NIEUWSBRIEF jaargang 16, nr. 14 11 september 2015 In deze nieuwsbrief Volg ons op twitter: https://twitter.com/FullFinance Voor een overzicht van onze bijeenkomsten: http://www.fullfinance.nl/pe-agenda Algemeen Vrijdag 25 september: ‘Zeg wat je ziet’ Wat weet u van de droom van uw klant? Voor mkb-kantoren blijft persoonlijke relatie met de ondernemer belangrijk Top 30 Accountantskantoren Fiscaal Fiscaal overleg op 25 november in Lewedorp (Zeeland) Toch btw-vrijstelling voor alternatieve gezondheidskundige diensten? Agro-fiscaliteit: landbouwgronden Vraag voor 2016 geen VAR aan De informatiebeschikking (en sanctie: omkering van bewijslast) Dga wel of niet als werknemer verzekerd? Ict Rapport ‘Onderzoek pakketvergelijking software voor fiscale aangiftepraktijk’ Lonen en salarissen Kostprijsanalyse (van personeelskosten) Wet aanpak schijnconstructies: uitleg voor werkgevers Plannen voor wijziging financiering kinderopvangtoeslag Geen boete bij ontbreken tewerkstellingsvergunning Oost-Europeanen Fusie, overname & waardering Vraag en aanbod Toch btw-vrijstelling voor alternatieve gezondheidskundige diensten?
Met ingang van 1 januari 2013 geldt de medische btw-vrijstelling voor diensten op het vlak van de gezondheidskundige verzorging van de mens door beroepsbeoefenaren die onder de regels van de Wet BIG vallen. Recentelijk is op de website van de belastingdienst een bericht geplaatst waarin wordt aangegeven dat (para)medische beroepsbeoefenaren die niet onder de Wet BIG vallen, met ingang van 27 maart 2015 toch de medische btwvrijstelling kunnen toepassen voor zover zij kwalitatief soortgelijke gezondheidskundige diensten uitvoeren als beoefenaren die wel onder de Wet BIG vallen. Dit geldt bijvoorbeeld voor de chiropractor. De Nederlandse Chiropractoren Associatie is hierover ingelicht. De belastingdienst is nog in overleg met andere brancheverenigingen over de gevolgen van dit arrest. Zodra dit is afgerond, wordt de uitkomst daarvan gepubliceerd. Uiteraard zullen wij u nader berichten als hier meer bekend over is. Voor uw (para)medische klanten die niet onder de Wet BIG vallen maar wel gezondheidskundige diensten verrichten kan het zinvol zijn om ter behoud van rechten bezwaar te maken tegen de btw-aangifte/btw-afdracht met betrekking tot deze diensten. Wilt u meer hierover weten, neem dan contact op met onze btw-specialist mr. Katelijne ten Thije via tel. 055 355 99 79 of per e-mail:
[email protected]. Kostprijsanalyse (van personeelskosten) Wij horen van kantoren dat klanten met enige regelmaat naar de kostprijs van personeel: Wat kost een werknemer mij nu werkelijk? Welk tarief moet ik hanteren bij het uitlenen van medewerkers? Hoe verhouden de kosten van werknemers zich tot elkaar? Niet alleen de aanleiding en achtergrond zijn divers ook de wijze waarop de berekening van de kostprijs tot stand komt kent vele invalshoeken. In een kostprijsberekening spelen onderwerpen als declarabiliteit/productiviteit directe/indirecte kosten werkbare/niet werkbare uren verlof en verzuim overige niet salarisgerelateerde kosten een belangrijke rol bij het bepalen van de kostprijs per uur en het eventueel daaruit voortvloeiende externe tarief. Om te voorzien in deze behoefte zal een kostprijsanalyse deel uitmaken van de Rapportage Unit4 Personeel & Salaris. In deze rapportage zijn de stappen om te komen van een onzuivere kostprijs per uur naar een zuivere kostprijs per uur helder weergegeven. Hierbij wordt ook rekening gehouden met personeelskosten die niet vallen onder de loonkosten als huisvesting, verzekeringen, mobiliteit, kosten van indirect personeel etc. Op deze wijze wordt ook nog eens voorzien in de budgetteringsbehoefte en ligt een gedegen prognose binnen handbereik. Bestaande gebruikers van de rapportagemodule krijgen automatisch de beschikking over de kostprijsanalyse. Bent u gebruiker van Unit4 Salaris maar werkt u nog niet met onze rapportages, neem dan contact op met Arnout Brandt of ing. Gerard Haafkes (tel.: 055 355 9979) voor een
vrijblijvende demonstratie of gratis proefversie. Agro-fiscaliteit: landbouwgronden Voor de waardering van landbouwgronden op de fiscale balans mag geen gebruik worden gemaakt van het actuele WEVAB-waarderingsstelsel. In zijn arrest van 10 juli 2015 (ECLI:NL:HR:2015:1780) heeft de Hoge Raad geoordeeld dat dit waarderingsstelsel niet in overeenstemming is met goed-koopmansgebruik, omdat het actuele WEVAB-waarderingsstelsel strijdig kan zijn met de toepassing van landbouwvrijstelling. De landbouwvrijstelling is namelijk een netto-vrijstelling en gemaximaliseerd tot het bedrag van de gerealiseerde boekwinst bij vervreemding of onttrekking. Bij toepassing van het actuele WEVAB-waarderingsstelsel kunnen in een later jaar ontstane waardedalingen die niet onder de landbouwvrijstelling vallen en/of gemaakte verkoopkosten, niet meer worden gesaldeerd met de reeds in aanmerking genomen vrijgestelde waardeveranderingen. Hierdoor is het actuele WEVAB-waarderingsstelsel in strijd met het wettelijk voorschrift inzake de landbouwvrijstelling. Opmerkelijk is dat de redactie van de Vakstudie Nieuws (V-N 2015/34.15) zich bij de bespreking van dit arrest afvraagt of de gevolgen van dit arrest mogelijk verder reiken dan alleen het niet kunnen toepassen van het actuele WEVAB-waarderingsstelsel. De redactie vindt op het eerste gezicht dit arrest eveneens toepasbaar in het geval van een herwaardering op WEVAB bij het aangaan van een samenwerkingsverband (maatschap, vof of cv) dan wel het wijzigen van de gerechtigdheid binnen een bestaand samenwerkingsverband. Indien u naar aanleiding van dit arrest vragen hebt over andere mogelijkheden tot herwaardering van landbouwgronden, dan kunt u contact opnemen met onze agrofiscalisten mr. Dick Anholts of drs. Aart Klumpenaar RB. Geen boete bij ontbreken tewerkstellingsvergunning Oost-Europeanen Geregeld legt de Inspectie SZW hoge boetes op aan werkgevers van buitenlandse werknemers die werken zonder benodigde tewerkstellingsvergunning (hierna twv). Zo verging het ook een particulier die, via een aannemer, twee Roemeense schilders inschakelde voor het schilderen van zijn woning. De arbeidsinspectie legde een boete van € 9.000 op aan de werkgever (zijnde de eigenaar van de woning) wegens het ontbreken van een twv. Het werkgeversbegrip in de Wet arbeid Vreemdelingen is een zeer ruim begrip, zodat ook de particuliere opdrachtgever van de schilderswerkzaamheden hieronder valt. Na toetreding van Roemenië tot de EU was het vrij werknemersverkeer voor onderdanen uit dat land door Nederland gedurende 7 jaren uitgesteld. Op grond van deze overgangsmaatregel hadden Roemeense werknemers dus een twv nodig tot 1 januari 2014 (hetzelfde gold overigens voor Bulgaarse werknemers). Over de rechtmatigheid van de boete heeft de Rechtbank Zeeland-West Brabant onlangs een opmerkelijke uitspraak gedaan en baseerde zich daarbij op een uitspraak van de Raad van State uit december 2014. De Raad van State oordeelde destijds dat Japanners geen tewerkstellingsvergunning nodig hebben op basis van een handelsverdrag met Japan (dat dateert uit 1912!) waarin staat dat Japanse werknemers vrije toegang hebben tot de Nederlandse arbeidsmarkt (voorrangsregel).
De rechtbank oordeelde dat het EU-Toetredingsverdrag ook een dergelijke bepaling bevat en dat de Roemeense werknemers voorrang moeten krijgen boven werknemers uit een derde land (dat geen lid is van de EU). Nederland heeft ten onrechte niet voldaan aan die voorrangsregel voor de Roemeense werknemers. De rechtbank oordeelde dat er geen twv nodig was voor de Roemeense werknemers en vernietigde de boete. Deze uitspraak heeft mogelijk grote gevolgen. Immers voor Kroatische werknemers heeft Nederland ook gebruikgemaakt van het langer verplicht stellen van een twv (in ieder geval tot 1 juli 2018). Bovendien is het ontbreken van een twv vaak de oorzaak voor het toepassen van het anoniementarief door de belastingdienst. Krijgt u te maken met boetes of toepassing van het anoniementarief in verband met het ontbreken van een tewerkstellingsvergunning voor werknemers uit Oost-Europa, dan is het zeker de moeite waard om te onderzoeken of deze maatregelen kunnen worden bestreden. Overigens is wel beroep aangetekend tegen deze uitspraak en is bij de Raad van State ook nog een zaak in hoger beroep aanhangig. De strijd is dus nog niet gestreden. Voor meer informatie kunt u contact opnemen met mr. Mirjam van de Langerijt. Bron: RB Zeeland-West-Brabant 24-07-2015, ECLI:NL:RBZWB:2015:4991
Rapport ‘Onderzoek pakketvergelijking software voor fiscale aangiftepraktijk’ Wij helpen u met het maken van een keuze voor fiscale aangiftesoftware. Na het uitbrengen van het rapport ‘Onderzoek pakketvergelijking software voor fiscale aangiftepraktijk’ hebben we inmiddels een aantal adviesgesprekken gehad. Wat opvalt in deze adviesgesprekken is dat een keuze van nieuwe fiscale aangiftesoftware niet losgezien kan worden van andere ict-keuzes softwareontwikkelingen die gaande zijn andere ‘puzzelstukjes’ in het applicatielandschap. Het valt op dat ieder kantoor zo zijn eigen keuze maakt en niet allemaal bij dezelfde leverancier uitkomen. Het rapport is beschikbaar in digitale vorm. Hoe kunt u het rapport in uw bezit krijgen? Dat kan op twee manieren: 1. Door te bestellen d.m.v. een mailbericht naar
[email protected]. Het rapport kost € 135 (excl. btw). 2. Het rapport zal gratis worden verstrekt als de toezending gecombineerd wordt met een adviesgesprek met een van onze ict-consultants (tegen een uurtarief van € 175 excl. btw en reiskosten). Tijdens dit gesprek kan de vraag ‘Welke fiscale software moeten we nu selecteren?’ specifiek voor uw organisatie worden beantwoord. Daarbij zal vooral de fiscale software als onderdeel van uw totale applicatielandschap worden beoordeeld. Voor het maken van een afspraak kunt u contact opnemen met Arjan Gelderblom:
[email protected] of 055-3559979.
Fiscaal Overleg Lewedorp (Zeeland) op 25 november In deze sessie zal uitgebreid worden stilgestaan bij het Belastingplan 2016. Het Fiscaal Overleg is bedoeld voor accountants en fiscalisten die in de mkb-praktijk werkzaam zijn. De groepsomvang is klein om de interactiviteit hoog te houden. De deelnemers kunnen eigen casussen inbrengen en er is veel ruimte voor vragen en discussie. Het overleg wordt ingeleid door mr. Sandra Twigt RB. Het overleg op 25 november start om 13.00 uur; sluiting is om 18.00 uur (korte onderbreking van een halfuur). Pe: Wij verzorgen het Fiscaal Overleg als NBA-erkende pe-instelling. Het Fiscaal Overleg kwalificeert voor 5 pe-uren (AA en RA). RB: 4,5 pe fiscaal. Kosten voor deelname aan deze sessie: € 150 (excl. btw). Full•Finance-adviesabonnees ontvangen 20% korting; Novak-aangesloten kantoren ontvangen 10% korting. Inschrijven kan door een mail te sturen o.v.v. 'FO Lewedorp 25-11' naar:
[email protected] met de kantoorgegevens en naam (+ voorletters en titels) deelnemer(s). Wet aanpak schijnconstructies: uitleg voor werkgevers In onze nieuwsbrief van 5 juni jl. (nieuwsbrief nr. 10) hebben wij bericht over de Wet aanpak schijnconstructies (hierna WAS) die met ingang van 1 januari 2016 in werking treedt. Eind augustus is door de overheid een notitie gepubliceerd waarin de verplichtingen van de werkgever op grond van die wet nader worden uitgelegd. Anders dan aanvankelijk kon worden geïnterpreteerd blijkt hieruit dat toch niet in alle gevallen een specificatie van een onbestemde kostenvergoeding op de loonstrook hoeft te worden opgenomen. Dat hoeft alleen maar als de kostenvergoeding deel uitmaakt van het overeengekomen loon (dus niet als het naast het loon is overeengekomen). Op grond van de WAS mogen er geen inhoudingen op het loon plaatsvinden als door die inhouding minder dan (het netto equivalent van) het wettelijk minimumloon wordt betaald. Er geldt een uitzondering voor inhoudingen op grond van wettelijke bepalingen (zoals pensioenpremies). Voor meer informatie over de Wet aanpak schijnconstructies kunt u contact opnemen met mr. Mirjam van de Langerijt. Dga wel of niet als werknemer verzekerd? In onze vorige nieuwsbrief hebt u over de nieuwe Regeling aanwijzing dga 2016 kunnen lezen. De regeling bevat de aanpassingen naar aanleiding van het HR-arrest van 22 maart 2012 en de flex-bv. Deze aanpassingen zijn op een adequate wijze vormgegeven. Maar er resten nog wel vraagtekens over de zogenaamde ‘doorkijkregeling’. In de huidige Regeling (19 december 1997) staat in artikel 2, tweede lid: “Het eerste lid is
van overeenkomstige toepassing op de bestuurder die zeggenschap heeft in de algemene vergadering van de vennootschap door tussenkomst van een rechtspersoon.” Hof Den Bosch heeft beslist dat de doorkijkregeling zo moet worden uitgelegd dat de natuurlijke persoon ook zelf als natuurlijk persoon bestuurder moet zijn (Hof Den Bosch 20 juni 2013, nr. 12-00621, VN 2013/64.13). Dit strookt met een grammaticale interpretatie van artikel 2, tweede lid van de Regeling 1997 en ook met civiele jurisprudentie. De Hoge Raad heeft bepaald dat een bestuurder-rechtspersoon geen werknemer kan zijn. Werknemers in de zin van de wet kunnen slechts mensen zijn; mensen kunnen persoonlijk werkzaam zijn (HR 9 juli 1990, NJ 1991,215). Deze zienswijze sluit ook aan bij de wettekst uit de diverse sociale verzekeringswetten. Bijvoorbeeld in artikel 3 van de Ziektewet: “Werknemer is de natuurlijke persoon die de pensioengerechtigde leeftijd, bedoeld in , van de Algemene Ouderdomswet, nog niet heeft bereikt en die in privaatrechtelijke of in publiekrechtelijke dienstbetrekking staat”. Om vervolgens in artikel 6 de uitzondering voor de dga te regelen (als dienstbetrekking wordt niet beschouwd de arbeidsovereenkomst van - letter d - de directeur-grootaandeelhouder). En wie onder dga wordt verstaan wordt in een aparte Regeling opgenomen. Ziedaar, zo zijn we weer terug waar we begonnen …. En wat is er nu aan de hand met de doorkijkregeling in de Regeling aanwijzing dga 2016? Onder de definities wordt bij de term ‘bestuurder’ de volgende zinsnede toegevoegd: “ingeval de bestuurder een rechtspersoon is, de natuurlijke persoon, die de werkzaamheden voor de vennootschap als bestuurder feitelijk verricht”. Ofwel, door een holding-bv/management-bv wordt heengekeken en men volgt de natuurlijke persoon die namens deze bv de werkzaamheden als bestuurder verricht. Daarmee wordt miskend dat alleen een natuurlijk persoon werknemer kan zijn (en al of niet als werknemer kan zijn verzekerd) en bijvoorbeeld loon kan ontvangen voor de verrichte werkzaamheden. De doorkijkregeling is in de toelichting in voorbeeld 2 toegelicht. We nemen dit voorbeeld met u door. Meneer A is 100% aandeelhouder van bv Y die op haar beurt 100% van de aandelen in bv X houdt. Meneer A is bestuurder van bv Y, en bv Y is bestuurder van bv X, waarbij bv Y de feitelijke bestuurswerkzaamheden laat uitvoeren door de heer A. Volgens de toelichting (en conform de tekst van de nieuwe Regeling) is de heer A een dga en dus niet verzekerd als werknemer. In deze situatie zult u waarschijnlijk denken dat dit een logisch effect van een 100%-aandeelhoudersrelatie is en twijfelt u er niet aan dat de heer A niet verzekerd is. Maar klopt de redenering wel? Waar is er sprake van een dienstbetrekking? Natuurlijk alleen bij de eigen holding-bv Y. Tussen bv X en de heer A bestaat geen dienstbetrekking (vgl. artikel 3 ZW) en de heer A heeft jegens bv X geen verplichting tot het verrichten van persoonlijke arbeid en bv X betaalt geen loon aan A, maar een management- of beheersvergoeding aan bv Y. Kortom: onduidelijkheid troef als het gaat om de doorkijkregeling als een rechtspersoon als bestuurder is benoemd. Bij een ‘simpele’ concernstructuur met 100%-verhoudingen komt u er wel uit. Bij een ingewikkelde concernstructuur met meerdere deelnemers blijven de vragen rijzen. Voor de praktijk geen wenselijke situatie. Hebt u vragen over de Regeling aanwijzing dga, dan kunt u contact opnemen met mr. Mirjam van de Langerijt of mr. Sandra Twigt. Vrijdag 25 september: ‘Zeg wat je ziet’
Op vrijdag 25 september verzorgen we nog eenmaal de verplichte training 'Zeg wat je ziet' in Apeldoorn. De training is gericht op de samenstelpraktijk. De training start om 9.00 uur en eindigt rond 18.00 uur De kosten bedragen € 395 (excl. btw); Full•Finance-adviesabonnees ontvangen 20% korting. Na het volgen van de training hebt u aan de verplichting voldaan en ontvangt u een certificaat van deelname met cursuscode. Aanmelden Stuur een mail naar:
[email protected]. Vermeld daarin naast uw kantoorgegevens en de naam van de deelnemer(s), voorletters en titulatuur. De informatiebeschikking (en sanctie: omkering van bewijslast) In de Awr is geregeld dat een belastingplichtige voor zijn eigen belastingheffing een informatie- en een administratieplicht heeft. De inspecteur kan de belastingplichtige vragen om informatie of inzage verlangen in de administratie. Maar wat als de inspecteur te ‘enthousiast’ wordt en wat als de belastingplichtige tekortschiet? Op 1 juli 2011 is in de informatiebeschikking ingevoerd in artikel 52e van de Algemene wet inzake rijksbelastingen (Awr). Deze regeling is ingevoerd als onderdeel van de Wet rechtsbescherming belastingplichtigen bij controlehandelingen. Als de inspecteur gevraagde informatie niet, niet volledig of niet tijdig ontvangt, kan hij een informatiebeschikking afgeven. Tegen deze informatiebeschikking is – via een afzonderlijke rechtsingang - bezwaar en beroep mogelijk. Als de informatiebeschikking onherroepelijk komt vast te staan, dan volgt omkering van de bewijslast. In de artikelen 25, derde lid (bezwaar) en artikel 27e, eerste lid (beroep), staat dan dat de aanslag/beschikking c.q. de uitspraak wordt gehandhaafd, tenzij is gebleken dat en in hoeverre de aanslag/beschikking c.q. de uitspraak onjuist is. De belastingplichtige moet dat dan overtuigend aantonen, en dat is een lastige opdracht. Een belastingplichtige die wordt geconfronteerd met omkering van bewijslast heeft wellicht mogelijkheden hier onderuit te komen … De vorm en inhoud van de informatiebeschikking In de informatiebeschikking moet de inspecteur aangeven welke informatie hij wenst en waarom die informatie relevant is. Voorts moet worden aangegeven wat de gevolgen zijn van het niet nakomen van die verplichtingen. Tot slot moet worden gemeld dat de belastingplichtige de mogelijkheid heeft van bezwaar (en beroep) tegen de informatiebeschikking. Een onjuiste of onvolledige inhoud van een informatiebeschikking leidt niet tot omkering van de bewijslast (en zadelt de inspecteur dan met een ‘normale’ (lees: zwaardere) stel- en bewijsplicht op). Tijdstip Een informatiebeschikking moet tijdig worden genomen. Als de inspecteur een aanslag of beschikking oplegt voordat de daarop betrekking hebbende informatiebeschikking (onherroepelijk) vaststaat, vervalt de informatiebeschikking en daarmee ook de mogelijkheid tot omkering van de bewijslast. De informatiebeschikking is mogelijk met betrekking tot een op te leggen aanslag, navorderingsaanslag of naheffingsaanslag of een te nemen beschikking, aldus artikel 52a Awr. Onduidelijk is of de inspecteur ook in de bezwaarfase vragen kan stellen en een
informatiebeschikking kan nemen. Jurisprudentie geeft aan dat dit kan (ECLI:NL:GHAMS:2014:1171, waartegen cassatie is ingesteld) en ECLI:NL:GHARL: 2015: 2568 en ECLI:NL:GHSHE:2014:4697 (eveneens cassatie ingesteld). Rechtbanken zijn behoudend in de gevallen waarin de inspecteur al vragen in de aanslagregelende fase heeft gesteld en in de bezwaarfase een tweede vragenronde (en dito informatiebeschikking) volgt. Ook in de beroepsfase is een informatiebeschikking mogelijk. Volgens de wetsgeschiedenis is het niet de bedoeling dat een belastingplichtige pas in de beroepsfase wordt geconfronteerd met omkering van de bewijslast (ECLI:NL:GHARL: 2014:10021) en trekt het hof een parallel met het arrest van de Hoge Raad van 10 februari 1988 (het staat een inspecteur niet vrij in de beroepsprocedure nadere gegevens van de belastingplichtige te verlangen die hij ten behoeve van zijn bewijsvoering meent nodig te hebben). Voorafgaand aan de introductie van de informatiebeschikking van artikel 52, werd omkering van de bewijslast in artikel 27e van de Awr geregeld. “Indien (..) niet volledig is voldaan aan de verplichtingen ingevolge artikel 41, 47, 47a, 49 en 52 (..) verklaart de rechtbank het beroep ongegrond, tenzij is gebleken dat en in hoeverre de uitspraak op het bezwaar onjuist is”. Een vergelijkbare regeling voor de uitspraak op bezwaar stond in artikel 25, derde lid, letter b, Awr. Ontbreken overgangsrecht en onmiddellijke werking Hoe verhoudt de oude regeling zich ten opzichte van de nieuwe regeling? De Wet rechtsbescherming belastingplichtigen bij controlehandelingen bevat geen overgangsrecht en dat brengt met zich mee dat de gewijzigde regeling onmiddellijke werking heeft. Hoe werkt dit dan uit als over jaren onder de oude wetgeving aanslagen zijn opgelegd en de uitspraak op bezwaar is gedaan na 1 juli 2011? Rechtbank Zeeland-West-Brabant (ECLI:NL:RBZWB:2015:5042, 18 juni 2015) oordeelt dat voor omkering van de bewijslast (alsnog) vereist is dat er een onherroepelijke informatiebeschikking aanwezig is. Een belastingplichtige met een vermeende bankrekening bij KB Lux kwam zo onder de omkering van de bewijslast uit omdat de inspecteur geen informatiebeschikking had genomen. Aan de hand van de gewone regels van stelplicht en bewijslast is de inspecteur niet geslaagd de hoogte van de correcties te onderbouwen en heeft hij de juistheid daarvan niet aannemelijk gemaakt. De rechtbank haalt een streep door de correcties en vernietigt de navorderingsaanslagen en vergrijpboeten. Let op: De advocaat-generaal (ag) heeft in een tweetal zaken (AG ECLI:NL:PHR:2015:192 en 194 d.d. 2 maart 2015) die lopen voor de Hoge Raad geoordeeld over het ontbrekende overgangsrecht en de onmiddellijke werking. Volgens de ag is bepalend de wetgeving op de datum waarop het bezwaar aanhangig is (c.q. de aanslag is opgelegd). Een bezwaarschrift dat al loopt op 1 juli 2011 (of aanslagen met dagtekening < 1 juli 2011) vallen volgens de ag onder de oude wetgeving. Het ontbreken van de informatiebeschikking zou een belastingplichtige dan niet helpen …. Overigens heeft de Hoge Raad (onder de oude wetgeving) geoordeeld dat schending van de informatieverplichting niet tot omkering en verzwaring van de bewijslast leidt als een belastingplichtige niet over de gevraagde gegevens beschikte of kon beschikken. Een echtgenote van een overleden belastingplichtige met een vermeende KB Lux-rekening geeft aan dat zij niet op de hoogte was van het bestaan en de eventuele afwikkeling daarvan. De uitspraak van Hof Den Haag is onvoldoende gemotiveerd en de zaak wordt verwezen naar Hof Amsterdam (ECLI:NL:HR:2015:2168). Plannen voor wijziging financiering kinderopvangtoeslag
Het Kabinet heeft plannen om de financiering van de kinderopvangtoeslag te wijzigen. De belangrijkste wijziging zal zijn dat de Dienst Uitvoering Onderwijs (hierna DUO) de nieuwe financiering zal uitvoeren. De ouders betalen de ouderbijdrage aan DUO, die dit aanvult met de overheidsbijdrage (de huidige kinderopvangtoeslag) en vervolgens de factuur aan de kinderopvangorganisatie zal betalen. Door middel van deze nieuwe wijze van financiering wil het Kabinet de in het huidige systeem veel voorkomende gevallen van verrekeningen verminderen, maar uiteraard speelt ook het geconstateerde misbruik een grote rol bij het besluit tot invoering van dit nieuwe stelsel. De ouderbijdrage in het jaar-t (stel 2018) zal worden gebaseerd op het inkomen van het jaar t-2 (in het voorbeeld 2016). Er komt een vangnetregeling voor ouders, die in die twee jaren te maken hebben gekregen met een forse inkomensachteruitgang, waardoor het peiljaar kan worden verlegd. In het nieuwe systeem zal een groot deel van het debiteurenbeheer van de kinderopvangorganisatie worden overgenomen door DUO. Daar staat tegenover dat de administratieve lastendruk van de kinderopvanginstelling waarschijnlijk zal toenemen. Het beoogd invoeringsmoment voor de directe financiering is 1 januari 2018. Binnenkort zal een wetsvoorstel worden ingediend waarin de plannen worden uitgewerkt. Nadere informatie over de nieuwe plannen is te lezen op factsheet voor kinderopvangorganisaties en ouders.
Top 30 Accountantskantoren Accountantskantoren hebben de wind nog niet in de rug. Bij elkaar opgeteld noteren ook de top 30-kantoren voor het zesde jaar op rij een krimp in omzet en ondanks een stijgende vraag naar personeel, ook een krimp in fte’s. De omzet per fte neemt echter wel vrijwel overal toe. Dit blijkt uit de zevende top 30 van Accountantskantoren, opgesteld door drs. Arjen Schutte RAB en drs. Marcel Maassen van Full•Finance. De top 30 wordt vandaag door Accountancy Vanmorgen gepubliceerd: http://www.accountancyvanmorgen.nl/Nieuws/Detail/top30-accountantskantoren-ey-opnieuw-de-grootste-crowe-horwath-foederer-sterkste-groeier
Voor mkb-kantoren blijft persoonlijke relatie met de ondernemer belangrijk Veel accountantskantoren denken na over hun positionering en het inrichten van hun organisatie. Een belangrijke reden hiervoor is de voortgaande ‘technovisering’ van de werkzaamheden. Toch is het belangrijk dat accountantskantoren niet de technologie maar de persoonlijke relatie met de ondernemer centraal blijven stellen. Althans dat betoogt Jan Wietsma AA in een artikel dat hij voor AccountancyVanmorgen over dit onderwerp schreef. U kunt het artikel hier lezen: http://ow.ly/S4ui3. Vraag voor 2016 geen VAR aan Op de website van de belastingdienst is het volgende bericht geplaatst: “Vanaf 1 januari 2016 verdwijnt de Verklaring Arbeidsrelatie (VAR). De Tweede Kamer heeft een wetsvoorstel hiervoor goedgekeurd. De Eerste Kamer behandelt dit voorstel na het zomerreces. Normaal gesproken kunt u ieder jaar vanaf september een VAR aanvragen voor het volgende jaar, maar dit jaar hoeft dat niet. Doet u toch een VAR-aanvraag voor 2016, dan
behandelen wij deze - in afwachting van de besluitvorming in de Eerste Kamer - niet. Een VAR voor 2015 kunt u nog wel aanvragen.” Wat weet u van de droom van uw klant? Er zijn accountantskantoren die beweren dat hun enige bestaansvoorwaarde is dat zij weten waar hun klant van droomt en dat ze weten waar hij 's nachts wakker van ligt. De achterliggende gedachte is dat, wanneer ze hun klant helpen hun dromen te realiseren en zijn zorgen wegnemen, er altijd een solide vertrouwensrelatie is waarin waarde wordt toegevoegd. Nu leert de praktijk dat de meeste accountantskantoren vooral insteken op het ontzorgen van de ondernemer. Dat houdt in dat de focus vooral ligt op zaken die met de administratie te maken hebben zoals het verzorgen van aangiften en het samenstellen van jaarrekeningen. Als het gaat om de dromen van de ondernemer, dan is daar meestal veel minder aandacht voor. Een gemiste kans. Want het blijkt dat ondernemers die worden ondersteund bij het realiseren van hun dromen, het financieel veel beter doen dan ondernemers die daar minder mee bezig zijn. Meer aandacht voor de droom van de ondernemer is ook voor de accountant aantrekkelijk omdat dit voor de ondernemer en hemzelf van veel grotere toegevoegde waarde is. Dat is plezierig in een tijdperk waarin de werkzaamheden die met ontzorgen te maken hebben in toenemende mate worden geautomatiseerd. Tegelijkertijd vinden veel accountants het best nog wel spannend om het met de ondernemer te hebben over zijn dromen. Maar als ze er serieus mee aan de slag gaan, dan merken ze ook dat het een hoop werkplezier oplevert. Tijdens de meerdaagse in november zal Jan Wietsma in de cursus ‘Ondernemersadvisering en coaching’ op zakelijke wijze ingaan op de vraag en het antwoord hoe u de droom van uw klant in kaart brengt en hem als accountant daarbij kunt ondersteunen. Aanmelden voor de meerdaagse? http://www.fullfinance.nl/pec-events/meerdaagse-november . Wilt u deze cursus inhouse laten verzorgen? Neem dan contact op met drs. Marcel Maassen 055 - 355 9979 of
[email protected]. Vraag en aanbod 222. MBI-kandidaat regio Raalte - Deventer - Zutphen Een accountant (vijftiger) is op zoek naar een vennotenpositie bij een accountantskantoor in de regio Raalte - Deventer - Zutphen. De betreffende accountant is een AA met veel ervaring, opgedaan bij een groot regionaal accountantskantoor in het oosten van het land. Trefwoorden zijn: klantenman, energiek en ambitieus. Deze kandidaat heeft de ambitie om toe te treden of om een kantoor in zijn geheel over te nemen. Bij een gehele overname bedraagt de jaaromzet circa € 400.000 tot € 500.000; bij een gedeeltelijke overname (toetreding) circa € 400.000 tot € 500.000 per vennoot. Wij krijgen regelmatig verzoeken van relaties die op zoek zijn naar uitbreiding van hun kantoor. Indien u op zoek bent naar een opvolger/koper of fusiepartner kunt u vrijblijvend contact met ons opnemen. Onze zoekprofielen kunt u vinden op onze website en bij AccountancyVanmorgen. Alleen de nieuwste profielen vermelden we nog in de nieuwsbrief. Voor meer informatie: http://www.fullfinance.nl/vraag-aanbod http://www.accountancyvanmorgen.nl/vraagaanbod
Voor meer informatie kunt u contact opnemen met: Arjen Schutte:
[email protected]. Reacties worden uiteraard vertrouwelijk behandeld. Ook voor actieve zoekopdrachten kunt u bij Full•Finance terecht. Colofon Deze nieuwsbrief is bestemd voor klanten van Full•Finance en wordt op verzoek ook aan derden gezonden. Hebt u vragen over deze nieuwsbrief of wilt u reageren, neem dan contact met ons op: tel. 055 – 355 99 79 of e-mail:
[email protected] Full•Finance Boogschutterstraat 1-b 7324 AE APELDOORN Postbus 2107 7302 EM APELDOORN Tel.: 055 - 355 99 79 KvK (Consultants): 08083032 AFM (Pensioenfiscalisten): 12040783
Redactie: Minie Beugel
[email protected] Aan- en afmelden:
[email protected]
Hoewel de uiterste zorg is nagestreefd ten aanzien van de inhoud van deze nieuwsbrief, kan niet volledig worden ingestaan voor eventuele fouten en onvolledigheden. Full•Finance aanvaardt daarvoor geen aansprakelijkheid. Niets uit deze nieuwsbrief mag worden gereproduceerd op welke manier dan ook zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van Full•Finance.
© 2015 Copyright FullFinance – Apeldoorn