Delft University of Technology Civil Engineering and Geosciences Master of Science in Building Engineering Specialisation Design and Construction Processes Guideline for getting your MSc degree
Version 7 april 2009 Guideline for completing the DCP specialisation – 7 april , 2009
1
Inhoud 1
Waarom deze wegwijzer? .........................................................................................3
2
Wat we van je verwachten .......................................................................................4
3
4
2.1
Wie zijn we; de sectie Bouwprocessen ........................................................... 4
2.2
Wat BE-DCP medewerkers van jou verwachten .............................................. 4
2.3
Wat je van BE-DCP medewerkers mag verwachten ......................................... 4
2.4
Verwachtingen betreffende communicatie ...................................................... 4
Het afstudeerproces.................................................................................................5 3.1
Aanvraag aanvang afstudeerwerk.................................................................. 6
3.2
Afstudeerkaart.............................................................................................. 6
3.3
Inhoudelijke voorbereidende activiteiten ........................................................ 6 3.3.1 Keuze onderwerp .............................................................................. 6 3.3.2 Startnotitie........................................................................................ 7 3.3.3 Planning ........................................................................................... 7 3.3.4 Samenstellen afstudeercommissie ...................................................... 8 3.3.5 Voorlopige goedkeuring startnotitie .................................................... 8
3.4
Het afstudeerwerk ........................................................................................ 8 3.4.1 Vergadering 1, de startvergadering .................................................... 8 3.4.2 Vergaderingen 2 en 3, de tussentijdse vergaderingen.......................... 8 3.4.3 Vergadering 4, de Go/no go vergadering ............................................ 8 3.4.4 Voorbereiding afstudeervoordracht..................................................... 9 3.4.5 Vergadering 5, de afstudeervoordracht ............................................... 9
3.5
Aanvraag MSc examen.................................................................................10
Samenstelling afstudeercommissie en -bedrijf..........................................................11 4.1
Vergoedingen ..............................................................................................11
5
Afstudeercolloquium Design and Construction Processes ..........................................12
6
Afstuderen in het buitenland...................................................................................13
7
Het BE-DCP afstudeerprogramma ...........................................................................14
8
Aanbevolen literatuur .............................................................................................15
9
8.1
Het LBC ......................................................................................................15
8.2
Rapportage en presentatietechniek...............................................................15
8.3
Onderzoeksmethodologie .............................................................................16
8.4
Onderzoekstechnieken voor dataverzameling ................................................17
8.5
Onderzoek met casestudies..........................................................................18
8.6
Beschrijven en analyseren van onderzoekgegevens en statistiek.....................18
Voorbeeld inhoudsopgave startnotitie......................................................................20
Guideline for completing the DCP specialisation – 7 april , 2009
2
1
Waarom deze wegwijzer?
Gefeliciteerd! In het verleden heb je gekozen voor de specialisatie BE-DCP (track Building Engineering, specialisation Design and Construction Processes) en nu ben je bij de laatste horde aanbeland; het afstudeerwerk. Het afstuderen is aan enkele procedures gebonden. Deze wegwijzer tracht deze duidelijk te maken. Het gaat daarbij niet alleen om het afstudeerwerk (het vak CT5060), maar ook om het bijbehorende traject richting het Master diploma. In principe staat het Master afstudeerproces beschreven in de officiële reglementen: • Deel I: Teaching and Examination Regulations MSc CE 2008-2009 (Onderwijs- en examenregeling MSc CT, OER) • Deel II: Implementation Regulations MSc CE 2008-2009 (Uitvoeringsregeling MSc CT) • Deel III: Rules and Guidelines Board of Examiners MSc CE 2008-2009 (Regels en Richtlijnen examencommissie MSc CT, RR) Deze documenten zijn op diverse plaatsen op de TU website te vinden, zie bijvoorbeeld http://studenten.tudelft.nl => citg => Reglementen. Ondersteunende formulieren zijn te vinden via http://studenten.tudelft.nl => citg => Formulieren. In geval van omissies in deze afstudeerwijzer zijn bovenvermelde reglementen vigerend. Building Engineering heeft een wat “studentvriendelijkere” beschrijving van het afstudeerproces uitgebracht. Deze is te vinden via www.udispuut.citg.tudelft.nl => Education. Toch bleek er ook behoefte aan een iets specifiekere toelichting van de procedure voor het proces bij de DCP specialisatie, vandaar deze wegwijzer.
Guideline for completing the DCP specialisation – 7 april , 2009
3
2 2.1
Wat we van je verwachten Wie zijn we; de sectie Bouwprocessen
Algemene informatie over de organisatie achter de DCP specialisatie, te weten de sectie Bouwprocessen, kan gevonden worden via www.bouwprocessen.citg.tudelft.nl. De afstudeercoördinator van de DCP specialisatie is ir. Felix Soons (
[email protected]). Idealiter zullen professor De Ridder en een andere medewerker van de sectie Bouwprocessen zitting nemen in je afstudeercommissie. Het belang van de sectie Bouwprocessen is de gedachte achter het Living Building Concept (LBC) een breder draagvlak te geven bij opdrachtgevers, adviseurs en aannemers in de civiele techniek. Van afstudeerders wordt verwacht dat zij gereedschap ontwikkelen waarmee de toepassing van de LBC gedachte in de praktijk verbeterd wordt en waarmee de kennis van de LBC gedachte verdiept wordt. 2.2
Wat BE-DCP medewerkers van jou verwachten
Wij verwachten van jou als aankomende ingenieur een ontwikkeling van de vaardigheden om de rol van ontwikkelaar, integrator, diplomaat en adviseur te kunnen vervullen. Je dient zelfstandig zorg te dragen dat zijn kennis op een hoger niveau komt. Bij aanvang van dit ‘graduation work’ moet je vakkennis bezitten van de specifieke bouwprocesvakken die in de masteropleiding worden gedoceerd. Je dient in staat zijn de ontbrekende kennis te verwerven via literatuurstudie en interviews met experts. Je moet een timmermansoog hebben voor de situatie en het juiste gereedschap weten te kiezen. Als integrator moet je de theoretische concepten integreren met de problemen die leven in het beroepenveld. Als diplomaat moet jij je kunnen bewegen in het krachtenveld van de commissieleden die strijden om hun eigen vakgebied als in een soort “Balkan ruzie”. Dit vereist een diplomatieke opstelling om zowel aan zijn eigen als de collegiale belangen tegemoet te komen. Elk commissielid wil uiteraard zelf scoren en op die manier de aandacht voor zich te winnen. Als adviseur moet jij weten hoe je de studieresultaten overbrengt tijdens de commissievergaderingen, de feedback verwerkt en de commissieleden informeert hoe verder te gaan. 2.3
Wat je van BE-DCP medewerkers mag verwachten
Van ons mag je zowel vakinhoudelijke als procedurele begeleiding verwachten. Via ons praktijk- en TU netwerk krijg je hulp bij het formuleren van een opdracht en het samenstellen van je afstudeercommissie. We zorgen voor een ‘dagelijkse’ begeleiding en hulp bij het doorbreken van impasses. 2.4
Verwachtingen betreffende communicatie
Formeel gezien wordt het afstudeerproces aangestuurd via de commissievergaderingen, waarbij in principe alle commissieleden aanwezig zijn, en via de eindpresentatie. Informeel vindt er ook communicatie met de dagelijkse begeleiders plaats. Daarnaast wordt er verwacht dat de afstudeerder bijdraagt aan het afstudeercolloquium van de sectie Bouwprocessen, zie hoofdstuk 5.
Guideline for completing the DCP specialisation – 7 april , 2009
4
3
Het afstudeerproces
Formulier Aanvraag aanvang afstudeerwerk inleveren bij Service Punt (SSC O&S)
Eventueel formulier Aanvraag bijzondere verklaring indien meer dan 135 ECTS bij examencommissie via coördinator
Eventueel Terugtrekkingsformulier bij SSC O&S indien niet tijdig afgerond
Inleveren Eindrapport
Formulier Verklaring klaar met studie bij SSC O&S
Eindpresentatie
Diploma-uitreiking
Binnen 4 weken: -MSc-diploma -diploma supplement -diploma enclosure
Formulier Aanvraag MSc examen en evt. Aanvraag bijzondere verklaring bij SSC O&S
Afgerond: -Bachelor examen -120 ECTS master conform eisen richting -afstudeerrichting -max 7 ECTS een 5 -max 6 ECTS WMvakken naast ethiek
Uiterlijk 4 weken voor vergadering examencommissie
Eventuele wijzigingen afstudeerkaart naar coördinator
OUTPUT TUDelft
Formulier Aanvraag Afstudeerkaart volledig invullen en leveren aan coördinator
Gesprek hoofdbegeleider over onderwerp en commissie
AFSTUDEREN & AFRONDEN VAKKEN
TIJDSLIJN
Gesprek afstudeercoördinator over proces en voorlopige afstudeerkaart
Binnen 4 weken: Toestemming afstudeerwerk
Het volgende stroomschema van het afstudeerproces is overgenomen uit het Building Engineering informatieboekje (te vinden via www.udispuut.citg.tudelft.nl => Education), p. 30:
Aan dit stroomschema kunnen geen rechten worden ontleend. Het onderwijs- en examenreglement met implementatie is altijd leidend
Guideline for completing the DCP specialisation – 7 april , 2009
5
De in het figuur genoemde formulieren zijn te vinden via http://studenten.tudelft.nl => citg => Formulieren. Het gaat om de volgende formulieren: • • • • • •
Aanvraag aanvang afstudeerwerk (Application Start Msc Thesis) – zie 3.1. Aanvraag afstudeerkaart (Form Graduation Chart) – zie 3.2. Aanvraag bijzondere verklaring (Application Form Special Certificate) – zie 3.2. Aanvraag MSc examen (Application Form MSc graduation) – zie 3.5. Terugtrekkingsformulier (Withdraw Form) – zie 3.5. Verklaring klaar met studie (Statement Completion MSc Study) – zie 3.5.
In het hierna volgende wordt de werking van de formulieren en het proces waarin ze zijn ingebed verder aangegeven. Jij als afstudeerder bent zelf verantwoordelijk voor de tijdige inlevering van de op dat moment relevante formulieren. Je draagt zorg voor de afhandeling van de formaliteiten en gebruikt bij voorkeur enkel de digitaal ter beschikking gestelde formulieren. 3.1
Aanvraag aanvang afstudeerwerk
Vul het formulier “Aanvraag aanvang afstudeerwerk” in en lever het in bij het servicepunt. Zij controleren of je aan de toelatingseis (bachelor diploma plus 60 ECTS) voldoet. Indien dit het geval is, ligt na ongeveer twee weken het “bewijs aanvang afstuderen” bij de BE-DCP afstudeercoördinator. Ondertussen kan je alvast beginnen met de stap die genoemd is in paragraaf 3.3. 3.2
Afstudeerkaart + bijzondere verklaring
Vul het formulier “Aanvraag afstudeerkaart” in en druk het af. Ga met de ingevulde afstudeerkaart naar de BE-DCP afstudeercoördinator. Deze controleert de afstudeerkaart op de volledigheid van het programma en zorgt ervoor dat het met de onderwijsadministratie in orde gemaakt wordt. Indien je meer dan 135 ECTS hebt en meent te voldoen aan de voorwaarden zoals gesteld in [Reglementen, Deel III, artikel 30], stuur dan een brief naar de examencommissie, waarin je aangeeft om voor een bijzondere verklaring in aanmerking te komen. Indien zij dat bevestigen, vul dan het formulier “Aanvraag bijzondere verklaring” in en lever het in bij de BE-DCP afstudeercoördinator. 3.3
Inhoudelijke voorbereidende activiteiten
Maak een afspraak met de BE-DCP afstudeercoördinator om een afstudeeronderwerp te kiezen en hulp te krijgen bij het vinden van een afstudeerplaats, bij voorkeur bij een bedrijf. Daarna ontvang je aanwijzingen voor het opstellen van de startnotitie inclusief planning en het formeren van je afstudeercommissie. Bij de invulling van deze voorbereidende activiteiten wordt uitgegaan van je zelfwerkzaamheid. 3.3.1 Keuze onderwerp Je afstudeeronderwerp moet in de lijn van het vakgebied van de sectie Bouwprocessen liggen. Een overzicht van mogelijke afstudeeronderwerpen is te
Guideline for completing the DCP specialisation – 7 april , 2009
6
vinden via posters op de gang aan de even zijde tussen liften 3C en 3B, of via www.bouwprocessen.citg.tudelft.nl > onderwijs. Het is ook mogelijk zelf een onderwerp formuleren, of een reeds geformuleerde opdracht iets aan te passen. Mocht je daarvoor inspiratie willen opdoen, dan kan dat op de Bouwprocessen website waar een overzicht van afgeronde afstudeeropdrachten is te vinden. Van de meeste afstudeerrapporten is een samenvatting toegevoegd, van sommigen de integrale tekst. De rapporten zijn ook in te zien via de BE-DCP afstudeercoördinator. Tevens kan je inspiratie opdoen bij de beschrijving van de doelstellingen van het LBC, zie “onderzoek” op de Bouwprocessen website. 3.3.2 Startnotitie De startnotitie is een schetsmatige weergave van het afstudeeronderzoek. Om de notitie te kunnen opstellen is enige voorstudie nodig. Alhoewel het een eerste aanzet is bevat het reeds een korte beschrijving van de probleemsituatie, een probleemstelling, onderzoeksvragen, een werkwijze en het verwachte resultaat. Tevens is er planning waarin de diverse activiteiten richting het eindrapport staan aangegeven. Die weerspiegelt de omvang en diepgang van je afstudeerstudie. Je startnotitie wordt gecompleteerd door een literatuurlijst en een weergave van de samenstelling van de afstudeercommissie. Hoofdstuk 9 geeft een voorbeeld inhoudsopgave voor de startnotitie weer. 3.3.3 Planning Belangrijk onderdeel van de startnotitie is de planning. Bij het opstellen van de planning mag je uitgaan van het volgende. De omvang van het afstudeerwerk is 42 European Credits [ECTS]. Eén ECTS komt overeen met 28 studiebelastinguren. Zodoende komt de totale doorlooptijd van het afstudeerwerk overeen met circa (42 x 28)/40 = 29 werkweken à 40 uur. Stel het maken van de startnotitie neemt 4 weken in beslag dan resteren nog circa 25 weken.
Zoals vermeld in paragraaf 2.4 zullen er diverse commissievergaderingen plaatsvinden, waarin je de deelresultaten presenteert. Geef in de planning de data voor de commissievergaderingen weer. Plan de vergaderfrequentie in het begin korter, daar hier veel vragen beantwoord moeten worden en de verwachtingen van jou als afstudeerder met de commissie worden kortgesloten. Daarna kan de frequentie langer zijn. Onderstaand een richtlijn gebaseerd op 5 bijeenkomsten: Type vergadering 1. Startvergadering 2. Commissie vergadering 1 3. Commissie vergadering 2 4. Go/no go Master examen commissie* 5. Afstudeervoordracht
Week 1 .. .. .. .. 25
Onderwerp Resultaten van de oriëntatie/verkenning Inhoud en voortgang Inhoud en voortgang Toestemming tot afronding Controle afstudeerprogramma Beoordeling inhoud, werkwijze en presentatie
* Hierbij is de student niet aanwezig.
Guideline for completing the DCP specialisation – 7 april , 2009
7
3.3.4 Samenstellen afstudeercommissie Zie hoofdstuk 4. Kies de leden zorgvuldig, informeer via de BE-DCP afstudeercoördinator naar namen en let op begeleiders die je snel en “dagelijks” kunt aanspreken.
3.3.5 Voorlopige goedkeuring startnotitie Stem met je dagelijkse begeleider of met BE-DCP afstudeercoördinator af of de startnotitie geschikt is om te verspreiden onder de overige commissieleden. Plan de startvergadering. 3.4
Het afstudeerwerk
Het inhoudelijke werk verschilt natuurlijk per afstudeerproject. Daarom wordt in deze handleiding voornamelijk ingegaan op de commissie vergaderingen. Voor alle vergaderingen geldt dat de afstudeerder zorgt voor de agendering en de verslaglegging, inclusief besluiten- en actielijst. Stuur de commissieleden minimaal een week voorafgaand aan elke vergadering de agenda, een samenvatting (maximaal twee A-4tjes) van de verrichtte activiteiten uit de voorliggende periode en een tussenrapport. Dit tussenrapport kan een toevoeging zijn op het voorgaande rapport, maar een compleet herzien tussenrapport verdient de voorkeur. Maak en verspreid het verslag van de commissievergadering binnen één week na de commissievergadering. Heb je na een week na verzenden van het verslag geen reactie ontvangen van de commissieleden dan wordt het verslag akkoord verondersteld [Reglementen, Deel III, art. 19, lid 1]. 3.4.1 Vergadering 1, de startvergadering De startvergadering heeft als doel om alle commissieleden, met name diegenen die niet betrokken waren bij het opstellen van de startnotitie, op één lijn te krijgen wat betreft verwachtingen. Jij als afstudeerder stelt tijdens de eerste commissievergadering de data voor de peilingen definitief vast. Alle partijen, de afstudeerder, de begeleiders van de TU Delft en het bedrijf committeren zich aan het onderwerp en de planning. De eindrapportage moet in principe in het Engels geschreven worden. In overleg met de commissie kan hier eventueel van worden afgeweken. Tevens wordt deelname aan de DCP colloquia ingepland, zie hoofdstuk 5 voor meer daarover. 3.4.2 Vergaderingen 2 en 3, de tussentijdse vergaderingen Communiceer de deelresultaten in principe met de voltallige vergadering. Hier worden meningen en commentaren uitgewisseld en op elkaar afgestemd. De resultaten van die afstemming worden vastgelegd in de besluiten- en actielijst.
Dagelijkse inhoudelijke vragen bespreek je met de dagelijkse begeleider op de TU of het bedrijf. De vorm en inhoud van dagelijks overleg met begeleiders wordt in onderling overleg bepaald. 3.4.3 Vergadering 4, de Go/no go vergadering Tijdens de go/no go vergadering beoordeelt de commissie of de rapportage van het afstudeerwerk klaar is om te worden afgerond. Als dat het geval is kan je beginnen met de voorbereidingen voor je afstudeervoordracht.
Guideline for completing the DCP specialisation – 7 april , 2009
8
Als je schat dat je eindpresentatie voor de volgende Master examen commissie vergadering zal plaatsvinden, dien dan de aanvraag voor het Master examen in, zie paragraaf 3.5. 3.4.4 Voorbereiding afstudeervoordracht De afstudeerder nodigt zelf de commissieleden uit en reserveert zelf de collegezaal. Het verdient aanbeveling om het eindrapport te voorzien van een tweetalige inleiding en samenvatting.
Minimaal twee weken voor de eindpresentatie voorzie je elk lid van de afstudeercommissie met een papieren versie van het afstudeerrapport. In de twee weken voorafgaand aan de afstudeervoordracht voer je de volgende acties uit: • Dien een papieren versie van het afstudeerrapport in bij de BE-DCP afstudeercoördinator, voor het archief van de sectie Bouwprocessen; • Hang een aankondiging (1 A4) van je afstudeervoordracht, in het Engels, op in de liften; • Dien een poster van je afstudeeronderwerp (formaat: A1) in bij de BE-DCP afstudeercoördinator, ten behoeve van voorlichting van toekomstige BE-DCP studenten. Op de dag van je afstudeervoordracht (eerder is ook goed) dien je een CD (of een ander digitaal medium) in bij de BE-DCP afstudeercoördinator, met daarop: • Een Pdf versie van het afstudeerrapport, met vermelding van die onderdelen waarop wel/geen embargo rust. NB: In geval van concurrentiegevoelige informatie kan op verzoek van bedrijf het afstudeerrapport met vertraging van maximaal een jaar worden gepubliceerd. Afstudeerartikelen mogen op verzoek van bedrijf evt. worden geanonimiseerd; • Een samenvatting in het Engels (1 A4) van je afstudeervoordracht; dit voor de halfjaarlijkse afstudeerbundel van Civiele Techniek; • Het bronbestand van je poster; • Het bronbestand van je eindpresentatie; • Belangrijke bestanden die het resultaat zijn van je afstudeeropdracht (video’s, modellen, tekeningen, etc.). In overleg en in samenwerking met je begeleider bestaat er de mogelijkheid het resultaat van je afstudeerwerk om te vormen tot een wetenschappelijk “paper” van ongeveer 10 pagina’s. Dit is niet verplicht, maar wel erg nuttig voor de sectie Bouwprocessen en in zekere mate ook voor jezelf, dus het wordt wel aanbevolen. 3.4.5 Vergadering 5, de afstudeervoordracht Deze publieke presentatie met aansluitende beoordeling vormt de afsluiting van het afstudeerwerk. Opening wordt doorgaans verzorgd door professor de Ridder, waarna de afstudeerder de presentatie doet. Na een speech van professor de Ridder trekt de commissie zich terug om tot een oordeel te komen. Dit duurt zolang als nodig, doorgaans een kwartier, waarna professor de Ridder het eindcijfer en de totstandkoming daarvan mededeelt en het “cijferbriefje’’ overhandigt. Guideline for completing the DCP specialisation – 7 april , 2009
9
3.5
Aanvraag MSc examen
Drie keer per jaar vindt er een Master examencommissie vergadering plaats, in de maanden februari, juni en oktober, zie het CT nieuws onder het kopje “Board of Examiners meeting” bij de betreffende maand voor de exacte data. Dit is een besloten vergadering waarin de hoogleraren de vakkenlijsten en het afstudeerwerk van afstudeerders bespreken. Twee weken na deze vergadering vindt de diplomauitreiking plaats. Dat is een ceremoniële bijeenkomst waarin alle studenten die in de voorliggende periode hun afstudeerwerk met succes hebben afgerond hun diploma uitgereikt krijgen. Uiterlijk 20 werkdagen voorafgaand aan de Master examencommissie vergadering (zie het CT nieuws voor de exacte indieningsdeadlines) meld je jezelf aan voor het verkrijgen van het Master diploma. Gebruik hiervoor het formulier “Aanvraag MSc examen”. Lever dit formulier met pasfoto in bij het servicepunt. Naar aanleiding hiervan wordt gecontroleerd of het examenprogramma zoals vermeld op je afstudeerkaart (zie paragraaf 3.2) cijfermatig is afgerond en voldoet aan de zakslaagregeling. Indien alles in orde is ontvang je een paraaf “Program completed” op de afstudeerkaart. Als na je aanmelding blijkt dat het toch niet mogelijk is om voorafgaand aan het Master examen alle cijfers bekend te hebben, trek je dan terug via het formulier “Terugtrekkingsformulier”. Het kan soms nodig zijn om nog voor de eerstvolgende diploma-uitreiking een officieel bewijs te hebben dat je je studie hebt afgerond. Als je al je vakken inclusief het afstudeerwerk hebt afgerond, dan kan je het bewijs aanvragen met het formulier “Verklaring klaar met studie”. Voor studenten die direct na hun afstudeerpraatje naar het buitenland vertrekken en die niet in de gelegenheid zijn om terug te komen voor de diploma-uitreiking bestaat er de mogelijkheid om direct na hun eindpresentatie het MSc diploma ontvangen, mits zij dit 20 werkdagen voorafgaand aan de eindpresentatie schriftelijk en met redenen omkleed kenbaar gemaakt hebben.
Guideline for completing the DCP specialisation – 7 april , 2009
10
4
Samenstelling afstudeercommissie en -bedrijf
Afstudeerders verrichten hun afstudeerwerk in principe altijd in samenwerking met een bedrijf en hebben daar hun werkplek. De sectie Bouwprocessen kan afstudeerders in principe geen huisvesting aanbieden. Afstudeerwerk is in principe onafhankelijk en openbaar. Het empirisch deel wordt ingevuld in overleg met het bedrijf. Het afstudeerwerk mag echter nooit ontaarden in advieswerk voor een bedrijf. De conclusies van het afstudeerwerk zijn van algemene relevantie. De afstudeerder is de projectleider van eigen afstudeerproject. Dit omvat: • Planning van de werkzaamheden en vergaderingen; • Voortgangsbewaking; • Communicatie met de afstudeercommissie en derden; • Het informeren van afstudeercoördinator van relevante ontwikkelingen en voortgang, inclusief vergaderdata. De commissie bestaat uit ten minste drie examinatoren van de TU Delft, welke twee verschillende secties vertegenwoordigen. De voorzitter van de afstudeercommissie behoort tot de Master opleiding Building Engineering. Voorbeeld: • Prof. dr. ir. H.A.J. de Ridder als voorzitter; • Een wetenschappelijk medewerker van Bouwprocessen als dagelijkse begeleider; • Een wetenschappelijk medewerker van de TU Delft, als derde commissielid. Vanwege organisatorische redenen geniet het de voorkeur als deze persoon bij Civiele Techniek werkt; • Een dagelijkse begeleider van het bedrijf, - ingenieursbureau of de overheid (indien van toepassing). 4.1
Vergoedingen
Afstudeerders krijgen geen vergoeding vanuit Bouwprocessen voor het werk aan afstuderen, reproductie van afstudeerrapport, etc. Alle kosten worden beschouwd als onderdeel van de integrale studiekosten van de studie, dus komen ten koste van de student. Met het afstudeerbedrijf kunnen afstudeerders op eigen gelegenheid eventueel vergoeding of ondersteuning overeenkomen voor het afstudeerwerk, reproductie van het afstudeerrapport en eventuele overige kosten.
Guideline for completing the DCP specialisation – 7 april , 2009
11
5
Afstudeercolloquium Design and Construction Processes
De sectie Bouwprocessen wil de kennisuitwisseling tussen begeleiders en afstudeerders en afstudeerders onderling graag stimuleren. Vandaar het voornemen om colloquia te faciliteren. De precieze invulling en organisatie rondom deze colloquia is nog niet helemaal duidelijk, maar ga voorlopig uit van het volgende: Alle afstudeerders geven minimaal een keer gedurende hun afstudeeronderzoek een presentatie in het maandelijkse afstudeercolloquium van de sectie Bouwprocessen. Na de startvergadering wordt een afstudeerder ingepland in de serie colloquia. Afstudeercolloquia vinden plaats in tweetallen en worden door betreffende tweetallen samen voorbereid. Mocht in voorkomende gevallen een of beide afstudeerders verhinderd zijn te presenteren dan ruilt (ruilen) de afstudeerder(s) zelf met een andere afstudeerder op een andere datum en laat het resultaat weten aan de BEDCP afstudeercoördinator, zodat de indeling herzien kan worden. Alle afstudeerders en begeleiders worden uitgenodigd op de colloquia om te leren van elkaar en feedback te geven op de afstudeerders die presenteren. Afstudeerders die presenteren richten het betreffende colloquium zelf in, openen de zaal (sleutel ophalen en weer terugbrengen bij servicepunt), nemen een laptop mee, zorgen dat alle apparatuur draait, openen het colloquium, leiden de discussie en sluiten het colloquium en de zaal af (daarna ook sleutel terugbrengen bij servicepunt). Tip: Houdt onderling contact en maak afspraken om uit te wisselen wat een ieder doet en wil van elkaar leren.
Guideline for completing the DCP specialisation – 7 april , 2009
12
6
Afstuderen in het buitenland
De procedure voor afstuderen in het buitenland is in principe hetzelfde als de normale procedure. In dit hoofdstuk staan enkele specifieke eigenschappen/verschillen genoemd. De volgende werkzaamheden moeten op de TU Delft plaatsvinden: • Keuze afstudeeronderwerp, intake gesprek. • De voorlopige afronding van de startnotitie. • De startvergadering. Tijdens deze startvergadering wordt vastgesteld hoe digitaal te vergaderen.
• •
De go/no go vergadering. Het afstudeercolloquium.
De tussentijdse commissievergaderingen (vergadering 2 en 3) kunnen digitaal. Begeleiding Het externe commissielid bij het bedrijf in het buitenland vervult de rol van dagelijks begeleider. Deze externe dagelijkse begeleider is tussen de commissievergaderingen door het aanspreekpunt voor de afstudeerder.
Communicatie Afstudeerder verzendt om de twee weken per mail een kopie van de dagelijkse verslaglegging van de communicatie met de externe begeleider naar de andere commissieleden en de BE-DCP afstudeercoördinator.
Guideline for completing the DCP specialisation – 7 april , 2009
13
7
Het BE-DCP afstudeerprogramma A.
4 EC’s
B1
20 EC’s CT4201 CT4211 CT4221 CT4251 CT4281
B2.
M0312CT Ethics (General) Track linked courses:
Architecture and Building Engineering Facades Advanced Building Physics Management in Building Industry Building Structures 2
16 EC’s Specialisation Design and construction processes [art. 6.6] CT4740 Plan and Project Evaluation, 4 EC’s CT5981 Forms of Collaboration in Civil Engineering, 4 EC’s AR1R050 Real Estate, Economics, Finance and Planning, 4 EC’s And one course out of: CT4130 CT4260 CT5910 CME1200 CT5930
Probabilistic Design, 4 EC’s Building Design and Construction Informatics, 4 EC’s Functional Design in Civil Engineering, 4 EC’s Collaborative Design and Engineering, 4 EC’s System Dynamics, 7 EC’s
C.
16 EC’s Electives [see art. 3.1, free choice]
D
22 EC’s Two possibilities range from below, choice out of D1- D4 [art. 3.1] D1. CT4040 D2. CT4061
Traineeship, 11 EC’s Multidisciplinary Project, 11 EC’s
D3. ‘Electives, 11 EC’s. Not required courses, DCP recommends this as an option to’ [art. 6.7] CT4030 CT4270 CT5220 CT5760 CT5940 CT5970
Research Methodology, 3 EC’s Knowledge Management in Building Processes, 4 EC’s Conservation of the structural Heritage, 3 EC’s Construction and infrastructure Law, 4 EC’s Advanced Design Systems, 6 EC’s Advanced Information Systems, 4 EC’s
D4. CT5050 Additional Graduation Work, 11 EC’s E.
CT5060, the Graduation work. 42 EC’s
The study load for the Master’s degree course is 120 credits. For further information see [Reglementen, Deel II, art. 3]
Guideline for completing the DCP specialisation – 7 april , 2009
14
8 8.1
Aanbevolen literatuur Het LBC
Zie http://www.psib.nl/upload/documents/publicaties/LBC%20OKT%2006%20DEF%20D RUK.pdf Aanvullende info: zie www.bouwprocessen.citg.tudelft.nl > onderzoek of publicaties. 8.2
Rapportage en presentatietechniek
Elling, R., B Andeweg, J. de Jong en C Swankhuisen (2005). Rapportagetechniek. Groningen, Wolters Noordhoff.
Praktische adviezen voor het schrijven van rapporten, haalbaarheidsstudies, procedures, etc., speciaal ontwikkeld voor studenten aan technische en bedrijfsgerichte opleidingen.
Eco, Umberto. Hoe schrijf ik een scriptie?, Amsterdam, Bert Bakker, 1990
Onderwerpen zijn onder meer: opbouw van de scriptie, bronnenonderzoek. Literatuurverwijzing, formuleren, etc.
Mirande, M.J.A. en E. Wardenaar. Scriptieproblemen. Groningen, Wolters Noordhof, 1990.
Praktisch hulpmiddel bij twijfel over de juiste aanpak en ter analyse van een moeizaam verloop van het afstuderen. Vooral deel 2 is hierop gericht.
Oosterbaan, Warna. Het schrijven van een leesbare scriptie. Rotterdam, NRC Handelsblad, 1995.
Uit de vijfdelige reeks “studeren” Beknopte introductie in het afstudeeronderzoek en in het boeien en begrijpelijk schrijven een afstudeerrapport. Begin direct met schrijven, start in de beginfase met een hoofdstukindeling en breng wat “nieuws” zijn drie belangrijke adviezen. Alleen bij NRC Handelsblad te bestellen. Tel. 010 4067652.
Tufte, Edward. Envisioning information. Graphics Press, 1990. Publicatie over het visualiseren van allerlei data.
Tufte, Edward. Visual Explanations, Images and Quantities, Evidence and Narrative. Graphics Press, 1997. Publicatie over het visualiseren van allerlei data.
Tufte, Edward. Visual & Statistical Thinking: Displays of Evidence for Decision Making. Graphics Press. 1997. Publicatie over het visualiseren van allerlei data.
Tufte, Edward. The visual display of quantative information. Graphic Press. 2001. 2e editie (oorspr. 1992). Publicatie over het visualiseren van allerlei data.
Wagenaar, W.A. Het houden van een presentatie. Rotterdam, NRC Handelsblad. 1996.
Guideline for completing the DCP specialisation – 7 april , 2009
15
Uit de vijfdelige reeks “Studeren” van NRC Handelsblad. Gericht op het geboeid houden van toehoorders. Maar ook zeer bruikbaar voor het geboeid houden een lezer van een tekst. Sterk aanbevolen. Alleen bij NRC Handelsblad te bestellen, tel. 010 4067652.
8.3
Onderzoeksmethodologie
Baarda, D.B., M.P.M. de Goede en J. Teunissen. Kwalitatief Onderzoek. Praktische handleiding voor het opzetten en uitvoeren van kwalitatief onderzoek. Leiden. Stenfert Kroese. 1997.
Overzichtelijk, systematisch opgezette handleiding voor kwalitatief onderzoek, met hoofdstukken over drie bekende vormen van dataverzameling/-verwerking; participerende observaties, interviewen en bronnenonderzoek. Bijlage 1 geeft informatie over aanvullende literatuur. In bijlage 2 wordt ingegaan op specifieke software (“Kwalitan”) en tekstverwerkingsprogramma’s om de analyse van verzamelde data te ondersteunen.
Baarda, D.B. en M.P.M. de Goede. Basisboek methoden en technieken. Leiden, Stenfert Kroese. Derde druk. 2001.
Praktische handleiding voor het opzetten en uitvoeren van onderzoek. Aan de hand van stroomschema’s wordt het onderzoeksproces, van probleemstelling en onderzoeksontwerp tot en met data-analyse en rapportage, stap voor stap doorgelopen. Elk hoofdstuk wordt afgesloten met toetsvragen. Vooral gericht op kwantitatieve onderzoeksmethoden.
Denzin, Norman K. en Yvonna S. Lincoln (eds). Handbook of qualitative research. Thousand Oaks. Sage. 1994. Omvangrijk overzichtswerk. Het boek legt verbanden met theoretische invalshoeken.
Groot, A.D. de, Methodologie, grondslagen van onderzoek en denken in de gedragswetenschappen. ’s-Gravenhage, Mouton, 1971. Kuypers, G. ABC van een onderzoeksopzet. Muidenberg, Coetinho. 1982.
Een zeer toegankelijk geschreven boekje over het verschil tussen uitzoeken en onderzoeken en de wijze waarop een eenvoudig onderzoek kan worden opgezet.
Segers, J.H.G. Methoden voor de sociale wetenschappen, deel 1; Inleiding tot de structuur van het onderzoeksproces en tot de methoden van dataverzameling. Van Gorcum. Assen/Maastricht. 1987. Segers besteedt ondermeer aandacht aan het “conceptueel model”. Verder vergelijkbaar met Swanborn (1987) en Baarda en De Goede (1990).
Swanborn, P.G. Methoden van sociaal-wetenschappelijk onderzoek. Inleiding in ontwerpstrategiën. Meppel. Boon.1987. Standaardwerk in de universitaire wereld. Nadruk ligt op de onderzoeksmethoden/-technieken; niet zozeer op de statistiek.
Verschuren, P.J.M. De probleemstelling voor een onderzoek. Het Spektrum. Utrecht. 1996. Richtlijnen, hulpmiddelen en vaardigheden voor het juist en adequaat formuleren van een probleemstelling, waaarmee de voorbereidingsfase kan worden bekort.
Guideline for completing the DCP specialisation – 7 april , 2009
16
Verschuren, Piet en Hans Doorewaard. Het ontwerpen en een onderzoek. Lemma, Utrecht. 1998
Dit boek is vooral geschreven voor de beginfase van een onderzoek. De meeste boeken gaan over het uitvoeren van een onderzoek, terwijl het begin juist zo lastig is. Deel 1. Conceptueel ontwerp, gaat over deze beginfase. Deel 2. Onderzoekstechnisch ontwerp, gaat al wat meer over de uitvoering.
8.4
Onderzoekstechnieken voor dataverzameling
Baarda, D.B., M.P.M. de Goede en A.G. van der Meer-Middelburg. Open interviewen. Stenfert Kroese, Leiden. 1996.
Praktische handleiding voor het voorbereiken en afnemen van open interviews, het benaderen van respondenten en het verwerken en analyseren van gespreksmateriaal. De nadruk ligt op het verzamelen van gegevens. Het laatste hoofdstuk gaat over het verwerken van het materiaal (inhoudanalyse).
Baarda, D.B., M.P.M. de Goede en M. Kalmijn. Basisboek enquêteren en gestructureerd interviewen. EP Houten 2000. Emans, B. Interviewen. Theorie, techniek en training. Wolters Noordhoff, Groningen. 1990. Meulenberg, M. Van vragen tot verslagen. Coutinho, Bussum. 1995.
Beknopte handleiding voor interviewers, met tips voor de voorbereiding, afname en verwerking.
Fowler, F.J. Survey Research Methods. Sage. Newbury Park. (1993). Fowler, F.K. en T.W. Mangione. Standardized Survey Interviewing. Sage, Newbury Park. 1990. Gorden, R.L. Interviewing Stategy, Techniques and Tactics. Dordey Press. Chicago,1987. Gorden, R.L. Basic Interviewing Skills. Waveland Press, Prospect Heights. 1998. Gordon, W. en R. Langmaid. Qualitative Market Reserach. Gower, Aldershot. 1988. Krueger, R.A. Focus Groups. Saga. Thousand Oaks. 1994. Horn, L.A. ten. Wenken voor vrije interviewers. Faculteit Techniek Bestuur en Management, TU Delft. Krippendorff, K. Content Analysis. An Introduction to its methodology. Sage Newsbury Park. 1980. Guideline for completing the DCP specialisation – 7 april , 2009
17
Marshall, C. den G.B. Rossman. Designing Qualitative Research. Sage. Thousand Oaks. 1995. Maxwell, J.A. Qualitative Research Designing. Sage, Thousand Oaks. 1996. Gordon, Wendy en Roy Langmaid. Qualitative market research. A practitioner’s and buyer’s guide. Aldershot. Gower. 1988.
De schrijvers gaan in op onder meer groepsdiscussies (zgn. “focusgroepen”) en interviewtechnieken. Het boek is enigszins gekleurd door de herkomst van de schrijvers: marktonderzoekers die vaak de introductie van nieuwe producten moeten onderzoeken.
Schampheleire, W. de. De techniek van de enquête, een inleiding. Leuven/Amersfoort. Acco. 1986. Deze publicatie gaat in op zowel mondeling (interview) als schriftelijk enquêteren. Ook de steekproeftrekking en de beschrijving van de data komen aan de orde.
8.5
Onderzoek met casestudies
Brasters, J.F.A. De kern van casestudy’s. Gorcum. Van Assen. 2000. Hutjes, J.M. en J.A. van Buren. De gevalstudie. Strategie van kwalitatief onderzoek. Meppel. Boom. 1996/1992. Miles, Matthew B. en A. Michael Huberman. Qualitative data analysis. London Sage, 2nd ed. 1994.
Overzichtswerk over casestudieonderzoek. Veel aangehaald. Bevat veel praktische aanwijzingen voor de opzet en uitvoering van verschillende soorten casestudieonderzoek.
Swanborn, P.G. Casestudy’s; wat, wanneer en hoe? Amsterdam/Meppel. Boom. 1996.
Uitgebreid boek over het werken met casus-onderzoek. Het eerste hoofdstuk start met een schets van de verschillen tussen “intensief” en “extensief” onderzoek.
Yin, Robert K. Case study research. Design and methods. Thousand Oaks. Sage, 2nd ed. Veel aangehaalde Engelstalige publicatie over het uitvoeren van case-studies.
8.6
Beschrijven en analyseren van onderzoekgegevens en statistiek
Blalock, Hubert M. Social Statistics. Auckland. McGraw Holl, 2nd rev. ed.
Degelijk statistiekboek. Complementair aan Swanborn (1984) en Baarda en De Goede (1990). Gaat dieper op de materie in dan Lindblad (1984). Bevat ook een uiteenzetting over het analytische deel van de statistiek.
Guideline for completing the DCP specialisation – 7 april , 2009
18
Dalen, Jan van en Leede. Erik de. Statistisch onderzoek met SPSS for Windows. Utrecht. Lemma. 2000.
SPSS is een bekend softwareprogramma om grote datasets statistisch te analyseren. Bijvoorbeeld de verwerking van een schriftelijke enquête met veel vragen en veel respondenten. De Windowstoepassingen van SPSS is zeer gebruiksvriendelijk. Voor de Macintosch zijn vergelijkbare programma’s op de markt.
Lindblad, Thomas J. Statistiek voor historici. Muiderberg. Coutinho. 1984.
Ondanks de titel is dit een basisboek voor alle studierichtingen. Veel beschrijvende statistiek wordt duidelijk uiteengezet, zoals frequentietabellen, tijdreeksen, kruistabellen, maten voor (statistische) samenhang.
Norusis, M.J. SPSS Guide to Data Analysis. Prentic Hall, Upper Saddle River. 2000.
Guideline for completing the DCP specialisation – 7 april , 2009
19
9
Voorbeeld inhoudsopgave startnotitie
Inleiding Algemene context beschrijving. Probleemanalyse Beschrijving context; wat is de achtergrond van het probleem, waarom is het een probleem, beschrijving bedrijf. Probleemstelling Het ongewenste aan de bestaande situatie. Doelstelling, vraagstelling, onderzoeksvragen. Onderzoeksmethodologie Beschrijving van hoe de vragen beantwoord gaan worden. Verantwoording van waarom de vragen op die manier beantwoord gaan worden. Onderzoeksschema waarin de activiteiten op inzichtelijke wijze gepresenteerd worden. Hoofdstukindeling Een voorlopige hoofdstukindeling met onderverdeling in delen, hoofdstukken, paragrafen en subparagrafen. Naar vermogen in dit stadium uitgewerkt. Planning Fasering studie in balkenschema. Voorzet tijdstippen commissie vergaderingen. Literatuurlijst Samenstelling van de afstudeercommissie
Guideline for completing the DCP specialisation – 7 april , 2009
20