Raadsmededeling
Datum
14 april 2005
Van
Het college van B&W
Aan
De raads- en duoburgerleden
Nr.:
05-37
Kopie aan Onderwerp
Ontwikkelingsprogramma West-Brabant
Mededeling
Samenvatting De minister van VROM heeft in haar Nota Ruimte voor West-Brabant de mogelijkheid opgenomen om een voorbeeld voor ontwikkelingsplanologie uit te werken. Op voorstel van de provincie Noord-Brabant hebben gemeenten uit Westelijk Noord-Brabant en de Zeeuwse gemeente Tholen, die sinds enkele jaren op basis van een convenant samenwerken, deze handschoen opgepakt. Met voortvarendheid is een plan van aanpak opgesteld. Over dit plan is overleg gevoerd met het college van Gedeputeerde Staten van de provincie Noord-Brabant en het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Breda. Het resultaat is dat de drie partijen het met elkaar van harte eens zijn om zich gezamenlijk te zetten aan de uitvoering van het plan. In West-Brabant, dat door zijn ligging en zijn eigen kwaliteiten geldt als een uniek gebied met veel potenties, is een aantal ruimtelijke projecten aan de orde, die door middel van ontwikkelingsplanologie in onderlinge samenhang en met meerwaarde versneld tot uitvoering kunnen worden gebracht. Wij schatten in dat dit zowel op lokaal als op regionaal niveau voordelen heeft. Voor het op gang brengen van het proces hebben we enkele afspraken gemaakt die zoveel mogelijk aansluiten bij bestaande structuren en die gebaseerd zijn op onderling vertrouwen en gelijkwaardigheid. Een netwerk organisatie zorgt ervoor dat we de projecten neerzetten als opgaven die voor de gehele regio van belang zijn. Essentieel is verder dat we naar buiten treden met één gezicht. De mogelijkheid dat derden ons steunen in onze ambitie West-Brabant écht op de kaart te krijgen, neemt hierdoor alleen maar toe. Hoewel we intussen aan de gang zijn gegaan met het realiseren van onze hoge ambities, hebben we nog geen onomkeerbare beslissingen genomen. Wij informeren u thans omdat we menen dat we inmiddels iets te vertellen hebben en omdat we op weg gaan met stappen die op termijn ook van u uw mening vragen. Maar
Raadsmededeling zover is het nog niet. Wij zullen op 19 april een dag organiseren, waarvoor we alle collegeleden van betrokken partijen uitnodigen. Mede op basis van de uitkomsten van die dag zullen we u opnieuw informeren. Daarnaast zijn wij voornemens later dit jaar een bijeenkomst te organiseren waarop we alle raadsleden van betrokken gemeenten willen uitnodigen. Wij stellen u thans voor dat u: - kennis neemt van de in deze notitie en het bijgevoegde regiobulletin verstrekte informatie; - er kennis van neemt dat we later dit jaar opnieuw informeren en daarbij dan mogelijk een advies of een besluit van uw Raad vragen.
Raadsmededeling 1.
Inleiding
Voor u ligt een notitie over het voorbeeldplan ontwikkelingsplanologie West-Brabant. Het voorbeeldplan staat ook wel bekend als het ontwikkelingsprogramma West-Brabant. Een aantal partijen heeft de afgelopen tijd een proces rondom het voorbeeldplan op gang gebracht. Het proces is intussen zover gevorderd dat we het nuttig en nodig achten de raden van de betrokken gemeenten te informeren. Veel informatie over het plan, de huidige stand van zaken en opvattingen van betrokken bestuurders zijn opgenomen in het regiobulletin no. 5, dat speciaal gewijd is aan het ontwikkelingsprogramma. Dit regiobulletin is bijgevoegd. Het regiobulletin wordt verspreid onder raadsleden en leden van Provinciale Staten, maar wordt ook toegestuurd aan andere betrokkenen en geïnteresseerden. Voorliggende notitie heeft een meer formeel karakter. Met deze notitie wordt u in het kort bijgepraat over de inhoudelijke kanten van het voorbeeldplan en over zaken die met het proces samenhangen.
2.
Uitdaging
Door zijn strategische ligging tussen twee wereldhavens (Antwerpen en Rotterdam) en zijn situering op de as provincie Zeeland-Brabantse stedenrij is West-Brabant een bijzonder gebied. Het gebied heeft een eigen economische productiemilieu en veel potentie in agrarisch opzicht. De landschappelijke uitstraling is krachtig en er zijn volop toeristisch-recreatieve mogelijkheden. Twee jaar geleden legden gemeenten uit Westelijk Noord-Brabant met het sluiten van een convenant voor de periode 2002-2006 een basis voor een dynamische toekomst. De belangrijkste elementen van deze samenwerking zijn: - het is primair een samenwerking tussen de colleges van burgemeester en wethouders van de gemeenten; - de samenwerking kenmerkt zich door een projectmatige manier van werken die door middel van per project op te stellen bestuursopdrachten van tevoren wordt vastgelegd. Andere kenmerken zijn dat de samenwerking flexibel is en dat vrijwillig, maar niet vrijblijvend wordt samengewerkt; - er is een Ambtelijke Regie Groep (ARG) die zorg draagt voor de afstemming met de gemeentelijke organisaties en als voorportaal fungeert voor de Bestuurlijke Regie Groep (BRG). De ARG bestaat uit de algemeen directeuren/gemeentesecretarissen en de BRG wordt gevormd door de burgemeesters. De BRG is formeel verantwoordelijk voor de samenwerking; - ten einde de afstemming met de afzonderlijke gemeenten vorm te geven, worden periodiek collegedagen gehouden, waarvoor alle collegeleden van de gemeenten worden uitgenodigd. Tevens komt regelmatig de zogenaamde klankbordgroep van raadsleden bijeen. Deze klankbordgroep bestaat uit twee raadsleden per gemeente.
Raadsmededeling Intussen werken negen Brabantse gemeenten en een Zeeuwse gemeente1 samen aan projecten van bovengemeentelijk belang. Al wat langere tijd bezinnen we ons op de samenwerking op het gebied van economische en fysiek ruimtelijke vraagstukken. Wij zijn gestimuleerd op deze gebieden daadwerkelijk aan de slag te gaan omdat: - op rijksniveau met het uitkomen van de Nota Ruimte en Pieken in de Delta essentiële mogelijkheden zijn gecreëerd voor het beter benutten van regionale kansen. De Nota Ruimte, die nog door de Tweede Kamer moet worden vastgesteld, bepaalt in grote mate de ruimtelijke inrichting van Nederland tot 2020. Uitgegaan wordt van een dynamische, op ontwikkeling gericht ruimtelijk beleid en een heldere verdeling van verantwoordelijkheden tussen het rijk en de decentrale overheden. De beleidsnotitie "Pieken in de Delta: Gebiedsgerichte Economische Perspectieven" beschrijft de economische agenda voor zes regio’s in Nederland. De ruimtelijke prioriteiten (o.a. mainports, infrastructuur en bedrijventerreinen) van deze agenda zijn in een breder verband vastgelegd in de Nota Ruimte. Pieken in de Delta geeft de economische onderbouwing van die ruimtelijke aspecten en werkt ze verder uit; - Het college van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant zich uitdrukkelijk heeft voorgenomen de banden met de regio West-Brabant verder aan te halen. Wij willen samen met de provincie op voet van gelijkwaardigheid en op basis van vertrouwen de geboden kansen zien te verzilveren; - alle door ons in gang gezette ontwikkelingen één ding duidelijk maken. Als wij als West-Brabantse bestuurders niet zeggen wat er met onze regio gaat gebeuren, dan zullen anderen dat voor ons uitmaken. Wij willen af van concurrerende overheidsverhoudingen en gebruik maken van de in de samenleving en markt levende belangstelling gezamenlijk de schouders onder de samenwerking te zetten. Van belang is voort te melden dat het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Breda op 1 maart j.l. besloten heeft te participeren in het plan van aanpak met het project Via Breda. Op 4 december 2003 organiseerden wij het regiosymposium “Tussen Kracht en Kwetsbaarheid”. Het symposium leerde ons dat wij zelf de regie ter hand zullen moeten nemen. In praktische zin zijn intussen een aantal stappen gezet en wij zijn aan het gebied en aan onszelf verplicht nu een flinke stap te zetten. Met meer kracht, met minder vrijblijvendheid en met duidelijke resultaten voor ogen.
3.
1
Voorbeeldplan
Het gaat om de gemeenten Bergen op Zoom, Etten-Leur, Halderberge, Moerdijk, Roosendaal, Rucphen, Steenbergen, Tholen, Woensdrecht en Zundert.
Raadsmededeling Op verzoek van de provincie Noord-Brabant is West-Brabant in de Nota Ruimte opgevoerd als voorbeeldgebied voor de toepassing van ‘ontwikkelingsplanologie’. Ontwikkelingsplanologie staat tegenover toelatingsplanologie en het voorbeeld heeft tot doel voor de regio West-Brabant ervaringen op te doen met een meer actieve en ontwikkelingsgerichte manier van omgaan met ruimtelijke vraagstukken. Het ontwikkelingsprogramma WestBrabant is daarbij het instrument om doelen te bereiken en is mede een middel om onze regio te profileren naar hogere overheden. De regio (in onze situatie: provincie en gemeenten) is door het rijk uitgenodigd het proces van het uitwerken van het voorbeeldplan op te starten. Het rijk zal waar nodig en mogelijk ondersteuning verlenen. Voor de regio is het ontwikkelingsprogramma een mogelijkheid om te komen tot een gebiedsgerichte en breed gedragen regionale visievorming en uitvoering van een aantal majeure projecten. Deze projecten zijn in de volgende paragraaf beschreven. De minister van VROM wil eind 2005 over de eerste resultaten van het voorbeeldplan beschikken. Door de Ambtelijke en Bestuurlijke Regiegroep Westelijk Noord-Brabant is een plan van aanpak opgesteld. Dit plan heeft de instemming van de colleges van burgemeester en wethouders van de convenantgemeenten. Het plan is besproken met het college van Gedeputeerde Staten van de provincie Noord-Brabant en met het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Breda. Het resultaat is dat de regiegroep Westelijk NoordBrabant, de provincie Noord-Brabant en de gemeente Breda aan de slag zijn gegaan met het uitvoeren van het plan van aanpak.
4.
Aanpak
Voor het welslagen van het ontwikkelingsprogramma zijn zowel op ambtelijk als bestuurlijk niveau structuur en coördinatie nodig. Wij hebben besloten aan te sluiten bij bestaande structuren. Bestuurlijk (BRG+) De bestuurlijke regie van in Westelijk Noord-Brabant gelegen projecten is in handen van de bestaande Bestuurlijke Regiegroep (BRG) Westelijk Noord-Brabant. Voor het ontwikkelingsprogramma is deze groep uitgebreid met een delegatie van het college van Gedeputeerde Staten en met een bestuurlijke vertegenwoordiging van de gemeente Breda. De gemeente Breda is aangesloten omdat een van de projecten (Via Breda) gelegen is in deze gemeente en omdat – op verzoek van de Staatssecretaris van Economische Zaken - aan Breda een coördinerende rol is toebedacht ten aanzien van Pieken in de Delta. De naam van de nieuwe groep is Bestuurlijke Regiegroep Plus, afgekort tot BRG plus (ook wel BRG +). Burgemeester Marijnen van de gemeente Roosendaal is voorzitter van de BRG +. Als voorportaal voor de BRG+ fungeert de ARG+. Aan elk tot het ontwikkelingsprogramma behorend regionale project is een burgemeester (lid BRG+) toegewezen als “ambassadeur”. De rollen van deze functie zijn steun te organiseren aan de projectontwikkeling vanuit de regionale invalshoek en de projectbelangen te behartigen in hun onderlinge context op het regionale niveau.
Raadsmededeling Ambtelijk (ARG+) Voor de ambtelijke ondersteuning draagt de Ambtelijke Regiegroep Plus (ARG +) zorg. Hiermee wordt de verankering van het programma met de gemeentelijke organisaties geborgd. In de ARG + hebben de algemeen directeuren / gemeentesecretarissen en provinciale directieleden zitting. 5.
Evaluatie
We willen het proces ook evalueren. Het is belangrijk te weten of de verwachtingen uitkomen en hier lering uit te trekken. De vinger zal constant aan de pols gehouden worden. Aan het eind van het jaar zal de balans worden opgemaakt. Dan zal bepaald worden of, en zo ja op welke wijze, het proces zal worden voortgezet. In ieder geval mogen de projecten van deze aanpak geen nadelen ondervinden.
Raadsmededeling
6.
Projecten
Van het ontwikkelingsprogramma maakt een aantal projecten deel uit. In onderstaande tabel (tabel 1) zijn deze projecten opgesomd en is per project de (gemeentelijke) ambassadeur aangegeven. Overigens geldt voor het project Moerdijkse Hoek dat de raad van Moerdijk daar tegen is. Tabel 1. Aan het ontwikkelingsprogramma aangehaakte projecten en de verdeling van de (gemeentelijke) ambassadeurs. No. Project Omschrijving Ambassadeur 1. Moerdijkse Hoek Onderzoek naar de realisatie van 600 Moerdijk hectare duurzaam vernieuwend bedrijventerrein voor grootschalige bedrijven. 2. A4 Aanleg ontbrekende schakel in een van de Woensdrecht twee achterlandverbindingen door West-Brabant. 3. 4. 5. 6. 7. 8.
Via Breda
Herontwikkeling stationsgebied met centraal een nieuw station met opstappunt voor Zuid-Nederland van de HSL. Haalbaarheids-onderzoek Haalbaarheidsonderzoek naar een regionaal Regionaal ontwikkelingsfonds als slagvaardig om samenwerking Ontwikkelingsfonds tussen de partijen te concretiseren. Bergse Haven Herontwikkeling van verrommeld bedrijventerrein tot een hoogwaardig woon-, werk- en recreatiegebied. Glastuinbouw Realiseren van een duurzame locatie van 250 tot 300 hectare voor de vestiging van glastuinbouwbedrijven. Goederen Over Spoor Een veilige en duurzame toepassing van spoorvervoer voor goederen in West-Brabant. Spoorhaven Herstructurering van verouderd bedrijventerrein en spooremplacement aan de rand van het centrum.
Breda Etten-Leur Bergen op Zoom Steenbergen Halderberge Roosendaal
Hoerwel de focus in dit stadium ligt bij deze majeure projecten, is onderkend dat regionale doelstellingen niet bereikt worden alleen met de realisatie van deze projecten. Er dient a.h.w. een koppeling tot stand te worden gebracht tussen de lokale projecten (3e laags projecten) en de bovengenoemde projecten (1e laags projecten). In het Ontwikkelingsprogramma wordt expliciet de mogelijkheid genoemd om te voorzien in de realisatie van de projecten in de tussenliggende 2e laag. Wij doelen hiermede op de projecten zoals deze genoemd staan in het Memorandum “Westelijk Noord-Brabant op de kaart” van 19 februari 2002, uitgegeven en besproken ter
Raadsmededeling gelegenheid van de provinciale statenverkiezingen in maart 2002. 7.
Resultaten
In het plan van aanpak is een tiental resultaatgebieden opgesomd waarop we ons gedurende de looptijd van het voorbeeldplan richten. Onze constatering is dat we op dit moment ten opzichte van de voornemens relatief gunstige resultaten hebben geboekt ten aanzien van: - onderzoek naar instrumentarium ontwikkelingsplanologie; - vaststelling van de lijst van de majeure projecten; - zichtbare gemiddelde vooruitgang in de projecten; - een groeiende belangstelling en committent van VROM; - een ruw overzicht van plannen en projecten (spoorboekje); - een werkstructuur in de vorm van de BRG +. Wij zijn wat minder ver in de voortgang bij: - de visievorming; - de formalisering van de contacten met het rijk; - de realisering van een communicatiestrategie; - de methodische en praktische evaluatie van het proces. Door de bank genomen zijn wij van mening dat we ten opzichte van onze aanvankelijke voornemens behoorlijk zijn opgeschoten.
1.1.1.1
8.
Communicatie
Voor het ontwikkelingsprogramma is communicatie een belangrijk onderwerp. Het is een noodzakelijke conditie voor het vinden en uitbouwen van een breed draagvlak. Provinciale Staten, gemeenteraadsleden, bevolking, bedrijfsleven en maatschappelijke organisaties zullen niet alleen kennis kunnen nemen van het proces. Ze zullen in een later stadium ook worden uitgenodigd invloed uit te oefenen. De publicatie over het ontwikkelingsprogramma in het regiobulletin is een eerste stap op weg naar het verkrijgen van een breder draagvlak. Op 19 april aanstaande wordt in Rucphen de zogenaamde collegedag gehouden. Het houden van een dergelijke dag behoort tot het vaste patroon van overleg dat de BRG organiseert. Het doel is dat de leden van de colleges van burgemeester en wethouders gezamenlijk van gedachten wisselen over onderwerpen die in de BRG aan de orde zijn geweest. Voor 19 april staat het voorbeeldplan op het programma. Voor deze gelegenheid zullen niet alleen worden uitgenodigd de collegeleden van de gemeenten die het convenant Westelijk Noord-Brabant hebben ondertekend, maar ook de collegeleden van de gemeente Breda en van de provincie Noord-Brabant. De uitkomsten van deze collegedag zullen wij uiteraard betrekken in onze beschouwingen over het navolgende traject.
Raadsmededeling
Overigens wijzen wij u er op dat wij ook periodiek bijeenkomsten van de zogenaamde klankbordgroep organiseren. In deze klankbordgroep hebben zitting een tweetal leden van elke raad van de bij het convenant aangesloten gemeenten. Wij zijn voornemens een aparte bijeenkomst voor alle raadsleden te organiseren over het ontwikkelingsprogramma West-Brabant. Over het moment en de wijze waarop we dit willen doen, beraden we ons nog. 9.
Kosten
Ons uitgangspunt is dat het deelnemen door partijen gebeurt op basis van budgettaire neutraliteit. Dit wil zeggen dat eventuele door gemeenten te leveren bijdragen ook geleverd zouden moeten worden indien niet wordt deelgenomen aan het ontwikkelingsprogramma of dat er tegenover eventueel te maken kosten dienovereenkomstige baten staan. Deze twee uitgangspunten zijn gehanteerd bij het samenstellen van het plan van aanpak. De provincie neemt de kosten voor zijn rekening van de eerste twee fases van het haalbaarheidsonderzoek naar een regionaal ontwikkelingsfonds.
Bijlagen De volgende bijlage is als onderdeel van deze raadsmededeling, bijgevoegd: * het regiobulletin nr. 05 van april 2005 De volgende bijlagen zijn, als achtergrondinformatie voor deze raadsmededeling, ter inzage gelegd: * het plan van aanpak Ontwikkelingsprogramma West-Brabant Hoogachtend, het college van burgemeester en wethouders van Bergen op Zoom,
, burgemeester
, secretaris