FABulous Veel uitgezonden militairen besparen kosten noch moeite om hun fab (slaapcontainer) om te toveren tot een gezellig thuis ver van huis. Monitor beoordeelt elke maand een andere fab. Deze keer het onderkomen van:
FOTO’S : ARIEF RORIMPANDEY / AVDD TEKST : TWEEDE-LUITENANT MARTIN HUIJDINK
Chalet 3
nummer 1, 2008 jaargang 13
Monitor
Adjudant Chris Adjudant Frits Tweede-luitenant Martin Beschrijving: Kerst begon dit jaar al vroeg in de fab van Chris en Frits. Op 6 november hingen de lampjes er al en zorgden de kerstboompjes en rood afgeplakte lamp voor een heuse kerstsfeer. “Je moet toch voor een beetje gezelligheid zorgen, dat maakt het verblijf hier een stukje aangenamer”, zegt Frits. Niet lang daarna arriveerde extra kerstversiering via de post om de boel verder aan te kleden. Ook Chris heeft na zijn verlof nog wat materiaal meegenomen om de fab te ‘pimpen’. Verder hangt de hele muur vol met kaartjes en foto’s. Vooral die van zijn kleinzoon, zijn vrouw en motor koestert Frits. Hij kan niet wachten om bij thuiskomst weer een stukje motor te rijden. Chris is naast zijn verjaardagskaarten het meest trots op het kaartje van zijn vrouw met de tekst ‘Speciaal voor jou’. “Dat ze die tekst speciaal voor mij heeft uitgekozen” vindt hij bijzonder. Martin kwam als laatste van de drie binnen en lag de eerste vijf weken in een tijdelijke fab. “Tot die tijd was het hier net een hotel met gasten die enkele weken bleven en dan weer gingen”, vertelt Chris. “Het is fijn nu iemand te hebben die hier met ons tot het einde van de missie zit”, vult Frits aan. Ondanks het leeftijdsverschil klikt het goed tussen de drie bewoners. Martin: “Het is in eerste instantie even wennen, maar Chris en Frits hebben er snel voor gezorgd dat ik me hier op mijn plek voel.” Het drietal heeft al plannen om de fab nog verder aan te kleden afhankelijk van wat er in de post zit. “Eigenlijk moet er nog een rendier met slee en een zingende kerstman bij”, grapt Chris.
Special Features: Naast de aankleding van de kamer met alle lampjes, de tijdschriften over motoren, mountainbikes en vechtsporten springt vooral Frits’ laptoptafeltje in het oog. Na het avondeten vind je hem dan ook achter zijn laptop, waar hij contact heeft met zijn vrouw. Frits: “Het is een ideaal ding, dit verschuifbare tafeltje. Het is door één van de voorgangers in deze chalet in elkaar gezet en ik heb het kunnen overnemen. Het maakt het contact met thuis en het kijken van een filmpje een stuk makkelijker.”
OnFABbelijkheden: Dat ze eerst een hotel waren en de fab niet definitief niet konden inrichten vinden beide adjudanten één van de mindere dingen. “Daarnaast leef je op een kleine ruimte met weinig privacy”, zegt Chris. “Maar als het klikt en de sfeer goed is, kun je over alles praten en zijn er eigenlijk geen problemen”, is Frits van mening. Het drietal maakt samen schoon en houdt rekening met elkaar. “Gewoon zoals het hoort”, vult Martin aan.
Monitorscore: 8
- AFSCHEID VAN ABYEI - DIERENARTS IN URUZGAN - NIEUWJAARSBOODSCHAP VAN DE MINISTER -
14
26
36
Kleine missies
Afghanistan
Afghanistan
Congolezen laten zich niets opleggen
Afghaanse vaders in hun hart geraakt
Uruzgan FM
> Inhoud
NUMMER 1, 2008
Afghanistan
Kleine missies
Algemeen Monitor
8 10 16 18 21 22 24 26 34 36
Er is toch ook goed nieuws uit Afghanistan Groetendag 2007 Een digitale knuffel uit het uitzendgebied Dierenarts in Uruzgan Familiedag Eufor-7 Twee broers lopen elkaar tegen het lijf in Uruzgan TFU-5 Kerst-Inn met Valentijnsgroet Journalist Gijs Wanders met boodschap familie Smeehuijzen naar lotgenoten Bevallen tijdens een uitzending Een kijkje achter de schermen bij Uruzgan FM
14 31 32 37 38
Congolezen laten zich niets opleggen Nederlandse deelname aan EUFOR Afscheid van Abyei Vluchtelingenstroom richting Bujumbura Nederlandse handen uit de mouwen voor Kosovo Force
6 Nieuwjaarsboodschap van de minister van Defensie, Eimert van Middelkoop 28 Oranjekazerne in Schaarsbergen Thuisfrontcontactdag 2 3 4 5 30 40 41 42 44
Colofon Inhoudsopgave Editoriaal Monikortjes Brieven aan Max Boekrecensie Column Telefooncirkel FABulous
Monitor 1 - 3
MONIKORTJES Verbondenheid “Góóóóóód morning, Vietnam!” Het is een klassieker geworden, de standaardbegroeting van de radio-dj in de gelijknamige Hollywood-film. De komiek Robin Williams speelt daarin de prettig gestoorde aartsoptimist achter een microfoon in een oorlogsgebied, die met zijn yell én de muziek van die tijd vreugde, hoop en een vleugje thuisfront strooit over de militairen in een crisisgebied. Williams was geknipt voor de rol en maakte van de film een memorabele kaskraker. Vooral die ene oerkreet is onvergetelijk. We zijn een nieuw jaar in gegaan. Het thuisfront van alle uitgezonden militairen hebben op 2008 geproost zonder het glas te kunnen heffen met de relatie in het uitzendgebied. Juist op zulke momenten zou je je partner, kind, vader, tante of goede vriend graag eventjes weer bij je hebben. Gelukkig zijn er manieren om je toch ‘dichtbij’ je uitgezonden relatie te voelen. Je kunt natuurlijk brieven schrijven, msn’en en bellen. Ook kan het thuisfront via dit tijdschrift het lijntje verkorten met de uitzendgebieden. Door zo veel mogelijk informatie te geven, een beeld te brengen van de militairen op uitzending en de omstandigheden waarin zij dat werk doen, wil Monitor ook weer in deze nieuwe jaargang dat de verbondenheid van het thuisfront met de uitzendgebieden - en andersom - groeit. Sinds een jaar zet ook het radiostation Uruzgan.FM zich daarvoor in. Vanuit Hilversum maakt het enthousiaste team van presentatrice Annemieke Schollaardt dagelijks een uur radio voor de militairen in Afghanistan. Op de Afghaanse bases is muziek, vermaak en informatie op de FM-frequentie te beluisteren, de rest van de dag aangevuld door de reguliere uitzending van 3FM. Voor het thuisfront is de nieuwe zender een hartverwarmend verbindingsmiddel. Twee redacteuren van Monitor gingen daarom langs bij de studio van het radiostation en rapporteerden over hun bezoek in het artikel verderop in deze Monitor. Muziek bindt mensen en kent geen grenzen. Te weten dat je wel ver verwijderd bent van je relatie, maar soms wel samen naar je favoriete plaatje luistert, is een cadeau voor velen. Uruzgan.FM is wat dat betreft een prachtige bruggenbouwer tussen Nederland en het door de krijgsmacht drukst bezette uitzendgebied. Ook al luisteren wij pas om 16.00 uur live naar Uruzgan. FM en is het bij onze militairen dan al 19.30 uur, dj Annemiek mag namens het thuisfront elke dag wel een prettig gestoorde oneliner de Afghaanse ether in schreeuwen, die in elk geval beklijft: “Góóóóóóeiemoggel, Uruzgan!” Roel van de Wiel Redacteur
Graag horen wij van jullie, de lezers, wat jullie vinden van Monitor. Wil je reageren op een artikel of heb je een goed idee voor een verhaal-onderwerp? Mail dan naar:
[email protected]
4 - Monitor 1
‘Woestijnpost’ van geestelijke verzorgers Afghanistan UNMIS-militairen terug uit Soedan De UNMIS 3-2 ploeg uit Soedan is teruggekeerd op Nederlandse bodem. Egypt Air bracht hen vanuit Khartoum terug op Schiphol, waar ze werden afgehaald door vele familieleden, collega’s en bekenden. De militairen van United Nations Mission in Soedan (UNMIS) hebben meegewerkt aan de ondersteuning van de uitvoer van het vredesakkoord dat in 2004 werd gesloten tussen de regering van Soedan en de Soedan People’s Liberation Army. Ook hielden de waarnemers toezicht op en verleenden zij ondersteuning bij de terugkeer van vluchtelingen. Voor het blad Monitor hield namens het Nederlandse UNMIS-team kapitein-luitenant ter zee van het Korps Mariniers Eisso Kronenberg (foto) geregeld een dagboek bij. Verderop in deze Monitor is zijn laatste verhaal te lezen. g
Verkeerd retouradres Bij de kerstuitgave van de vorige Monitor (nr. 12, 2007), is een adressticker gevoegd met een verkeerd retouradres. Het juiste retouradres om verkeerd bezorgde exemplaren terug te sturen is: St CLAS G1 Bureau Thuisfrontzaken Frank van Bijnenkazerne Postbus 9019 7300 EA Apeldoorn
Koenders ziet ontwikkeling in samenwerking met Defensie
“Ik denk dat we elkaar hard nodig zullen hebben tijdens de missie.” Dat zei minister Bert Koenders van Ontwikkelingssamenwerking begin deze maand in Wezep. Hij bezocht daar de militairen die in april als vijfde Provinciaal Reconstructie Team (PRT) naar Uruzgan vertrekken. De bijeenkomst op de Prinses Margrietkazerne was bedoeld om, voorafgaand aan de missie in Afghanistan, tot een nog betere samenwerking te komen tussen Ontwikkelingssamenwerking en het Provinciaal Reconstructie Team. “We kunnen elkaar nu veel beter begrijpen omdat we nog nooit zo nauw hebben samengewerkt”, aldus Koenders. “Hierdoor is al veel vooruitgang geboekt.” Volgens Koenders is ontwikkeling niet mogelijk zonder een betere veiligheidssituatie in Uruzgan. “Maar veiligheid kan op lange termijn niet gewaarborgd worden zonder ontwikkeling van de provincie, en in die zin versterken de activiteiten van militairen en ontwikkelingswerkers elkaar”, aldus de minister. Het PRT-5 bestaat uit zestig medewerkers van de landmacht, die vanaf april voor zes maanden hun collega’s van PRT-4 opvolgen in Uruzgan. De militairen, van 11 Pantsergeniebataljon uit Wezep, hebben voor een groot deel al eerder in Afghanistan gewerkt. g
Bij uitgeverij Ark Boeken te Amsterdam is een cadeauboekje verschenen onder de titel “Woestijnpost”. Vier verschillende geestelijk verzorgers vertellen hierin over hun ervaringen in het oorlogsgebied Afghanistan. De geestelijk verzorgers die aan dit boek meeschreven zijn Henk Fonteyn (protestantse kerk in Nederland), Ron van der Vring (Rooms-Katholieke kerk), Albert van der Velden (gereformeerd vrijgemaakt) en Wilco van Wakeren (protestantse kerk in Nederland). Het voorwoord werd geschreven door minister Eimert van Middelkoop van Defensie. De tekst wordt ondersteund met bijpassende foto’s van defensiefotografen Richard Frigge, Sjoerd Hilckmann en Gerben van Es. De persoonlijke verslagen brengen de vredesmissie in dat verre land dichtbij. g ISBN: 9789033815089
In Memoriam Op 12 januari 2008 overleden de 22-jarige korporaal Aldert Poortema en de 20-jarige soldaat der eerste klasse Wesley Schol.
Beiden afkomstig van 44 Pantserinfanteriebataljon in Havelte. Zij maakten deel uit van de missie ISAF TFU- 5 Battlegroup. g
Adreswijzigingen kunnen op dit adres worden doorgegeven. Of door te bellen met mevrouw Corry van de Vall: 055-3571305. E-mail:
[email protected] g Monitor 1 - 5
ALGEMEEN
ALGEMEEN N I E U W J A A R S B O O D S C H A P VA N D E M I N I S T E R VA N D E F E N S I E , E I M E R T VA N M I D D E L K O O P
Juist rond Kerst en Nieuwjaar sta je meer dan anders stil bij de dingen die belangrijk zijn in het leven. Het is een tijd die je doorbrengt met je thuisfront, familie, vrienden, geliefden, geloofsgenoten en dierbaren. Dat geldt echter niet voor ruim tweeduizend Nederlandse militairen. Zij vierden dit jaar kerst en oud en nieuw in één van de missiegebieden waar zij zich daadwerkelijk inzetten voor het “welbehagen” van hun medemensen, voor “vrede op aarde”. Dat geldt ook niet voor u, hun thuisfront. U miste uw geliefde, maar werd getroost door de gedachte dat hij of zij de kerstgedachte in de praktijk brengt. Dat is een groot goed. Onbaatzuchtige inzet voor stabiliteit, wederopbouw en vrede waar het zo hard nodig is. Zelf mocht ik mijn eerste jaarwisseling als minister doorbrengen in Afghanistan. Met onze vrouwen en mannen in Uruzgan blikte ik terug op een bewogen jaar. Op die plaats en op dat moment dringt het in al zijn wrangheid tot je door dat twaalf collega’s daar zijn omgekomen, dat veel militairen daar gewond zijn geraakt. Vorig jaar stierven Robert Donkers, Cor Strik, Timo Smeehuijzen, Jos Leunissen, Tom Krist, Martijn Rosier, Tim Hoogland en Ronald Groen. Op hen kunnen we helaas alleen terugblikken. Zij mogen 2008 niet meer meemaken. Zij worden echter niet vergeten. Integendeel. Hun lot sterkt ons in onze wil door te gaan. Maar we keken ook vooruit, met onze militairen en met de lokale bevolking. De dankbaarheid en blijdschap met de aanwezigheid van ons, is van de gezichten van de bevolking af te lezen. Meer dan ooit realiseerde ik me hoe bevoorrecht ik ben. Mee mogen sturen aan een organisatie, die buitengemeen belangrijk werk verricht en waar loyale en idealistische mensen werken.
Terugblikken en vooruitblikken
Maar niet alleen in Afghanistan heeft de Nederlandse krijgsmacht zich verdienstelijk gemaakt. Ook in Bosnië, Irak, Libanon, Soedan en tal van andere gebieden is door militairen van alle krijgsmachtdelen inzet getoond. Het vervult me met trots en dankbaarheid. Het nieuwe jaar is zojuist begonnen. We staan aan het begin van 2008. Dat is een reden om vooruit te blikken. We hebben belangrijk werk te doen. Ook dit jaar zullen uw geliefden, relaties en vrienden, in binnen- en buitenland hun mooie werk voortzetten. Daar kunt ook u met recht trots op zijn. Ik wens u allen toe dat 2008 voor u een jaar wordt waarin u “uw militair” weer in de armen kan sluiten. Een jaar waarin u samen kan terugblikken op een moeilijke, maar belangrijke periode. Moeilijk voor u, maar o zo belangrijk voor de mensen in die door oorlog en armoede getroffen gebieden. Ik wil u als thuisfront danken voor de ruimte die u geeft aan “uw militair” om zijn of haar werk te doen. Voor uw steun tijdens de uitzending. Voor de kracht die u laat zien als u zich zorgen maakt. Voor uw begrip bij het wennen aan het gewone leven ná de uitzending. Ik besef dat we ook in 2008 als krijgsmacht geen dag zonder u en uw steun kunnen. Samen met staatssecretaris De Vries zal ik op mijn beurt mijn best blijven doen u als thuisfront te ondersteunen. Samen zullen we ons in blijven zetten onze militairen in staat te stellen ter land, ter zee én in de lucht hun taken te blijven verrichten. Ik wil u en alle Nederlandse militairen danken voor uw bijdrage en steun aan deze missies. Alle defensiemedewerkers die op dit moment zijn uitgezonden of die binnenkort zullen vertrekken wens ik veel succes en sterkte toe. Ik hoop dat hun missies succesvol zullen zijn en dat zij veilig zullen terugkeren. Ik wens u allen een voorspoedig 2008 toe. Eimert van Middelkoop Minister van Defensie
Noot van de redactie: Na het bezoek van de minister aan Afghanistan zijn op 12 januari korporaal Aldert Poortema en soldaat der eerste klasse Wesley Schol overleden. De gedachten van de minister gaan ook uit naar hen. Van Middelkoop is verdrietig over en geschokt door de dood van de twee militairen.
6 - Monitor 1
Monitor 1 - 7
A F G H A N I S TA N
A F G H A N I S TA N
TEKST EN FOTO’S: INE MARKERINK
ER IS OOK GOED NIEUWS
UIT AFGHANISTAN Dit is een alinea uit een ingezonden brief van zaterdag 1 december 2007 in de Volkskrant. De brief was geschreven door Ammelie, een meisje van 14 jaar die schreef over de uitzending van haar vader. Monitor zocht contact met haar en ging op een zaterdagmiddag bij haar, haar zusje en moeder op bezoek. Die puber van 14 durfde en wilde haar gedachten op papier, in de krant en daarmee aan het hele Nederlandse volk toevertrouwen. Ze blijkt in staat op haar toch jonge leeftijd, mede dankzij de manier waarop haar vader en moeder omgaan met deze uitzending, een heel sociale mensvisie neer te zetten. Op bezoek De moeder van Ammelie, stewardess Mirjam, is bezig haar net gekochte kerstboom uit de auto te halen. Zusje Philippine en de lapjeskat hebben op het huis gepast. Ammelie is nog niet thuis en Mirjam geeft wat achtergrondinformatie over de thuissituatie. Vader, Majoor Miche l, reservist van het korps mariniers, heeft besloten zich nu, in plaats van zijn kantoorbaan, in te zetten voor het Afghaanse volk. In april 2007 is hij vertrokken en volgende week komt hij na een half jaar terug. Dan komt Ammelie thuis, een beetje vermoeid van en verwaaid door de fietstocht van een half uur die ze achter de rug heeft – én nog iets vermoeid van het schoolfeestje wat ze de avond daarvoor had. Ze gaat gezellig bij haar moeder aan de grote tafel zitten, neemt een kop thee en begint te vertellen. Zo trots als zij is op haar vader, minstens zo trots is haar vader Michel op zijn dochter, die in een landelijke krant uitkomt voor haar mening, voor de inzet van haar vader en alle militairen. Ammelie vertelt dat hij haar ingezonden brief niet alleen heeft gekopieerd voor zijn hele jaarclub (studiegenoten van Nijenrode), hij heeft het ook doorgegeven aan zijn Nederlandse collega’s, hij heeft het zelfs vertaald in het Engels voor zijn anderstalige collega’s op de basis.
Hoezo, de jeugd is onverschillig? De veertienjarige Ammelie stuurde De Volkskrant in december een ingezonden brief, waarin zij haar steun betuigde aan haar uitgezonden vader en al zijn collega’s. Monitor zocht Ammelie op.
8 - Monitor 1
In alle rust Michel was als reserve-officier wel vaak op oefening geweest, maar nog nooit op uitzending. Toen er met zijn burgerbaan iets gebeurde, nam hij de stap om te gaan. Zijn gezin vond dit in eerste instantie niet leuk. Tekenend voor dit gezin is dat er daarna in alle rust over gesproken is. Ammelie vertelt dat het gesprek plaatsvond toen ze achter de computer zaten terwijl haar vader informatie opzocht en aan zijn vrouw en dochters liet zien. Op die manier werd iedereen tegelijkertijd op de hoogte gebracht
van de situatie daar. Dat maakte dat ze het er ook goed samen over konden hebben. Mooi en opmerkelijk is dat de ‘drie meiden’ het hun vader en man gunnen dat hij daar doet wat hij graag wil, namelijk mensen in nood helpen. Ze hebben duidelijk respect voor de keuze. De twee dochters hebben daarna ieder hun eigen moment met Michel gehad: Ammelie is met hem uit eten geweest en Phillipine is met hem naar het zwembad geweest. Tijdens het etentje hebben vader en zijn oudste dochter vooral gesproken over leuke dingen, over van alles, en niet speciaal over de uitzendperiode. Het gezin is trouwens wel gewend aan een ouder die er ‘even’ niet is, moeder is immers stewardess en daardoor ook regelmatig afwezig. Ze weet nu al dat ze de dag na de (verwachte) thuiskomst van Michel zelf weer moet vertrekken. Helpen met huiswerk Door het werk van Mirjam is Ammelie al wel een beetje gewend aan een ouder die er niet is, dat maakt misschien wel dat ze het niet als heel erg ervaart dat Michel een half jaar weg is. En ze hebben zeer regelmatig contact. Omdat hij in Kandahar zit en dus niet van ‘het honk’ weg hoeft, kunnen ze zelfs vrijwel dagelijks contact hebben. Hij kan haar zelfs op afstand helpen bij het huiswerk. Ammelie scant een bladzijde met een probleem uit haar wiskundeboek, hij bekijkt het en via skype overleggen ze over de oplossing. De vaderloze periode heeft voor Ammelie niet alleen vervelende kanten, ze kan spontaan diverse dingen opnoemen die leuk zijn als hij er niet is. “Zo kunnen we thuis nu lekker genieten van allerlei filmpjes en soaps en hoeft de tv niet op het sportjournaal.” Nog een prettige bijkomstigheid: “Mijn moeder is toch iets minder streng dan mijn vader.” Ammelie hoort via Michel, die met name in de organisatorische zaken werkt, hoe en hoeveel hulp er geboden wordt aan mensen in kleine dorpjes. Ze hoort deze succesverhalen en merkt dat er in haar omgeving en in het landelijke nieuws maar heel weinig bekend is van deze geweldige successen. De wens van Ammelie is dat er in het nieuws meer nadruk komt op de goede dingen die er in Afghanistan gebeuren. “De pers kan daar meer aan doen. In mijn brief naar de krant had ik daar ook iets over geschreven. Helaas was de brief ingekort en stond dit zinnetje er net niet in. Als er in het nieuws meer over de positieve geslaagde zaken genoemd worden, is het Nederlandse volk meer op de hoogte van de ‘andere kant’. Ik vind dat er nu veel te veel eenzijdige, negatieve informatie is, waardoor mensen meegaan in dit denken.” Ammelie wenst dat meer mensen zich door betere inhoudelijke informatie, positiever opstellen ten opzichte van de inzet die onze mannen en vrouwen daar leveren. Het zou prachtig zijn als de trots die zij voelt voor onder andere haar vader, door haar medemensen gevoeld wordt voor alle uitgezonden militairen. g
Monitor 1 - 9
A F G H A N I S TA N
A F G H A N I S TA N
Groetendag 2007:
‘Appeltjuhhhhh’ TEKST: INE MARKERINK FOTO’S: PETER WERKMAN EN INE MARKERINK
Desney, volgens zijn vriendin ‘die mooie jongen’, zal de groeten krijgen die al op papier genoteerd staan. Het is een bericht uit het hart, een kort, oprecht en krachtig gedichtje dat beslist niet dramatisch moet zijn. Desneys vriendin maakt voor het eerst een uitzending mee, ze vindt het best moeilijk, maar staat er wel achter.
Ze komt regelmatig op bezoek en neemt dan ook weer informatie mee die ze van Franke heeft. Moeder vindt het zelfs wel prettig dat haar zoon zich op die manier kan uiten: “Vaak zeggen die jongens meer tegen hun vriendin dan tegen hun moeder.”
waar hij al zes jaar een relatie mee heeft, mist hem natuurlijk ook. Zij heeft contact met hem via de mail. Van chatten komt het niet, grinnikend voegt ze toe dat ze daar te oud voor zijn, van een andere generatie (Steven en Claudia zijn 24 jaar…).
Voor Steven is een hele delegatie uitgerukt, drie vrouwen sterk. Het zijn de moeder, zus en vriendin van Steven.
Al 25 jaar bestaat het zogenoemde Groetenprogramma. Jaarlijks worden relaties van mannen en vrouwen die ergens ter wereld op uitzending zijn gevraagd hiervoor een kerstgroet uit te brengen aan hun geliefde. Een impressie van de groetendag op zaterdagmorgen 8 december.
10 - Monitor 1
Van militair Franke zijn z’n moeder en zijn vriendin Margje aanwezig. Moeder maakt voor de tweede keer een uitzending mee, voor zijn vriendin is het de eerste keer. Margje is zelf ook niet thuis, ze loopt stage in de verpleging in België. Margje gaat het woord voeren, ze doet dat uit de losse pols en zegt lachend dat ze gewoon in het Fries de groeten van iedereen, de hele familie en niet te vergeten ‘beppe’ (oma), zal doen. Frankes moeder heeft er geen problemen mee dat Margje het woord zal doen. Ook al heeft ze ‘nog maar’ vier maanden verkering met Franke, ze hoort er al helemaal bij.
Zijn moeder zegt met een glimlachje dat ze hem mist; zijn zus vindt het maar saai (het is nu zo rustig thuis) en zijn vriendin Claudia,
“Leuk hè”, zegt de moeder van Robbert, sinds enkele weken op Deh Rawod, als ze het heeft over de opa van Robbert en zijn broer. Opa was vroeger in dienst bij het Engelse leger, het lijkt erop dat beide jongens hun liefde voor het vak van opa hebben geërfd. De ouders van Robbert hebben tot nu toe wekelijks telefonisch contact, de broers mailen regelmatig. Opvallend is dat de familie thuis afscheid neemt van degene die op uitzending gaat. De ene broer brengt vervolgens de andere broer weg naar de kazerne of het vliegveld. Een leuk berichtje wil de moeder van Joshua in de groeten-cd meegeven. Ze zal namelijk vertellen dat ze met zijn Corvette naar de PC Hooftstraat is gereden om te winkelen. Met een twinkeling in haar ogen voegt ze toe: “Effe jennen.” Joshua, die op Kamp Holland zit, houdt goed contact, zijn moeder mag dan ook niet zonder telefoon de deur uit.
Monitor 1 - 11
A F G H A N I S TA N
A F G H A N I S TA N
Officierscasino Op zaterdag 8 december begint de groetendag ‘s morgens – in het officierscasino te Soesterberg - met de kleinste groep relaties, er worden zo’n honderd gasten verwacht. Zaterdagmiddag en zondag zijn er nog drie opnamesessies, dan wordt per sessie op ruim driehonderd gasten gerekend. Voor deze zaterdagmorgengasten is het een voordeel, zo blijkt tijdens de opnames, dat niet alleen de relatie die een sticker draagt iets mag zeggen, ook de andere mensen komen onverwachts aan bod. Voor sommigen is dat geen enkel probleem, anderen hebben het er moeilijker mee, soms schiet er plotseling een brok in een keel. De beide presentatoren gaan hier op een adequate en prettige manier mee om, daar waar iemand even niet verder kan door de emoties, brengen zij door een begripvolle opmerking of met humor (“Sterk spul hè, dat Fishermans friend”) weer lucht. Voordat de opnames starten zijn er enkele huishoudelijke mededelingen zoals: niet weglopen tijdens de opname, dus ook niet naar de wc (“Omdat dat voor de geluiden op de cd storend zou kunnen zijn). Daarna wordt er even geoefend met het applaus, en, hoe vroeg het ook is, bij de tweede keer oefenen klinkt er zelfs naast applaus ook gefluit en gejoel.
Het Combo van het Fanfarekorps Koninklijke Landmacht ‘Bereden Wapens’ bijt het spits af. Soliste Tanja heeft de lastige taak het publiek in de juiste stemming te krijgen.
Tijd De eerste groeten komen, ondanks de voelbare spanning, goed over en de zaal merkt al snel dat de sfeer zeer prettig is. Ook geestelijk verzorgster Marlies krijgt de microfoon onder de neus. Ze doet de groeten aan iedereen in het uitzendgebied. De moeder van Renee is om vier uur opgestaan om hier de groeten aan haar kroost te doen. Ze heeft haar groet niet opgeschreven, dat was niet nodig. Als Ton bij de vriendin van Wesley meekijkt op haar briefje roept hij dat het wel tachtig woorden lijken (het mochten er veertig zijn), waarop zij zegt dat het wel mee valt.
De ouders van Jasper – en nadrukkelijk niet Johannes zoals wel op de sticker vermeld staat – hebben niet geoefend op een tekst. Er is thuis al een videofilmpje gemaakt, waardoor ze denken dat het niet zo moeilijk zal zijn om iets te zeggen. Vader zegt te willen beginnen met een ‘oerkreet’, een kreet waarmee Jasper zijn telefoongesprek altijd begint. Op verzoek laat hij in de goedgevulde gang zijn eigen versie van de kreet lachend horen. Moeder kijkt ietwat gegeneerd maar toch ook wel vertederd om zich heen bij deze Tarzaneske uiting. Wat in ieder geval ook genoemd zal worden, is pa’s koosnaam voor Jasper: ‘Appeltje’. Dan is de familie van Jasper aan de beurt. Zijn vriendin zegt het allemaal prima, moeder mag ook iets zeggen en dan komt vader zoals hij eerder beloofde met een kreet, niet de oerkreet maar met: “APPELTJUH!” In de zaal wordt gelachen, de spanning breekt een beetje.
Na een nummer van zanger Bert Heerink, waarbij mensen swingend in hun stoel zitten, gaat het programma verder. Tjeerd, die deze dinsdag is vertrokken, krijgt een groet van zijn prinses. Mirjam krijgt een groet van haar vader, moeder is ook aanwezig maar wil niets zeggen. Toch krijgt Ton het voor elkaar ook haar een woord te ontlokken. De moeder van Joshua heeft een mooie groet die ze prachtig verwoordt, ze besluit met trillende stem met de zin: “You’ll never walk alone”. Als de microfoon naar de volgende dame gaat, blijft het stil. Joanne zegt later nog even bij haar terug te komen. Gelach volgt als Ton reageert met de opmerking dat er was afgesproken dat er niet gejankt zou worden. Joanne vindt hem maar streng. Het gospelkoor brengt enthousiast een lied ten gehore, waarna de vriendin van GertJan nu wel soepel uit haar woorden komt. Er is vervolgens een gedicht voor de lieve, stoere Henk, die wat trillend voorgelezen wordt door zijn vrouw. Ze zegt dat hij gelukkig op hun tweede huwelijksdag weer terug zal zijn. Rick, op 27 december 19 jaar geworden, zat precies een jaar in dienst toen hij tijdens een oefening in Duitsland te horen kreeg dat hij op uitzending moest. Het was niet de bedoeling dat hij nu zou gaan, maar omdat er door rotatieproblemen een gat viel in de werkzaamheden die hij ook doet, onder andere werken met een heftruck, was hij onverwachts aan de beurt. Zes weken na het bericht is hij voor twee maanden vertrokken. Zijn ouders hebben dit bericht met ongeloof en schrik, maar ook met trots aangehoord.
12 - Monitor 1
Ze vinden het fijn dat hij nu kan doen wat hij graag wil. Inmiddels hebben ze al wel zorgen om hem gehad: hij is zeer ziek geweest, zelfs een paar dagen opgenomen in het ziekenhuis omdat werd gedacht dat hij malaria zou kunnen hebben. Gelukkig was dit niet zo en op dit moment is hij weer aan het werk. Zijn ouders hebben tijdens zijn ziekte wel contact opgenomen met Sitcen, ze zijn goed te spreken over deze organisatie. De moeder van Rick spreekt haar tekst prima in, zijn vader wil even niets zeggen.
Een vriendin en een moeder spreken hun tekst en eindigen in koor met “fijne kerst!”. Dan volgt een optreden van Eric en Martin, ze zingen ‘Let’s just kiss and say goodbye’. Dit is een gevoelig nummer, en dat heeft ook wel zijn weerslag op enkele aanwezigen. Gelukkig zijn er mensen van de thuisfrontafdeling aanwezig die klaar staan met een slokje water en waar nodig een zakdoekje.
Deze begeleiders weten waar het over gaat, ze hebben zelf immers ook iemand in het uitzendgebied. Dan komt de vriendin van Franke, ze begint haar groet met ‘Hé dikke’ en gaat in het Fries verder:”We drinken er een en nog een op in Lemmer en als jij terugkomt, drink je mee.” Na een volgende pauze leest de vriendin van Maikel een groet voor. Heel apart is wel dat zijn vader eerder tegelijk met zijn zoon naar dezelfde plaats (Tarin Kowt) was uitgezonden. Dit geeft een heel speciale band tussen vader en zoon.
Jammer Hr. Ms. “De Ruyter” is een fregat dat voor de kust van Libanon de zee bewaakt als onderdeel van een VN-missie. Op deze kruiser is Bianca aan het werk. Haar vader en moeder vinden het jammer dat daar zo weinig aandacht aan wordt besteed. Ze geven een hele dikke kus aan hun dochter. Iemand anders die ook op dezelfde kruiser werkt is Suzanne. Voor haar zijn vader Willem en broer Jeroen gekomen. Haar vriend heeft haar voor haar verjaardag op Cyprus ontmoet. Voor de laatste keer is er muziek: de ‘Newtimers’ zingen twee gevoelige songs. In de zaal wordt een arm om iemand heengeslagen, een traan wordt weggepinkt. Het fijne is dat dit mag. Iedereen weet hoe het is om een relatie in een gevaarlijk uitzendgebied te hebben. En voor een enkeling is dit zelfs de enige plek waar de emoties begrepen en getoond kunnen worden. Ton doet tot slot de groeten van mensen die niet aanwezig konden zijn en dan is er een warm applaus. Dit applaus is voor de medewerkers aan deze opnames, maar duidelijk ook voor de mannen en vrouwen in het uitzendgebied, getuige de uitroep tijdens dit applaus: ‘I love you!’ g
Monitor 1 - 13
KLEINE MISSIES
KLEINE MISSIES
‘Congolezen laten zich niets opleggen’ AUTEUR : JOEP À CAMPO/PETER MAASSEN FOTO’S : JOEP À CAMPO
Kolonel Joep à Campo (KLu) was werkzaam als adviseur van de Congolese Chef Defensiestaf in Kinshasa, de hoofdstad van de Democratische Republiek Congo. Zijn taak maakt deel uit van de Europese missie EUSEC. À Campo blikt terug op zijn missie, het land Congo en haar uitdagingen. “Wanneer je in dit land onderweg bent kom je veel ellende tegen. Militairen krijgen tien dagen per maand een warme maaltijd. Dat is alles. Van dit budget haalt de lokale commandant vaak nog wat af om andere kosten te dekken. Als je dit hoort denk je in eerste instantie: hoe haalt hij het in zijn hoofd. Je ziet het al snel wat genuanceerder wanneer dit blijkt te zijn om lijkkisten te kunnen betalen voor de vele kinderen die in de militaire kampen sterven. Een land dus waar niet alles is wat het in eerste instantie lijkt. Congo wordt gekenmerkt door een negatieve economische groei en is een van de armste landen in de wereld. Ongeveer zeventig tot tachtig procent leeft onder de armoedegrens en één op de vijf kinderen sterft voor het vijfde levensjaar. Congo is arm en corrupt. Zo zijn in het oosten van Congo zijn twee Nederlandse collega’s in Europees verband belast met de controle van de betalingen van de salarissen van de militairen. De militairen commandanten hebben er een handje van veel meer militairen op de loonlijst te zetten dan er werkelijk bestaan. Het salaris van deze spooksoldaten verdwijnt rechtstreeks in de zakken van deze commandanten. Tegelijkertijd proberen militairen voor de tweede keer in de rij te gaan staan om nogmaals hun salaris op te strijken. Door het scheiden van de commando- en betalingslijnen en het opzetten van een deugdelijk registratiesysteem zijn de salarissen van de militairen verdubbeld, zonder dat het totale budget verhoogd hoefde te worden.
14 - Monitor 1
Wij zijn bezig een blauwdruk te maken voor het toekomstige Congolese leger. Tegelijkertijd zijn we samen met de Congolese militairen alle eenheden langs geweest om een bestandsopname te maken van personeel, materieel, infrastructuur en vooral ook de leefomstandigheden voor de militairen en hun families. Er moet veel werk worden verzet en in Afrika gaat alles langzamer dan hier. Bovendien moeten we de juiste mensen sturen met gedegen taal-, cultuur- en militaire kennis. De Congolezen zijn vastbesloten het land op hun manier te veranderen, ze laten zich niets opleggen. De uitdaging is dus, vanuit hun gedachtegang, bij te dragen aan positieve veranderingen die op termijn stand houden. Steun Als kleine Nederlandse militaire eenheid binnen een EU-missie in Congo sta je niet permanent in de schijnwerpers, zoals de mannen in Afghanistan. Toch zijn vele instanties in Nederland permanent bezig om onze bijdrage aan de veranderingen in dit deel van Afrika mogelijk te maken. Hoewel we als eenheid door Defensie worden aangestuurd wordt inhoudelijk veel met de ministeries van Buitenlandse Zaken en Ontwikkelingshulp samengewerkt. Daarom is bijna dagelijks contact met de Nederlandse ambassade hier in Kinshasa. Het is geweldig om te zien hoe de ministeries hun krachten bundelen om hier goed werk te kunnen verrichten. Kleine missies vragen natuurlijk minder ondersteuning maar gelukkig kunnen we wel terugvallen op de organisatie als dat nodig is. We proberen niet voor iedere kleinigheid op het net te komen, maar waar ondersteuning nodig is staat de organisatie steeds klaar om ons onmiddellijk te helpen.
Wanneer er een vliegtuig in Kinshasa neerstort en het Situatiecentrum (Sitcen) ons belt nog voordat we de crash überhaupt hebben meegekregen, geeft dat het gevoel dat er actief wordt meegeleefd vanuit Nederland en dat je niet wordt vergeten. Terugblik Terugkijkend op bijna een jaar uitzending in dit geweldige land is de vooruitgang op vele fronten helaas beperkt. Toch is het werk zinvol. Door vrij op het ministerie rond te lopen, weet ik wat er leeft. Zo zijn angst en onderdrukking nog aan de orde van de dag. De mensen durven niet kritisch tegen hun eigen chefs te zijn. Daarbij spelen wij een belangrijke rol. Wij kunnen de militaire leiding informeren over het klimaat op de werkvloer. Grote sprongen vooruit worden misschien niet gemaakt, maar de winst zit in kleine, realiseerbare doelstellingen.
Sinds medio 2006 nemen drie Nederlandse militairen deel aan de missie EUSEC/ RDC. Deze missie van de Europese Unie richt zich op Security Sector Reform, is Franstalig en speelt zich af in het hart van roerig Afrika. Na tien jaar oorlog en vier miljoen slachtoffers (de oorlog met de meeste dodelijke slachtoffers sinds de Tweede Wereldoorlog) zijn in 2006 democratische verkiezingen gehouden in de Democratische Republiek Congo. De voorbereiding van de verkiezingen heeft veel aandacht gehad. De Europese Unie heeft vorig jaar tijdelijk enkele honderden militairen gestuurd om de verkiezingen correct en veilig te laten verlopen. De democratisch gekozen president Joseph Kabila heeft begin dit jaar zijn regering gevormd. De vervolgstappen zijn moeilijk en niet vanzelfsprekend.
Monitor 1 - 15
A F G H A N I S TA N
A F G H A N I S TA N
TEKST: MARTIN RASKER & HANS VAN POTTEN
‘We mailen!’, is een veelgehoorde belofte die gedaan wordt aan de vooravond van een uitzending. Een vanzelfsprekendheid voor veel militairen en thuisblijvers, maar voor veel mensen is de digitale wereld nog een vreemde. Hoe werkt het en wat zijn de mogelijkheden?
‘Gewoon een laptop meenemen en iets om draadloos te kunnen internetten’, legt een zoon zijn vader uit. Er zijn tegenwoordig veel mogelijkheden om met elkaar te kunnen communiceren en veel van deze middelen nemen we voor vanzelfsprekend. De Defensie Telematica Organisatie (DTO) is verantwoordelijk voor de elektronische communicatie tussen de militairen op de compounds in Afghanistan en het thuisfront. Eerder verzorgden diverse mobiele operators de telefoonverbindingen tussen Nederlanders op vredesmissies en het thuisfront. Zij plaatsten een mobiele cel op de compound die via een satelliet gekoppeld was aan het Nederlandse netwerk. Dat is verleden tijd. In opdracht van Defensie heeft het Nederlandse bedrijf 12connect een verbinding voor al het spraakverkeer via internet (VoIP) ontwikkeld. Langs deze verbinding wordt nu het telefoonverkeer afgehandeld. Om gebruik te maken van deze zogeheten Welfare dienstverlening dus bellen en internetten, moet de militair die uitgezonden wordt een account aanmaken. Dit kan via de website van DTO/12connect die zowel thuis als op de compound is op te vragen. Op deze website (http://dto.12connect.com) kun je een eigen telefoonnummer en een persoonlijke pincode aanvragen. Met je gebruikersnaam en wachtwoord kies je op de inlogpagina voor één van de betaalmogelijkheden waardoor je een tegoed stort om te kunnen bellen en internetten. Als je de pincode hebt en er staat geld op je account, kun je internetten, bellen via de computer en bellen bij de vaste IP-telefoons op de compound.
16 - Monitor 1
Telefoonverkeer De IP-telefoons zijn op vaste plekken geïnstalleerd zoals in bijvoorbeeld het internetcafé. Door 90# voor de buitenlijn en vervolgens de persoonlijke pincode te kiezen, kan bij voldoende saldo gebeld worden met elk gewenst nummer in Nederland. Op deze telefoons kan theoretisch ook telefoon vanuit Nederland ontvangen worden. Je moet dan wel weten wat het VoiPnummer is van het toestel. In de algemene belruimtes zijn deze nummers niet bekend en wordt er dus alleen maar naar buiten gebeld. Een andere mogelijkheid is de Wifi telefoon. Hiermee kun je ook inloggen op het draadloze netwerk op de compound en naar elk gewenst nummer bellen. Omdat dit toestel is afgesteld op jouw persoonlijke gegevens, heeft het toestel het nummer van je pincode en kun je dus zelf ook gebeld worden. Een variant op deze laatste mogelijkheid is om een softphone te downloaden op de laptop. Ook dit kan via de site van dto/12connect. Hiermee kan eveneens via het draadloze netwerk naar elk gewenst nummer gebeld worden en zelf gebeld worden via het eigen VoIP nummer. De kwaliteit van deze verbinding is laag. Om de kwaliteit te verbeteren kan een headset of usb telefoon op de laptop worden aangesloten.
EEN DIGITALE KNUFFEL UIT HET UITZENDGEBIED Internet Ondanks alle nieuwe technieken is de kwaliteit van de verbindingen en met name de snelheid waarmee bijvoorbeeld de internetverbinding op gang komt, niet te vergelijken met Nederland. De internetverbinding op de compound (in Afghanistan) loopt namelijk via een satelliet naar Nederland en de beschikbare bandbreedte om verbinding te kunnen maken moet met iedereen worden gedeeld. Op sommige momenten maken veel personen gebruik van de verbinding wat gevolgen kan hebben voor de snelheid. Daarnaast is de beschikbare bandbreedte ongeschikt voor online gaming of uitwisseling van bestanden via bepaalde programma’s. Het verkeer van deze toepassingen wordt geblokkeerd.
Platgetreden paden De digitale mogelijkheden om eventueel dagelijks contact te hebben zijn goed geregeld. Digitaal communiceren is gemakkelijk, voordelig en van deze tijd. Digitaal heeft echter ook nadelen. Je kunt deze communicatie meestal niet vastpakken of aan de muur prikken. Uit nostalgisch oogpunt is het daarom goed om de mogelijkheid van de ouderwetse post nog eens te benadrukken. Het is immers iedere keer een beetje Sinterklaas als de post het woestijngebied bereikt. Ook voor het thuisfront is de persoonlijke kaart een traktatie. De papierknuffel is immers echter dan de cyberknuffel. g
Monitor 1 - 17
A F G H A N I S TA N
A F G H A N I S TA N
Dierenarts in Uruzgan Werken aan de cirkel van veiligheid, water en veeteelt
IN DE AFGHAANSE MAATSCHAPPIJ SPELEN DIEREN EEN CRUCIALE ROL. EEN BELANGRIJK
TEKST EN FOTO’S: LUITENANT-KOLONEL JAAP
GEGEVEN VOOR MENSEN DIE ZICH MET WEDEROPBOUW IN URUZGAN BEZIGHOUDEN, DUS OOK VOOR HET PROVINCIAAL RECONSTRUCTIE TEAM (PRT), DEEL VAN DE TASK FORCE URUZGAN. LUITENANT-KOLONEL JAAP IS NAMENS HET PRT ALS DIERENARTS ACTIEF IN DE AFGHAANSE PROVINCIE. HIJ LEGT UIT WAT HIJ DOET EN TEGENKOMT.
“Ik ben dierenarts en reservist. Dat zijn niet twee zaken die los van elkaar staan, want als ik geen dierenarts was geweest dan was ik waarschijnlijk ook geen reservist geworden. Juist vanwege mijn specifieke vakgebied had Defensie mij nodig, bijvoorbeeld voor wederopbouwprojecten in missiegebieden. Er zijn nog zo’n 150 reservisten in het 1CIMIC Bataljon, allemaal functioneel specialisten op een bepaald civiel gebied. Wat moet nu een dierenarts in een missiegebied? In landen waar onze missies lopen, liepen of misschien gaan lopen speelt het houden van landbouwhuisdieren vaak een grote rol. In de provincie Al Muthanna in Irak bijvoorbeeld, waar Nederland iets meer dan twee jaar aanwezig is geweest, leeft tweederde van de bevolking van de veeteelt. In Uruzgan is dat zelfs 85 procent. Wanneer wij in zo’n land iets aan de toestand (bijvoorbeeld de gezondheid) van de veestapel veranderen, dan beïnvloeden wij de situatie van de bevolking direct. Wanneer het beter gaat met de dieren, gaat het ook meteen beter met de mensen; in hun portemonnee of wat betreft het eten dat ze dagelijks ter beschikking hebben.” Landbouw en veeteelt “De ongeveer 320.000 inwoners van Uruzgan wonen voornamelijk langs de rivieren die door de provincie stromen, in een gebied dat ongeveer tien procent van het totale oppervlak van de provincie beslaat. De mensen bedrijven er landbouw (graan, fruitbomen en illegale papaverteelt) en houden er dieren als schapen, geiten en koeien. Niet in grote aantallen: per familie van gemiddeld twaalf personen één
18 - Monitor 1
of twee koeien en vier of vijf schapen en geiten, en soms wat kippen. Deze dieren moeten zorgen voor het grootste deel van de dagelijkse hoeveelheid eiwit in het eten, in de vorm van vlees en melk. Schapenwol en geitenhaar wordt op de markt verkocht en gaat meestal naar Pakistan voor verdere verwerking. Alles wordt gebruikt: mest, in combinatie met leem, voor de bouw van huizen en gedroogde mest als brandstof. Andere dieren die je hier ziet, maar die voornamelijk voor vervoer en trekkracht zorgen, zijn dromedarissen, paarden, ezels en muilezels. Ten slotte bewaken honden het erf of dorp.” Woestijn “Buiten de bewoonde gebieden bestaat Uruzgan uit een woestijnachtig landschap met dorre vlakten en onherbergzame bergen. Die vlakten worden door de dorpsbewoners en ook door rondtrekkende nomaden gebruikt om hun schapen en geiten te laten grazen. Ze vormen daarvoor gemeenschappelijke kuddes en laten die hoeden door iemand die daarvoor wordt ingehuurd, of ze nemen het hoeden bij toerbeurt op zich. Geiten en schapen worden voornamelijk gehouden voor het vlees. Geiten zijn veel ondernemender dieren dan schapen, waardoor zij vanzelf de leiding over de kudde hebben. Zo’n gemengde kudde maakt veel beter gebruik van het beschikbare voer (planten) dan alleen een kudde schapen. Zoveel beter, dat soms hele gebieden worden kaal gegeten en er niet meer dan een echte woestijn overblijft.” Eeuwenlang hebben de bewoners van Uruzgan geleefd zoals tot voor kort, waarschijnlijk met ups en downs, maar steeds van wat de grond en
het vee hen opleverden, en van een klein beetje handel. Door de politieke toestand sinds 1978, toen de Russen het land bezetten, en de onstabiele periode daarna werd het leven er niet gemakkelijker op. Misschien een even grote invloed op het dagelijkse leven in Uruzgan hebben de jaren van droogte rond 1980 en van 1998 tot 2003 gehad. Tijdens de eerstgenoemde droogte nam de veestapel af met 60 procent en dat was bij het begin van de droogte van 1998 nauwelijks hersteld. In die tweede droogteperiode nam de veestapel met naar schatting 50 tot 80 procent af - in sommige dorpen overleefde geen enkel dier. Tijdens de droogtes daalde het grondwaterpeil sterk, waardoor veel traditionele bevloeiingssystemen, karezes genoemd (een soort ondergrondse kanaaltjes) en waterputten droog kwamen te liggen. De drooggevallen karezes werden niet meer onderhouden. Daardoor functioneerden ze na de droogteperiodes niet goed of helemaal niet meer. Zodoende was er minder water om het land te bevloeien en nam ook de graanproductie af. De tegenstellingen zijn groot: in de winter van 2006-2007 viel er zoveel water in de provincie dat langs de rivieren sprake was van echte wateroverlast. Dat verbeterde niets aan de situatie: omdat de mensen niet in staat zijn het water vast te houden, zwellen de rivieren bij hevige regenval of veel smeltwater in de bergen enorm aan. De overvloed aan water veroorzaakt langs de rivieren grote wateroverlast met als gevolg veel schade aan de landbouw, maar verdwijnt uiteindelijk ongebruikt.
Monitor 1 - 19
A F G H A N I S TA N
Honger en ondervoeding Doordat tegenwoordig de bevolking niet meer in zijn eigen voedselbehoefte kan voorzien, zijn de meeste inwoners van Uruzgan ondervoed. Aangenomen mag worden dat tijdens de laatste droogte veel mensen van honger zijn overleden. De chronische ondervoeding maakt echter ook slachtoffers. Door de ondervoeding is de gezondheidstoestand van de bevolking over het algemeen matig; TBC komt hier bijvoorbeeld veel voor. Van de kinderen die in Uruzgan geboren worden haalt een kwart de leeftijd van tien jaar niet. Een familie in Uruzgan heeft gemiddeld de beschikking over 0,6 melkkoe, een getal dat natuurlijk alleen maar in de statistiek kan bestaan. Eén melkkoe geeft in Uruzgan 1000 liter melk per jaar, een gezin heeft dus per jaar 600 liter melk tot zijn beschikking. Omdat een gezin hier gemiddeld uit 12 personen bestaat, is er dus minder dan een half glas melk per persoon per dag beschikbaar. Dat is minder dan een kwart van wat nodig is - melk wordt niet alleen gedronken, maar er wordt ook kaas en dergelijke van gemaakt. Een gezin heeft gemiddeld minder dan een halve hectare land waarop bijvoorbeeld tarwe verbouwd kan worden. De opbrengst daarvan is nog geen 700 kilo (In Nederland 5000 kilo).
A F G H A N I S TA N
Dat is net genoeg voor de behoefte van vijf personen, de helft van wat nodig is. Er zijn wel grootgrondbezitters die tarwe verbouwen, maar dat is voor de verkoop en geld hebben de mensen in dit arme land maar heel weinig. Arme mensen in Afghanistan werken dan ook vaak, in ruil voor voedsel, bij grootgrondbezitters. PRT Bij alle vormen van verbetering van de levenssituatie, is het belangrijkste probleem: water. Wanneer er voldoende water is, kan de akkerbouw weer een flinke impuls krijgen en zal de veestapel met wat hulp weer kunnen groeien, waardoor de provincie Uruzgan langzaam uit het dal van armoede, ziekte, honger en ondervoeding kan opkrabbelen. Dat een betere veiligheidssituatie daar absoluut voor noodzakelijk is, hoeft geen uitleg. De Nederlanders hebben deze provincie als het ware geadopteerd. Er ligt daarom een mooie, maar waarschijnlijk moeizame taak voor ons. Omdat binnen het PRT het sterke vermoeden bestond dat er op het gebied van veeteelt in Uruzgan het een en ander voor verbetering vatbaar was, is er gevraagd om een functioneel specialist.
Familiedag EUFOR- 7 in ’t Harde
Dat resulteerde in mijn vertrek naar deze provincie op 18 november. Mijn voornaamste taak hier is het geven van meer inzicht in de problemen waar de mensen in de veeteelt mee te maken hebben. Dat zijn dus problemen die gelden voor het grootste deel van de bevolking. Wanneer duidelijk in kaart is gebracht waar die problemen liggen, is het gemakkelijker daarop in te spelen met gerichte projecten.
TEKST & FOTO’S: AD KREMER
OP ZATERDAG 15 DECEMBER WERD DOOR 101 GEVECHTSSTEUN BRIGADE EN ZIJN VRIJWILLIGERS EEN FAMILIEDAG GEORGANISEERD VOOR HET THUISFRONT VAN EUFOR-7 DAT MET ONGEVEER TACHTIG MILITAIREN UITGEZONDEN IS NAAR BOSNIË. DE FAMILIEDAG STOND IN HET TEKEN VAN DE TOEN NADERENDE KERSTDAGEN MET ACTIVITEITEN ALS: KAARSEN MAKEN, JE EIGEN KERSTKAART ONTWERPEN EN MAKEN, OP DE FOTO MET EEN “ECHTE” KERSTMAN EN HET BESCHILDEREN VAN T-SHIRTS.
Eind november was er in Kabul, de hoofdstad van Afghanistan, een conferentie over de veeteelt in Uruzgan. Op deze vergadering was iedere organisatie die iets met dat onderwerp te maken heeft, dus ook verschillende NGO’s, uitgenodigd. Als vertegenwoordiger van het PRT vloog ik van Tarin Kowt naar Kabul om aan de conferentie deel te nemen en meer te horen over de plannen die verschillende organisaties met Uruzgan hebben. Een werkgroep die is voortgekomen uit deze conferentie gaat aanbevelingen doen hoe de situatie van de veeteelt in Uruzgan verbeterd kan worden.”g
Vanaf 9.00 uur konden de ruim veertig gasten een plekje zoeken in de sfeervol aangeklede zaal van het KEK-gebouw waar ’s morgens het informatieve gedeelte werd gepresenteerd. De kinderen vermaakten zich intussen opperbest in de speelhoek waar veel speelgoed beschikbaar was en er gekeken kon worden naar de nieuwste kinderfilms. Als gastspreker was adjudant Leo Wijntjes uitgenodigd die met het allerlaatste nieuws en een mooie fotoserie uit Bosnië was teruggekeerd. Tevens bleek uit het verhaal van de adjudant dat de aanwezigheid van de Nederlandse militairen nog steeds van groot belang is voor de stabilisatie en verdere ontwikkeling van Bosnië. Na afloop van het informatieve gedeelte was er deze keer voor een andere opzet gekozen. Niet een strak afgebakend programma, maar iedereen kon doen waar hij of zij zin aan 20 - Monitor 1
had. Eerst genieten van het overheerlijke Macedonisch warm buffet en dan knutselen of tussendoor even wat eten, alles was mogelijk en zorgde voor een daginvulling die door de gasten zeer gewaardeerd werd. De kaarsenmaker gaf op humoristische wijze een korte cursus kaarsen maken waarna een groot deel van de gasten in een grote kring rond de verwarmde kaarsenvet-ketel plaats nam om de nodige kaarsen te produceren. Een geduldig maar gezellig werkje. Tijdens het kerstkaarten maken bleek maar weer eens dat je veel creatiever bent dan je denkt want er werden echt prachtige kaarten gemaakt. Wat is er mooier dan een exclusieve kerstkaart door jou zelf gemaakt met een persoonlijke boodschap versturen naar je geliefde familielid of vriend die zo ver weg is?
De Kerstman had het druk deze middag want bijna iedereen wilde met hem op de foto. De Kerstman liet het allemaal lachend over zich heen komen en poseerde graag met de gasten. De foto’s werden de mensen toegestuurd en zo kon de foto ook als kerstkaart gebruikt worden. Veel van de foto’s kunt u terugzien op de website van 101 Gevechtssteun Brigade: www.tfa-101gsb. nl. De tweemans-formatie Galaxy zorgde de gehele dag voor een geweldig stuk muziek waarbij de kerstliederen luidkeels werden meegezongen door de gasten. De eerstvolgende familiedag voor EUFOR 7 is de midtermdag op 2 februari 2008 die zich na het succes van deze dag vast wel weer mag verheugen op een ruime deelname. g
Monitor 1 - 21
A F G H A N I S TA N
A F G H A N I S TA N AUTEUR: TLNT MARTIN HUIJDINK
“Ineens je broer tegenkomen is best vreemd” Twee broers lopen elkaar tegen het lijf in Uruzgan
>
ZE WISTEN DAT ZE GELIJKTIJDIG EEN PERIODE IN URUZGAN ZOUDEN ZIJN EN ELKAAR WELLICHT OP KAMP HOLLAND OOK NOG WEL EVEN ZOUDEN TREFFEN. DAT DAT UITEINDELIJK ERGENS IN DE BUURT VAN CHORA ZOU GEBEUREN HADDEN DE BROERS BRAM EN TIM NIET VERWACHT. Wachtmeester Bram (26), groepscommandant van de Bravo groep van 42 BVE (Brigade Verkennings Eskadron) en in Uruzgan onderdeel van Alfa team zit al sinds 9 augustus in het gebied. Voor hem is het vooral uitkijken naar het einde en hij is dan ook al volop bezig met zijn aankomende reis naar huis. “Ik heb het wel gehad voor nu, genoeg meegemaakt, het is mooi geweest.” Eén specifiek moment zal hem bijblijven van de missie. “Ik strandde met mijn YPR toen er een track af liep. Het gevoel dat je geen kant meer op kunt met Taliban in de buurt is niet echt fijn. De tijd die het kost voordat je collega’s je komen halen, lijkt dan wel een eeuwigheid te duren. Dat was behoorlijk stressen”, zegt Bram. “Ik hoorde dat het peloton van Bram naar Chora zou gaan en wij als EOD ook, dus de kans dat ik mijn broer zou zien, zat erin,” vertelt sergeant-1 Tim (29). Hij is assistent ruimer explosieven en lid van het Explosieven Opruimings Commando (EOC). Hij is net in Uruzgan gearriveerd en de ontmoeting met zijn broer vindt plaats tijdens zijn eerste trip richting Chora. “Ik heb voor Tarin Kowt gekozen en niet Deh Rawod, omdat ik in mijn achterhoofd er rekening mee hield dat ik dan Bram misschien nog zou zien”, geeft Tim aan. Hij had zijn broer al wel over de radio gehoord. Voor en tijdens de missie hebben ze ook veel contact gehad. “Ik heb hem alles verteld wat er hier gebeurt”, zegt Bram. “Tim is militair, snapt waar ik het over heb en kan er ook iets mee. Misschien helpt het hem zijn periode hier goed door te komen.” Daar is Tim het wel mee eens. “Thuis hebben we het ook altijd over alles wat we in het leger doen”, zegt hij. Het gelijktijdig in Uruzgan zijn, heeft ook nadelen. Tim: “Het feit dat Bram hier is, maakt je wel ongeruster. Als er ergens iets gebeurt, denk je toch snel: het zal mijn broer toch niet zijn?”
22 - Monitor 1
Beide militairen rijden in dezelfde colonne richting de politiepost bij Sinha als er opdracht wordt gegeven halt te houden en te gaan searchen. Een procedure waarbij uit elk voertuig iemand een check doet rondom dat voertuig en uitkijkt naar mogelijke IED’s (Improvised Explosive Devices oftewel; bermbommen). Ze stijgen uit en kijken elkaar niet veel later in de ogen. Tim: “Om Bram dan ineens tegen te komen was best vreemd, maar wel erg leuk.” Het moment laten de beide broers vastleggen op camera. Later, op de White Compound in Chora, hebben ze meer tijd om bij te praten en de laatste nieuwtjes uit te wisselen. Ook op Kamp Holland zien ze elkaar nu regelmatig. Voor Tim is de missie net begonnen, voor Bram zit het er bijna op. Bram: “We hebben nog een broer die militair is. Die zit momenteel in opleiding. Wie weet dat we in de toekomst wel eens met z’n drieën uitgezonden worden.” g
Monitor 1 - 23
“Lieve schat nog een paar maanden en dan is de grote dag. Ik mis je iedere dag”
TFU-5 KERST-INN MET
TEKST FOTO’S
: MARTIN RASKER : PETER WERKMAN
Valentijnsgroet
Het was koud en nog schemerdonker toen we op 15 december bij de poort van de Johannes Post Kazerne in Havelte stonden. Binnen konden we, samen met de andere vrijwilligers aan de slag met de voorbereidingen voor de Kerst-Inn, een extra uitgebreide familiedag in het kader van de kerstdagen waar immers niemand van het thuisfront compleet is. Na een kort welkomstwoord met koffie werden de taken verdeeld en ging iedereen gelijk aan de slag om alles op orde te brengen voor de komst van het grote aantal bezoekers. Op datzelfde moment waren er, vanuit het hele land, ruim vierhonderd mensen op weg naar Havelte. Vanaf tien uur stroomden de auto’s het terrein op en werden de mensen hartelijk ontvangen door de vrijwilligers van de Thuisfront Organisatie, de aanwezige militairen en de medewerkers van de catering. Voor deze, vooral als gezellig bedoelde Kerst Inn waren alle activiteiten binnen georganiseerd. Bij de ingang van het gebouw konden de mensen de meegebrachte brieven en pakketten voor hun helden gelijk kwijt. Door de hoge opkomst was er al snel een grote berg veldpost. In totaal waren er maar liefst vijf containers vol post die worden verzonden naar alle uitgezonden militairen. Op de weg naar de koffie maakten velen gelijk gebruik van de mogelijkheid om een tekst te schrijven op een grote rol papier. Lopende de dag werden de papierrollen steeds voller. De opmerkingen, groeten en tekeningen die door de bezoekers op de papierrollen zijn gezet, zullen op de locaties in Afghanistan: Deh Rawod, Kandahar en Tarin Kowt als een muurkrant worden opgehangen. Gezien de teksten zullen deze muurkranten vast met veel enthousiasme en ook hilariteit worden gelezen. Behalve door familierelaties werden er ook groeten gedaan namens huisdieren. Zo lazen we bijvoorbeeld: ”Hoi Kees, Ik mis je ook, Tijger” en “Voor Tim een natte lik van Donar”. Nadat iedereen was voorzien van een kop koffie en een lekker stuk kerststaaf was er een kort welkomstwoord. Dit was ook gelijk het enige “officiële” moment van de dag. De Kerst Inn was immers vooral bedoeld als een sociaal samen zijn.
Iedereen kon deelnemen aan allerlei activiteiten, maar gewoon lekker bijpraten met anderen was ook prima. Niets was verplicht, maar er kon veel. Zo was er speciaal voor de kinderen een gezellige knutselhoek gemaakt. Hier was alles aanwezig voor de kids om iets leuks in elkaar te knutselen. Ook werden er foto’s gemaakt van de kinderen met de aanwezige kerstman. Doordat de foto’s ter plaatse werden uitgeprint konden ze, samen met alle andere bont gekleurde briefjes, gelijk ook worden toegevoegd aan de veldpost. Ook de volwassenen konden knutselen aan een groet voor Valentijn. Het was vaak wel even wennen om in december al met Valentijn bezig te zijn. Toch maakten velen graag gebruik van de gelegenheid. Er werden meer dan ook tientallen lieve, hartstochtelijke creatieve en komische wenskaarten gemaakt voor de mannen en vrouwen in Uruzgan. Vanzelfsprekend werd er tijdens deze Kerst Inn een uitgebreide kerstlunch genoten. Door de catering was de ruimte gezellig aangekleed met kerststukjes en andere gezellige versierselen. Ieder liet zich het uitgebreide buffet goed smaken. Het bleek ook een goed moment om bij te praten met tafelgenoten en de ervaringen van de afgelopen tijd onderling te delen. Radio Uruzgan FM was op deze dag ook aanwezig en had een erg populaire activiteit meegebracht. Voor de videocamera kon je een boodschap inspreken voor de relatie op uitzending. Hier moesten de mensen wel een tijdje voor in de rij staan, maar dat vonden de meesten geen probleem. Van emotionele partners tot uitgelaten families verschenen voor de camera om, op geheel eigen wijze, de relatie toe te spreken. Ook Omrop Fryslân (Omroep Friesland) was aanwezig. Voor een uitzending op de lokale televisie volgden ze een vrijwilliger gedurende de dag. Op gepaste wijze werd hierbij de sfeer van de dag en de deelname aan de activiteiten vastgelegd. Bij een Kerst Inn mogen kerststukjes natuurlijk niet ontbreken. Er waren kilo’s kerstgroen, stukken oase, kaarsen en andere versierselen aangeschaft waarmee iedereen een kerststuk kon maken. Logisch dat daar op 15 december grote belangstelling voor was. Wat rond het middaguur nog een eetzaal was, werd later op de dag één grote groene kerststukjesfabriek. De geur van het kerstgroen zweefde na korte tijd door het hele gebouw. Wie van zichzelf geen groene vingers had, had ze aan het einde van deze sessie gegarandeerd wel. Tijdens deze sociale familiedag was er steeds tijd en ruimte genoeg om gewoon lekker met elkaar bij te praten. We zagen dat dit een belangrijke reden is waarom zoveel mensen naar een familiedag als deze komen. Vooral tijdens de gezamenlijke maaltijd en het maken van de kerststukjes was er nadrukkelijk een sfeer van gezellig samenzijn.
Een bezoeker vertelde: “Wat ik mooi vind is het gewoon met elkaar praten, het contact dat vind ik belangrijk. Mijn zoon is nu voor de tweede keer weg.” En met de tranen in de ogen deelde ze haar emoties met de andere aanwezige “lotgenoten”. Voordat de bezoekers echt vertrokken zagen we ze vaak nog in kleine groepjes aan tafels of bij het ophalen van de jassen in de hal bij elkaar. Er werd nog even nagepraat over ervaringen met de uitgezonden relaties en de kaarten, valentijnsgroeten, videoboodschappen en de muurberichten tijdens deze Kerst Inn. “Ik heb nu een echt kerstgevoel”, zei iemand bij het vertrek. Dat was te danken aan de organisatoren van deze Kerst Inn familiedag. Het was een zeer geslaagde dag, die duidelijk heeft voorzien in een behoefte. g
“Kanjer, een lieve valentijnsknuffel van je vriendin, ik ben trots op je!”
24 - Monitor 1
Monitor 1 - 25
A F G H A N I S TA N
A F G H A N I S TA N
Journalist Gijs Wanders maakte in het voorjaar van 2007 de multimediale voorstelling Breekbaar Nieuws, naar aanleiding van een bezoek aan de Afghaanse steden Kabul en Baghlan. In november keerde Wanders terug naar het missiegebied, nu met een zeer bijzondere videoboodschap - van én voor rouwende ouders. Gijs Wanders reisde in november naar Afghanistan met een video van de ouders van de in juni omgekomen militair Timo Smeehuijzen. Zij richtten zich tot de ouders van de negen kinderen die slachtoffer werden van dezelfde aanslag. De familie Smeehuijzen wilde graag haar Afghaanse lotgenoten ontmoeten, maar het gebrek aan veiligheid liet dat niet toe. Daarom nam Wanders een boodschap van hen op en bezocht hij namens hen de vaders van de jonge slachtoffers. Hij interviewde ze en vloog terug met een tas vol waardevolle beelden en aantekeningen. Vlak voor kerst zond de actualiteitenrubriek EenVandaag een reportage uit over zijn reis. Daarin schiep hij een indrukwekkend beeld van het belang van dergelijke ervaringen, het leed van ouders en de boodschappen die daarin doorklonken. Ook maakte Wanders een persoonlijk verslag van de bijzondere trip. Daarvan deelt hij enkele passages met Monitor.
Journalist Wanders met boodschap familie Smeehuijzen naar lotgenoten TEKST : GIJS WANDERS EN PETER WERKMAN
Afghaanse vaders in hun hart geraakt “Op de terugweg volgen we de route van Timo op 15 juni. Ze hadden die dag gespeeld met kinderen, foto’s gemaakt, plezier gehad. De ontspannen sfeer van toen is er nu niet. De militairen zijn op hun hoede. Sinds de aanslag geldt nog sterker: veiligheid voor alles. Ze weten niet meer wie ze kunnen vertrouwen en houden afstand, ook al zouden ze graag anders willen. Al snel ontstaat er een oploop. Van alle kanten dringen zich mensen op. De risico’s nemen daarmee toe. Toch blijven de militairen rustig. Ze houden de mensen op afstand. We kunnen ons werk doen en het monument (op het witte doek staan datum en plaats van de aanslag en het aantal slachtoffers) goed in beeld brengen. We interviewen zelfs enkele kinderen. Eén van hen heeft zijn zusje en tante bij de aanslag verloren. De kinderen zien de Nederlandse soldaten als bevrijders. Twee kinderen weten wat ze later willen worden: dokter, om de gezondheid van de mensen te verbeteren. Over deze ontmoeting schreef ik dit verslagje naar de ouders van Timo: We zijn niet voor niets gekomen. Gisteren hebben we drie vaders ontmoet; twee van hen hebben elk twee kinderen verloren. Ze kwamen hier naartoe in gezelschap van de dokter van het lokale ziekenhuis.
Gijs Wanders met de vader van één van de omgekomen kinderen
We hebben hun aankomst en de wandeling over de basis gefilmd, op weg naar het gebouw waar ze de film hebben gezien. Onze verwachtingen waren bijgesteld naar beneden. Er waren geen moeders bij. Dat vonden we erg jammer. Moeders tonen sneller hun emoties dan mannen. Voor Afghaanse mannen is het een teken van kracht om geen verdriet te tonen. Onze tolk had al gewaarschuwd: ga er maar van uit dat ze om het antwoord heen draaien. Eenmaal binnen hebben we de vaders bedankt voor hun komst. Hier naartoe komen is niet zonder risico. In het kort hebben we ze de bedoeling geschetst van de film. Ze gaven aan dat ze de aanwezigheid van onze camera toch wat moeilijk vonden. We zeiden dat we filmden voor de ouders
van Timo, om hun achteraf te kunnen laten zien hoe de videoboodschap is overgekomen. Toen was het goed. Al tijdens de film zagen we dat de vaders in hun hart werden geraakt. Ze waren zichtbaar ontroerd. Tranen wreven ze uit hun ogen. Indrukwekkend om te zien, mannen met verweerde gezichten, getekend door een hard leven, die emotioneel werden. We hebben alles gefilmd, de gezichten dichtbij, de mannen kijkend naar de film, geprojecteerd op een kale witte muur, de glazen thee met nootjes aan hun voeten. Een van de mannen keek telkens even weg als Laura, de zus van Timo, met haar blote hals in beeld kwam. Maar wat Laura zei, ontging hem niet. Na de film lieten we de meegebrachte foto’s zien. Twee van de drie vaders herkenden hun kind(eren). Ze wezen de kinderen aan. Indrukwekkend. We hebben het gefilmd. De foto’s zijn niet genomen op de plaats van de aanslag maar enkele honderden meters er vandaan. Na de film en de foto’s zijn we de vaders één voor één gaan interviewen. Hun antwoorden waren zo sterk, zo mooi geformuleerd ook. Dat hadden we nooit verwacht. We hadden het geluk dat we een geweldige tolk hadden, een Afghaan die in Nederland woont. Hij voelde de sfeer goed aan, begreep de bedoeling van de film en deed zijn uiterste best om elke zin te vertalen.
Het is zoveel wat we hebben gehoord, te veel om hier te vertellen. Laten we een paar dingen noemen: • • • • • •
•
• •
De vaders zeiden dat het verdriet van de ouders van Timo heel groot moet zijn omdat Timo nog zo jong was, Hun verdriet is groter dan hun eigen verdriet, zeiden ze, want Afghanen zijn gewend aan verdriet, het hoort bij hun leven; maar Nederlanders hebben een goed leven, dan komt de dood veel harder aan; Wat de vaders heel erg vinden is dat Timo in hun land is gestorven; hij kwam om ons te beschermen, zeiden ze, wij wilden hem terugsturen met cadeautjes, maar hij vertrok in een kist; De vaders zien Timo niet als slachtoffer maar als held; ze willen de ouders van Timo uitdrukkelijk laten weten dat hij een held is voor de Afghanen; Telkens weer spraken ze hun bewondering uit voor de kracht en de moed van Karin, de moeder van Timo; één van de vaders zei dat het verdriet van een moeder groter is dan van een vader omdat zij het kind heeft gedragen; De vaders zeiden dat er in Afghanistan veel slachtoffers zijn gevallen uit tal van landen en dat er nog veel méér slachtoffers zijn gevallen aan Afghaanse zijde maar dat het de eerste keer is dat buitenlanders erkenning hebben voor hun verdriet, dat ze het verdriet zelfs met hen willen delen; De ouders van Timo zeggen in de film dat ze graag iets willen doen voor de Afghaanse ouders; de vaders draaien het om: zij willen graag iets voor de ouders van Timo doen. In elk geval hopen ze dat zij op een dag naar Afghanistan komen, ze willen hen ontmoeten; De vaders hebben vreselijke taferelen gezien op de plek van de aanslag; één van hen zei dat hij zag hoe Nederlandse militairen zuurstof e.d. kregen; één van de vaders vertelde dat hij nog steeds bij elk geluid schrikt, hij is getraumatiseerd; De vaders zeiden ook dat ze nog altijd aan hun omgekomen kinderen denken, dat ze vaak naar de begraafplaats gaan; dat ze thuis over hun kinderen praten; ze stoppen het verdriet dus niet weg; de vaders spraken hun waardering, zelfs bewondering uit dat wij waren gekomen, in een gevaarlijk gebied, om deze boodschap over te brengen. En zo is er nog zoveel méér dat er is gezegd. Dit is nog maar ’n fractie.
De reis naar Uruzgan was indrukwekkend en onvergetelijk. Zo snel als ’s middags de duisternis invalt, zo snel komt in de ochtend het licht. Lange tijd ligt er een lichtkrans op de bergtoppen, alsof er een snoer over de bergkammen is gelegd. Vanachter de bergen stralen bundels licht naar de hemel. Dan komt de zon, de eerste felle stralen. Binnen een halve minuut is ze boven de bergen uitgetild en is het volop dag in Kamp Holland.” g
Gijs en Tahmina en hun beveiliging
26 - Monitor 1
Het monument dat voor de negen omgekomen kinderen is opgericht Monitor 1 - 27
ALGEMEEN
ALGEMEEN
‘Soms ben ik bang dat papa zich pijn gaat doen’
W I J H A L E N E R H E T B E S T E U I T, MET IEDEREEN DIE WE LIEFHEBBEN ! ’
TEKST EN FOTO’S: MARLIES VERBEEK
STOEIEN DE ORANJEKAZERNE IN SCHAARSBERGEN KRIJGT BIJZONDER BEZOEK. NIET ALLEEN DE FAMILIELEDEN VAN NAAR AFGHANISTAN UITGEZONDEN MILITAIREN ZIJN AANWEZIG, OOK DE GOEDHEILIGMAN IS MET ZIJN PIETEN VAN DE PARTIJ. EEN EXTRA DIMENSIE AAN DE THUISFRONTCONTACTDAG. ‘We hebben regelmatig contact met elkaar via de MSN en af en toe door de telefoon’, zegt Esther. De man van Esther, sergeant eerste klasse Othi, vertrok naar Afghanistan.
Farah, het vijfjarige dochtertje van Esther en Othi is klaar met dansen en geeft haar commentaar op de situatie. ‘Niet leuk, ik wil graag weer met hem stoeien’, zegt ze zonder twijfel. ‘Af en toe belt papa, maar liever wil ik hem gewoon zien. Ik heb al wel tekeningen naar hem toegestuurd. Soms ben ik bang dat papa zich daar pijn gaat doen want het kan daar gevaarlijk zijn. Ook thuis is het anders want papa ligt niet meer naast mama in bed. Soms praat ik met mama over de uitzending, maar zelf vind ik het niet prettig daar met anderen over te praten. Ik doe liever andere dingen. Op school ben ik bezig met de voorbereidingen voor een optreden voor Sinterklaas. Ook heb ik al twee keer mijn schoen gezet en heb ik mijn veterstrikdiploma gehaald! Nu vind ik het niet leuk dat papa weg is, maar als hij straks weer bij ons is, komt alles goed’, zegt ze breed glimlachend. Willemien en Hans zijn de schoonouders van Othi. ‘Het is nu een drukke tijd maar van januari tot eind maart, begin april is nog een lange tijd. We missen hem bij de feestdagen en ook voor de kinderen is het een lange tijd. We hebben contact via de telefoon en horen veel via onze dochter. We maken ons regelmatig zorgen vooral als er weer vervelende mededelingen op de televisie zijn. Het liefst wil je zoveel mogelijk contact, maar helaas is de telefoonverbinding niet altijd even goed. Dat is frustrerend, vooral voor hem.’
Als ik het moeilijk heb, staan mijn ouders en schoonouders voor mij klaar wat een geruststellende gedachte is.’ ‘Bij mij overheerst het gevoel van trots’, zegt schoonmoeder Henriëtte. Soms ben ik best een beetje ongerust. Ik mis zijn bezoekjes, maar wil hem ook de ruimte geven een beetje los te komen van het thuisfront zodat hij zich volledig op zijn werk kan storten. Het belangrijkste dat ik voor hem kan doen, is veel met mijn dochter en dus zijn partner optrekken. Natuurlijk is het voor ons heerlijk als hij er straks weer is, maar voor hem zal het wennen zijn. Ik vind het dan ook belangrijk dat hij zijn draai weer weet te vinden als hij weer in Nederland is.’
SCHAKEL
BEZOEKJES
Samen met haar ouders en haar twee dochtertjes Farah en Brynn, is ze aanwezig op de thuisfrontinformatiedag. Terwijl haar twee jonge meiden enthousiast met de Pieten en andere kinderen een zogheten ‘Jump’ dansen, vertelt Esther over de periode voorafgaand aan het vertrek van haar man. ‘De tijd voor de uitzending was erg intensief. Het is enorm enerverend hoe je samen naar de datum van vertrek toewerkt. Nu hij vertrokken is, moeten we behoorlijk wennen. Ons voordeel is dat we thuis veel mensen om ons heen hebben die ons bijstaan. Natuurlijk leeft onderhuids de angst dat Othi iets kan overkomen en dan is het erg prettig te weten dat er genoeg mensen zijn bij wie ik terecht kan met mijn gevoelens en zorgen. Ook hem valt het zwaar zijn twee dochters te moeten missen.’ Voor Esther en haar kinderen is het prettig dat de feestdagen voor de deur staan. De jonge moeder vindt genoeg afleiding in de voorbereidingen van het Sinterklaasfeest, de kerst en oudejaarsnacht. Over wat ze daarna gaat doen, moet ze alleen nog even nadenken. ‘In januari zal ik zelf wat creatiever moeten zijn om de periode tot eind maart, begin april goed door te komen, maar dat zien we dan wel weer.’
28 - Monitor 1
Daniëlle is de partner van korporaal Claas-Jan die nog maar net aan zijn uitzending is begonnen. Samen met haar moeder Henriette, aanwezig bij deze familiecontactdag.
De dagen voorafgaand aan de uitzending waren het lastigst. Je zit maar wat te wachten en je weet niet wat er gebeuren gaat. Toen hij eenmaal in de bus stapte met zijn collega’s, was het echt en begonnen de eerste zorgen. Gelukkig zijn ze goed aangekomen en dat geeft weer wat rust.’ Albert laat niet alleen zijn vrouw en familie achter, maar ook zijn acht maanden oude zoon. ‘Het is moeilijk voor hem zijn zoontje achter te laten. Ik red me wel en dat weet hij ook. Natuurlijk heb ik ook mijn mindere momenten. Gelukkig kan ik dan rekenen op de steun van mijn familie, de dominee, vrienden en de buren. Wij halen er het beste uit, met iedereen die we liefhebben!’ “Ik ben trots op hem”, zegt Liesbeth, zus van Albert. ‘Ik weet dat hij goede dingen doet. Ik mis hem wel en maak mij af en toe zorgen. Van tevoren heeft hij me wel gerustgesteld en gezegd dat ik me niet al teveel zorgen moet maken. Dat hij zijn kleine zoontje een tijd niet zal zien, is niet gemakkelijk voor hem. Het is de eerste uitzending na de geboorte van zijn zoon en ik probeer zoveel mogelijk tijd met de kleine door te brengen zodat hij veel plezier heeft. Ik vertrouw erop dat mijn broer zijn leventje na de uitzending probleemloos zal oppakken en weer geniet van zijn zoontje zoals vanouds. Metje en Arnold, de ouders van Albert zijn ook trots op hun zoon en hopen dat hij weer gezond bij zijn gezin mag komen. Het verschil met de vorige uitzending is dat hij nu getrouwd is en vader van een zoon. Daarnaast is deze uitzending risicovoller. Gelukkig gaat de tijd snel. We werken en mogen als oppassers veel tijd doorbrengen met onze kleinzoon wat natuurlijk heerlijk is. Nog beter zou het natuurlijk zijn als we weer helemaal compleet zijn! g
Peter en Annette zijn de ouders van Cari, soldaat eerste klas. Samen met het zusje van Cari, Ilja kijken ze rond op de kazerne waar ook de Sint en zijn Pieten nog steeds voor het nodige vermaak zorgen. Vader en moeder zijn erg trots op hun dochter, maar erkennen haar afwezigheid wel als moeilijk te ervaren. ‘We vinden het echt heel moedig en knap van haar, maar voor ons is het wel lastig. We zijn een heel hecht gezin en er ontbreekt gewoon een schakel in de ketting, zegt Cari’s moeder ontdaan.
Ook zij hebben net als zoveel achterblijvers, contact met elkaar via MSN, telefoon, mail of de ouderwetse post. Toch verandert er ondanks de vele contactmogelijkheden vaak veel aan de daginvulling van de achterblijvende partner. ‘Ik doe veel aan hardlopen en zorg voor een overvolle agenda.
Ook de familie van sergeant Albert is goed vertegenwoordigd. Willeke is de partner van Albert en zegt ondanks alles, gewend te zijn aan zijn soms langere afwezigheid. De uitzending ervaart ze toch iets anders. ‘Ik ben gewend dat hij langere tijd van huis is, maar de periode voorafgaand aan de uitzending en de periode zelf, is wennen.
Monitor 1 - 29
A LF G EHM E EI SNTA N AN
KLEINE MISSIES
Hallo Max, Mijn naam is Conan. Mijn baasje is voor een tijdje naar Kandahar. Hij is nog niet zo lang weg, maar het lijkt al eeuwen. Ik mis mijn baasje vooral als ik wil spelen met mijn rode monster. Met het vrouwtje is dit niet zo leuk, zij stopt al na twee minuten. Het baasje probeert mij altijd voor de gek te houden door het monster zogenaamd weg te gooien. Ik doe dan net als of ik niet weet waar het monster is, maar weet natuurlijk dat hij achter zijn rug ligt. Maar ja, dat houdt het baasje wel scherp. Ik ben blij als hij weer thuis is veilig bij mij. Dan kunnen we weer lekker samen op de bank slapen.
Nederlandse deelname aan
EUFOR
(European Union Force)
Heel veel liefs van opper Conan
“Hallo”
AUTEUR FOTOS
NOG ALTIJD DRAAGT DE NEDERLANDSE KRIJGSMACHT BIJ AAN DE MISSIE EUFOR IN BOSNIË-HERZEGOVINA. MOMENTEEL ZIJN ER NOG ONGEVEER TACHTIG MILITAIREN OP UITZENDING IN DIT VOORMALIGE JOEGOSLAVISCHE LAND. EEN OVERZICHT VAN DE NEDERLANDSE BIJDRAGE AAN DE WEDEROPBOUW IN BOSNIË.
Woef! Oftewel: alweer bedankt voor alle ingestuurde reacties. En nog steeds blijft mijn oproep dezelfde: huisdieren van de Landmacht, laat je horen! Of je nou een sippe Sint Bernard, een verveelde goudvis, een logerende cavia of een meelevende lapjeskat bent, jouw boodschap aan je uitgezonden ‘soulmate’ is altijd welkom. Ongeacht waar je baasje op uitzending is. Ook een leuke (digitale) foto van je eigen snuit is altijd leuk! Vermeld wel bij je boodschap om welke uitzending het gaat en hoe je baasje heet. Je kan een brief (als Worddocument) sturen naar
[email protected].
De Nederlandse militairen zijn verdeeld over diverse locaties: •
Hallo Max,
Hoi lieve Max, In november is mijn baasje Arjan vertrokken naar Afghanistan. Dat was voor mij en mijn broer Streep niet zo leuk, want we begonnen net aan elkaar te wennen. Ook aan het gesnurk ’s nachts van de baas. Maar niet getreurd, het vrouwtje is heel lief voor ons en vertelt ons wat het baasje allemaal van zich laat weten. We willen de baas laten weten dat hij zich geen zorgen hoeft te maken over het vrouwtje, want daar zorgen wij katten wel voor. We zijn stoere katten en bewaken het fort tot de baas weer thuis is. Ook houden we zijn plekje op bed warm, wat het vrouwtje soms niet zo leuk vindt, want dan moet ze het beddengoed weer verschonen. Bedankt dat we ons even mochten laten horen.
Hoe gaat het met je? Met ons gaat het goed. We zullen ons even voorstellen: we zijn twee konijnenzusjes en we heten Huppel en Fluffy. We zijn nu vijf maanden oud en zo lang zal ons baasje ook ongeveer wegblijven. En neem maar van ons aan, dat is best lang! We dachten bij onszelf, laten wij, als konijntjes, ook maar een keertje wat schrijven aan jou! Eigenlijk willen wij via deze weg aan ons baasje Teun laten weten dat alles goed gaat met ons. Ons baasje zit nu al twee maanden in de Afghaanse zandbak. Wij weten ook niet zo goed wat dat is, maar dat zeggen ze hier steeds! Ons bazinnetje, jouw vrouwtje, mist jou heel erg! Hoe wij als konijnen dat weten? Ze knuffelt steeds met ons en eigenlijk houden we daar niet zo van! Huppel vind dat echt niet zo leuk, ze kan namelijk niet zo lang stilzitten en houdt niet van al dat gefriemel! Dus baasje, ook wij zouden jou graag weer thuis zien, want dan kan het vrouwtje weer met jou knuffelen en hebben wij weer een beetje rust! Al willen wij zelf jou ook graag weer zien, want Fluffy is al een beetje vergeten hoe je ook alweer ruikt! Nou, tot gauw dan maar! Een pootje van Huppel en een likje van Fluffy! P.S.: We zijn trouwens alweer een stukje gegroeid!
•
•
•
•
Vier Liaison and Observation Teamhuizen (LOT-huizen) met Nederlandse militairen staan in Travnik, Livno, Mrknijc Grad en Dvar. Elk LOT-huis wordt bemand met acht Nederlandse militairen. RCC-1 (Regional Coördination Centre) te Banja Luka. Dit RCC staat Banja Luka. RCC-1 staat onder Nederlandse leiding. Er zijn zes Nederlanders werkzaam binnen het RCC-1. Verder zijn er op dit RCC in totaal vier andere militairen van Chileense, Roemeense en Zwitserse nationaliteit werkzaam. HQ EUFOR/NAVO in Sarajevo. Binnen de multinationale staf worden zestien functies vervuld door Nederlanders. IPU (Intergrated Police Unit) te Sarajevo. Een politierecherche-eenheid, bestaande uit diverse politie-elementen, waarbinnen Nederland vier functionarissen in de staf vervult, naast tien specialisten. NSE (National Support Element) in Sarajevo met acht Nederlandse militairen en in Banja Luka met twee Nederlanders.
RCC Het operatiegebied van EUFOR is verdeeld in vijf regio’s. Nederland heeft de leiding over één van de vijf coördinatiecentra van de Europese vredesmacht, Regional Command Centre-1 in Banja Luka.
De LOT-huizen in de regio’s worden met behulp van deze coördinatiecentra door de Commandant EUFOR aangestuurd. Een RCC coördineert binnen het systeem van LOT-huizen en heeft voor zijn gebied een overzicht voor wat betreft de algehele situatie. De LOT-huizen zijn de belangrijkste militaire aanwezigheid in het gebied, met een zeer nauwe relatie met de lokale bevolking, autoriteiten en internationale spelers in het veld. LOT-HUIZEN Volgens de huidige LOT-structuur zijn er 45 LOT-huizen, verdeeld over de vijf regio’s. De militairen die werken in de LOT-huizen (zie foto’s) zijn de ogen en oren zijn voor Commandant EUFOR. Deze teams hebben een intermediaire functie tussen burgers en de verschillende lokale autoriteiten, diverse internationale non-gouvernementele organisaties (ngo’s) en de internationale troepenmacht in het land. Op deze manier wordt een belangrijke bijdrage geleverd aan de wederopbouw van het land. Doordat de LOT-huizen in normale woonwijken staan, is er een direct contact met de bevolking. Binnen de Nederlandse regio (RCC-1) nemen vijf landen deel met in totaal elf LOT-huizen: Bulgarije met één huis, Roemenië, Zwitserland en Chili elk met twee huizen en Nederland met vier huizen. HOOFDKWARTIER Op het hoofdkwartier van EUFOR zijn op dit moment zestien Nederlandse militairen werkzaam in operationele en operationeel ondersteunende functies.
: PETER MAASSEN : BAAN RIJNSBURGER
NSE Het National Support Element (NSE) bestaat uit tien medewerkers, waarvan er twee in Banja Luka zijn geplaatst. De overige medewerkers zijn gestationeerd op de locatie Sarajevo. Het NSE is verantwoordelijk voor de nationale personele en materiële instandhouding van de EUFOR-missie. HUISVESTING De militairen van de LOT-organisatie werken en leven in de zogenaamde LOT-huizen. De militairen van het RCC-1 werken in het RCC-house en hebben daarnaast de beschikking over een aantal slaapcontainers waar zij hun leef- en slaapruimte hebben. De militairen werkzaam binnen HQ EUFOR, IPU en NSE werken in de daarvoor bestemde gebouwen op kamp Bitmir in Sarajevo. Op kamp Bitmir wordt gewerkt en geleefd in een zeer internationale omgeving. De slaapverblijven bevinden zich in diverse legeringsgebouwen op het kamp. ONTSPANNING Elke locatie beschikt over een beperkte hoeveelheid sportuitrusting. Vanuit de LOT-huizen en het RCC begeeft het personeel zich regelmatig onder de bevolking. Kamp Bitmir is voorzien van diverse restaurants en vele winkels waar allerlei (militaire) spullen te koop zijn, de zogenaamde PX-shops. Daarnaast beschikt het kamp over een gymzaal waar gesport kan worden. Verder bevindt zich in het gebouw van de Nederlandse NSE een echte Nederlandse bar, die ook door andere nationaliteiten wordt bezocht. g
IPU Binnen de Integrated Police Unit (IPU) voert een detachement (veertien militairen) van de Koninklijke Marechaussee recherchetaken uit, gericht tegen onder meer de georganiseerde misdaad.
Een dikke knuffel van Vlek
30 - Monitor 1
Monitor 1 - 31
KLEINE MISSIES
KLEINE MISSIES
Afscheid van Abyei NA ENKELE WEKEN VERLOF OP HET EILAND ZANZIBAR KEERDE EISSO KRONENBERG IN NOVEMBER 2007 TERUG OP ZIJN STANDPLAATS ABYEI IN ZUID-Soedan. DAAR WAS HIJ NAMENS DE VERENIGDE NATIES WERKZAAM ALS WAARNEMER, DIE TOEZIET OP NALEVING VAN EEN VREDESVERDRAG. HIJ BESCHRIJFT DE LAATSTE LOODJES VAN ZIJN UITZENDING; INTUSSEN IS HIJ TERUGGEKEERD IN NEDERLAND.
Abyei, 25 november 2007 keerde ik terug in Abyei. De situatie was niets veranderd. Gelukkig. Dat betekende namelijk dat er nog steeds een status quo is. Ondanks alle dreiging van conflicten, ondanks de stoere taal in de media van beide kampen. Het lijkt wel hoe harder de hot-shots in Khartoum en Juba schreeuwen dat ze Abyei nooit zullen opgeven, hoe vastberadener de lokale leiders worden om toch vooral de zaak niet uit de hand te laten lopen. En dat is een goed teken. Ondertussen is het klimaat weer aan het veranderen. Dat merk je pas goed als je na twee weken weer terugkomt. De nachten worden wat koeler, nu 16 of 17 graden. Tevens zijn de meeste insecten als bij toverslag verdwenen. Maar andere soorten verschijnen weer, zoals sommige enorme platte kevers (8 tot 10 centimeter lang. Echt groot, dus). De miljoenpoten zijn vrijwel verdwenen, evenals de padden. Er blijken nu ook muizen te leven, die zo tam zijn dat ze bijna uit je hand eten. Zal wel voedsel voor de slangen zijn, nu de padden zich hebben teruggetrokken.
De hagedissen hebben jongen gekregen, die je nu overal weg ziet schieten. Het wordt ook steeds vroeger donker. De temperaturen overdag gaan langzaam omhoog, mijn thermometer registreert regelmatig boven de 50 graden en het schijnt de komende maanden nog heter te worden. Het olifantengras, dat de afgelopen maanden erg snel tot onmaaibare hoogte (twee tot drie meter) groeide, is nu al weer helemaal aan het verdrogen en het groene van de omgeving neemt zienderogen af. Het gras wordt nu op grote schaal geoogst door de lokale bevolking, omdat dat nodig is voor de twee- tot driejaarlijkse vervanging van de daken van hun toekels. Nu het regenseizoen voorbij is, zijn de wegen in het dorp en op het kamp weer hersteld en kunnen de vrachtwagens Abyei weer bereiken. Dat betekent dat er weer voorraden van diverse artikelen kunnen worden aangevoerd. Maar ook op de markt in het dorp zijn weer verschillende producten te koop, zoals tomaten en limoenen. Om de een of andere reden zijn de uien bijna op.
AUTEUR : EISSO KRONENBERG/PETER MAASSEN FOTO’S : EISSO KRONENBERG
Vluchtelingen en vertrouwen Abyei groeit nog steeds, er kwamen al heel veel vluchtelingen terug naar Abyei, maar dat blijft ook doorgaan. Je merkt het aan de nieuwe toekels die gebouwd worden en er gaan ook nieuwe winkeltjes open. Zo heeft onze vaste broodbakker en -verkoper een deel van zijn ruimte nu verhuurd aan een slager, die onder het afdakje nu lappen vlees aan stukken staat te hakken. Er is ook een “theejuffrouw” bijgekomen. En de eigenaar heeft zelfs een vrachtwagenlading aarde laten komen om alle gaten op zijn parkeerplaats te vullen, een ongekende service. Ook direct naast het UNMIS-kamp is er een middenstander bijgekomen. Naast de enorme verkeersdrempel, waar al menig ezelkar zijn einde heeft gevonden en al menig carter is gesneuveld, is nu een vrachtautowerkplaats ontstaan. Maar ook op de markt zie je steeds meer ondernemers. Vertrek December 2007. Nu loopt mijn periode in Soedan loopt ten einde. Ik moet mijn spullen gaan pakken en mijn kisten gaan opsturen. De voorbereiding op mijn vertrek zijn begonnen. Deze reeks verhalen komt dan ook bij deze tot een einde. Ik hoop dat ik enigszins een beeld heb kunnen geven van hoe ik me hier bezig heb gehouden en welk krachtenveld de VN hier moet werken. Wellicht tot een volgend avontuur vanaf een ander plekje van deze aardbol.”g
32 - Monitor 1
Monitor 1 - 33
A F G H A N I S TA N
A F G H A N I S TA N
TEKST: PADMINI RIENSTRA FOTO’S: JAN BUDDING
NA DE BEVALLING Op 4 december vertrok Rienk richting Deh Rawod. Op 13 december beviel Natascha van een gezonde mooie dochter met de naam Lotte. Proficiat!
Bevallen tijdens een uitzending SERGEANT-1 RIENK IS ALGEMEEN MILITAIR VERPLEEGKUNDIGE (AMV’ER) EN VERTROK 4 DECEMBER NAAR DEH RAWOD. ZIJN PARTNER NATASCHA, WERKZAAM BIJ DE KONINKLIJKE MARINE BIJ DE GENEESKUNDIGE DIENST, IS DAN HOOGZWANGER. IN JANUARI 2008 WAREN ZE UITGEREKEND. EEN BIJZONDERE SITUATIE, MET RIENK IN AFGHANISTAN EN NATASCHA IN FRIESLAND. EEN VERHAAL OVER DE SITUATIE VOOR ÉN NA DE BEVALLING.
TIJDENS DE ZWANGERSCHAP Natascha is op het moment van schrijven 34 weken zwanger en voelt zicht prima. “We genieten er nog heerlijk van zo de laatste tijd samen.“ Als alles goed gaat ben ik 5 januari uitgerekend, een mooi begin van het nieuwe jaar. We leven er wel echt samen naar toe, we hebben de babykamer al klaar. En omdat het natuurlijk niet zeker is of Rienk op tijd is voor de bevalling, hebben we besloten om het moment dat je hoort welk geslacht het kindje heeft wel samen te kunnen beleven. Via een echo weten we nu al of het een jongetje of een meisje wordt. “ De aanstaande bevalling Er is een speciaal scenario om Rienk op tijd thuis te krijgen voor de bevalling. Want hij wordt teruggevlogen zodat hij op 2 januari 2008 weer thuis is. Rienk: “Gelukkig hebben we een verloskundige die mee wil werken aan het inleiden van de bevalling. Er wordt in het ziekenhuis en door Defensie heel goed meegedacht om de situatie zo goed mogelijk te laten verlopen. Als het kindje niet te vroeg wordt geboren, ben ik gewoon bij de bevalling en daarna hoop ik nog een paar dagen thuis te kunnen genieten voor ik weer terug naar Deh Rawod ga. Mocht het kindje eerder komen… Rienk beaamt dat de mogelijkheid er in zit. Maar ook dan wordt er vervoer naar huis verzorgd. “Via het Sitcen hoor ik van Natascha dat de bevalling is begonnen, of dat ik al vader ben geworden. Daarna kan ik zo snel mogelijk naar huis.
34 - Monitor 1
Ik heb gelukkig een job op het kamp in Deh Rawod, dus ik kan zulke informatie snel ontvangen. Dat ligt toch anders als je de poort uit gaat. Mijn collega’s leven allemaal mee en willen extra shifts draaien zodat ik naar huis kan.” Natascha: “Mocht Rienk niet bij de bevalling aanwezig kunnen zijn, dan is mijn moeder erbij. Verder heb ik veel steun van Rienks moeder. Ik zie niet tegen de bevalling op. Eigenlijk ben ik meer bezig of Rienk wel of niet op tijd is.” Afscheid Natascha: “Door de hormonen ben ik nu misschien wel wat emotioneler. Maar ik denk niet dat het afscheid in Garderen nu zwaarder zal zijn. Je zult elkaar altijd wel missen, maar nu is het toch wel iets anders.” Rienk: “We praten er veel over, elk scenario hebben we doorgenomen. De beslissing om deze uitzending wel te doen en bijvoorbeeld niet mee tegaan met TFU-6 is weloverwogen. Ik heb met deze groep het hele voortraject doorgelopen. Een band met mijn collega’s opgebouwd. Zij kennen de situatie en leven heel erg mee. Bovendien denk ik dat het zwaarder is om het kindje te missen wanneer het wat ouder is dan in de eerste paar maanden. Een kindje verandert veel in de eerste drie tot zes maanden. Meer dan in de eerste paar maanden. Nu ben ik er weer als het kindje ongeveer drie maanden maand is. Ik mis dan in verhouding minder dan wanneer ik met TFU-6 mee zou gaan.”
Hoe is de bevalling verlopen? Natascha: “De bevalling ging vrij snel. Meteen nadat de vliezen braken heb ik het Sitcen gebeld over mijn opname in het ziekenhuis. Ze waren heel vriendelijk en behulpzaam. Toen de vliezen braken heb ik flink gehuild omdat Rienk niet bij de bevalling aanwezig kon zijn, maar gelukkig zijn beide oma’s bij de bevalling geweest. Dat was een grote steun en ik heb veel support van iedereen in het ziekenhuis gehad. Daar was ook alle begrip voor de situatie.”
De mensen in het ziekenhuis verwachten me al en ik kon direct doorlopen naar de afdeling.” Natascha: “Gelukkig was Rienk er vrij vlot, dus kon hij Lotte zelf aangeven bij de burgerlijke stand. En hij kon ons als trotse papa samen van het ziekenhuis naar huis brengen. Dat is natuurlijk het mooiste: als gezinnetje thuis zijn.”
De situatie van Rienk tijdens de bevalling Rienk: “Mijn 24-uursdienst zat er net op. Toen kwam de bedrijfsmaatschappelijk werker (BMW’er) langs en vroeg me even mee te lopen. Nou ja, dan weet je genoeg. Hij zei: ‘ik heb een bericht maar het is geen slecht nieuws.’ De bevalling was begonnen. Ik was totaal overdonderd! Vanaf dat moment was het een grote waas. Operationele Personeelszaken (OPZ) regelde dat ik met een helikopter van Deh Rawod naar Tarin Kowt kon. Toen per heli naar Kandahar. Daar heb ik naar het ziekenhuis gebeld en vertelde Natascha me dat ik vader was geworden. De vervolgtrip heb ik aan een stuk door gelachen. Mijn dag kon niet meer stuk! Maar ik wilde wel zo snel mogelijk naar huis. Iedereen die ik tegenkwam op de terugreis wenste me succes en wenste me geluk. Petje af voor Defensie dat mijn terugverplaatsing zo snel is verlopen. Uiteindelijk ben ik de nacht van vrijdag op zaterdag in Nederland aangkomen en vanaf Eindhoven meteen richting ziekenhuis gegaan.
Het vervolg van de missie Rienk en Natascha hebben te horen gekregen dat Rienk na Kerstmis weer terug moet naar Deh Rawod. Rienk zelf gaat een stuk geruster weg dan de vorige keer. “Het is wel heel dubbel om je vrouw en pasgeboren dochter alleen te laten. Maar ik heb ook zin om weer bij mijn collega’s daar te te zijn. Voor Natascha zijn de dagen nu ook beter gevuld dan na het vorige afscheid.“ Natascha: “Zo’n kleintje houdt je wel bezig! Straks komt de kraamvisite lekker opgang. We hebben het in het begin bewust rustig gehouden omdat we met elkaar willen genieten. We hebben nu alleen de naaste familie en vrienden op visite hebben gehad. Straks is er volop tijd voor andere visites. Daarvoor hebben we ook een kraamboekje gemaakt. Iedereen die is geweest komt op de foto en mag een stukje schrijven. Dat is leuk voor Rienk en later ook voor Lotte. Zo maakt Rienk toch alles mee, ook al is hij daar. En ik maak natuurlijk heel veel foto’s!” g
Monitor 1 - 35
A F G H A N I S TA N
KLEINE MISSIES
EEN KIJKJE ACHTER DE SCHERMEN BIJ URUZGAN FM EEN ONTSPANNEN VERBINDING TUSSEN MILITAIR EN THUISFRONT
Het leven van alledag in Bujumbura
Vluchtelingenstroom richting Bujumbura TEKST : ALWIN VAN DE BOOGAARD/PETER MAASSEN FOTO’S : ALWIN VAN DE BOOGAARD
URUZGAN.FM VERZORGT EEN RADIOPROGRAMMA VOOR MILITAIREN OP UITZENDING IN URUZGAN EN ANDERE DELEN VAN DE WERELD. IEDERE WERKDAG BRENGT DE ZENDER MUZIEK EN INFORMATIE. URUZGAN.FM IS EEN INITIATIEF VAN 3FM IN SAMENWERKING MET DE WERELDOMROEP. HET PROGRAMMA IS NU EEN JAAR IN DE LUCHT.
René aan het telefoneren met Kamp Holland om de weerman aan de lijn te krijgen. Even later is het zover: de nieuwe weerman uit Uruzgan geeft vanuit Kamp Holland het weerbericht door. Annemieke wisselt wat grapjes met hem uit en vraagt lachend of hij de weerspreuken zelf bedenkt, of net als zijn voorganger van internet haalt.
Na het passeren van diverse slagbomen en poortjes die de indruk wekken dat de beveiliging niet zomaar te passeren is, worden we in het NOS-gebouw opgevangen door René Arendsen, een van de programmamakers. René gaat ons voor door een doolhof van gangen totdat we voor een afgesloten grijze deur komen. Achter deze deur bevindt zich de kleine maar knusse studio van Uruzgan.FM. Een paar minuten later komt met een luid ‘hé, leuk, we hebben weer studiogasten!’ DJ Annemieke Schollaardt binnen.
Als het programma halverwege is, is het de beurt aan René om de nieuwtjes van de dag te presenteren; militaire nieuwtjes over de aanschaf van nieuw materieel en ander nieuws wat betrekking heeft op Uruzgan. Voor we het in de gaten hebben, zwaait even later de microfoon onze kant op. Annemieke betrekt ons als redactieleden in het programma en vraagt ons iets te vertellen over Monitor en het artikel wat we over Uruzgan.FM willen schrijven. Johan, de echtgenoot van een van de redactieleden, vertrekt eerdaags naar Deh Rawod en is met ons mee gekomen. Annemieke vraagt in twee minuten honderd uit, waarna het tijd is voor de door ons uitgekozen plaat: U2 & Greenday met ‘The Saints Are Coming’. Voor we het beseffen is het 17.00 uur en sluiten Annemieke en René af met een korte vooruitblik naar de uitzending van de volgende dag. ‘En ja’, roept Annemieke verheugd, ‘dan hebben we alweer gasten in de studio. Tot morgen!’ g
Wat niemand ziet is dat om negen uur s’ ochtends, ruim voor de uitzending begint, de programmamakers al bij elkaar zijn gekomen om de uitzending voor te bereiden. Een draaiboek wat niets aan het toeval overlaat, wordt besproken en bijna met militaire precisie samengesteld. De goede voorbereiding en de enorme toewijding van de makers aan het programma zorgen voor de unieke en spontane sfeer van het programma waardoor de luisteraars thuis en op missie zich met elkaar verbonden voelen. Uit het programma blijkt tevens hoe zeer de betrokkenheid vanuit de samenleving voor de missie is.
KOLONEL ALWIN VAN DE BOOGAARD IS VOOR LANGERE TIJD OP UITZENDING IN HET AFRIKAANSE BURUNDI, NAMENS DE VN-MISSIE BINUB. IN DIT VERHAAL ZIJN RELAAS OVER DE SITUATIE IN HET LAND.
Indruk op mij maken elke dag de terugkerende vluchtelingen. Het hele Grote Meren-gebied herbergt er honderdduizenden. Elk land heeft wel vluchtelingen uit een ander land. Als het in een regio niet goed gaat, pakken de mensen hun hebben en houwen bij elkaar vertrekken ze. Dat betekent: de kinderen, een matras, wat potten en pannen en een verdwaalde geit. Het vluchten gaat maar over een ding: veiligstellen van wat je hebt, je leven. De hut die je achterlaat, kun je later weer uit stro, klei, bamboe en bladeren opbouwen. Probleem is echter dat je nergens echt welkom bent. Je legt beslag op het land dat de ander wil bebouwen. De lokale bevolking wordt al snel jaloers als wordt opgemerkt dat vluchtelingen elke dag wat rijst en bonen krijgen. De locals proberen er dan bij te komen, maar dat mislukt meestal omdat de vluchtelingen bij aankomst worden gefotografeerd. De vluchtelingen die ik elke morgen zie, zijn Burundezen die zijn teruggekeerd, het merendeel uit Tanzania. De regering uit dat land begint met zachte én harde maatregelen de Burundezen terug te sturen
Er is wel een terugkeerprogramma van de UNHCR, dat regelt dat per jaar 150.000 vluchtelingen mogen terugkeren, maar gezien de gespannen politieke verhoudingen van dit moment is er weinig animo om terug te keren. Aangekomen bij de UNHCR word je “gelegerd” in de open lucht, naast een stroompje water. Je krijgt een klamboe en je zoekt vier stokken om een tentje mee te bouwen. Je stuurt je kinderen op weg om hout te sprokkelen, je potje kook je in de open lucht en de rest van de dag hang je een beetje rond, wachtend op de dingen die komen gaan. Gezinsplanning Kinderen zijn er volop, want ook de Burundees in een vluchtelingenkamp doet niet aan gezinsplanning. Ze gaan onwetend door met het uitbreiden van je gezin en het verhogen van de eigen ellende: weer een mond erbij die niet gevoed kan worden. Ben je niet geschoold, dan weet je niet beter en ga je verder op het pad dat de traditie je ingeeft. De kerk maakt het er niet beter op door te preken over het verbod op het gebruik van voorbehoedsmiddelen. Rijd je ’s avonds langs het vluchtelingenkamp, dan komt de rook van houtvuurtjes over de weg zetten. De mensen zitten rond hun potje, hier en daar hangen gesloten klamboes, mannen staan in groepjes bij elkaar, roken een sigaret. Het lijkt soms wel een padvinderskamp, of een vakantie op een zomerse camping. Maar het is een lange vakantie, zonder douche, kampeerwinkel of een koud biertje en geen zacht donzen bed als de vakantie is afgelopen. Voor dit verblijf heb je geen verlof aangevraagd. g
EEN VERZOEKNUMMER AANVRAGEN KAN DOOR TE BELLEN NAAR 035 6213155 OF EEN SMS TE STUREN NAAR 3333. MAILEN KAN OOK, NAAR
[email protected].
Om 16.00 uur gaat de uitzending van start en vullen de klanken van Iggy Pop de studio. ‘We kunnen ongeveer elf nummers draaien’, vertelt Annemieke, terwijl ze kijkt naar de mailtjes die binnenkomen. ‘De uitzendingen van Uruzgan.FM zijn een enorme steun voor de mensen in het uitzendgebied, maar ook voor de thuisblijvers.’ DJ Annemieke en de programmamakers René Arendsen en Wouter Walgemoed vormen een geolied team en zijn intensief betrokken bij het programma. Terwijl Annemieke de volgende plaat aankondigt, is
36 - Monitor 1
TEKST: PADMINI RIENSTRA EN HANS VAN POTTEN
Monitor 1 - 37
KLEINE MISSIES
KLEINE MISSIES
NEDERLANDSE HANDEN UIT DE MOUWEN VOOR TEKST : TEAM SFOR-5/PETER MAASSEN FOTO’S : TEAM KFOR-5
Het 1 NLD DET KFOR wordt gevormd door sergeant-majoor Marco (Koninklijke Marine); majoor Jan (Koninklijke Landmacht), sergeant der eerste klasse Björn (Koninklijke Luchtmacht) en luitenant-kolonel Ruud. Zij vormen samen alweer de vijfde (paarse) rotatie sinds 2005 die namens Nederland een bijdrage levert aan KFOR. Ze stellen zich voor en vertellen over hun werkzaamheden binnen de missie. De start Omdat de aanwijzing voor uitzendingen bij alle Operationele Commando’s anders is geregeld, heeft het even geduurd voordat de leden van KFOR 5 aangewezen waren. In juli waren alle namen bekend en kon de voorbereiding beginnen. Cursussen volgen, de uitrusting in orde maken, allerlei formaliteiten regelen, kennis maken met elkaar, et cetera. Sinds 24 september zijn we in kamp Film City op het hoofdkwartier van KFOR (HQ KFOR). Op 1 oktober hebben we met elkaar KFOR 4 uitgezwaaid op Pristina Airport en vanaf dat moment zijn wij ‘in charge’. We hebben alle vier onze eigen werkzaamheden binnen HQ KFOR. Jan en Björn werken als inspectieteam met elkaar samen binnen het KFOR Inspectorate for KPC, Marco werkt als systeembeheerder binnen de J6 Branch (verbindingen) en Ruud werkt als Military Police Liaison Officer binnen de J3 Branch (Operaties). Ons werk Marco: “Ik werk bij KFOR op het Hoofdkwartier als System Administrator (netwerk beheer). Ik werk hier samen met een Amerikaanse militair en twee burgers, waarvan er een uit Nederland afkomstig is om de diverse netwerken, ongeclassificeerd en geclassificeerd, draaiend te houden en er voor te zorgen dat de juiste informatie bij de juiste mensen terechtkomt. Deze ervaring is totaal nieuw voor mij, aangezien ik niet uit de IT-sector kom en niet eerder op individuele uitzending ben geweest. Met name het werken in een internationale NATO omgeving bevalt me erg goed. Het geeft wel eens wat taalproblemen als je met 26 nationaliteiten moet werken, maar met handen en voeten kom je een heel eind. Een individuele uitzending is voor mij een erg goede ervaring waar ik zeker de komende jaren wat mee kan gaan doen. Het enige minpunt is het feit dat je voor langere tijd van huis bent en je dierbaren moet missen. Gelukkig compenseert de gezelligheid van het kamp en het hoofdkwartier een hoop.” Inspecties Jan en Björn: “Wij werken allebei voor het KFOR Inspectorate for Kosovo Protection Corps (KIKPC). Binnen het KIKPC vormen wij samen een Mobile Inspection team (MIT). Als MIT zijn we de ogen en oren van de Commandant KFOR wat betreft het Kosovo Protection Corps (KPC). Het KPC is een organisatie die als hulpverlener voor de Kosovaarse bevolking moet optreden. Het is geen leger, het is meer een soort “korps mobiele colonnes” en “Bescherming Burgerbevolking” zoals we dat vroeger in Nederland ook kenden. Een organisatie met onder meer een mijnopruimingsdienst, transportcapaciteit, brandweerdiensten en een alarmeringssysteem. Het is een organisatie met een militaire structuur, maar het is geen militaire eenheid omdat Kosovo geen eigen leger heeft. Wij doen inspecties bij de Civil Protection Brigade (CPB) van het KPC. Binnen de CPB inspecteren we demining eenheden, een Search and Rescue eenheid (SAR), een CBRN-eenheid en de hoofdkwartieren. Tijdens het inspecteren moeten de presentielijsten worden getoond, alle KPC-leden van de betreffende eenheid moeten op het appel verschijnen, waarbij tenue en uiterlijk voorkomen wordt geïnspecteerd.
38 - Monitor 1
KOSOVO FORCE De inspecties op de hoofdkwartieren doen we altijd samen met een inspectieteam van het KPC. Wij monitoren dan eigenlijk de inspectie die door het KPC-team wordt gedaan. Verder zijn we druk bezig met het maken van toekomstplannen. Zodra er een besluit is genomen over de status van Kosovo, heeft dat ook consequenties voor het KPC. Dat wordt opgeheven en daarvoor in de plaats komt het Kosovo Security Force (SF). Het KIKPC zal zich dan intensief gaan bezighouden met trainingsprogramma’s voor het KSF.” Politie Ruud: “Ik ben werkzaam als Military Police Liaison Officer (MP LNO). Mijn taken zijn onder meer het adviseren van de Commandant KFOR wat betreft militaire politieaangelegenheden, verkeersveiligheid en veiligheid van de KFOR-troepen. Een andere taak is het coördineren met en tussen de Provost Marshals binnen KFOR. KFOR kent vijf multinationale Taskforces (vergelijkbaar met brigades zoals we die binnen de KL kennen), die allemaal een eigen multinationale militaire politie-unit hebben. Eén van de grootste bedreigingen voor KFOR vormt het verkeer binnen Kosovo. De wegen hier zijn doorgaans in een erg slechte conditie, er is weinig straatverlichting, aan de auto’s mankeert vaak ook het nodige en het is meestal erg druk op de wegen. Naast erg veel auto’s tref je hier op de weg landbouwvoertuigen, voetgangers (waaronder erg veel kleine kinderen) en loslopend vee. Verder zijn de wegen smal en de lokale bevolking heeft een gevaarlijke rijstijl. Op bergweggetjes wordt ingehaald vlak voor of in een bocht en er wordt vaak veel te hard gereden. Iedere maand raken veel KFOR-voertuigen betrokken bij verkeersongelukken. Een belangrijke taak van de MP en daarmee ook van mij is om onze eigen KFOR-chauffeurs continu te blijven wijzen op de gevaren in het verkeer. Er wordt veel aandacht besteed aan ‘defensive driving training’ en er worden veelvuldig (snelheids)controles gehouden. Naast mijn werk als MP LNO ben ik Senior National Representative (SNR) voor Nederland. Als SNR ben ik binnen KFOR het aanspreekpunt van en naar Defensie. Daarbij ben ik commandant voor de hier aanwezige Nederlandse collega’s. En als er bezoek komt vanuit Nederland (en dat gebeurt nogal vaak) dan ben ik gastheer en tijdelijk commandant voor de gasten.” Samen optrekken Zoals hiervoor al gememoreerd, werken we – behalve Jan en Björn – niet samen. Maar dat betekent niet dat we niet met elkaar optrekken. Afhankelijk van het werkrooster proberen we zoveel als mogelijk met elkaar te eten. Dat is altijd een prima gelegenheid om even bij te praten en van elkaar te horen waar ieder mee bezig is. ’s Avonds na de warme maaltijd drinken we meestal gezamenlijk koffie in het kantoor van Ruud en kijken naar het halfachtjournaal, zodat we in ieder geval op de hoogte blijven van wat er in Nederland is gebeurd. Verder gaan we zo nu en dan in het kader van de groepsbinding met elkaar ‘uit eten’. Binnen Film City is een zogenaamde ‘Dining Facility’ (DFAC) waar je op zich prima kunt eten, maar er zijn ook verschillende restaurantjes waaronder Italiaans, Spaans en Thais. En het is best leuk om eens ergens anders te eten. g
OP KAMP FILM CITY IN KOSOVO IS EEN NEDERLANDS CONTINGENT GEPLAATST. VIER MILITAIREN VAN DE VIER KRIJGSMACHTSDELEN WERKEN DAAR MOMENTEEL MEE AAN KOSOVO FORCE (KFOR). EEN VOORSTELRONDE LANGS DE MANNEN.
Monitor 1 - 39
B KR N SN IE AO F GE H AENCI SE TA
De Vliegeraar In de jaren zeventig van de vorige eeuw ten tijde van het veertigjarig bewind van koning Zahir Shah en daarna onder zijn neef Daoud Khan was Afghanistan een redelijk welvarend land met westerse trekken. Dit is de periode die de jeugd beschrijft van de schrijver van het boek die later overgaat in de periode van de Sovjet-invasie en het Talibanregime. Deze periodes drukten een stempel op de ontwikkeling van het land en de vorming van de maatschappij.
Geschreven door Khaled Hosseini ISBN: 9789023418993
Als je nog niet zo bekend bent met de Afghaanse beschaving en cultuur en de vorming van het land in de laatste vijftig jaar, is dit boek een goede gelegenheid om meer te weten te komen. Onder de Afghaanse bevolking heerst niet veel etnische haat, de conflicten komen voornamelijk voort uit de machtstrijd tussen de verschillende krijgsheren. Het land kent vier bevolkingsgroepen de Tadzjieken in het Noorden, de Pasjtoen in het zuiden en oosten die ongeveer veertig procent van de bevolking uitmaakt. Beide groepen zijn bang dat de ander de veel macht krijgt, een soortgelijke verhouding bestaat ook tussen de Oezbeken en Hazara’s in het noordwesten. Het is deze achtergrond die als rode draad loopt door de geschiedenis van Afghanistan. Het boek de Vliegeraar is een van meest verkochte boeken van het afgelopen jaar en is recent verfilmd. Uitgezonden militairen die het boek gelezen hebben, zeggen bij terugkeer de sfeer die het boek beschrijft te herkennen. Een absolute aanrader dus. Waar gaat De Vliegeraar over: Het boek gaat over twee jeugdvrienden: Hassan en Amir. Amir is een rijkeluiszoon, die snakt naar de aandacht van zijn vader, Baba. Op het terrein van het landhuis wonen ook Hassan en zijn vader, die de bediende van Amir en zijn vader is. Wat er ook gebeurt, Hassan staat altijd voor Amir klaar.
40 - Monitor 1
Nadat Amir, met behulp van Hassan, een vliegerwedstrijd heeft gewonnen kan hij Hassan niet vinden. Na een tijdje vindt hij Hassan. Amir ziet dat Hassan iets vreselijks overkomt, maar komt niet te hulp. Amir kijkt vanaf een afstandje toe hoe Hassan verkracht wordt door de grootste pestkop.
Dummie > Column
Door Rian Schellings
Na dit verschrikkelijke voorval, negeert Amir Hassan voor lange tijd. Uiteindelijk verraadt Amir Hassan waarna Hassan en zijn vader vertrekken. Kort daarna breekt de oorlog uit en de Russen bezetten Afghanistan. Amir vertrekt samen met zijn vader naar Amerika, met de hoop op een beter leven. Het lukt Amir aardig, hij ontmoet zijn liefde en trouwt met haar. Jaren later keert Amir op verzoek van een vriend van zijn vader terug naar Afghanistan. Deze vertelt hem dat Hassan een kind heeft. Amir besluit naar de jongen op zoek te gaan. Afghanistan is dan inmiddels bezet door de Taliban. Ik heb het boek achter elkaar uitgelezen, het is geen boek om met langere tussen-pozen te lezen. Het is een ingrijpend verhaal. Het raakt je en het weet een beeld van Afghanistan te schetsen die sympathie voor het land en zijn bewoners kweekt. Door het boek te lezen is er wellicht geen betere manier om te begrijpen dat de wederopbouw van het land door vele schouders gedragen zal moeten worden.
Hans van Potten
Wat kan je als thuisfronter nou helemaal overkomen thuis? Nou eh, dat bijvoorbeeld in de eerste week de tv ermee ophoudt en dat kokend heet water uit je verwarmingsketel spuit, om maar eens wat te noemen. Heus, ik verzin het niet! Dat van die tv was een ultiem suf moment. Jawel, de stekker zat erin, zoveel benul van techniek heb ik nog net wél, dank je. Maar daar houdt het dan ook mee op. Ik dus bellen met zo’n helpdesk, waar ik een aardige jongeman aan de lijn kreeg die me een stroom technische vragen stelde op zo’n toon van ‘U weet wel waar ik het over heb, toch?’. Na vraag 1 plugde ik geestelijk al uit en na een minuutje of vijf vriendelijk wederzijds onbegrip zei ik: ‘Zal ik dan maar de plaatselijke televisieboer om hulp vragen?’ Leek die jongen aan de andere kant van de lijn ook een héél goed idee, hij had me blijkbaar al in de categorie ‘hopeloos’ ondergebracht. En terecht. ‘Dat kost wel geld, hoor, mevrouw,’ zei hij nog zorgzaam. ‘Volgens mij betaal ik nu abonnementsgeld en heb ik geen ontvangst, dus geld kost het sowieso,’ antwoordde ik. Daar had hij niet van terug.
Zaterdagochtend voor kerst, jas aan, mega boodschappenlijst in de aanslag vanwege een huis vol bezoek op zondag en dan ineens denken: wat hoor ik toch druppelen? Het gedruppel bleek uit de verwarmingsketel op zolder te komen. En terwijl ik naar dat ding sta te kijken en intelligent denk: ‘Eh….’ , begint het kreng ineens als een dolle heet water om zich heen te spuiten. Ik zweer je: ik kéék alleen maar! Ik weet dat ik een fikse blik heb, maar dit ging helemaal nergens meer over. Ik vergat totaal dat ik braaf opgevoed ben en riep heel lange boze woorden met god erin, terwijl de zoldervloer steeds heviger begon te dampen. Maar omdat ik alleen in huis was, op de kat na die allang het benul had gehad om te vluchten, zat er niks anders op dan logisch nadenken. Rennen naar beneden voor een emmer, verwarming uitzetten en erbij blijven en emmertje regelmatig legen tot het ding leeggestroomd was en alleen nog maar wat nijdig na stond te kwatten. Vervolgens de storingsdienst gebeld. Wel eens geprobeerd een loodgieter te krijgen in het weekend voor Kerstmis? Dat is bijna onmogelijk!
Omdat ik de afgelopen jaren slim genoeg ben geweest om al het witgoedspul bij een en dezelfde plaatselijke middenstander te kopen, kwam die goedmoedig al binnen het uur aansjouwen. Hij wierp een blik achter de tv, duwde een plugachtig iets in een verbindingsdingesje en zie daar: beeld en geluid. Binnen dertig seconden verliet hij triomfantelijk mijn pand. Hij wilde er niet eens iets voor rekenen. Dat is dus écht vernederend. Mijn kat en de buurkat hadden die middag een gevecht op leven en dood in mijn huiskamer gevoerd en blijkbaar een snoertje losgetrokken. Ik had wel een blik op die hele snoerenmassa van dvd, video, tv, versterker en digitaal kastje geworpen, maar aangezien ik niet weet wat waar in moet, zie ik ook niet wat waar uit is. Die televisieboer had in ieder geval een mooi verhaal voor thuis. ‘Ik had weer zo’n vrouwtje vandaag, dat…’ Om door de grond te zakken, ja. Die verwarmingsketel was van een andere orde.
Het was tegen mijn principes, maar er zat niets anders op: ik ben Heel Zielig en Hulpeloos geweest aan de telefoon. Zo van: ik weet écht niet wat ik moet en ik ben jarig en straks komt iedereen en het is vlak voor Kerstmis en het vriest dat het klapt en en en (meelijwekkend gestotter)… En zowaar: twee uur later verscheen een loodgieter die - gelukkig voor mijn ego - essentiële onderdelen moest vervangen die écht kapot waren en waar ik dus zelf niks aan had kunnen verhelpen. Zelden zo gehouden van een onbekende man! Wat je overkomt, thuis in Nederland? Eigenlijk niks natuurlijk, want Nederland barst van de reddende ‘mannetjes’. Als je hun rekening maar betaalt houd je het warm en droog. Je gaat er alleen wel van nadenken. Voor mijn verjaardag heb ik boekenbonnen gehad. ‘Klussen voor Dummies’, zou dat wat zijn? g
Monitor 1 - 41
FABulous Veel uitgezonden militairen besparen kosten noch moeite om hun fab (slaapcontainer) om te toveren tot een gezellig thuis ver van huis. Monitor beoordeelt elke maand een andere fab. Deze keer het onderkomen van:
FOTO’S : ARIEF RORIMPANDEY / AVDD TEKST : TWEEDE-LUITENANT MARTIN HUIJDINK
Chalet 3
nummer 1, 2008 jaargang 13
Monitor
Adjudant Chris Adjudant Frits Tweede-luitenant Martin Beschrijving: Kerst begon dit jaar al vroeg in de fab van Chris en Frits. Op 6 november hingen de lampjes er al en zorgden de kerstboompjes en rood afgeplakte lamp voor een heuse kerstsfeer. “Je moet toch voor een beetje gezelligheid zorgen, dat maakt het verblijf hier een stukje aangenamer”, zegt Frits. Niet lang daarna arriveerde extra kerstversiering via de post om de boel verder aan te kleden. Ook Chris heeft na zijn verlof nog wat materiaal meegenomen om de fab te ‘pimpen’. Verder hangt de hele muur vol met kaartjes en foto’s. Vooral die van zijn kleinzoon, zijn vrouw en motor koestert Frits. Hij kan niet wachten om bij thuiskomst weer een stukje motor te rijden. Chris is naast zijn verjaardagskaarten het meest trots op het kaartje van zijn vrouw met de tekst ‘Speciaal voor jou’. “Dat ze die tekst speciaal voor mij heeft uitgekozen” vindt hij bijzonder. Martin kwam als laatste van de drie binnen en lag de eerste vijf weken in een tijdelijke fab. “Tot die tijd was het hier net een hotel met gasten die enkele weken bleven en dan weer gingen”, vertelt Chris. “Het is fijn nu iemand te hebben die hier met ons tot het einde van de missie zit”, vult Frits aan. Ondanks het leeftijdsverschil klikt het goed tussen de drie bewoners. Martin: “Het is in eerste instantie even wennen, maar Chris en Frits hebben er snel voor gezorgd dat ik me hier op mijn plek voel.” Het drietal heeft al plannen om de fab nog verder aan te kleden afhankelijk van wat er in de post zit. “Eigenlijk moet er nog een rendier met slee en een zingende kerstman bij”, grapt Chris.
Special Features: Naast de aankleding van de kamer met alle lampjes, de tijdschriften over motoren, mountainbikes en vechtsporten springt vooral Frits’ laptoptafeltje in het oog. Na het avondeten vind je hem dan ook achter zijn laptop, waar hij contact heeft met zijn vrouw. Frits: “Het is een ideaal ding, dit verschuifbare tafeltje. Het is door één van de voorgangers in deze chalet in elkaar gezet en ik heb het kunnen overnemen. Het maakt het contact met thuis en het kijken van een filmpje een stuk makkelijker.”
OnFABbelijkheden: Dat ze eerst een hotel waren en de fab niet definitief niet konden inrichten vinden beide adjudanten één van de mindere dingen. “Daarnaast leef je op een kleine ruimte met weinig privacy”, zegt Chris. “Maar als het klikt en de sfeer goed is, kun je over alles praten en zijn er eigenlijk geen problemen”, is Frits van mening. Het drietal maakt samen schoon en houdt rekening met elkaar. “Gewoon zoals het hoort”, vult Martin aan.
Monitorscore: 8
- AFSCHEID VAN ABYEI - DIERENARTS IN URUZGAN - NIEUWJAARSBOODSCHAP VAN DE MINISTER -