Faculteit Wiskunde en Informatica. Opleidingsgids Technische Informatica. Where innovation starts

Postbus 513 5600 MB Eindhoven Telefoon: 040 2474501 E-mail: [email protected]

/ Faculteit Wiskunde en Informatica

Opleidingsgids 2010-2011 Technische Informatica Where innovation starts

Opleidingsgids 2010-2011 Technische informatica

Redactie: Elle van den Hurk Illustratie omslag: dr.ir. M.A. Reniers

Suggesties voor verbetering, aanvulling en wijziging zijn van harte welkom bij de redactie, [email protected].

Inhoud 1. Algemene informatie

9

2. Opleiding, algemeen 2.1 Opleidingstructuur 2.2 Doelstellingen 2.3 Eindkwalificaties 2.4 Onderwijsvormen 2.4.1 OGO-Informatica 2.4.2 Star program 2.5 Studiepunten en studielast 2.5.1 Deeltijdopleiding 2.6 Jaarindeling, onderwijs- en tentamenperioden 2.7 Studieplanning 2.8 Studiekosten 2.9 Studieadviseur 2.10 Evaluatie van het onderwijs 2.11 Examens en tentamens 2.11.1 Vrijstellingen 2.11.2 Aanmelding examens en tentamens 2.11.3 Inzage 2.11.4 Rechtsbescherming 2.11.5 Tentamenfrequentie 2.12 Wijzigingen in het studieprogramma 2.13 Voorwaarden voor computergebruik 2.14 Na het bachelorprogramma 2.14.1 Lerarenopleiding informatica

13 13 13 13 14 14 14 17 17 17 17 17 17 18 18 18 18 19 19 19 19 19 20 20

3. Propedeuse 3.1 3.2 3.3 3.3.1 3.3.2 3.3.3 3.3.4 3.4

23 23 23 24 24 25 26 26 27

Functie van de propedeuse Bindend studieadvies Studieprogramma’s generatie 2010 Opbouw van het programma Propedeutisch examen P-Colloquium Combinatievariant Studiebegeleiding in het eerste jaar

4. Post-propedeuse 4.1 Toelating 4.1.1 B-fase 4.2 Het tweede en derde studiejaar 4.2.1 Het tweede studiejaar 4.2.2 Het derde studiejaar 4.2.3 Het minorprogramma 4.2.4 Buitenland 4.2.5 Bachelorcolloquium 4.2.6 De zachte knip 4.3 Dubbele bachelor wiskunde en informatica

31 31 31 31 32 33 33 34 34 34 35

5. Organisatie 5.1 5.1.1 5.1.2 5.1.3 5.1.4 5.1.5 5.1.6 5.1.7 5.1.8 5.2 5.2.1 5.2.2 5.2.3 5.2.4 5.2.5 5.2.6 5.3

39 39 39 40 40 40 41 41 43 45 45 45 45 46 46 46 47 47

Organisatie van de faculteit Het faculteitsbestuur De opleidingsdirecteur De opleidingscommissie De examencommissie De faculteitsraad De capaciteitsgroep Informatica Het faculteitsbureau Studentenraad Faciliteiten Gebouwen College- en instructiezalen en andere ruimten Bibliotheek Studiemateriaalverkoop Bureau Computer Faciliteiten Voorwaarden computergebruik Studievereniging GEWIS

1.

algemene informatie

9

1. Algemene informatie De faculteit Wiskunde en Informatica verzorgt twee Bachelor of Science opleidingen (BScopleidingen), namelijk de opleiding Technische Wiskunde en de opleiding Technische Informatica. Voor beide opleidingen is een aparte opleidingsgids samengesteld. Deze opleidingsgids is bedoeld voor de studenten van de bacheloropleiding Technische Informatica. Doelstelling van de faculteit bij het samenstellen van deze opleidingsgids is om deze studenten duidelijke, actuele en volledige informatie over de opleiding te verschaffen. De informatievoorziening op onze universiteit aan studenten bestaat uit: • De website w3.tue.nl, waarin zijn opgenomen: • Algemene TU/e-informatie; • Informatie over faciliteiten, begeleiding tijdens de studie, activiteiten, sportfaciliteiten enz. • Faculteit Wiskunde en Informatica: w3.win.tue.nl. • Onderwijsinformatie informatica: w3.win.tue.nl/nl/onderwijs/informatica. • Het elektronische onderwijsinformatiesysteem is beschikbaar via het internet, www.onderwijs1.tue.nl en bevat de meest actuele informatie over vakken en roosters. • Een opleidingsgids per opleiding, waarin onder andere is opgenomen een beschrijving van de studieopbouw en de ondersteunende faciliteiten die de studenten worden aangeboden. De opleidingsgids is in boekvorm en digitaal beschikbaar per opleiding. • De onderwijs- en examenregeling (OER) en het Examenreglement: http://www.win.tue.nl/opleidingsgids/reglementen. • De studentengids. Deze wordt door het College van Bestuur kosteloos beschikbaar gesteld en opgestuurd aan alle eerstejaarsstudenten. • Het universiteitsblad Cursor. Dit blad wordt gratis verspreid over de gehele TU/e.

Informatiebronnen Actuele informatie over (wijzigingen in) het studieprogramma, het collegerooster, de practica, de examens en andere belangrijke zaken, verband houdende met de studie aan de TU/e is op de volgende manier te verkrijgen: • De studieadviseur dr. C.J. Bloo, HG 6.39, tel. (040)(247) 4496, e-mail [email protected]. • De opleidinsgdirecteur Informatica dr. Ir. M.L.P. van Lierop HG 6.41 tel. (040) (247) 3022 email [email protected]. • De facultaire studentenadministratie HG 6.45 (balie), tel. (040)(247) 2379, o.a. voor inlichtingen/advies over studieregelingen, reglementen, rooster en studieresultaten. De balie is dagelijks geopend van 11.00 tot 12.00, en van 13.00 tot 15.00 uur. Emailadres [email protected].

10

algemene informatie

•

•

Het Onderwijs en Studenten Service Centrum (STU), HG 0.72 tel. (040)(247) 8015 voor inlichtingen/advies over o.a. studiefinanciering, werkstudentschap, financiële aangelegenheden, inschrijving (collegekaarten), opgave/terugtrekken examens/tentamens. Studievereniging GEWIS, HG 10.52, tel. (040)(247) 2815.

De informatie in deze gids is aan wijzigingen onderhevig. Op het web is de meest actuele informatie beschikbaar via w3.win.tue.nl en www.win.tue.nl/student.

2.

opleiding, algemeen

13

2. Opleiding, algemeen Dit deel van de opleidingsgids bevat relevante informatie over de opzet van de opleiding, over de begeleiding die je als student kunt verwachten en over het verloop van de studie.

2.1

Opleidingstructuur

De bacheloropleiding Technische Informatica is sinds 2002 vormgegeven volgens de op Europees niveau overeengekomen Bachelor-Masterstructuur (BaMa). Het is een driejarige opleiding, bestaande uit een eenjarige propedeuse (zie hoofdstuk 3) en een tweejarige postpropedeuse (zie hoofdstuk 4). Voor informatie over de masteropleidingen zie de masteropleidingsgidsen.

2.2 Doelstellingen De doelstelling van de opleiding is om informatici op te leiden die voorbereid zijn op een informatica(-gerelateerd) masterprogramma en die geschikt zijn voor een functie in de IT. Om dit te bereiken moeten zij aan de volgende kwalificaties voldoen: 1. een hecht theoretisch referentiekader hebben en kennis van de basisbegrippen van de informatica, geplaatst in hun onderlinge samenhang; 2. in staat zijn op een wetenschappelijk verantwoorde wijze software te ontwerpen, analyseren, realiseren, onderhouden en aan te passen; 3. een gedegen academische vorming hebben.

2.3 Eindkwalificaties Na de opleiding zullen de bachelors de volgende competenties hebben: Informaticakennis en -vaardigheden: • beheersing van de basisbegrippen van de informatica; • beschikken over een gedegen technisch-wetenschappelijk inzicht in software en softwaresystemen; • voldoende abstraherend vermogen om met de opgedane kennis de essentie van dergelijke systemen snel te doorzien, zich eigen te maken en op hun merites te beoordelen. Wetenschappelijk ontwerpen van software: • in staat zijn op effectieve en gestructureerde wijze programma’s of programmagestuurde systemen te ontwikkelen die de taken die daarvan worden verwacht op een correcte en efficiënte wijze uitvoeren; • een gegeven softwaresysteem kunnen analyseren op verscheidene gedragsaspecten waaronder performance; • waar nodig op basis van bovenstaande analyse tot een adequate aanpassing van het systeem kunnen komen; • in staat zijn adequaat te documenteren.

14

opleiding, algemeen

Academisch gevormd: • in staat zijn zelfstandig benodigde kennis te vergaren in een kennisgebied van de informatica; • zich bewust zijn van de positie van de informatica in de maatschappij en wetenschap en van de snelle veranderingen die door de informatietechnologie in de maatschappij veroorzaakt worden; de positieve en negatieve kanten hiervan kennen en in staat zijn daarover te reflecteren; • in staat zijn om projectmatig en in een team te werken; • in staat zijn om informatie, ideeën en oplossingen over te brengen op een publiek bestaande uit specialisten dan wel een publiek bestaande uit niet-specialisten.

2.4 Onderwijsvormen Binnen de opleiding worden verschillende onderwijsvormen toegepast. Te denken valt aan: • Hoorcollege, waar een docent plenair de lesstof en haar belang behandelt. Om hiervan het volle profijt te trekken zijn zowel voorbereiding als verwerking van de aangeboden stof onmisbaar. • Sommencollege, waar centraal opgaven, oplossingen en hun heuristiek worden behandeld. Om de oplossingen en hun strategie op waarde te kunnen schatten en soortgelijke oplossingen daarna zelf te kunnen geven is het nodig voldoende energie te steken in het vooraf maken van die opgaven. • Instructie, waar in kleine groepen onder leiding van docenten opgaven worden gemaakt. Indien nodig worden hints en oplossingen gegeven, maar zelf doen is de basis. • Werkcollege, een combinatie van college en instructie. De groepen zijn klein en er wordt uitgegaan van een sterke mate van zelfstudie als voorbereiding op de bijeenkomsten. • Practicum, waar vooral technische vaardigheden worden getraind. Bij al deze onderwijsvormen is actief studeren van belang voor een goed studieresultaat. De opleiding experimenteert met activerende onderwijsvormen; een voorbeeld van een succesvol ingevoerde activerende onderwijsvorm is het Ontwerp Gericht Onderwijs (OGO). Bij de meeste vakken en onderwijsvormen (m.u.v. practica) is aanwezigheid niet verplicht. Vanuit de opleiding wordt een actieve studiehouding gestimuleerd door een groot aantal contacturen in te roosteren, met name in het eerste jaar. In het tweede en derde jaar worden de contacturen minder.

2.4.1 OGO-Informatica Ontwerpgericht onderwijs (OGO) is een vorm van technisch-wetenschappelijk onderwijs waarbij samenwerkende studenten op een actieve wijze werken aan multidisciplinaire ontwerpopgaven. OGO aan de TU/e heeft de volgende kenmerken: • Professionaliserend: het onderwijs sluit aan bij de latere beroepspraktijk. • Activerend: studenten worden gestimuleerd en uitgedaagd om actief aan projecten te werken. • Samenwerkend: studenten werken in groepen aan het project. • Scheppend: het naar eigen inzicht ontwerpen en ontwikkelen van een product staat centraal. • Integrerend: theoretische kennis wordt toegepast in praktische projectopdrachten. • Multidisciplinair: het project bevindt zich op het grensvlak van twee of meerdere disciplines.

opleiding, algemeen

15

In de opleiding Informatica zijn deze kenmerken onder andere terug te vinden in de ontwerpprojecten: daar wordt, onder begeleiding van een tutor, in groepen gewerkt aan het ontwerp en de implementatie van een (software)product aan de hand van een (vaak vage) opdrachtomschrijving. De opdracht heeft raakvlakken met verschillende disciplines binnen de informatica en er wordt gebruik gemaakt van kennis die opgedaan is in eerdere vakken. Er wordt een projectmatige werkwijze gehanteerd: er moet een werkplan worden gemaakt en bijgehouden, tussenproducten moeten vóór vaste deadlines worden ingeleverd en er moet een verslag en een presentatie worden opgeleverd. Ook is er regelmatig overleg tussen groepsleden, groepsvertegenwoordigers en studieleiders. De ontwerpprojecten worden grondig geëvalueerd. OGO-Informatica strekt zich uit over de eerste vier semesters van de opleiding met een totaal van 15 studiepunten. In OGO-Informatica is op verschillende manieren een opbouw aangebracht: • de complexiteit van de ontwerpprojecten neemt geleidelijk toe, • het aantal en de soorten vaardigheden nemen toe, • de mate van zelfsturing van het leerproces door studenten neemt toe. In elke OGO wordt aandacht besteed aan verschillende vaardigheden. Per OGO staat een bepaalde vaardigheid centraal. Die vaardigheid krijgt extra aandacht in de vorm van bijvoorbeeld een training. Achtereenvolgens komen onderstaande trainingen aan de orde: • OGO 1.1 Vergaderen, • OGO 1.2 Technische documentatie, • OGO 2.1 Projectmatig werken, • OGO 2.2 Softwaredocumentatie, • OGO 2.3 Softwaredemonstratie. Deze vaardigheden zijn in te delen in vaardigheden die betrekking hebben op het werken in de groep (groepsvaardigheden) en vaardigheden die betrekking hebben op communicatie met de ‘buitenwereld’ (communicatieve vaardigheden). In de loop van de projecten leren studenten ook elkaar en zichzelf te beoordelen. De ontwikkeling van deze en andere vaardigheden wordt door elke student bijgehouden in een persoonlijk elektronisch portfolio (zie ook paragraaf 3.4). In tabel 2.1 is aangegeven welke onderwerpen in welk OGO-project centraal staan. OGO 1.1 1.2 2.1 2.2 3.1

Onderwerpen Modelleren Computerarchitectuur, programmeren en automatentheorie Algoritmiek Softwarespecificatie Gedistribueerde systemen, computer graphics, en object-georiënteerd programmeren

Tabel 2.1: Onderwerpen per OGO-project

16

opleiding, algemeen

2.4.2 Star program Voor studenten die meer willen en kunnen dan alleen het reguliere onderwijsprogramma volgen is er het TU/e Honors program. Dit programma bestaat uit twee onderdelen. Het ene deel, het Honors Horizon program, is verbredend en interdisciplinair. Je volgt het programma in je tweedeen derde studiejaar bovenop het reguliere onderwijs, dat kost je ongeveer 10 uur per week. Het andere deel, het Honors Star program, is bedoeld voor studenten die dieper in het eigen vakgebied willen duiken. Het Honors Star program is onderdeel van het reguliere onderwijs en kost je vrijwel geen extra tijd. Je kunt er al vrijblijvend mee beginnen in het eerste jaar van je studie. Bij voorkeur nemen studenten deel aan zowel het Honors Horizon als Honors Star program. Het is echter ook mogelijk om voor één van de beide programma's te kiezen. Informatie over het Honors program wordt gegeven tijdens het P-colloquium in het eerste jaar en bij de startbijeenkomsten voor tweedejaars studenten. Voor meer informatie zie ook de website van het Honors program, http://w3.tue.nl/nl/diensten/daz/honors_program/. Hieronder volgt alleen nog een beschrijving van het Honors Star program. Het Honors Star program loopt de gehele bacheloropleiding door. Het eerste jaar is vrijblijvend zodat studenten kunnen kijken of het programma iets voor hen is. Het Honors Star programma bestaat uit extra uitdagingen in het bestaande onderwijs van de opleiding zoals verdiepende vragen bij tentamens of uitdagende OGO-projecten. Invulling van het *-programma in het eerste studiejaar in collegejaar 2010-2011 Studenten kunnen aan de volgende onderdelen naar vrije keuze deelnemen: •

•

Semester 1.A: *-tentamens of *-opdrachten bij de vakken Computersystemen 1, Computersystemen 2, Inleiding programmeren, Object-geörienteerd programmeren en Logica en verzamelingenleer Semester 1.B: *-OGO 1.2, *tentamens of *-opdrachten bij de vakken Datastructuren, Programmeermethoden, Eindige automaten en processen, Berekenbaarheid en uitvoerbaarheid, Mens-machine interactie en Automaten en procestheorie

*-Opdrachten worden door de docent van het vak tijdens het college toegelicht. De *-tentamens bestaan uit één vraag per vak in een aparte sessie aan het eind van de tentamenperiode (vakcode 2IC04). Aanmelding voor *-OGO 1.2 vindt plaats na het eerste semester. Invulling van het *- programma in het tweede jaar van de opleiding Alleen de vakken van 6 ECTS in het tweede jaar krijgen *-opdrachten of *-tentamens: Datamodelleren en databases, Operatingsystemen, Discrete structuren en Software specificatie in semester 2.A en Bedrijfsinformatiesystemen en Algoritmiek in semester 2.B. Daarnaast worden de twee projecten OGO 2.1 en OGO 2.3 in het tweede jaar als *-OGO aangeboden. Deelname aan *-onderdelen in het tweede jaar is niet aan voorwaarden gebonden. Het *-certificaat Voor het behalen van een *-certificaat bij het bachelordiploma moet ten minste 30 ECTS aan *onderdelen afgerond worden, waaronder ten minste twee *-OGO’s. Daarbovenop moet de student een *-minor of een *-SEP afronden.

opleiding, algemeen

17

Invulling van het *-programma in het derde jaar van de opleiding Dit onderdeel wordt pas in collegejaar 2011-2012 operationeel en kan tijdens collegejaar 20102011 nog worden bijgesteld. Studenten die het *-certificaat willen behalen moeten in overleg met de studieadviseur bepalen of zij een *-minor of een *-SEP willen doen, en wat de inhoud daarvan gaat worden. Zij dienen voor aanvang van het derde jaar 24 ECTS aan *-vakken gehaald te hebben, waaronder twee *OGO’s. Elk vak in semester 3.B zal, via opdrachten of tentamenvraag, de mogelijkheid krijgen tot het behalen van een *.

2.5

Studiepunten en studielast

Per studiejaar wordt een student geacht 1680 uur te besteden, onderverdeeld in 60 studiepunten, zo gelijkmatig mogelijk verdeeld over de 42 weken van het collegejaar (één studiepunt staat derhalve voor 28 uur studie). Gelijkmatig studeren betekent gedurende de semesters ca. 40 uur per week aan de studie besteden. Naast de ingeroosterde uren vereist dat de nodige uren aan zelfstudie. Het moge duidelijk zijn dat studeren een voltijdse baan is. Natuurlijk zijn de aangegeven studiepunten schattingen van de inspanningen, het gaat hier om inspanningen die voor een student met gemiddelde geschiktheid nodig zijn om een vak met succes af te ronden.

2.5.1 Deeltijdopleiding De volledige opleiding kan alleen op basis van een individueel programma in deeltijd worden gevolgd. Dat betekent dat er geen apart onderwijs voor wordt gegeven en er geen regelingen voor zijn getroffen. In overleg met de studieadviseur kan een individueel studieprogramma worden opgesteld.

2.6 Jaarindeling, onderwijs- en tentamenperioden Een collegejaar bestaat uit twee semesters (september - januari en februari -juli). Elk semester kent een onderwijsperiode bestaande uit twee kwartalen van 8 weken gescheiden door tentamenperiodes van twee weken. Voor details zie de agenda’s en kalenders op owinfo.tue.nl.

2.7

Studieplanning

Bij veel vakken is een studeerwijzer op owinfo.tue.nl beschikbaar, waarin nadere informatie staat over de gang van zaken bij het vak, de indeling en de manier van studeren.

2.8 Studiekosten De kosten van de studie Technische Informatica blijven gemiddeld binnen de normbudgetten die gelden voor studenten. Bij die kosten wordt eveneens rekening gehouden met de notebooks die via een speciale regeling kunnen worden aangeschaft. Vanuit de onderwijsorganisatie wordt erop toegezien dat de kosten van het verplichte studiemateriaal de normbudgetten niet zullen overschrijden (in het eerste jaar worden boeken aangeschaft die ook in latere jaren worden gebruikt, de kosten liggen daarom in het eerste jaar iets hoger). Via studievereniging GEWIS kunnen boeken met korting worden aangeschaft.

2.9 Studieadviseur De studieadviseur vormt een belangrijke schakel tussen de studenten en de faculteit. Hij verzorgt de studiebegeleiding in de bacheloropleiding. De studieadviseur kent alle docenten en adviseert de examencommissie t.a.v. de toepassing van de OER voor individuele studenten. Problemen met de studie, bijvoorbeeld zoals rooster- en planningsproblemen wanneer bepaalde vakken niet zijn

18

opleiding, algemeen

gehaald, kunnen met hem doorgesproken worden. Ook zal hij toezien op het tempo waarmee de studie wordt doorlopen. Maak vooral gebruik van zijn kennis en ervaring als dat nodig is. Studieadviseur dr. C.J. Bloo Kamer HG 6.39 Tel. (040)(247) 4496 E-mail [email protected] Vrij inloopspreekuur: dinsdag 10.00-11.30 uur

2.10 Evaluatie van het onderwijs Om de kwaliteit van de opleiding te bewaken, worden elk semester evaluaties uitgevoerd. Die hebben zowel betrekking op de opleiding als geheel (slagingspercentages, gemiddelde studieduur, etc.) alsook op individuele vakken. Daartoe wordt per semester een elektronische enquête over alle vakken van dat semester gehouden. De resultaten daarvan worden in de opleidingscommissie besproken. De ervaringen en kritiek van studenten zijn van groot belang bij het verbeteren van het onderwijs. De opleidingscommissie (OCI; zie ook paragraaf 5.1.3) speelt ook een belangrijke rol bij het bewaken van de kwaliteit van het onderwijs. Hier kunnen studenten, stafleden, studieadviseur en opleidingsdirecteur samen alle aspecten van de opleiding bespreken.

2.11 Examens en tentamens De opleiding kent twee examens, het propedeutische examen en het bachelorexamen op grond waarvan de graad Bachelor of Science (BSc) wordt verleend. In de onderwijs- en examenregeling (OER) staan de exameneisen vermeld. Deze onderwijs- en examenregeling (OER) is te vinden op http://w3.win.tue.nl/nl/onderwijs/reglementen/

2.11.1 Vrijstellingen Artikel 3.1 van de onderwijs- en examenregeling (OER) bevat informatie in verband met het aanvragen van een vrijstelling voor een tentamen.

2.11.2 Aanmelding examens en tentamens Voor wat het deelnemen aan een examen of tentamens betreft, raadplege het examenreglement op http://w3.win.tue.nl/nl/onderwijs/reglementen/. De uiterlijke aanmeldingsdata voor de schriftelijke tentamens staan vermeld in de agenda 20102011 op www.onderwijs1.tue.nl. Indien wordt verzuimd zich op tijd voor een schriftelijk tentamen aan te melden, kan wel aan dit tentamen worden deelgenomen, maar wordt het ingeleverde werk niet nagekeken en wordt er geen resultaat toegekend. Men kan ten hoogste drie maal per vak inschrijven voor een tentamen in dat vak. Indien men een vierde inschrijving wil doen, kan dat alleen na overleg met de studieadviseur die hier aanvullende eisen en voorwaarden aan kan stellen. Over het algemeen zal dat neerkomen op het maken en inleveren van een realistisch studieplan voor het betreffende vak.

opleiding, algemeen

19

2.11.3 Inzage Studenten kunnen hun gemaakte tentamens inzien tot 20 werkdagen na de tentamendatum. Zij maken daartoe een afspraak met de docent die het tentamen heeft gecorrigeerd. Het is verstandig dit zo snel mogelijk na het maken van een tentamen te doen.

2.11.4 Rechtsbescherming Tegen besluiten met betrekking tot examens en tentamens kan een student schriftelijk bezwaar aantekenen bij het College van Beroep voor de Examens. Voor het zover is zal de student eerst moeten proberen tot overeenstemming te komen met de docent en/of de examencommissie van de eigen opleiding. Dr. E.F. Kaasschieter (HG 6.35) is secretaris van de examencommissie voor de opleiding Technische Informatica. Enkele voorbeelden van beslissingen van de examencommissie waartegen een student beroep kan aantekenen: • het niet verlenen van een vrijstelling, • een examenuitslag of cijfer waarmee de student het niet eens is, • een onjuiste opgave van het aantal studiepunten t.b.v. de tempo- of prestatiebeurs. In het Studentenstatuut (zie w3.tue.nl/nl/diensten) staan verder alle beroepsmogelijkheden nog eens vermeld.

2.11.5 Tentamenfrequentie In het algemeen worden de vakken die via een schriftelijk tentamen worden afgerekend, per jaar twee keer getentamineerd: een regulier tentamen en een herkansing. Het reguliere tentamen wordt afgenomen in de tentamenperiode volgend op de onderwijsperiode waarin het vak wordt gegeven. De herkansing vindt plaats in de daaropvolgende tentamenperiode. Voor vakken in het tweede semester wordt hiervoor de interim-periode gebruikt. Zie bijlage 1 van de OER. Indien een vak in het vorige collegejaar voor de laatste maal is gegeven, dan is er in de regel nog gelegenheid in het daarop volgende collegejaar tentamen in dit vak te doen. Details staan vermeld in de vakbeschrijvingen (zie www.onderwijs1.tue.nl ).

2.12 Wijzigingen in het studieprogramma In de loop der jaren wordt het studieprogramma regelmatig gewijzigd. Het kan daarbij bijvoorbeeld gaan om vervanging van een enkel vak, verwisseling van een groepje vakken of een ingrijpender curriculumwijziging, zoals de invoering van de minor. Indien dergelijke wijzigingen gevolgen hebben voor grote groepen studenten wordt een overgangsregeling opgesteld. In andere gevallen wordt via de studieadviseur namens de examencommissie een individuele regeling getroffen. Gedurende het studiejaar kunnen kleine veranderingen optreden, bijvoorbeeld in het rooster. De meest recente informatie is beschikbaar op owinfo.tue.nl.

2.13 Voorwaarden voor computergebruik Op het gebruik van de computerfaciliteiten en de faciliteiten voor elektronische informatieuitwisseling is het reglement “Computer- en netwerkgebruik in ruimten van de faculteit W&I” van toepassing. Door gebruik te maken van de computerfaciliteiten gaat u akkoord met het gestelde in dit reglement. Een exemplaar van dit reglement is beschikbaar via internet (zie www.win.tue.nl/bcf ) en ligt ter inzage bij het Bureau Computer Faciliteiten (HG 8.73).

20

opleiding, algemeen

Het reglement bevat de volgende bepalingen ten aanzien van gebruik van computerruimten: 1. Alleen studenten die onderwijs volgen aan de faculteit Wiskunde en Informatica mogen van de ruimten en de ter plekke aanwezige apparatuur gebruik maken. Studenten tonen desgevraagd hun collegekaart aan medewerkers van de faculteit Wiskunde en Informatica. 2. In de ruimten mogen geen eet- en drinkwaren genuttigd worden. 3. De ruimten moeten in nette staat achtergelaten worden. 4. De ruimten mogen uitsluitend gebruikt worden voor onderwijs en onderzoek van de faculteit. Verder heeft de faculteit het standpunt dat printen voor studenten op de faculteit voor een groot gedeelte gratis moet zijn, en dat kopiëren op de faculteit niet noodzakelijk is. Buiten de faculteit kunnen studenten met een PAS account zowel kopiëren als printen. Dit PAS account kan bij BCF (HG 8.73) tegen betaling worden opgehoogd. Op de faculteit staan 4 studentenprinters. Een op vloer 5, de andere op vloer 10. Om misbruik van het gratis printen tegen te gaan zullen studenten die meer dan 500 pagina’s per jaar printen erop geattendeerd worden dat dit niet de bedoeling is, en dat hun account geblokkeerd kan worden indien ze hun printgedrag niet aanpassen. Het account wordt pas weer opengezet na een betaling van 20 Euro. Voor het melden van overtredingen betreffende ruimte-, computer- en netwerkgebruik, storingen en vragen over hard- en software kan men contact opnemen met het Bureau Computer Faciliteiten (HG 8.73), tel. (040)(247) 2802, e-mail [email protected].

2.14 Na het bachelorprogramma Er worden binnen de faculteit drie Engelstalige masteropleidingen aangeboden, die aansluiten op de bacheloropleiding Technische Informatica: • Business Information Systems (BIS), • Computer Science and Engineering (CSE), met speciaal programma: • Information Security Technology (IST). • Embedded Systems (ES). Van bovenstaande opleidingen zijn studiegidsen verkrijgbaar bij het Onderwijsbureau, HG 6.45, of men raadplege de website van de faculteit. Zie ook paragraaf 4.2.6 over de zachte knip.

2.14.1 Lerarenopleiding informatica Diegenen die leraar informatica willen worden kunnen na de bacheloropleiding Technische Informatica instromen in de informaticaspecialisatie van de tweejarige masteropleiding Science Education and Communication (SEC) bij de Eindhoven School of Education (ESoE), zie www.esoe.nl/onderwijs. Alternatieve routes zijn om de BIS of CSE opleiding te combineren met de SEC-opleiding in een zogeheten ‘double degree program’. Dit programma met een omvang van 160 sp levert 2 diploma’s op, inclusief de lerarenbevoegdheid. Indien je na een van de masteropleidingen uit voorgaande paragraaf alsnog de SEC-opleiding wilt volgen, duurt de SEC-opleiding dan nog maar één jaar vanwege vrijstellingen (d.w.z. 60 sp).

3.

propedeuse

23

3. Propedeuse 3.1

Functie van de propedeuse

Het eerste jaar van de studie (de propedeuse of PB-fase) doet de student uiteraard een grote hoeveelheid informaticakennis op. De propedeuse heeft bovendien drie functies: • oriëntatie op de studie (“wat houdt informatica in?”), • selectie (“is de studie geschikt voor mij?”), • verwijzing (“welke richting moet ik kiezen?”). Het is de bedoeling om er zo snel mogelijk achter te komen of technische informatica inderdaad de juiste opleiding is door actief en kritisch deel te nemen aan het onderwijs en de projecten. Ook het P-colloquium, waarin allerlei informaticaonderwerpen aan de orde komen, is van belang voor de oriëntatie.

3.2 Bindend Studieadvies Aan het eind van elk semester krijgen eerstejaars studenten een studieadvies. Het eerste studieadvies is een voorlopig advies, het tweede is, indien negatief, bindend. Bij de studieadviezen in het eerste jaar zijn verschillende categorieën: •

•

•

•

Positief advies (40 sp of meer). Studenten met een positief advies krijgen van de examencommissie toestemming om alle tweedejaars vakken te volgen. Zij dienen wel nog eventueel niet afgeronde eerstejaars vakken bij de eerste mogelijkheid af te ronden anders vervalt deze toestemming. Positief advies met studiecontract (ten minste 30 sp zonder de vakken OGO 1.1 en OGO 1.2, maar minder dan 40 sp). In het studiecontract wordt vastgesteld welke tweedejaars vakken de student mag volgen, naast de nog af te ronden eerstejaars vakken. In de regel mag er nog niet worden deelgenomen aan OGO 2.1. Als de eerstejaars vakken niet bij de eerste mogelijkheid worden afgerond, mogen er pas weer tweedejaars vakken worden gevolgd, nadat alle eerstejaars vakken zijn afgerond. Negatief bindend studieadvies (tussen de 0 en 29 sp behaald aan eerstejaars BTI-vakken waarbij OGO 1.1 en OGO 1.2 niet meetellen). Studenten met een negatief bindend studieadvies mogen de opleiding niet voortzetten voor een periode van 3 jaar. Uitgesteld studieadvies. Op grond van persoonlijke omstandigheden is het mogelijk dat een student een uitgesteld studieadvies krijgt. In de regel moet dan in het tweede jaar de helft van de resterende eerstejaars vakken worden behaald. Melden van persoonlijke omstandigheden dient in een zo vroeg mogelijk stadium te geschieden bij de studieadviseur. Persoonlijke omstandigheden die aanleiding kunnen geven tot een uitgesteld studieadvies zijn: ziekte, functiebeperking, persoonlijke familieomstandigheden en zwangerschap.

Gedetailleerde informatie over de studieadviezen zal gegeven worden tijdens het P-colloquium. De precieze regeling met betrekking tot het bindend studieadvies en het studiecontract staat beschreven in de OER (zie http://w3.win.tue.nl/nl/onderwijs/reglementen/). Met vragen kunt je terecht bij de studieadviseur, dr. C.J. Bloo, HG 6.39, tel. (040)(247)4496.

24

propedeuse

3.3 Kwartiel 1 1 1 1 1 1-2 1-2 2 2 2 3 3 3 3-4 3-4 3-4 3-4 4 4

Studieprogramma’s generatie 2010 Code 0L870 2DI45 2IC00 2IC07 2IP65 2IO05 2IT05 2DI65 2IC08 2IP75 2DI75 2IC00 2IT16 2ID15 2IL05 2IO15 2IP15 2DI85 2IT19

Onderwijseenheid Ethiek en recht Basiswiskunde P-colloquium Computersystemen 1 Inleiding programmeren Ontwerp gericht onderwijs 1.1 Logica en verzamelingenleer Analyse 1 Computersystemen 2 Object-georiënteerd programmeren Lineaire algebra P-colloquium Eindige automaten en processen Mens-machine interactie Datastructuren Ontwerp gericht onderwijs 1.2 Programmeermethoden Analyse 2 Formele talen en beslisbaarheid

Studiepunten 3 3 0 3 3 3 6 3 3 3 3 0 3 3 6 3 6 3 3

Tabel 3.1: Programma voor het eerste jaar Technische Informatica (propedeuse bachelor)

3.3.1 Opbouw van het programma Per semester zijn er een aantal vakken (van 6 of 3 studiepunten) en een OGO-project (3 sp), in totaal 30 sp. De vakken en projecten in het bachelorprogramma zijn ingedeeld in negen kennisgebieden: wiskunde, theoretische informatica, programmeren, algoritmiek, informatiesystemen, computerarchitectuur en systeemprogrammatuur, software engineering, software modelleren, en overige informaticaonderwerpen. De stromen lopen door in het tweede en derde jaar. Wiskunde Een informaticus heeft veel wiskunde nodig in zijn werk. Wiskunde en wiskundige formuleringen vormen de basis van het vakgebied (zie ook de beschrijving van de andere stromen). In het eerste jaar zijn het de vakken Basiswiskunde, Lineaire algebra en Analyse 1 en 2. Theoretische informatica In dit kennisgebied komen de basisbegrippen van de informatica aan de orde. Het betreft in het eerste jaar de vakken Logica en verzamelingenleer, Eindige automaten en processen, Formele talen en beslisbaarheid Programmeren In dit kennisgebied wordt geleerd programma’s te schrijven in gangbare programmeertalen op een nette wijze, waarbij geleerd wordt rekening te houden met aspecten zoals onderhoudbaarheid, robuustheid, bruikbaarheid, efficiëntie en correctheid. De vakken Inleiding programmeren, Object-georiënteerd programmeren en Programmeermethoden horen bij deze stroom. De gebruikte programmeertaal is JAVA.

propedeuse

25

Algoritmiek De basis van dit kennisgebied vormen standaardalgoritmen en datastructuren. Ook abstracte programmanotaties (zoals voorkomen bij functioneel programmeren) komen aan de orde. Er wordt geleerd over algoritmen te redeneren en ze te (her)ontwerpen. Het vak Datastructuren hoort bij dit kennisgebied. Informatiesystemen In dit kennisgebied wordt geleerd hoe grote informatiesystemen worden gebouwd of aangepast, en hoe systemen worden opgebouwd uit componenten. In het eerste jaar zijn er nog geen vakken in dit kennisgebied, maar in het eerste OGO-project wordt als casus wel een informatiesysteem gebruikt. Computerarchitectuur en Systeemprogrammatuur Hoewel de nadruk in de studie op het ontwerpen van software ligt, is het van belang een goed begrip te hebben van de opbouw van computers en van systemen waarin computers een rol spelen. In de vakken Computersystemen 1 en 2 wordt zowel aandacht besteed aan de componenten waaruit een computer is opgebouwd als aan de structuur van computers. Software engineering In dit kennisgebied leer je het ontwikkelproces van een softwaresysteem kennen, zowel theoretisch als aan den lijve in de vorm van een groepsproject. Dit komt in het derde studiejaar aan bod. Software modelleren In dit kennisgebied worden diverse specificatie- en modelleermethoden behandeld en geoefend. Dit gaat in het tweede studiejaar van start. Overige informaticaonderwerpen Bij dit kennisgebied horen op zich zelf staande onderwerpen die bij de basiskennis van de informaticus horen. In het eerste jaar is dat het vak Mens-machine interactie. Maatschappelijke vorming Een informaticus dient zich bewust te zijn van de context waarin zijn werk of product gebruikt gaat worden en dient daar rekening mee te houden. Om bij te dragen aan dit bewustzijn is in het eerste jaar het vak Ethiek en recht opgenomen in het programma. Ontwerpgericht onderwijs (OGO) Ontwerpgericht onderwijs (OGO) is geen kennisgebied maar een vorm van technischwetenschappelijk onderwijs waarbij samenwerkende studenten op een actieve wijze werken aan multidisciplinaire ontwerpopgaven. Zie voor een nadere beschrijving paragraaf 2.4.1 over OGO-Informatica.

3.3.2 Propedeutisch examen Het eerste jaar wordt afgesloten met het propedeutisch examen. Een student is reglementair geslaagd als voor alle vakken uit dit jaar een voldoende is behaald. Let op: een student moet zichzelf opgeven voor het examen. Men wordt niet automatisch beoordeeld, zoals op het VWO.

26

propedeuse

3.3.3 P-colloquium Het P-colloquium vormt een wezenlijk onderdeel van de informatievoorziening over de opleiding aan de eerstejaarsstudenten. Door middel van onder andere (gast-)colleges wordt een beeld gegeven van het vervolg van de opleiding en het vakgebied informatica. Sommige onderdelen kennen een verplichte aanwezigheid. Het programma is te vinden in de studeerwijzer van 2IC00 via owinfo.tue.nl.

3.3.4 Combinatievariant Je kunt in de P-fase (het eerste jaar) kiezen voor een studieprogramma dat, mits met succes afgerond, recht geeft op zowel het P-diploma Technische Wiskunde als het P-diploma Technische Informatica. Studenten dienen daarvoor in beide opleidingen ingeschreven te zijn, dit kan zonder extra kosten via een neveninschrijving. Het programma is zwaarder in studielast dan een afzonderlijke propedeuse wiskunde of informatica; het omvat 74 sp. De dubbele propedeuse wordt vanuit wiskunde gecoördineerd door dr. J.C. van der Meer, HG 8.92, tel. (040)(247) 4451 en vanuit informatica door mw. dr.ir. M.L.P. van Lierop, HG 6.41, tel. (040)(247) 3022. Kwartiel 1 1 1 1 1 1-2 1-2 1 2 2 2 2 3 3 3 3-4 3-4 3-4 4 4 4 4 (1) (2) (3) (4)

Code 2F813 2IC07 2IP65 2IT06 2WA20 2H003 2WF07 2IC08 2IP75 2WA21 2WF13 2WH00 2IT16 2WA14 2WS13 2IO15 2IP15 2IL05 2IT19 2WA15 2WH04 2WF08

Onderwijseenheid Practicum Mathematica Computersystemen 1 Inleiding programmeren Logica (1) Inleiding analyse Wiskundepracticum Lineaire algebra A Computersystemen 2 Object-geöriënteerd programmeren Analyse in 1D Algebra (2) Inleiding modelleren Eindige automaten en processen Analyse in nD Kansrekening (3) Ontwerp gericht onderwijs 1.2 Programmeermethoden Datastructuren Formele talen en beslisbaarheid Vectoranalyse Deel van modelleren A (4) Lineaire algebra B

Studiepunten 1 3 3 3 4 0 6 3 3 5 3 1 3 5 3 3 6 6 3 5 2 3

2IT06 betreft het eerste deel van het vak 2IT05. 2WF13 betreft het eerste deel van het vak 2WF06. 2WS13 betreft de eerste helft van het vak 2WS04. 2WH04 betreft een gedeelte van 2WH01.

Tabel 3.2: Programma voor het eerste jaar Technische Wiskunde / Technische Informatica (bachelor propedeuse) Na het succesvol doorlopen van het combiprogramma kan gekozen worden voor een vervolg in Technische Wiskunde, in Technische Informatica, of een dubbel bachelorprogramma (zie paragraaf 4.3)

propedeuse

27

3.4 Studiebegeleiding in het eerste jaar Aan het begin van het eerste semester wordt er een groepsindeling gemaakt voor instructies en de OGO-projecten, waarbij de introgroepen zoveel mogelijk bijeen worden gehouden. Gedurende het gehele eerste jaar heeft iedere student een van de instructeurs als studiebegeleider en portfoliomentor. De student kan bij de studiebegeleider terecht met vragen over de studie, maar ook met eventuele klachten over of suggesties voor hoe het onderwijs beter zou kunnen verlopen. Zonodig zal de studiebegeleider een student verwijzen naar de studieadviseur voor nader advies, bijvoorbeeld als de student twijfelt of informatica wel de juiste studie voor hem/haar is. Portfolio De ontwikkeling van (academische) vaardigheden van elke student wordt bijgehouden in een persoonlijk elektronisch portfolio. Aan het eind van elk semester in het eerste en tweede jaar wordt een reflectievragenlijst ingevuld. Deze wordt in het eerste jaar besproken met de studiebegeleider. In het tweede jaar met de studieadviseur en in het derde jaar wordt het portfolio afgerond als onderdeel van het Software engineering project. Het portfolio is via internet te raadplegen en onderhouden. Een inlogcode wordt per e-mail verstrekt. Op één van de P-colloquia in het eerste semester zal het gebruik van het portfoliotool worden toegelicht. Bij het niet op orde hebben van het portfolio, wordt het punt voor het OGO project niet toegekend. Studieadvies Het bindend studieadvies aan het einde van het eerste jaar (zie paragraaf 3.2) wordt uitgebracht door de examencommissie (zie paragraaf 5.1.4), na het 1e semester wordt er al een voorlopig studieadvies uitgebracht.

4.

post-propedeuse

31

4. Post-propedeuse Voor de studenten die de bacheloropleiding Technische informatica (BTI) volgen bestaat de post-propedeuse uit het tweede en het derde studiejaar, ook wel genoemd de B-fase.

4.1

Toelating

Om van de verschillende studiefases en de daarbij behorende vakken goed te kunnen profiteren is het van belang de goede vooropleiding of voorkennis te hebben. Het curriculum is daar ook op afgestemd. De toelatingsregels hebben ten doel enige sturing te geven in het doorlopen van die studiefases.

4.1.1 B-fase Door de propedeuse te halen is een student automatisch toegelaten tot de B-fase. Als nog niet alle eerstejaarsvakken zijn gehaald, mogen in principe geen tweedejaars vakken gedaan worden (http://w3.win.tue.nl/nl/onderwijs/reglementen/). Studenten met een positief studieadvies zonder studiecontract krijgen echter standaard het recht gedurende het eerste semester van het tweede studiejaar alle tweedejaars vakken te doen. Studenten met een positief studieadvies met studiecontract krijgen in overleg met de studieadviseur toestemming tot het volgen van een beperkt aantal tweedejaars vakken. OGO 2.1 hoort daar in de regel niet bij. Voor een bespreking van het begrip studiecontract verwijzen we naar bijlage 2 van de onderwijs en examenregeling (http://w3.win.tue.nl/nl/onderwijs/reglementen/). Merk op, dat in beide gevallen de ruimte om tweedejaars vakken te mogen doen slechts voor één semester gegeven wordt. Daarna vervalt dat recht en zullen eerst alle eerstejaars vakken gehaald moeten zijn voordat tentamens gedaan mogen worden in tweede- en derdejaars vakken. Voor deelname aan het software engineering project uit het derde studiejaar gelden speciale toelatingseisen (zie paragraaf 4.2.2).

4.2 Het tweede en derde studiejaar De B-fase is bedoeld om een goede en brede basis te geven. Het tweede en derde jaar bestaan opgeteld uit 90 studiepunten aan verplichte vakken en 30 studiepunten aan minorvakken. De minor wordt in principe in het 1e semester van het derde jaar gevolgd en geeft de mogelijkheid tot voorbereiding op een eventuele vervolgmasteropleiding, voor een verblijf aan een buitenlandse universiteit of om eens buiten het vakgebied van de informatica rond te kijken. Veel studenten studeren niet nominaal omdat ze geen 60 sp per jaar halen. Zij doen dan langer dan drie jaar over het behalen van hun bachelordiploma. Dat heeft tot gevolg dat er in een semester vaak een combinatie van eerste- en tweedejaars vakken of tweede- en derdejaars vakken gevolgd wordt. Dat kan bij niet-nominale studenten leiden tot roosterproblemen. In dat geval moet de prioriteit gegeven worden aan de lagerejaars vakken. Desgewenst kan hiervoor overlegd worden met de studieadviseur.

32

post-propedeuse

4.2.1 Het tweede studiejaar Het programma voor het tweede studiejaar is opgebouwd uit vakken in vrijwel alle stromen die in het eerste jaar aan bod komen (zie paragraaf 4.3.1). Elk semester wordt minstens één OGOproject uitgevoerd in een groepje van ongeveer zes personen. In het tweede jaar zijn de projecten wat uitdagender en vrijer, en meer op ontwerpen gericht dan in het eerste jaar. Kwartiel 1-2 1-2 1-2 1-2 1-2 2 3 3 3 3-4 3-4 4 4 4

Code 2ID05 2IN05 2IO25 2IT25 2IW05 2DI25 2IL25 2IO35 2IV10 2II05 2IL15 2IC15 2DI35 2IO46

Onderwijseenheid Datamodelleren en databases Operatingsystemen Ontwerp gericht onderwijs 2.1 Discrete structuren Softwarespecificatie Kansrekening Gedistribueerde algoritmen Ontwerp gericht onderwijs 2.2 Computergrafiek Bedrijfsinformatiesystemen Algoritmiek Computernetwerken Statistiek Ontwerp gericht onderwijs 2.3

Studiepunten 6 6 3 6 6 3 3 3 3 6 6 3 3 3

Tabel 4.1: Programma voor het tweede jaar van de bacheloropleiding Technische Informatica (generatie 2009) Voor studenten die nog niet alle eerstejaarsvakken hebben afgerond is er, door veranderingen in het curriculum, voor sommige vakken de mogelijheid om in plaats van een herkansing van het oude vak, een of meer nieuwe vakken te volgen. De mogelijkheden staan hieronder. Neem voor meer informatie contact op met de studieadviseur. Oude vak Computersystemen (2IC05)

SP 6

Vervangend(e) vak(ken) Computersystemen 1 (2IC07) Computersystemen 2 (2IC08)

SP 3 3

Automaten en procestheorie (2IT15)

6

Eindige automaten en processen (2IT16) Formele talen en beslisbaarheid (2IT19)

3 3

Tabel 4.2: Overzicht vervangende vakken als gevolg van nieuw curriculum

post-propedeuse

33

4.2.2 Het derde studiejaar Het derde studiejaar is enerzijds de afsluiting van de bacheloropleiding waarin de kroon op het werk gezet wordt via het software engineering project, anderzijds is het de voorbereiding op de masteropleiding. Software engineering project Een aparte vermelding verdient het vervolg van OGO in de vorm van het grote project in het derde studiejaar (2IP35). Dit project wordt uitgevoerd in het tweede semester, en omvat in totaal 12 studiepunten. De bedoeling van het project is om de kennis en vaardigheden die gedurende de opleiding zijn verworven te integreren onder omstandigheden die lijken op de situatie die ook in de beroepspraktijk voorkomt. Om het project goed te laten verlopen zijn er enkele randvoorwaarden aan deelname gesteld. Kwartiel 1-2 3 3 3 3 3-4 3-4 4 4

Code 2IA05 2IC01 2IP25 2IS05 2II25 2IP35 2II15 2IW65

Onderwijseenheid Minor Functioneel programmeren Bachelorcolloquium Software engineering Security Webtechnologie Software engineering project * Datamining en kennissystemen Software testing

Studiepunten 30 3 0 3 3 3 12 3 3

*

Deelname aan dit vak is mogelijk indien: • de student geslaagd is voor het propedeutische examen; • de student geslaagd is voor het vak Ontwerp gericht onderwijs 3.1 (2IO45); • zes weken voorafgaande aan de start van het vak tenminste 120 studiepunten zijn behaald. Van deze voorwaarden kan slechts in bijzondere gevallen en in overleg met de studieadviseur en de coördinatoren van het Software engineering project worden afgeweken.

Tabel 4.3: Programma voor het derde jaar van de bacheloropleiding Technische Informatica (generatie 2008)

4.2.3 Het Minorprogramma Voor wat betreft de keuze van de minor wordt hier vermeld dat vrijwel alle faculteiten van de TU/e een minor aanbieden, die de student kennis laat maken met het betreffende vakgebied en vaak toelating kan geven tot masteropleidingen van die faculteit. Studenten kunnen ook een minor volgen aan een andere universiteit of zelf een vrije minor samenstellen. Een vrije minor dient vooraf ter goedkeuring voorgelegd te worden aan de examencommissie van informatica. Inlichtingen hierover kunnen verkregen worden bij de studieadviseur. Ook is het mogelijk om een vrije minor te volgen aan een buitenlandse universiteit. De opleiding heeft goede contacten met de universiteit Mälardalen in Zweden, waar minoren op het gebied van Embedded systems en Software engineering te volgen zijn, en met de universiteit van Manipal in India, waar een minor op het gebied van Software outsourcing aangeboden wordt. Voor informatie over de verschillende minoren zie de minorwebsite http://w3.tue.nl/nl/diensten/stu/onderwijs/major_minor/ en de minorvoorlichting in het tweede semester.

34

post-propedeuse

Voor deelname aan de minor is het verplicht de propedeuse te hebben afgerond. Aanmelding door middel van het formulier op de minorwebsite dient voor 1 mei te gebeuren. Om een minor in het buitenland te volgen kan het beste al tijdens het 1e semester contact worden opgenomen met de studieadviseur.

4.2.4 Buitenland Het is voor studenten van de faculteit Wiskunde en Informatica mogelijk vakken te volgen bij een buitenlandse universiteit. De faculteit heeft daarvoor samenwerkingsovereenkomsten gesloten met een ruim dertigtal universiteiten binnen Europa in het kader van het Erasmus programma. Je kunt een actueel overzicht van de universiteiten waarmee wij een overeenkomst hebben vinden op de website van de faculteit; http://w3.win.tue.nl/en/student/international_student_affairs. Bachelor studenten kunnen binnen hun minor vakken volgen bij een van de aangesloten universiteiten, uiteraard is vooraf toestemming vereist. Deze toestemming kan je krijgen van de studieadviseur van Informatica (Roel Bloo). Het is ook mogelijk naar een andere universiteit te gaan binnen of buiten Europa als zogenaamde “Free Mover”. Dit betekent dat je zelf contact moet zoeken met een universiteit en zelf voor financiering zorgt. Uiteraard moet ook hier vooraf goedkeuring worden gevraagd aan de studieadviseur. Na toestemming van de studieadviseur kun je contact opnemen met Elle van den Hurk (HG 6.46), e-mail [email protected], Internationaliseringcoördinator van de faculteit. Een korte procedurebeschrijving en de benodigde formulieren kun je eveneens vinden op de eerder genoemde website.

4.2.5 Bachelor colloquium Als service naar de derdejaars studenten wordt in het derde kwartaal voorlichting gegeven over de diverse keuzemogelijkheden na het behalen van het bachelor diploma. Aanwezigheid is niet verplicht.

4.2.6 De zachte knip Om onnodig tijdverlies te voorkomen is het voor bachelorstudenten die nog ten hoogste 20 sp missen van het bachelorprogramma al mogelijk om mastervakken te doen in opleidingen waarin men binnen de TUE drempelloos in kan stromen. Daartoe dient men een neveninschrijving te hebben in de betreffende master. In de regel detecteert het onderwijsregistratiesysteem (OWIS) automatisch wanneer een student een neveninschrijving in een master kan aanvragen. Mocht dat niet het geval zijn dan kan de studieadviseur deze toestemming namens de examencommissie verlenen.

post-propedeuse

35

4.3 Dubbele bachelor wiskunde en informatica Er is een studieprogramma ontworpen, waarmee een student zowel een volwaardig bachelordiploma in de Technische Wiskunde als een volwaardig bachelordiploma in de Technische Informatica kan behalen. Dit betekent dat een student aan alle exameneisen die gesteld zijn aan de beide bachelorprogramma’s zal voldoen. Het uitgangspunt is dat een student met een meer dan gemiddelde aanleg ongeveer in vier jaar de beide bacheloropleidingen kan afronden. Het eerste jaar van het combinatieprogramma bestaat uit het propedeuseprogramma van de combinatievariant Technische Wiskunde / Technische Informatica (zie paragraaf 4.3.4). De omvang van het combinatieprogramma na de propedeuse is 161 studiepunten. Een onvermijdelijk knelpunt betreft het rooster voor het combinatieprogramma na de propedeuse. Men mag niet verwachten dat de roosters van het tweede en derde jaar van de bacheloropleidingen in de Technische Wiskunde en de Technische Informatica zodanig op elkaar kunnen worden afgestemd, dat er geen overlap in het rooster van het combinatieprogramma ontstaat. Erger nog, bij het opstellen van de roosters voor het tweede en derde jaar van de afzonderlijke bacheloropleidingen in de Technische Wiskunde en Technische Informatica kan geen rekening gehouden worden met het bestaan van het combinatieprogramma. Het combinatieprogramma wordt niet aangeboden in de vorm van een gestructureerd curriculum met jaar- en semesterindelingen, maar bestaat louter uit een opsomming van onderwijseenheden die een student moet volgen om de twee bachelordiploma’s te kunnen behalen. Het combinatieprogramma kan men vanuit twee verschillende invalshoeken beschouwen. Als die van een informaticastudent die nog een aanvulling in de wiskunde doet om te voldoen aan de exameneisen van Technische Wiskunde dan wel die van een wiskundestudent die een aanvulling doet in de informatica om aan de exameneisen van Technische Informatica te voldoen. De eerste “winst” met betrekking tot de omvang van de aanvulling wordt verkregen door de minoren op een geschikte wijze in te vullen. Een bachelorprogramma na het eerste jaar bestaat uit een major van 90 studiepunten en een minor van 30 studiepunten. Als nu voor de informaticastudent de minor bestaat uit vakken die in het majorprogramma van Technische Wiskunde voorkomen en de minor voor de wiskundestudent bestaat uit vakken die in het majorprogramma van Technische Informatica voorkomen, dan zal een student die de twee major programma’s met succes heeft gevolgd automatisch aan de minorverplichtingen van de beide bacheloropleidingen hebben voldaan. Aan de minoren in het combinatieprogramma kunnen niet strikt de TU/e-eisen worden opgelegd voor een reguliere minor met betrekking tot de roosters. De minoren dienen dan als vrije minoren te worden geïnterpreteerd. Er is nog meer winst te boeken. In het tweede en derde jaar van beide bacheloropleidingen komen verwante onderwijsdelen voor en het is niet de bedoeling een student te verplichten al deze vakken te doen. Het betreft de vakken Kansrekening (2DI25), Statistiek (2DI35) en Modelleren C (2WH03). Verder komt het vak Software Engineering (2IP25/2IP55) in beide bachelorprogramma’s voor en kent de bacheloropleiding in de Technische Wiskunde nog een keuzevak van drie studiepunten dat met een informaticavak kan worden ingevuld. Studenten die overwegen een dubbele bachelor Wiskunde en Informatica te volgen kunnen hierover contact opnemen met de studieadviseurs Roel Bloo en Jan Cees van der Meer.

36

post-propedeuse

Code Onderwijseenheid Programma wiskunde 0A285 Ingenieur van beroep 2WF14 Discrete wiskunde 1 2H154 Modelleren 5-D: afronding portfolio 2H600 Wiskunde en praktijk in historisch perspectief 2J008 Bachelorproject 2WA23 Inleiding functionaalanalyse 2WA17 Gewone differentiaalvergelijkingen 2WA18 Partiële differentiaalvergelijkingen 2WB04 Stochastische processen 2WB05 Simulatie 2WF15 Discrete wiskunde 2 2WF09 Lineaire algebra C 2WF10 Algebra 2 2WH02 Modelleren B 2WH05 Bachelorcolloquium 2WN05 Inleiding numerieke analyse 2WN17 Numerieke lineaire algebra 2WO12 Optimalisering in netwerken 2WO11 Optimalisering in Rn 2WS05 Mathematische statistiek 2WS14 Regressie en variantie-analyse 2Y480 Functietheorie Programma informatica 2IA05 Functioneel programmeren 2IC15 Computernetwerken 2IW65 Software testing 2ID05 Datamodelleren en databases 2II05 Bedrijfsinformatiesystemen 2II15 Datamining en kennissystemen 2II25 Webtechnologie 2IL15 Algoritmiek 2IL25 Gedistribueerde algoritmen 2IN05 Operatingsystemen 2IO25 Ontwerp Gericht Onderwijs 2.1 2IO35 Ontwerp Gericht Onderwijs 2.2 2IO46 Ontwerp Gericht Onderwijs 2.3 2IP25 Software engineering 2IP35 Software engineering project 2IS05 Security 2IT25 Discrete structuren 2IV10 Computergrafiek 2IW05 Softwarespecificatie

Studiepunten 78 3 3 2 3 8 3 3 3 6 3 3 3 3 6 1 3 6 4 3 3 3 3 84 3 3 3 6 6 3 3 6 3 6 3 3 3 3 12 3 6 3 6

Tabel 4.4: Programma voor de combinatievariant Technische Wiskunde / Technische Informatica na de propedeuse

5.

organisatie

39

5. Organisatie 5.1

Organisatie van de faculteit

De student heeft op verschillende manieren met het bestuur en de organisatie van het onderwijs in de faculteit te maken. De onderwijsorganisatie is gebaseerd op de in het collegejaar 1997-1998, in het kader van de Modernisering Universitaire Bestuursstructuur (MUB), geïmplementeerde wijziging van de Wet op het Hoger onderwijs en Wetenschappelijk onderzoek (WHW). Studenten kunnen lid/adviseur zijn van het faculteitsbestuur, de opleidingscommissie en de faculteitsraad. Voor deze lidmaatschappen kunnen speciale faciliteiten worden verleend, bijv. het afleggen van een mondeling tentamen in plaats van een schriftelijk of het afleggen van tentamens buiten de examenperiode. Nadere informatie is verkrijgbaar bij het onderwijsbureau van de faculteit, de onderwijscommissaris van studievereniging GEWIS en de StudentenRaad (SR). In de onderwijsorganisatie spelen de volgende personen en gremia een rol: • het faculteitsbestuur; • de opleidingsdirecteur; • de opleidingscommissie; • de examencommissie; • de faculteitsraad; • de capaciteitsgroep en hoogleraren; • het faculteitsbureau; • de StudentenRaad. De rol van elk gremium c.q. persoon is als volgt:

5.1.1 Het faculteitsbestuur Per opleiding stelt het faculteitsbestuur een opleidingsdirecteur aan. De opleidingsdirecteur is gemandateerd tot het inrichten en doen verzorgen van de opleiding. Het faculteitsbestuur blijft eindverantwoordelijk voor de opleiding hetgeen betekent dat de opleidingsdirecteur verantwoording schuldig is aan het faculteitsbestuur. Het faculteitsbestuur stelt de onderwijsen examenregeling (OER) en het budget (de begroting) voor onderwijs vast en ziet toe op de uitvoering van het onderwijsprogramma. Het faculteitsbestuur bestaat uit vier leden: de decaan die voorzitter van het bestuur is, de vice-decanen en de directeur bedrijfsvoering. Een student woont de vergaderingen bij met adviserende stem (studentadviseur). De vergaderingen van het faculteitsbestuur worden bijgewoond door de opleidingsdirecteuren, beleidsmedewerkers en de secretaresse van de faculteit. Het faculteitsbestuur is als volgt samengesteld: Decaan: prof.dr. A.M. Cohen Vice-decanen: prof.dr. O.J. Boxma en vacature Directeur bedrijfsvoering: R.M.A. van de Donk

40

organisatie

5.1.2 De opleidingsdirecteur De opleidingsdirecteur wordt benoemd door het faculteitsbestuur op voordracht van een benoemingsadviescommissie. Zij is verantwoordelijk voor de inrichting en uitvoering van het onderwijs. Voor wat betreft de inrichting van het onderwijs stelt de opleidingsdirecteur jaarlijks een onderwijs- en examenregeling (onderwijsprogramma, inclusief inhoud en onderwijsvormen) voor. Over de inhoud van de opleiding voert zij overleg met de betreffende docenten. Ten aanzien van de ontwikkeling van het onderwijsprogramma op de langere termijn evenals de uitgangspunten, doelstellingen en eindtermen van de opleiding laat de opleidingsdirecteur zich adviseren door de opleidingscommissie. Binnen een vastgestelde begroting is de opleidingsdirecteur verantwoordelijk voor het aantrekken van de benodigde docenten. Zij betrekt deze docenten van de daartoe meest geëigende capaciteitsgroep. Voorts is de opleidingsdirecteur verantwoordelijk voor de kwaliteit van het onderwijs; zij draagt zorg voor een kwaliteitszorgsysteem. De opleidingsdirecteur informeert de opleidingscommissie over haar voorstellen met betrekking tot het onderwijsprogramma en over de kwaliteit van het geboden onderwijs. De opleidingsdirecteur adviseert de capaciteitsgroepen over eventuele kwaliteitsverbetering van de geleverde capaciteit. Voor administratieve en eventuele onderwijskundige ondersteuning maakt de opleidingsdirecteur gebruik van het onderwijsbureau. De opleidingsdirecteur van Technische Informatica is mw. dr.ir. M.L.P. van Lierop.

5.1.3 De opleidingscommissie Binnen de faculteit functioneert de Opleidingscommissie Technische Informatica (OCI). Deze opleidingscommissie wordt benoemd door het faculteitsbestuur en bestaat uit zes personen, waaronder drie studenten. De studentleden worden voorgedragen door de studentleden van de faculteitsraad, de drie stafleden door de capaciteitsgroep informatica. De opleidingscommissie heeft tot taak: • advies uit te brengen aan de opleidingsdirecteur en het faculteitsbestuur over de onderwijsen examenregeling; • de wijze van uitvoering van de onderwijs- en examenregeling jaarlijks te beoordelen; • gevraagd en ongevraagd advies uit te brengen aan de opleidingsdirecteur en het faculteitsbestuur over alle aangelegenheden betreffende het onderwijs in de betreffende opleiding.

5.1.4 De examencommissie Het faculteitsbestuur stelt voor iedere opleiding, ten behoeve van het afnemen van de examens en de organisatie en coördinatie van de tentamens, een examencommissie in. Binnen de faculteit functioneert daarom de examencommissie informatica. De leden van deze examencommissie worden benoemd door het faculteitsbestuur. Deze leden verzorgen onderwijs binnen de opleiding. De examencommissie wijst examinatoren aan voor het afnemen van de tentamens (conform WHW art. 7.12). Met betrekking tot de goede gang van zaken tijdens de tentamens en met betrekking tot de in dat verband te nemen maatregelen stelt de examencommissie het examenreglement vast. Samenstelling van de examencommissie Technische Informatica: Secretaris: dr. E.F. Kaasschieter.

organisatie

41

5.1.5 De faculteitsraad De faculteitsraad oefent tegenover het bestuur van de faculteit het instemmingsrecht en het adviesrecht uit. Het bestuur van de faculteit behoeft de voorafgaande instemming van de faculteitsraad voor elk door hem te nemen besluit met betrekking tot de vaststelling of wijziging van het faculteitsreglement en de onderwijs- en examenregeling. De faculteitsraad bestaat uit tien leden van wie vijf leden worden gekozen door en uit de personeelsleden van de faculteit en vijf leden worden gekozen door en uit de studenten van de faculteit. De huidige samenstelling van de faculteitsraad is: Personeel: dr. C. Huizing, dr. A. Muntean, Msc. S. Dommers, ir. P.P. van Liesdonk and M.A.C.M. de Wert. Studenten: J.G. van der Pol, J. van Roosmalen, L.M. Scheepers, B.J.A. Laarhoven (chair) and I. van der Linden.

5.1.6 De capaciteitsgroep Informatica Capaciteitsgroepen hebben tot taak bijdragen te leveren aan de voorbereiding en uitvoering van de onderwijs- en examenprogramma’s alsmede aan de onderzoekprogramma’s van de faculteit. Voorts hebben zij tot taak om bijdragen te leveren aan de voorbereiding en uitvoering van interfacultaire en interuniversitaire programma’s voor onderwijs en onderzoek. Het bestuur van de capaciteitsgroep maakt afspraken met de opleidingsdirecteuren over de kwalitatief en kwantitatief benodigde capaciteit voor de opleidingen. De hoogleraren zijn bij uitstek verantwoordelijk voor de ontwikkeling van het hun toegewezen wetenschapsgebied en voor de inhoud van het te geven onderwijs op dat gebied, onverminderd de bevoegdheid van de opleidingsdirecteur. Ten aanzien van de inhoud van de opleiding adviseren zij de opleidingsdirecteur. De faculteit heeft twee capaciteitsgroepen: de capaciteitsgroep Wiskunde en de capaciteitsgroep Informatica. Onderstaand is de personele bezetting, met uitzondering van promovendi en tijdelijk personeel, van deze leerstoelen weergegeven, en van overig personeel dat binnen de capaciteitsgroep is aangesteld. Secretariaat van de capaciteitsgroep: mw. M.M.W.G. van den Bosch-Zaat, tel. (040)(247) 5010 Algorithms and Visualisation (A&V) Leerstoel Visualisatie (VIS) Hoogleraar: prof.dr.ir. J.J. van Wijk Deeltijdhoogleraar: prof.dr.ir. R. van Liere Wetenschappelijk personeel: dr.eng. A.C. Jalba, dr. M.A. Westenberg en dr.ir. H.M.M. van de Wetering Secretariaat VIS: mw. M.M.W.G. van den Bosch-Zaat, tel. (040)(247) 5010

42

organisatie

Leerstoel Algoritmiek (ALG) Hoogleraar: prof.dr. M.T. de Berg Wetenschappelijk personeel: dr. H.J. Haverkort, mw. dr. B. Speckmann en dr. E. Mumford Secretariaat ALG: mw. M.V. Cheng, tel. (040)(247) 5155 Sectie Informatiesystemen (IS) Leerstoel Databases & Hypermedia (DH) Hoogleraar: prof.dr. P.M.E. De Bra Deeltijdhoogleraren: prof.dr.ir. G.J.P.M. Houben Wetenschappelijk personeel: dr. T.G.K. Calders, dr. M. Pechenizkiy and dr. G.H.L. Fletcher Systeemdeskundige: dr.ir. H.M.W. Verbeek en dr. N. Stash Secretariaat DH: mw. M.A. van Buul, tel. (040)(247) 2602, mw. C.W.J. van der Ligt, tel. (040) (247) 2733 Leerstoel Architectuur van informatiesystemen (AIS) Hoogleraren: prof.dr.ir. W.M.P. van der Aalst, prof.dr. K.M. van Hee and prof.dr.ir. W.P.M. Nuijten Wetenschappelijk personeel: mw. dr. N. Sidorova, dr. B.F. van Dongen en dr. M. Voorhoeve Systeemdeskundige: dr.ir. H.M.W. Verbeek Secretariaat AIS: mw. C.W.J. van der Ligt, tel. (040) (247) 2733, mw. M.A. van Buul, tel. (040)(247) 2602 Sectie Model Driven Software Engineering (MDSE) Leerstoel Formele methoden (FM) Hoogleraar: vacature Wetenschappelijk personeel: dr. S. Andova, dr.ir. P.J.L. Cuijpers, dr. R. Kuiper, dr. S.P. Luttik, dr. R.P. Nederpelt, dr. E.P. de Vink en dr. C. Huizing Systeemdeskundige: dr. E.J. Luit Secretariaat FM: mw. M.V. Cheng, tel. (040)(247) 5155 Leerstoel Ontwerp en Analyse van Systemen (OAS) Hoogleraar: prof.dr.ir. J.F. Groote Deeltijdhoogleraar: prof.dr. J.H. Geuvers Wetenschappelijk personeel: dr.ir. R.R. Hoogerwoord, dr. M.R. Mousavi, dr.ir. J.W. Wesselink, dr.ir. T.A.C. Willemse en prof.dr. H. Zantema Systeemdeskundige: dr.ir. J.W. Wesselink Secretariaat OAS: mw. M.M.W.G. van den Bosch-Zaat, tel. (040)(247) 5010

organisatie

43

Leerstoel Software Engineering and Technology (SET) Hoogleraar: prof.dr. M.G.J. van den Brand Wetenschappelijk personeel: dr.ir. M.G.J. Franssen, dr.ir. C. Hemerik, dr. A. Serebrenik, dr.ir. T. Verhoeff, dr.ir. G. Zwaan en dr. L.J.A.M. Somers Systeemdeskundige: ir. E.T.J. Scheffers Secretariaat SET: mw. C.C. van Gils, tel. (040)(247) 5145 Sectie Security and Embedded Networked Systems (SENS) Leerstoel Systeemarchitectuur en Netwerken (SAN) Hoogleraar: prof.dr. J.J. Lukkien Deeltijdhoogleraar: prof.dr.ir. C.H. van Berkel, prof. dr. A. Liotta Wetenschappelijk personeel: dr.ir. R.J. Bril, drs. R.H. Mak, dr. T. Ozcelebi, dr. D. Jarnikov, dr. S. Chen en dr. J.P. Veltkamp Systeemdeskundige: dr.ir. P.H.F.M. Verhoeven Secretariaat SAN: mw. A. Gouma, tel. (040)(247) 8309 Leerstoel Security (SEC) Hoogleraar: prof.dr. S. Etalle Deeltijdhoogleraar: prof.dr. M. Petkovic Wetenschappelijk personeel: dr. J.L. den Hartog, dr. B. Skoric Secretariaat SEC: mw. J.H.J.M. Matthijsse- van Geenen, tel. (040) (247) 2853 Onderzoeker: dr. N. Zannone

5.1.7 Het faculteitsbureau Het faculteitsbureau voert zijn taken uit onder verantwoordelijkheid van het faculteitsbestuur. De directeur bedrijfsvoering fungeert als hoofd van het faculteitsbureau. Het faculteitsbureau is onderverdeeld in zes subbureaus: • bureau personeel en organisatie, • bureau financiële zaken, • bureau computerfaciliteiten, • bureau bestuursondersteuning, • onderwijsbureau, • public relations. De drie eerstgenoemde bureaus participeren in het beheerstraject van de faculteit. Deze beheersmatige werkzaamheden omvatten o.a. de aanstelling van personeel, inclusief studentassistenten, de zorg voor veiligheid, milieu, huisvesting, technische dienstverlening, informatievoorziening en het faculteitsarchief, de coördinatie van de automatisering en het voeren van het financiële beheer. Het bureau bestuursondersteuning vervult een taak op het gebied van de beleidsvoorbereiding en -uitvoering van onderwijs en onderzoek en ondersteunt het faculteitsbestuur, de opleidingsdirecteur, het bestuur van de capaciteitsgroep en commissies.

44

organisatie

De ondersteuning van de opleiding door het onderwijsbureau heeft betrekking op o.a. studieadvisering, onderwijsevaluatie, stage- en projectcoördinatie, studentenadministratie, internationalisering, examens en onderwijsvernieuwing. De medewerkers van public relations zorgen voor de PR van de faculteit, en in het bijzonder voor voorlichting aan aanstaande studenten. Het bureau van de faculteit is als volgt samengesteld: Directeur bedrijfsvoering: R.M.A. van de Donk Faculteitssecretariaat Mw. M.P.M. de Faber en mw. P.C.J. Gudden-van den Boomen, tel. (040)(247) 2750 Medewerker huishoudelijke zaken: J.W. Schellekens Bureau Personeel en Organisatie Hoofd: mw. P.J. Evers bc Medewerker: mw. J. Kamperman, mw. C.M. van Dam en mw. L.G. van Kollenburg-Walraet Bureau Financiële Zaken Hoofd: P.C.P. Geenen Medewerkers: mw. J. den Braven bc, mw. F.J.J. Haassen-Kok, mw. ing. H.T. de Morrée en P.H.V. Benckhuijsen Bureau Computer Faciliteiten Hoofd: dr. P.J.E.M. Coenen Medewerkers: R.L.M. Beckers, S. Hoop, V.B. Huijgen en J.P.H. Hunnekens Bureau bestuursondersteuning Beleidsmedewerker wiskunde: ir. H.J.M. Wijers Beleidsmedewerker informatica: mw. dr. D.M. de Haan Beleidsmedewerker onderwijs: dr. E.F. Kaasschieter Studentenadministratie Hoofd studentenadministratie: mw. E. van den Hurk Medewerkers: mw. J. Berger-van der Aalst, mw. J.M.L.G. Sanders en mw. M.J.C.P. de Wit-van Geenen Het onderwijsbureau ondersteunt het onderwijsmanagement in al haar activiteiten, o.a. kwaliteitszorg, informatievoorziening aan studenten etc. De studentenadministratie (balie: HG 6.45, 2379/8343), [email protected] een onderdeel van het onderwijsbureau, administreert allerlei gegevens van de student, zoals tentamenresultaten en examenprogramma’s, tevens verzorgen zij de tentamen-, surveillantenen collegeroosters. De openingstijden zijn van 11.00-12.00 en van 13.00 - 15.00. Studieadviseurs dr. C.J. Bloo, dr. J.P. Veltkamp Opleidingssecretariaten mw. G. van der Linden-Cocu (Informatica) en mw. C. Welten-Verhulst (Wiskunde)

organisatie

45

Onderwijskundige dr.drs. J.C. Perrenet Internationalisering E. van den Hurk , [email protected] Public Relations Hoofd: mw. drs. J.M.F. Horvath-Notten Medewerkers: Y.H.M. Houben en I.M.J. van Uden

5.1.8 StudentenRaad De StudentenRaad (SR) is er in de eerste plaats om te helpen bij het oplossen van problemen bij het onderwijs. Dit zijn bijvoorbeeld problemen die te maken hebben met tentamens, examens, roosters of docenten. Daarnaast bemiddelt de SR ook als een individuele student problemen tegenkomt. Ook als je zelf niet weet waar je met je vraag of klacht terecht kunt, kun je de SR benaderen: de SR kan dan doorverwijzen of helpen. Studenten met vragen of klachten kunnen de SR bereiken via • De tweewekelijkse vergadering (op maandag in de lunchpauze). Zie voor een actueel vergaderschema www.studentenraad.org; • E-mail: [email protected] of [email protected]; • Via de onderwijscommissaris van GEWIS: [email protected] Ten slotte ziet de SR het als haar taak om de communicatie tussen studentleden van de opleidingscommissies (OCI, OCW, OCBIS en OCES), FaculteitsRaad (FR), UniversiteitsRaad (UR) en het Studenten Advies Orgaan (SAO) te bevorderen en te bespreken wat de laatste ontwikkelingen zijn waar de respectievelijke raden en commissies zich mee bezig houden. Daarom wordt er naar gestreefd dat er bij iedere vergadering tenminste een lid van ieder orgaan aanwezig is.

5.2

Faciliteiten

5.2.1 Gebouwen De faculteit Wiskunde & Informatica is gehuisvest in het hoofdgebouw op de verdiepingen 5 t/m 10. Reglementen over de toegang tot de gebouwen staan vermeld in het algemene deel van het instellingsspecifieke deel van het studentenstatuut, zie w3.tue.nl/nl/diensten/stu/regelingen_en_gedragscodes/studentenstatuut

5.2.2 College- en instructiezalen en andere ruimten binnen de faculteit. De faculteit maakt voor haar onderwijs gebruik van beschikbare ruimtes binnen de hele universiteit. De college- en instructiezalen worden op universiteitsniveau beheerd door mw. M.J.J.H. de Voogd, Auditorium 2.26, tel. (040)(247) 2645. Voor reservering van de vergader- en presentatiezalen HG 5.95, 6.01, 6.05, 6.05a, 6.29, 8.39 en 8.61 kunt u terecht bij de onderwijsadministratie, tel. (040)(247) 8343 of op mailadres [email protected]. De projectruimtes voor Ontwerp Gericht Onderwijs (OGO) en het Software Engineering Project (SEP) zijn in beheer bij de facultaire roostercoördinator, tel. (040)(247) 2752 of op mailadres [email protected].

46

organisatie

In HG 5.48 zijn werkplekken voor notebookgebruik ingericht, in de kantine zijn werkplekken voor kortdurend notebookgebruik beschikbaar. De OGO-ruimten op vloer 10 kunnen buiten de tijden dat ze verroosterd zijn gebruikt worden voor notebookwerk.

5.2.3 Bibliotheek De faculteitsbibliotheek staat ten dienste van de medewerkers en studenten van de faculteit. De literatuurcollectie is gespecialiseerd in die wetenschapsgebieden waarop de faculteit onderzoek verricht en onderwijs verzorgt. De bibliotheek is gevestigd in HG 6.47 en is elke werkdag geopend van 9.00 uur tot 17.00 uur. Studenten kunnen ook gebruik maken van de Centrale Bibliotheek en de andere faculteitsbibliotheken. Opzoeken van literatuur De bibliotheek stelt naast de eigen catalogus (VUBIS), diverse online bibliografische en full-text bestanden beschikbaar voor het opzoeken van wetenschappelijke literatuur (ook via het World Wide Web). Inlichtingen Voor nadere informatie kan men terecht bij de faculty liaison manager mw. ir. E.J.M. Jacobs, of bij de medewerkers mw. M.G.J.M. Vringer, mw. D. Pelsmaeker en mw. N. van der Ham, tel. (040)(247) 2766 of e-mail [email protected]. Verder kan gebruik worden gemaakt van de Centrale Bibliotheek, de overige faculteitsbibliotheken en het Bibliotheek Magazijn. Meer informatie over de Bibliotheek van de TU/e, uitleenregelingen etc. is opgenomen op de webpagina’s van de bibliotheek: www.tue.nl/bib

5.2.4 Studiemateriaalverkoop Voor de aankoop van collegedictaten, instructiematerialen, ringbanden, etc. kan de student terecht bij het magazijn collegedictaten (‘Dictatenverkoop’). De openingstijden zijn van 09.00 tot 15.00 uur. Het magazijn is in de introweek gesloten. Inlichtingen: HG -1.42, tel. (040)(247) 2446. Voor boekenverkoop kan de student terecht bij GEWIS (zie hoofdstuk 5.3).

5.2.5 Bureau Computer Faciliteiten Het Bureau Computer Faciliteiten (BCF) is onderdeel van het faculteitsbureau. BCF is gehuisvest in HG 8.73. De BCF-helpdesk is geopend op werkdagen van 9.00 tot 17.00 uur, tel. (040)(247) 2802, e-mail: [email protected], website: www.win.tue.nl/bcf. Het takenpakket van het BCF omvat het beschikbaar stellen van computerfaciliteiten en het geven van ondersteuning bij het gebruik ervan. Voor printen zijn op vloer 10 en vloer 5 studentenprinters beschikbaar. De eerste 500 prints zijn gratis, daarboven in principe tegen betaling. Voor printen en kopiëren buiten de faculteit is een PAS-account nodig. Dit account kan bij de BCF-helpdesk tegen betaling worden opgehoogd. Studenten krijgen indien nodig een account op de studentenserver “svstud” van de faculteit. BCF ziet ook toe op het gebruik en het functioneren van de facultaire notebookwerkruimte HG 5.48. Deze zaal bevat naast notebookwerkplekken ook 5 PC-werkplekken.

organisatie

47

Voor problemen met “studentenmail” wordt verwezen naar de Informatie- en Service Desk van de Dienst ICT, LG 1.94, tel. (040)(247) 4649. De helpdesk voor notebooks is gevestigd in HG 8.86, tel. (040)(247) 2979.

5.2.6

Voorwaarden computergebruik

Op het gebruik van de computerfaciliteiten en de faciliteiten voor elektronische informatieuitwisseling is het reglement “Computer- en netwerkgebruik in ruimten van de faculteit W&I” van toepassing. Door gebruik te maken van de computerfaciliteiten gaat u akkoord met het gestelde in dit reglement. Een exemplaar van dit reglement is beschikbaar via internet (zie www.win.tue.nl/bcf ) en ligt ter inzage bij het Bureau Computer Faciliteiten (HG 8.73). Het reglement bevat de volgende bepalingen ten aanzien van gebruik van computerruimten: 1. Alleen studenten die onderwijs volgen aan de faculteit Wiskunde en Informatica mogen van de ruimten en de ter plekke aanwezige apparatuur gebruik maken. Studenten tonen desgevraagd hun collegekaart aan medewerkers van de faculteit Wiskunde en Informatica. 2. In de ruimten mogen geen eet- en drinkwaren genuttigd worden. 3. De ruimten moeten in nette staat achtergelaten worden. 4. De ruimten mogen uitsluitend gebruikt worden voor onderwijs en onderzoek van de faculteit. Verder heeft de faculteit het standpunt dat printen voor studenten op de faculteit voor een groot gedeelte gratis moet zijn, en dat kopiëren op de faculteit niet noodzakelijk is. Buiten de faculteit kunnen studenten met een PAS account zowel kopiëren als printen. Dit PAS account kan bij BCF (HG 8.73) tegen betaling worden opgehoogd. Op de faculteit staan 4 studentenprinters. Een op vloer 5, de andere op vloer 10. Om misbruik van het gratis printen tegen te gaan zullen studenten die meer dan 500 pagina’s per jaar printen erop geattendeerd worden dat dit niet de bedoeling is, en dat hun account geblokkeerd kan worden indien ze hun printgedrag niet aanpassen. Het account wordt pas weer opengezet na een betaling van 20 Euro. Voor het melden van overtredingen betreffende ruimte-, computer- en netwerkgebruik, storingen en vragen over hard- en software kan men contact opnemen met het Bureau Computer Faciliteiten (HG 8.73), tel. (040)(247) 2802, e-mail [email protected].

5.3

Studievereniging GEWIS

GEWIS (Gemeenschap van Wiskunde en Informatica Studenten) is al meer dan 25 jaar de studievereniging van de faculteit Wiskunde en Informatica. GEWIS komt op voor de belangen van de student en biedt hen de mogelijkheid om iets naast hun studie te doen. GEWIS organiseert excursies naar Nederlandse bedrijven en instellingen en regelmatig een buitenlandse studiereis. Andere GEWIS activiteiten zijn de introductieweek voor eerstejaars wiskunde- en informaticastudenten en de wekelijkse informele borrel op donderdag van 16.30 tot 19.00 uur. Iedereen is hierbij van harte welkom. GEWIS geeft het verenigingsblad “Supremum” en een jaarboek uit en organiseert lezingen, sporttoernooien, (zeil)weekenden, feesten en vele andere activiteiten. Op maandag, woensdag en vrijdag is er van 12.30 tot 13.30 uur boekenverkoop in HG 10.52 tegen gereduceerde prijzen. Bovendien heeft GEWIS vele oude tentamens op haar website. Ook biedt GEWIS de mogelijkheid voor informele bijeenkomsten.

48

organisatie

De onderwijscommissaris van GEWIS speelt een belangrijke rol als belangenbehartiger van studenten in de onderwijsprocessen. Kom eens langs bij GEWIS! GEWIS-ruimte, HG 10.52, tel. (040)(247) 2815, e-mail: [email protected], www.gewis.nl.

Postbus 513 5600 MB Eindhoven Telefoon: 040 2474501 E-mail: [email protected]

/ Faculteit Wiskunde en Informatica

Opleidingsgids 2010-2011 Technische Informatica Where innovation starts