DEMONTABELE PLATENWARMTEWISSELAARS HANDLEIDING VOOR INSTALLATIE, SERVICE & ONDERHOUD
Publicatie No: 06-1001
Editie 1/06
Project
:
Klant
:
TSA type
:
Fabricage nummer
:
Bouwjaar
:
PED categorie
: [] Art. 3, par.3
Afgenomen door
:
Bijzonderheden
:
[] Cat. 1
[] Cat. 2
[] Cat. 3
[] Cat. 4
NB nummer:
Vanwege ons beleid om voortdurend verbeteringen aan het product aan te brengen, kunnen details in deze handleiding, welke op het moment van drukken correct waren, nu aan wijzigingen onderhevig zijn. De informatie hierin weergegeven kan daarom niet als bindend worden beschouwd.
COPYRIGHT Copyright © NIBE 2006. Alle rechten gereserveerd. Niets van deze publicatie mag gekopieerd of verspreid worden zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van NIBE Energietechniek B.V.
2
1 VOORWOORD Deze handleiding dient als leidraad voor het installeren, gebruiken en onderhouden van platenwarmtewisselaars van NIBE Energietechniek B.V. Ze is bedoeld voor diegenen die verantwoordelijk zijn voor het installeren, gebruiken en onderhouden van de warmtewisselaars. Het verdient aanbeveling vooraf deze handleiding zorgvuldig te bestuderen.
2 INTRODUCTIE Deze handleiding is van toepassing op alle door NIBE Energietechniek B.V. gebouwde en geleverde platenwarmtewisselaars. NIBE Energietechniek B.V. is niet verantwoordelijk of aansprakelijk voor schade ontstaan door ondeskundig installeren, gebruiken en onderhouden van de platenwarmtewisselaar alsmede door het niet naleven van deze handleiding.
Wij wijzen u er op dat onze platenwarmtewisselaars speciaal voor de door u opgegeven bedrijfscondities (druk, temperatuur, capaciteiten alsmede aard en samenstelling van de doorstromingsmedia) is ontworpen en gebouwd. Plotseling optredende drukstoten die de bedrijfscondities overschrijden, b.v. tijdens het opstarten of uitschakelen, kunnen leiden tot beschadiging van het apparaat en moeten voorkomen worden. NIBE Energietechniek B.V. kan niet aansprakelijk gesteld worden voor de gevolgen van een gebruikswijze die afwijkt van de aangegeven bedrijfscondities. Indien u de vastgelegde bedrijfscondities wilt wijzigen, neem dan contact met ons op. U mag de platenwisselaar uitsluitend onder de gewijzigde condities in bedrijf nemen nadat deze door NIBE Energietechniek B.V. is geïnspecteerd en goedgekeurd en het typeplaatje aangepast is.
3 VOORZORGSMAATREGELEN Neem bij het werken met de platenwarmtewisselaar het volgende in acht: - bij alle werkzaamheden moet rekening gehouden worden met de geldende voorschriften - voordat met de werkzaamheden wordt begonnen, moet gezorgd worden dat deze niet onder druk staat en dat deze leeg en afgekoeld is (max. 40 °C) - gebruik goede handschoenen bij het hanteren van de platen. De platen kunnen scherp zijn! - Alle platenwarmtewisselaars worden door ons zeer zorgvuldig gebouwd conform onze strenge kwaliteitsprocedures (ISO-9001) en worden voor verscheping in onze fabriek afgeperst conform de ontwerpdruk.
3
INHOUDSOPGAVE 1
VOORWOORD
2
INTRODUCTIE
3
VOORZORGSMAATREGELEN
4 4.1 4.2 4.3
ALGEMEEN Identificatie van de warmtewisselaar Het juiste gebruik Risico's
5.1 5.2 5.3 5.4
CONSTRUCTIE Frame Platen en opbouw Pakkingen Speciale uitvoeringen
6.1 6.2 6.3
INSTALLATIE / MONTAGE Eisen te stellen aan de opstellingsplaats Transport, opstelling, opslag Montage van de aansluitleidingen
7.1 7.2 7.3 7.4
BEDRIJF In bedrijfstelling en controle vooraf Bedrijf Kortstondig uitschakelen Langdurig uitschakelen
8.1 8.2 8.3 8.4 8.5 8.6 8.7 8.8
ONDERHOUD Reinigen van de gesloten warmtewisselaar (CIP) Enige schoonmaakmiddelen Openen en demonteren Met de hand reinigen van platen Vervangen van platen Vervangen van pakkingen Montage van de wisselaar en afpersen Verzorging van de wisselaar
5
6
7
8
9
PROBLEEM OPLOSSING
10 10.1 10.2 10.2
AFTER SALES SERVICE Bestellen van onderdelen Ombouw Klachten
4
4
ALGEMEEN 4.1
Identificatie van de warmtewisselaar Elke platenwarmtewisselaar van NIBE ENERGIETECHNIEK B.V. is voorzien van een typeplaatje. Hierop staat vermeld: - type van de wisselaar - bouwjaar - fabrieksnummer / serienummer - nominale capaciteit in kW - overdracht oppervlakte in m2 - max. werkdruk in bar - afpersdruk in bar - maximale werk temperatuur in °C - minimale aantrekmaat in mm
Fig. 1
5
4.2
Het juiste gebruik Deze gebruikshandleiding geeft informatie en instructies voor een juist en veilig gebruik van het apparaat. Veel ongelukken komen voort uit een onjuist gebruik. Daarom dient men de aanwijzingen in deze handleiding altijd op te volgen. Heeft u na het lezen van deze handleiding nog vragen, neem dan contact met ons op. De installatie mag niet in bedrijf voordat alle onduidelijkheden zijn opgelost! Bij montage en bedrijf van de platenwarmtewisselaar dient rekening gehouden te worden met de voorschriften en verordeningen die op de opstellingsplaats van kracht zijn (b.v. voorschriften inzake ongevallenpreventie). Onze platenwarmtewisselaars zijn speciaal voor de door u opgegeven bedrijfscondities (druk, temperatuur, capaciteiten alsmede aard en samenstelling van de doorstromingsmedia) ontworpen en gebouwd. Plotseling optredende drukstoten die de bedrijfscondities overschrijden, b.v. tijdens het opstarten of uitschakelen, kunnen leiden tot beschadiging van het apparaat en moeten voorkomen worden. NIBE Energietechniek B.V. kan niet aansprakelijk gesteld worden voor de gevolgen van een gebruikswijze die afwijkt van de aangegeven bedrijfscondities. Indien u de vastgelegde bedrijfscondities wilt wijzigen, neem dan contact met ons op. U mag de platenwisselaar uitsluitend onder de gewijzigde condities in bedrijf nemen nadat deze door NIBE Energietechniek B.V. is geïnspecteerd en goedgekeurd en het typeplaatje aangepast is.
4.3
Risico's Lichamelijk letsel kan veroorzaakt worden door: - verbranding door aanraking van de warmtewisselaar of andere delen van de installatie - het ongecontroleerd vrijkomen van onder druk staand medium waarbij verbrandingsgevaar en gevaar voor andere verwondingen door de hoge druk aanwezig is - contact met vrijkomende chemicaliën - aanraking van scherpe delen van de installatie Schade aan apparatuur kan veroorzaakt worden door: - uitwendige krachten - corrosie - chemische aantasting - erosie - vermoeiing - stoomslag / waterslag - te hoge temperatuur en/of druk - stootbelasting - bevriezing - transport / hijsen
6
Zie voor transport hoofdstuk 6.2 Bij een onjuiste werkwijze bestaat er gevaar voor lichamelijk letsel en/of schade aan apparatuur.
Ook na het uitschakelen van de installatie kunnen delen nog heet zijn.
Het apparaat mag uitsluitend worden gevoed met de media die vermeld staan op het datablad.
Het warme medium mag niet door het apparaat stromen zonder dat het koude medium er doorheen stroomt. Dit om schade aan het apparaat te voorkomen. Indien het koude medium wel in het apparaat aanwezig is maar niet stroomt, terwijl het warme medium wel stroomt, kan het koude medium gaan koken en zal het apparaat beschadigd worden.
Plotselinge druk- en temperatuurwisselingen dienen voorkomen te worden
Bevriezingsgevaar Wanneer een warmtewisselaar (gevuld met water of een watermengsel) die niet in bedrijf is wordt blootgesteld aan temperaturen onder het nulpunt, kan het platenpakket hierdoor vervormd worden. Indien er bevriezingsgevaar bestaat dient daarom de warmtewisselaar afgetapt te worden.
Lekkage Geschroefde platenwisselaars kunnen altijd gaan lekken. Hiermee dient men rekening te houden bij de installatie. Wij raden dan ook aan een lekbak onder de wisselaar te plaatsen om eventueel nat worden van de vloer of gevaar bij elektrische apparatuur te voorkomen. Als de wisselaar wordt bedreven boven de 60 °C, of wordt bedreven met agressieve vloeistoffen, adviseren wij u deze af te schermen om aanraking met het lichaam te voorkomen.
Indien er bij de wisselaar laswerkzaamheden moeten worden verricht, gebruik de wisselaar dan nooit om het constructiewerk te aarden. Elektrische stromen kunnen zowel de platen alsmede de pakkingen ernstige schade toebrengen. In voorkomende gevallen dienen de aansluitflenzen losgenomen en de wisselaar geïsoleerd te worden.
7
5
CONSTRUCTIE
5.1
Frame Het frame van de platenwisselaar bestaat uit een vaste plaat (Head), een drukplaat (Follower), een boven bar, een onder bar en een kolom. De spanbouten drukken het platenpakket samen. Een en ander is afhankelijk van de uitvoering en kan per wisselaar verschillen.
5.2
Platen en opbouw Het platenpakket van de wisselaar bestaat uit geprofileerde platen met pakkingen. Aantal en plaatsing van de platen zijn, net als de vorm en grootte, afhankelijk van het gewenste thermische vermogen. Afhankelijk van de beoogde toepassing worden materialen als roestvrij staal (rvs) en titanium gebruikt.
5.3
Pakkingen De ingeperste groef dient voor het inleggen van de speciale pakking. Deze pakking dient voor het afdichten van de platenkanalen onderling en naar buiten toe. De pakkingen dienen geschikt te zijn voor het medium alsmede de heersende temperatuur en druk en kunnen uitgevoerd worden in Viton, Nitril en EPDM.
8
De volgende type pakkingen worden in onze platenwarmtewisselaars toegepast: - Lijm pakkingen - Clip-on pakkingen - "Sonder Lock" pakkingen (nieuwe generatie Clip-on pakkingen) - “Hang-on” pakkingen (nieuwe generatie Clip-on pakkingen)
Clip-on pakking 5.4
Sonder Lock pakking
Speciale uitvoeringen Wanneer de wisselaar met meerdere media tegelijk werkt, kan het noodzakelijk zijn intermediate frames in te bouwen. Door deze intermediate frames wordt de wisselaar opgedeeld in meerdere afdelingen. Deze intermediate frames zijn voorzien van hoekklossen die de verbinding vormen tussen de verschillende afdelingen en/of aansluitingen voor buizen.
Met welke uitvoering uw wisselaar is uitgerust kunt u nalezen in de documentatie die met de wisselaar is meegeleverd.
De platen van een NIBE wisselaar zijn zo gemaakt dat ze gebruikt kunnen worden als linker en als rechter plaat. Daarvoor kunnen ze 180° gedraaid worden. Linker en rechter platen: Op een linker plaat gaat de stroming van gat 1 naar gat 4 of andersom, dus van gat 4 naar gat 1. Op een rechter plaat gaat de stroming van gat 2 naar gat 3 of andersom, van gat 3 naar gat 2. Elke plaat kan worden geïdentificeerd door de pakking configuratie, het aantal open doorlaten en de hoek van de visgraad.
9
Soorten platen:
Startplaat met pakking
Linker plaat met pakking
Rechter plaat met pakking
Eind plaat met pakking
Thermisch lange plaat
Thermisch korte plaat
10
6
INSTALLATIE / MONTAGE
6.1
Eisen te stellen aan de opstellingsplaats Het is van belang dat rondom de platenwarmtewisselaar voldoende ruimte vrij is voor service werkzaamheden (vervangen van de platen, aantrekken van het platenpakket) Als vuistregel dient men rondom een ruimte van 1,5 tot 2 x de breedte van de wisselaar vrij te houden.
6.1
Transport, opstelling en opslag Transport:
Gebruik altijd de daarvoor bestemde hijsvoorziening en hijsuitrusting. Hanteer de voorgeschreven veiligheidsnormen en voorschriften Bij een onjuiste handeling bestaat gevaar voor lichamelijk letsel en/of schade aan apparatuur.
11
Opstelling: Wanneer de warmtewisselaar liggend wordt geleverd, wordt deze met de achterkant van de vaste plaat op een pallet bevestigd. Het apparaat kan zo met een heftruck getransporteerd worden. Om de wisselaar te plaatsen: - Schroef alle bevestigingsbouten en elementen los van de pallet en verwijder ze; - Leg de lus van een hijsband om een spanbout aan weerszijde van de wisselaar. Gebruik nooit een staalkabel of ketting! - Hijs de wisselaar zo hoog dat deze net loskomt van de pallet; - Laat de wisselaar langzaam op de voeten van de vaste plaat zakken en plaats de wisselaar meteen in de eindpositie op de opstellingsplaats. - Verwijder de hijsband en veranker de wisselaar op de vloer.
Gebruik nooit de aansluitingen om de wisselaar op te hijsen !
Let op: ALTIJD
NOOIT:
Hijsen aan de hijsogen (indien gemonteerd) Hijsen aan de bovenkant van de frontplaten Hijsen aan de draadeinden dichtbij de dikke frontplaat Hijsen aan de aansluitingen Hijsen aan de dikke eindplaat Hijsen aan een intermediate plaat Hijsen aan de draadeinden dicht bij de dikke eindplaat
Opslag: Indien de warmtewisselaar voor de inbedrijfstelling geruime tijd (langer dan 1 maand) opgeslagen moet worden, dienen maatregelen getroffen te worden om vroegtijdige slijtage en beschadiging van de materialen te voorkomen. Sla de warmtewisselaar bij voorkeur in een gesloten ruimte op bij een temperatuur van 15 tot 20 ºC en een luchtvochtigheid van max. 70%. Is dit niet mogelijk sla de wisselaar dan b.v. op in een houten kist die aan de binnenzijde voorzien is van een vochtwerende bekleding.
12
6.2
Montage van de aansluitleidingen
Al naar gelang het type worden de platenwarmtewisselaars voorzien van flenzen, schroefkoppelingen, draadnippels, etc. Zorg bij het monteren van de leidingen dat geen krachten, momenten of trillingen op de aansluitingen overgebracht worden. Het geheel dient spanningsvrij te zijn ! Voor constructie van de aansluitingen voor de warmtewisselaar adviseren wij het volgende: - Zwaar leidingwerk moet worden ondersteund. Hierdoor worden zware krachten op de warmtewisselaar vermeden - Installeer altijd flexibele verbindingen op de Follower om te voorkomen dat er trillingen op de wisselaar overgebracht worden. Deze flexibele verbindingen dienen er tevens voor om uitzetting van het pijpwerk door temperatuursinvloeden op te vangen. - Deze flexibele verbindingen dienen in de lengterichting van het platenpakket aangebracht te worden. - De aangebrachte leidingen moeten volledig worden schoongespoeld voor dat men deze op de warmtewisselaar bevestigt. - Installeer altijd ontluchtingen en afvoeren op het leidingwerk. N.B. Voor een goede werking dienen de ontluchtingen op het hoogste punt met de stroom mee gemonteerd te worden (bij voorkeur boven op een luchthelm). Alle toe- en afvoerleidingen moeten bij voorkeur van afsluiters worden voorzien zodat de wisselaar buiten bedrijf gesteld en geopend kan worden zonder aangrenzende systemen te verstoren.
Zorg ervoor dat het leidingsysteem, aangesloten op de wisselaar, beveiligd is tegen drukstoten en temperatuurschommelingen !
Draadaansluitingen: Zorg ervoor dat wanneer de platenwarmtewisselaar is voorzien van draadsok aansluitingen deze niet worden meegedraaid wanneer er flenzen of draadsokken worden gemonteerd. Meedraaien van dit type aansluitingen kan lekkage veroorzaken! Flensaansluitingen: Als de inlaat van de warmtewisselaar is voorzien van een rubberliner dan is dit tevens de pakking voor de flensafdichting. Indien niet anders is vermeld moeten de vloeistofstromen tegen elkaar instromen (tegenstroom principe)
13
7
BEDRIJF
7.1
In bedrijfstelling en controle vooraf De inbedrijfstelling dient te geschieden door hiertoe opgeleid geschoold personeel of een erkende installateur. De bediening, onderhoud en reparatie van de installatie mag slechts door geautoriseerd, geschoold en geïnstrueerd personeel geschieden. Onderhoud, reinigen, etc. mogen uitsluitend bij een uitgeschakelde wisselaar plaats vinden. Controleer of alle verbindingen goed en correct zijn aangesloten (zie ook 6.3) Filtratie: De media welke door de warmtewisselaar stromen mogen geen deeltjes bevatten die groter zijn dan 0,5 mm diameter. Indien nodig dienen filters gemonteerd te worden. Controleer de drukken en temperaturen van de media en zorg ervoor dat de op het typeplaatje aangegeven waarden niet overschreden worden. Het is van essentieel belang dat de platenwarmtewisselaar niet wordt blootgesteld aan thermische, druk en/of mechanische schokken (shocks)
7.2
Bedrijf Start altijd eerst de koude zijde op en daarna de warme zijde. -
Ontlucht het gehele systeem; Sluit de afsluiter tussen de pomp en de warmtewisselaar; Open de afsluiter welke is gemonteerd in de retour van de warmtewisselaar volledig; Start de circulatiepomp; Open de toevoerafsluiter langzaam om drukstoten te voorkomen; Ontlucht het gehele systeem opnieuw.
Herhaal het bovenstaande voor de secundaire kant.
14
In geval dat stoom een van de media is: Gebruik alleen langzaam werkende stoomkleppen en regelaars. Voor het opstarten: - Zorg er voor dat de stoomklep volledig is gesloten - Zorg ervoor dat de warmtewisselaar volledig is ontdaan van condensaat. - Start altijd de koudezijde eerst op, daarna de stoomzijde. - Open de stoom regelklep langzaam, dit voorkomt waterslag van het eventuele condensaat en reduceert de stoomdruk / thermische shock. - Zorg ervoor dat de juiste stoom / condensaat regelstraat is toegepast. Het condensaat in de platenwarmtewisselaar moet volledig kunnen wegstromen. Dit voorkomt wateropstopping in de warmtewisselaar. Controle op correcte werking: - Controleer het systeem op drukstoten (pulsaties) van de pompen. Drukstoten kunnen lekkages veroorzaken. - Controleer de platenwarmtewisselaar op lekkages. - Controleer of alle ontluchtingen gesloten zijn. Wanneer de platenwarmtewisselaar in bedrijf is mogen de bedrijfscondities niet veranderd worden. De max. bedrijfscondities, die op het typeplaatje vermeld zijn, mogen niet overschreden worden.
7.3
Kortstondig uitschakelen Moet de platenwarmtewisselaar kortstondig buiten bedrijf worden gesteld, ga dan als volgt te werk: - Sluit langzaam de toevoerafsluiter van het hete circuit; - Stop de circulatiepomp van de hete zijde; - Laat de wisselaar afkoelen tot het niveau van het koude medium; - Sluit langzaam de toevoerafsluiter van het koude circuit; - Stop de circulatiepomp van de koude zijde; - Sluit alle overige afsluiters.
7.4
Langdurig uitschakelen Wanneer de platenwarmtewisselaar voor langere tijd buiten bedrijf wordt gesteld volg dan de volgende procedure: - Zorg dat de platenwarmtewisselaar koud is; - Laat de warmtewisselaar volledig leeglopen; - Vet de draadeinden in; - Draai de spanbouten los zodat de platen en pakkingen niet meer op spanning zijn (tot max. de "a" maat + 10%). De spanbouten moeten niet worden verwijderd en tussen de platen mag geen opening aanwezig zijn. Dit voorkomt dat er vuil tussen plaat en pakking komt. Markeer de warmtewisselaar, dat deze buiten bedrijf is en dat de spanbouten los zitten. - Wikkel het platenpakket in plastic om te zorgen dat er geen zonlicht op de pakkingen kan komen. Zie ook hoofdstuk 6.1 - Opslag
15
8
ONDERHOUD 8.1
Reinigen van de gesloten warmtewisselaar (CIP) CIP Schoonmaken ( clean in place ) Wanneer CIP wordt toegepast dient uitsluitend met schoonmaakmiddelen gewerkt te worden die oplosbaar zijn. Deze schoonmaakmiddelen mogen de materialen in het circulatiesysteem niet aantasten. Er moet in ieder geval een bevestiging van de fabrikant van het reinigingsmiddel zijn, waaruit blijkt dat het betreffende reinigingsmiddel de plaat- en pakking materialen niet aantast. In plaats van de doorstromingsmedia wordt nu het reinigingsmiddel door het apparaat gepompt. Verontreinigingen worden door het oplossend vermogen van het reinigingsmiddel verwijderd. De hoeveelheid reinigingsmiddel is afhankelijk van de uitvoering van de platenwisselaar en van de rest van de installatie. -
-
8.2
De verontreinigde oppervlakken moeten voldoende gespoeld worden; Het reinigingsmiddel moet zo worden gekozen dat de verontreinigingen worden verwijderd, terwijl het plaat- en pakking materiaal niet wordt aangetast. Controleer na het reinigen of het gewenste resultaat bereikt is. Zonodig kunnen tijden, concentraties of temperatuur worden aangepast. Neem indien nodig contact op het de leverancier van het reinigingsmiddel of contact NIBE ENERGIETECHNIEK B.V.
Enige schoonmaak middelen Olie en vettigheid kunnen worden verwijderd door middel van een olieoplosmiddel , zoals bijvoorbeeld BP System Cleaner. Organisch vuil en vettigheid kunnen worden verwijderd met Natrium hydroxide (NaOH ). Maximale concentratie 1,5% - max. temp. 85 ºC. Mengverhouding voor 1,5% concentratie: 5 ltr. NaOH 30% op 100 ltr. water. Steen en kalkaanslag kunnen worden verwijderd met salpeterzuur (HNO3). Max. concentratie 1.5 % - max. temp. 65 ºC. Mengverhouding voor 1,5% concentratie: 2.4 ltr. HNO3 62% op 100 ltr. water. Salpeterzuur heeft ook een positieve en effectieve werking op het protectie laagje van roestvrijstaal!
Neem altijd de geldende veiligheidsvoorschriften en de aanbevelingen van de fabrikant van het reinigingsmiddel in acht.
16
8.3
Openen en demonteren Ga bij het ontspannen en openen van de wisselaar als volgt te werk: - Meet en noteer de actuele "a"-maat; - Gebruik het juiste gereedschap en smeermiddel; - Zorg dat de platenwarmtewisselaar koud is (<40 ºC); bij EPDM < 20 ºC. - Zorg dat er geen druk meer op de warmtewisselaar staat; - Maak de spanbouten schoon en vet ze licht in; - Draai de spanbouten in de juiste volgorde (zie fig. 10) en zodanig gelijkmatig los dat de Follower / eindplaat niet scheef komt. - Trek de Follower / eindplaat naar achter als de spanbouten los zijn; - Verwijder de platen zonder de pakkingen te beschadigen. 1
1
2
2
3
3
2
2
1
1
Fig. 10
Aanbeveling: Markeer het platenpakket voor demontage aan de zijkant met een gekleurde streep, om de platen later weer in de juiste volgorde te kunnen monteren.
17
8.4
Met de hand reinigen van platen Gebruik altijd handschoenen en een veiligheidsbril bij het schoonmaken. Gebruik een nylon, of een ander deugdelijke borstel waarin geen chloriden zijn verwerkt. Gebruik nooit staalborstels, staalwol of schuurpapier. Dit beschadigd de passieve laag van de platen. Oude lijmresten kunnen worden verwijderd met aceton, of d.m.v. verwarming. Raadpleeg een schoonmaakspecialist voor het juiste gebruik van chemische schoonmaakmiddelen. Als platen voor de handmatige reiniging uit het frame moeten worden genomen moet erop gelet worden dat ze weer in de juiste volgorde ingebouwd worden. Verwijder platen altijd stuk voor stuk en nummer ze! Grove verontreinigingen kunnen met een hogedrukspuit verwijderd worden. Hardnekkige verontreinigingen kunnen in een chemisch bad losgeweekt worden. Kies een schoonmaakmiddel dat de plaat- en pakking materialen niet aantast. Voordat chemisch gereinigde platen worden ingebouwd moeten ze met voldoende leidingwater worden gespoeld. Belangrijk: Het prestatievermogen en de corrosiebestendigheid van de warmtewisselaar zijn afhankelijk van het schoonhouden van het platenpakket. Indien het platenpakket onvoldoende schoon is kan dit tot gevolg hebben dat: - er onvoldoende circulatiecapaciteit is; - er onvoldoende thermisch vermogen overgedragen wordt; - de levensduur van de warmtewisselaar sterk bekort wordt. Indien een plaat vanwege ernstige beschadigingen uit het platenpakket moet wordt verwijderd, dient men ervoor te zorgen dat tevens de eerstvolgende plaat wordt vervangen.
18
8.5
Vervangen van platen De platen moeten altijd schoon, droog en vetvrij zijn. Wanneer er olie aanwezig is op de pakkingen is het waarschijnlijk dat de plaat uit haar positie glipt bij het dichtmaken van de warmtewisselaar. Vuil op de pakkingen kan ervoor zorgen dat de warmtewisselaar blijft lekken. - zorg dat alle pakkingvlakken vlak, schoon en onbeschadigd zijn. - gebruik altijd nieuwe pakkingen. Monteer de platen volgens het diagram - steeds met de pakkingen naar de Head gericht. Hanteer altijd de volgorde van de platen en het plaat type zoals aangegeven in de meegeleverde datasheet. De platen zijn correct gemonteerd als de buitenkant het z.g. honingraat patroon zichtbaar is, zie fig. 11.
Fig. 11
8.6
Vervangen van pakkingen Clip-on en Hang-on pakkingen Dit type pakking behoeft niet te worden verlijmd. Ze kunnen zonder veel problemen in de speciale pakking groef van de plaat worden “geklemd”. Zorg er wel voor dat de groef en de pakking schoon is! Gelijmde pakkingen De te lijmen oppervlakken dienen schoon te zijn en ontvet te zijn. Gebruik alleen chloride vrije lijmen zoals Pliobond 20 of 30, Bostic 1782, 3M EC 1099 en Bond Spray 77. Volg de instructie van de lijm fabrikant, deze staat altijd vermeld op de verpakking. O-ringen Zorg er voor dat de platte kant van de O-ring in de speciale pakking groef van de plaat komt te vallen. Indien de O-ring niet voorzien is van een platte kant dient de dunste zijde van de O-ring in de groef gemonteerd te worden. Het kan noodzakelijk zijn een weinig lijm te gebruiken om de O-ring tijdens montage van de warmtewisselaar op zijn plaats te houden.
19
Rubber flensafdichtingen Al naar gelang de uitvoering van de warmtewisselaar, kunnen de frame aansluitingen voorzien zijn van rubber manchetten. De manchet van de Follower heeft de dunne rand aan de zijde van het platenpakket. De manchet van de Head heeft de opstaande rand aan de zijde van het platenpakket.
8.7
Montage van de wisselaar en afpersen -
Vet de spanbouten licht in om het draaien van de moer te vergemakkelijken. - Let op dat er geen olie of vet op de pakkingen wordt gemorst. - Haal de spanbouten gelijkmatig aan zoals aangegeven in fig. 13. - Let op dat het frame eindplaat parallel loopt met de hoofdplaat. Meet tijdens het aandraaien van de spanbouten geregeld de afstand tussen de platen op verschillende plekken. Zorg ervoor dat er niet meer verschil dan 5 mm optreedt. - De moeren zijn voldoende aangedraaid wanneer overal de correcte assembly afstand wordt gemeten, zie fig. 12. Deze assembly afstand kan berekend worden met de volgende formule: Assembly afstand = aantal platen x (dikte v.d. plaat + coëfficiënt) Indien u niet zeker bent, raadpleeg NIBE Energietechniek B.V. - Controleer of alle spanbouten op spanning staan, maak dan de platenwarmtewisselaar schoon. De unit kan nu op de testdruk worden afgeperst. Deze staat vermeld op de naamplaat. 1 1
2
2
3
3
2
2
1 1 Fig. 13
Fig. 12
20
Belangrijk bij het aantrekken Wanneer de correcte "a" maat niet wordt bereikt dan wel overschreden wordt, moet gecontroleerd worden of: - het aantal platen in het platenpakket overeenkomt met de datasheet; - de druklagers en spanmoeren gemakkelijk draaien (eventueel reinigen, invetten of vervangen). Wanneer het platenpakket tijdens het afpersen onvoldoende afdicht, kan het pakket stap voor stap van de actuele aantrekmaat tot de aantrekmaat "a" min. worden nagespannen. Deze staat vermeld op de naamplaat, zie fig. 1. Aantrekmaat "a" min. mag in geen geval onderschreden worden ! Natrekken van het platenpakket mag uitsluitend gebeuren als de platenwarmtewisselaar drukloos is.
8.8
Verzorging van de wisselaar Interval - minimaal 1 x per jaar Controleer de temperaturen en doorstroom hoeveelheden en vergelijk deze met de inbedrijfstellings data. Controleer de algehele conditie van de warmtewisselaar en controleer op sporen van lekkage. Maak alle geschilderde delen schoon en werk eventuele beschadigingen bij. Controleer de bars en bouten op roestvorming en maak ze schoon. Smeer ze licht in met een geschikt zuurvrij vet of olie.
21
9
PROBLEEM OPLOSSING Wanneer zich bij uw platenwarmtewisselaar storingen of problemen voordoen, kunt u deze in veel gevallen zelf verhelpen. Onderstaand vindt u een overzicht van mogelijke problemen die kunnen optreden alsmede mogelijke oorzaken en maatregelen voor de oplossing. Een voorwaarde voor het goed blijven functioneren van uw platenwarmtewisselaar is strikte naleving van de toelaatbare waarden voor druk en temperatuur die op de naamplaat zijn weergegeven. Een overschrijding van deze waarden, ook in de vorm van korte drukstoten, leidt onherroepelijk tot beschadigingen en/of storingen van het apparaat. Kostbare storingen kunnen vermeden worden door de montage werkzaamheden door vakmensen te laten verrichten. Neem daarom altijd contact op met de Service afdeling van NIBE Energietechniek B.V. Probleem Lekkage
Mogelijke oorzaak Bij de aansluitingen
Vermenging primair en secundair circuit In platenpakket
Onvoldoende capaciteit
De bedrijfsomstandigheden wijken af van de specificatie Lucht in het systeem
De bedrijfsomstandigheden wijken af van de specificatie De wisselaar is vervuild De aansluitingen zijn verwisseld Te hoge drukval Flow groter dan het ontwerp Plaat kanalen geblokkeerd Onjuiste meting Medium niet conform ontwerp Lucht in het systeem
22
Mogelijke oplossing - Controleer de rubber manchetten (indien gemonteerd) - Controleer de flenspakking (indien gemonteerd) - Controleer de O-ring op de eerste plaat - Leidingen spanningsvrij monteren - Controleer de platen op gaten en/of scheurtjes - Controleer de assembly afstand - Controleer de conditie van de pakkingen - Controleer of de pakkingen goed gepositioneerd zijn. - Pas de bedrijfsomstandigheden aan - Ontlucht het leidingsysteem - Controleer het leidingwerk op eventuele luchtzakken - Pas de bedrijfsomstandigheden aan - Maak de wisselaar schoon - Pas de aansluitingen aan - Pas de flow aan - Spoelen / schoonmaken - Controleer de manometer - Toevoeging van b.v. antivries kan de drukval verhogen - Ontlucht het leidingsysteem - Controleer het leidingwerk op eventuele luchtzakken
Voor bijna alle lekkage problemen geldt dat de warmtewisselaar open gemaakt moet worden. Merk de plaats van de lekkage met een markeerstift of krijtje zodat u snel de juiste plaats van lekkage kunt herkennen.
“Koude lekkage” wordt veroorzaakt door plotselinge temperatuurschommelingen. Krimp effecten van sommige elastomeren (pakkingen) veroorzaken deze lekkage. Na verloop van tijd zet de pakking weer uit.
Lekkage over / langs de pakkingen is in het algemeen een gevolg van: • • • • • •
Oude pakkingen Langdurige blootstelling aan zonlicht Hogere bedrijfstemperatuur (boven de limiet temperatuur van de pakking) Blootgesteld zijn aan drukschommelingen Chemische reactie door contact met chemicaliën Foutief geïnstalleerd op de plaat (montage fout)
De warmtewisselaar haalt haar capaciteit niet.. Dit is in het algemeen een gevolg van: • • • • • • • • • • •
Vervuilde platen (platen dienen gereinigd te worden) Pompen en of controlekleppen functioneren niet naar behoren De volumestromen komen niet overeen met de ontwerpgegevens Aangesloten koeltoren / chiller / boiler is te klein in capaciteit Intrede temperatuur aan hete zijde is lager dan de ontwerptemperatuur Stoom flow is niet toereikend, controleer de stoomkleppen Condensaat afvoer is defect - condensaat wordt niet afgevoerd Platenpakket is niet juist geassembleerd De platenwarmtewisselaar is niet aangesloten volgens het tegenstroom principe. Pas eventueel het pijpwerk aan. Controleer de draairichting van de pompen Er bevindt zich lucht in het platen pakket of in de installatie De totale installatie is niet voldoende ontlucht
23
10
AFTER SALES SERVICE 10.1
Bestellen van onderdelen Bij het bestellen van onderdelen is het belangrijk dat de juiste gegevens worden verstrekt. Minimaal dient te worden opgegeven: • Project en ordernummer • Volledige typeaanduiding (zie naamplaat) • Gewenste onderdelen Bij het bestellen van afzonderlijke platen is het belangrijk de juiste gatcode en het type van de plaat op te geven. Zie hoofdstuk 5.2 Als u afzonderlijke pakkingen besteld is het van belang dat het juiste pakkingmateriaal opgegeven wordt. Bij bestelling van spanbouten moeten de bestaande bouten opgemeten worden, zodat de nieuw te leveren bouten dezelfde lengte hebben.
10.2
Ombouw De wisselaar is opgebouwd in modules en is dus erg flexibel ten opzichte van uitbreiding of verkleining. Dat wil zeggen dat het eenvoudig is het thermisch vermogen aan te passen door het uitbreiden c.q. verminderen van het aantal platen. Wij adviseren u graag.
10.3
Klachten
Bent u ontevreden meldt het ons, bent u tevreden vertel het een ander.
In geval van klachten, wensen, onvolkomenheden, etc. gelieve u contact op te nemen met:
NIBE Energietechniek B.V. Steenpad 11, NL-4797 SG, WILLEMSTAD (NB). Postbus 2, NL-4797 ZG, WILLEMSTAD (NB) TEL :
+31 (0)168 477722 • FAX : +31 (0)168-476998
E-mail :
[email protected] • Internet: http://www.nibeboilers.nl
24