Provinciaal blad nr. 2014/0184021 Wijziging Uitvoeringsbesluit Subsidies Overijssel besluit van: kenmerk: gepubliceerd op: inwerkingtreding op: kennisgeving onder rubriek: inlichtingen bij: telefoon: e-mail:
Gedeputeerde Staten d.d. 1 juli 2014 2014/0171584 3 juli 2014 4 juli 2014 Algemeen bestuur P. Leefmans, eenheid BV 038 499 9323
[email protected] mw.
Kennisgeving Gedeputeerde Staten van Overijssel, Delen mede dat een nieuwe paragraaf 5.15 is toegevoegd aan het Uitvoeringsbesluit Subsidies Overijssel, die als volgt luidt:
Paragraaf 5.15 Breedbandinfrastructuur Overijssel Algemene toelichting Doel van deze regeling is subsidie te verlenen (in de vorm van een geldlening dan wel een combinatie van een geldlening en een geldbedrag) teneinde NGA-projecten (Next Generation Access) te realiseren in buitengebieden en op bedrijventerreinen. De regeling is beperkt tot zogenaamde “witte gebieden” (waar de markt niet bereid is breedband aan te leggen) die geografisch gelegen zijn in Overijssel. Op deze wijze beoogt de provincie bij te dragen aan de aansluiting van huishoudens, instellingen en bedrijven op snel breedband in buitengebieden en op bedrijventerreinen. Subparagraaf 5.15.1 Algemene bepalingen Artikel 5.15.1.1 Begripsbepalingen In deze paragraaf wordt verstaan onder: a.
business case: document met onder meer de informatie die benodigd is om een gemotiveerde beslissing te nemen over de uitvoering van een voorgesteld plan, waarin onder meer zijn opgenomen de doelstellingen van een project, een markten concurrentieanalyse, de benodigde investeringen, de consequenties van het al dan niet uitvoeren ervan, een analyse van de risico's, een kosten-batenanalyse, een verdienmodel e.d.
b.
homes activated / businesses activated: het aantal op het NGA-netwerk aangesloten respectievelijk woonhuizen of bedrijven met een actieve verbinding (door het afnemen van ten minste één dienst);
c.
businesses connected: het aantal bedrijven dat aangesloten kan worden op het NGA-netwerk, waarbij geldt dat het NGA-netwerk is aangelegd tot in het bedrijfspand, maar waarover nog geen diensten worden afgenomen;
d.
homes passed: het aantal woonhuizen dat aangesloten kan worden op het NGAnetwerk, waarbij geldt dat het NGA-netwerk is aangelegd tot minimaal de straatkast, maar afhankelijk van de plaatselijke omstandigheden tot aan de erfgrens of de gevel
e.
AGVV (Algemene Groepsvrijstellingsverordening): Verordening (EG) nr. 651/2014, Pb L187/1 van de Commissie van 17 juni 2014 waarbij bepaalde categorieën steun op grond van de artikelen 107 en 108 Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie (VWEU) met de gemeenschappelijke markt verenigbaar worden verklaard;
f.
NGA-netwerk: aansluitnetwerk dat volledig of gedeeltelijk gebruikmaakt van optische elementen en die breedbandtoegangsdiensten kan leveren met aanzienlijk betere kenmerken [‘step change’] dan bestaande basisbreedbandnetwerken, zoals bedoeld in de AGVV. Toelichting: Eventuele technische ontwikkelingen over bestaande koperen telefoonlijnen (zoals VDSL) vallen buiten deze definitie. Kabelnetwerken (HFC/Coax) vallen wel binnen deze definitie, mits ze diensten kunnen leveren met betere kenmerken dan de diensten die via bestaande telefoonnetwerken worden geleverd.
g.
NGA-project: het realiseren van NGA-netwerken in een buitengebied of een bedrijventerrein behorende tot een wit gebied, geografisch gelegen in de provincie Overijssel;
h.
passief NGA-netwerk: het passieve deel van een NGA-netwerk, te weten het deel zonder enige actieve component dat gewoonlijk civieltechnische infrastructuur, buizen, dark fibre en straatkasten omvat;
i.
wit gebied: een buitengebied of bedrijventerrein waar geen NGA-netwerk aanwezig is en waar deze infrastructuur in de komende drie jaar niet wordt ontwikkeld, als bedoeld in de AGVV;
j.
uitvoeringsovereenkomst: de overeenkomst als bedoeld in artikel 4:36 van de Awb die de provincie Overijssel met de subsidieontvanger sluit ter uitwerking van de beschikking tot subsidieverlening;
k.
Wet Bibob: Wet bevordering integriteitsbeoordelingen door het openbaar bestuur
l.
Subsidie: subsidie in de vorm van een geldbedrag dat, voor het bedrag waarvoor het is vastgesteld, niet behoeft te worden terugbetaald;
m. Geldlening: subsidie in de vorm van een lening tegen niet-marktconforme voorwaarden die, voor het bedrag waarvoor het is vastgesteld, terugbetaald moet worden. Artikel 5.15.1.2 Subsidiabele activiteiten Gedeputeerde Staten kunnen een Geldlening en een Subsidie verstrekken ten behoeve van het realiseren van een NGA-project onder de voorwaarden hierna opgenomen in subparagraaf 5.15.2 en subparagraaf 5.15.3.
2
Artikel 5.15.1.3 Subsidiabele kosten In afwijking van artikel 1.1.5 worden uitsluitend kosten voor de aanleg en installatie van passieve NGA-netwerken betrokken in de berekening van de grondslag van de Geldlening of Subsidie. Toelichting: Hiermee wordt bedoeld de aanleg- en installatiekosten van een gecertificeerde kabel- en leidingwerkaannemer. Artikel 5.15.1.4 Subsidieplafond Gedeputeerde Staten stellen jaarlijks het subsidieplafond vast. Artikel 5.15.1.5 Procedure toekenning 1. Alvorens een subsidieaanvraag te doen voor het realiseren van een NGA-project, dient de aanvrager een vooraanvraag in aan de hand van het formulier voor een vooraanvraag. 2. Na publicatie op de website van de vooraanvraag kan een ieder binnen een periode van 4 weken aantonen dat er een reeds gefinancierd investerings- en realisatieplan ligt, dat voorzien is van voor de uitvoering benodigde goedkeuringen en dat binnen 3 jaar leidt tot tenminste een vergelijkbaar NGA aanbod. Dit plan wordt ingediend aan de hand van een door de Raad van Bestuur van de indiener geaccordeerd voorstel voorzien van een investeringplanning, een plan voor de vraagbundeling en een projectplanning. De indiener zal contractueel gehouden worden aan de uitvoering van de plannen. 3. Indien een plan in de zin van het voorgaand lid niet wordt ingediend, zullen Gedeputeerde Staten een ieder (inclusief de vooraanvrager) in staat stellen binnen een periode van 8 weken een subsidieaanvraag in te dienen voor een NGA-project in minimaal hetzelfde gebied waarop de vooraanvraag betrekking heeft. De subsidieaanvraag wordt ingediend aan de hand van het aanvraagformulier. 4. In afwijking van artikel 1.1.3 wordt, als er sprake is van meerdere aanvragen voor een NGA-project in hetzelfde gebied die elk voldoen aan de gestelde criteria, de onderlinge rangschikking van die aanvragen vastgesteld aan de hand van de prioriteringcriteria die in bijlage 1 bij deze paragraaf zijn opgenomen. 5. De subsidie zal worden verleend aan de subsidieaanvrager die eindigt met de hoogste score. 6.
Indien op enige dag meerdere aanvragen voor verschillende gebieden worden ingediend waarbij het subsidieplafond dreigt te worden overschreden en die elk voldoen aan de gestelde criteria, vindt rangschikking van de op die dag binnengekomen subsidieaanvragen plaats door middel van loting.
Artikel 5.15.1.6 Adviescommissie 1. De subsidieaanvraag voor het realiseren van een NGA-project wordt voor een nietbindend advies voorgelegd aan een adviescommissie die daartoe wordt ingesteld. 2. De adviescommissie brengt advies uit ten aanzien van: a.
De haalbaarheid en uitvoerbaarheid van de business case
b.
De onderlinge rangschikking van aanvragers in de zin van artikel 5.15.1.5 lid 5
c.
De hoogte van de te verstrekken Geldlening en Subsidie
d.
De hoogte en het tempo van bevoorschotting
3
Artikel 5.15.1.7 Voorwaarden subsidieverlening 1. De Geldlening en Subsidie worden verstrekt met inachtneming van de staatssteunregels en in het bijzonder Hoofdstuk 10 van de AGVV. 2. De Geldlening wordt verstrekt onder de opschortende voorwaarde dat ter uitvoering van de beschikking tot subsidieverlening een uitvoeringsovereenkomst is gesloten. Artikel 5.15.1.8 Kenmerken uitvoeringsovereenkomst 1. De Geldlening wordt aangegaan voor bepaalde tijd doch voor maximaal twintig jaar. 2. De rente van de Geldlening staat gedurende de looptijd van de lening vast op 3%. Van dit percentage kan worden afgeweken indien de bijzondere situatie van een wit gebied daar aanleiding toe geeft. 3. Gedeputeerde Staten kunnen boetevrij vervroegde aflossing van de Geldlening toestaan. 4. De Geldlening wordt onderhands verstrekt. Artikel 5.15.1.9 Verplichtingen subsidieontvanger 1. De subsidieontvanger sluit met de provincie Overijssel uiterlijk acht weken na het verlenen van de Geldlening een uitvoeringsovereenkomst, waarvan een concept is gevoegd bij het aanvraagformulier. 2. De subsidieontvanger betaalt het overeengekomen aflossingsbedrag en de verschuldigde rente, met ingang van de in de uitvoeringsovereenkomst overeengekomen datum, aan Gedeputeerde Staten terug in de overeengekomen termijnen. Ter zake wordt in de uitvoeringsovereenkomst een betalingsregime afgesproken en kunnen verplichtingen worden opgenomen ten aanzien van de kredietwaardigheid van de subsidieontvanger. 3. De subsidieontvanger doet onverwijld mededeling aan Gedeputeerde Staten van de omstandigheid dat hij verwacht niet binnen de in de beschikking tot subsidieverlening opgenomen termijn te beschikken over de vereiste vergunningen, ontheffingen of andere (rechtens benodigde) toestemmingen in verband met het realiseren van het NGA-project of indien hij verwacht dat het NGA-project om andere redenen (gedeeltelijk) niet uitvoerbaar is dan wel hij zijn verplichtingen niet kan nakomen. 4. De subsidieontvanger dient binnen een jaar na subsidieverlening te starten met de realisatie van het NGA-project. 5. De activiteiten waarvoor de Geldlening of Subsidie wordt verstrekt moeten binnen vijf jaar na subsidieverlening zijn uitgevoerd. 6. Indien de looptijd van de Geldlening langer duurt dan één jaar, rapporteert de subsidieontvanger jaarlijks aan Gedeputeerde Staten over de voortgang van de business case en overlegt daarbij in ieder geval de jaarrekening. 7. Gedeputeerde Staten kunnen de subsidieontvanger de verplichting opleggen om ter zake van de te verlenen Geldlening zekerheden te verstrekken. Ter uitvoering van deze verplichting kunnen bepalingen worden opgenomen in de uitvoeringsovereenkomst. 8. In afwijking van artikel 1.4.1, derde lid, kunnen Gedeputeerde Staten de verplichting opleggen tot het vaker dan één keer per jaar afleggen van rekening en
4
verantwoording omtrent de verrichte activiteiten en de daaraan verbonden inkomsten. 9. De subsidieontvanger of diens moedermaatschappij dient tot en met de subsidievaststelling een minimale ratingcategorie te behouden op basis waarvan de continuïteit gewaarborgd kan worden. 10. De subsidieontvanger zal het netwerk voldoende onderhouden volgens de in de betreffende industrie geldende standaarden en zal mutaties registreren in een netwerkadministratie. 11. De subsidieontvanger zal het netwerk niet vervreemden dan wel met rechten bezwaren zonder toestemming van de provincie. 12. De subsidieontvanger is verplicht toegang aan alle actieve operators te verlenen tot buizen, masten, dark fiber en straatkasten tegen marktconforme voorwaarden en met in achtneming van de bepalingen van de AGVV. 13. De wholesale toegang tot het gesubsidieerde netwerk tegen eerlijke en nietdiscriminerende voorwaarden moet overeenkomstig de AGVV voor een periode van tenminste zeven jaar worden aangeboden en toegang tot buizen en masten mag niet in tijd worden beperkt. 14. De subsidieontvanger stelt een vrije, transparante ethernetpoort ter beschikking aan de eindgebruiker. Artikel 5.15.1.10 Uitstel of ontheffing betalingsverplichting 1. De subsidieontvanger kan Gedeputeerde Staten verzoeken om de Geldlening in andere termijnen terug te betalen. 2. De subsidieontvanger kan Gedeputeerde Staten deugdelijk gemotiveerd verzoeken om ontheffing te verlenen van de verplichting genoemd in artikel 5.15.1.9 tweede lid. 3. De ontheffing, bedoeld in het tweede lid, kan worden verleend indien: a.
terugbetaling door bijzondere omstandigheden niet mogelijk is;
b.
een strikte toepassing van artikel 5.15.1.9 tweede lid naar het oordeel van Gedeputeerde Staten door bijzondere omstandigheden zou leiden tot een onredelijke beslissing.
4. Gedeputeerde Staten kunnen bepalen dat bij het verzoek om ontheffing als bedoeld in het tweede lid van dit artikel een accountantsverklaring als bedoeld in artikel 393 van Boek 2 van het BW wordt overgelegd. 5. Er wordt geen uitstel of ontheffing verleend wanneer de ontheffing naar het oordeel van Gedeputeerde Staten in strijd is met de toepasselijke staatssteunregels. Artikel 5.15.1.11 Voorschotverlening 1. In afwijking van artikel 1.3.3 tweede lid verstrekken Gedeputeerde Staten de aanvrager een voorschot tot een maximum van 100% van de verleende Geldlening of Subsidie. 2. De hoogte van het voorschot wordt bepaald op basis van prestaties, besteding, liquiditeitsbehoefte en het risicoprofiel van de subsidieontvanger. 3. Het voorschot wordt betaald in termijnen waarvan de hoogte en de tijdstippen in de beschikking tot subsidieverlening worden bepaald.
5
Artikel 5.15.1.12 Vermogensvorming en claw back 1. Bij verkoop of vervreemding van het NGA-netwerk binnen de looptijd van de lening en voor zover het een Geldlening van een bedrag hoger dan € 500.000 betreft, wordt de door vervreemding verkregen extra winst naar rato van het aandeel van de beschikbaar gestelde lening tussen de begunstigde en de overheid verrekend. Onder de extra winst wordt verstaan het positief verschil tussen de kosten van het netwerk bij aanleg inclusief het gebruikelijke rendement en de waarde op het moment van vervreemding. Toelichting: Deze bepaling beoogt te voorkomen dat een marktpartij door verkoop van het door de provincie gesubsidieerde netwerk, onevenredig hoge winsten maakt. In de uitvoeringsovereenkomst wordt daartoe een bepaling opgenomen. 2. Indien de Geldlening en Subsidie tezamen meer dan € 10.000.000 bedragen, zal in de uitvoeringsovereenkomst een ‘clawbackregeling’ worden opgenomen in de zin van de AGVV. Deze dient te voorkomen dat er winst wordt gemaakt die het gebruikelijke rendement te boven gaat. Toelichting: De clawbackregeling moet voorkomen dat met subsidiegeld van de provincie onevenredig hoge winsten worden gemaakt. In de uitvoeringsovereenkomst wordt daartoe een bepaling opgenomen. Artikel 5.15.1.13 Indieningstermijn aanvraag tot subsidievaststelling In aanvulling op artikel 1.5.2 eerste lid en artikel 1.5.3 eerste lid, wordt de aanvraag tot vaststelling van de Geldlening ingediend uiterlijk 13 weken voor aflossing van de lening. Artikel 5.15.1.14 Aanvullende stukken bij de aanvraag tot subsidievaststelling De aanvrager overlegt in aanvulling op artikel 1.5.2 tweede lid of artikel 1.5.3 tweede lid: a.
Bij de aanvraag tot vaststelling van de Geldlening een overzicht van de gerealiseerde contracten (homes activated en business activated) en een financieel verslag en een verantwoording van de werkelijk gemaakte kosten.
b.
Bij de aanvraag tot vaststelling van de Subsidie een protocol oplevering van de aannemer waaruit de conformiteit met het bij de subsidieaanvraag ingediende projectplan blijkt en een verantwoording van de werkelijk gemaakte kosten.
Subparagraaf 5.15.2 NGA-project in buitengebied Artikel 5.15.2.1 Subsidiabele activiteiten buitengebieden 1. Gedeputeerde Staten kunnen een Geldlening verstrekken voor het realiseren van een NGA-project waarbij minimaal 60% van de hoeveelheid woonhuizen contractueel als homes activated zal worden aangesloten. 2. Gedeputeerde Staten kunnen aanvullend op de Geldlening een Subsidie dan wel een aanvullende Geldlening verstrekken voor het realiseren van een NGA-project in de vorm van homes passed.
6
Artikel 5.15.2.2 Criteria 1. Een aanvraag voor een Geldlening of een Subsidie moet voldoen aan de volgende criteria: a.
de aanvrager is: i.
een rechtspersoon die in het NGA-project investeert door het aanleggen of laten aanleggen van een NGA-netwerk ten behoeve van de gebruikers van dat netwerk; dan wel
ii.
een rechtspersoon die ten behoeve van de gebruikers van het te realiseren NGA-netwerk financiering faciliteert voor de aanleg van dat NGA-netwerk;
b.
het NGA-project voorziet in het realiseren van een passief NGA-netwerk;
c.
het NGA-project wordt uitgevoerd in een wit gebied;
d.
het NGA-netwerk heeft een minimale levensduur van 20 jaar;
e.
derden-exploitanten, waaronder maatschappelijke operators, hebben gedurende minimaal 7 jaar wholesale toegang tot het NGA-netwerk tegen eerlijke en non-discriminatoire voorwaarden, zoals bedoeld in de AGVV en indien van toepassing, volgens de door de ACM vastgestelde beginselen inzake tarifering;
f.
de aanvraag bevat een sluitende business case die voldoende haalbaar en uitvoerbaar is en die voldoet aan de criteria die zijn opgenomen in bijlage 2 bij deze paragraaf;
g.
de debt service coverage ratio van het project is groter dan 1,2. Toelichting: deze ratio geeft aan de indicatie in hoeverre de operationele kasstroom voldoende is om de aflossingen en rentebetalingen op het vreemd vermogen te dekken.
2. In aanvulling op het eerste lid voldoet een aanvraag voor een Geldlening tevens aan de volgende criteria: a.
het NGA-project voorziet in minimaal 2000 homes passed;
b.
het NGA-netwerk moet de distributie van het gebruikelijke breedbanddienstenportfolio, te weten internet, telefonie en tv mogelijk maken;
c.
de gemiddelde aansluitkosten per gerealiseerde home passed zijn hoger dan € 1.000
3. In aanvulling op het eerste lid voldoet een aanvraag voor een Subsidie tevens aan het volgende criterium: de gemiddelde aansluitkosten per gerealiseerde home activated zijn hoger dan € 2.500. Artikel 5.15.2.3 Grondslag subsidie 1. De Geldlening als bedoeld in artikel 5.15.2.1 eerste lid bedraagt maximaal € 650 per gerealiseerde home activated.
2.
De Subsidie als bedoeld in artikel 5.15.2.1. tweede lid bedraagt maximaal € 500 per gerealiseerde home passed.
3.
De hoogte van de Subsidie wordt bepaald door het verschil tussen de aansluitkosten per home activated, minus het drempelbedrag van €2.500.
7
Toelichting: Alleen indien de gemiddelde aansluitingskosten boven het in artikel 5.15.2.2, derde lid genoemde drempelbedrag uitkomen, is subsidieverlening gerechtvaardigd.
4.
Indien de business case hiertoe aanleiding geeft, kan het maximale subsidiebedrag als bedoeld in het tweede lid minus het reeds als Subsidie te verstrekken bedrag, in de vorm van een aanvullende Geldlening worden verstrekt tegen dezelfde condities als de Geldlening als bedoeld in het eerste lid.
5. Op verzoek van de aanvrager kan de onder het tweede lid bedoelde Subsidie ook in de vorm van een Geldlening worden verstrekt. 6. De Geldlening en Subsidie tezamen bedragen niet meer dan 50% van de subsidiabele kosten. Artikel 5.15.2.4 Weigerings- en intrekkingsgrond 1. Gedeputeerde Staten weigeren de Geldlening of Subsidie indien de aanvrager voor de activiteit al subsidie heeft ontvangen op basis van dit Uitvoeringsbesluit of de Algemene Subsidieverordening. 2. Gedeputeerde Staten kunnen bepalen dat een Geldlening of Subsidie wordt geweigerd of wordt ingetrokken in het geval en onder de voorwaarden, bedoeld in artikel 3 van de Wet Bibob. 3. In afwijking van artikel 1.3.1 tweede lid, weigeren Gedeputeerde Staten de Geldlening of Subsidie indien het door de provincie ter beschikking te stellen bedrag minder dan € 250.000 bedraagt.
Subparagraaf 5.15.3 NGA-project op bedrijventerrein Artikel 5.15.3.1 Subsidiabele activiteiten 1. Gedeputeerde Staten kunnen een Geldlening verstrekken voor het realiseren van een NGA-project op een bedrijventerrein. 2. Gedeputeerde Staten kunnen aanvullend op de Geldlening een Subsidie dan wel een aanvullende Geldlening verstrekken voor het realiseren van een NGA-project. Artikel 5.15.3.2 Criteria 1. Een aanvraag voor een Geldlening of een Subsidie moet voldoen aan de volgende criteria: a.
de aanvrager is: -
een rechtspersoon die in het NGA-project investeert door het aanleggen of laten aanleggen van een NGA-netwerk ten behoeve van de gebruikers van dat netwerk; dan wel
-
een rechtspersoon die ten behoeve van de gebruikers van het te realiseren NGA-netwerk financiering faciliteert voor de aanleg van dat NGA-netwerk;
b.
het NGA-project voorziet in het realiseren van een passief NGA-netwerk;
c.
het NGA-project wordt uitgevoerd in een wit gebied;
d.
het NGA-netwerk heeft een minimale levensduur van 20 jaar;
e.
derden-exploitanten, waaronder maatschappelijke operators, hebben gedurende minimaal 7 jaar wholesale toegang tot het NGA-netwerk tegen
8
eerlijke en non-discriminatoire voorwaarden, zoals bedoeld in de AGVV en indien van toepassing, volgens de door de ACM vastgestelde beginselen inzake tarifering; f.
de aanvraag bevat een sluitende business case die voldoende haalbaar en uitvoerbaar is en die voldoet aan de criteria opgenomen in bijlage 2 bij deze paragraaf;
g.
de debt service coverage ratio van het project is groter dan 1,2.
2. In aanvulling op het eerste lid voldoet een aanvraag voor een Geldlening tevens aan de volgende criteria: a.
het NGA-project voorziet in minimaal 20% businesses activated;
b.
de gemiddelde aansluitkosten per gerealiseerde business connected zijn hoger dan €1.500 voor aansluitingen op bedrijventerreinen.
3. In aanvulling op het eerste lid voldoet een aanvraag voor een Subsidie tevens aan het volgende criterium: de gemiddelde aansluitkosten per gerealiseerde business activated zijn hoger dan €3.500. Artikel 5.15.3.3 Grondslag subsidie 1. De Geldlening als bedoeld in artikel 5.15.3.1 eerste lid bedraagt maximaal € 1500 per gerealiseerde business activated. 2. De Subsidie als bedoeld in artikel 5.15.3.1 tweede lid bedraagt maximaal € 500 per gerealiseerde business connected. 3. De hoogte van de Subsidie wordt bepaald door het verschil tussen de aansluitkosten per business activated, minus het drempelbedrag van €3.500. Toelichting: Alleen indien de gemiddelde aansluitingskosten boven het in artikel 5.15.3.2, derde lid genoemde drempelbedrag uitkomen, is subsidieverlening gerechtvaardigd.
4.
Indien de business case hiertoe aanleiding geeft, kan het maximale Subsidiebedrag als bedoeld in lid 2 minus het reeds als Subsidie te verstrekken bedrag in de vorm van een aanvullende Geldlening worden verstrekt tegen dezelfde condities als de Geldlening als bedoeld onder lid 1.
5. Op verzoek van de aanvrager kan de in het tweede lid bedoelde Subsidie ook in de vorm van een Geldlening worden verstrekt. 6. De Geldlening en Subsidie tezamen bedragen niet meer dan 50% van de subsidiabele kosten. Artikel 5.15.3.4 Weigerings- en intrekkingsgronden 1. Gedeputeerde Staten weigeren de subsidie indien de aanvrager voor de activiteit al subsidie heeft ontvangen op basis van dit Uitvoeringsbesluit of de Algemene Subsidieverordening. 2. Gedeputeerde Staten kunnen bepalen dat een subsidie wordt geweigerd of wordt ingetrokken in het geval en onder de voorwaarden, bedoeld in artikel 3 van de Wet Bibob. 3. In afwijking van artikel 1.3.1 tweede lid, weigeren Gedeputeerde Staten de subsidie indien het door de provincie ter beschikking te stellen bedrag minder dan € 30.000 bedraagt.
9
Subparagraaf 5.15.4 Voorbereiding burgerinitiatief buitengebied Artikel 5.15.4.1 Subsidiabele activiteiten Gedeputeerde Staten kunnen een Subsidie verstrekken om de realisatie van een NGAproject in de zin van subparagraaf 5.15.2 (buitengebieden) voor te bereiden (door middel van het uitvoeren van een marktconsultatie, het uitvoeren van een bankconsultatie dan wel het opstellen van een businesscase). Artikel 5.15.4.2 Criteria Een aanvraag voor een Subsidie moet voldoen aan de volgende criteria: a.
aanvrager heeft concrete voornemens om een NGA-project te realiseren.
b.
het voorgenomen NGA-project voldoet aan de criteria genoemd in subparagraaf 5.15.2
c.
aanvrager is geen marktpartij maar komt voort uit een initiatief van eindgebruikers in het betreffende gebied
d.
de Subsidie is onontbeerlijk om de voorbereiding mogelijk te maken. Toelichting: dit kan bijvoorbeeld zijn vanwege de grootte van het initiatief, de snelheid waarmee uitrol in dat gebied gewenst is, het draagvlak van het initiatief, de afwezigheid van andere initiatieven in hetzelfde gebied. De aanvrager dient aannemelijk te maken dat de voorbereiding niet zelf kan worden bekostigd.
e.
het NGA-project wordt aantoonbaar gesteund door het bestuur van de betreffende gemeente in wier gebied het NGA-project gerealiseerd zal worden.
f.
de Subsidie voldoet aan de eisen van de De minimis-verordening. Toelichting: de subsidieontvanger moet een verklaring afleggen dat hem géén dan wel slechts beperkte steun (tot een maximum van 200.000 EUR) is verleend in het lopende belastingjaar en de twee belastingjaren daarvoor.
Artikel 5.15.4.3 Grondslag subsidie De Subsidie als bedoeld in artikel 5.15.4.1 bedraagt maximaal € 200.000 Artikel 5.15.4.4 Subsidiabele kosten 1. In afwijking van artikel 1.1.5 zijn uitsluitend kosten derden subsidiabel en uitsluitend indien deze kosten op factuur aantoonbaar aan derden verschuldigd zijn en rechtstreeks aan de subsidiabele activiteit zijn toe te rekenen. 2. In aanvulling op artikel 1.1.6. zijn de volgende kosten niet subsidiabel: bestuurskosten, vacatiegelden, onkostenvergoedingen, kosten voor activiteiten die reeds uitgevoerd zijn in het gebied (door aanvrager dan wel door een derde), kosten gemaakt ten behoeve van vraagbundeling en kosten van derden die tevens een functie bekleden als bestuurder of commissaris bij aanvrager.
10
Bijlage 1 Prioriteringscriteria bij concurrerende aanvragen NGA financiering
Categorie
Criterium
Max score per categorie
Business Case
Toepassing van kostenbesparende technieken
5
5 Startpenetratie (% HA/HP)
10 Risicoprofiel businesscase
Financieringsbehoefte per HP (multiplier fondsmiddelen) Maatschapp elijke opgave
Percentage HP in het doelgebied
Aantal HP in project
10
10
10
10
Kwaliteit van het netwerk
Toegang en tarieven ULL / WBA / Ductaccess
Aantal Service Providers
Aantal Actieve
10
5
Toelichting Beste toepassing: max. score. Nummer 2: 3 pnt. Overig: 0 pnt. Hoogste penetratie: max. score. Nummer 2: 3 pnt. Overig: 0 pnt. Hoogste zekerheid: max. score. Nummer 2: 5 pnt. Overig: 0 pnt.
Laagste behoefte: max. score. Nummer 2: 5 pnt. Overig: 0 pnt. Hoogste percentage: max. score. Nummer 2: 5 pnt. Overig: 0 pnt. Hoogste aantal: max. score. Nummer 2: 5 pnt. Overig: 0 pnt. Beste waarborg concurrentie: max. score. Nummer 2: 7 pnt. Overig: 0 pnt.
Hoogste aantal: max. score. Nummer 2: 7 pnt. Overig: 0 pnt. Hoogste aantal: max. score.
Toepassing van technieken die leiden tot kostenbesparing ten opzichte van de gangbare CAPEX en OPEX kosten. Als onderbouwing van de prognose voor het te bereiken percentage HA. Aan te tonen door handtekeningen van toekomstige gebruikers en onderzoek naar betalingsbereidheid. Voorkeur voor contracten boven intentieverklaringen. Hoe meer handtekeningen hoe beter. Hoe groter de zekerheid dat middelen worden terug betaald hoe beter. Het risico voor de provincie wordt onder meer bepaald door het percentage Eigen Vermogen in de totale financiering, de looptijd en de geboden zekerheden van de financiering, en de solvabiliteit en het trackrecord van de aanvrager. Percentage van de CAPEX dat door de provincie moet worden gefinancierd. Hoe lager hoe beter. Gestreefd wordt naar de aanleg van toekomstvaste netwerken tegen zo laag mogelijke maatschappelijke kosten. Percentage van alle door het netwerk (Homes Passed’) bereikte verblijfseenheden in het betreffende doelgebied. De provincie streeft naar gebiedsdekkende NGA-netwerken. Hoe hoger het percentage hoe beter. Uit oogpunt van doelrealisatie wordt gestreefd naar projecten van grotere omvang in termen van aantallen Homes Passed. De provincie faciliteert slechts nieuwe open netwerken, in lijn met de eisen van de Europese Commissie en de richtlijnen van de ACM. Aanvragen worden vergeleken op de mate waarin non-discriminatoire en betaalbare toegang voor derden tot het netwerk -en daarmee de concurrentie op het netwerkduurzaam gewaarborgd is. Een netwerkontwerp, waarmee toegang zoekende derden de meeste handelingsruimte en vrijheidsgraden verkrijgen voor het kunnen toepassen van hun eigen technologie-platforms en innovaties, wordt hoger gewaardeerd. Gebruikers zijn gebaat bij keuze uit meerdere concurrerende onafhankelijke Service Providers met aanbod voor internettoegang, vaste telefonie, RTV-diensten en over-the-top streaming videodiensten De openheidsdoelstelling vereist de mogelijkheid dat meerdere actieve operators van het netwerk
11
Operators
25
Opschaalbaarheid (denk aan capaciteit, snelheid)
Totaal
Nummer 2: 3 pnt. Overig: 0 pnt.
gebruik (kunnen) maken. Hoe meer operators al bij de start actief zijn, des te beter.
Hoogste opschaalbaarheid: max. score. Nummer 2: 15 pnt. Overig: 0 pnt.
De gebruikte technologie bepaalt de grenzen van de toekomstige opschaling als antwoord op een zich ontwikkelende vraag. Hoe meer opschaalbaar (bv 1Gbit/s, 10Gbit/s, 100Gbit/s) hoe toekomstvaster het netwerk. Op dit moment hebben Point to Point-netwerken de voorkeur boven Point to Multipoint netwerken. Het doel is stabiele vaste verbindingen en een bekabelde verbinding heeft de voorkeur boven een draadloze verbinding. Een technische opzet die zorgt voor verbindingen met een lage bitfoutenkans, zo onafhankelijk mogelijk van weersomstandigheden, heeft de voorkeur. Waar gedeelten van het doelgebied moeilijk op een bekabeld NGA-netwerk kunnen worden aangesloten maar draadloze netwerken een betaalbare oplossing bieden, zijn combinaties van technologieën een alternatief.
100
12
Bijlage 2 Inhoud businesscase De business case bevat tenminste de volgende informatie: 1. Managementsamenvatting a.
Korte beschrijving van het initiatief en de initiatiefnemers
b.
Toetsing aan minimumeisen en prioriteringscriteria
2. De onderneming a.
Bedrijfsactiviteiten
b.
Vennootschappelijke structuur
c.
Management en beheer van de onderneming
d.
Raad van Commissarissen/Toezicht, Raad van Advies, accountant
3. Interne organisatie uitvoering project a.
Personeel en organisatie
b.
Administratieve organisatie en interne controle
4. Resultaten en financiële positie a.
Balanspositie met toelichting
b.
Winst- en verliesrekening met toelichting
c.
Cashflow, financieringsbehoefte met toelichting
5. Het project a.
Beschrijving van het ‘witte gebied’ en de geboden dekking (het aantal HP / BP)
b.
Beschrijving van de topologie en de gebruikte technologie
c.
Openheid van het netwerk
d.
Aanbod aan gebruikers (dienstenaanbod, prijsstelling, looptijd buitengebiedtoeslag)
e.
Projectaanpak i. Organisatie / betrokkenheid bewoners en bedrijven ii. Vraagbundeling iii. Beoogde contractpartijen (aannemers, operators, netwerkbeheer, billing etc.), geselecteerd via meerdere offerteaanvragen iv. Uitvoering, oplevering v.
Exploitatie (beheer en billing)
vi. Financiële planning, betaalschema f.
Beschrijving van de maatregelen in kader van risicomanagement
6. Motivering financieringsvoorstel a.
Waardering en financieringsconstructie
b.
Waarde generatie en exit perspectief
c.
Voorwaarden financiering
d.
Zekerheden en garanties
e.
Informatievoorziening
Gedeputeerde Staten voornoemd.
13