Code van goede praktijk voor emissiearme stalsystemen Philippe Van Overbeke 26 november 2010 Instituut voor Landbouw- en Visserijonderzoek Eenheid Technologie & Voeding www.ilvo.vlaanderen.be Beleidsdomein Landbouw en Visserij
Inhoudstafel •Inleiding •Mest- en waterkanalen •Dichte vloeren •Mestafvoer en mestopslag •Afsluiters voor mest- en waterkanaal •Mestopslag •Luchtwassystemen •Conclusie 2
Problematiek ammoniakemissie Waarom is een aanpassing nodig?
Gevolgen voor mens en dier
-Meer dan 90% van de uitstoot afkomstig uit landbouw waarvan 65% gerelateerd is met de stallen. -Emissieplafonds EU
3
Regelgeving -Soms ingewikkelde beschrijving (eigen aan wetteksten) -Ontbreken van illustraties -Nood aan praktijkbevindingen -Effectiever toepassen van regels
4
Hulpmiddel : code van goede praktijk Mogelijk gemaakt door ADLO in samenwerking met PIVAL Doelstellingen - Duidelijk - Gestructureerd - Zo compleet mogelijk - Illustraties ter verduidelijking - Gebaseerd op praktijkbevindingen
5
Aanpak
1) Opmaak enquête 2) Bedrijfsbezoeken 3) Metingen 4) Opmaak code
6
Bedrijfsbezoeken en Enquêtes Aantal bedrijven bezocht : 25 Enquête afnemen : zo gedetailleerd mogelijk Sommige bedrijven 2X bezocht om invloed van eerste raadgeving na te gaan
7
Bedrijfsbezoeken en Enquêtes
Vb. enquête
8
Metingen Waarom zijn metingen nodig? -Praktijkbevindingen kunnen staven met cijfermateriaal (Indicatieve metingen!) -Opvallende meetresultaten kunnen bezoek sturen Wat, waar en hoe wordt er gemeten? NH3, H2S Hok, controlegang, luchtwasser GasBadge pro, iTX multigas monitor, innova VB Meetverslag 9
Praktijkbevindingen gebaseerd op indicatieve metingen Vaststellingen ivm het binnenklimaat
• • •
Stalsysteem Locatie in de stal Winter-zomer
10
Praktijkbevindingen gebaseerd op indicatieve metingen Vaststellingen ivm de efficiëntie van luchtwassystemen
Prima! 11
Praktijkbevindingen gebaseerd op indicatieve metingen Vaststellingen ivm de efficiëntie van luchtwassystemen
12
Hoofdstuk 4: De werking en gebruik van ammoniakreducerende technieken 1. Algemeen 2. Mestkanaal met schuine wanden 3. Waterkanaal met schuine wanden 4. Dichte vloeren 5. Luchtwassystemen 6. Praktijkbevindingen gebaseerd op indicatieve metingen 13
Hoofdstuk 5: Het gebruik van emissiearme stalsystemen
• • • • •
Algemeen Biggenopfok Kraamhokken Dek- en drachtafdeling Vleesvarkens
14
Aanpak per systeem • Technische vereisten • Tekening stalsysteem • Aanwezige emissiereducerende technieken • Praktijkervaringen en aanbevelingen • Pluspunten en aandachtspunten
15
Voorbeeldstal V-4.7 •V-4.7: Mestkelders met water- en mestkanaal, de laatste met schuine putwanden en met andere dan metalen driekantroosters Combinatie van hoofdstukken : 4
Werking en gebruik van ammoniakreducerende technieken 5 Het gebruik van emissiearme stalsystemen 6 Mestafvoer en mestopslag
16
17
18
19
20
21
22
23
24
25
26
27
28
29
30
31
32
Inhoudstafel •Inleiding •Mest- en waterkanalen •Dichte vloeren •Mestafvoer en mestopslag •Afsluiters voor mest- en waterkanaal •Mestopslag •Luchtwassystemen •Conclusie 33
Mest- en waterkanalen
34
Mest- en waterkanalen
Waarom schuine wanden?
35
!
!
"
!
Mest- en waterkanalen Belang van materiaalkeuze •Belangrijk dat wanden zeer glad zijn. •Verschillende opties : betonnen wanden, gecoate betonnen wanden en kunststofwanden. •Schuine wanden moeten bestand zijn tegen de chemische inwerking van mest. •Afgeraden om betonnen schuine wanden ter plaatse te storten.
39
Mest- en waterkanalen Belang van constructie
•Schuine wanden geleverd in zowel prefab stukken als in aparte schuine platen
40
Mest- en waterkanalen Belang van constructie •Wanden kiezen die aangeschuind op de bouwplaats worden geleverd. •Rekening houden met het “zetten” van de stal => rekbare kit. •Wanden moeten tegen druk van volledig gevuld kanaal bestand zijn.
41
Mest- en waterkanalen Belang van hokinrichting en het mestgedrag •Te brede waterkanalen => verkeerde geleiding luchtstroom. •Indien mestkanaal zonder schuine wanden maximum niet overschrijdt, af te raden schuine wanden te zetten •Het waterkanaal bedekt met kunststofrooster en mestkanaal bedekt met een metalen driekantrooster.
42
Mest- en waterkanalen Belang van reiniging
•Mestkanaal dient na elke ronde afgelaten en gereinigd te worden. •Aangekoekte mest op de wanden => meer ongedierte. •Waterkanalen mogen nooit droog staan => minstens 10cm water.
43
Inhoudstafel •Inleiding •Mest- en waterkanalen •Dichte vloeren •Mestafvoer en mestopslag •Afsluiters voor mest- en waterkanaal •Mestopslag •Luchtwassystemen •Conclusie 44
Dichte vloeren
45
Dichte vloeren Twee hokuitvoeringen mogelijk: •Uitgevoerd met gedeeltelijk rooster, vooraan dichte vloer. Achterin bevindt zich het mestkanaal. •Uitgevoerd met in het midden een bolle vloer. Aan de voorkant waterkanaal en achteraan een mestkanaal.
46
Dichte vloeren Belang van materiaalkeuze
•Afweging tussen beloopbaarheid en mestaanhechtbaarheid.
47
Dichte vloeren Belang van constructie en hokinrichting •Verkies bolle vloer boven hellende vloer. •Het ventilatiesysteem moet combineerbaar zijn met de bolle vloeren. •Vloerverwarming verwerken in de bolle vloer =>mogelijkheid tot warmterecuperatie
48
Dichte vloeren Belang van reiniging en het mestgedrag
•Vloerverwarming verwerken in de bolle vloer =>mogelijkheid tot warmterecuperatie. •Reinigen dient na elke ronde grondig te gebeuren Anders =>Stofgehaltes stijgen door opdrogend vuil. =>Mest op bolle vloer => zeer glad =>pootgebreken. =>Opgedroogde mest => moeilijk te verwijderen.
49
Inhoudstafel •Inleiding •Mest- en waterkanalen •Dichte vloeren •Mestafvoer en mestopslag •Afsluiters voor mest- en waterkanaal •Mestopslag •Luchtwassystemen •Conclusie 50
Mestafvoer en mestopslag
51
Mestafvoer en mestopslag 2 mogelijkheden 1) Mestafvoer naar een diepe mestkelder
•Een diepe mestkelder => complexere opbouw van de stal. •Mestkanaal elke ronde via een andere afsluiter af te laten. •Overloop laten toekomen onder mestniveau. 52
Mestafvoer en mestopslag 2) Mestafvoer via een rioleringssysteem
•Systeem gebaseerd op vacuümwerking •Na het reinigen kanaalleidingen volledig gevuld met reinigingswater
•Buizen, die langs ene kant doorlopen tot centrale leiding, langs andere kant laten doorlopen tot buiten de stal.
53
Mestafvoer en mestopslag 2) Mestafvoer via een rioleringssysteem •Zeer lange kanalen => kanaal via gemetste muurtjes opsplitsen.
•Afvoeropeningen om de 5 à 6 m volstaan. •Hoe verder afvoeropening van de centrale afvoerbuis ligt, hoe groter de afvoeropeningen.
54
Mestafvoer en mestopslag 2) Mestafvoer via een rioleringssysteem •Controle op vloeistofdichtheid vóór het betonstorten => vullen van de afdelingsleiding met water. •De helling van de buizen moet 0.3% zijn. •Lekkages voorkomen => alle aansluitingen mestdicht gemaakt, maar ook luchtdicht.
55
Mestafvoer en mestopslag Overloop •Verplicht! •Enkel in noodgevallen. •Voorzien van een stankafsluiter (siffon).
56
Inhoudstafel •Inleiding •Mest- en waterkanalen •Dichte vloeren •Mestafvoer en mestopslag •Afsluiters voor mest- en waterkanaal •Mestopslag •Luchtwassystemen •Conclusie 57
Afsluiters voor mest- en waterkanaal •Afsluiters tijdens de bouw testen met water in het kanaal. •Vast positioneerbare afsluiters gebruiken. •De varkens mogen geen hinder ondervinden van de afsluiters =>In de hokken geen uitstekende onderdelen.
58
Inhoudstafel •Inleiding •Mest- en waterkanalen •Dichte vloeren •Mestafvoer en mestopslag •Afsluiters voor mest- en waterkanaal •Mestopslag •Luchtwassystemen •Conclusie
59
Mestopslag
•Ruimte boven de mestvloeistof niet volledig van de lucht afsluiten. •Voldoende ventilatie en verluchting voorzien tijdens het mixen. •Nooit alleen een mestopslagruimte betreden.
60
Inhoudstafel •Inleiding •Mest- en waterkanalen •Dichte vloeren •Mestafvoer en mestopslag •Afsluiters voor mest- en waterkanaal •Mestopslag •Luchtwassystemen •Conclusie 61
Luchtwassystemen •Biologische en chemische. •Nageschakelde techniek. •Stalinrichting niet wijzigen. •Centrale afzuiging. •Luchtwassers zoals beschreven in S1 en S2 niet specifiek ontwikkeld ifv geurreductie.
62
Luchtwassystemen Belang van constructie •Grootte wasoppervlak afhankelijk van aantal en soort gehuisveste dieren en soort pakkingsmateriaal. •Tijd waarin lucht passeert door waspakket van groot belang => biologisch => langere verblijftijd => dikker pakket. •Chemische + biologische wasser chemisch systeem =>70% reductie biologisch systeem (+eventueel stofvanger) => geur (en stof) verwijderen.
63
Luchtwassystemen Belang van onderhoud
•Onderhoudscontract! •Wasser driemaandelijks of na visuele boordeling grondig reinigen. •Droge plekken op waspakket => wasser werkt niet meer. Regelmatig de sproeikoppen controleren. •Opletten voor verzakkingen van waspakket.
64
Luchtwassystemen Belang van onderhoud
Biologische wasser •Opstarttijd bij biologische luchtwassers. •Belangrijk om de bacteriën continu te voeden met ammoniakrijke lucht zodat ze niet afsterven •Op tijd waswater vervangen
Chemische wasser •Ammoniak omgezet in ammoniumzouten. Deze zullen zich afzetten op waspakket => verstoppingen •Op tijd waswater vervangen
Opletten met reiniging! 65
Conclusie Emmisiearme technieken kunnen pas efficiënt werken mits : •Goede dimensionering •Goede afwerking •Goed gekozen materialen •Goed management
En vooral : tijdige en grondige reiniging! 66
Bedankt voor uw aandacht Contact: Philippe Van Overbeke 09/272.28.14
[email protected] 26 november 2010 Instituut voor Landbouw- en Visserijonderzoek Eenheid Technologie & Voeding www.ilvo.vlaanderen.be Beleidsdomein Landbouw en Visserij