Berichten uit de jeugdzorg / 115 Depressie en angst door emotionele verwaarlozing 12 mei 2010 Emotionele verwaarlozing als kind is kenmerkend voor personen met depressieve stoornissen of sociale angststoornissen in het latere leven. Dat blijkt uit onderzoek van Philip Spinhoven van de Universiteit Leiden. Dat negatieve jeugdervaringen een risicofactor zijn voor het ontwikkelen van depressies en angststoornissen was al eerder bekend. Spinhoven wilde te weten komen welke vorm van jeugdtrauma precies samenhangt met welke psychische aandoening. De resultaten van zijn studie nuanceren bestaande hypotheses die angststoornissen vooral in verband brengen met seksueel misbruik en mishandeling. Spinhoven maakte gebruik van de gegevens van NESDA, de Nederlandse Studie naar Depressie en Angst. Dat is een grote, langlopende studie naar depressie, angst en de combinatie daarvan onder ruim tweeduizend mensen die ooit in hun leven een angststoornis of een depressieve stoornis hadden. Meer informatie: Samenvatting artikel; Nieuwsbericht Universiteit Leiden Bron: Universiteit Leiden Jongeren: meer vaardigheden dankzij Youth in Action 12 mei 2010 Jongeren die hebben meegedaan aan een project van het EU-programma Youth in Action vinden dat daardoor hun vaardigheden zijn toegenomen. Dat blijkt uit een onderzoek onder 1.083 jongeren en 213 jongerenwerkers in opdracht van de Europese Commissie. Via Youth in Action kunnen jongeren deelnemen aan culturele uitwisselingen, Europees vrijwilligerswerk en internationale participatieprojecten. Van de jongeren die dat deden, vindt meer dan 90 procent dat hun vaardigheid in andere talen is toegenomen. Meer dan 80 procent meldt een toename in sociale vaardigheden. Ruim 80 procent denkt er nu over een opleiding te volgen en meer dan 60 procent denkt dat de kans op een baan is vergroot. Van de deelnemende jongerenwerkers zegt ruim 90 procent iets te hebben geleerd dat bruikbaar is in het jongerenwerk. Meer informatie: Bericht Youth in Action Bron: Youth in Action Website over diversiteit in de kinderopvang 11 mei 2010 Het project Samen Verschillend, dat zich richt op diversiteit in de kinderopvang, heeft een website gelanceerd. In de kinderopvang komen kinderen al jong in contact met mensen buiten hun familiekring, met andere waarden, normen en gewoontes. Het project Samen Verschillend heeft als doel om verschillen in bijvoorbeeld cultuur, sekse of fysieke en geestelijke gezondheid bespreekbaar te maken in de kinderopvang. Ook wil het project bijdragen aan het vinden van manieren om goed met verschillen om te gaan. De kinderopvang heeft immers niet alleen een economische en pedagogische functie, maar ook een sociaal-maatschappelijke, zo stellen de ontwikkelaars Anke van Keulen van MUTANT en Elly Singer van de Universiteit Utrecht. Meer informatie: www.kinderopvangsamenverschillend.nl Bron: 'Samen Verschillend'
Verschil PDD-NOS en ADHD moeilijk aan te tonen 11 mei 2010 Het verschil tussen de gedragsstoornissen PDD-NOS en ADHD is moeilijk aan te tonen. Dat blijkt uit promotieonderzoek van Karin Gomarus, die op 12 mei haar proefschrift verdedigt aan de Rijksuniversiteit Groningen. Aan PDD-NOS en ADHD worden verschillende gedragskenmerken toegeschreven. Toch zijn de stoornissen klinisch nauwelijks van elkaar te onderscheiden. Gomarus onderzocht of er verschillen zijn in de informatieverwerking van kinderen met PDD-NOS en ADHD. Ze vroeg kinderen computertaken uit te voeren terwijl er een EEG van hun hersenen werd gemaakt. Uit de resultaten bleek dat er tussen de kinderen met PDD-NOS en ADHD geen significante verschillen bestaan. Meer informatie: Persbericht Rijksuniversiteit Groningen Bron: Rijksuniversiteit Groningen Kwart jongeren groeit op met zorgen om familie 11 mei 2010 Een kwart van de jongeren groeit op met ziekte en zorg in het gezin. Dat staat in de werkwijzer 'Opgroeien met zorg'. Daarin doen Mezzo - de landelijke vereniging voor mantelzorgers - en Artsen Jeugdgezondheidszorg Nederland (AJN) aanbevelingen voor het herkennen, erkennen en helpen van mantelzorgers van 12 tot 15 jaar. Jongeren die opgroeien met een ziek gezinslid hebben vaak de zorg voor of zorgen over hun gezinsleden. Hoewel dat erg belastend kan zijn, kloppen zij niet snel aan bij hulpverleners en hun problemen worden ook niet snel herkend. Demissionair minister André Rouvoet voor Jeugd en Gezin nam de werkwijzer op 11 mei in ontvangst en roept alle beroepskrachten op alert te zijn op signalen van jongeren met zieke gezinsleden. Meer informatie: Mezzo - Rapport, samenvatting en toespraak Rouvoet Bron: Mezzo No Kidding: Verplichte ouderles voor aanstaande ouder 10 mei 2010 Aanstaande ouders moeten verplicht op opvoedcursus. Daarvoor pleit Friso van der Wal, directeur van No Kidding. No Kidding heeft als doel mensen bewust te maken van de ernst en omvang van kindermishandeling. Volgens Van der Wal gaat de aandacht nu te veel uit naar repressie. Verplichte opvoedcursussen en diepgaand onderzoek naar de oorzaken van kindermishandeling lijken hem zinvoller. Ook hoogleraar Rechten van het kind Jan Willems staat achter de verplichte opvoedlessen. 'Ik weet inmiddels wel dat het woord verplicht meteen weerstand oproept, maar laat No Kidding dat maar roepen, dan ontstaat er in ieder geval discussie en dat is hard nodig', aldus Willems in dagblad de Stentor. Demissionair minister André Rouvoet voor Jeugd en Gezin wil ook opvoedcursussen, zo kondigde hij in 2007 al aan. Het wetsvoorstel Herziening kinderbeschermingsmaatregelen, waarin dat als voorstel is opgenomen, is begin 2009 naar de Tweede Kamer gestuurd. Meer informatie: Lees ook: Burgemeester mag straks kinderrechter inschakelen Bron: De Stentor, 8 mei 2010
Info jeugdzorg 115 109 blz 2 van 6
reageren?
[email protected]
er is meer op www.koppelepe.nl
Kennisnetwerk gaat vadercentra ondersteunen 7 mei 2010 Gemeenten en burgers die een vadercentrum willen oprichten, kunnen zich binnenkort aansluiten bij het Landelijk Netwerk Vadercentra, dat MOVISIE coördineert. Het netwerk moet nog wel vorm krijgen. Het al bestaande Landelijk Netwerk voor Moeder- en Vadercentra (LNMV) gaat richtlijnen uitwerken voor het kennisnetwerk. Vader- en moedercentra zijn ontmoetingplaatsen in de wijk voor advies en ondersteuning, maar waar bijvoorbeeld ook computer-, kook- en taallessen worden gegeven. De moedercentra ontstonden vaak vanuit een eigen initiatief en de behoeften van de moeders waren al duidelijk. Bij het opzetten van vadercentra blijkt een andere expertise nodig te zijn dan bij de moedercentra. Eind 2008 stelde voormalig minister van OCW Ronald Plasterk 2,4 miljoen beschikbaar voor mannenemancipatie. Dat geld wordt mede gebruikt voor het opzetten van vadercentra. Daarvoor moeten de vaders bereikt worden en vervolgens betrokken worden bij de activiteiten. Meer informatie: Zie ook: 2,4 miljoen voor vadercentra; Startbijeenkomst netwerk Bron: Zorg+Welzijn Elke jeugdcrimineel is uniek 7 mei 2010 Behandelingen in justitiële jeugdinrichtingen moeten meer afgestemd worden op het soort delict dat jongeren pleegden. Onderzoeker Eva Mulder - die op 19 mei promoveert aan het Erasmus MC in Rotterdam – zegt in de Volkskrant dat de minderjarige daders nu te veel over een kam worden geschoren. Uit haar onderzoek blijkt dat jongeren die zowel ernstige geweldsmisdrijven als vermogensdelicten plegen, de grootste kans hebben op een terugval. Volgens Mulder hebben zij een specifieke, intensieve behandeling nodig, vooral als ze uit een probleemgezin komen. De kans op een terugval voor zedendelinquenten verschilt sterk. Jongeren die een zedendelict in combinatie met andere delicten pleegden, gaan vaak opnieuw in de fout. Maar jongeren die alleen zedendelicten hebben gepleegd, vallen juist minder vaak terug. Volgens de onderzoeker is er in Nederland een tekort aan kinder- en jeugdpsychiaters die zijn gespecialiseerd in de daderbehandeling. Ze vindt dat daarin geïnvesteerd moet worden. Meer informatie: Volkskrantartikel Bron: De Volkskrant Verwijsindex.nl over naar Samenwerken voor de jeugd 6 mei 2010 De website Verwijsindex.nl met informatie over de Verwijsindex risicojongeren is opgegaan in de website van Samenwerken voor de jeugd. Bezoekers van Verwijsindex.nl worden automatisch doorverwezen naar de projectpagina over de verwijsindex op Samenwerkenvoordejeugd.nl. Daar is niet alleen informatie over de verwijsindex zelf te vinden, maar ook informatie over de samenhang van de verwijsindex met andere projecten in het lokale jeugdbeleid. Meer informatie: www.samenwerkenvoordejeugd.nl Bron: JGZWeekJournaal
Info jeugdzorg 115 109 blz 3 van 6
reageren?
[email protected]
er is meer op www.koppelepe.nl
Meerderheid kinderen speelt liever buiten 6 mei 2010 67 procent van de Nederlandse kinderen speelt liever buiten dan binnen. Dat blijkt uit onderzoek van Kidspanel, een online panel van onderzoeksbureau RSVO, onder ruim duizend kinderen van 6 tot 16 jaar. Op de vraag waar hun ideale buitenspeel- of sportplaats aan moet voldoen, antwoorden kinderen dat deze gezellig, glad/vlak, groot, schoon en veilig moet zijn. RSVO stelt dat veilige buitenspeelplaatsen van groot belang zijn voor kinderen. Vooral kinderen die in een huis zonder tuin wonen, zijn op buitenspeelplaatsen aangewezen om buiten te spelen. Wanneer er onvoldoende veilige plaatsen in de buurt zijn, spelen deze kinderen minder vaak buiten dan kinderen die wel een tuin hebben. Meer informatie: Het persbericht Bron: Kidspanel/RSVO Woordenboek Jeugd maakt einde aan spraakverwarring 6 mei 2010 Het Nederlands Jeugdinstituut en Elsevier Gezondheidszorg hebben het Zakwoordenboek Jeugd uitgebracht, het eerste verklarende woordenboek voor beroepskrachten in de jeugdsector. Iedere beroepsgroep heeft haar eigen terminologie. Door eenheid van taal te bieden helpt het woordenboek spraakverwarring te voorkomen tussen medewerkers van verschillende instellingen. Bij de samenstelling van het woordenboek is gebruik gemaakt van CAP-J, een classificatiesysteem voor de aard van problemen van cliënten in de jeugdzorg. Ook de onderwijstermenlijst van de Nederlandse Taalunie en de Jeugdthesaurus zijn als bron gebruikt. Begrippen als Centra voor Jeugd en Gezin, het digitaal dossier jeugdgezondheidszorg en de Verwijsindex risicojongeren worden uitgelegd. Meer informatie: Elsevier Gezondheidszorg; CAP-J; Jeugdthesaurus; Onderwijstermenlijst Bron: Nederlands Jeugdinstituut VNG-handreiking helpt gemeenten met vernieuwing VVE 6 mei 2010 De Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) heeft een handreiking uitgebracht om gemeenten te helpen bij de vernieuwing van voorschoolse voorzieningen en de voor- en vroegschoolse educatie (VVE). Per 1 augustus treedt de Wet Ontwikkelingskansen door kwaliteit en educatie (Wet OKE) in werking. Gemeenten zijn dan verplicht om jonge kinderen met een taalachterstand voorschoolse educatie aan te bieden. Ook krijgen gemeenten een inspanningsplicht om deze doelgroep te bereiken. In de handreiking staat aan welke kwaliteitseisen voorschoolse voorzieningen, zoals peuterspeelzalen en de kinderopvang, moeten voldoen. Ook staat erin hoe gemeenten ervoor kunnen zorgen dat lokale partijen hun visie op VVE steunen en hoe ze het beste kunnen samenwerken met voorzieningen. Meer informatie: Handreiking Harmonisatie Voorschoolse voorzieningen; NJi-dossier Harmonisatie kinderopvang Bron: VNG
Info jeugdzorg 115 109 blz 4 van 6
reageren?
[email protected]
er is meer op www.koppelepe.nl
Ingeburgerde asielzoekerskinderen niet uitzetten 4 mei 2010 De Tweede Kamer heeft op 21 april een motie aangenomen om minderjarige kinderen van vreemdelingen recht te geven op een verblijfsvergunning wanneer ze langer dan acht jaar in Nederland verblijven. Ze moeten wel minstens twee jaar rechtmatig hier wonen. Het uitzetten van kinderen die hier zijn ingeburgerd is in strijd met het VN-Kinderrechtenverdrag. Defence for Children is blij met de aangenomen motie. Volgens de organisatie hadden kinderen de tijd om in te burgeren vanwege een traag beslissende overheid, tegenwerkende herkomstlanden of omdat hun ouders niet meewerkten aan uitzetting. Kinderen mogen daar niet zelf het slachtoffer van worden. Het is nog niet duidelijk of de minister van Justitie deze motie verwerkt bij de voorgenomen wijziging van de Vreemdelingenwet per 1 juli 2010. Meer informatie: INLIA; Motie Spekman/Anker; Defence for Children Bron: INLIA; Defence for Children Jongeren verdwalen in de hulpsites 4 mei 2010 De ggz, jeugdzorg en maatschappelijk werk openen voortdurend nieuwe hulpsites voor jongeren met psychische of sociale problemen. Dat zegt e-health-onderzoeker Nicole Nijland van de Universiteit Twente. Volgens haar ontbreekt structuur, terwijl jongeren dat juist nodig hebben. Ze pleit voor een hoofdwebsite die linkt naar de hulpsites van de verschillende hulporganisaties. Frank Schalken, directeur van e-hulp.nl, vindt het onnodig dat er zoveel hulpsites zijn. Hij adviseert hulpverleningsinstanties om samen te werken. Ze kunnen jongeren dan beter helpen omdat meer mensen beschikbaar zijn om met ze te chatten. Ook moet duidelijk zijn welke organisatie achter een website zit. De informatie moet begrijpelijk en betrouwbaar zijn. Met websites die online hulp aanbieden kunnen jongeren bereikt worden die anders niet snel hulp zoeken. Meer informatie: Nieuwsbericht Bron: DePers.nl; E-hulp.nl Betrek laagopgeleide ouders bij gezondheid kind 3 mei 2010 Ouders van laagopgeleide jongeren moeten betrokken worden bij voorlichtingsprogramma's over gezond leven. Die aanbeveling doet het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM) in het rapport 'Middelengebruik en seksueel gedrag van jongeren met een laag opleidingsniveau. Aangrijpingspunten voor preventie', dat op 29 april werd gepresenteerd. Jongeren met een lage opleiding leven ongezonder dan andere jongeren. Ze roken en blowen meer, drinken meer alcohol en gebruiken minder vaak voorbehoedsmiddelen. Volgens het RIVM is er niet veel voorlichting die zich speciaal richt op deze groep. En de weinige programma's die er zijn, werken niet of nauwelijks. Voorlichting heeft meer kans van slagen als de ouders erbij worden betrokken en de campagnes beginnen als de jongeren nog op de basisschool zitten. Meer informatie: Rapport RIVM Bron: ANP; RIVM
Info jeugdzorg 115 109 blz 5 van 6
reageren?
[email protected]
er is meer op www.koppelepe.nl
Leerkrachten willen geen continurooster 29 april 2010 Wanneer onderwijspersoneel moet kiezen tussen verschillende modellen voor andere lestijden heeft 35 procent een voorkeur voor het 'vijfgelijkedagenmodel'. Dat blijkt uit een enquête van CNV Onderwijs onder haar leden. Het zogenaamde bioritmemodel, werken in lestijden die zijn aangepast aan het bioritme, en het '7-tot-7-model' zijn minder populair. De onderwijsgevenden is ook gevraagd te kiezen voor een model vanuit hun positie als ouder. Dan is bijna 40 procent van de respondenten het positiefst over het vijfgelijkedagenmodel. Zij menen dat dit beter is voor hun kinderen. Meer informatie: Artikel Jeugd en Co Kennis over schooltijden Bron: CNV
Info jeugdzorg 115 109 blz 6 van 6
reageren?
[email protected]
er is meer op www.koppelepe.nl