De themastructuur van Het Spelend Streefsysteem.
1. Themaverhaal/woordkeuze
Deze themastructuur is ontwikkeld voor de kinderboekenweek 2012: Hello World: Over andere culturen. De Kleine IJsbeer is het themaboek. Raf wordt gebruikt als verwant themaboek, De boeken vullen elkaar heel goed aan: het ene is meer geschikt voor groep jongere kleuters en het andere voor oudere. Bovendien is de kans groot dat IJsbeer in de tropen van Hans de Beer bekend is bij de kinderen. Raf is dat waarschijnlijk niet. Van het boek Raf zijn ook vertelplaten te koop bij de Utrechtse kinderboekhandel ( internet): De 16 matgelamineerde platen zijn A3- formaat. Achterop staat de tekst van de voorgaande plaat. ISBN: 9789047701385 € 24.95
Na bibliotheekbezoek boekenkring van alle boeken van de kleine IJsbeer Hans de Beer. Van De kleine IJsbeer zijn veel prentenboeken. Het is zeer waarschijnlijk dat de bibliotheek die allemaal heeft. Vandaar de boekenkring: De kleine IJsbeer Dat is een mooie gelegenheid om alle boeken van Lars in de groep te krijgen.
Een ander verwant prentenboek:
Dit boek kan ook als verwant themaboek worden gebruikt. Het is niet meer te koop maar ik heb er nog 10 exemplaren van. Mail even ik stuur het boek op tegen de portokosten. ( Zo lang de voorraad strekt natuurlijk), maar ook op internet zijn er tig tweedehands exemplaren.
Youtube
Op Youtube staat een digitaal prentenboek dat lijkt op Lars maar toch iets anders is. De kindneren kunnen de verschillen ontdekken ( Streefdoel 10). Dit prentenboek is in het echt alleen nog tweede hands te koop. Maar het filmpje op Youtube is heel duidelijk. Dus is het boek niet echt noodzakelijk.
De film
Op deze DVD (Bioscoopfilm) staan veel avonturen van de reis van Kleine IJsbeer Ook de reis naar de tropen staat erop. Het is leuk om de film te laten zien bij het slot van dit thema. Hij kost 7,99 bij Bo.com Woordenschat In beide boeken is weinig tekst te vinden. De woordenschatuitbreiding komt in dit thema uit het verwant prentenboek en van de gedichten * Daatntje en het kraantje ( Ziezo) * Pippeloentje met de pet ( Zoezo)
: Deze DVD is (net als het boek) alleen nog tweede hands te koop. Heel jammer want het zijn prachtige tekenfilmpjes. Daantje en het kraantje staat er op. Pippeloentje (helaas) niet. Klassenpop In dit thema wordt ( zoals altijd) een klassenpop1 gebruikt. In Het Spelend Streefsysteem is die klassenpop Heppie. Maar je kunt natuurlijk elke willekeurige klassenpop gebruiken. ( OP de website staat het artikel: Heppie met poppenintegratie. Heppie heeft op de zak van zijn jasje een vraagteken. Dat komt omdat hij de groep vragen stelt. Heppie heeft bij de introductie van dit thema een klein balletje in zijn zak. Hij heeft het gevonden en hij vraagt zich af wat het is. ( De kinderen helpen hem: het is een wereldbolletje. (Kleine wereldbolletjes zijn o.a. te koop bij: www.lobbes.nl/Sleutelhanger+wereldbol www.snuffelwinkeltje.nl/contents/nl/d1.html
Wereldbol mini globe aan sleutelhanger (per 48) Schrijf de eerste review van dit product Availability: In voorraad
1.
Uw prijs: € 13,14 www.lobbes.nl/Sleutelhanger+wereldbol
Dat betekent ongeveer 28 cent per wereldbolletje
Bij Het Snuffelwinkeltje www.snuffelwinkeltje.nl/contents/nl/d1.html is een puntenslijper te koop met wereldbol voor 1,25. 1
Zie het artikel: poppenintegratie. Henny Lamme. Website Het Spelend Streefsysteem.
Het verhaal sluit - voor de kleuters- aan bij streefdoel 10: Begrijpend lezen en schrijven. Dat is ook voor de hand liggend in de kinderboekenweek.
wo: De reis van de kleine IJsbeer
Wikipedia: nijlpaard Leefgebied
Nijlpaarden leven in en om het water, in rivieren, plassen, meren en moerassen in een groot deel van Afrika, oorspronkelijk van de Nijldelta tot de Kaap. Ze komen oorspronkelijk in ieder gebied voor waar voldoende water is om in te baden en gras om van te grazen. In bergen kunnen ze tot op 2000 meter hoogte worden gevonden. Nijlpaarden zijn een belangrijk onderdeel van hun ecosysteem. Er zijn meren die zonder nijlpaarden zo goed als levenloos zouden zijn, bijvoorbeeld doordat ze uit vrijwel steriel bronwater voortspruiten, maar door de bemesting door dit dier een hele levensgemeenschap ondersteunen.
Lars is dus terechtgekomen in Afrika. Op een plek waar een rivier uitkomt in de Atlantische Oceaan. Kennelijk is het een rivierdelta in een tropisch regenwoud.
Dat moet het tropisch regenwoud in Afrika zijn West-Afrika Het grootste tropische regenwoud van Afrika ligt in het stroomgebied van de Congo. Dit is het op één na grootste regenwoud ter wereld. In het noorden gaat het woud geleidelijk over in de Sahara-woestijn, die langzaam aan terrein wint.
Bij Novib zijn stickerboeken te koop:
Omschrijving Stickerboek Africa Stickerboek Africa € 9,95
Het Stickerboek Africa bevat 120 kleurrijke stickers op 6 vel, een uitklapbare kaart van een Afrikaans landschap en een kaart met alle landen in Afrika. De stickers zijn herbruikbaar en hechten zich aan vrijwel elk oppervlak. Boek en stickers zijn gedrukt met milieuvriendelijke inkt gemaakt van soja. De gebruikte drukmachine is FSC gecertificeerd en Putumayo steunt herbebossingsprojecten. Geschikt voor kinderen vanaf 3 jaar.
Artiest Jaar van uitgave Artikelnumm er
Nicola Heindl en Josh Simons 2011 501450
Stickerboek Latin America € 9,95
De kerndoelen van dit thema: Ruimte
Kerdoel 47: De leerlingen leren de inrichting van de eigen omgeving te vergelijken met die in omgevingen elders, in binnen- en buitenland, vanuit de perspectieven landschap, wonen, werken, bestuur, verkeer, recreatie, welvaart, cultuur en levensbeschouwing. In elk geval wordt aandacht besteed aan 2 lidstaten van de Europese Unie en 2 landen die in 2004 lid werken, de Verenigde Staten en een land in Azië, Afrika en Zuid-Amerika. In dit thema ligt het accent op de Noordpool en Afrika en wordt vooral het landschap vergeleken en is er aandacht voor Engeland. . Wereldbol en wereldkaart
Voor dit thema is een (grote) wereldbol echt nodig. Hij wordt vaak gebruikt liefst elke dag.. In dit thema staan Noordpool en Tropen centraal, maar er is ook een uitstapje naar Engeland. Elk land wordt - vanuit Nederland- op de wereldbol opgezocht. De reis van Lars ( vanuit de Noordpool) en van Pippeloentje wordt getekend op de wereldbol (uitwasbare stift) en ook op een platte wereldkaart. Het is het mooiste als die kaart ( in het groot) plat op de grond kan liggen in de kring. Je kunt natuurlijk ook de wereldkaart op het digibord zetten en de reis tekenen. Laat dan dit scherm steeds terugkomen als het digibord buiten gebruikt is.
Er zijn in vele prijzen posters te koop van de wereldkaart. Het is het mooiste als de kaart na dit thema in het klaslokaal kan blijven hangen. Daarom is daarom heel leuk om een wereldkaart te kopen (en niet te lenen van de bovenbouw). Bol.com heeft een kraskaart te koop voor 19,99
Scratch Map Je kunt er de landen die je wilt accentueren wegkrassen. (81,9 cm )|
Op http://www.poster.nl/wereldkaart--2008_a21540.html is een wereldkaart te koop voor 7,95. (afmeting 91.5 x 61 cm )
Kerndoel 49:
De leerlingen leren over de mondiale ruimtelijke spreiding van bevolkingsconcentraties en godsdiensten, van klimaten, energiebronnen en van natuurlandschappen zoals vulkanen, woestijnen, tropische regenwouden, hooggebergten en rivieren. In dit thema ligt het accent op de klimaten van Noordpool en het tropisch regenwoud in Afrika. De Tropen: wikipedia:
De tropen zijn het gebied tussen de keerkringen. Dit gebied wordt gekenmerkt door een gering verschil tussen de lengte van dag en nacht. Het eilandenrijk Indonesië, de noordelijke helft van Australië en het grootste deel van de continenten Afrika en Zuid-Amerika vallen erbinnen. In het algemeen spraakgebied krijgt "tropisch" een andere betekenis, namelijk warm en vochtig. Planten groeien goed in een tropisch klimaat, vandaar de tropische regenwouden. Een klimaat mag tropisch genoemd worden als de maandtemperatuur van de koudste maand niet onder de 18 °C komt. Het is dus niet zo dat de tropen gegarandeerd een tropisch klimaat hebben, vaak verre van dat.
De film geeft een prachtig beeld over het leven op de evenaar en is zeer geschikt als achtergrondinformatie voo de leerkracht.
De Noordpool Met de Noordpool of het Noordpoolgebied wordt ook vaak bedoeld het gehele gebied ten noorden van de Noordpoolcirkel (66° 33'NB), de zogenaamde Arctis. De Noordpool, en een groot gebied eromheen, is bedekt met ijs. Dit is echter geen landijs zoals op Antarctica en Groenland, maar zeeijs. Dit zeeijs is gemiddeld tussen de 1 en 4 meter dik en bestaat uit bevroren oceaanwater. De dikte van het zeeijs is afhankelijk van de luchttemperatuur en de temperatuur van het water direct onder het ijs. ’s Zomers neemt het totale oppervlak aan zeeijs op de Noordpool aanzienlijk af door de sterke stijging van de luchttemperatuur.
Beeldbanktv: Op beeldbanktv staat een filmpje getiteld: Hoe is het leven op de Noordpool. Daarin wordt het accent gelegd op het klimaat en het vervoer op de Noordpool. Voor de kleuters staan er 2 hele leuke filmpjes op schooltv/beeldbank met accent op het ( koude) klimaat: 1. Olivier gaat ijsvissen 2. Saskia gaat ijszwemmen Youtube: Daarop staan meerdere geschikte filmpjes met beelden van het poollicht. Een kort filmpje is b.v.: Het noorderlicht op 24 januari 2012 Muorio Lapland Een lang filmpje: Aurora-Polllicht. Achtergrondinformatie voor de leerkracht: Op het filmpje van Youtube Poollicht uitgelegd kan de leerkracht de oorzaak van het poollicht achterhelen. Voor de kinderen is kennis nemen van dit fenomeen voldoende.
De documentaire Frozen Planet geeft prachtige beelden van de Noordpool, maar jammer genoeg kun je de uitzendingen niet terugzien op Uitzending gemist.
Kerndoel 50: De leerlingen leren omgaan met kaart en atlas, beheersen de basistopografie van Nederland, Europa en de rest van de wereld en ontwikkelen een eigentijds geografisch wereldbeeld. In dit thema ligt het accent op: een eigentijds wereldbeeld: de eskimo's worden Inuit genoemd. Youtube 1. Er is een filmpje op Youtube dat het leven van de Inuit goed aangeeft getiteld: Inuitvideo. 2. Ook op Youtube is een filmpje waarin een Inuitjongen van zijn vader leert een iglo te maken. Het combineren van deze twee filmpjes heeft als voordeel dat de kinderen leren dat de Inuit niet meer in iglo's leven, maar in gewone huizen, maar dat het bouwen van een iglo behoort tot de tradities van de Inuit. 3. Olivier gaat ijsvissen. Prachtig filmpje met een kleuter die van zijn vader leer ijsvissen 4. Saskia gaat ijszwemmen. Heel mooi!! Leert de kinderen dat de oorsprong van de sauna in het Noorden ligt. De filmpjes worden gebruikt bij streefdoel 5. Kerndoel 49: De leerlingen leren over mondiale ruimtelijke spreiding van bevolkingsconcentraties en godsdiensten, van klimaten, van energiebronnen en van natuurlandschappen zoals vulkanen, woestijnen, tropische regenwouden, hooggebergten en rivieren Vergelijking regen hier en regen in het tropisch regenwoud Er staat een filmpje op Youtube met 6 minuten onafgebroken tropische regen in het regenwoud. Het
heet: 'Dschuungel Regen'. Er is ook een filmpje met iets meer informatie: het heet: In het tropisch regenwoud regent het.
En er is een prima uitzending van Het Klokhuis ( ook op Youtube) getiteld: Jungle. Daarin vertelt Dolores dat het in het tropisch regenwoud elke dag regent en ze vergelijkt het aantal meters regen in het woud met dat van Nederland. Ze gebruikt daarvoor een heel eenvoudige regenmeter, die overal even wijd is. In Nederland regent het 75 cm per jaar. In het regenwoud zeker 2 meter per jaar of nog veel meer. Naar aanleiding van deze les gaan de kinderen: 1. Ook een tropisch regenwoud creëren door kamerplanten mee naar school te nemen. De planten
worden elke dag bespoten - net als in het regenwoud midden op de dag..
2. De regen meten in Nederland. Daarvoor is een regenmeter nodig. Er moet dus een regenmeter komen. Liefst heel eenvoudig.
Een fles met een trechter voldoet prima
Elke dag even kijken ( streepje
zetten) hoeveel er nu is bijgekomen.
Tijd Kerndoel 51: De leerlingen leren gebruik te maken van eenvoudige historische bronnen en ze leren aanduiddelingen van tijd en tijdsindeling hanteren. De regenmeter steeds op dezelfde tijd aflezen. Vraag die beantwoord moet worden: Hoe lang is Kleine IJsbeer /Raf op reis geweest.
Natuur en techniek Kerndoel 41 De leerlingen leren over de bouw van planten, dieren en mensen en over de vorm en functie van de onderdelen. IJsbeer Ook hier prima filmpjes op Youtube en Beeldbanktv. Nijlpaard, Kameleon, Walvis, vlinder, kameel, flamingo, olifant, apen, giraffen Kerndoel 42: De leerlingen leren onderzoek doen aan materialen, natuurkundige verschijnselen zoals licht geluid elektriciteit kracht, magnetisme en temperatuur. Temperatuur. * Uitzending beeldbanktv: Drie vormen van water en de thermometer. * Internet: experimenteren met ijs Proefjes: als je ijsklontjes in een glas met water doet, dan blijven ze drijven. Wat gebeurt er als je ijsklontjes in een glas met olie doet? National Chemistry Week: een gekleurd ijsblokje in een glas met olie laten smelten
Kerndoel 43 De leerlingen leren hoe je weer en klimaat kunt beschrijven met behulp van temperatuur, neerslag en wind. Temperatuur.
Uitzending beeldbanktv: drie vormen van water en de thermometer. Flip de Beer: Een handvol koude kunst 3 vormen van water Earth Explorer: waarom drijft ijs op water? Een proefje. Topscience: drijft een ijsklontje in de olie? En wat gebeurt er als het gesmolten is? Discrepant Events, Ian Reed en Petrosains: zinkend in de alcohol
Kerndoel 45. De leerlingen leren oplossingen voor technische problemen te ontwerpen, deze uit te voeren en te evalueren. In de watertafel: Hoe laten we een ijsklontje niet smelten Zonne-energie
Solarvlindertje bij Ultragadgets.nl voor 2,95 Dit solarvlindertje beweegt alleen als de zon schijnt. Wat is zonne-energie: Zo is er Thermische zonne-energie, waarbij zonlicht wordt omgezet in warmte. Een voorbeeld hiervan is de zonneboiler. Water wordt in een stelsel van leidingen door de zon verwarmd. Hierdoor stijgt de temperatuur van het water. Door dit water rond te pompen wordt nieuw koud water aangevoerd en warm doorgevoerd naar bijvoorbeeld de douche in huis.
Bij de tweede toepassing, fotovoltaïsche zonne-energie, wordt zonlicht omgezet in elektriciteit. Hier wordt gebruik gemaakt van een soort glazen platen die elektriciteit produceren wanneer er licht op valt. In deze platen zitten twee lagen halfgeleidend materiaal waartussen een spanningsverschil ontstaat als er licht op valt. Als deze lagen met elkaar verbonden worden ontstaat een elektrische stroom. Ruimtevaart-satelieten zijn volledig aangewezen op deze bron van electriciteit. Maar ook gewone woonhuizen worden tegenwoordig steeds meer voorzien van zonnepanelen.
Zonne-energie ontstaat doordat zonnewarmet wordt omgezet in
kv:
De mogelijkheden van watten in de knutselhoek
De tegenstelling wit/zwart.
Mens en samenleving: Kerndoel 34: De leerlingen leren zorg te dragen voor de lichamelijke en psychische ontwikkeling van henzelf en anderen: de uniciteit van ieder mens. Schoolbabnktv: Olivier gaat ijsvissen, Saskia gaat ijszwemmen en Inuitjongen leert iglo bouwen. Het niveau van het verhaal is gericht op groep 1/groep 2/ en de wereldorientatie is ook geschikt voor groep 3 e De woorden:
Actief: Raf:
Passief Daantje en het kraantje
Cito Groep 1 * Een sneeuwpop maken
Verdwijnen Afrika Woestijn Ronddobberen Krimpen Jungle Lianen Flamingo Giraf Olifant Aap
De Kleine IJsbeer: Jagen Sporen volgen Duiken IJsschots Ton Spetteren Voetzolen Nijlpaard Noordpool Eiland Walvis Kameleon Vlinder Zoon Rivier`
* * * * * * * * * * * * * * * * * * * *
Pippeloentje: Engeland Jekker Westenwind Reling
2. De streefdoelcyclus
Geschiedenis Treurig Bloes Bruisen Werkelijk Gedruis Drijven Buffet Hangklok Pauw Happig zijn op Schuilen Kater Oceaan Baai Reuzenhaai Sperren Zure haring Fatsoen
* * * * *
Waar zie je een iglo Cactus Het is een dier, het heeft veren veren en het legt een e Poppenkast Winnen
Groep 2 * Tijger * Kudde * Hoef * Gewei
Streefdoel 1 Spel Niveau: Half groep 2: Het kind kan zelf een spelverhaal verzinnen en samen met een zelfgekozen klasgenoot minstens een kwartier geconcentreerd spelen. Het spel laat ook emotionele elementen zien. Gedachten worden geverbaliseerd in goede, langere zinnen. Het kind geeft de ideeën van zijn spelgenoot een plaats in zijn spelverhaal.
De themawisselhoek: Tafeltheater IJsbeer in de tropen De reis die Lars maakt vanuit de Noordpool naar de tropen is heel goed te materialiseren met behulp van het tafeltheater. Als de tafel rond is kan de helft van de aardbol worden uitgebeeld. Op de tafel wordt dan b.v. Afrika getekend /geplakt ( in het midden,.) Op de foto is het tafeltheater gemaakt van de watertafel. Introductie Raf Om de kinderen tot eigen spelverhalen te stimuleren komt ( nadat de ingrediënten voor het boek De kleine IJsbeer zijn geïntroduceerd) ook Raf het tafeltheater binnen. Samen met de kinderen wordt bedacht waar Raf moet worden gesitueerd. (Afrika. En ook samen met de kinderen bedenkt de leerkracht een spelverhaal waarin Raf in het verhaal van IJsbeer in de tropen een rol gaat spelen. ( Misschien is Raf bang voor Kleine ijsbeer. Of… misschien wil Raf mee op de rug van de walvis om naar de Noordpool te gaan en te zien waar Kleine IJsbeer woont…… of……) Raf kan 'gewoon' worden gekopieerd en uitgeknipt. Maar er zijn ook girafknuffels te koop. Deze knuffel kost 16,95.
De Bouwhoek Op internet is een site waarop een leerkracht vertelt van een thema Noord- en Zuidpool. 'Een groot succes was in mijn klas: bouwen met dozen (gebruik hiervoor de dozen van het kopieerpapier '
In de bouwhoek kan worden gespeeld naar aanleiding van de drie prachtige filmpjes op internet:
*
Inuitjongen bouwt een iglo (Bij dit filmpje is het belangrijk dat de leerkracht de kinderen duidelijk maakt dat de Inuit geen eskimo's willen worden genoemd en dat de Inuit ook niet meer in iglo's wonen. * Olivier gaat ijsvissen Voor het spel in de bouwhoek is daarom een hoepel (wak) met vissen en vishengels ook erg leuk. * Saskia gaat ijszwemmen De drie filmpjes worden ook gebruikt bij streefdoel 5.
Zie voor meer spelsuggesties nummer 7 van deze themastructuur: Streefdoel 2 Zelfredzaamheid Niveau half groep 1: Zelfstandig naar de wc gaan.
Deze streefdoelstelling hoeft niet aan het thema worden gekoppeld. Plakken Maar er is wel een doelstellingen m.b.t. zelfredzaamheid die goed binnen Dit thema past namelijk het gebruik van goede lijm bij het plakken van watten. De behangerslijm die meestal gebruikt wordt in de groepen 1 en 2 is goed bruikbaar voor het plakken van papier, maar niet voor karton of watten. Dit lijmpistool kun je bij Heutink kopen.
€ 7,09
De kleuters moeten leren wanneer er gebruikt gemaakt kan worden van behangerslijm en wanneer van andere/betere lijm en hoe dat laatste in zijn werk gaat. In plaats van lijmpistool kunnen de kinderen ook leren gebruikt e maken van de nietmachine.
In dit thema ligt het voor de hand om de watten te gebruiken als alternatief voor sneeuw of bont.
Streefdoel 3 Regelspel Niveau: half groep 2: Het kind kan zonder begeleiding van de leerkracht domino spelen in een spel van ongeveer 4 kinderen.
Er zijn verschillende mogelijkheden:
http://www.whatsupbaby.com/eeboo-memmory-game-i-never-forget-a-face.html Deze memory kost 19,95.
Dit mooier spel van Unicef is alleen nog antiquarisch te krijgen.
Platen op goede volgorde. De pagina's van het boek liggen ( in klein formaat) in het midden. Van elke pagina zijn 2 exemplaren. De kaartjes liggen door elkaar. De kinderen mogen een kaartje pakken als ze met de dobbelsteen 1 2, 3, 4 of 5 gooien. Als je 6 gooit moet je je beurt overslaan. Als een plaat voor de 2e keer wordt gepakt moet hij worden terug gesopt onder in de stapel. Wie het eerst 4 platen goed op elkaar volgend heeft is de winnaar.
De kinderen gebruiken de dobbelsteen om de volgorde van beurt te bepalen. Wie 1 gooit is als eerste aan de beurt. Wie 2 gooit als tweede enz.
Watje blazen
Wie het verste kan blazen is de winnaar.
Zo kan het ook. Wie het eerst aan de overkant is is de winnaar. (Kan ook buiten met sneeuwballen van proppen.)
Sneeuwballen gooien. Alle kinderen maken 5 sneeuwballen. Ze gooien ze naar blikken met cijfers. Wie kan er met zijn 5 ballen de blikken allemaal omgooien?
Streefdoel 4 Werkhouding/ plannen Niveau half groep 1: Het kind kan van tevoren zeggen welk materiaal hij/zij gaat kiezen en wat hij/zij ermee wil gaan doen. Het kind evalueert zelf. Streefdoel 5 Inleven in anderen Niveau half groep 2: Het kind kan vertellen wat
Groep 1: Deze doelstelling voor groep 1 staat los van het thema. Groep 2: Een weektaak van 2 opdrachten die aan het begin van de week wordt gepland. * Een sneeuwketting maken voor bij het raam. * Een van de dieren die Lars ontmoet in de tropen.tekenen * *
Iets maken van klei uit het boek Raf Een (verf)tekening zwart/wit maken
Twee/drie filmpjes Voor de kleuters staan er 2 hele leuke filmpjes op schooltv/beeldbank met accent op het ( koude) klimaat: 1. Olivier gaat ijsvissen 2. Saskia gaat ijszwemmen Hier kan ook het filmpje van Youtube 'Inuit kind leert een iglo bouwen' worden gebruikt,
zijn/haar vriendje/vriendinnetje fijn vindt.
maar het moet de kinderen goed duidelijk worden dat de Inuit geen eskimo's willen worden genoemd en dat de Inuit ook niet meer in iglo's wonen. Het is voor de kinderen waarschijnlijk moeilijk om zich voor te stellen hoe het leven op de Noordpool er uit ziet. Daarom kan bij de start van deze les het filmpje van beeldbanktv:' Hoe is het leven op de Noordpool' aan bod komen. Samen met de kinderen brengt de leerkracht de verschillen in kaart met het leven in Nederland. Samen met de kinderen verzint de leerkracht iets wat Nederlandse kinderen doen en ( waarschijnlijk/missschien ) Noorpoolse kinderen niet.
Tot slot gaan de kinderen een brief schrijven aan ( naar keuze) Olivier of Saskia. In de brief vertellen ze iets over wat samen met hun vader/moeder doen. Zie voor het schrijven van de brief streefdoel 10. De brieven kunnen (graag) ook vragen bevatten die aan Olivier of Saskia worden gesteld. ( B.v. Ik ga met mijn vader paard rijden. Doen kinderen op de Noorpool dat ook ?) De leerkracht laat Olivier en Saskia terug schrijven met de antwoorden. Streefdoel 6 Groep 1: Een iglo. Ruimtelijke oriëntatie, meetkunde en constructies Niveau half groep 1: Het kind kan een rechte vouw maken
Groep 2:
Deze ijsbeer kan watten krijgen zodat hij een echte vacht heeft.
Les ruimtelijke oriëntatie IJskristallen knippen voor de hele groep ( ook groep 3 kan meedoen) Youtube: De les begint met een Youtubefilmpje: de geboorte van een sneeuwvlok.
Echte ijskristallen zijn allemaal zeskantig. Het is niet gemakkelijk om een blad in zessen te verdelen. Daarom is het makkelijker om ijskristallen met vier of 8 armen te maken. Van heel makkelijk naar moeilijk: 1 .rechte vouw of schuine vouw
2.
naar moeilijker: (rechte of schuine kruis☺
naar nog moeilijker: nog een keer dubbelvouwen.
Bij het gebruik van ronde vouwbladen worden de kristallen natuurlijk rond
Het is voor de kleuters vooral de kunst de kleedjes niet kapot te verknippen. Dat vergt wat experiment. En opbouw van de les. Start na het filmpje: Juf vouwt een vouwblad 1x dubbel. Daarna vraagt ze de kinderen hun ogen dicht te doen. Ze knipt erin. Vouwt open en de kinderen mogen kijken. Juf vraagt: hoe heb ik dat gedaan? Als het enigszins mogelijk is krijgen alle kinderen een schaar en een dun groot vouwblad.. Juf maakt een vouw en knipt eerst aan de open vouwen een stukje af. Vouwt open en laat zien. Vervolgens doet juf het voor en de kinderen doen het na: Daarna knipt juf aan de dichte kant.. De kinderen doen dat ook. En zien het verschil. De kinderen mogen steeds proberen met andere knipsels en kijken bij elkaar. Moeilijker Vanuit deze activiteit krijgen de kinderen in de speelwerklessen de gelegenheid om verder te experimenteren met moeilijker knipsels. De knipsels komen op het raam. Streefdoel 7 Hele getallen en meten Niveau half groep 2: Begrippentaal: de kaarten oranje, rood, geel zwart en blauw op abstractieniveau 3.
Vormen
Ruimtelijke
Het meten van de regen Zie kerndoel 40. Tellen Weer sneeuwkristallen.
Een hele mooi les kleedjes knippen staat beschreven in het boek: . In plaats van over kleedjes voor kabouter Gerben gaat het nu over verschillende sneeuwkristallen. De kinderen moeten allemaal een aantal 'kleedjes' hebben geknipt voordat deze les kan beginnen. De les staat beschreven in de bijlage. Het accent ligt op het 'handig' tellen. D.w.z. dat je de gaatjes in de kleedjes niet echt telt ( mag natuurlijk wel) maar dat je 'structuren' ziet die het vergelijken gemakkelijker maken. Dit principe ( structuren zien) wordt ook besproken in het artikel: 'De maniertjesdoos' in Het Jonge Kind van september 2012. Structureren:
begrippen
Het gezelschapsspel van streefdoel 3 ( Platen op goede volgorde) geeft tegelijkertijd een Rangtelwoorden contextgerichte aandacht voor de dobbelsteenstructuren van getallen 1 tot en met 6. De dobbelsteen kan ook worden veranderd door de structuren te vervangen door de cijfers 1 tot en met 6. Splitsen
Splitsen van getallen 4 en 5
Aantallen tot 5 en begrippen vol, Hoeveel dieren ontmoet de kleine ijsbeer op zijn reis naar de tropen. leeg en half vol. Het boek wordt erbij gepakt en de kinderen tellen. Ondertussen zet de leerkracht ( om te onthouden) de dieren op het bord: * nijlpaard * vlinder, * kameleon * walvis. De kinderen tellen op de vingers van hun hand. De leerkracht laat filmpjes zien van de vier dieren (Youtube). Dan zetten de kinderen (b.v. met viltstift) de vier dieren op hun vingers ( bij elkaar kan ook.) De kinderen kunnen (in tweetallen) hun dieren met elkaar laten converseren. Om goed aan te geven dat het om 4 dieren gaat moet er een vinger van de hand worden weggemoffeld. Dat gaat het handigst met de duim. Op commando van de leerkracht laten de kinderen zien: De vlinder De kameleon Enz 2 dieren, 3 dieren, 1 dier……………………. Vormen. De kinderen nemen allemaal hun dikste winterdas/sjaal mee. De meeste sjaals zullen rechthoekig zijn. Misschien is er een enkele ronde sjaal.
Serieren en rangtelwoorden. Ze worden op volgorde van lengte gelegd. Van wie is de eerste sjaal? En de tweede? enz.
Ruimtelijke begrippen De sjaals gaan mee naar het speellokaal of naar buiten. De kinderen volgen de suggesties van de leerkracht op: onder je sjaal, naast, links van enz. Tijd Hoe lang is Kleine IJsbeer /Raf op reis geweest. Streefdoel 8 Technisch lezen en schrijven Niveau half groep 1: Het kind kan een wat langer gedicht (dat herhaald en interactief is voorgelezen en gespeeld) uit het hoofd opzeggen en een zin van de leerkracht met een rijmzin afmaken. 90% moet verstaanbaar zijn.
Heppie wil naar Engeland. Heppie heeft een brief gekregen In het Engels. Hij heeft de brief in zijn zak. Hij komt van Pippeloentje. Pippeloentje schrijft:
Hello Heppie, How are you ? I'am very happy because I have travelled to England. It's very rainy here but I have a lot of fun with other bears. Please come over. You have to take the boat because England is an isle. Many greetings Pippeloentje. Heppie wil weten waar Engeland ligt. De leerkracht zoekt Engeland op op het wereldbolletje dat Heppie (ook) in zijn zak heeft. Daarna wordt Engeland opgezocht op de kaart. He het ligt veel dichter bij Nederland dan Afrika…… Vervolgens vertelt de leerkracht aan Heppie dat zij een versje kent over Pippeloentje die naar Engeland gaat. Heppie vraagt haar dat op te zeggen. Pippeloentje
Kleine beertje Pippeloentje geeft z´n mammabeer een zoentje, geeft z´n pappabeer een hand, want hij gaat naar Engeland. Pippeloentje heeft een jekker en een koffer met een wekker en een grote zak met brood: hij gaat varen op de boot.
En de westenwind gaat waaien en de and´re beren zwaaien en ze roepen met z´n allen: Zal je niet in´t water vallen? En niet op de reling staan? En geen and´re beertjes slaan? En niet schoppen met je schoentje? Goeie reis dan, Pippeloentje! Er zijn in dit vers een paar (misschien) onbekende woorden. Heppie wil weten wat ze betekenen en juf zoekt er plaatjes bij via google/afbeeldingen:
*
jekker
* *
wekker westenwind
*
reling
Dit lied heeft een melodie. Heppie wil het horen. Juf zingt het voor ( het lied wordt op Youtube gezongen door de rekeltjes( Dikkertje DapBeertje Piepelende www.youtube.com/watch?v=lYd7QjYqkH8 maar ook door ) en VOF www.youtube.com/watch?v=ZdfKy0O-Cl4
jaa
/ nee
met Daantje en het kraantje (bl. 47 ) Deze les start met de CD. Daarop staat het opzegvers. Als er geen DVD is leest de leerkracht het gedicht voor. De kinderen hebben hopelijk goed geluisterd want juf gaat er vragen over stellen. De kinderen krijgen in groepjes van 3 twee bordjes: jaa en nee. En de leerkracht stelt vragen over het gedicht. De kinderen moet in het groepje overleggen of ze het bordje jaa of nee omhoog willen houden. Om het antwoord te controleren lees de leerkracht het vers steeds nog eens. Vragen b.v.: * Dit is een hele blije geschiedenis. ( nee= treurig) * Daan is ondeugend ( jaa) * Daan heeft een jekker aan ( nee= blauwe bloes) * Daan vond het vervelend dat hij nat werd. ( nee= leuk) * Daan was helemaal niet bang toen het water over de trap en de gang stroomde ( nee= wel bang)
aa en ee op de ABC-muur Dit keer ( in tegenstelling met gewoonlijk) gaan er 2 klanken op de ABC-muur. En ook dit keer (anders dan gewoonlijk) gaat het niet om de beginklank van een woord. Dit keer is het belangrijk dat er met de klanken die al op de ABC-muur staan iets gedaan wordt. Namelijk woorden gevormd. Het expertisecentrum Nederlands heeft voor deze activiteit een pop bedacht: de lettervlieg. In Het Spelend Streefsysteem zorgt klassenpop Heppie voor alle activiteiten die met fonologische vaardigheden de maken hebben. Dus ook dit keer.
Lettervliegspel: Heppie gaat met de klanken aa en ee woorden maken door steeds eerst naar een medeklinker te wijzen die op de ABC-muur staat en dan naar de aa of ee. Dus … als de k al op de ABC-muur staat wijst hij de k aan , zegt kkkkkkk en loopt al kkkkkend naar de aa en dat wordt dan … kaa. Hij loopt al kaa kaa kaa ka-zeggend weer terug naar de k en maakt dan kaak.
Vervolgens maakt hij ( beginletter steeds aanhoudend) bijvoorbeeld mmmmmmaak . Hij kan ook starten met de aa en maakt dan b.v. aaaaaaaaaaap. ( Als er nog weinig letters op de ABC-muur staan is het lettervliegspel nog moeilijk of onmogelijk.
Streefdoel 9 Boekorientatie en verhaalbegrip Niveau half groep 2: Het kind lees aan de leerkracht of aan de kinderen in de klas- voor uit een niet zo eenvoudig prentenboek dat herhaald en interactief is voorgelezen. Goede, langere zinnen. Voorleesniveau 4 Een enkel verkeerde vervoeging/ verbuiging kan nog.
Aan het begin van het thema: RAF Dit prentenboek is verwant aan De kleine IJsbeer omdat Raf ook naar de Tropen afreist. Na presentatie wordt geïnventariseerd hoeveel dieren Raf op zijn reis ontmoet: * kamelen * flamingo's * olifanten * slingerapen * giraffen In het boek De kleine IJsbeer ontmoet Lars 4 soorten dieren. Zijn dat dezelfde dieren die Raf ontmoet? Nee en samen kennen de kinderen nu al 9 dieren uit Afrika.
Verder op in het thema na bezoek bibliotheek en voorlezen thuis: Boekenkring: Lars de ijsbeer (De werkwijze van de boekenkring in het Spelend Streefsysteem staat op de website. Als alle kinderen een boek hebben gelezen van de kleine ijsbeer wordt dit een boekenkring die wat afwijkt van het gewone. In dit geval hebben niet 1 of 2 kinderen een boek gelezen, maar alle kinderen. Dat betekent dat iedereen iets uit zijn/haar mag vertellen of laten zien. Bijvoorbeeld: de bladzijde die ze het mooiste vinden en waarom Bijvoorbeeld het woord of de zin die ze erg leuk vinden. De leerkracht kan in deze boekenkring ook kiezen voor het stellen van vragen aan een (steeds ander) kind, * Laat jij de eerste bladzijde van je boek maar zien. Wat zien we daar? * Laat jij de voorkant van je boek maar zien. En vertel maar wat erop die voorkant staat. De leerkracht moet ervoor zorgen dat de boekenkring blijft uitdagen. Door vragen te stellen die de hele groep bij het kind dat aan de beurt is betrekt. Bijvoorbeeld : Eens even kijken of we wat je vertelt ook zien op de plaat. Bijvoorbeeld: Jij vindt dat woord uit je boek heel leuk. Wie heeft dat woord ook uitgekozen?
De leerkracht start de boekenkring door zelf de film te bespreken zodanig dat de kinderen nieuwsgierig worden.. Tot slot laat ze een stukje film zien en samen met de kinderen wordt bedacht uit wiens boek dat stukje film komt. Streefdoel 10 Begrijpend lezen en schrijven Niveau half groep 1 Het kind kan 3 plaatjes op logische volgorde leggen. Het eerste plaatje is gegeven. De leerkracht vraagt steeds naar de motivering.
Regelspel Bij streefdoel 3(Regelspel) is een gezelschapsspel besproken waarbij de kinderen 4 platen van het boek De Kleine IJsbeer op volgorde moeten leggen. Dat is op zich al voldoende voor dit streefdoel.
Youtube ( b.v. voor groep 3)
Op Youtube staat een digitaal prentenboek dat lijkt op Lars maar toch iets anders is. Dit prentenboek is in het echt alleen nog tweede hands te koop. Maar het filmpje op Youtube is heel duidelijk. Dus is het boek niet echt noodzakelijk. Het zal de kinderen wel zijn opgevallen dat er overeenkomsten zijn met De Kleine IJsbeer De leerkracht gaat samen met de kinderen - op het bord- de overeenkomsten en de verschillen in kaart brengen.
Hetzelfde Een kleine ijsbeer Enz.
Verschillen Moeder i.p.v. vaderijsbeer
Dit boek geeft de leerkracht de mogelijkheid het Noorderlicht te bespreken en hierover een filmpje te laten zien. Brieven schrijven naar Oliver of Saskia (Streefdoel 5) Zie ook streefdoel 5. Naar aanleiding van 2 filmpjes kiezen de kinderen naar welk van de 2 kinderen zij een brief willen schrijven. De kinderen helpen elkaar en juf doet dat ook. Voor didactische achtergrondinformatie en aanwijzingen: het themanummer Spelend Streven 10 gaat helemaal over het schrijven van kleuters. Het staat op de website onder het kopje nieuwsbrieven. Een brief voor ouders/grootouders Samen met de kinderen stelt de leerkracht een brief op om ouders/grootouders te vragen om tropische kamerplanten.
3. Gastdocent/uitstapje Bezoek bibliotheek
4. Groepsplan 2 en 3 Pre-teaching Re-teaching
Andere activiteiten Groepsplan 2Uitdagende activiteiten Groepsplan 3 *
*
Dagdeel: Naam:
Dagdeel: Namen: Dagdeel: Namen:
Dagdeel: Namen Dagdeel: Namen
Zoveel mogelijk dieren van het regenwoud tekenen Een eigen boek maken van De Kleine IJsbeer
Dagdeel: Namen Dagdeel: Namen
5. Introductie Dagdeel 1 Heppie heeft een wereldbolletje in zijn zak. Hij heeft het gekregen, maar hij weet niet wat het is. De kinderen (samen met de leerkracht) helpen hem uit de droom. Op de wereldbol kun je alle landen van de wereld zien. Juf heeft ook een grote wereldbol daarop kun je het nog beter zien. Ze wijst de polen aan: wit. Dat betekent ijs. Ze wijst het midden van de aardbol aan: de evenaar. Daar is het heel erg warm. De kinderen zien een filmpje van het jonge ijsbeertje Vicks ( b.v. Youtube: ijsbeertje Vicks Blijdorp 1 full HD)Dit filmpje is opgenomen in de dierentuin. Maar op Youtube staat ook een filmpje van een ijsbeer met jong op de pool (Watch the birth of a polar bear BBC-wildlife) Voor de kinderen van groep 3/4 is het filmpje van Beeldbanktv IJsbeer geschikt. Na de/het Noorpoolfilmpje laat de leerkracht een filmpje zien van de tropen: Klokhuis. Niet alles van dit filmpje zullen de kinderen begrijpen, maar dat hoeft ook niet. Daarna introduceert de leerkracht het boek De Kleine IJsbeer Dagdeel 2 Het volgende dagdeel gaat over "De drie vormen van water". (Beeldbanktv.)
6. Vertellen
Raf vertelt aan Heppie over zijn reis naar Africa.
7. Spelen Themawisselhoek
Tafeltheater Kleine IJsbeer
HoekstimulansenBouwhoek:
Poppenkast:
Speelgoedijsbeer. Taal/leeshoek Werkblad jaa en werkblad nee ( kinderen tekenen dingen waar ze ja en/of nee op zeggen)
jaa
nee
Schoolbord: Werken met (alleen) wit krijt. Knutselhoek: Zwart papier met witte verf.
Het raam: Het rijgen/plakken met watten
Buitenspel
Wit stoepkrijt
We proberen de hele speelplaats wit te maken zodat het net lijkt of er sneeuw ligt. Proppen Krantenproppen maken van wit papier en sneeuwballen gooien. Met sneeuwballen gooien naar een doel.
Watten blazen
Thema-eindspel Dramales De Kleine IJsbeer Warming-up: De kinderen zijn Kleine IJsbeer Slapen, schots schiet los, ze klimmen op een ton, spoelen aan, gaan lopen door het oerwoud. Komen nijlpaard tegen, schrikken, klimmen in bomen, dartelen mee met de vlinders, klimmen op de rug van het nijlpaard, klimmen er weer af, klimmen op der rug van de walvis en komen op de Noordpool weer aan land. Werken in tweetallen. Duo's zijn beer en walvis, zwemmen samen terug naar de Noordpool en praten met elkaar. Idem: beer en nijlpaard, beer en kameleon, beer en vlinder.
Hele groep: Kleine IJsbeer komt terug op de Noordpool en wordt verwelkomd door de andere ijsberen. Ze gaan om hem heen zitten en Kleine IJsbeer vertelt over zijn belevenissen. De andere ijsberen mogen vragen stellen. Afsluiting: Hoera voor alle ijsberen.
8. Tussendoortjes Herhaald voorlezen Elke dag wordt het boek De Kleine IJsbeer te voorschijn gehaald ( bij het fruit eten b.v.) en steeds komt er iets anders bij aan de orde. Bijvoorbeeld: Hoe lang heeft de reis van De Kleine IJsbeer geduurd denken jullie? Jaa en Nee De boeken Kleine IJsbeer en Raf worden gebruikt om dit spel (herhaald) te spelen. Juf stelt de vragen. De kinderen antwoorden met ja of nee. Zie hiervoor streefdoel 8: Technisch lezen en schrijven. Voorbeeldvragen bij het boek De Kleine IJsbeer 1. Dit is een bijzonder dag voor Lars: hij is jarig 2. Vader IJsbeer duikt naar een vis. 3. Lars slaapt achter een berg van sneeuw die zijn vader heeft gemaakt. 4. Lars is op deze ijsschots gesprongen. 5. Lars is zelf op de ton geklommen. 6. Lars gaat aan land 7. Het nijpaars schrikt van Lars. 8. Het nijlpaard heet Nijlie 9. De kameleon wordt zwart als hij Lars ziet. 10. Lars ziet één vlinder, 11. Het nijlpaard brengt Lars weer thuis 12. De walvis heet Orka 13. Het nijlpaard gaat meteen weer terug naar de jungle 14. Eindelijk komen ze bij de Zuidpool.
9. Groepsactiviteiten Sneeuw voor de ramen
Alle kinderen ( zeker de kinderen die een weektaak hebben) rijgen mee om het in de klas te laten sneeuwen.
10 Ouders
.
Samen met de kinderen stelt de leerkracht een briefje op voor de ouders/grootouders. B.v:
Lieve pappa en/of mamma en/of opa en/of oma We willen van ons lokaal een tropisch regenwoud maken. Omdat de kleine ijsbeer daar ook is geweest. Daarom willen we een tropische plant meenemen naar school. We zullen er goed voor zorgen door ze elke dat te sproeien en over een paar weken nemen we de tropische planten weer mee naar huis. Nog een mogelijkheid:
Ronde puzzel Unicef€ 12,50 Wanneer ouders meekomen bij de afsluiting van dit thema is het leuk om - in een grote kring - de puzzelstukjes uit te delen aan iedereen (ook de ouders) en om de beurt - vanuit het midden- een stukje te laten aanleggen.
Themadagplanning Dag 1 Streefdoel 2 Zelfredzaamheid
Ochtend Kring: Introductie De Kleine IJsbeer: filmpje Noordpool Speelwerkles: Weektaakbespreking/lijmpistool. Middag Techniek: 3 vormen van water ( beeldbankt.v.)
Dag 2 Streefdoel 6 : Ruimtelijke oriëntatie/meetkunde
Ochtend: Kring: Herhaling De Kleine IJsbeer filmpje Tropen en regenmeter Speelwerkles: Sneeuwkristallen
Streefdoel 4: Plannen Middag: Kring: Plannen tafeltheater/
Dag 3 Streefdoel 3: gezelschapsspel
Ochtend: Kring: Herhaling De kleine IJsbeer/Gezelschapsspel 4 platen op volgorde Middag
Dag 4 Streefdoel 1: Spel
Ochtend Kring: Leerkracht speelt tafeltheater De Kleine IJsbeer. Middag Kring: Introductie verwant prentenboek: Raf met spelmogelijkheden in het tafeltheater.
Dag 5
Ochtend Kring: Klas veranderen in tropisch regenwoud/briefje ouders
Streefdoel 9/10: Boekorientatie en verhaalbegrip/ Begrijpend lezen en schrijven
Middag Kring: Bibliotheekbezoek: allemaal een dikke sjaal om. Sjaal blijft op school.
Dag 6
Ochtend: Kring: Gaten in kleedjes tellen Speelwerkles: Weektaakbespreking: zwart/wit
Streefdoel 7: Hele getallen /meten
Middag: Dassen serieren en meenemen in speellokaal Dagafsluiting: Vingerpoppetjes tekenen op hand.
Dag 7
Ochtend: Kring: Pippeloentje
Streefdoel 8: Technisch lezen en schrijven
Middag: Daantje en het kraantje/aa en ee op ABC-muur
Dag 8
Ochtend: Filmpjes Olivier gaat ijsvissen/Saskia gaat ijszwemmen Inuitjongen leert iglo bouwen + brief schrijven.
Streefdoel 5: Inleven in anderen/
Middag
Dag 9
Ochtend: Brieven beantwoorden
Streefdoel 9/10:Boekorientatie/ Middag: Boekenkring Verhaalbegrip?Begrijp lezen en schrijven
Dag 10
Ochtend: Afsluiting thema: thema-eindspel
Streefdoel 4:Plannen Afsluiting: Terugkijken: Wat was het leukst
Middag
EVALUATIE VAN HET THEMA Thema/woordkeuze
De streefdoelcyclus
Gastdocent/uitstapje
Pre-reteaching
Introductie
Vertellen
Spelen
Tussendoortjes
Groepsactiviteiten
Ouders
Bijlage