ECONOMISCHE POSITIONERING VAN DE FARMACEUTISCHE INDUSTRIE
Fiche 3: tewerkstelling ►
In de sector werken meer dan 29.400 personen; het volume van de tewerkstelling stijgt met een constant ritme van 3,7 %, terwijl het in de verwerkende industrie terugloopt
Bronnen: RSZ, NBB, pharma.be; berekeningen pharma.be; opmerking: 2006 : voorlopige gegevens.
Bronnen: RSZ, NBB, pharma.be; berekeningen pharma.be; opmerking: 2006 : voorlopige gegevens.
In 2007 stelde de farmaceutische industrie 29.405 personen tewerk, ofwel een toename van 0,9 % ten opzichte van het voorafgaande jaar. Over de periode 2007/1995, overstijgt de groei in de tewerkstelling in de farmaceutische sector ruim de groei in de privésector en in de hele verwerkende industrie. De jaarlijkse groeimarge van de totale tewerkstelling in de farmaceutische industrie bedraagt 3,7 % tegenover 1,5 % in de privésector en -0,8 % in de verwerkende industrie. Rekening houdend met de sterke vooruitgang in de tewerkstelling in de farmaceutische industrie sinds 1995 is het relatieve aandeel van onze sector in de totale tewerkstelling in de privésector van 1995 tot 2007 van 0,9 % naar 1,1 % gestegen (een groei van + 30 % in 12 jaar). In de totale tewerkstelling in de hele verwerkende industrie merken we een stijging van 3 % naar 5 % (een groei van + 40 % in 12 jaar).
Economische positionering van de farmaceutische industrie – Fiche 3: tewerkstelling
2
►
De 20 ondernemingen van klasse A en B die in onderzoek en/of productie actief zijn, vertegenwoordigen 75 % van de tewerkstelling in de farmaceutische industrie en zijn de belangrijkste oorzaak van de groei in de tewerkstelling.
Bron: pharma.be Opmerkingen: 2007: voorlopige gegevens; ondernemingen die bij pharma.be zijn aangesloten
Economische positionering van de farmaceutische industrie – Fiche 3: tewerkstelling
3
In 2007 was 52,6 % van de tewerkstelling afkomstig van ondernemingen die in België zuiver wetenschappelijk onderzoek uitvoeren, die in België produceren en hun productie grotendeels uitvoeren (klasse A), tegenover 42,1 % in 1995 (een groei met 96,2 % op 12 jaar). 22,3 % van de tewerkstelling komt uit de ondernemingen die in België produceren en hun productie grotendeels uitvoeren (klasse B), tegenover 20,5 % in 1995 (een groei met 70,6 % op 12 jaar).
Bron: pharma.be Opmerkingen: 2007: voorlopige gegevens; ondernemingen die bij pharma.be zijn aangesloten
Sinds 1995 doet de groei in de tewerkstelling zich vooral voor binnen de ondernemingen die tot klasse A en, in mindere mate, tot klasse B behoren. Met andere woorden, de groei in de tewerkstelling is grotendeels te danken aan de ondernemingen die in het domein van het zuiver wetenschappelijke onderzoek actief zijn en/of de ondernemingen die in België een productievestiging hebben, en die allemaal op export gericht zijn. 70,9 % (25,3 %) van de toename van het tewerkstellingsvolume van
1995 tot
2007 zijn
afkomstig van
de
ondernemingen uit klasse A (Klasse B).
Economische positionering van de farmaceutische industrie – Fiche 3: tewerkstelling
4
►
2/3 van de werknemers in een grote onderneming van klasse A hebben een studieniveau van hoger onderwijs (universitair of niet) Verdeling van de tewerkstelling volgens het vastgestelde studieniveau in een farmaceutische onderneming die in 2005 tot klasse A behoort In % van de Studieniveau tewerkgestelde personen Universitair
25,0%
Hoger onderwijs buiten universiteit
39,8%
Hoger secundair onderwijs
23,7%
Lager secundair onderwijs
8,1%
Basisonderwijs
3,3%
Alle studieniveaus
100,0%
Bron: pharma.be, op basis van informatie van een onderneming van klasse A.
De tewerkgestelde personen in de farmaceutische sector zijn hoogopgeleid. Alhoewel we niet over statistische gegevens over de verdeling van de tewerkstelling in de farmaceutische sector volgens het opleidingsniveau beschikken, kunnen we ons dankzij de bovenstaande tabel een beeld vormen van de verdeling binnen een grote onderneming van klasse A in 2005. Deze tabel getuigt van het hoge kwalificatieniveau van de personen die in deze grote onderneming zijn tewerkgesteld: 64,8 % van de werknemers heeft een diploma van hoger onderwijs (universiteit of niet). Ter informatie: de enquête van INS over de werkkrachten vermeldt dat die verhouding in de chemiesector (waar de farmaceutische industrie deel van uitmaakt) 46,7 % bedraagt. ►
Met 49,4 % vrouwen benadert de tewerkstelling in de farmaceutische industrie de gelijkheid Verdeling van de tewerkstelling in de farmaceutische industrie volgens geslacht 1995 Mannen Vrouwen
56,2% 43,8%
2000
2005
52,9% 47,1%
51,7% 48,3%
2007 50,6% 49,3%
Bron: pharma.be; opmerkingen: 2007: voorlopige gegevens.
De
tewerkstelling
van
vrouwen
in
de
farmaceutische
industrie
stijgt.
In
2007
vertegenwoordigde het aantal vrouwelijke werknemers 49,3 % van het totale personeel in de farmaceutische industrie, tegenover 41,3 % in 1990. Bij wijze van vergelijking, deze Economische positionering van de farmaceutische industrie – Fiche 3: tewerkstelling
5
verhouding is binnen de chemische industrie 26,4 %, tot 23,3 % voor de verwerkende industrie en bedraagt 42,7 % in de privésector (bron: RSZ). ►
De farmaceutische industrie is de meest aantrekkelijke werkgever In 2007 voerde Randstad voor de 8e keer, in samenwerking met ICMA International, een enquête uit waarbij de aantrekkelijkheid van de belangrijkste werkgevers op het Belgische grondgebied werd gemeten: o
Van de 23 onderzochte economische sectoren staat de farmaceutische industrie op de eerste plaats inzake algehele aantrekkelijkheid1 (gemiddeld 3,2 op 5 personen die er willen werken), vóór de mediasector (3 op 5) en het bank-/verzekeringswezen (2,9 op 5). De meest aantrekkelijke sectoren krijgen tegelijkertijd
de
beste
scores
op
bepaalde
specifieke
aantrekkelijkheidsfactoren2 en heel goede scores op het geheel van de gemeten eigenschappen. o
Van 2002 tot 2007 wordt de aantrekkelijkste werkgever toegekend aan de farmaceutische industrie: Janssen Pharmaceutica (2002, 2006 en 2007), Pfizer (2003), GlaxoSmithkline (2004), Bayer (2005).
o
In 2008 komen 4 farmaceutische ondernemingen voor in de Top 5 van de ondernemingen door het Franstalige publiek als meest aantrekkelijk worden ervaren: UCB (2), Janssen Pharmaceutica (3), Pfizer (4) en Solvay (5). In Vlaanderen worden 3 ondernemingen opgenomen in de Top 5 van meest aantrekkelijke onderneming: GSK (1), Janssen Pharmaceutica (2) en Pfizer (3).
1
percentage van de personen die in deze ondernemingen wil werken, en dat onder de personen die ermee vertrouwd zijn. 2 10 appreciatiefactoren: salaris; toekomstperspectieven; werksfeer; werkzekerheid; financiële zekerheid; interessante jobs; opleiding; management; evenwicht privé-/professioneel leven; respect voor het milieu en de maatschappij. Economische positionering van de farmaceutische industrie – Fiche 3: tewerkstelling 6
►
De human resources in O&O vertegenwoordigen meer dan 5.000 werknemers en kende in 10 jaar een groei van 104 %
Bronnen: pharma.be en FOD Wetenschapsbeleid. Opmerking: gegevens FOD Wetenschapsbeleid 2006 zijn voorlopig.
De laatste tien jaar is het personeel in O&O toegenomen, en dat vanwege de steeds toenemende nood aan hooggeschoold personeel dat voor het onderzoek is vereist. Volgens de gegevens van de FOD3 Wetenschapsbeleid bedraagt het totale personeel in O&O in 2006 naar schatting 5.646 voltijdse equivalenten en het totale aantal wetenschappelijke onderzoekers 2.815 voltijdse equivalenten. Dat betekent voor de periode 2006/1995 een stijging van het volume van de tewerkstelling met 103,6 % wat de totale tewerkstelling betreft en met 174 % wat de wetenschappelijke onderzoekers betreft.
Zoals de schatting van de totale tewerkstelling in O&O in 2006 (voorlopige gegevens) bevestigt, gaat het om jobs voor hooggeschoolden: ►
Doctoraten: 10,8 %
►
Hoger onderwijs voor toerisme en recreatie: 45,5 %
►
School voor commerciële wetenschappen en technieken: 26,7 %
►
Andere diploma’s: 17,1 %
3
FOD: Federale Overheidsdienst Economische positionering van de farmaceutische industrie – Fiche 3: tewerkstelling
7
►
De farmaceutische industrie is de 1e werkgever in O&O (wetenschappelijke onderzoekers), zowel in de verwerkende industrie als in de privésector. Volgens de gegevens van de FOD Wetenschapsbeleid vertegenwoordigt de farmaceutische industrie ongeveer 22,5 % (14,5 %) van de wetenschappelijke onderzoekers die in de verwerkende industrie (de privésector) werken. Daardoor is ze de belangrijkste industriële werkgever (in de sector van de ondernemingen).
Voor meer informatie kunt u punt 3.2 “Tewerkstelling” (blz. 30-44) in de monografie “De geneesmiddelenindustrie in België. Bijdrage tot de nationale economie” raadplegen.
Economische positionering van de farmaceutische industrie – Fiche 3: tewerkstelling
8