Raad voor Cultuur
Aan
de Staatssecretaris van Cultuur, de heer mr. drs. C.H.J. van Leeuwen en de Minister van Economische Zaken, de heer drs. J.F. Hoogervorst
R.J. Schimmelpennincklaan 3 Onderwerp
evaluatie vaste boekenprijs
Postbus 61243 2506 AE Den Haag Telefoon Telefax
310 66 86 361 47 27
E-mail
[email protected]
Geachte heer Van Leeuwen, geachte heer Hoogervorst,
Datum
11 december 2002 Uw kenmerk
De Raad voor Cultuur is bij brief van 11 juli 2002 verzocht advies uit te brengen over het evaluatierapport Boek en Markt. Effectiviteit en efficiëntie van de vaste boekenprijs, dat in april 2002 verscheen; het onderzoek werd in opdracht van de Ministeries van Onderwijs Cultuur en Wetenschappen en Economische Zaken uitgevoerd door het Centraal Planbureau en het Sociaal en Cultureel Planbureau. Met genoegen voldoet de Raad aan dit verzoek. Inleiding en samenvatting Het boek is een cultuurgoed bij uitstek. Door wat in boeken is neergelegd wordt cultuur ontwikkeld en bewaard: boeken vormen een uniek talig geheugen van de samenleving. De Raad acht het van groot belang dat zo veel mogelijk boeken kunnen worden geschreven, gepubliceerd, verkocht, geleend en gelezen. Ook het huidige overheidsbeleid ten aanzien van het boek gaat uit van deze noodzaak. Een belangrijk beleidsinstrument is de vaste boekenprijs. De vaste boekenprijs wordt door de overheid toegestaan om in de markt voor het boek omstandigheden te bevorderen, die gunstig zijn voor het behoud van pluriformiteit en brede beschikbaarheid van boeken. De huidige markt functioneert goed, zoals ook in het evaluatierapport wordt aangegeven. De onderzoekers tekenen aan dat de met de vaste boekenprijs beoogde cultuurpolitieke doelstellingen op andere wijzen wellicht efficiënter, dat wil zeggen minder marktverstorend, zouden kunnen worden bereikt. De voorgestelde alternatieve beleidsopties acht de Raad echter niet wenselijk: deze zijn wellicht minder marktverstorend vanuit markteconomisch perspectief, maar niet denkbeeldig is dat zij het bestaande evenwicht in de branche aantasten. In de branche - en in de detailhandel in het algemeen – zijn ontwikkelingen gaande, die het boekenbedrijf sterk beïnvloeden, zoals concernvorming en afname van het aantal zelfstandige ondernemingen. In de boekenbranche is ondanks die ontwikkelingen
MLB/LB/2002/25.397 Uw brief van
11-07-2002 Ons kenmerk
let-2002.4460/3
Raad voor Cultuur thans (nog) sprake van een breed aanbod en een mooie segmentatie: hele grote boekhandels en ketenboekhandels bestaan naast zelfstandige en specialistische boekhandels; hetzelfde geldt voor uitgeverijen. De vaste boekenprijs is een factor van grote betekenis voor het behoud van het huidige evenwicht, aangezien alle partijen in de bedrijfskolom via de vaste boekenprijs met elkaar zijn verbonden. Relevant is, dat het huidige stelsel zonder financiële impulsen uit algemene middelen functioneert, en van niet-boekenkopers geen (belasting)geld vraagt. Pagina
Over de consequenties van ingrepen in het huidige systeem is, ook op basis van beschikbaar onderzoek, weinig met zekerheid te zeggen. De vaste boekenprijs bepaalt in hoge mate het wezen van het boekenbedrijf: de ontwikkeling van oeuvres, genres en vakgebieden. Doordat onzekerheid in het hanteren van de prijs weggenomen wordt, wordt het de branche mogelijk gemaakt zich op andere gebieden minder zekerheden te permitteren. Het wegnemen van de zekerheid van de vaste boekenprijs zou een reële bedreiging betekenen voor het boek met een kleine oplage: debuten, interculturele boeken, Friestalige boeken, specialistische boeken, boeken voor kleine segmenten die zo bepalend zijn voor de diversiteit van het aanbod. Bovendien zijn internationale voorbeelden niet geruststellend. Hoewel de situatie op de boekenmarkt in andere landen in strikte zin niet te vergelijken is met de Nederlandse, is het alarmerend dat ervaringen in het buitenland (Zweden, Frankrijk, België) hebben geleerd dat zonder de vaste boekenprijs de boekenmarkt tamelijk snel verandert: verschraling van het aanbod, afname van het aantal (met name kleinere) boekhandels, verhoging van de gemiddelde prijs van het boek en een grotere noodzaak tot overheidssteun voor de branche. De tendens in ons omringende landen om de vaste boekenprijs opnieuw bij wet in te voeren, is veelzeggend en zou zeer beducht moeten maken om in de huidige situatie in te grijpen. De oud-bewindslieden hebben in hun brief van 13 juni 2002 hun voorkeur uitgesproken voor de in het evaluatierapport uitgewerkte afgebakende vaste boekenprijs. De Raad adviseert u echter om, in plaats van een alternatief beleidsinstrument in te zetten waarvan de resultaten onzeker zijn, vanuit cultuurpolitieke overwegingen te besluiten tot het onverkort handhaven van de vaste boekenprijs voor alle Nederlands- en Friestalige boeken, met dien verstande dat aanpassing van het stelsel aan de huidige bedrijfspraktijk op basis van recente voorstellen vanuit de branche gewenst is, en een wettelijk verankerde regeling ten aanzien van de vaste boekenprijs de voorkeur verdient. In het vervolg van dit advies zal dit standpunt nader toegelicht worden. Context In opdracht van de Minister van Economische Zaken en de Staatssecretaris voor Cultuur hebben het Sociaal en Cultureel Planbureau (SCP) en het Centraal Planbureau (CPB) de effectiviteit en efficiëntie van de vaste boekenprijs onderzocht. De onderzoekers Appelman en Van den Broek constateren in hun evaluatierapport
2 Ons kenmerk
let-2002.4460/3
Raad voor Cultuur Boek en markt. Effectiviteit en efficiëntie van de vaste boekenprijs (2002) dat de vaste boekenprijs weliswaar effectief kan bijdragen aan de beoogde cultuurpolitieke doelstellingen, maar dat er effectievere alternatieven denkbaar zijn. In het rapport worden drie beleidsopties uitgewerkt: geen interventie (waarmee wordt bedoeld: afschaffing), subsidie aan de boekhandel en een afgebakende (lees: ingeperkte) vaste boekenprijs. De toenmalige Minister van Economische Zaken en Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen, concludeerden op basis van het evaluatieonderzoek in hun brief van 13 juni 2002 aan de voorzitter van de Tweede Kamer, dat voortzetting van de vaste boekenprijs in de huidige vorm ongewenst is. Zij spraken een voorkeur uit voor de afgebakende vaste boekenprijs, met het idee deze ontheffing na 5 jaar opnieuw te evalueren. Ook sectorspecifieke wetgeving achtten de bewindspersonen een optie. De bewindslieden hebben het boekenvak en de Consumentenbond gevraagd hun visie op het evaluatierapport en het stelsel van de vaste boekenprijs te geven. De Consumentenbond heeft eind september gereageerd1, en pleit voor afschaffing van de vaste boekenprijs zonder meer. Direct na verschijnen van het rapport volgde eind april een reactie van de Koninklijke Vereniging van het Boekenvak (KVB) namens het boekenvak2. De KVB heeft zich uitgesproken tegen de genoemde alternatieven, en presenteerde een vierde alternatief: een wet op de vaste boekenprijs. Waar relevant zal in dit advies op genoemde reacties worden ingegaan. Het boek als cultuurgoed De economische betekenis van het boek - het boek is immers evenals pennen, appelsap of fietsen een verhandelbaar product - valt niet samen met de culturele, maatschappelijke en politieke betekenis ervan. Het boek maakt deel uit van de algemene informatievoorziening en is van fundamentele betekenis voor inzicht in en ervaringen op een vrijwel onbegrensd aantal terreinen. Boeken vullen een archief van uiteenlopende talige cultuuruitingen en verschaffen toegang tot grote gebieden van de cultuur. Het boek fungeert als geheugen van de samenleving, en vervult een onmisbare rol ten aanzien van het bevorderen van kennis, en het investeren in menselijk kapitaal. Het boek als cultuur- en informatiedrager is een cultureel waardevol goed, een merit good, en krijgt in die hoedanigheid terecht bescherming van de overheid. Er bestaat geen principieel verschil tussen een kookboek en literatuur: letteren is meer dan literatuur, cultuur betreft meer dan de schone kunsten. Het gaat erom dat mensen zich in hun eigen taal in boekvorm kunnen uiten en in hun eigen taal kennis kunnen nemen van welk onderwerp dan ook. Het taalaspect is in de discussie over de vaste boekenprijs een factor van groot belang. Taal is een essentieel middel tot ontplooiing van identiteit, en voor relatief kleine taalgemeenschappen als de 1 2
Brief Consumentenbond d.d. 26 september 2002 Het boek en de markt deel III (KVB, 2002)
Pagina
3 Ons kenmerk
let-2002.4460/3
Raad voor Cultuur Nederlandse en de Friese is een eigen boekencultuur onmisbaar. De markt van het Nederlandse en Friese boek is echter beperkt, hetgeen grenzen stelt aan de exploitatie ervan - voor de overheid terecht een belangrijke reden om cultuurbevorderende maatregelen voor Nederlands- en Friestalige boeken, oorspronkelijk of in vertaling, te treffen. Het overheidsbeleid ten aanzien van boeken en lezen valt uiteen in drie onderdelen: generiek letterenbeleid, specifiek letterenbeleid en leesbevorderingsbeleid. De vaste boekenprijs is een van de instrumenten die de overheid inzet binnen haar zogeheten generieke letterenbeleid: zonder onderscheid naar genre of kwaliteit schept de overheid economische, juridische en financiële voorwaarden, zoals een laag btw-tarief voor boeken en de leenrechtregeling, die erop gericht zijn de productie en beschikbaarheid van boeken in het algemeen te bevorderen. Ook binnen het leesbevorderingsbeleid speelt onderscheid naar genre of kwaliteit geen rol. Hier gaat het om leesbevordering, publieksparticipatie, bevordering van kennis, waarbij zowel literatuur als kunst als alle andere vormen van informatie een rol spelen. Het specifieke letterenbeleid daarentegen betreft gerichte subsidiëring van specifieke instellingen en voorzieningen, met als doel het bevorderen van de kwaliteit van literatuur. De vaste boekenprijs Prijsregulering van boeken is al ruim vier eeuwen het model voor de handelspraktijk. Begin twintigste eeuw maakten uitgevers en boekhandelaren voor het eerst collectief afspraken om prijsconcurrentie en margeverschillen uit te sluiten ter bescherming van de kleinere boekhandel. In 1903 is de vaste boekenprijs door de branche geïnstitutionaliseerd in de vorm van het Reglement Handelsverkeer, met toezicht op handhaving door de Koninklijke Vereniging van het Boekenvak (KVB). Vanaf 1962 komt de overheid in beeld, doordat dan ontheffing op het verbod op verticale prijsbinding noodzakelijk wordt in verband met de mededingingswetgeving. In 1997 is voor de laatste maal ontheffing verleend van het verbod op verticale prijsbinding door de Minister van Economische zaken en de Staatssecretaris van Cultuur. De ontheffing geldt tot 2005 en is verleend onder de voorwaarde dat er voor het einde van de ontheffingsperiode een evaluatie van de vaste boekenprijs zou plaatsvinden. Kern van het huidige stelsel van collectieve prijsbinding is, dat een bepaalde editie van een boek voor een periode van tenminste twee jaar overal tegen dezelfde - door de uitgever vastgestelde - prijs verkocht wordt, waarmee prijsvorming als afstemmingsmechanisme tussen vraag en aanbod tijdelijk is weggenomen. Het wegnemen van prijsvorming als concurrentiemogelijkheid is instrumenteel: dankzij de winst uit goedlopende titels worden uitgevers en boekverkopers in staat gesteld ook minder goedlopende titels uit te geven en in het assortiment op te nemen (kruissubsidiëring). In Boek en markt merken de onderzoekers op dat de overheid haar cultuurpolitieke doelen zou moeten expliciteren wil de effectiviteit van de vaste boekenprijs vastgesteld kunnen worden. Ook achten de
Pagina
4 Ons kenmerk
let-2002.4460/3
Raad voor Cultuur onderzoekers inzicht in bedrijfseconomische gegevens, waaruit kruissubsidiëring zichtbaar wordt, noodzakelijk. Interne subsidiëring is echter moeilijk expliciet te maken, het betreft overwegingen binnen genres, op een bepaald moment, op grond van verwachtingen. De onvoorspelbaarheid in het uitgeversvak is groot: de markt is voor elke nieuwe titel vrijwel altijd onzeker. Interne subsidiëring is een branchekenmerk: talenten worden begeleid, auteurs mogen groeien, dat geldt voor alle genres. Bovendien gaat het de overheid niet om de individuele interne subsidiëring van specifieke titels, zij wil de branche als geheel in de gelegenheid stellen het geschreven culturele erfgoed te ontwikkelen, te beheren en toegankelijk te maken.
Pagina
5 Ons kenmerk
De overheid investeert relatief weinig geld, maar schept goede randvoorwaarden, en de verschillende partijen in de branche zorgen voor een goedlopend systeem, waardoor de branche zijn culturele functie vervult. Een niet te onderschatten aspect is dat door de zekerheid van de vaste prijs alle partijen in de branche met elkaar verbonden zijn. In het systeem zijn de collectieve distributie en promotie via respectievelijk het Centraal Boekhuis en de CPNB van grote waarde. Ook is er een nauwe relatie tussen de vaste boekenprijs en het auteursrechtelijke exploitatierecht, en werd in het onlangs vernieuwde modelcontract tussen auteur en uitgever het royaltysysteem gekoppeld aan het bestaan van de vaste prijs. De situatie zoals die zich thans voordoet geeft aan dat de vaste boekenprijs effectief is. Er is sprake van een grote mate van diversiteit en brede beschikbaarheid, zodat zo veel mogelijk lezers zo veel mogelijk van hun gading kunnen vinden. Er bestaat een voldoende stabiele omgeving, waarin ook de kleinere, zelfstandige boekhandels kunnen gedijen. Naast de gespecialiseerde boekhandels zijn er algemenere boekhandels, boekenclubs en antiquariaten waar mensen boeken kopen, en heeft iedere boekhandel dankzij het unieke, collectieve distributiesysteem de mogelijkheid alle boeken te bestellen. Bovendien kan men in de bibliotheek terecht. Iedere burger in een democratische samenleving moet zo veel mogelijk toegang kunnen hebben tot informatie en kennis; bibliotheken zijn in dit opzicht van groot belang. Het gaat om boekencultuur in de breedste zin van het woord en toegankelijke informatie op alle niveaus, dus vertaalde Franse poëzie evenzeer als boeken over de restauratie van antieke schepen of origami. Door een breed aanbod van boeken is ook de bibliotheek in staat te kiezen. In dit verband hecht de Raad er overigens aan op te merken dat het van belang is dat de bibliotheek – ondanks de toegenomen vraaggerichtheid in het huidige systeem – ervoor zorgt dat de breedte van het titelaanbod ook weerspiegeld wordt in het bibliotheekaanbod.
let-2002.4460/3
Raad voor Cultuur Dogma’s van de vaste boekenprijs – believers versus nonbelievers Een aantal elementen keert in de reeds decennia lopende discussie over de vaste boekenprijs telkens terug. Het gaat om opvattingen als: ‘de vaste boekenprijs verstoort de markt en leidt tot oneerlijke prijzen’, ‘de vaste boekenprijs beperkt innovatie’, en ‘afschaffing van de vaste boekenprijs leidt niet tot extra verschraling’. De Raad is van mening dat in deze opvattingen een te beperkte (consumptief-financiële) argumentatie, gericht op het hier en nu, wordt gevolgd, waarin de waarde van het boek als cultuurgoed niet voldoende in beschouwing wordt genomen.
Pagina
6 Ons kenmerk
let-2002.4460/3 De consument heeft niet slechts een economisch belang, maar ook een cultureel belang. De opvatting van de Consumentenbond is, dat “voor de consument afschaffing van de vaste boekenprijs gunstig (is), omdat prijzen beter zullen aansluiten bij de vraag. Het is veel rechtvaardiger om de werkelijke prijs te berekenen voor die consument die een specifieke titel wil.” (Brief Consumentenbond d.d. 26 september 2002). In deze opvatting wordt uitgegaan van de individuele vraag van de individuele consument, die naar verwachting voor populaire boeken minder, en voor minder populaire boeken meer zal betalen wanneer de vaste boekenprijs opgeheven zal zijn. De Raad is van oordeel dat dit perspectief van de individuele consument een incompleet beeld oplevert, al was het maar omdat de consument niet alleen boeken koopt, maar ze ook leent. Wanneer de totale boekenmarkt in beschouwing wordt genomen, blijken de prijzen namelijk wel degelijk aan te sluiten bij de vraag naar boeken. Mensen die geen boeken kopen betalen niet mee aan de vaste boekenprijs, en de gedachte dat kopers van bestsellers betalen voor de lezers van minder populaire boeken, is niet juist. Dat geeft ook het evaluatierapport aan (Boek en Markt, p.126/127): “Er bleek weinig verschil te bestaan tussen hogere en lagere inkomens in de mate waarin men algemene of literairculturele titels aanschafte. Daarbij dient te worden bedacht dat menig lezer een omnivoor is, net als menig koper, die boeken uit diverse genres combineert.” In de reactie van de Consumentenbond is bovendien niet zichtbaar dat het om een cultureel product gaat. De consument heeft waar het om boeken gaat echter niet slechts een economisch belang, maar ook een minstens even groot cultureel belang. Door deze culturele component niet in de consumentenoptiek te betrekken, onderschat de Consumentenbond de lezer. Het belang van de vaste boekenprijs gaat verder dan het belang van de individuele hedendaagse consument. De vaste boekenprijs betreft de hele samenleving in verleden, heden en toekomst: het gaat immers om het ontwikkelen, beheren en toegankelijk maken van het gedrukte culturele erfgoed.
Raad voor Cultuur Innovatie en alternatieve verkoopkanalen Een van de conclusies uit het evaluatierapport luidt, dat de vaste boekenprijs innovatie en de ontwikkeling van alternatieve verkoopkanalen belemmert. Ter illustratie wordt aangevoerd dat het marktaandeel van internetboekhandels in Nederland achterloopt bij dat in het Verenigd Koninkrijk en Zweden (Nederland 1,8%, Verenigd Koninkrijk 4% en Zweden 7% marktaandeel in 2000, Boek en Markt, p. 141.) Naar het oordeel van de Raad gaat deze vergelijking niet op. Er zijn grote verschillen in de infrastructuur. De geografische spreiding in Zweden en Engeland verschilt sterk van die in Nederland, dat dichtbevolkt is en een fijnmazig netwerk van boekenverkooppunten en bibliotheken over het land kent. Wanneer men bovendien de omvang en verspreiding van het Engelse taalgebied in beschouwing neemt en in aanmerking neemt dat er in Zweden weinig boekhandels zijn, zou men daar een hoger aandeel verwachten. Dat internetboekhandels als alternatief verkoopkanaal een klein marktaandeel hebben, wijt ook de Consumentenbond aan de vaste boekenprijs: “Omdat de vaste boekenprijs geënt is op het bestaande distributiesysteem – ‘erkende’ boekwinkels die verkopen aan enkelvoudige consumenten – belemmert de vaste boekenprijs de ontwikkeling van alternatieve verkoopkanalen.” (Brief Consumentenbond d.d. 26 september 2002). Juist in Nederland gaat dat echter niet op. Hier maken internetboekhandels gebruik van het goed georganiseerde distributieapparaat. Het internet is niet zozeer een alternatief voor de boekhandel, er is veeleer sprake van een additioneel verkoopkanaal. Het internet heeft met name een functie als informatiemedium. De fysieke boekhandel blijkt vooralsnog de basis: boeken zijn een ervaringsgoed, niet alleen wat betreft de consumptie, maar ook omdat ze veelal als impulsaankopen worden aangeschaft. Een boek is kennelijk toch een product dat de consument in handen wil hebben voor hij het koopt. De Raad is dan ook huiverig voor te hooggespannen verwachtingen van het internet als vervangend verkoopkanaal. Hierbij zij echter wel opgemerkt dat de boekenbranche op economische leest is geschoeid en met zijn tijd en technische mogelijkheden mee gaat. Boekhandels moeten en zullen er in de toekomst zowel fysiek als virtueel zijn. Voor de ontwikkeling van branchevreemde alternatieve verkoopkanalen als supermarkten, benzinepompen en drogisterijketens is de vaste boekenprijs minder bepalend dan bedrijfseconomische aspecten. De aard van de bedrijfsvoering en het totale assortiment maken, dat het boek daar niet meer dan een kleine plaats inneemt. Door de complexiteit van de boekdistributie en het product zelf - ieder boek is in feite een nieuw product -, blijft het uitgeven of verkopen van boeken voor branchevreemde kanalen een weinig renderende nevenactiviteit, waar derhalve niet te veel energie in gestoken zal worden. Ontwikkelingen in de distributieketen In het evaluatierapport wordt geconcludeerd: “Er is een ontwikkeling gaande waarbij een groot deel van de boekverkopers het assortiment
Pagina
7 Ons kenmerk
let-2002.4460/3
Raad voor Cultuur versmalt en een klein deel zich ontwikkelt tot specialist of megaboekhandel. Het is moeilijk in te schatten of dit per saldo gunstig of ongunstig zal zijn voor de brede beschikbaarheid van boeken. Wel zou een verschraling van het assortiment buiten de grote steden in het verschiet kunnen liggen. Deze ontwikkeling lijkt los te staan van de vaste boekenprijs.” (p. 155) Er is al jaren een ontwikkeling gaande van dalende boekenverkoop, en zeker is er volop dynamiek in de distributieketen. De vaste boekenprijs heeft deze ontwikkeling niet tegengehouden, maar wel beperkt. Er zijn plaatsen in Nederland waar de beter gesorteerde boekhandel verdwenen is, en waar een ketenboekhandel voor in de plaats is gekomen. Ketenboekhandels zijn vaak gevestigd op dure Alocaties, waarvoor de huurprijzen door de zelfstandige boekhandel niet meer waren op te brengen. De door economische motieven ingegeven ontwikkeling van ketenvorming is wellicht nog niet zo’n slecht alternatief: door de ketenboekhandels zijn in veel steden en dorpen toch boeken te koop; ook deze boekhandels dragen bij aan de zichtbaarheid van boeken en hebben bovendien de mogelijkheid boeken snel te bestellen. De Raad benadrukt dat het gaat om diversiteit in verschillende opzichten: een zo breed mogelijk aanbod van boeken in diverse genres, en een boekenaanbod dat breed toegankelijk is voor verschillende lagen van het publiek. Vanuit het laatste punt bezien zijn bijvoorbeeld de laagdrempelige promotiebenadering en de collectieve informatievoorziening in de ketenboekhandels positieve punten, waardoor de verdwenen deskundigheid van de zelfstandige boekhandelaar (deels) wordt gecompenseerd. Daarnaast is er het gegeven dat ook in de ketenboekhandels veelal wordt gewerkt met goed opgeleid, deskundig personeel. Alternatieven In het evaluatieonderzoek wordt geconcludeerd dat de vaste boekenprijs weliswaar effectief kan bijdragen aan de beoogde cultuurpolitieke doelstellingen, maar dat er effectievere alternatieven denkbaar zijn. De onderzoekers werken drie alternatieven uit: 1. afschaffen van de vaste boekenprijs zonder meer 2. afschaffen van de vaste boekenprijs en subsidiëring van de boekhandel 3. afgebakende vaste boekenprijs. Als vierde is er het alternatief vanuit het boekenvak: 4. een wet op de vaste boekenprijs. Daarnaast blijft de mogelijkheid 5. de huidige vorm van vaste boekenprijs te handhaven. Terecht is er door het boekenvak op gewezen (KVB, 2002) dat de keuze van de onderzoekers om de evaluatie te beperken tot cultureel-literaire boeken niet wenselijk was. Niet alleen heeft het de conclusies ten onrechte negatief beïnvloed, ook wordt daarmee geen recht gedaan aan het overheidsbeleid en de algemene doelen die men voorstaat. Afschaffen van de vaste boekenprijs is voor de Raad geen optie. Dit brengt dermate veel onzekerheden met zich mee, dat bescherming
Pagina
8 Ons kenmerk
let-2002.4460/3
Raad voor Cultuur van het boek als cultuurgoed niet afdoende gewaarborgd zal zijn. Opheffing van de vaste boekenprijs betekent een reële bedreiging voor het boek met een kleine oplage en boeken voor kleine segmenten die zo bepalend zijn voor de diversiteit van het aanbod. In het rapport worden deze kwetsbare segmenten niet voldoende in kaart gebracht. Ook in subsidiëring van de boekhandel ziet de Raad geen winst. De niet-lezer betaalt in het huidige systeem niet. Bovendien is subsidie een onzeker instrument, dat meer bureaucratie en – daarop is door de onderzoekers terecht gewezen - een grotere kans op overheidsfalen met zich zal meebrengen.
Pagina
9 Ons kenmerk
Afgebakende vaste boekenprijs De afgebakende vaste boekenprijs wordt door de onderzoekers “eerder een aanpassing van het huidige systeem dan een alternatief” genoemd. Kernpunten in de voorgestelde afgebakende vaste boekenprijs zijn: collectieve prijsbinding gedurende een half jaar (waarna automatisch prijsopheffing plaatsvindt), eventueel met de mogelijkheid van verlenging (met een half jaar), waarbij de vaste boekenprijs voor wetenschappelijke boeken en de erkenningsregeling zijn afgeschaft en de vaste verrekenkorting is verboden. De oudbewindslieden hebben in hun brief aan de Tweede Kamer van 13 juni 2002 hun voorkeur voor dit alternatief uitgesproken. De Raad benadrukt zijn terughoudendheid ten aanzien van de voorgestelde afgebakende vaste boekenprijs: het is onzeker wat ermee wordt bereikt, terwijl het wel een verstoring van het op dit moment goed functionerende apparaat zou betekenen. Bepaalde aannames van de onderzoekers zijn te stellig, bepaalde conclusies zeer verstrekkend. Op pagina 172 concluderen de onderzoekers: “ Een afgebakende vaste boekenprijs heeft per saldo waarschijnlijk beperkte gunstige effecten op de brede beschikbaarheid van boeken. Tegenover voordelen voor de meeste boektitels en de meeste boekverkopers staan alleen nadelen voor kleine, zelfstandige boekverkopers en bij evergreens.” en “Samengevat heeft invoering van de afgebakende vaste boekenprijs als alternatief voor de huidige vaste boekenprijs per saldo waarschijnlijk een klein negatief effect op de pluriformiteit.” Deze terloops genoemde effecten - de afgebakende vaste boekenprijs heeft wat betreft brede beschikbaarheid een beperkt gunstig effect, en wat betreft pluriformiteit een klein negatief effect - hebben grote implicaties, zeker wanneer men bedenkt dat die nadelen er nu niet zijn. Bovendien wordt voorbijgegaan aan het feit dat voor veel uitgevers boeken die een langere looptijd hebben de kurk zijn waarop de zaak drijft. Het is niet wenselijk de termijn waarvoor de vaste prijs geldt, te verkorten. Dit zou gunstig zijn voor de branchevreemde, alternatieve verkoopkanalen, die dan sneller prijsverlagingen kunnen doorvoeren. Voor de breed gesorteerde boekhandel is verlaging van de prijs na
let-2002.4460/3
Raad voor Cultuur een half jaar echter geen optie. Het voorraadrisico zal – als gevolg van uitgestelde bestellingen – verschuiven naar de uitgever, hetgeen op den duur het uitgeversaanbod negatief zal beïnvloeden. Verlenging van de vaste boekenprijs moet tot de mogelijkheden blijven behoren. Er zijn nogal wat uitgaven met een looptijd langer dan twee jaar. De Raad acht het afschaffen van de vaste boekenprijs voor wetenschappelijke boeken evenzeer te risicovol. Hoewel het wetenschappelijke boek niet in de analyse betrokken is, menen de onderzoekers dat de vaste boekenprijs voor wetenschappelijke boeken van minder belang is dan voor algemene boeken, gezien hun specifieke kenmerken. Wetenschappelijke boeken zijn onder andere minder prijsgevoelig, worden slechts in een beperkt aantal wetenschappelijke boekhandels verkocht en vaak via directe verkoop afgezet, kennen veel institutionele afnemers, en worden vaak geïmporteerd, zo wordt in het evaluatierapport betoogd (Boek en Markt, p. 128). De Raad acht het echter niet verstandig voetstoots aan te nemen dat de markt voor Nederlandstalige educatieve en wetenschappelijke boeken heel anders werkt dan die voor het algemene boek. Een groot deel van de wetenschappelijke boeken wordt geïmporteerd, en daarvoor geldt de vaste boekenprijs niet. Het overgrote deel van de Nederlandstalige wetenschappelijke boeken wordt echter via de algemene boekhandel verkocht. Juist voor een breed aanbod van het Nederlandstalige wetenschappelijke boek heeft de vaste boekenprijs derhalve dezelfde noodzaak als voor het algemene boek. In 2001 heeft een onderzoek naar de werking van de vaste boekenprijs voor schoolboeken plaatsgevonden. Resultaat daarvan is dat in 2003 een experiment zal plaatsvinden waarbij scholen als afnemer mogen fungeren en zonder tussenkomst van de boekhandel bij de uitgever met korting kunnen kopen. De Raad acht het raadzaam de resultaten van dit experiment af te wachten, zeker ook met het oog op de door de branche voorgestelde liberalisering van het handelsverkeer. Ook vanwege te voorziene problemen met genre-afbakeningen ten slotte, adviseert de Raad alle Nederlandstalige boeken onder de vaste boekenprijs te laten vallen. De Raad acht actualisering van het huidige systeem wenselijk. Voor liberalisering van het handelsverkeer zijn vanuit de branche al voorstellen gedaan: de branche gaat in zijn alternatief, een wet op de vaste boekenprijs, uit van afschaffing van de erkenningsregeling en het exclusief handelsverkeer (KVB, 2002). De Raad kan zich hierin vinden. Het is een goede zaak dat het boek op veel plaatsen verkrijgbaar is, niet in de laatste plaats in de breed gesorteerde boekhandel. De vaste boekenprijs is een geschikt instrument, omdat het de primaire verkoopkanalen van boeken in de gelegenheid stelt via specialisatie, goede service of deskundigheid de concurrentie met alternatieve verkoopkanalen aan te gaan.
Pagina
10 Ons kenmerk
let-2002.4460/3
Raad voor Cultuur Specifieke wetgeving In hun brief aan de Tweede Kamer noemen de oud-bewindslieden sectorspecifieke wetgeving als mogelijkheid. Dergelijke wetgeving is ook door de branche bepleit. In zijn reactie op het evaluatierapport (KVB, 2002) heeft het boekenvak een aantal elementen uit die wet benoemd. Eind oktober 2002 hebben Groen Links en D66 een initiatiefwetsvoorstel gepresenteerd, dat tot stand is gekomen in samenspraak met de branche. Aangezien het wetsvoorstel momenteel bij de Raad van State voor advies voorligt (de verwachting is dat deze procedure in het voorjaar van 2003 zal zijn afgerond), kan in dit advies nog niet inhoudelijk op het initiatiefwetsvoorstel worden ingegaan. Wel wil de Raad op een aantal Europese en juridische aspecten ingaan. In tegenstelling tot wat vaak beweerd wordt, zijn afspraken rond de vaste boekenprijs niet in strijd met Europese regelgeving. Het Europees Parlement heeft in mei 2002 bepaald 3 dat nationale systemen voor een vaste boekenprijs – zoals alle regelgeving met betrekking tot cultuur – onder het subsidiariteitprincipe vallen; met het oog op de bijzondere culturele waarde van het boek en het belang van het boek voor de bevordering van de culturele verscheidenheid, zijn lidstaten tot regelgeving bevoegd. Europese regelgeving noopt tot beargumenteerde besluitvorming over ontheffing van mededinging, en een wet verschaft binnen de Europese Unie sterkere juridische en politieke garanties. Veel Europese landen die de vaste boekenprijs als onmisbaar instrument beschouwen zijn er de laatste jaren toe overgegaan de vaste boekenprijs wettelijk te regelen. De meeste Europese landen hebben een vaste boekenprijs of overwegen de vaste boekenprijs (opnieuw) in te voeren. In 11 van de 16 huidige lidstaten ven de Europese Unie geldt momenteel een vaste boekenprijs. Negen ervan hebben de vaste boekenprijs bij wet geregeld: Denemarken (sinds 2001), Duitsland (sinds 2002), Frankrijk (sinds 1981), Griekenland (sinds 1997), Italië (sinds 2001), Luxemburg (sinds 2001), Oostenrijk (sinds 2000), Portugal (sinds 1996) en Spanje (sinds 1990). Noorwegen en Nederland hebben vaste boekenprijzen op basis van collectieve afspraken tussen uitgevers en de detailhandel. In Zweden en het Verenigd Koninkrijk geldt geen vaste boekenprijs, in België, Finland en Ierland evenmin, maar daar wordt sterk overwogen de vaste boekenprijs weer in te voeren. De Raad is van mening dat ook de overheid in Nederland garant moet staan voor zijn generieke boekbeleid, en dringt er - zeker ook in Europees perspectief - ten zeerste op aan de vaste boekenprijs wettelijk te verankeren.
3
Resolutie van het Europees Parlement met aanbevelingen aan de Commissie over de vaststelling van een richtlijn van het Europees Parlement en de Raad inzake de vaste boekenprijs (2001/2061 (INI)), A5-0039/2002.
Pagina
11 Ons kenmerk
let-2002.4460/3
Raad voor Cultuur Conclusie De vaste boekenprijs bestaat, al heel lang. Wanneer de vaste boekenprijs zou worden afgeschaft, zou dat grote gevolgen hebben. Nu is het zo, dat Nederland beschikt over een unieke infrastructuur, met een fijnmazig netwerk van boekhandels over het land, een uitgebreid bibliotheekstelsel, en een grote diversiteit aan uitgeverijen die een breed aanbod bieden. Er is in het boekenvak een hoge mate van coöperatie: zo zijn er niet alleen collectieve afspraken over distributie (Centraal Boekhuis) en promotie (CPNB), maar ook collectief vastgestelde schrijvers- en vertalerscontracten, waarin Nederland in vergelijking met de rest van Europa vooroploopt. Deze unieke infrastructuur is een verworvenheid waarin zowel de branche als de overheid veel hebben geïnvesteerd. Het boekenvak is een voorbeeld bij uitstek van geslaagde publiek-private samenwerking: de branche neemt zijn economische én zijn culturele taak serieus, en biedt zo de basis voor de culturele functie die de overheid wenselijk acht; de overheid steunt de branche met generiek beleid, specifiek letterenbeleid, gericht op bevordering van kwaliteit, en beleid met betrekking tot bibliotheken en leesbevordering, gericht op beschikbaarheid en participatie. De vaste boekenprijs speelt in dit alles een centrale rol, immers: de vaste boekenprijs verschaft zekerheid en ruimte om afspraken te kunnen maken, en maakt een breed aanbod mogelijk. Zeker, er spelen ook andere factoren - denk alleen al aan de invloed van de conjunctuur -, en de exacte rol van de vaste boekenprijs is (zoals ook in het evaluatierapport naar voren komt) niet aan te wijzen, maar het is allerminst zeker dat de huidige verworvenheden in een stelsel zonder vaste boekenprijs kunnen blijven bestaan. Voorbeelden in het buitenland stemmen in dit opzicht weinig optimistisch. Dit advies werd voorbereid door de Commissie Letteren in samenwerking met de Commissie Bibliotheken. Het secretariaat was in handen van drs. G. van Dalen. Hoogachtend,
mr. W. Sorgdrager Voorzitter
dr. J.A. Brandenbarg Algemeen secretaris
Pagina
12 Ons kenmerk
let-2002.4460/3