Gebruiksaanwijzing en bedieningshandleiding
Mobiele 3-fractie-zeefinstallatie
Modelbenaming:
MULTISTAR L3
Type:
MS L3
Machinenummer:
6662
Projectnummer:
30088
Bouwjaar:
2013
Gebruiksaanwijzing en bedieningshandleiding AANWIJZING De gebruiksaanwijzing bestaat uit in totaal vier handboeken: 1. Veiligheidsvoorschriften (hoofdstuk 1) 2. Technische gegevens (hoofdstuk 2 tot 4) 3. Bedieningshandleiding (hoofdstuk 5 tot 7) 4. Onderhoudshandleiding (hoofdstuk 8 tot 10) De gebruiksaanwijzing geldt alleen als volledig als alle 4 de handboeken beschikbaar zijn.
WAARSCHUWING Het bedrijf van de machine zonder voorafgaande studie van alle 4 de handboeken van de gebruiksaanwijzing is verboden! De gebruiksaanwijzing is bestanddeel van de machine en moet voor het bedieningspersoneel op elk moment beschikbaar zijn. De veiligheidsinstructies erin moeten in acht worden genomen.
Vertaalde versie
Seite 3 von 68
Gebruiksaanwijzing en bedieningshandleiding Inhoudsopgave •
Veiligheidsvoorschriften (apart handboek) 1.
•
•
Veiligheid en gevaren
Technische gegevens (apart handboek) 2.
Voorwoord
3.
Overzicht en doelmatig gebruik
4.
Functie
Gebruiksaanwijzing en bedieningshandleiding 5.
Transport, opstelling en inbedrijfstelling .................... 6
5.1.
Omvang van de levering ......................................................... 6
5.2. Transport .................................................................................. 7 5.2.1. Levering (ook bij vervangingsonderdelen) ............................ 7 5.2.2. Tussentijdse opslag .............................................................. 7 5.3. Transport naar de plaats van opstelling (door de klant)...... 8 5.3.1. Uitschakelprocedures vóór het transport .............................. 8 5.3.2. Transportbeveiligingen.......................................................... 8 5.3.3. Transport met vrachtwagen ................................................ 10 5.3.4. Transport met wiellader (optie) ........................................... 12 5.3.5. Transport met kraan............................................................ 13 5.4.
Opstelling en inbedrijfstelling .............................................. 14
5.5. Omschakeling 3- / 2-fractie-zeving (optie) ........................... 21 5.5.1. Omschakelen op 2-fractie-zeving ....................................... 21 5.5.2. Omschakelen op 3-fractie-zeving ....................................... 24 5.6.
Instellingen aan de wanmachine (optie) .............................. 28
6.
Bediening ..................................................................... 30
6.1. Bedieningselementen ............................................................ 30 6.1.1. Bedieningselementen aan de hydrauliek ............................ 30 6.1.2. Bedieningselementen aan de draadloze afstandsbediening (optie) .................................................................................. 32 6.1.3. Bedieningselementen aan de schakelkast ......................... 34
Seite 4 von 68
Vertaalde versie
Gebruiksaanwijzing en bedieningshandleiding
6.2. Bedrijfsmodi ........................................................................... 36 6.2.1. In- en uitschakelen van de machine ................................... 37 Opstellen en toerusten .................................................. 37 Inschakelen ................................................................... 38 Uitschakelen .................................................................. 39 6.2.2. Bedrijfsmodus kiezen ......................................................... 40 6.3.
Overzicht touchpanel ............................................................ 42
6.4. Automatisch bedrijf ............................................................... 44 6.4.1. Overzicht van de aggregaten ............................................. 44 6.4.2. Displayvoorstelling .............................................................. 46 6.4.3. Inschakelen van de windzifters (optie) ............................... 48 6.5.
Handmatig bedrijf .................................................................. 49
6.6. Menu........................................................................................ 50 6.6.1. Toerentalverstelling ............................................................ 50 6.6.2. Recepten ............................................................................ 52 6.6.3. Instellingen.......................................................................... 54 Tijden en onderhoud van op afstand ............................. 54 Gebruiker wisselen ........................................................ 56 Bedrijfsuren ................................................................... 57 Talen .............................................................................. 58 Handboeken .................................................................. 59 6.6.4. Storing ................................................................................ 60 6.7.
Uitval van het touch panel ................................................... 61
6.8. Generator ................................................................................ 62 6.8.1. Besturingsmodule PowerWizard PW 1.1 en 2.1 ................ 62 6.8.2. Besturingsmodule PowerWizard PW 1.0 en 2.0 ................ 64 6.9.
Signaallamp ............................................................................ 66
6.10. Energie-uitval ......................................................................... 66
7. •
Noodgeval .................................................................... 67
Onderhoudshandleiding (apart handboek)
Vertaalde versie
8.
Onderhoud / Reiniging
9.
Storing, oorzaak, eliminering
10.
Demontage / Verwerking
Seite 5 von 68
Gebruiksaanwijzing en bedieningshandleiding 5. Transport, opstelling en inbedrijfstelling 5.1. Omvang van de levering
2 Bedrijfsaanwijzing
1
Technische documentatie
3
Afb. 5-1
Omvang van de levering
De omvang van de levering omvat:
1
Zeefinstallatie MULTISTAR L3
2
Gebruiksaanwijzing
3
Technische documentatie
AANWIJZING De gedetailleerde omvang van de levering kan worden afgeleid uit de opdrachtbevestiging.
Seite 6 von 68
Vertaalde versie
Gebruiksaanwijzing en bedieningshandleiding 5.2. Transport Installaties en machines van de fa. Komptech GmbH worden vóór de verzending zorgvuldig gecontroleerd, hoewel beschadigingen tijdens het transport niet kunnen worden uitgesloten.
5.2.1. Levering (ook bij vervangingsonderdelen) Controle bij ontvangst: • Controleer de volledigheid aan de hand van het afleveringsbewijs! Bij beschadigingen • Controleer de levering op beschadigingen (zichtcontrole)! Bij reclamaties Als de levering bij het transport beschadigd is: • •
Neem onmiddellijk contact op met de laatste expediteur! Bewaar de verpakking van de vervangingsonderdelen (wegens een eventuele controle door de expediteur of voor de retourzending).
Verpakking voor de retourzending van vervangingsonderdelen Gebruik indien mogelijk de originele verpakking en het originele verpakkingsmateriaal. Indien beide niet bewaard zijn: • • •
Doe beroep op een verpakkingsfirma met vakpersoneel. Zet het vervangingsonderdeel op een palet (dit moet ontworpen zijn voor het betreffende gewicht). Gelieve bij rijzende vragen over verpakking en transportbeveiliging overleg te plegen met de fa. Komptech GmbH.
5.2.2. Tussentijdse opslag De transportverpakking van de vervangingsonderdelen is bij levering ontworpen voor een opslagduur van 3 maanden. Opslagvoorwaarden Gesloten en droge ruimte met een ruimtetemperatuur van -10 tot +35 °C.
Vertaalde versie
Seite 7 von 68
Gebruiksaanwijzing en bedieningshandleiding 5.3. Transport naar de plaats van opstelling (door de klant) 5.3.1. Uitschakelprocedures vóór het transport
GEVAAR Vóór reinigings-, onderhouds- of reparatiewerkzaamheden (alleen door vakpersoneel) moet de volgende uitschakelprocedure absoluut worden aangehouden. 1. Installatie leegmaken. 2. Installatie stroomloos schakelen. - Hoofdschakelaar aan de schakelkast van de machine op "0" schakelen. - Beveilig de hoofdschakelaar met een hangslot tegen opnieuw inschakelen. 3. Generator stroomloos schakelen. Beveilig de generator tegen onbedoeld opnieuw inschakelen. 4. Accu-isolatieschakelaar uitschakelen. 5. Sluit de geopende elektrische kast. Als dit niet gebeurt, dan bestaan er gevaren voor lijf en leven van het personeel!
5.3.2. Transportbeveiligingen Vóór het transport moeten de volgende constructiedelen gearrêteerd worden:
Seite 8 von 68
1
Zorg ervoor dat de installatie werd leeggemaakt en er zich geen materiaalresten in het reservoir bevinden. (Belangrijk voor het transport van de zeefinstallatie met trekmachine.)
2
Optie: Zorg ervoor dat de laadwand van de bunker is ingeklapt.
3
Optie: Demonteer de materiaaltransportbuizen voor de storende stoffen van de wanmachine absoluut vóór het inklappen van de banden, aangezien de beluchtingsbuizen anders beschadigd kunnen raken. Zorg vóór het losmaken van de buisklemmen voor een stabiele fundering en veilige opstap. Berg de buizen en buisklemmen op.
4
Optie: Zorg ervoor dat de grofkorrelige uittrekband in transportstand werd gebracht.
Vertaalde versie
Gebruiksaanwijzing en bedieningshandleiding 5
Optie: Zorg ervoor dat de verlenging van de grove zeef incl. knikband in transportstand werd gebracht. Transportbeveiliging sluiten.
6
Transportbeveiliging van de middelfijnkorrelige uittrekband sluiten.
7
Transportbeveiliging van de fijnkorrelige uittrekband sluiten.
8
Optie: Leg de dubbele scharniergeleiders in de transportstand en borg deze.
9
Afsluitkranen aan de hydraulische cilinders van de steunvoeten openen.
10 Hydraulische steunen in transportstand brengen en de MULTISTAR L3 aankoppelen aan de trekmachine. 11 Hydraulische steunen compleet inschuiven en de afsluitkranen weer sluiten. 12 Hoofdschakelaar aan de schakelkast inschakelen. 13 Generator uitschakelen. 14 Accu-isolatieschakelaar uitschakelen. 15 Optie: schuif de uitschuifbare laagvloer-dissel in 16 Optie: Zorg ervoor dat de opsteekschoen voor trekogen voor het wielladertransport met een splitpen geborgd is. 17 Breng de binnenwerkse lijst aan. 18 Remblokspieën verwijderen en in transportstand brengen.
AANWIJZING Controleer nog eens vóór het begin van het transport op openbare wegen, of er geen constructiedelen uitsteken over de toegelaten afmetingen van het voertuig.
AANWIJZING In het aparte handboek "Technische gegevens" van deze gebruiksaanwijzing in hoofdstuk 3.2 "Uitrusting van de geleverde machine" zijn de uitrustingskenmerken van de installatie, dus ook de opties, opgesomd.
Vertaalde versie
Seite 9 von 68
Gebruiksaanwijzing en bedieningshandleiding 5.3.3. Transport met vrachtwagen
Afb. 5-2
Transport met vrachtwagen
Vóór elke rit moeten de volgende controles worden uitgevoerd: Drukluchtvat van de rem- en luchtveerinstallatie onder bedrijfsdruk zetten. Zichtcontroles: • Schoonheid van de installatie (evt. reinigen. Opgelet: gevaar door eraf vallende delen) • Bandenluchtdruk • Wielbevestiging • Werking van de licht- en reminstallatie • Bij horizontale stand van de slijtage-indicator van de remvoering aan de stangenschijf is een controle van de dikte van de remvoering vereist. • Draaischuifklep van de luchtvering in rijpositie (OPTIE) • Normale rijhoogte van de luchtveerbalgen, geen plooivorming van de luchtveerbalgen (OPTIE)
AANWIJZING Het transport mag alleen door vakpersoneel overeenkomstig de plaatselijke voorwaarden worden uitgevoerd. Het personeel moet zijn opgeleid voor het transport.
Seite 10 von 68
Vertaalde versie
Gebruiksaanwijzing en bedieningshandleiding
AANWIJZING De gedetailleerde beschrijving van het onderstel vindt u in de aparte documentatie van de fabrikant in het aanhangsel „Gebruiksaanwijzingen van de leveranciers“.
AANWIJZING Ter bescherming van het as- en remsysteem moet absoluut een trekafstemming van de reminstallatie tussen trekvoertuig en aanhanger / oplegger worden uitgevoerd. Als dit niet gebeurt, dan kunnen wij geen garantie aanvaarden voor optredende schade.
AANWIJZING Neem de nationale regels c.q. afmetingen voor de aanhangwagen in acht. Optioneel kan de totale lengte van de machine via uitschuifbare laagvloer-dissel voor het transport tot 10.600 mm worden ingekort (vgl. hfdst. 3.2).
AANWIJZING Als de installatie alleen is uitgerust met een onderstel voor binnenplaatsen, dan is hij niet toegelaten voor het wegverkeer!
AANWIJZING Neem de "Uitschakelprocedures vóór het transport" hfdst.: 5.3.1 en de "Transportbeveiligingen" hfdst.: 5.3.2 in acht.
AANWIJZING Na transport in de winter moet de machine gereinigd worden om agressieve media zoals strooizout enz. te verwijderen. De af fabriek voorhanden corrosiebescherming moet vernieuwd worden. Wij adviseren: Rustilo DWX 30, Castrol.
Vertaalde versie
Seite 11 von 68
Gebruiksaanwijzing en bedieningshandleiding 5.3.4. Transport met wiellader (optie)
2 Afb. 5-3
2
1
1
Opsteekschoen voor trekoog
Voor het transport met wiellader wordt de opsteekschoen (1) voor de bevestiging van kogeltappen met een bout (2) en splitpen aangebracht aan de trekdissel en geborgd.
AANWIJZING Het transport mag alleen door vakpersoneel overeenkomstig de plaatselijke voorwaarden worden uitgevoerd. Het personeel moet zijn opgeleid voor het transport.
AANWIJZING Neem de "Uitschakelprocedures vóór het transport" hfdst.: 5.3.1 en de "Transportbeveiligingen" hfdst.: 5.3.2 in acht.
Seite 12 von 68
Vertaalde versie
Gebruiksaanwijzing en bedieningshandleiding 5.3.5. Transport met kraan
Afb. 5-4
Transport met kraan
Afb. 5-5
Aanslagpunten (hefpunten)
AANWIJZING Het transport mag alleen door vakpersoneel overeenkomstig de plaatselijke voorwaarden worden uitgevoerd. Het personeel moet zijn opgeleid voor het transport.
AANWIJZING Neem de "Uitschakelprocedures vóór het transport" hfdst.: 5.3.1 en de "Transportbeveiligingen" hfdst.: 5.3.2 in acht.
Vertaalde versie
Seite 13 von 68
Gebruiksaanwijzing en bedieningshandleiding 5.4. Opstelling en inbedrijfstelling WAARSCHUWING De opstelling en montage moet worden uitgevoerd door vakper-soneel van Komptech GmbH of door vakpersoneel van de klant, dat adequaat opgeleid moet zijn voor deze werkzaamheden. •
Stel de installatie alleen op op een vlakke en stabiele ondergrond.
•
Stel de installatie op overeenkomstig het installatieschema en zorg ervoor dat het materiaal ongehinderd kan stromen. Er moet eveneens rekening worden gehouden met de benodigde plaats voor bediening, onderhouds- en reparatiewerkzaamheden.
Opstelling
1.1 1.
Machine parkeren en remblokspieën (1.1) eronder leggen. Binnenwerkse lijst (1.2) verwijderen.
2.2
1.2
Seite 14 von 68
Vertaalde versie
Gebruiksaanwijzing en bedieningshandleiding
2.3
2.1
2.
3.1
5.1
4.1
Accu-isolatieschakelaar (2.1) AAN. Neem de generator (2.2) in bedrijf. Hiervoor moet deze in de automatische modus (2.3) (voorbereiding voor start van op afstand aan de schakelkast) worden geschakeld.
AANWIJZING Een meer gedetailleerde beschrijving vindt u in dit handboek in hfdst.: 6.8 en in de documentatie van de fabrikant in het aanhangsel "Gebruiksaanwijzing van de leveranciers".
Vertaalde versie
3.
Generator aan de schakelkast van de machine starten door de sleutelschakelaar (3.1) naar rechts te draaien.
4.
Schakel de hoofdschakelaar (4.1) aan de schakelkast in.
5.
Reset-knop (5.1) indrukken om de regelspanning in te schakelen.
Seite 15 von 68
Gebruiksaanwijzing en bedieningshandleiding
6.1 6.2 7.1
rechts (aan bedieningskant)
links (tegenover bedieningskant)
6.
Alle afsluitkranen aan de steunvoeten openen en de hydraulische steunen (6.3) uitschuiven, tot de machine van de vrachtwagen kan worden afgekoppeld. Hiervoor worden de hoofdknop (6.1) en de betreffende hydraulische hefbomen (6.2) geactiveerd (bediening met twee handen).
7.
Na het afkoppelen de machine met behulp van de waterpas (7.1) en de hydraulische hefbomen (6.2) in horizontale positie brengen en de afsluitkranen weer sluiten. (Vóór het weer inschuiven kranen openen.)
6.3 8.
Seite 16 von 68
8.1 8.2
Maak de vergrendeling (8.2) aan beide kanten van de fijnkorrelige uittrekband (8.1) los.
Vertaalde versie
Gebruiksaanwijzing en bedieningshandleiding
9.2 9.
9.1
Schuif nu de fijnkorrelige uittrekband (8.1) uit. Hiervoor worden de betreffende hydraulische hefboom (9.1) en de hoofdknop (9.2) geactiveerd (bediening met twee handen).
10.1 10.
Bouten (10.1) uit de transportstand nemen en in de werkstand schuiven en arrêteren.
11.
Fijnkorrelige uittrekband (8.1) optillen, tot de gewenste werkhoogte bereikt is.
AANWIJZING De optimale helling van de uittrekbanden bedraagt 30°. Bij andere hellingen kunnen er ongewenste lekkages en problemen met de bandloop optreden.
Vertaalde versie
Seite 17 von 68
Gebruiksaanwijzing en bedieningshandleiding
12.1
12.
Klap na het losmaken van de transportbeveiliging (8.2) nu ook de middelfijnkorrelige uittrekband (12.1) uit zoals de fijnkorrelige uittrekband (8.1).
13.1 13.
Klap met de hand de materiaalleiplaten aan de fijnkorrelige en middelfijnkorrelige uittrekband (13.1) omhoog.
14.1
14.
Seite 18 von 68
14.2
14.3
OPTIE - Schuif nu de grofkorrelige uittrekband (14.1) uit. Hiervoor worden de betreffende hydraulische hefboom (14.3) en de hoofdknop (14.2) geactiveerd (bediening met twee handen).
Vertaalde versie
Gebruiksaanwijzing en bedieningshandleiding
15.1
15.3
15.4
15.2
15.
Optie - Transportbeveiliging van de verlenging van de grove zeef (15.1) ontgrendelen. Schuif de verlenging van de grove zeef incl. de klapbare verzamelband voor gemiddelde korrelgrootte (15.2) uit. Hiervoor worden de betreffende hydraulische hefboom (15.4) en de hoofdknop (15.3) geactiveerd (bediening met twee handen).
16.1
16.
16.2
16.3
Optie - Klap vervolgens de hydraulisch inklapbare laadwand van de bunker (16.1) uit. Hiervoor worden de betreffende hydraulische hefboom (16.3) en de hoofdknop (16.2) geactiveerd (bediening met twee handen).
GEVAAR Bij het uitklappen van de laadwand van de bunker bestaat gevaar door eraf vallende delen. Voordat de machine getransporteerd wordt, moet de stortwand absoluut weer zijn ingeschoven, aangezien anders de toegelaten transporthoogte van 4m overschreden is!
Vertaalde versie
Seite 19 von 68
Gebruiksaanwijzing en bedieningshandleiding 17.1
17.
17.2
Monteer nu de meegeleverde materiaaltransportbuizen voor de storende stoffen van de wanmachine aan de bijhorende luchtafvoermoffen (17.1/17.2).
WAARSCHUWING De materiaaltransportbuizen moeten uitmonden in een gesloten reservoir, aangezien er anders verwondingsgevaar bestaat door eruit slingerende delen. Neem bij het beklimmen van de ladders de regels van de algemene verordening ter bescherming van de werknemer in acht. Voor rangeerwerkzaamheden kan de zeefmachine MULTISTAR L3 al naargelang onderstel ook zonder vrachtwagen bewogen worden. Hiervoor moet de rem ontspannen worden door de zwarte knop (A) aan het bedieningsveld in te drukken. Na het rangeren moet de rem weer geactiveerd worden door de zwarte knop uit te trekken. Dit werkt alleen met voldoende lucht in de ketel.
A
AANWIJZING Een meer gedetailleerde beschrijving vindt u in de documentatie van de fabrikant in het aanhangsel "Gebruiksaanwijzing van de leveranciers". Als deze documentatie van de fabrikant niet beschikbaar is, gelieve deze dan op te vragen bij de fa. Komptech.
Seite 20 von 68
Vertaalde versie
Gebruiksaanwijzing en bedieningshandleiding 5.5. Omschakeling 3- / 2-fractie-zeving (optie)
Door uitvoering van de in wat volgt beschreven werkstappen kan tussen de 3- en de 2-fractie-zeving gewisseld worden.
5.5.1. Omschakelen op 2-fractie-zeving Als de installatie zich in de modus van de 2-fractie-zeving bevindt, dan bestaat de mogelijkheid om de machine in een paar minuten om te bouwen voor de 3-fractie-zeving. Het ombouwen van de MULTISTAR L3 moet gebeuren door vakpersoneel van de klant, dat adequaat voor deze werkzaamheden moet zijn opgeleid.
AANWIJZING De installatie moet zijn leeggemaakt. De regelspanning moet via de Reset-knop zijn ingeschakeld.
GEVAAR Zorg ervoor dat niemand de installatie start tijdens de ombouwwerkzaamheden!
Vertaalde versie
Seite 21 von 68
Gebruiksaanwijzing en bedieningshandleiding
1.1
1.
Verwijder de beschermplaat (1.1).
2.1
2.2
2.
Ontgrendel aan beide kanten de arrêtering (2.1) voor de scheidingsspie (2.2).
3.1
3.
Seite 22 von 68
Trek de scheidingsspie (3.1) uit de installatie en bewaar hem op een veilige plaats.
Vertaalde versie
Gebruiksaanwijzing en bedieningshandleiding
4.2 4.
4.1
Til de middelfijnkorrelige uittrekband op met de bijhorende hydraulische hefboom (4.1) en de hoofdknop (4.2), tot de verankeringskabel van deze band niet meer onder spanning staat (bediening met twee handen).
5.1 5.
5.2
Verwijder de verankeringskabel van de middelfijnkorrelige uittrekband door de borgclip (5.1) eruit te trekken en de grote onderlegschijf te demonteren. Hang de kabel in de daartoe voorziene ophanging (5.2) en breng de borgclip en de onderlegschijf weer aan aan de bout.
WAARSCHUWING Verwijder in geen geval de aanzetbout van het knikscharnier! Deze mag alleen worden weggenomen als de machine in transportstand moet worden gebracht.
Vertaalde versie
Seite 23 von 68
Gebruiksaanwijzing en bedieningshandleiding
6.1
6.2
6.
Laat de middelfijnkorrelige uitvoerband (6.1) met behulp van de bijhorende klep (4.1) en de hoofdknop (4.2) zakken zodat hij vrijwel horizontaal staat. Let er daarbij op dat de band (6.1) niet botst met de trekdissel (6.2)!
7.
Breng de beschermplaat (1.1) weer aan.
8.
Observeer de bandloop. Corrigeer hem, indien nodig, zoals beschreven in het handboek "Onderhoudshandleiding" in hoofdstuk 8.4.4.
9.1
9.
Zet de keuzeschakelaar (9.1) op de modus van de 2fractie-zeving [ I ] en start de installatie.
10.
Observeer de bandloop en corrigeer hem eventueel.
5.5.2. Omschakelen op 3-fractie-zeving Als de installatie zich in de modus van de 3-fractie-zeving bevindt, dan bestaat de mogelijkheid om de machine in een paar minuten om te bouwen voor de 2-fractie-zeving. Het ombouwen van de MULTISTAR L3 moet gebeuren door vakpersoneel van de klant, dat adequaat voor deze werkzaamheden moet zijn opgeleid.
Seite 24 von 68
Vertaalde versie
Gebruiksaanwijzing en bedieningshandleiding AANWIJZING De installatie moet zijn leeggemaakt. De regelspanning moet via de Reset-knop zijn ingeschakeld.
GEVAAR Zorg ervoor dat niemand de installatie start tijdens de ombouwwerkzaamheden!
1.1
1.
De middelfijnkorrelige uittrekband (1.1) bevindt zich in de horizontale positie.
2.2 2.
Vertaalde versie
2.1
Til de middelfijnkorrelige uittrekband met behulp van de bijhorende klep (2.1) en de hoofdknop (2.2) zo ver op, tot u de verankeringskabel kunt aanbrengen aan de middelfijnkorrelige uittrekband (bediening met twee handen).
Seite 25 von 68
Gebruiksaanwijzing en bedieningshandleiding
3.1 3.
3.2
Neem de verankeringskabel uit de ophanging (3.1) en bevestig hem met behulp van de onderlegschijf en de borgclip (3.2) aan de middelfijnkorrelige uittrekband.
WAARSCHUWING Verwijder in geen geval de aanzetbout van het knikscharnier! Deze mag alleen worden weggenomen als de machine in transportstand moet worden gebracht. 4.
Laat de band neer op de gewenste hoogte.
5.1
5.
Seite 26 von 68
Verwijder de beschermplaat (5.1).
Vertaalde versie
Gebruiksaanwijzing en bedieningshandleiding
6.1
6.2
6.1
6.
Schuif de scheidingsspie (6.1) in de machine, zodat hij vervolgens aan beide kanten met de arrêteringen (6.2) bevestigd kan worden.
7.
Breng de beschermplaat (5.1) weer aan.
8.1
Vertaalde versie
8.
Zet de keuzeschakelaar (8.1) op de modus van de 3fractie-zeving [ 0 ] en start de installatie.
9.
Observeer de bandloop en corrigeer hem eventueel.
Seite 27 von 68
Gebruiksaanwijzing en bedieningshandleiding 5.6. Instellingen aan de wanmachine (optie) Instelling aanzuigvermogen aan de wanmachine Het aanzuigvermogen van de wanmachine moet individueel worden aangepast aan het te zeven materiaal. De kwaliteit van de scheiding van lichte stoffen kan worden beïnvloed door middel van het verstelbare zuigkanaal.
Afb. 5-6
Wanmachine fijne zeef (middelfijne korreling)
Afb. 5-7
Wanmachine grove zeef (grove korreling)
Wanmachine aan de fijne zeef (middelfijne korreling) Hoe hoger de mechanische verstelinrichting, des te lager het aanzuigvermogen en omgekeerd. Wanmachine aan de grove zeef (grove korreling) Hoe korter de ketting, des te lager het aanzuigvermogen en omgekeerd. Frequentieomvormer (optie) Al naargelang uitrusting van de installatie kan de snelheid van de elektromotor en daarmee ook het vermogen van de wanmachine door middel van een frequentieomvormer aan de schakelkast geregeld worden. Hoe hoger het toerental, des te hoger het aanzuigvermogen en omgekeerd.
AANWIJZING Als het aanzuigvermogen te sterk is, dan worden naast de lichte stoffen ook organische delen afgezogen uit het materiaal. Dit kan leiden tot versterkte slijtage aan de wanmachine.
Seite 28 von 68
Vertaalde versie
Gebruiksaanwijzing en bedieningshandleiding Niet-gebruik van de wanmachine middelfijne korreling (optie) De wanmachine (1) voor het middelfijnkorrelige materiaal boven de fijne zeef kan optioneel bij niet-gebruik „omhooggeklapt“ worden. Daarvoor moet de fijnkorrelige uittrekband (2) in transportstand worden gebracht. Pas dan kan men de hefboomarm (3) in positie brengen en de fijnkorrelige uittrekband weer omhoogklappen.
A B
2
1
3
2
1
• Positie A → wanmachine in niet-gebruik (omhooggeklapt) • Positie B → wanmachine in gebruik (omlaaggeklapt)
AANWIJZING Demonteer de materiaaltransportbuizen voor de storende stoffen van de wanmachine absoluut vóór het inklappen van de uittrekbanden, aangezien de beluchtingsbuizen anders beschadigd kunnen raken.
VOORZICHTIG Zorg vóór het losmaken van de buisklemmen voor een stabiele fundering en veilige opstap.
Vertaalde versie
Seite 29 von 68
Gebruiksaanwijzing en bedieningshandleiding 6. Bediening WAARSCHUWING De machine mag alleen worden bediend door vakpersoneel, dat voor de bediening gekwalificeerd en geschoold is.
6.1. Bedieningselementen 6.1.1. Bedieningselementen aan de hydrauliek
A Afb. 6-1
B
2
1
3
Bedieningselementen hydrauliek
Standaard bevindt het hydraulische bedieningsveld (A) zich rechts naast de fijnkorrelige uittrekband. Al naargelang uitrusting van de installatie is er optioneel een tweede hydraulische bedieningsveld (B) links naast de generator. 1
NOODSTOP Bij activering wordt de machine meteen gestopt.
WAARSCHUWING De ingedrukte Noodstop-knop mag pas ontgrendeld worden als de oorzaak van de activering opgehelderd en geëlimineerd is. De machine moet dan opnieuw worden opgestart. De Noodstop-knop mag NIET als veiligheidsschakelaar gebruikt worden!
Seite 30 von 68
Vertaalde versie
Gebruiksaanwijzing en bedieningshandleiding 2
Hoofdknop In combinatie met de hoofdknop kunnen de hydraulische elementen gestuurd worden (bediening met twee handen).
3
Hydraulische hefboom (bedieningskant) Bij activering kunnen de uittrekbanden opgetild of neergelaten, de steunen van de machine uit- of ingeschoven en de laadwand van de bunker uit- of ingeklapt worden (bediening met twee handen).
Middelfijnkorrelige uittrekband
Fijnkorrelige uittrekband
Voetsteun rechts (aan bedieningskant)
Voetsteun links (tegenover bedieningskant)
Laadwand bunker (optie)
Grofkorrelige uittrekband (optie) of Verlenging grove zeef (optie)
Vertaalde versie
Seite 31 von 68
Gebruiksaanwijzing en bedieningshandleiding 6.1.2. Bedieningselementen aan de draadloze afstandsbediening (optie) Als de installatie is uitgerust met een draadloze afstandsbediening, dan worden standaard de volgende functies gestuurd:
1
2
3
4
Afb. 6-2
1
Bedieningselementen draadloze afstandsbediening (standaard)
STOP Bij activering wordt de machine gestopt.
AANWIJZING De afstandsbediening is alleen met een MACHINE-STOP uitgerust en derhalve geen veiligheidscomponent.
Seite 32 von 68
2
Bunker Start/Stop Bij activering wordt de bunker gestart resp. gestopt.
3
Bunker + Bij activering wordt het toerental van de bunker verhoogd.
4
Bunker Bij activering wordt het toerental van de bunker verlaagd.
Vertaalde versie
Gebruiksaanwijzing en bedieningshandleiding Optioneel kan de draadloze afstandsbediening op wens van de klant als volgt zijn uitgerust:
1
2
3
4
Afb. 6-3
1
Bedieningselementen draadloze afstandsbediening (optie)
STOP Bij activering wordt de machine gestopt.
AANWIJZING De afstandsbediening is alleen met een MACHINE-STOP uitgerust en derhalve geen veiligheidscomponent.
Vertaalde versie
2
Installatie starten Bij activering wordt de installatie gestart.
3
Installatie leegmaken Bij activering wordt de installatie leeggemaakt.
4
RESET Na succesvolle eliminering van storingen kan de besturing gereset worden.
Seite 33 von 68
Gebruiksaanwijzing en bedieningshandleiding 6.1.3. Bedieningselementen aan de schakelkast
3
5
6
7
2
4
1
Afb. 6-4
1
Bedieningselementen schakelkast
Hoofdschakelaar (met Noodstop-functie) Bij activering wordt de machine meteen uitgeschakeld.
GEVAAR Als de hoofdschakelaar wegens de uitvoering van onderhouds-, reinigings- of reparatiewerkzaamheden wordt uitgeschakeld, dan moet deze met een hangslot tegen onbevoegd opnieuw inschakelen beveiligd worden. 2
Generator Bij activering wordt de generator in- resp. uitgeschakeld.
Seite 34 von 68
Vertaalde versie
Gebruiksaanwijzing en bedieningshandleiding 3
Touchpanel Via het touchpanel kunnen verschillende parameters, zoals motortoerentallen enz., bekeken en gewijzigd worden. (Meer informatie in de volgende hoofdstukken.)
4
Keuzeschakelaar Hand- / Automatisch bedrijf Met deze keuzeschakelaar selecteert de bediener de gewenste bedrijfsmodus. Pos I: Automatisch bedrijf Pos II: Handbedrijf Pos 0: Installatie wordt leeggemaakt
5
Regelspanning Aan-knop / Centrale storing Reset Tijdens de inbedrijfstelling van de machine wordt bij activering van de Reset-knop de regelspanning ingeschakeld. Na succesvolle eliminering van storingen kan de besturing gereset worden.
6
Tankindicatie De vulstand van de dieseltank wordt aangegeven.
7
Keuzeschakelaar 3- of 2-fractie-zeving (optie) Bij activering kan de machine omschakelen naar de betreffende modus: Pos 0: 3-fractie-zeving Pos I: 2-fractie-zeving
Vertaalde versie
Seite 35 von 68
Gebruiksaanwijzing en bedieningshandleiding 6.2. Bedrijfsmodi Er wordt een onderscheid gemaakt tussen de bedrijfsmodi Automatisch bedrijf en Handbedrijf. Automatisch bedrijf Het automatisch bedrijf dient als normale bedrijfsmodus. Hierbij is gegarandeerd dat de installatie in de technologisch juiste volgorde gestart en leeggemaakt wordt. Bij uitval van een component (bijv. motorbeveiligingsschakelaar, toerentalbewaking, al naargelang de uitrusting van de installatie) wordt de installatie voor de betreffende component onmiddellijk stilgezet en daarachter weer in de technologisch juiste volgorde leeggemaakt. Daardoor wordt een veilig bedrijf van de installatie gegarandeerd. Handbedrijf Bij het handbedrijf kunnen afzonderlijke componenten onafhankelijk van elkaar in- resp. uitgeschakeld worden, om bijv. de werking ervan te controleren of om onderhouds- en reparatiewerkzaamheden uit te voeren. Het handbedrijf dient niet als normale bedrijfsmodus. De uitval van een afzonderlijke component leidt niet tot het uitschakelen van de installatie.
AANWIJZING In het handbedrijf wordt de installatie niet automatisch bewaakt!
Seite 36 von 68
Vertaalde versie
Gebruiksaanwijzing en bedieningshandleiding 6.2.1. In- en uitschakelen van de machine Opstellen en toerusten
AANWIJZING Een gedetailleerde beschrijving van de opstelling en inbedrijfstelling zie hoofdstuk 5.4. 1. Remblokspieën eronder leggen en binnenwerkse lijst verwijderen. 2. Accu-isolatieschakelaar inschakelen. 3. Generator in bedrijf nemen (zie ook aparte gebruiksaanwijzing van de leverancier). 4. Schakel de hoofdschakelaar en de regelspanning (via Reset-knop) aan het bedieningsveld van de schakelkast in. 5. Hydraulische steunen uitschuiven, tot de machine van de vrachtwagen kan worden afgekoppeld. 6. Machine afkoppelen van de vrachtwagen. 7. De installatie uitrichten door middel van de hydraulische steunvoeten. 8. Transportvergrendeling fijnkorrelige uittrekband ontgrendelen. 9. De fijnkorrelige uittrekband uitklappen en borgen met bouten, vervolgens optillen in werkstand. 10. De transportbeveiliging van de middelfijnkorrelige uittrekband losmaken. 11. De middelfijnkorrelige uittrekband uitklappen en borgen met bouten, vervolgens optillen in werkstand. 12. Materiaalleiplaten aan de fijnkorrelige en middelfijnkorrelige uittrekband omhoogklappen. 13. Evt. grofkorrelige uittrekband optillen in werkstand. 14. Evt. verlenging van de grove zeef optillen in werkstand. 15. Evt. materiaaltransportbuizen voor de storende stoffen van de wanmachine monteren. 16. Evt. laadwand van de bunker uitklappen.
GEVAAR Bij het uitklappen van de laadwand van de bunker bestaat gevaar door eraf vallende delen. 17. De veiligheidsinrichting controleren. Zijn alle veiligheidsinrichtingen ontgrendeld?
Vertaalde versie
Seite 37 von 68
Gebruiksaanwijzing en bedieningshandleiding Inschakelen 1. Accu-isolatieschakelaar inschakelen. 2. Generator via sleutelschakelaar aan het bedieningsveld inschakelen 3. Hoofdschakelaar inschakelen. 4. Regelspanning via Reset-knop aan het bedieningsveld inschakelen 5. Bedrijfsmodus Automatisch kiezen.
AANWIJZING Als in het handbedrijf moet worden bewogen, ga dan te werk zoals beschreven in hfdst. 6.5. 6. Installatie "START" aan het touchpanel activeren. 7. De afzonderlijke modules komen in de technologisch juiste volgorde als volgt op gang: •
Wanmachine (optioneel)
•
Grofkorrelige uittrekband (optioneel)
•
Middelfijnkorrelige uittrekband
•
Fijnkorrelige uittrekband
•
Fijnkorrelige dwarsband
•
Fijnkorrelige verzamelband
•
Fijn zeefdek
•
Middelfijnkorrelige verzamelband
•
Grof zeefdek
•
Doseerwals
•
Bunker
8. Installatie beladen met materiaal.
AANWIJZING Als er een wanmachine is geïnstalleerd, dan kan deze ook tijdens het automatische bedrijf manueel in- resp. uitgeschakeld worden.
Seite 38 von 68
Vertaalde versie
Gebruiksaanwijzing en bedieningshandleiding Uitschakelen 1.
Installatie stoppen resp. leegmaken.
2.
De afzonderlijke modules schakelen zich automatisch in de technologisch juiste volgorde als volgt uit:
3.
•
Bunker
•
Doseerwals
•
Grof zeefdek
•
Middelfijnkorrelige verzamelband
•
Fijn zeefdek
•
Fijnkorrelige verzamelband
•
Fijnkorrelige dwarsband
•
Fijnkorrelige uittrekband
•
Middelfijnkorrelige uittrekband
•
Grofkorrelige uittrekband (optioneel)
•
Wanmachine (optioneel)
Hoofdschakelaar uitschakelen.
4. Generator via sleutelschakelaar aan het bedieningsveld uitschakelen
5. Accu-isolatieschakelaar uitschakelen.
AANWIJZING Een nauwkeurige beschrijving van de generator vindt u in het aanhangsel van de gebruiksaanwijzingen van de leverancier.
Vertaalde versie
Seite 39 von 68
Gebruiksaanwijzing en bedieningshandleiding 6.2.2. Bedrijfsmodus kiezen
1
Afb. 6-5
Bedieningselementen schakelkast
Door activering van de keuzeschakelaar (1) voor de bedrijfsmodus kan gewisseld worden tussen handbedrijf en automatisch bedrijf.
Afb. 6-6
Geen bedrijfsmodus
Als er nog geen bedrijfsmodus werd gekozen, dan wordt dit aangegeven in het display.
AANWIJZING Al naargelang uitrusting van de machine variëren de beelden in het display.
Seite 40 von 68
Vertaalde versie
Gebruiksaanwijzing en bedieningshandleiding
Afb. 6-7
Beeld automatisch bedrijf
Tijdens het bedrijf worden de op dat moment lopende aggregaten in het automatisch bedrijf groen voorgesteld.
AANWIJZING Voor de precieze beschrijving van het automatisch bedrijf zie hoofdstuk 6.4.
Afb. 6-8
Beeld handmatig bedrijf
Tijdens het bedrijf worden de op dat moment lopende aggregaten in het handmatig bedrijf geel voorgesteld.
AANWIJZING Voor de precieze beschrijving van het handmatig bedrijf zie hoofdstuk 6.5.
Vertaalde versie
Seite 41 von 68
Gebruiksaanwijzing en bedieningshandleiding 6.3. Overzicht touchpanel 1
2
3
4
5
6
Afb. 6-9
Overzicht touchpanel
Indicaties in het bovenste deel: 1. Bedrijfsuren 2. Machinetype 3. Machinenummer 4. Datum en tijd Voorstelling van de installatie in het middelste deel: 5. Voorstelling van de installatie: De kleuren in de telkens voorgestelde aggregaten geven de toestand aan: grijs
Uit
groen actief in het automatisch bedrijf geel
actief in het handmatig bedrijf
rood
Storing
6. Toestand van de installatie: De kleur en de tekst in de toestandsindicatie stelt de huidige toestand van de installatie voor (vgl. hfdst. 6.4 en 6.5).
Seite 42 von 68
Vertaalde versie
Gebruiksaanwijzing en bedieningshandleiding
12 Afb. 6-10
7
8
9
10
11
13
Overzicht touchpanel
Knoppen in het onderste deel: 7. Startpagina 8. Toerentalinstelling (zie hfdst. 6.6.1) 9. Recepten (zie hfdst. 6.6.2) 10. Instellingen (zie hfdst. 6.6.3) 11. Foutmeldingen (zie hfdst. 6.6.4) 12. Installatie starten (zie hfdst. 6.4) 13. Installatie stoppen (zie hfdst. 6.4)
AANWIJZING De knoppen voor "Starten" (12) en "Stoppen" (13) verschijnen, zodra alle frequentieomvormers operationeel zijn.
Vertaalde versie
Seite 43 von 68
Gebruiksaanwijzing en bedieningshandleiding 6.4. Automatisch bedrijf 6.4.1. Overzicht van de aggregaten
AANWIJZING Al naargelang uitrusting van de machine varieert het beeld in het display. Basisuitrusting
4
Afb. 6-11
3
7
2
1
5
8
6
9
Overzicht basisuitrusting
Voorstelling bij basisuitrusting: 1. Schraapbodem in de bunker 2. Doseerwals in de bunker 3. Grove zeef 4. Middelfijnkorrelige verzamelband 5. Fijne zeef 6. Middelfijnkorrelige uittrekband 7. Fijnkorrelige verzamelband 8. Fijnkorrelige dwarsband 9. Fijnkorrelige uittrekband
Seite 44 von 68
Vertaalde versie
Gebruiksaanwijzing en bedieningshandleiding
Volledige uitrusting
10
Afb. 6-12
11
12
13
14
Overzicht volledige uitrusting
Aanvullende aggregaten bij volledige uitrusting: 10. Grofkorrelige uittrekband (optie) 11. Verlenging grove zeef (optie) 12. Windzifter grof (optie) 13. Windzifter fijn (optie) 14. Middelfijnkorrelige rolafscheidingsband (optie)
AANWIJZING De exacte uitrusting van deze machine kan uit het aparte handboek „Technische gegevens“ in hfdst.: 3.2. worden afgeleid.
Vertaalde versie
Seite 45 von 68
Gebruiksaanwijzing en bedieningshandleiding 6.4.2. Displayvoorstelling
Afb. 6-13
Startbeeld automatisch bedrijf - Installatie staat stil
Als via de sleutelschakelaar het automatisch bedrijf werd gekozen, dan verschijnt in het touchpanel het hierboven voorgestelde beeld. Als de installatie stilstaat, dan heeft het display voor de toestand van de installatie een grijze achtergrond en men leest de toestand: „Installatie staat stil“. Om de installatie te starten activeert men de START-knop aan de linker rand.
Afb. 6-14
Installatie loopt aan
Als de installatie gestart wordt, dan heeft het display voor de toestand van de installatie een lichtgele achtergrond en men leest de toestand: „Installatie loopt aan“. Groene vlakken (toestand van het betreffende aggregaat) en blauwe pijlen (materiaalstroom) stellen de huidige dynamiek in de machine voor. Seite 46 von 68
Vertaalde versie
Gebruiksaanwijzing en bedieningshandleiding
Afb. 6-15
Installatie loopt
Als de installatie loopt, dan heeft het display voor de toestand van de installatie een groene achtergrond en men leest de toestand: „Installatie loopt“. Hier wordt de complete dynamiek van de machine getoond. Om de installatie te stoppen activeert men de STOP-knop aan de rechter rand.
Afb. 6-16
Installatie stopt
Als de installatie gestopt wordt, dan heeft het display voor de toestand van de installatie een lichtgele achtergrond en men leest de toestand: „Installatie stopt“. De dynamiek van de machine neemt af en na elkaar verdwijnen de groene vlakken en blauwe pijlen.
Vertaalde versie
Seite 47 von 68
Gebruiksaanwijzing en bedieningshandleiding 6.4.3. Inschakelen van de windzifters (optie)
Afb. 6-17
Startbeeld automatisch bedrijf - Installatie staat stil
Optie: Als er een windzifter geïnstalleerd is, dan kan men deze via de bijhorende knop activeren of deactiveren.
groen
Windzifter is geactiveerd
grijs
Windzifter is gedeactiveerd
Bij het starten van de machine lopen dan de geactiveerde windzifters automatisch mee aan. In het bedrijf is bij ingeschakelde windzifter het symbool voor de ventilator groen ingekleurd.
Seite 48 von 68
groen
Windzifter is aan
grijs
Windzifter is uit
Vertaalde versie
Gebruiksaanwijzing en bedieningshandleiding 6.5. Handmatig bedrijf
Afb. 6-18
Startbeeld handmatig bedrijf
Als via de sleutelschakelaar het handmatig bedrijf werd gekozen, dan krijgt het display voor de toestand van de installatie een gele achtergrond en de "Hand-symbolen" verschijnen bij de betreffende aggregaten.
AANWIJZING Al naargelang uitrusting van de machine varieert het beeld in het display. Via de "Hand-symbolen" worden de bijhorende aggregaten inresp. uitgeschakeld. De huidige selectie krijgt een gele achtergrond. De bunker kan men door tipbedrijf via de knop "rev" kort achteruit laten lopen om eventuele blokkades los te werken.
AANWIJZING Het handmatig bedrijf dient niet als normale bedrijfsmodus, maar alleen voor onderhouds- en reparatiedoeleinden.
Vertaalde versie
Seite 49 von 68
Gebruiksaanwijzing en bedieningshandleiding 6.6. Menu 6.6.1. Toerentalverstelling
Afb. 6-19
Overzicht
Via de knoppen "Bunker", "Grove zeef", "Fijne zeef" of "Toerental" komt men bij de toerentalverstelling.
Afb. 6-20
Toerentalverstelling handmatig
Afb. 6-21
Toerentalverstelling automatisch
Hier worden de huidige toerentallen en motorstromen van alle aandrijvingen voorgesteld in een overzicht. 1. Om het toerental van een aggregaat te verstellen moet men dit eerst via de bijhorende knop activeren. 2. Als men tegelijkertijd de toerentallen van alle aandrijvingen van dit zeefdek wilt veranderen, dan kan dit via de functietoetsen aan de linkerkant: ++ ⇒ de toerentallen wordt met 5 % verhoogd + ⇒ de toerentallen wordt met 1 % verhoogd ⇒ de toerentallen wordt met 1 % verlaagd -- ⇒ de toerentallen wordt met 5 % verlaagd 3. Om het toerental van een afzonderlijke motor te verstellen activeert men het submenu van deze motor door de betreffende toerentalbalk aan te raken. Seite 50 von 68
Vertaalde versie
Gebruiksaanwijzing en bedieningshandleiding
Afb. 6-22
Toerentalverstelling van een motor
In het bovenste deel worden de huidige status, de motorstroom en het werkelijke toerental getoond. In de balk daaronder wordt het toerentalbereik grafisch voorgesteld. De verticale streep stelt de gewenste waarde voor. Verstellen kan men alleen binnen het grijze/middelste bereik van de balk. De blauwe vlakken buiten stellen de toerentalgrenzen voor. Deze worden onderaan getoond met getallen, die vanuit de fabriek vooringesteld zijn. Het toerental van deze aandrijving verstelt men ofwel via de "+" en "-" knoppen met 1% of via een cijferveld dat verschijnt in het display, na activering van de knop voor de gewenste waarde. Met de pijltoetsen aan de rechter rand bladert men naar de andere aandrijvingen van deze module. Om de toerentallen van de aandrijvingen van andere modules te veranderen moet men eerst weer via de knop "Toerental" terug naar het overzicht.
Afb. 6-23
Vertaalde versie
Cijferveld
Seite 51 von 68
Gebruiksaanwijzing en bedieningshandleiding 6.6.2. Recepten
Afb. 6-24
Overzicht
Om de installatie zo snel mogelijk aan te kunnen passen aan verschillende materiaalconfiguraties zonder telkens elke aandrijving afzonderlijk in te stellen, bestaat de mogelijkheid om te werken met recepten.
B
F Afb. 6-25
A
C
D
E
Recepten
Hier worden verschillende vooringestelde recepten opgesomd.
Seite 52 von 68
Vertaalde versie
Gebruiksaanwijzing en bedieningshandleiding Recept kiezen Als men uit deze lijst een recept wil kiezen, dan moet men: 1. het recept via de bijhorende knop (A) kiezen. Dit heeft dan een groene achtergrond. Rechts boven worden de gewenste toerentallen getoond (B), die voor het gekozen recept gearchiveerd zijn. 2. de knop "Recept activeren" (E) activeren. Nieuw recept opslaan Als men een nieuw recept wil opslaan, dan moet men: 1. het recept dat moet worden overgeschreven, via de bijhorende knop (A) kiezen. Dit heeft dan een groene achtergrond. Rechts boven worden de gewenste toerentallen getoond (B), die voor het gekozen recept gearchiveerd zijn. 2. het recept herbenoemen door op de betreffende receptnaam (F) te tippen en de nieuwe naam te geven via een toetsenveld dat verschijnt in het display. 3. de huidige werkelijke toerentallen uit de frequentieomvormers via de knop (C) overnemen. De nieuwe gewenste waarden worden rechts boven getoond. of de gewenste toerentallen direct bij de bijhorende indicatie (B) via het toetsenveld invoeren. 4. de knop "Recept opslaan" (D) activeren. 5. de knop "Recept activeren" (E) activeren.
Afb. 6-26
Vertaalde versie
Toetsenveld
Seite 53 von 68
Gebruiksaanwijzing en bedieningshandleiding 6.6.3. Instellingen
Afb. 6-27
Overzicht
Via de knop "Instellingen" komt men bij verdere submenu´s.
Tijden en onderhoud van op afstand
Afb. 6-28
Instellingen 1
Hier worden de tijden voor aanloopwaarschuwing, storingswaarschuwing en bunkeromkeertijd getoond. De tijd voor storingswaarschuwing kan via de bijhorende "+" en "-" knoppen verlengd of verkort worden. De tijd voor aanloopwaarschuwing en de bunkeromkeertijd zijn vanuit de fabriek vooringesteld en kunnen niet veranderd worden.
Seite 54 von 68
Vertaalde versie
Gebruiksaanwijzing en bedieningshandleiding Daarnaast wordt de ontvangststerkte van het onderhoud van op afstand getoond. Dit is pas mogelijk vanaf het eWON niveau "18" en wordt via de knevelschakelaar in de schakelkast vrijgeschakeld.
Afb. 6-29
Modem-schakelaar
Via de pijltoets aan de rechter rand bladert men naar de volgende menupagina.
Afb. 6-30
Instellingen 2
Hier worden de waarden voor inschakel- en uitschakelvertraging getoond. Deze zijn vanuit de fabriek vooringesteld. De waarden voor helderheid en contrast kunnen via de bijhorende "+" en "-" knoppen verhoogd of verlaagd worden. De tijd kan via de bijhorende knoppen worden ingesteld via een cijferveld dat verschijnt in het display. Via de pijltoets aan de rechter rand bladert men weer naar de vorige menupagina.
Vertaalde versie
Seite 55 von 68
Gebruiksaanwijzing en bedieningshandleiding Gebruiker wisselen De installatie wordt bediend via de standaard gebruiker. Als men de dagurenteller wil terugzetten, bijv. als de machine verhuurd wordt, dan moet men zich als "User 1" aanmelden.
Afb. 6-31
Overzicht
Daarvoor activeert men op de instellingspagina de knop "Gebruiker".
Afb. 6-32
Gebruiker wisselen
Hier voert men in het veld naast "User 1" het wachtwoord in via het cijferveld dat verschijnt in het display. Na beëindiging van de werkzaamheden van "User 1" moet deze weer afgemeld worden. De gebruikers "ALBG" en "Elektro" zijn alleen bedoeld voor het servicepersoneel.
Seite 56 von 68
Vertaalde versie
Gebruiksaanwijzing en bedieningshandleiding Bedrijfsuren
Afb. 6-33
Overzicht
Via de knop "Tijden" komt men bij de bedrijfsuren.
Afb. 6-34
Bedrijfsuren "Standaard "
Afb. 6-35
Bedrijfsuren "User 1"
Hier worden de totale bedrijfsuren en de dag-bedrijfsuren getoond. De dag-bedrijfsuren kan men alleen als "User 1" via de "Reset"knop terugzetten. Als "User 1" is aangemeld, dan wordt dit boven links getoond.
Vertaalde versie
Seite 57 von 68
Gebruiksaanwijzing en bedieningshandleiding Talen
Afb. 6-36
Overzicht
Via de knop "Talen" komt men bij het betreffende submenu.
Afb. 6-37
Talen
Hier schakelt men door een vlag aan te tippen om naar de bijhorende taal.
Seite 58 von 68
Vertaalde versie
Gebruiksaanwijzing en bedieningshandleiding Handboeken
Afb. 6-38
Overzicht
Door het Boek- of Onderhoud-symbool aan te tippen komt men bij de bijhorende beknopte handleidingen. Bij het Boek-symbool is een geïllustreerde korte uitleg voor het touchpanel gearchiveerd. Als men de knop met het Onderhoud-symbool aanraakt, dan kan men het onderhoudsschema bekijken.
AANWIJZING Opgelet: Het in het touchpanel gearchiveerde onderhoudsschema dient slechts als voorbeeld. Voor onderhoudsdoeleinden moet het machinespecifieke originele onderhoudsschema in de gebruiksaanwijzing, zie apart handboek, worden geraadpleegd. In bepaalde intervallen wordt in het display gewezen op de volgende onderhoudsinterval.
Vertaalde versie
Seite 59 von 68
Gebruiksaanwijzing en bedieningshandleiding 6.6.4. Storing Als de installatie op grond van een storing werd gestopt, dan wordt het gestoorde aggregaat in het overzicht rood gemarkeerd.
Afb. 6-39
Overzicht met stoormelding
Via de knop "Storing" komt men bij de stoormeldingen.
Afb. 6-40
Huidige storingen
Afb. 6-41
Opgeheven storingen
Als men de filters op „Storing“ en „K, Kq“ zet, dan worden alle momenteel actieve storingen opgesomd. Nadat deze fouten opgeheven en via de Reset-knop onder het touchpanel teruggezet werden, verdwijnen ze in het display. Als men de geschiedenis van alle reeds opgeheven fouten wil bekijken, dan zet men het rechter filter op „KG, KGQ, KGq“.
Seite 60 von 68
Vertaalde versie
Gebruiksaanwijzing en bedieningshandleiding 6.7. Uitval van het touch panel
1
2
Mocht het touch panel uitvallen, dan bestaat er nog de mogelijkheid om met de machine in noodbedrijf te werken. Hiervoor dient de bedrijfsmodi-sleutelschakelaar (1) op de schakelkast op het automatisch bedrijf te staan. Met de noodbedrijf-sleutelschakelaar (2) binnenin de schakelkast kan de machine dan weer worden gestart. Pos. I: De installatie loopt zonder wanmachine. Pos. II: De installatie loopt met wanmachine (optioneel) De MULTISTAR L3 werkt in het noodbedrijf met de toerentallen die het laatst werden opgeslagen. Deze toerentallen kunnen alleen door middel van het touchpanel worden gewijzigd.
AANWIJZING Als het touchpanel tijdens het bedrijf uitvalt, dan moet de installatie door middel van de bedrijfsmodi-sleutelschakelaar leeggemaakt worden (0-stand), voordat de machine uitgeschakeld wordt.
Vertaalde versie
Seite 61 von 68
Gebruiksaanwijzing en bedieningshandleiding 6.8. Generator 6.8.1. Besturingsmodule PowerWizard PW 1.1 en 2.1
Korte beschrijving 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16
Display AC-overzichtssleutel Motor-overzichtssleutel Hoofdmenu of Home-toets Alarmbevestigingstoets Voorval-terugzettoets Voorval-protocoltoets Auto-toets Stop-toets Uitvoeren-toets Escape-toets Naar boven-toets Naar rechts-toets OK of invoertoets Naar beneden-toets Naar links-toets
AANWIJZING Leid de generator- en motorgegevens af uit het aparte handboek „Technische gegevens“ uit hfdst.: 3.5. Een gedetailleerde beschrijving vindt u in de documentatie van de fabrikant in het aanhangsel „Gebruiksaanwijzingen van de leveranciers“.
Seite 62 von 68
Vertaalde versie
Gebruiksaanwijzing en bedieningshandleiding VOORZICHTIG De stroomgenerator mag vaststaande zeefinstallatie!
alleen
worden
ingezet
bij
Fout / Alarm – Terugstelproces
Als een van deze signaallampen knippert of brandt, dan is er sprake van een waarschuwing of een uitschakeling.
Voorval-terugzettoets indrukken.
STOP-toets indrukken.
Invoertoets indrukken om alle waarschuwingen en/of uitschakelingen te verwijderen. Om te annuleren ESCAPE-toets indrukken.
Vertaalde versie
Seite 63 von 68
Gebruiksaanwijzing en bedieningshandleiding 6.8.2. Besturingsmodule PowerWizard PW 1.0 en 2.0
Korte beschrijving 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11, 13, 15, 16 12 14
LCD-display Wisselstroom-overzichtstoets Motor-overzichtstoets Waarschuwings-signaallamp Uitschakel-signaallamp Alarmbevestigingstoets Lampencontroletoets START-toets AUTO-toets STOP-toets Displaynavigatietoetsen VERLATEN-toets INVOEREN-toets
AANWIJZING Leid de generator- en motorgegevens af uit het aparte handboek "Technische gegevens" uit hfdst.: 3.5. Een gedetailleerde beschrijving vindt u in de documentatie van de fabrikant in het aanhangsel "Gebruiksaanwijzingen van de leveranciers".
Seite 64 von 68
Vertaalde versie
Gebruiksaanwijzing en bedieningshandleiding VOORZICHTIG De stroomgenerator mag vaststaande zeefinstallatie!
alleen
worden
ingezet
bij
Fout / Alarm – Terugstelproces
Indien een van deze signaallampen knippert of ononderbroken brandt, dan wijst dit op een waarschuwing of uitschakeling.
STOP-toets indrukken! De gebruiksaanwijzing raadplegen om de fout te herkennen en op te heffen.
"Alarm ter kennis genomen"-toets indrukken en 3 seconden lang ingedrukt houden.
INVOEREN-toets indrukken om alle waarschuwingen resp. uitschakelingen te verwijderen (of) VERLATEN-toets indrukken om te annuleren.
Vertaalde versie
Seite 65 von 68
Gebruiksaanwijzing en bedieningshandleiding 6.9. Signaallamp
Afb. 6-42
Signaallamp
De signaallamp geeft, net zoals in het touchpanel, de toestand van de installatie aan. Rood:
- Storing - Waarschuwing (bijv. in-/uitklappen van de banden)
Oranje:
- Installatie start - Installatie stopt - Installatie loopt in het handmatig bedrijf
Groen:
6.10.
Installatie loopt in het automatisch bedrijf
Energie-uitval De installatie komt onmiddellijk tot stilstand. De installatie moet weer in bedrijf worden genomen (vgl. hfdst. 5.4: "Opstelling en inbedrijfstelling")
AANWIJZING Als de zeefinstallatie blijft stilstaan zonder dat hij van tevoren werd leeggemaakt (b.v. generatoruitval), dan moeten de zeefdekken absoluut vóór het herinschakelen van de installatie van materiaalresten bevrijd worden. Anders kunnen de grove zeefsterren door de ingeklemde materialen onherstelbaar beschadigd worden.
Seite 66 von 68
Vertaalde versie
Gebruiksaanwijzing en bedieningshandleiding 7. Noodgeval GEVAAR Druk in noodsituaties of bij dreigend gevaar voor mens of machine meteen •
de dichtstbijzijnde Noodstop-schakelaar in of
•
schakel de hoofdschakelaar uit
om de machine en zijn componenten meteen te stoppen.
Hoofdschakelaar
Grove korreling
Middelfijne korreling
Noodstop
Aanvoerkant bunker
Noodstop Noodstop
Fijne korreling Afb. 7-1
Noodstop-knoppen en hoofdschakelaar
De hoofdschakelaar bevindt zich in de elektrische schakelkast. Er bevindt zich een Noodstop-knop bij het hydraulisch aggregaat. Twee extra Noodstop-knoppen zijn links en rechts naast de middelfijnkorrelige uittrekband aangebracht. De Noodstop-knoppen of de hoofdschakelaar kunnen door ze naar rechts te draaien of uit te trekken ontgrendeld worden.
WAARSCHUWING De Noodstop-knop of de hoofdschakelaar mag pas ontgrendeld worden als de oorzaak van de activering opgehelderd en geëlimineerd is.
Vertaalde versie
Seite 67 von 68
Komptech GmbH Kühau 37 8130 Frohnleiten Austria [t] +43 3126 505 - 0 [f] +43 3126 505 - 505 [e]
[email protected]
Komptech Vertriebsges. D. mbH Zementstraße 112 59269 Beckum Germany [t] +49 2521 2990 - 30 [f] +49 2521 2990 - 310 [e]
[email protected]
Anlagenbau Günther GmbH Im Tiegel 7 36367 Wartenberg Germany [t] +49 6641 96 54 - 0 [f] +49 6641 96 54 - 112 [e]
[email protected]
www.komptech.com Alle rechten voorbehouden - Rev.6 - Druk: 01/2013 Originele versie: BA-L3-3BA_06_6662_de.docx