NL Dual Fuel test programma - 07 februari 2011 2.0
RDW
Nederlands Dual-Fuel (Gas/Diesel) test programma
07 februari 2011
-1-
NL Dual Fuel test programma - 07 februari 2011 2.0
Inhoudsopgave
1 2 3 4. 4.1 4.2 5 6 6.1 6.2 6.3 7 8 9
Inleiding Programmaopzet Kenmerken voertuigen Kenmerken dual-fuel systeem LPG-diesel Aardgas-diesel Aanvraag individuele goedkeuring dual-fuel systeem Onderzoeksopzet Veiligheidsonderzoek Emissieonderzoek Beoordeling resultaten Registratie omgebouwde voertuigen Uitvoeringscriteria/begeleiding programma Duur van het programma
Bijlagen: 1 2 3 4
Informatielijst dual-fuel systemen Veiligheidseisen Testcyclus en HC limieten NG motoren. Emissietest
-2-
NL Dual Fuel test programma - 07 februari 2011 2.0
1. Inleiding Er ontstaat steeds meer interesse om vrachtwagens te voorzien van een ‘dual-fuel gas systeem’ . Deze ‘dual-fuel’ systemen maken het mogelijk om bij dieselmotoren tegelijkertijd op diesel en op gas te rijden. Dit gas kan LPG zijn maar ook aardgas of biomethaan. Het voordeel hiervan is dat de brandstofkosten worden gedrukt en dat bij het gebruik van lokaal biomethaan ook een bijdrage wordt geleverd aan het gebruik van meer duurzame brandstof. LPG en aardgas systeemleveranciers ontwikkelen momenteel deze dual-fuel technologie en hebben al vrachtwagens omgebouwd met gebruik van overheidssteun (Agentschap NL). Ook worden er in opdracht van de diverse gemeenten verkennende studies uitgevoerd naar het dual fuel principe in het kader van duurzaam transport (stadsafval vergisten naar biomethaan voor gebruik als motorbrandstof). Het probleem is nu dat deze ombouw van dieselmotoren in bestaande vrachtwagens, dan wel retrofit, naar een motor die op een mengsel draait van diesel met gas, volgens de Nederlandse wetgeving (Regeling voertuigen) niet is toegestaan. Ook internationale EU emissiewetgeving staat mengbedrijf momenteel niet toe. De reden is dat er niet beschreven staat hoe de motor aan de verplichte emissieeisen kan worden getoetst. Bij de RDW komen aanvragen binnen voor aanpassingen naar dual-fuel. Echter de RDW kan deze aanvrager niet helpen omdat zoals gezegd in de Regeling voertuigen het rijden op twee brandstoffen tegelijk niet is toestaat. De voertuigen worden daarom zonder RDW-goedkeuring toch naar dual-fuel omgebouwd en daardoor gaan deze voertuigen de weg op zonder op veiligheid en emissie-prestatie te zijn getoetst. De APK keuring is momenteel geen beletsel omdat de aangepaste voertuigen als dieselvoertuigen door de APK keuring komen. Dit is een ongewenst situatie en om deze veelbelovende technologie een mogelijkheid te geven te bewijzen dat de ombouw naar dual-fuel veilig is en het milieu geen schade toebrengt, is door de RDW het initiatief genomen om een ‘dual-fuel testprogramma’ op te zetten. De RDW start in samenwerking met het Ministerie van I&M en TNO dit ‘dual-fuel test programma’ dat begeleid zal worden door een projectteam met daarin ook marktpartijen. De RDW, I&M en TNO vormen samen de stuurgroep. In dit document wordt het programma nader beschreven. Verder is het de bedoeling dat na de opgedane ervaring inzicht komt in de emissieprestatie van dualfuel systemen en ideeën worden aangedragen voor nieuw te ontwikkelen emissietestprocedures. Tevens zal inzicht worden verkregen hoe de systemen functioneren en hoe deze in trucks of bussen worden ingebouwd. Aandacht zal worden gegeven aan specifieke veiligheidsaspecten van deze dualfuel technologie en in hoeverre aanpassing van bestaande regelgeving noodzakelijk is. Als duidelijk is dat de dual-fuel systemen zowel veilig en milieuvriendelijk kunnen worden toegepast dan kan dit programma worden afgerond om plaats te maken voor reguliere regelgeving. Uiteindelijk zal onze Nederlandse ervaring worden gedeeld met andere Lidstaten. Het is bekend dat in Duitsland, Zweden, België en Spanje gelijksoortige initiatieven worden genomen. Ook is het de bedoeling om de Europese Commissie op de hoogte te brengen van onze ervaring uit dit programma. De “Gaseous Fuelled Vehicle working group (GFV)” van de UNECE GRPE waarvan Nederland het voorzitterschap bekleedt, is daarvoor een geschikt podium voor informatie-uitwisseling.
-3-
NL Dual Fuel test programma - 07 februari 2011 2.0 Het onderwerp is daar reeds op de agenda van de GFV geplaatst en er is een speciale Task Force dualfuel ingesteld die zal onderzoeken welke aanpassingen moeten worden aangebracht in de internationale reglementen van UNECE. Diverse partijen zijn hierbij betrokken zoals de Europese Commissie, Lidstaten, testinstituten, dual-fuel leveranciers, de internationale belangenorganisaties van LPG en aardgas en vertegenwoordigers van truckfabrikanten.
2. Programmaopzet Het is de bedoeling dat een partij die na een aanvraag te hebben ingediend bij de RDW deel gaat nemen aan dit dual-fuel test programma. De fysieke start begint als het eerste voertuig (vrachtwagen) is omgebouwd naar dual-fuel en gereed wordt gemeld bij de RDW. Het onderzoekstraject start bij dit eerste omgebouwde voertuig en bestaat uit een veiligheids- en een emissieonderzoek. Met de aanvrager zal in overleg afspraken worden gemaakt voor dit onderzoekstraject. Als het voertuig aan de gestelde eisen van het dual-fual testprogramma voldoet wordt het voertuig door de RDW als ‘individuele goedkeuring’ geregistreerd en toegelaten. De aanvrager kan meerdere voertuigen van hetzelfde voertuigmerk en motortype gaan ombouwen naar dual-fuel. Voor de individuele goedkeuring van deze voertuigen zal een veiligheidsinspectie bij de RDW plaatsvinden. De aanvrager kan verzoeken om ook een andere motorversie te mogen ombouwen die afwijkt van de geteste motorversie. De stuurgroep zal beoordelen of dit mogelijk is of dat aanvullend emissieonderzoek nodig is. Tevens heeft de stuurgroep de mogelijkheid om te besluiten dat een deelnemer aan dit programma wordt opgeroepen om één of meer omgebouwde voertuigen te laten onderwerpen aan een controle op de emissies.
3. Kenmerken voertuigen Het programma beperkt zich momenteel alleen tot bedrijfsvoertuigen van de categorieën M2, M3, N2 en N3 (bussen en trucks) met een emissiecertificaat volgens de Richtlijn 88/77/EG of 2005/55/EG (Euro I, II, III, IV, V of EEV) (zie bijlage 3). In een latere fase kan dit programma worden uitgebreid naar N1 en M1 voertuigen (lichte bedrijfsvoertuigen en personenauto’s).
4. Kenmerken dual fuel system 4.1. LPG-diesel a. Alle onderdelen van het LPG dual-fual systeem moeten zijn gecertificeerd volgens R67.01. Beslissingen over afwijkingen van deze regel, bijvoorbeeld als een specifiek onderdeel gezien de scope niet gecertificeerd kan worden volgens R67, kunnen alleen door de stuurgroep in het kader van dit programma worden genomen.
-4-
NL Dual Fuel test programma - 07 februari 2011 2.0 b. Het LPG dual-fuel systeem moet tijdens het bijmengen van LPG het dieselaandeel zodanig terugregelen dat het maximum motorkoppel over het hele toerenbereik nagenoeg gelijk blijft aan het originele maximum motorkoppel van de motor wanneer deze op 100% diesel loopt. In dat geval zal de bijmenging bij vollast dus gelijk aan nul zijn. b. Het LPG dual-fuel systeem moet de mogelijkheid bezitten om in alle bedrijfsomstandigheden van het voertuig de mengverhouding aan te kunnen passen. c. Het LPG dual-fuel systeem moet een noodschakelaar hebben in het directe bereik van de bestuurder van het voertuig om te allen tijde over te kunnen schakelen naar 100% diesel gebruik. d. Het LPG dual-fuel systeem moet voorzien zijn van een diagnose systeem en foutcodes kunnen opslaan en met een universeel OBD scan tool (overeenkomstig UNECE Reglement No.49) uitgelezen kunnen worden. e. Bij ernstige storingen, indien emissie of veiligheid gerelateerd, dient het systeem automatisch terug te schakelen naar 100% dieselbedrijf. f.
Het diesel OBD systeem, indien aanwezig, dient volledig in tact te blijven en de MIL (check engine) mag niet onderbroken of uitgeschakeld worden.
g. LPG mag alleen in het inlaat spruitstuk worden toegevoerd in verband met veiligheid (in verband met lekkage intercooler en turbo). h. Indien het koppel of de snelheid moet worden gereduceerd, om veiligheidsreden (‘limp home’) of om een verplichte maatregel (‘inducement’), mag dit niet tenietgedaan worden door het LPG systeem. i.
Bij de keuring van het LPG-systeem op de motorproefstand moet door de fabrikant documentatie geleverd worden waarin onder andere de werking van het systeem en het kenveld (bijmenging) vermeld worden.
j.
Indien de basis regelstrategie van het dual-fuel systeem gewijzigd wordt, dan dient het systeem opnieuw gekeurd te worden.
k. Bij motortoerentallen stationair draaien en lager en bij toerentallen boven 90 % van het afregeltoerental mag geen LPG bijgemengd worden. l.
Er moet een controle mogelijkheid zijn waarmee het actuele bijmeng kenveld gecontroleerd kan worden.
m. De actuele bijmenging dient via de CAN-bus uitgelezen te kunnen worden.
-5-
NL Dual Fuel test programma - 07 februari 2011 2.0
Voorbeeld LPG systeem
4.2. Aardgas/biomethaan (NG) -diesel a. Alle onderdelen van het NG dual-fual systeem moeten zijn gecertificeerd volgens R110. Beslissingen over afwijkingen van deze regel, bijvoorbeeld als een specifiek onderdeel gezien de scope niet gecertificeerd kan worden volgens R110, kunnen alleen door de stuurgroep in het kader van dit programma worden genomen. b. Het NG dual-fuel systeem moet tijdens het bijmengen van NG het dieselaandeel zodanig terugregelen dat het maximum motorkoppel over het hele toerenbereik nagenoeg gelijk blijft aan het originele maximum motorkoppel van de motor wanneer deze op 100% diesel loopt. In dat geval zal de bijmenging bij vollast dus gelijk aan nul zijn. c. Het NG dual-fuel systeem moet de mogelijkheid bezitten om in alle bedrijfsomstandigheden van het voertuig de mengverhouding aan te kunnen passen. d. Het NG dual-fuel systeem moet een noodschakelaar hebben in het directe bereik van de bestuurder van het voertuig om te allen tijde over te kunnen schakelen naar 100% diesel gebruik. e. Het NG dual-fuel systeem moet voorzien zijn van een diagnose systeem en foutcodes kunnen opslaan en met een universeel OBD scan tool (overeenkomstig UNECE Reglement No. 49) uitgelezen kunnen worden.
-6-
NL Dual Fuel test programma - 07 februari 2011 2.0
f.
Bij ernstige storingen, indien emissie of veiligheid gerelateerd, dient het systeem automatisch terug te schakelen naar 100% dieselbedrijf.
g. Het diesel OBD systeem, indien aanwezig, dient volledig in tact te blijven en de MIL (check engine) mag niet onderbroken of uitgeschakeld worden. h. NG mag alleen in het inlaat spruitstuk worden toegevoerd i.v.m. veiligheid (lekkage intercooler, seals turbo). i.
Indien het koppel of de snelheid moet worden gereduceerd, om veiligheidsreden (‘limp home’) of om een verplichte maatregel (‘inducement’), mag dit niet tenietgedaan worden door het NG systeem.
j.
Bij de keuring van het systeem op de motorproefstand moet door de fabrikant documentatie geleverd worden waarin onder andere de werking van het systeem en het bijmeng kenveld vermeld worden.
k. Indien de basis regelstrategie van het dual-fuel systeem gewijzigd wordt dan dient het systeem opnieuw gekeurd te worden. l.
Bij motortoerentallen stationair draaien en lager en bij toerentallen boven 90 % van het afregeltoerental mag geen NG bijgemengd worden.
m. Er moet een controle mogelijkheid zijn waarmee het actuele bijmeng kenveld gecontroleerd kan worden. n. De actuele bijmenging dient via de CAN-bus uitgelezen te kunnen worden.
-7-
NL Dual Fuel test programma - 07 februari 2011 2.0
Voorbeeld van een CNG systeem
5. Aanvraag individuele goedkeuring dual-fuel systeem De fabrikant van een dual-fuel systeem en voertuigfabrikanten of zijn gemachtigde vertegenwoordiger kunnen deelnemen aan dit dual-fuel testprogramma. Aanvragen kunnen worden ingediend bij de afdeling Individueel Keuren Speciaal (IKS) van de RDW. Adresgegevens: RDW afdeling IKS E-mail:
[email protected] Postadres: Postbus 777 2700 AT Zoetermeer
Bezoekadres:
Europaweg 205 2711 ER Zoetermeer
-8-
NL Dual Fuel test programma - 07 februari 2011 2.0 Bij de aanvraag dienen de onderstaande gegeven te worden aangeleverd: 1. 2. 3. 4. 5.
Ingevulde informatielijst uit bijlage 1 van dit dual-fuel testprogamma; Functionele beschrijving van het dual-fuel systeem; Gebruikershandleiding van het dual-fuel systeem; Installatiehandleiding van het dual-fuel systeem; Kopieën van de schriftelijk gemaakte afspraken tussen fabrikant van een dual-fuel systeem en het inbouwbedrijf. 6. Adres van het inbouwbedrijf en het eventuele APK/LPG erkenningsnummer. 7. Kopieën van schriftelijk gemaakte afspraken (bijvoorbeeld informatieuitwisseling) tussen voertuigfabrikant of Nederlandse importeur en de fabrikant van het dual-fuel systeem.
Als alle informatie is ingediend wordt binnen 6 weken de aanvrager door de RDW op de hoogte gebracht over de deelname aan het dual-fuel testprogramma. Er zal in onderling overleg afspraken worden gemaakt over de verdere onderzoeken.
6. Onderzoeksopzet Indien een aanvrager op de hoogte is gesteld dat hij kan deelnemen aan het dual-fuel testprogramma kan de deelnemer een door hem omgebouwd voertuig naar dual-fuel aanbieden voor nader onderzoek. De deelnemer maakt een keuze welk voertuig en motortype (de ‘parent’) hij wil laten onderzoeken. Het dual- fuel programma staat in principe uit twee onderzoeken; een veiligheids- en een emissieonderzoek. Hieronder wordt een nadere toelichting gegeven over deze onderzoeken.
6.1. Veiligheidsonderzoek Een veiligheidsonderzoek zal door de afdeling Individueel Keuren Speciaal (IKS) van de RDW worden uitgevoerd. Het onderzoek kan na of tegelijk het emissieonderzoek (punt 6.2) plaatsvinden. Hierover zal met de deelnemer nadere afspraken worden gemaakt. Op verzoek kan het onderzoek ook op de locatie van de aanvrager plaatsvinden. Hierover dient met de afdeling IKS nadere afspraken te worden gemaakt Het veiligheidsonderzoek van IKS bestaat uit een algehele controle van het dual-fuel systeem zoals gemonteerd op het voertuig. IKS zal aan de hand van de beschikbare installatiehandleiding controleren of het dual fuel systeem; • voldoet aan de in bijlage 2 vermelde eisen en • of het dual-fuel systeem geheel is opgebouwd uit ECE R.110 (bij CNG-systemen) of ECE R.67 (bij LPG systemen) goedgekeurde onderdelen. Voor de veiligheidscontrole van de RDW dient de deelnemer de volgende informatie mee te nemen: 1. Informatiedocument bijlage 1. 2. Installatiehandleiding van het dual-fuel systeem. 2. Deelnamebevestiging dual-fuel programma van de RDW afdeling IKS. 3. Kenteken van het voertuig. 4. Indien al beschikbaar het emissietestrapport en besluit/advies (mogelijk advies stuurgroep).
-9-
NL Dual Fuel test programma - 07 februari 2011 2.0
6.2. Emissieonderzoek Een emissieonderzoek zal door TNO door de afdeling Powertrain Testing in Helmond worden uitgevoerd. In overleg tussen de deelnemer en TNO wordt een afspraak gemaakt wanneer de emissietest kan worden uitgevoerd. De deelnemer kan hiervoor rechtstreeks contact opnemen met TNO Helmond. De gegevens vindt u hieronder:
Vincent Clarijs Project leader Powertrain Testing Tel +31 888 686 52
[email protected] TNO Science and Industry Steenovenweg 1 5708 HN Helmond
Het emissieonderzoek Het voertuig en motortype (‘parent’) naar de keuze van de deelnemer zal aan specifieke emissietesten worden onderworpen. Als het dual-fuel systeem zodanig is ontworpen dat op volledig diesel als op mengbedrijf (diesel +gas) kan worden gereden zullen de emissietesten in beide situaties worden uitgevoerd. In zijn algemeenheid zullen enkel de emissietesten worden uitgevoerd die voor de betreffende motortype gezien zijn Euroklasse ook van toepassing zijn. Echter in dit testprogramma zijn afwijkingen mogelijk zoals de testmethodes en cycli. Hieronder wordt aangegeven welke methodes afhankelijk van Euroklasse mogelijk zijn en welke testcycli worden vereist. Verder kan de stuurgroep van het dual-fuel programma besluiten dat alternatieve of aanvullende testen zullen moeten worden uitgevoerd. Dit zal in overleg met de deelnemer plaatsvinden. Euro klasse I en II III IV, V en EEV
Testmethode motorproefstand voertuig transiënte dynamotest motorproefstand voertuig transiënte dynamotest motorproefstand voertuig transiënte dynamotest PEMS *
Cyclus 13 mode 13-mode ESC ESC ESC, ETC ESC, ETC ETC
* Als alternatief voor de ETC mag een PEMS meeting volgens het PEMS protocol (zie Euro VI wetgeving) worden uitgevoerd.
- 10 -
NL Dual Fuel test programma - 07 februari 2011 2.0 De motor moet in mengbedrijf in principe aan dezelfde emissielimieten voldoen als waarvoor de motor oorspronkelijk is toegelaten. De te gebruiken testcyclus en de limieten waaraan moet worden voldaan staan in de twee hieronder staande tabellen. Tevens worden bij de ESC testcyclus nog 3 willekeurige punten in het meetgebied gekozen als controlewaarden. De berekening van de emissies vindt plaats overeenkomstig de bepalingen uit Richtlijn 2005/78/EG.
In deze tabel staan de cycli en de emissielimieten waaraan moet worden voldaan.
Euro klasse
Cyclus
CO (g/kWh)
I II III IV
NMHC g/kWh
CH4 (1) g/kWh
THC(1) (g/kWh)
NOx (g/kWh)
13 mode 4,9 1,23 9,0 13 mode 4,0 1,10 7,0 ESC 2,1 0,66 5,0 ESC 1,5 0,46 3,5 0,55 1,1 ETC 4,0 3,5 V ESC 1,5 0,46 2,0 0,55 1,1 ETC 4,0 2,0 EEV ESC 1,5 0,25 2,0 0,4 0,65 ETC 3,0 2,0 (1) Voor dual fuel aardgasmotoren zijn de limietwaarden afwijkend. Zie bijlage 3.
Deeltjes (g/kWh) 0,36 0,15 0,10 0,02 0,03 0,02 0,03 0,02 0,02
Koppel en vermogen Het dual-fuel systeem moet tijdens het bijmengen van gas ervoor zorgen dat het motorkoppel bij geen enkel toerental het oorspronkelijke maximum koppel met meer dan 5 % overschrijdt. TNO bepaalt het motorkoppel over het totale toerenbereik en controleert dit met de oorspronkelijke motorkoppel-kromme van de dieselmotor. Bij het bepalen van de A, B en C toerentallen wordt uitgegaan van de oorspronkelijke waarden. In overleg met de stuurgroep kan hiervan worden afgeweken.
6.3. Beoordeling resultaten Wanneer niet aan alle eisen voor emissie wordt voldaan dan zal TNO de resultaten direct doorsturen naar de leden van de stuurgroep van het testprogramma. De stuurgroep zal de resultaten nader bestuderen. De RDW zal in binnen 6 weken in contact treden met de deelnemer en nadere afspraken maken over het vervolg van deelname aan het programma. Indien niet aan alle criteria van het veiligheidsonderzoek wordt voldaan zal de afdeling IKS de bevindingen direct doorsturen naar de stuurgroep. De stuurgroep zal dit nader beoordelen. De RDW zal in contact treden met de deelnemer om nadere afspraken maken over het vervolg van deelname aan het programma. Wanneer aan alle eisen wordt voldaan of na positief advies van de stuurgroep zal de deelnemer door de RDW worden geïnformeerd voor welke (en in voorkomende gevallen hoeveel) voertuigen en motortype ombouwen naar dual-fuel zullen worden toegestaan. De deelnemer ontvangt een
- 11 -
NL Dual Fuel test programma - 07 februari 2011 2.0 individuele goedkeuring van RDW (afdeling IKS). De individuele goedkeuring bestaat uit een individueel goedkeuringsnummer voor het dual-fuel systeem gekoppeld aan één of meerdere motortypes. Bij
[email protected] kan de deelnemer verdere aanvragen voor de veiligheidscontroles indienen. Let op, momenteel worden alle overige om te bouwen voertuigen van de deelnemer aan een veiligheidscontrole door de RDW onderworpen. Veiligheidscontroles van vervolg-ombouwen kunnen op verzoek ook bij een RDW keuringsstation plaatsvinden. Aanvragen van deze veiligheidscontrole(s) gaan vergezeld van het individuele goedkeuringsnummer van het dual-fuel systeem en van de benodigde voertuiginformatie.
7. Registratie omgebouwde voertuigen De RDW registreert alle voertuigen, die binnen dit testprogramma van een dual fuel systeem worden voorzien.
8. Begeleiding programma Het dual-fuel programma wordt begeleid door een projectgroep met vertegenwoordigers van het Ministerie van I&M, TNO, RDW en aangevuld met enkele marktpartijen. De besluitvorming over de uitvoering van het dual-fuel programma vindt plaats door een Stuurgroep met vertegenwoordigers van het Ministerie van I&M, TNO en RDW.
9. Duur van het programma De duur van het programma is gesteld op 2 jaar. De verwachting bestaat, dat binnen 2 jaar duidelijk wordt of de ombouw van diesel naar dual-fuel (diesel-gas) zowel veilig als milieuvriendelijk kan worden toegepast. Dit onderzoeksprogramma kan niet doorlopen als reguliere regelgeving. De stuurgroep geeft daarom in een zo vroeg mogelijk stadium advies over de te nemen maatregelen hoe om te gaan met dual-fuel.
- 12 -
NL Dual Fuel test programma - 07 februari 2011 2.0
Bijlage 1 COMPLETE LIST OF INFORMATION FOR THE PURPOSE OF THE LPG/CNG DUAL FUEL SYSTEM INSTALLED ON VEHICLE TYPE APPROVAL
1.
Description of the parent vehicle
1.1.
Name and address of the manufacturer .....................................................................
1.2.
Category and identification type .................................................................................
1.3.
Chassis identification number.....................................................................................
1.4.
Certification number ...................................................................................................
1.5.
National registration number (plate nr.) ......................................................................
1.6.
Naturally aspirated or pressure charged.....................................................................
1.6.
Displacement .............................................................................................................
1.7.
After treatment system(s) ...........................................................................................
1.8.
Emission level..........................................................
2.
Description of the LPG/CNG Dual Fuel system
2.1.
Name and address of the manufacturer .....................................................................
2.2.
Trade name or mark holder .......................................................................................
2.3.
Identification type ......................................................................................................
2.4.
Drawing / flow-charts of the installation in the vehicle ................................................
2.4.
Vaporiser/pressure regulator(s)
2.4.1.
Make(s) ......................................................................................................................
2.4.2.
Type(s) ......................................................................................................................
2.4.3.
Certification number ..................................................................................................
2.4.4.
Identification ..............................................................................................................
2.4.5.
Drawings ...................................................................................................................
2.4.6
Operating pressure(s):..........................................................................................kPa
2.5
Gas injection device(s) or injector(s):
2.5.1.
Make(s) .....................................................................................................................
2.5.2.
Type(s) ......................................................................................................................
2.5.3.
Identification ..............................................................................................................
2.5.4.
Operating pressure(s):..........................................................................................kPa
2.5.5.
Drawings of installation ..............................................................................................
2.6
Electronic control unit
2.6.1.
Make(s) .....................................................................................................................
- 13 -
NL Dual Fuel test programma - 07 februari 2011 2.0 2.6.2.
Type(s) ......................................................................................................................
2.6.3.
Place of installation ...................................................................................................
2.6.4.
Adjustment possibilities .............................................................................................
2.7
LPG/CNG container
2.7.1.
Make(s) .....................................................................................................................
2.7.2.
Type(s) (include drawings) ........................................................................................
2.7.3.
Number of containers ......................................................................................
2.7.4.
Capacity ............................................................................................................. litres
2.7.5.
LPG fuel pump in container: .......................................................................................
2.7.6.
Certification number ..................................................................................................
2.7.7.
Drawings of the installation of the container ..............................................................
2.8
LPG/CNG container accessories
2.8.1.
80 per cent stop valve:
2.8.1.1.
Make(s) ......................................................................................................................
2.8.1.2.
Type(s).......................................................................................................................
2.8.1.3.
Operating principle: float/other (include description or drawings)
2.8.2.
Level indicator:
2.8.2.1.
Make(s) .....................................................................................................................
2.8.2.2.
Type(s) ......................................................................................................................
2.8.2.3.
Operating principle: float/other (include description or drawings)
2.8.3.
Pressure relief valve (discharge valve):
2.8.3.1.
Make(s) .....................................................................................................................
2.8.3.2.
Type(s) ......................................................................................................................
2.8.4.
Pressure relief device (fuse):
2.8.4.1.
Make(s) .....................................................................................................................
2.8.4.2.
Type(s) ......................................................................................................................
2.8.5.
Remote-controlled service valve with excess flow valve:
2.8.5.1.
Make(s) .....................................................................................................................
2.8.5.2.
Type(s) ......................................................................................................................
2.8.6.
Multi-valve:
2.8.6.1.
Make(s) .....................................................................................................................
2.8.6.2.
Type(s) ......................................................................................................................
2.8.6.3.
Multi-valve description (include drawings) .................................................................
2.8.7.
Ventilation housing: ...................................................................................................
2.8.7.1.
Make(s) .....................................................................................................................
2.8.7.2.
Type(s) ......................................................................................................................
2.8.8.
Power supply bushing (fuel pump/actuators):
- 14 -
NL Dual Fuel test programma - 07 februari 2011 2.0 2.8.8.1.
Make(s) .....................................................................................................................
2.8.8.2.
Type(s) ......................................................................................................................
2.8.8.3.
Drawings .........................................................................................................
2.9
Fuel pump (LPG):
2.9.1.
Make(s) .....................................................................................................................
2.9.2. 2.9.3.
Type(s) ...................................................................................................................... Pump mounted in LPG container:
2.9.4.
Operating pressure(s):..........................................................................................kPa
2.10.
Shut-off valve/ non-return valve/gas tube pressure relief valve:
2.10.1.
Make(s) .....................................................................................................................
2.10.2.
Type(s) ......................................................................................................................
2.10.3.
Description and drawings ..........................................................................................
2.10.4.
Operating pressure(s):..........................................................................................kPa
2.11.
Filling point:
2.11.1.
Make(s) .....................................................................................................................
2.11.2.
Type(s) ......................................................................................................................
2.11.3.
Description and drawings
2.12.
Flexible fuel hose(s)/pipes:
2.12.1.
Make(s) .....................................................................................................................
2.12.2.
Type(s) ......................................................................................................................
2.12.3.
Description ................................................................................................................
2.12.4.
Operating pressure(s):..........................................................................................kPa
2.13.
Pressure and temperature sensor(s):
2.13.1.
Make(s) .....................................................................................................................
2.13.2.
Type(s) ......................................................................................................................
2.13.3.
Description ................................................................................................................
2.13.4.
Operating pressure(s):..........................................................................................kPa
2.14.
LPG filter unit(s):
2.14.1.
Make(s) .....................................................................................................................
2.14.2.
Type(s) ......................................................................................................................
2.14.3.
Description ................................................................................................................
2.14.4.
Operating pressure(s):..........................................................................................kPa
2.16.
Further system documentation.
2.16.1.
Description of the LPG/CNG equipment ................................................................
2.16.2.
Dual Fuel System lay-out.......................................................................................
2.16.3.
Engine performance within +/-5% original diesel engine.............................
2.16.4.
Adjustment blendrate possible only through system supplier by software in ECU.
- 15 -
NL Dual Fuel test programma - 07 februari 2011 2.0 2.16.5
Manual switch between Diesel and blendsystem possible..........................
2.16.6
Automatic switch back to 100% diesel operation with severe fault codes...
2.16.7
OBD system available from the blendsystem with fault codes....................
2.16.8
Original diesel OBD system full functioning during blend operation............
2.16.9
Fuelfeed LPG/CNG after turbo in intake manifold.......................................
2.16.10
Average Gas Ratio (GR) in real road operation……………………………………
2.16.11
Highest Gas Ratio (GR)………………………………………………………………
2.16.12
Engine map point with highest Gas ratio (GR)……………………………………
Gas Ratio" means the ratio of the energy content of the gas fuel over the energy content of the total fuel (Diesel+Gas).
- 16 -
NL Dual Fuel test programma - 07 februari 2011 2.0
Bijlage 2
Veiligheidseisen Eisen LPG Bij wijziging van de brandstofsoort van diesel naar diesel-LPG mengbedrijf van een motorvoertuig, moet de LPG installatie voldoen aan de in bijlage X hoofdstuk 1 afdeling 1 van de in de Regeling voertuigen opgenomen eisen en wordt beoordeeld volgens de bijbehorende wijze van keuren met uitzondering van de onderstaande artikelen. Artikel 1.26 lid 4 betreffende de ‘eisen’ dient als volgt te worden gelezen: ‘De op afstand bediende gasafsluiter moet zodanig worden geïnstalleerd dat de brandstoftoevoer wordt afgesloten wanneer de motor niet loopt. Een vertraging van 2 seconden is toegestaan voor diagnostische doeleinden.’ Artikel 1.28 lid 6 is niet van toepassing.
Eisen CNG Bij wijziging van de brandstofsoort van diesel naar diesel-CNG mengbedrijf van een motorvoertuig, moet de CNG installatie voldoen aan de in bijlage X hoofdstuk 1 afdeling 2 van de in de Regeling voertuigen opgenomen eisen en wordt beoordeeld volgens de bijbehorende wijze van keuren met uitzondering van het onderstaande artikel. Artikel 1.81 is niet van toepassing.
De betreffende eisen kunnen bij de RDW worden opgevraagd.
- 17 -
NL Dual Fuel test programma - 07 februari 2011 2.0
Bijlage 3.
Testcyclus en HC limieten
Hieronder worden de voor de dual-fuel test te gebruiken cyclus aangegeven voor de emissieklasse met de daarbij behorende ECE Reglementen of EG Richtlijnen waaraan de oorspronkelijke motor voldoet.
ECE Reglementen & letteraanduiding 49 RI-02…. 49 RII-02…. 49 RI-03…. 49 RI-04….
49 RII-03…. 49 RII-04…. 49 RB-05…. 49 RC-05…..
49 RIII-03…. 49 RIII-04…. 49 RD-05…. 49 RE-05….. 49 RF-05….. 49 RG-05….
49 RIV-03….
Richtlijnnummer & letteraanduiding 88/77*91/542A 88/77*96/1A 88/77*91/542B 88/77*96/1B 88/77*1999/96A 88/77*2001/27A 2005/55*2005/78A 2005/55*2006/51A 2005/55*2006/81A 88/77*1999/96B11 88/77*2001/27B1 2005/55*2005/78B 2005/55*2005/78C 2005/55*2006/51B 2005/55*2006/51C 2005/55*2006/81B 2005/55*2006/81C 88/77*1999/96B2 88/77*2001/27B2 2005/55*2005/78D 2005/55*2005/78E 2005/55*2005/78F 2005/55*2005/78G 2005/55*2006/51D 2005/55*2006/51E 2005/55*2006/51F 2005/55*2006/51G 2005/55*2006/81D 2005/55*2006/81E 2005/55*2006/81F 2005/55*2006/81G 88/77*1999/96C
Cyclus voor dual-fuel test
Emissieklasse
13 mode
I
13 mode
II
ESC
III
ESC
IV
+ ETC
ESC
V
+
ETC
ESC
V (EEV)
1
Bij de vermelding 88/77*19996B1 en 88/77*19996B2 is in de praktijk gebleken dat B1 en B2 vermelding niet altijd door de lidstaten is gevolgd. - 18 -
NL Dual Fuel test programma - 07 februari 2011 2.0 49 RIV-04…. 49 RH-05…. 49 RI-05…. 49 RJ-05….. 49 RK-05….
88/77*2001/27C 2005/55*2005/78H 2005/55*2005/78I 2005/55*2005/78J 2005/55*2005/78K 2005/55*2006/51H 2005/55*2006/51I 2005/55*2006/51J 2005/55*2006/51K 2005/55*2006/81H 2005/55*2006/81I 2005/55*2006/81J 2005/55*2006/81K
+ ETC
HC limieten voor Euro V dual fuel NG motoren
- 19 -
NL Dual Fuel test programma - 07 februari 2011 2.0
HC limieten voor EEV dual fuel NG motoren:
- 20 -
NL Dual Fuel test programma - 07 februari 2011 2.0
Bijlage 4
Emissietest Motorproefstand: In the European type approval procedures the emission tests for truck engines should be done on a engine test bench. In such installation is the engine dyno speed and torque equal with the dynamometer speed and torque (see picture below).
• • • •
Power measured on flywheel Cycle ESC, ETC Additional Instrumentation according 2005/55/EC + LPG flow meter + Temperature Emission: CVS because of flexible HC/ratio of the fuel during the test. The average fuel flow LPG and Diesel will be determined for the ETC test or for each mode point of the ESC. For calculation the EU6 procedure will be used.
- 21 -
NL Dual Fuel test programma - 07 februari 2011 2.0
Voertuig transiente dynamotestbank
For doing this test on an powertrain test stand the engine speed and torque will be different of the dynamometer speed and torque. On the powertrain test bench the measured values on the load machines should be corrected for gear ratio and losses. The following losses needs to be quantified: Auxiliary load correction Driveline efficiency correction Inertia correction These losses can be specified by the manufacture in Annex II, appendix 4 in 2005/55/EC. If these data are not available they needs to be quantified. For the losses a procedure is given below to estimate these losses.
- 22 -
NL Dual Fuel test programma - 07 februari 2011 2.0
Auxiliary load correction The auxiliaries consuming most power are the cooling fan and the air compressor. The cooling fan power is assumed to be proportional with engine speed to the third power. Additionally this power depends on the air density and should therefore be corrected. Most trucks have an electrically actuated fan. Therefore the fan power curve can be measured by switching the fan on and off at fixed high engine speed. All the other auxiliaries like air compressor, steering pump, air-conditioning pump are in an idle situation.
Pfan = c ∗ N 3fan M fan =
c ∗ 30 ∗ N 2fan
π
Driveline efficiency correction The losses in the transmission are the sum of gearbox, differential and bearing block. The following efficiency guidelines will be used: • • •
1+2 Direct drive +/- 0.99 Each gear set +/- 0.985 Rear axle including differential +/- 0.975
Depending on the configuration and the chosen gear ration the efficiency can be predicated. Inertia correction For the transient type approval cycles it’s the target to control the engine flywheel torque. Therefore the measured torque should be corrected for the inertia between torque measurement device and the flywheel. The inertia of the driveline is specified by the manufacturer or can be determined by a test.. The principle of this test is speeding up and down the driveline with the cultch in open position as showing in the figure below. During the speeding up and down period the required work is different. This work difference between the time t1 to t2 and t3 to t4 is caused by the inertia of the driveline.
W1→2 − W3→4 = J ∗ ω& ∗ (ω 2 + ω1 ) ∗ ∆t with ∆W = W1→2 − W3→4 ∆t = t 2 − t1 = t 4 − t 3
ω& =
N 2 − N1 π ∗ ∆t 30
The inertia can be calculated with the following formula:
J=
∆W ∗ 900 N 22 − N 12 ∗ π 2
(
)
- 23 -
NL Dual Fuel test programma - 07 februari 2011 2.0
N2 N1
t1
t2
t3
t4
Time
Engine speed
Engine Torque
With the mentioned losses the calculations for engine speed and torque are :
N engine = N dyno ∗ itot
M engine =
M dyno + M fan itot ∗ η
•
+ J ∗ N∗
π 30
- 24 -