“Oorlogsdagboek”, Hans la Bastide Versie 6, 1-2-2005
“Het Laatste Licht”. Hans la Bastide heeft een roman geschreven, waarin hij zijn verleden heeft verwerkt. Het boek is, na zijn overlijden, niet uitgegeven. Een oude ordner met 276 bladen, geprint met een ouderwetse matrixprinter op kettingformulieren met erg-vierkante letters (pica-sized). De tekst is verwerkt met een van de eerste “tekstverwerkers op computers”, nl RUNOFF. Het heeft een inhoudsopgave en pagina nummers. Hij heeft verschillende titels voor het boek en voorin zit, los en nog op de originele kettingformulieren, dus niet losgescheurd, verschillende Voorwoord-en, elk geschikt voor een andere titel. “God heeft vele gezichten” “Tengku Bahadur Kanjar wist dat God vele gezichten heeft en had daar vrede mee. Bahrum Shah kende maar een gezicht van God en kon daar niet mee leven. Li kende geen enkel gezicht van God. Husseini kende geen enkel gezicht van God. Kira had groter problemen dan alleen maar God en het aantal van zijn gezichten. Achmed wenste dat hij God, met of zonder gezichten, kon doodschieten”. “De worsteling”
“Een oude man die zit te rommelenm in de donkere hoeken van zijn verleden als iemand die de vergeten hoeken van een stoffige zolder doorzoekt”.
“Het laatste licht”
“In de tropen, althans in die streken waar er nog – enigszins – sprake is van oorspronkelijke natuur, is er een ogenblik dat mooier is dan alle andere tijsdtippen van het afgelopen etmaal. Elke dag is het anders. Elke dag is het onvergetelijk”.
De laatste titel leek het minst shockerend en uiteindelijk koos hij hiervoor. In elk Voorwoord komt het volgende voor: De nu volgende geschiedenis is niet gebeurd zoals zij is beschreven. Echter. Verbeeld U zich: Een oude man die zit te rommelen in de donkere hoeken van zijn verleden als iemand die de vergeten hoeken van een stoffige zolder doorzoekt. Hij zoekt naar iets dat hij lang geleden heeft weggesloten. 98 van 144
PDF Creator - PDF4Free v2.0
http://www.pdf4free.com
“Oorlogsdagboek”, Hans la Bastide Versie 6, 1-2-2005
Maar hij is de sleutel kwijt. Niettemin, door de kieren van voor altijd gesloten deuren rollen een paar dingen. Sommige daarvan liefelijk en mooi: andere onvoorstelbaar verschrikkelijk. Omdat hij het verborgene niet kan vinden, begint hij, met betraande ogen, deze enkele dingen te verzamelen om ze zo goed mogelijk weer aan elkaar te passen. Het is mogelijk dat hij door zijn tranen niet duidelijk meer kan zien; of misschien dwaalt zijn geest voortdurend af omdat hij zich niet meer kan concentreren. Hoe het ook zij, hij past herinneringen aan elkaar zonder rekening te houden met historische volgorde. Hij verplaatst gebeurtenissen, die plaats vonden over een periode van vijftien jaar in de tijd en comprimeert ze in een enkele maand. Hij verandert de namen van plaatsen en mensen. Hij reconstrueert hele gesprekken. Op deze manier rijgt de oude man een ketting, als een kralen halssnoer. “Het laatste licht” zou een stuk van dit vreemde halssnoer kunnen zijn. De bedoeling van de oude man zou geweest kunnen zijn om een meer compleet, een fraai halssnoer te maken als eerbetoon aan een prachtig volk: de kustmaleiers van noord-oost Sumatra, Indonesie, waartussen hij het voorrecht had zo vele jaren te leven en te werken. Echter, als dit werkelijk zijn bedoeling is geweest, dan is hij daar jammer genoeg niet in geslaagd. Maar, (zoals ik al zei) het is allemaal verbeelding. Nederland, 1984 Voorts:
Als er een God is, dan is hem dank verschuldigd dat tenminste de helft van de mensheid uit vrouwen bestaat. Daarom draag ik dit boek op aan mijn twee dochters. 82
Het boek speelt zich af in de omgeving van de stad Tanjung Balai , aan de Oostkust van Sumatra, afdeling Asahan. De stad ligt aan de rand van een groot natuurgebied, een van de laatste toevluchtsoorden van een aantal zeldzame diersoorten. Dit is het gebied waar Hans voor de RCMA in de rubber gewerkt heeft. De hoofdpersoon is een Indonesische politie XXVII inspecteur, Bahrum Shah genaamd, die in 1962 (het jaar van de tijger) met een mensenetende tijger te maken krijgt. De jacht speelt gedurende de Ramadan, de inspecteur is een gelovig moslem. Dat hij door streng vasten overdag niet altijd optimaal kan opereren, moge duidelijk zijn. De man wordt allom geacht en gewaardeerd, zijn eigen mannen bewaken hem stilletjes op afstand. Zo nu en dan zoekt hij zijn toevlucht in “het Theehuis met voorkomende Gastvrouwen”, waar de hoeren respect voor hem hebben. Zijn vrouw is twee jaar ervoor overleden aan multiple sclerose en hij kan haar niet vergeten. Bahrum Shah heeft een opvallend haardos, er lopen twee witte strepen haar aan de zijkanten.
82
De stad ligt plm 150 km ten zuid-oosten van Medan. 99 van 144
PDF Creator - PDF4Free v2.0
http://www.pdf4free.com
“Oorlogsdagboek”, Hans la Bastide Versie 6, 1-2-2005
Het boek staat vaak stil bij de vele bevolkingsgroepen uit de streek. Er zijn maleiers, acehers, batakkers, sudanezen, javanen, molukkers, minankabauers, chinezen, enz. De vaak ingewikkelde verstandhoudingen worden uitgebreid uitgelegd. Om een mensen etende tijger te vangen is het het beste om een eenmaal aangevreten lichaam als lokaas te gebruiken. De tijger zal zeker terug komen. Maar dat is een afgrijselijk idee en de Islam laat dat niet toe. De inspecteur verdedigt dit standpunt tot het uiterste. Dat er meer slachtoffers vallen dan misschien nodig, is de wil van God. Vindt hij. Denkt hij. Hij kan niet anders. Bahrum Shah is naast politie inspecteur ook een pawang, een spoorzoeker, een professionele woudloper (zijn moeder kwam van Aceh). Een pawang is echter veel meer dan alleen maar een spoorzoeker, hij heeft magische krachten en is in staat “om de evenwichtige harmonie in het universum te herstellen na het optreden van een drastische storing in dit evenwicht”. De schoonvader van Bahrum Shah speelt een belangrijke rol op de achtergrond. Hij heet Tengku Bahadur Kanjar (Tengku geeft aan dat hij van Maleise adel is). De man was een belangrijk generaal in de vrijheidsoorlog en wordt alom gerespecteerd. Hij is redelijk modern, maar houdt nog allerlei oude gebruiken en tradities in ere. Voorts spelen een viertal jonge mensen, tussen de 17 en 19 jaar, een belangrijke rol in het verhaal. Het zijn twee vrouwen en twee mannen en zowel de beide meisjes als de beide jongens kennen elkaar van de lagere school. Abdul
Een jong politieman in opleiding, van arme afkomst. Bahrum Shah kent en respecteert zijn moeder en behandelt de jongen bijna als zijn zoon. Purwadi Een jonge luitenant en hij is door Tengku Bahadur Kanjar “beschermd” tegen de tijger Alimah Een jonge vrouw, een wees, die woont op de onderneming samen met haar oude en dove tante. Kira Een mooie jonge vrouw, ook een wees, die wordt opgevoed door de bazin van “het Theehuis met voorkomende Gastvrouwen”. De hoeren zijn allen dol op haar en de Chinese Li treedt op als haar werkelijke “moeder”. Zij ziet in haar het ideaal dat ze zelf nooit zal kunnen zijn: met liefde opgevoed, goede opleiding, zal nooit hoer worden. Zij zorgen tezamen voor geld voor haar opleiding. Kira is jong, maar wordt verliefd op Bahrum Shah! Het is de meeste vrienden van de inspecteur duidelijk dat hij gebukt gaat onder vele zaken. Maar het zijn niet alleen die tijger met zijn vele slachtoffers of de dood van zijn vrouw die hem bezig houden. Zijn schoonvader zegt daarover: “… Wie kan ooit zoiets weten over een ander mens? Ik zeker niet. Daar moet men psychiater voor zijn!”, Hij lachte, een kort en bitter lachje en zweeg. …. “Ik kan het ook in een enkele zin samenvatten”, ging de oude man verder, “Mijn schoonzoon, een zeer gelovig man zoals je weet, worstelt met God zelf”. Bahrum Shah wordt door de jacht uitgeput en als hij tenslotte vermoeid in elkaar klapt, komen een paar dromen hem teisteren. 100 van 144
PDF Creator - PDF4Free v2.0
http://www.pdf4free.com
“Oorlogsdagboek”, Hans la Bastide Versie 6, 1-2-2005
1. Hij is in 1947, 16 jaar oud, gevangen genomen door een stel Nederlandse soldaten (van de “het beruchte 7 Regiment Infanterie”). Hij is op dat moment nog niet betrokken bij de oorlog, maar wordt gemarteld om “te praten”. Tenslotte besluit een van de soldaten hem te scalperen, “zoals de indianen doen in de boeken”. Een korporaal onderbreekt het gebeuren en ze besluiten zich van hem te ontdoen. Hij wordt naar een rivier gebracht en in de rug geschoten. Dankzij een val vlak voor het schot, overleeft hij (blz 81 – 85). 2. Een guerilla-“kolonel” Dursana leert de 17-jarige Bahrum Shah de kneepjes van het vak. Hij wordt gedwongen op een indo-vrouw de marteling uit te voeren die in het Prentenboek, Afbeelding 15 wordt beschreven! Terwijl hij dit droomde, tijdens de jacht en te moe om nog op zijn benen te staan, stond de tijger vlak voor hem, alsof zij met elkaar spraken… Het maakte enorme indruk op zijn mensen (blz 133 – 138). Een vriend vertelt Bahrum Shah ten slotte de waarheid.Er is maar één manier om de tijger te doden: hij zal een lijk als lokaas moeten gebruiken. Zijn vriend zegt dan “Wie kan aanspraak maken op de Waarheid?”. “God is Waarheid!”, zei Bahrum Shah zonder aarzeling. “Juist, maar wie is God; wat is God; waar is God; speciaal als kinderen sterven aan ondervoeding of wegens gebrek aan medicijnen? Of afgeslacht worden in zinloze oorlogen? Of, in ons geval, onder de klauwen van een wild beest? Kun je me dat vertellen, zoon? Is hij een universele natuurwet; of is hij, in wezen, niets anders dan een soort kristallisatie van de eeuwenoude wanhoopskreet van de lijdende mensheid, met de naam Allah, Shiva, de Christengod, of wat dan ook?…”. ….. “… In jouw plaats zou ik acht slaan op die zogenaamde animistische voorgevoelens van je….”. “Nee! Ik geloof alleen in de enige realiteit: God!”. “Er zijn vele realiteiten, mijn zoon. God heeft vele gezichten”. “Nee!”. Bahrum Shah vluchtte het vertrek uit en de nacht in. Een uur later is Abdul door de tijger gedood, Bahrum Shah had hem tegen kunnen houden. Bahrum Shah keek neer op het lichaam van de jongen die hij lief had als zijn zoon. Iets binnen in hem brak in duizend scherven. “Jij stommeling… ellendeling… waarom, oh waarom ben je uit je landrover gekomen?”. Zijn beide armen ten hemel heffend, zijn stromende ogen gericht op de sterren schreeuwde hij plotseling: “Allah!! Heer!! Wat heeft hij gedaan om dit te verdienen? Wat heeft zijn moeder gedaan om dit te verdienen?? Wat… oh wat moet ik tegen haar zeggen??…”. …. “Ik heb nu iets te zeggen tegen U!! Ik verwerp U!! Ik loochen U!! Voor altijd en eeuwig!! Hoort U mij, God? Ik verwerp en verloochen U!!”en nu, eindelijk, stortte Bahrum Shah volledig in. Hoe vaak zal Hans la Bastide dit gedacht hebben in zijn kamptijd? Of tijdens zijn MP periode in Batavia?
101 van 144
PDF Creator - PDF4Free v2.0
http://www.pdf4free.com
“Oorlogsdagboek”, Hans la Bastide Versie 6, 1-2-2005
Het laatste slachtoffer van de tijger wordt Kira. Bahrum Shah voelt zich zwaar ter verantwoording geroepen door God. De tijger heeft haar meegesleurd door het woud, het heeft twintig minuten lang geduurd voor ze dood was. Voor de inspecteur is zij de vrouw die hij van “kolonel Dursana” heeft moeten doden, de tijger wordt in zijn ogen de kolonel. Het doden van de tijger is het doden van Dursana!
Figuur 27 Hans met een gedode tijger. Rechts kijkt zijn dochter Saskia op haar hurken geinteresseerd toe. Hans was zeer ambivalent over het doden van deze tijger. Hij wilde het niet, maar de omstandigheden dwongen hem. Aan de andere kant was hij weer trots op de buit.
Conclusies: Dat ook hier weer iedere conclusie met de nodige voorzichtigheid behandeld moet worden moge duidelijk zijn. Toch meen ik dat ik een aantal conclusies mag trekken: 1. Het boek is met liefde voor het land geschreven en bevat vele verwijzingen naar de Indonesische vrijheids-oorlog van 1945-1949. Het verhaal is origineel en zeker spannend! En het geeft een schets van een gebied en over gebruiken waar wij in Nederland iha weinig van weten! 2. Het is hier en daar naar mijn smaak wat overdreven dramatisch aangezet, wat het verhaal als-spannend-verhaal niet altijd ten goede komt, maar het is dan ook vooral geschreven door iemand die het verleden moest verwerken en als zodanig is de dramatiek indrukwekkend en begrijpelijk.
102 van 144
PDF Creator - PDF4Free v2.0
http://www.pdf4free.com
“Oorlogsdagboek”, Hans la Bastide Versie 6, 1-2-2005
3. De worsteling van Bahrum Shah betreft vooral “hoe te verklaren dat God toe laat wat er allemaal gebeurt”. De werkelijkheid is zó verschrikkelijk, hoe kan er een God bestaan die dat allemaal toelaat? Het is ongetwijfeld de worsteling van Hans zelf geweest. 4. De figuur van Bahrum Shah als een gewetensvolle, sympatieke, hardwerkende, tobbende pawang is ongetwijfeld de persoon zoals Hans zich zelf graag had willen zien. De liefde voor de natuur is bij beide zeer groot. 5. De oorlogsherinneringen die Bahrum Shah achtervolgen, zullen de herinneringen van Hans zijn geweest, zij het door een ander beleeft. Het "We told you not to look..." uit Prentenboek, Afbeelding 15, verwijst naar een afschuwelijke marteling op een "Indo"-vrouw, die onder dwang uitgevoerd zou zijn door deze Bahrum Shah zelf. Het blijft deze Bahrum Shah zijn leven lang achtervolgen. De hoofdpersoon Bahrum Shah is een man die als jongen gemarteld is door Nederlandse militairen; een waar gebeurd verhaal waarbij Hans la Bastide betrokken zou zijn geweest. De pijn was herkenbaar, hij beschrijft het bijna zoals hij zijn eigen pijn beschrijft in het Prentenboek, Afbeelding 8, in het hoofdstuk, waarin hij zelf gemarteld wordt door de Japanners. 6. Dus: de schrijver beschrijft de gevoelens van de man die in zijn bijzijn gemarteld zou zijn en die op zich zelf lijdt onder de herinneringen dat hij iemand anders gemarteld zou hebben en "die iemand anders" is door de schrijver weer aangetroffen in zijn diensttijd, iets dat hij zijn leven lang niet kon vergeten. 7. Het boek behandelt dus op een geheel andere manier het verleden. En het is boeiend, dat hij dit doet gezien vanuit Indonesisch standpunt! 8. Het is mijn stellige overtuiging dat de moord op de pemoeda (Afb 16) door Hans is uitgevoerd. Deze moord blijft hem zijn leven lang achtervolgen, zie Afbeelding 17 “.. wie was hij om te besluiten over leven en dood van mensen?”. In het boek echter overleeft de jongen en was die jongen juist verantwoordlijk, zij het onder dwang, voor een afschuwelijke marteling die Hans in het echt heeft aangetroffen. Het is een ingewikkelde kluwen geworden van schuld geven en schuld krijgen, onontwarbaar. En dat, nadat Hans zelf vele doden gezien heeft en een onvoorstelbare ellende achter de rug heeft! 9. Blijft nog over het feit dat in het boek "Het Laatste Licht" Bahrum Shah worstelt met zijn religie, hij is islamiet. In hoeverre de schrijver zelf geworsteld heeft met zýn religie, kan ik niet overzien (maar verbazen zal het mij niet, na alles dat hij heeft meegemaakt).
103 van 144
PDF Creator - PDF4Free v2.0
http://www.pdf4free.com