der Weijden. Iedereen heeft zijn eigen favoriet. De paralympiërs daarentegen zijn over het algemeen onbekende grootheden. Of dat terecht is? Is hun
doorzettingsvermogen niet veel indrukwekkender? Dat is mogelijk. De prestatie van de sporter die na een verschrikkelijk ongeluk of een verstikkende oorlog een been is kwijtgeraakt en na tal van ontberingen een medaille haalt, is misschien groter dan het bereiken van eremetaal door dat schitterende, gemakzuchtige talent. Verwende consumenten Het ís ook een vreemde tegenstelling. In vrijwel iedere paralympiër zit een prachtig verhaal van doorzettingsvermogen, levenslust en overwonnen sores, terwijl de deelnemer aan
de Olympische Spelen soms nogal eendimensionaal is en al uit zijn evenwicht raakt door een tegenslagje. Maar zelfs dat emotionele verhaal van de paralympiër valt niet honderden keren op te lepelen. De Olympische Spelen zijn mede juist aardig door de variatie: de ene atleet die verwend is door zijn ouders en toch de top haalt, zijn evenknie die ondanks de armoede in zijn land komt bovendrijven. Marcel van der Weijden is juist zo populair omdat hij de enige is die leukemie overwon, alvorens zijn verhaal in het open water te laten optekenen in goud.
De prestatie van de paralympiër is ook veel moeilijker op waarde te schatten. Het zal best knap zijn om 7,00 meter ver te springen met één been, maar het wereldrecord is 8,95 meter. Misschien is 8,95 met twee benen springen moeilijker dan 7,00 meter met één been. Wie weet. De consument is verwend door verst, hoogst, snelst. Ook daarom krijgt de paralympiër veel minder aandacht. Plaatselijke grapjas Esther Vergeer, Nederlands bekendste deelnemer aan de Paralympics, is een icoon van de gehandicaptensport. Toch kijkt slechts een enkeling liever naar een wedstrijd van haar, gezeten in haar rolstoel, dan naar Nadal of Federer. Dat heeft ook met esthetiek te maken, met de gewenning aan wat wij topsport noemen. Of dat eerlijk is? Misschien niet. Maar het is duidelijk en begrijpelijk, zoals het ook duidelijk en begrijpelijk is dat Youp van ’t Hek op tv komt en de plaatselijke grapjas het moet doen met complimenten in het dorpscafé. (Even terzijde: misschien vinden sommige lezers dat ik te hard oordeel over gehandicapten en hun topsport, of dat ik niets weet van hun wereld. Dat is niet zo. Samuel, onze tweede zoon, is een veredelde baby. Hij is net zo groot en net zo zwaar als andere jongens van 7, maar hij kan weinig. Althans, hij kan geweldig knuffelen en gieren van het lachen, hij eet goed, slaapt geweldig en geniet van muziek. Maar zelfs voor de Paralympics komt hij niet in aanmerking. Hij kan niet lopen, niet praten en niet zelfstandig eten. Hij is meervoudig gehandicapt, lichamelijk een geestelijk dus. In zijn klasje maakt het personeel
aantekeningen in een schrift, om ons op de hoogte te houden van zijn vorderingen. De laatste tijd zit hij in een karretje waarmee hij behoorlijke snelheid maakt. De juffies schrijven dat de zolen van zijn schoenen voor het eerst vuil worden. Maar dit dus terzijde.) Kermisachtig karakter Natalie du Toit schreef sportgeschiedenis. Het leverde zonderlinge beelden op om haar in actie te zien tijdens de Olympische Spelen. Du Toit, die eens een been verloor na een scooterongeluk, was in 2004 deelneemster aan de Paralympics. Ze won in het zwembad van Athene vijf keer goud en eenmaal zilver. Nu deed ze tussen nietgehandicapten mee aan de wedstrijd in het open water over tien kilometer. Ze legde haar prothese af en zwom naar een voor haar teleurstellende zestiende plaats. Bij de gewone Olympische Spelen is ze dus helemaal niet zo goed, bij de Paralympics is ze de beste. En dan zijn de Paralympics ook nog ingewikkelder om te volgen, door allerlei gradaties van beperkingen. Dat geeft ze soms een wat kermisachtig karakter. Al met al: de sport is minder mooi om te zien, de prestaties zijn moeilijker in te schatten en de consument is al een beetje overvoerd. Gevolg: minder aandacht. Dat zal wel zo blijven ook. De Paralympics zouden alleen iets aan populariteit kunnen winnen als ze plaatvinden vóór de echte Olympische Spelen in plaats van erna. Als voorafje zijn ze makkelijker te verteren dan als toetje. •••••••••••••••• Tekst: Willem Vissers Foto: ANP
13
// veld Kort nieuws Overheden kunnen scoren
2006
2007
2008
Uitreiking Millenniumschoen Award Marathonloopster Lornah Kiplagat won vorig jaar van Lydia La Rivière-Zijdel, Clarence Seedorf, Kalusha Bwalya en Peter Winnen. Maar wie wint dit jaar? Ontdek het zelf! Kom op 24 oktober naar Pakhuis de Zwijger in Amsterdam. Daar wordt, als onderdeel van de Dag van de VN, de felbegeerde Millenniumschoen Award 2008 uitgereikt. De genomineerden waren bij het te perse gaan van dit nummer nog niet bekend, maar zullen kort voor de uitreiking op www.sportdevelopment.org genoemd worden. Het zijn elk jaar (voormalige) topsporters, trainers en coaches uit de sportwereld, voorgedragen door organisaties uit het Netwerk Sport & OS. Zij maken kans op de prijs, omdat ze hun talent, kennis en ervaring inzetten om via sport bij te dragen aan een betere wereld. Sommigen doen hun best dit onderwerp onder de publieke en politieke aandacht te krijgen. Bijvoorbeeld door sport & OS-projecten te promoten op grote evenementen of dat soort projecten te be zoeken in ontwikkelingslanden. Anderen organiseren zélf activiteiten of hebben een eigen organisatie die zich richt op sport & OS. En weer anderen geven financiële steun of werven die voor sport & OSorganisaties.
Sport is een doeltreffend middel voor regeringen om gezondheid te stimuleren, ziektes te voorkomen, de ontwikkeling van kinderen te bevorderen, de impact van onderwijs te vergroten, de positie van vrouwen en meisjes te versterken, maatschappelijke integratie van gehandicapte mensen aan te moedigen en zowel vredesopbouw als conflictbeslechting te bevorderen. Dat stelt de Sport for Development and Peace International Working Group (SDP IWG) in het eindrap port dat ze uitbracht in Beijing, aan de vooravond van de Olympische Spelen. Daarin staan aanbevelingen hoe overheden sport kunnen gebruiken om ontwikkelings doelen – in het bijzonder de VN-millenniumdoelen – te behalen. Het eindrapport, ‘Harnessing the power of sport for development and peace: recommendations to governments’, markeert de afsluiting van het vierjarig mandaat dat inmiddels 52 overheden de SDP IWG gegeven hebben.
Lees meer over het rapport! Kijk op www.sportdevelopment.org onder ‘Nieuws’
‘Help een handje met je voeten’ Nieuw highres logo
Dat is het motto van de mondiale ‘Human Race 10K’ die Nike+ op 31 augustus organiseerde. Miljoenen hardlo pers in 25 wereld steden renden die dag 10 kilometer. In de aanloop naar deze race konden deelnemers de kilometers die zij tijdens voorbereidende trainingen maakten, opspa ren en laten sponsoren via de Nike+ website. Ook de 10 kilometers van de race zelf konden worden omgezet naar geld. Het totale bijeengebrachte bedrag van deze mondiale sponsorloop ging naar drie goede doelen: UNHCR’s ninemillion.org-cam pagne, die onderwijs, sport en spel voor vluchtelin genkinderen stimuleert; de Lance Armstrong Foundation, die strijdt tegen kanker; en het Wereld Natuur Fonds.
Blijf op de hoogte van de nominaties! Kijk op www.sportdevelopment.org. Voor meer over De Dag van de VN: zie www.dewereldvandevn.nl/de_dag_van_de_vn
14
Lees meer over de ‘Human Race 10K’ van Nike+! Kijk op www.nikeplus.nike.com
Sportcoalities aan de slag
Women’s Cup bij daklozenvoetbal Niet dat er nog geen voetballende vrouwen meededen aan de Homeless World Cup. Sterker nog: “Zij maakten in vorige toernooien 10 procent uit van het deelnemers veld – en waren ontzettend succesvol.” Aan het woord is Mel Young, oprichter en voorzitter van het jaarlijkse evenement. Van een echte Women’s Cup was echter geen sprake. Tot dit jaar. In december 2008, in het Australische Melbourne, zullen 80 vrouwen de strijd aangaan om de eerste Women’s Cup van het toernooi binnen te slepen. Zij komen uit Kameroen, Colombia, Ivoorkust, Kyrgystan, Oeganda, Zambia, Liberia en Paraguay. Young hoopt dat er in de toekomst meer landen meedoen. En “dat de dakloze vrouwen zich zo ontwikkelen tot leidersfiguren, positieve veranderingen in gang zetten in hun eigen leven en hun land; en dat ze hun gemeenschappen inspireren.” De Nederlandse organisatie Women Win is partner van de Homeless World Cup. Zij heeft een prijs van 5.000 euro aangebo den aan het vrouwenteam dat met het beste idee komt om, eenmaal thuis, via sport de gelijkheid tussen man en vrouw te bevorderen. “Met het geld kunnen zij dat idee ontwikkelen en implementeren”, zegt Astrid Aafjes van Women Win. De organisatie biedt alle vrouwelijke spelers ook workshops aan in Melbourne, bijvoorbeeld op het gebied van voetbalcoaching en leiderschap.
‘Het kan altijd beter.’ Onder dat motto willen minister Koenders (OS) en staatssecretaris Bussemaker (Sport) de Nederlandse inzet voor sport & ontwikkelings samenwerking versterken. In de beleidsbrief ‘Een kans voor open doel’ stellen de bewindslieden dat er duur zame resultaten geboekt moeten worden. Dat vereist dat de Nederlandse inzet aansluit bij wat al in ontwikke lingslanden gebeurt, met andere woorden: bij de lokale vraag, het plaatselijke beleid en de activiteiten van organisaties uit het gebied zelf. Onder de noemer ‘Sportcoalities aan de slag’ inventari seert NOC*NSF, ondersteund door OS-vereniging PSO, op welke wijze sport het best kan bijdragen aan ont wikkeling. Daarbij wordt dan bekeken wat een zinvolle inbreng van Nederlandse organisaties kan zijn. De focus ligt op tien landen, waaronder Zuid-Afrika, Suriname, Kenia en Burkina Faso. De komende maan den stelt NOC*NSF, op basis van deze inventarisatie, ‘landenprogramma’s’ vast. Die zullen gericht zijn op het verbeteren van de positie van drie doelgroepen: ‘jongeren’, ‘gehandicapten’ en ‘meisjes en vrouwen’. Vervolgens kunnen organisaties uit Nederland én de betreffende landen projectvoorstellen indienen die passen binnen de programma’s. Per land ontstaat zo een effectieve aanpak, waarin krachten gebundeld worden en samenwerking voorop staat.
Lees meer over dit project, dat doorloopt tot 2011, op: www.sport.nl/nocnsf/strategie_beleid/ ontwikkelingssamenwerking
Zelf ook activiteiten op het gebied van sport & OS in de genoemde landen en met bovenstaande doelgroepen? Stuur dan een bericht naar
[email protected]
Lees meer over de Homeless World Cup en Women Win! Kijk op www.homelessworldcup.org en www. womenwin.org
15
// achtergrond Sport na rampen
Actie klinkt luider dan Of het nu gaat om een burgeroorlog in Afrika of een tsunami in Azië: na afloop moeten mensen hun leven weer oppakken. Sportactiviteiten kunnen daarbij goed helpen, mits correct ingezet. Wat zijn de kansen? En wat de valkuilen? “Sport alleen is niet voldoende om trauma’s te verwerken”, zegt Gudrun Doll-Tepper. “Maar fysieke activiteit zorgt er zeker voor dat slachtoffers van een ramp beter kunnen omgaan met de gevolgen.” Doll-Tepper is directrice van ICCSPE (zie kader) en zet zich in om sport op de kaart te zetten als hulpmiddel bij wederopbouw na rampen.
16
Tekst: Marjolein Marchal Foto: ANP
KANSEN “Ontspanning en afleiding zijn belangrijke effecten van fysieke activiteit”, zegt ze. “Maar sport zorgt er ook voor dat slachtoffers het gevoel van veiligheid en structuur hervinden. Het stimuleert vertrouwen en respect binnen de groep, en bevordert zo sociale cohesie.” Sportieve activiteiten worden vooral veel ingezet bij kinderen, vertelt Doll-Tepper. “Zij vormen een kwetsbare groep. Een ramp beïnvloedt hen het sterkst, omdat zij nog in ontwikkeling zijn.” Spelinteractie biedt ze afleiding en helpt ze om volwassenen weer te leren vertrouwen. En het biedt nóg een kans. Trainers en coaches kunnen gebruikmaken van de ontspannen sfeer: zij kunnen op impliciete wijze informatie overdragen over gezondheid en manieren om het leven weer op te pakken. Doll-Tepper benadrukt dat sport evengoed kan worden ingezet bij volwassenen. “Het is als verwerkingsmechanisme geschikt voor alle leeftijden. De afleiding en het plezier met anderen is een goede uitlaatklep voor stress. Plus: in groepsverband bezig zijn komt de wederopbouw van de gemeenschap ten goede. Want samenwerking blijkt mogelijk.” Bij lichamelijke activiteiten moet wel rekening worden gehouden met de specifieke kenmerken van de doelgroep, benadrukt Doll-Tepper. Materiaal, regels en stijl van lesgeven moeten daaraan worden aangepast. Terwijl wandelen geschikt is voor oudere mensen, zou dat kinderen bijvoorbeeld niet genoeg uitdaging bieden. Fysieke activiteit geeft een moment om de gedachten te verzetten en helpt om verliezen een plek te geven. Bovendien bevordert samen sporten het vertrouwen, de tolerantie, het respect en de
samenwerking in een groep. Niet enkel tijdens het spel, maar ook daarvóór en daarna. “Sportprogramma’s zijn zonder twijfel de meest rendabele manier om gemeenschappen te herenigen, om barrières te doorbreken en wonden te helen”, zegt Trevor Dudley. Hij richtte elf jaar geleden in Oeganda The Kids League op (zie kader pagina 18). Wat begon als een lokaal initiatief, is uitgegroeid tot een succesvol en wijdverbreid programma. Maar niet zonder beperkingen. Bij abrupte rampen, zoals een tsunami of aardbeving, komt vrij snel een stroom aan primaire hulp op gang. Vervolgens hebben de mensen hulp nodig om hun leven weer op te bouwen. Sport kan dan een geschikt hulpmiddel zijn, voor de korte en middenlange termijn. Maar in rampgebieden van een andere aard, waar bijvoorbeeld lange tijd interne onrust is, zoals in Oeganda, is behoefte aan
Cricketspelers op het strand van de Indiase stad Chennai, waar de tsunami van kerst 2004 aan ruim vijfhonderd mensen het leven kostte
woorden
ICSSPE langlopende projecten. En dan blijkt financiering soms lastig, vertelt Dudley. “Alleen in het begin is er media-aandacht en komt humanitaire hulp en geld vrij.” Financiering is in feite de grootste beperkende factor. “Lang niet alle regeringen en mogelijke sponsors erkennen het belang van sport”, zegt Dudley. “Daarom ontwikkelen we nu technieken om de impact te kunnen aantonen en evalueren. Hopelijk zal de steun daardoor toenemen, de komende jaren.” VALKUILEN Om te zorgen dat een programma werkelijk succesvol wordt, moeten diverse valkuilen worden vermeden. Onvoldoende rekening houden met de lokale gebruiken kan bijvoorbeeld funest zijn. “Elk sportprogramma moet rekening houden met de lokale cultuur, >>>
Gudrun Doll-Tepper enTrevor Dudley spreken, net als vele andere specialisten, tijdens de internationale conferentie ‘Sport in Post-Disaster Intervention’. Deze bijeenkomst wordt begin november gehouden in Rheinsberg, Duitsland. De organisatie van de conferentie is grotendeels in handen van het International Council of Sport Science and Physical Education (ICSSPE). Het doel van dit orgaan is om sportbeoefening internationaal te bevorderen, mede door uitwis seling van informatie. Het overbruggen van de kloof tussen ontwikkelde landen en ontwikke lingslanden staat hoog op de prioriteitenlijst.
Kijk voor meer informatie op www.icsspe.org
17
// achtergrond Sport na rampen Voetballende kinderen in Bolivia. Talloze minderjarigen groeien hier verpauperd op; het platteland is arm en de werkloosheid in steden is groot.
The Kids League Deze Oegandese organisatie richt zich vooral op kinderen van 8 tot 14 jaar oud. Ze probeert hun kwaliteit van leven door middel van sportbeoefe ning te verhogen. Ze spelen voetbal en netbal, maar ook mini-cricket en frisbee. Elf jaar geleden begonnen Trevor Dudley en Lesley Magnay de organisatie in de Oegandese hoofdstad Kampala. Inmiddels werken ze ook in de noordelijke regio, waar het Verzetsleger van de Heer actief is. Deze rebellengroep is berucht om zijn gruwelijke misdaden en kindsoldaten. Dudley: “Sport programma’s blijken de perfecte manier te zijn om kinderen met verschillende sociale, religieuze en tribale achtergronden bij elkaar te brengen. Het geeft jonge ex-soldaatjes de hoop om te reïntegreren in de maatschappij.”
Kijk voor meer informatie op www.kidsleaguefoundation.org
met religie en met het politieke en sociaal-economische klimaat”, aldus Doll-Tepper. Zo is het soms cultureel onaanvaardbaar om mannen en vrouwen gezamenlijk te laten sporten. Ze moeten dan worden opgedeeld in aparte groepen. Volgens Dudley is de belangrijkste valkuil voor hulpverleners dat zij vasthouden aan een vooraf bepaalde strategie. “Alleen als je goed luistert, kun je een programma opzetten dat door de lokale bevolking wordt gedragen. Doe je dat niet, dan loop je het risico dat
18
mensen gewoon niet deelnemen.” Een project sterft dan een vroege dood. Het ultieme doel is uiteraard dat een project niet alleen goed van de grond komt, maar ook duurzaam is. “Je moet samenwerken met de plaatselijke gemeenschap en lokale organisaties”, zegt Doll-Tepper. “Je moet zorgen dat zij participeren.” Een grote valkuil is dan ook dat lokale organisaties onvoldoende worden betrokken bij de ontwikkeling van het project. Terwijl de sleutel tot succes op lange termijn juist hun betrokkenheid is. “Pas als zij zich de programma’s en kennis eigen maken, ben je slim bezig voor de toekomst”, vindt ook Dudley. Het is een enorm voordeel als de hulporganisatie al langer gevestigd is in het rampgebied, denkt hij. Lokale gewoontes en procedures zijn dan al bekend, en er bestaat een bruikbaar netwerk. “Internationale ngo’s hebben de capaciteit om grootschalige humanitaire hulp te verzorgen, maar weten minder goed wat betekenisvol en nuttig is voor de slachtoffers.” Het moet hem van het hart: hij kan het niet aanzien hoe hulpgeld verdwijnt in workshops en seminars. “Het mooie aan sport is dat actie luider weerklinkt dan woorden doen”, zegt hij. “Als ik zie dat kindsoldaten hun wapen neerleggen om deel te nemen aan een sportprogramma, besef ik me dat dat succes geheel te danken is aan actie. Onze actie.” ••••••••••••••••••••••••••••••••
// fotoreportage
cuba
Foto's: Jens Middel
Je zou het bijna vergeten, na alle aandacht voor de Olympische Spelen. Maar sport is niet alleen voor topatleten. Er zijn niet per se moeilijke trainingen of dure materialen voor nodig. En er valt niet slechts in grote stadions van te genieten. Integendeel, sport is overal: op elk continent, op elke mogelijke plek. Of het nu op een straat in Cuba is, een strand in Vietnam of een trapveldje in Mali. Vrij je mening uiten kun je er niet. Niet als je kritisch bent over de regering – tenzij je het risico wilt lopen gearresteerd te worden. Maar sporten kun je er wel. In Havana, bijvoorbeeld, zijn overal op straat mensen die voetballend, honkballend of gymmend de tropische hitte weerstaan. De communistische (en enige officiële) partij van Cuba moedigt het volk aan om van jongs af aan te sporten. Het land is vermaard om zijn goede sportonderwijs. En om de socialistische boodschap die er tijdens dat onderwijs flink wordt ingestampt, conform de leus die als brave graffiti op de muren van sportcomplexen staat: ‘Alleen samen zullen we overwinnen!’ De staatseducatie focust op collectief sporten, maar vergeet individueel talent niet. De nationale overheid heeft een goed ontwikkeld systeem om dat talent via scholen of clubs te laten doorstromen naar sportopleidingen. In gebouwen die bij gebrek aan restauratie barsten en scheuren vertonen, worden jonge atleten klaargestoomd voor internationale topwedstrijden. Belangrijk doel: Cuba – en impliciet zijn politieke systeem – het aanzien geven dat hardnekkige verhalen over onderdrukking inmiddels teniet hebben gedaan. >>>
19
// FOTOREPORTAGE
Nog zo’n communistische eenpartijstaat waar de regering kritische burgers opsluit. Qua mensenrechten loopt het niet echt lekker in Vietnam. Maar sportief gaat het beter. De overheid probeert haar volk al sinds 1975, het einde van de Vietnamoorlog, en masse aan het sporten krijgen. En niet alleen omdat sport zo leuk is, blijkt uit de officiële slogan bij deze poging: ‘Om sterk te zijn en het land op te bouwen en te verdedigen’. De poging heeft deels succes gehad. Het volk doet vandaag de dag massaal aan Judo, Karate, Taekwando, aerobic, tai chi’ en shuttletennis (het met voeten en benen overtikken van een shuttle-metveertje). Op straat en het strand wordt bovendien gevoetbald: de populairste sport in Vietnam. Qua topsport zijn de resultaten echter minder vrolijk. "Ons niveau ligt ver achter op andere landen in de regio", stelt de Vietnamese ambassade in Amerika op haar website. Om vervolgens opmerkelijk kritisch te melden wat allemaal te wensen over laat: de sportinfrastructuur, de technische middelen om te sporten en trainen, de coaches en trainers, de kwaliteit van trainingen, de fysieke capaciteit van atleten en het tactische inzicht van sporters.
Foto: Sietze van Loosdregt
20
vietnam
Ook in Mali blijft het topsport niveau achter bij de wens van de regering, in het bijzonder het Ministerie voor Sport en Jeugd. Slechts af en toe lonken grote successen. In 2002 organiseerde het land bijvoorbeeld de Africa Cup: het voetbaltoernooi voor de beste nationale teams van het continent. Mali’s eigen elftal overtrof alle verwachtingen door de halve finales te bereiken en als vierde te eindigen. Het land – één van de armste ter wereld – investeerde 200 miljoen dollar in het evenement. Daarvan bouwde het onder meer nieuwe stadions, want aan sportfacilititeiten (en zeker dit soort grote sportarena’s) was en is een groot gebrek in Mali. De regering wilde de succesvolle, relatief goed georganiseerde Africa Cup het liefst de aftrap laten zijn van een bloeiend Malinees voetbaltijdperk. Helaas: hoewel voetbal immens populair is gebleven, laat de infrastructuur nog veel te wensen over. En tja, Malinese talenten van het kaliber Seydoe Keita (FC Barcelona) of Mamadou Bagayoko (FC Nantes) laten zich maar moeilijk ontdekken als ze alleen op zanderige veldjes of straten kunnen spelen; daar waar verkeer voorbij raast en de bal regelmatig in vuile, open riolen rolt. ••••••••••••••••••••
mali
Tekst: Jens Middel
Foto: Ian Snieders
Foto's: NCDO
21
// bond
Gehandicapt, maar alles kan “Als het gaat om gehandicaptensport, dan kan in Nederland alles – tot bewezen is dat het niet kan”, zegt algemeen directeur Erik de Winter van Gehandicaptensport Nederland. “Een kano voor iemand met één arm, speciale rolstoelen, maar ook aangepaste spelregels. We zijn heel creatief op dat gebied. Zeker in vergelijking met ontwikkelingslanden.” In veel landen gaat men uit van de spelregels en materialen van niet-gehandicapte sporters. “Maar die maken sport voor gehandicapten soms nodeloos ingewikkeld. Waarom dan geen grotere baskets gebruiken of een kleiner veld? Die flexibele kijk brengen onze trainers en vrijwilligers via scholing en instructie over in ontwikkelings landen.” En dat is slechts één van de dingen die Gehandicaptensport Nederland doet op het vlak van ontwikkelingssamenwerking. De bond heeft dan ook een traditie hoog te houden. De gehandicaptensportorganisaties die in 2003 fuseerden tot Gehandicaptensport Nederland (dat tot 2008 nog NesbasNsg genoemd werd) waren in de jaren ’80 en ’90 actief in India, Kenia, Suriname en de Nederlandse Antillen. “Daar toonden we hoe je sport toegankelijk maakt voor verstandelijk gehandicapten”, vertelt De Winter. “En we leerden ouders hoe ze konden spelen met hun kind.”
22
Tekst: Martien Versteegh
Illustratie: Olivier Rijcken
Impuls geven Aan het eind van de jaren ’90 moesten de organisaties al hun aandacht op Nederland richten. Ze doorliepen fusies en kregen minder financiële middelen. De Winter: “Daardoor hadden we geen tijd en ruimte om ons te richten op het buitenland. Sinds een paar jaar zijn we gelukkig weer bezig met allerlei ontwikkelingsprojecten. We hebben internationaal een goede naam, zowel qua infrastructuur, dus alles wat nodig is om sport mogelijk te maken, als qua coachen en trainen van sporters. Wij voelen het als onze verantwoordelijkheid onze kennis te delen.” In Suriname helpt Gehandicaptensport Nederland – samen met het ministerie van Onderwijs en diverse zorginstellingen – meer sport aan te bieden op scholen voor speciaal onderwijs. De bond benadrukt daarnaast de fysieke én sociale meerwaarde van sport bij revalidatie. Via sport komen gehandicapten immers in contact met andere sportliefhebbers. Bovendien kunnen ze de wereld zo tonen waartoe ze in staat zijn. Kennis bundelen Gehandicaptensport Nederland trainde in de aanloop naar de Paralympische Spelen 2004 samen met partnerorganisatie Respo International (zie pagina 24) potentiële topsporters uit ontwikkelingslanden. NCDO gaf financiële steun. Doel: mensen die net buiten de categorie topsporter vielen een extra impuls geven, om zo hun niveau op te stuwen. De Winter: “We boden de atleten materiaal, coaching en training aan. Zo slaagden we er uiteindelijk in dertien sporters geplaatst te krijgen voor de Spelen in Athene.” Ook vandaag de dag is er volop samenwerking met Respo International. Met deze organisatie en de Dutch Coalition on Disability and Development (DCDD) is Gehandicaptensport Nederland bijvoorbeeld een platform aan het opzetten voor gehandicaptensport in ontwikkelingslanden. “We willen zoveel mogelijk partijen binnen de sector Sport & Ontwikkelings samenwerking met elkaar in contact brengen en goede kennisoverdracht creëren. Hoe beter ieders kennis is gebundeld, hoe meer mensen er wereldwijd van kunnen profiteren. We hopen dat op die manier zoveel mogelijk gehandicapten creatief met sport leren omgaan.”
// INTERVIEW Lydia la Rivière-Zijdel
‘Ik ben een zendeling pur sang’ “Het klinkt misschien gek voor iemand met een dwarslaesie, maar stilzitten kan ik niet.” Lydia la Rivière-Zijdel (56) is op allerlei gebieden actief: van sport tot handicap, van gender tot ontwikkelingswerk. En belangrijker nog: ze slaat bruggen tussen deze gebieden.
“Als kind was ik een echte tomboy, een jongensmeisje. Gek op alles wat met bewegen te maken had – misschien omdat ik me wilde meten met mijn drie oudere broers. Zwemmen, korfballen, basketballen; ik deed het allemaal vol overgave. En ik wilde overal de beste in zijn.” Iets half doen komt niet voor in het woordenboek van de energieke La Rivière-Zijdel. In 1982 raakte ze gedeeltelijk verlamd door een auto-ongeluk. Lang revalideren, daar had ze geen zin in. “Ik had dan wel geen spierkracht meer’, vertelt ze, “maar de drang om in beweging te blijven, zat nog steeds in me.” Ze kreeg een boek over Aikido en las dat deze vechtsport gebaseerd is op innerlijke kracht. “Vanuit het
revalidatiecentrum ben ik sportscholen gaan bellen. Natúúrlijk dachten de meesten dat ik gek was. Iemand in een rolstoel die aan vechtsport wilde doen, daar hadden ze nog nooit van gehoord. Maar de Amsterdamse Aikidoleraar Erik Louw, met een vijfde Dan Aikido en zevende Dan Katori Shinto Ryu, zag er een uitdaging in. Sporten was een geweldige manier om mijn kracht terug te vinden. Aan Erik heb ik mijn tweede leven te danken.” Giga business In dat nieuwe leven mag ze zich, met een derde Dan Karate en eerste Dan Aikido, inmiddels de hoogst gegradueerde vechtsporter in een rolstoel ter wereld noemen. Met haar ervaring in de martial arts ontwikkelde ze een >>>
23
// INTERVIEW Lydia la Rivière-Zijdel Powervrouw Lydia La Rivière-Zijdel (1951) is sinds begin jaren ’70 actief in de vrouwenbeweging. Sinds ze in 1982 door een auto-ongeluk verlamd raakte, zet ze zich in voor de emancipatie van gehandi capten. Ze volgde Disability Studies en Gender Studies in Engeland en werkt in deze vakgebie den als wetenschapper en consultant. Daarnaast is ze zelfverdedigings- en vecht sportleraar. Verder is ze actief in verschillende internationale gehandicapten- en vrouwenorga nisaties, waaronder de Dutch Coalition on Disability and Development, de International Working Group on Women and Sport, Women Sport International en European Women’s Lobby.
zelfverdedigingmethode voor gehandicapten. Sinds de jaren ‘80 heeft ze meer dan achtduizend vrouwen, mannen, meisjes en jongens wereldwijd les gegeven. “Het is van een hobby uitgegroeid tot giga business.” Voor de meeste mensen genoeg om fulltime mee bezig te zijn.
Niet voor La Rivière-Zijdel. Zij doet er nog tig dingen naast. Zo werkt ze als sociaal wetenschapper, bestuursvoorzitter van de Dutch Coalition on Disability and Development (DCDD), zelfstandig internationaal consultant op het gebied van gender en handicap en adviseur
Respo International Respo International gelooft in ‘The joy of movement’. Sport en beweging zijn van cruciaal belang bij sociale en fysieke revalidatie van gehandicapten. Daarom ontwikkelt en stimuleert de organisatie sport-en bewegingsactiviteiten voor mensen met een handicap in ontwikkelingslanden.
Meer weten? Kijk op www.respo.org
24
van Women Win. Bovendien was ze voorzitter van de European Women’s lobby. La Rivière-Zijdel is bovendien niet alleen actief op die gebieden zelf. Ze probeert ook een brug te slaan tússen vrouwen-, gehandicapten- en ontwikkelingsorganisaties. Calvinisten Haar affiniteit met ontwikkelingswerk ontstond al op jonge leeftijd – lang voor haar ongeluk. Als hoogblonde 20-jarige vertrok ze voor drieëneenhalf jaar naar Tanzania. Ze leidde er vrouwen op tot secretaresse, verzorgde stenografie voor de Flying Docters en sprong bij in een hospitaal. “In Tanzania heb ik geleerd wat honger en ziektes kunnen aanrichten. En hoe arme mensen toch hun waardigheid behouden. Ze gaan daar zo
respectvol en zorgzaam met elkaar om, daar kunnen wij als individualistische calvinisten nog wat van leren.” Ze zou nog regelmatig terugkeren naar Afrika. Zoals onlangs, om voorbereidingen te treffen voor het bezoek dat tien gehandicapte jongeren in het najaar aan Ethiopië zullen brengen. De DCDD organiseert deze reis met sponsoring van Xplore, Cordaid, Plan Nederland, de Ethiopische Stichting DIR en Respo International (zie kader). Onder het motto ‘Nothing about us without us’ lobbyt DCDD ervoor om mensen met een handicap te betrekken bij ontwikkelingsprojecten. Samen met gehandicapte Ethiopische leeftijdgenoten zullen de Nederlandse jongeren diverse projecten en gehandicapteninstellingen
Plaats: Addis Ababa (Ethiopië. Datum: 26 juli 2008 “We kwamen aan bij het War Veterans Instituut voor gehandicapte ex-soldaten. Ook al spraken de meesten geen Engels, de hartelijkheid was overweldigend. Dan merk je dat wij als gehandicapten elkaar soms snappen zonder woorden. Toen ik vertelde dat ik vechtsportdocent ben, was het hek van de dam. ‘Waar was jij al die tijd, wij hebben jou nodig’, zei één van de mannen. Empowerment training is hier geen weggegooid geld. Ze zijn nog niet van mij af.”
Dit is een fragment uit het weblog van La Rivière-Zijdel. Meer lezen? Kijk op lydiainethiopie.waarbenjij.nu
bezoeken. Terug in Nederland zullen zij hun ervaringen inzetten om het draagvlak voor ontwikkelingswerk voor mensen met een handicap te vergroten. Hokjesgeest Als mensen vragen “wat ze heeft”, antwoordt ze: “Veel geld en een heel leuke partner.” La Rivière-Zijdel is geen patiënt en wil ook niet zo behandeld worden. “Dat mensen je steeds in het hokje van zielige mensen duwen, dat went nooit. Vanuit hooghartigheid en onwetendheid worden gehandicapten vaak als een apart soort gezien. Terwijl we natuurlijk gewoon mensen zijn. We maken dezelfde dingen mee. Gehandicapte mensen hebben bijvoorbeeld ook gestudeerd, hebben een gezin en kinderen of kampen met ziektes als aids.
Ook zijn we in de eerste plaats man of vrouw. Daarom scheid ik mijn zelfverdedigingslessen aan gehandicapte mannen en vrouwen. Mannen hebben meer spierkracht en zijn veel meer macho dan vrouwen met een handicap. Dat vraagt om een andere benadering. Gehandicapte vrouwen hebben, zeker in ontwikkelingslanden, vaak met dubbele discriminatie te maken: op grond van hun sekse én op grond van hun aandoening. Sport kan mensen kracht geven voor zichzelf op te komen. Het is een geweldig empowerment tool. Als je fysiek sterker wordt, sta je in het dagelijks leven ook sterker in je schoenen. Wat mist in ontwikkelingslanden zijn mensen die gehandicapten les kunnen geven. Gehandicapte (top-) sporters uit Nederland zouden
daar als trainers een voorbeeld kunnen zijn. Er moeten lokaal ook trainers opgeleid worden. Daar is geld voor nodig.” Hoewel de emancipatie van gehandicapten in Nederland pas in de jaren ’80 is begonnen, is hier al veel bereikt. Dat voorbeeld wil La Rivière-Zijdel meenemen naar ontwikkelingslanden. “Mijn vader zei altijd: ‘Jij bent een zendeling pur sang.’ En inderdaad, ik kan niet tegen onrecht. En ik geloof in mensen. Die vind ik uniek.” Ze lacht. “Veel interessanter dan, ik noem maar wat, bomen. Als ik met pen-sioen ga, hoop ik dat ik een heleboel mensen wat steviger in het zadel heb geholpen. Gehandicapten én niet-gehandicapten.” •••••••• Tekst: Marieke van Doggenaar Foto’s: Collectie Lydia la Rivière-Zijdel
25
// de club Vughtse Sportclub Prins Hendrik 08 G: IN: 19 T H C I WERKIN R N E M A OPGE SS KELING K I W T N O voor het sponsorloop fonds Liliane
Wat?
HOE?
De Vughtse Sportclub Prins Hendrik bestaat 100 jaar en dat is natuurlijk reden voor feest. Dus organiseert de atletiek- en gymnastiekvereniging allerlei activiteiten. “Het is een goed moment om dingen anders en groter aan te pakken”, vertelt voorzitter Rob Janssen. Zo organiseert de vereniging elk jaar jeugdkampen. Ook dat wilden ze nu grootser doen dan normaal. “Het leek ons leuk met 100 kinderen te gaan”, vertelt Amy van Kreij. Zij zit, samen met negen anderen, in het jongerencomité van de sportclub dat die kampen organiseert. “De 100 hebben we niet helemaal gehaald, maar we waren wel met veel meer dan de 50 kinderen die gewoonlijk meegaan.” Een groot kamp kost echter meer geld. Zo ontstond het idee voor een sponsorloop.
Amy zag het helemaal zitten: geld ophalen voor haar sportclub. De gedachte daar ook een goed doel aan te koppelen, borrelde bovendien meteen in haar op. Het bestuur stond volledig achter haar idee. “Zo'n jubileumjaar wil je niet alleen maar voor jezelf vieren”, zegt clubvoorzitter Rob. “Het is prachtig als anderen mee kunnen delen.” Dus nam Amy contact op met het Lilianefonds en organiseerde ze met het jongerencomité een voorlichtingsavond voor de jeugd van de vereniging. Om het zo persoonlijk en concreet mogelijk te maken, koos Amy samen met het Lilianefonds twee kinderen in ontwikkelingslanden - één uit Thailand en één uit Mali - voor wie geld zou worden ingezameld.
26
Naam: Amy van Kreij Leeftijd: 21 jaar Woonplaats: Den Bosch Sport: Atletiek Sinds: ze 8 jaar is Wedstrijdteam: sprint-/hordegroep Leest Supporter: vanaf nu
Wat heb je met sport? “Toen ik 8 was, kwam een trainster van de vereniging naast ons wonen. Zij haalde me over eens te komen trainen. Ik vond het zo leuk dat ik meteen lid werd en dat altijd ben gebleven. Ik doe ook mee aan wedstrijden: vooral 200 meter sprint. Ik zit niet in de top. Het is belangrijker voor me mezelf te blijven verbeteren. Ik sta twee keer per week op de baan. Maar omdat ik ook in het jongerencomité zit
management en de combinatie van evenementen en goede doelen spreekt me erg aan. Hopelijk studeer ik dit jaar af. Ik hou nog alles open, maar evenementen organiseren voor een organisatie als het Lilianefonds lijkt me een leuke baan. Ik werd zo enthousiast toen ik bij het Lilianefonds op bezoek was en hoorde dat je met relatief weinig geld al zoveel voor een kind kan betekenen. Dat maakte het heel leuk die
‘Ik wil mezelf blijven verbeteren’ kom ik hier vaker. Een groot deel van mijn sociale leven speelt zich af op deze sportclub. Het is hier altijd gezellig.”
WAAROM? “Die kinderen hadden klompvoetjes en konden daarom niet sporten”, vertelt Amy. “Wij wel! Daarom wilden we juist voor hen iets doen”. Met € 600,- kon het Lilianefonds de kinderen al helpen. Maar de club zamelde € 2954,57 in, waarvan de helft voor het Lilianefonds. Sjoerd Faber, 9 jaar oud, vertelt trots dat hij het grootste bedrag ophaalde: € 250,-. “Ik woon in een heel grote straat en heb overal aangebeld om mensen op mijn sponsorlijst te krijgen. Ik vond het leuk om te doen voor die arme kinderen. Krijgen die ook eens wat.”
Wat heb je met ontwikkelingssamenwerking? “Ik vind het belangrijk goed om te gaan met de mensen in mijn omgeving. Maar je moet ook iets doen voor mensen waar je niet persoonlijk iets mee hebt en die het minder hebben dan wij. Ik studeer Evenementen-
sponsorloop te organiseren. Je hebt echt het gevoel iets te kunnen doen voor een ander. En dat idee hebben we bovendien over kunnen dragen aan alle kinderen die mee hebben gelopen. We moeten nog van het Lilianefonds horen hoe het gaat met de kinderen voor wie we geld hebben ingezameld. Maar dat duurt natuurlijk wel even. Ik hoop dat het goed met ze gaat!” •••••••••••••••
Tekst en foto's: Martien Versteegh
27
WK VOETBAL 2010
BRAINSTORMEN EN BLOGGEN De Olympische Spelen zijn nog niet voorbij of het Wereldkampioenschap Voetbal lonkt al. Sportief Nederland raakt langzaam maar zeker in de ban van het allereerste WK Voetbal op Afrikaanse bodem. Van ministeries tot niet-gouvernementele organisaties en journalisten. Supporter sprak met hen over hun plannen in de aanloop naar ‘Zuid-Afrika 2010’. BRAINSTORMEN “Het WK Voetbal in 2010 is een mooie kans om Afrika eens positief in het daglicht te stellen”, zegt Bart Ooijen, senior beleidsmedewerker van het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS). “Er gebeurt op dit moment ontzettend veel in Zuid-Afrika. De hele infrastructuur wordt aangepakt en verbeterd. Er wordt zelfs gezegd dat de jaartelling in Zuid-Afrika opnieuw begint in 2010.” In ‘Kans voor open doel’, de gezamenlijke beleidsbrief van de ministeries van VWS en BZ, staat dat het WK Voetbal het ZuidAfrikaanse BNP de komende jaren naar verwachting ongeveer 2,7 miljard euro kan opleveren. Plus 159.000 banen. En de indirecte baten kunnen uiteindelijk nog groter zijn. Ook wordt verwacht dat het evenement een economisch ‘uitwaaiereffect’ zal hebben in de omringende landen. De spiksplinternieuwe werkgroep ‘WK 2010 Zuid-Afrika’ wil een structurele bijdrage leveren aan al dat mogelijke moois. Ze concentreert zich op sport & ontwikkeling en gaat zorgvuldig te werk, aldus Ooijen. Hij zit als VWS-vertegenwoordiger in de werkgroep. “We kunnen wel gewoon iets gaan bouwen, zoals multifunctionele sportaccomodaties. Maar als die naderhand niet worden onder houden, heeft dat geen zin. We willen dat onze bijdrage aansluit bij de wensen en behoeften van lokale bewoners. Daarvoor is de Nederlandse ambassade in Pretoria in overleg met de ZuidAfrikaanse regering. Dat kost tijd. Daarom hebben we binnen de
28
werkgroep nog geen besluit genomen over de manier waarop we een duurzame bijdrage leveren aan sport & ontwikkeling in Zuid-Afrika. We zijn nog op zoek naar een goed idee.” BLOGGEN Voor Stefan Verwer is het WK veel méér dan alleen de kans om Afrika eens positief in beeld te brengen. Het gaat hem erom het continent evenwichtig en journalistiek in beeld te brengen. “Zo’n toernooi laat niet alleen de kracht, maar ook de zwakheden van een samenleving zien. Het WK kan bijvoorbeeld een economische
impuls geven aan Zuid-Afrika en de omringende landen. Maar er zullen ook wijken zijn die geen stroom hebben omdat het stadion moet worden verlicht.” Om dit soort achtergronden gaat het in het multimediaproject ‘Road to 2010’, dat hij met twee collega’s in het leven riep: zelfstandig communicatieadviseur Ardy Heijnekamp en Marc Broere. Die laatste is hoofdredacteur van lokaalmondiaal, een organisatie die onder meer journalistieke tv-producties maakt en een speciale focus legt op internationale samenwerking.
“Zo’n toernooi laat de kracht en de zwakheden van een samenleving zien” Verwer zelf is directeur van lokaalmondiaal. Maar hij is ook fan van de Malinese voetballer Mahamadou Diarra, voor wie hij ooit wekelijks op de tribune van Vitesse zat. “Ardy, Marc en ik zijn alledrie gek op voetbal”, zegt hij. “En op Afrika. En op de combinatie van die twee. Met Road to 2010 tonen we de ontwikkelingen in Afrika die met het WK te maken hebben. Wat die ook zijn: goed of slecht.” De website roadto2010.nl vormt de spil van het project. “Een mediaplatform als dit is dé manier om zoveel mogelijk mensen te bereiken”, aldus communicatieadviseur Heijnekamp. Hij bouwde de site, waarop nu ongeveer tien bloggers regelmatig berichten, filmpjes en foto’s plaatsen. “De bedoeling is dat er steeds meer
worden, het liefst uit Afrika.” Het platform trekt al aardig wat bezoekers. Heijnekamp: “Tussen de vier- en vijfhonderd tijdens de WK- kwalificatierondes. Niet slecht voor een internetpagina die pas in januari in de lucht ging; op de openingsdag van de Afrika Cup.” Maar let wel: Road to 2010 is niet slechts een website. Verwer: “De site is de basis die de verschillende onderdelen van dit project aan elkaar verbindt. We hebben bijvoorbeeld ook artikelen gepubliceerd in de Volkskrant, Coaching en in de jaarlijkse glossy Het Verschil. Daarnaast maakten we reportages voor VolkskrantTV en Voetbal International TV. We werken aan een documentaireserie over Afrikaans voetbal. Er komt een boek uit over Afrikaans voetbal – met bijdragen van Afrikaanse journalisten. En samen met het KIT Tropenmuseum hopen we een tentoonstelling te organiseren over ditzelfde thema.” •••••••••••
Volg de aanloop naar het WK2010 in Zuid-Afrika of blog mee! Ga naar www.roadto2010.nl Tekst: Ghislaine van Drunen Foto: Pieter van der Houwen
Werkgroep WK 2010 Zuid-Afrika ... is een voortvloeisel uit de beleidsnotitie ‘Een kans voor open doel’, van de minister voor Ontwikkelingssamenwerking (OS). Die notitie bouwt zelf voort op de OS-beleidsbrief ‘Een zaak van iedereen’ en de VWS-beleidsbrief ‘De Kracht van Sport’. Met ‘Kans voor open doel’ willen de ministe ries van Buitenlandse Zaken en VWS sport & ontwikkelingssamenwerking gezamenlijk een impuls geven. Tussen 2008 en 2011 is daar zestien miljoen euro voor beschikbaar. Daarvan gaat één miljoen naar de werkgroep WK 2010 Zuid-Afrika. Behalve de ministeries en de Nederlandse ambassade, zitten de volgende organisaties in de werkgroep: NCDO, de KNVB, de Johan Cruyff Welfare Foundation, en SCORE Nederland. Zij richten zich ook op de vraag hoe bewustwording te creëren in Nederland over het belang van sport voor ontwikkelingssamenwerking.
29
// SPELAANWIJZINGEN Meer weten over sport & ontwikkelingssamenwerking? Zelf een sportieve bijdrage leveren aan een betere wereld? Er zijn diverse websites waar je terecht kunt. Supporter zet een aantal voor je op een rijtje.
Zoek je informatie of wil je kennis en ideeën uitwisselen? Dit zijn belangrijke websites op het gebied van sport & ontwikkelingssamenwerking:
www.sportdevelopment.org Op dit webportaal van programma Sport & Ontwikkelingssamenwerking van NCDO vind je info, tools en tips voor sport & ontwikkelingssamenwerkingin Nederland
www.sportanddev.org Dit internationale platform voor sport & ontwikkelingssamen werking biedt niet alleen informatie en projectvoorbeelden, je kunt er ook ideeën, ervaringen en kennis uitwisselen.
www.toolkitsportdevelopment.org In het netwerk Sport & Ontwikkelingssamenwerking bundelen allerlei organisaties hun krachten. [Bijvoorbeeld deze Sport & OS organisaties:
www.worldwidecycling.com
Wat maakt een project succesvol en wat zijn de valkuilen? Deze toolkit bundelt beschikbare kennis en ervaringen. Praktische tools als checklists en handleidingen helpen je zelf projecten op te zetten.
Bike4 All by Marco Polo www.cruijff-foundation.org
Johan Cruyff Foundation www.kalushafoundation.org
Kalusha foundation www.lornahkiplagatfoundation.org
Wil je zelf een project opstarten en ben je op zoek naar subsidiemogelijkheden? Kijk eens op één van deze websites:
www.sportdevelopment.org fondsen en subsidies Op deze site vind je een overzicht van verschillende mogelijk heden in Nederland om financiering voor een project te krijgen.
Lornah Kiplagat Foundation www.respo.nl Respo International
www.sport.nl/ ontwikkelingssamenwerking
www.scorefoundation.nl
Deze webpagina geeft basisinformatie over het nieuwe programma ‘Sportcoalities aan de slag’ van NOC*NSF
SCORE Nederland www.sport4socialisation.com
Sport 4 Socialisation www.meerdanvoetbal.nl
Stichting Meer dan Voetbal www.tioloiro.nl Todos Kijk voor meer leden van het netwerk Sport & Ontwikkelingssamenwerking op: www.sportdevelopment.org
30
www.ncdo.nl subsidie aanvragen Bij NCDO kun je subsidie aanvragen voor activiteiten in Nederland waarmee je Nederlanders betrekt bij internationale samenwerking en bij het leven van mensen in ontwikkelingslanden.
www.impulsis.nl Impulsis is een loket voor ondernemende mensen in ontwikkelingslanden en in Nederland. Je kunt er terecht voor advies, uitbreiding van je netwerk, expertise en financiële steun.
// DE LIBERO
Losers Nog even en we zijn volmaakt. Het klonen van genen en het selecteren van embryo’s: het loopt allemaal op rolletjes. Dat komt mooi uit, want de mensheid wil vooruit. Het volk wenst, anno 2008, lichamelijke of geestelijke ongemakken niet meer te accepteren. Wie wil weten hoe die perfecte wereld er uit zal zien moet nog maar eens een dvd’tje van de Olympische Spelen terugkijken. De topsporter, een diersoort die per definitie streeft naar perfectie, profiteert al dankbaar van de beschikbare kennis van laboratorium-bollebozen. Ieder ongemak wordt met succes bestreden. Is de huid niet strak genoeg? Trek een zwemmaatpak aan. Werkt het bloed niet mee? Spuit epo. Last van verkeerde genen? Pak gendoping. Waarschijnlijk is het omdat ik zelf gerimpeld, hinkepinkend en half blind door het leven ga, maar ik heb het gehad met die zogenaamde volmaakte sportlui. Zo’n Michael Phelps reken ik gemakshalve al niet eens meer tot de mensachtigen. Dat is mijn ogen een fors opgepompte goudvis. En wat te denken van die andere Olympische held, Usain Bolt? Die man trekt, vrolijk zwaaiend naar zijn moeder, sprintjes waarmee vergeleken de jacht van een cheetah lijkt op de ochtendwandeling van een slome schildpad.
Frank van Eekeren werkt als senior adviseur en onderzoeker aan de Universiteit Utrecht. Ook is hij namens NOC*NSF manager van 'Sportcoalities aan de slag', een programma gericht op de versterking van de inzet van Nederlandse organisaties voor sport & ontwikkelingssamenwerking.
Ik wil best toegeven dat ik ziekelijk jaloers ben op die beestachtige prestaties. Maar behalve mijn afgunst zie ik nog een ander probleem. Dergelijke onmenselijke gouddelvers lijken tegenwoordig ook buiten de sport de norm te zijn. En dat heeft vervelende en moeilijk te bestrijden gevolgen. Manken, doven en gekken zijn op deze manier de losers in onze samenleving. Dat is dubbele pech voor gehandicapten in ontwikkelingslanden, die ik maar beschouw als de invaliden onder de staten. In steden als Addis Abeba en Manilla is dat pijnlijk zichtbaar. Daar liggen de gehandicapten letterlijk in de goot. Voor velen is dit een reële bestemming, want het aantal mensen met een lichamelijke of geestelijke beperking in ontwikkelingslanden is gigantisch. 520 miljoen om precies te zijn. De aandacht voor deze pechvogels is bedroevend. Het Nederlandse ontwikkelingsbeleid, bijvoorbeeld, repte tot voor kort met geen woord over deze groep. Van gehandicapten werd blijkbaar verwacht dat ze zelf de strijd zouden aangaan met de gevestigde orde. De kans dat ze dit gevecht winnen, schat ik lager in dan mijn winstkansen tegen Rafael Nadal. En ik heb nooit getennist. Gelukkig streven sporters niet alleen naar perfectie, maar ook naar eerlijke competitie. En zijn ze ook daarin een voorbeeld voor de samen leving. Minister Koenders, verantwoordelijk voor ons internationale ontwikkelingsbeleid, heeft dat inmiddels door. Samen met sportstaatssecretaris Bussemaker wil hij in ontwikkelingslanden meer gehandicapten laten sporten. Niet om er meer valide mensen van te maken. Wel om ervoor te zorgen dat familie en omgeving hen gaan accepteren, zodat ze volwaardig mee kunnen doen. En zolang nog niet iedereen is ontstaan uit klonen of embryoselectie, lijkt me dat een volmaakte, menselijke oplossing.
31
DIT NUMMER UIT? En nieuwsgierig naar het volgende? Neem dan nu een gratis abonnement op Supporter (zie kader hieronder). En lees elk kwartaal: // INTERVIEWS MET BEKENDE SPORTERS // SPORTREPORTAGES UIT VERRE LANDEN // INFORMATIEVE ACHTERGRONDARTIKELEN // SCHERPE OPINIESTUKKEN EN COLUMNS // NIEUWS OVER SPORT & ONTWIKKELING // KOOPTIPS EN SPELAANWIJZINGEN // EN MEER!
SUPPORTER: SPORTIEF BETROKKEN De impact van sport reikt verder dan het sportveld. Steeds meer mensen beseffen dat. Van overheden tot sportbonden. En van hulporganisaties tot sportliefhebbers. Zij weten dat sport van invloed is op politieke en sociale verandering. Dat het een waardevol middel is tegen armoede, onrecht, oorlog en ziektes. En ze willen daar graag méér over weten.
Daarom lezen zij Supporter. Het enige tijdschrift in Nederland over sport als instrument in ontwikkelings samenwerking. Over de personen en organisaties die dit instrument gebruiken. En over de wijze waarop mensen in ontwikkelingslanden hun sport ervaren. Leer de impact van sport kennen. Neem een gratis abonnement op Supporter, een grensverleggend sportief tijdschrift. Mail je naam en adres naar:
[email protected]