Samenvatting van de meest gestelde vragen en de antwoorden daarop tijdens de voorlichtingsbijeenkomsten over de pensioenregeling voor de werknemers van RBS N.V. In de hierna volgende samenvatting hebben wij een selectie opgenomen van de meest gestelde vragen die tijdens de voorlichtingsbijeenkomsten zijn gesteld. Daarin komen uiteraard ook de vragen aan de orde over de keuze die u moet maken om al dan niet uw aanspraken die bij Pensioenfonds ABN AMRO zijn opgebouwd over te dragen naar het Pensioenfonds RBS Nederland. De antwoorden bij (onderdelen van ) de vragen 2a, 5a, 5b en 6b zijn aangeleverd door Pensioenfonds ABN AMRO. Wij hebben de meest gestelde vragen ingedeeld naar de navolgende rubrieken: 1. Aanspraken a. Kent Pensioenfonds RBS ook mogelijkheid van uitruil (OP en PP) en hoog-laag resp. laag-hoog? Inderdaad kent ook de pensioenregeling van Pensioenfonds RBS de mogelijkheid om op de pensioendatum opgebouwd nabestaandenpensioen uit te ruilen tegen een hoger ouderdomspensioen en vice versa. Ook hoog-laag en laag-hoog behoort tot de mogelijkheden: dus in de eerste jaren van pensionering een hogere uitkering dan in de latere jaren en omgekeerd. Voor de details verwijzen wij naar het pensioenreglement dat binnenkort beschikbaar komt. b. Gaat pensioenopbouw door bij ouderschapsverlof? De pensioenopbouw wordt inderdaad voortgezet, maar wel voor een periode van maximaal 6 maanden. Hierbij wordt voor de opbouw uitgegaan van het deeltijdpercentage dat gold voor het verlof. c. Hoe kijkt Pensioenfonds RBS aan tegen actuele ontwikkelingen waarbij pensioen in 2020 ingaat op 66 jarige leeftijd? In het nog zeer jonge Pensioenfonds RBS is de aandacht allereerst uitgegaan naar het oprichten van het fonds, het regelen van de achterliggende administratie en juridische stukken, het voldoen aan de vereisten van DNB etc. In feite is het bestuur nog niet toegekomen aan beleidsvraagstukken die op de lange termijn van invloed zullen zijn. Die fase is nu echter wel aangebroken. Voor wat betreft de specifieke vraag over uitstel van de pensioendatum later dan de huidige pensioenleeftijd van 65 jaar, zal eerst de politieke besluitvorming op dit punt worden afgewacht. Naar verwachting zullen er wettelijke maatregelen op dit punt van toepassing worden, waarbij de ruimte voor eigen beleid door de pensioenfondsen wellicht beperkt zal worden. 2. Beleggingen a. Hoe gaat RBS Pensioenfonds beleggen en hoe belegt ABN AMRO Pensioenfonds. ABN AMRO Pensioenfonds: ABN AMRO heeft een dynamisch beleggingsbeleid, met een deelportefeuille die tot doel heeft de verplichtingen te volgen (bestaande uit obligaties en renteswaps) en een deelportefeuille die tot doel heeft rendement te genereren (bestaande uit aandelen en onroerend goed).
1
De eerste deelportefeuille, de zogenoemde matchingportefeuille, heeft als doel het volgen van de verplichtingen, zodanig dat de financiële positie van het pensioenfonds voor dit deel van de portefeuille ongevoelig is voor veranderingen in de marktrente. De tweede deelportefeuille, de zogenoemde returnportefeuille, heeft als doel het behalen van overrendement t.b.v. indexaties. De verhouding matchingportefeuille – returnportefeuille is afhankelijk van de financiële positie van het fonds, afgemeten aan de dekkingsgraad. De omvang van de matchingportefeuille is momenteel zodanig dat het renterisico van het pensioenfonds voor ongeveer 85% van de beleggingsportefeuille is afgedekt. In totaal bestaat de portefeuille voor 45% uit de returnportefeuille. Pensioenfonds RBS Nederland: Het RBS pensioenfonds bepaalt de vormgeving van het beleggingsbeleid zelfstandig. Bij de oprichting van het fonds heeft het bestuur van het fonds uitgebreide analyses (laten) verrichten om tot een optimaal beleggingsbeleid te komen. Hierbij spelen de specifieke eigenschappen van het fonds een belangrijke rol. Dit heeft geleid tot een beleggingsstrategie waarin de beleggingsmix voor 70% uit vastrentende waarden bestaat en voor 30% uit aandelen. De renterisico’s van het pensioenfonds worden volledig afgedekt door middel van een combinatie van de vastrentende waarden en renteswaps. Van de aandelenportefeuille wordt voorlopig 10% in opkomende markten belegd. Binnen de vastrentende portefeuille wordt zowel in staatsleningen als in bedrijfsleningen belegd. b. Waarom belegt Pensioenfonds RBS Nederland 'conservatiever' (mix 70/30 vastrentend/aandelen) dan het ABN AMRO Pensioenfonds, terwijl zij wellicht meer risico zou kunnen nemen omdat er geen gepensioneerden en inactieven zijn? Het RBS pensioenfonds heeft de vormgeving van het beleggingsbeleid zelfstandig bepaald. De kenmerken van de pensioenverplichtingen, de vormgeving van de financiering van het pensioenfonds en de beoogde toeslagverlening hebben tot de keuze voor de hierboven beschreven beleggingsstrategie geleid. Bovendien heeft het RBS pensioenfonds door de ‘nieuwe start’ een gezonde financiële positie en bestaat er daarmee minder noodzaak om risico’s te nemen. Overigens is de beleggingsmix op lange termijn geen constante, marktontwikkelingen en andere omstandigheden kunnen er toe leiden dat het beleid op termijn enigszins wordt veranderd. Ook de beleggingsmix van Pensioenfonds ABN Amro zal niet constant in de tijd zijn. c. Hoe is Pensioenfonds RBS gekomen tot de keuze voor Delta Lloyd Asset management? Het pensioenfonds heeft bij de selectie van de vermogensbeheerder een aantal partijen vergeleken. Hierbij lag de nadruk op de kwaliteit van de beleggingsproducten, de wijze van beheer, de kenmerken van de vermogensbeheerorganisatie, service en kosten. d. Heeft RBS Pensioenfonds een sensitivity analyse toegepast? Bij de analyses die tot het totstandkomen van de beleggingsstrategie hebben geleid, is veelvuldig gebruik gemaakt van gevoeligheidsanalyses en stress-scenario’s.
2
3. Overdracht a. Wat is grootste voordeel om de waarde van de bij Pensioenfonds ABN AMRO opgebouwde pensioenaanspraken over te dragen naar pensioenfonds RBS? o
Een “grootste voordeel” is moeilijk aan te wijzen. Bij de vraag al dan niet over te dragen spelen de in de toekomst te verwachten toeslagen (indexaties) op de over te dragen pensioenaanspraken een essentiële rol. Voor beide pensioenfondsen geldt een zelfde indexatieambitie, nl. indexeren op basis van de Consumenten Prijs Index. De kernvraag ligt dus in de verwachting die u hebt van de indexatiecapaciteit van de beide fondsen. Hierbij is van belang dat in zowel de premie voor het ABN AMRO Pensioenfonds als die voor Pensioenfonds RBS Nederland een opslag voor toekomstige indexaties is opgenomen. Bij beide fondsen worden alle pensioenaanspraken op gelijke wijze geïndexeerd: slapers en de gepensioneerden krijgen dezelfde indexaties als de pensioenaanspraken van de actieve deelnemers. Juist de categorie ex-deelnemers drukt in de praktijk verhoudingsgewijs zwaar op de indexatiecapaciteit van het fonds. Door het ontbreken van slapers en gepensioneerden bij aanvang van het Pensioenfonds RBS Nederland, zal de toeslagcapaciteit dus volledig kunnen worden aangewend voor alleen de actieven. Dat geeft dus een voordeliger uitgangspositie bij overdracht naar Pensioenfonds RBS. De premie-opslag voor indexaties bepaalt echter niet alleen de indexatiecapaciteit. De middelen van het fonds en de opbrengsten uit beleggingen dragen daar uiteraard ook toe bij. Daarover valt voor de toekomst van beide fondsen geen voorspelling te doen.
o
Een praktisch voordeel van overdracht is dat u het pensioen dat is opgebouwd gedurende uw dienstverbanden bij ABN AMRO en RBS in de toekomst van één pensioenuitvoerder zult ontvangen. Dat zal uiteraard niet het geval zijn indien u uw opgebouwde aanspraken bij ABN AMRO Pensioenfonds achterlaat.
b. Is het van belang dat zo veel mogelijk medewerkers aan de collectieve waardeoverdracht meedoen In feite is het alleen voor uzelf van belang of u al dan niet overdraagt. Voor het fonds maakt het in zoverre verschil dat als veel deelnemers besluiten over te dragen, er navenant ook meer pensioenaanspraken in de toekomst moeten worden geïndexeerd. Dat heeft dus weer invloed op de indexatiecapaciteit (zie hiervoor onder 3a), maar de impact van de waardeoverdracht van de nu actieve deelnemers in het Pensioenfonds RBS staat in geen vergelijk met de omvang van de pensioenrechten van inactieven een “rijp” pensioenfonds als Pensioenfonds ABN AMRO. c. Kan ik opgebouwde aanspraken bij voorgaande werkgevers ook overdragen? Nee, de overdracht van Pensioenfonds ABN AMRO naar Pensioenfonds RBS betreft een collectieve waardeoverdracht, waarin geen mogelijkheid bestaat tot een individuele waardeoverdracht van pensioenaanspraken die zijn opgebouwd bij een voorgaande werkgever. Een dergelijke overdracht kan weer wel als u van werkgever verandert na uw dienstverband bij RBS. Als u bijvoorbeeld nu besluit uw opgebouwde pensioenaanspraken bij ABN AMRO Pensioenfonds niet over te dragen, dan kan dat alsnog bij een toekomstige verandering van werkgever. Datzelfde geldt voor pensioenaanspraken bij voorgaande werkgevers. Een dergelijke overdracht valt namelijk onder het wettelijke recht op waardeoverdracht, waarin ook pensioenaanspraken uit voorliggende dienstverbanden mogen worden betrokken.
3
d. Heeft overdragen zin als je binnenkort 'boventallig' wordt? Wat zijn daarvan de consequenties in pensioenperspectief? Eigenlijk maakt het voor het al dan niet overdragen geen verschil of het dienstverband bij RBS lang of kort gaat duren. Ook als je binnenkort boventallig wordt blijven dezelfde argumenten vóór of tegen onverkort van kracht. 4. Omvang van het fonds a. Hoe groot is het vermogen van RBS Pensioenfonds nu en als iedereen overdraagt? Het fonds heeft nu, na inbreng van de eerste jaarpremie, een vermogen van circa € 30 miljoen. Indien iedereen de waarde van zijn of haar opgebouwde aanspraken bij Pensioenfonds ABN AMRO naar het Pensioenfonds RBS Nederland zou overdragen, zou het vermogen stijgen naar circa € 300 miljoen. b. Als er zo weinig verschil is tussen Pensioenfonds RBS en Pensioenfonds ABN AMRO, waarom is niet overwogen te blijven bij Pensioenfonds ABN AMRO? Indien RBS NV aangesloten zou zijn gebleven bij Pensioenfonds ABN AMRO, dan zou RBS in de toekomst alle beslissingen over de inhoud van de pensioenregeling, het beleggingsbeleid en het indexatiebeleid aan Pensioenfonds ABN AMRO overlaten. Inspraak zou er slechts zijn voor het verhoudingsgewijs geringe aandeel dat RBS in het Pensioenfonds ABN AMRO zou krijgen. De twee ondernemingen ABN AMRO en RBS zijn volledig van elkaar losgekoppeld en dat dient dus ook te gelden voor de respectievelijk pensioenfondsen. c. Maakt de omvang van het fonds iets uit voor deelnemers? Deze vraag is ook al aan de orde geweest in de Q & A van januari 2010. Hierna nogmaals het toen gegeven antwoord, dat nu ook nog steeds van toepassing is: o De grotere omvang van het ABN AMRO Pensioenfonds zou een schaalvoordeel voor wat betreft de uitvoeringskosten ten opzichte van het kleinere Pensioenfonds RBS veronderstellen. Daarmee zou er dus verhoudingsgewijs financieel meer armslag zijn en daarmee meer ruimte voor indexaties. Dit argument gaat echter niet op omdat de volledige uitvoeringskosten, separaat van de voor de regeling verschuldigde premies, door RBS als werkgever zullen worden betaald. o Geeft de grotere omvang van het vermogen van ABN AMRO Pensioenfonds een grotere winstcapaciteit? Rendementen worden mede beïnvloed door de beheerkosten van beleggingen. In principe kunnen die kosten worden gedrukt bij grotere volumes. De voordelen van een groter volume zijn echter beperkt, belangrijker is de keuze in welke beleggingssoorten wordt belegd en de wijze waarop dat gebeurt. In principe is het antwoord op deze vraag dus ja, in de praktijk zullen de verschillen minimaal zijn en zullen andere factoren een grotere rol spelen.
4
5. Dekkingsgraad / premietechnische aspecten a. Wat is de dekkingsgraad bij Pensioenfonds f ABN AMRO en bij Pensioenfonds RBS? De dekkingsgraad bij Pensioenfonds ABN AMRO bedroeg eind mei van dit jaar 110%. De dekkinggraad van Pensioenfonds RBS bedraagt op dit moment ongeveer 160%. Van belang hierbij is dat de dekkingsgraad op enig moment ook slechts een momentopname is. Bij Pensioenfonds RBS zijn op dit moment alleen nog de premies ingebracht voor het kalenderjaar 2010, inclusief de daarin opgenomen opslag voor indexaties. De dekkingsgraad van RBS Pensioenfonds gaat zeker dalen, met name ook na de waardeoverdracht uit het Pensioenfonds ABN AMRO. Hoeveel deze gaat dalen is afhankelijk van hoeveel werknemers zullen kiezen voor een waardeoverdracht. b. Heeft Pensioenfonds RBS de sterftegrondslagen al aangepast? De Nederlandse pensioenfondsen moeten op grond van de gestegen levensverwachting hun premiebeleid aanpassen. Dat resulteerde bij Pensioenfonds RBS in een verhoging van 4% Bij Pensioenfonds ABN AMRO bedroeg deze verhoging 1,5%. Omdat er in het pensioenfonds RBS verder geen opgebouwde aanspraken zijn ondergebracht, hoeft het pensioenfonds de voorziening die daarvoor wordt aangehouden ook niet aan te passen. Voor Pensioenfonds ABN AMRO is dat uiteraard wel het geval. c. Gebruiken Pensioenfonds RBS en Pensioenfonds ABN AMRO überhaupt dezelfde actuariële grondslagen? Ja, de actuariële grondslagen zijn bij beide pensioenfondsen nagenoeg aan elkaar gelijk. Bij pensioenfonds RBS wordt voor kosten en sterfte prudenter gereserveerd (zie hiervoor onder b.). d. Wordt de werkgever ontslagen van premiebetaling als fonds zeer succesvol is? Het bestuur van Pensioenfonds RBS kan, onder uitdrukkelijk vooraf bepaalde voorwaarden, besluiten dat de werkgever een korting krijgt op de betaling van een deel van de premie. Zelfs een korting tot 100% zou in enig jaar van toepassing kunnen zijn. Deze korting is echter pas mogelijk bij het bereiken van een zeer hoge dekkingsgraad van het Pensioenfonds RBS. De betreffende regeling is vastgelegd in de zgn. Uitvoeringsovereenkomst, die voor deelnemers ter inzage is en zal worden gepubliceerd op de website van het fonds. 6. Wijzigingen in de toekomst / Fortis ABN AMRO a. Hebben wijzigingen in de toekomst bij Pensioenfonds ABN AMRO consequenties voor aanspraken van inactieven? Toekomstige wijzigingen in de pensioenregeling zullen op grond van de Pensioenwet in beginsel geen consequenties hebben voor reeds opgebouwde nominale aanspraken. De Pensioenwet maakt enkele uitzonderingen, waarvan de belangrijkste is dat, indien de financiële positie van het AA Pf zich niet goed zou ontwikkelen, het in het uiterste geval mogelijk is dat pensioenaanspraken worden gekort. De hoogte van de toekomstige indexatie is afhankelijk van de toekomstige financiële positie van het AA Pf. De financiële positie kan beïnvloed worden door veranderende afspraken met de sponsor of door rendementsontwikkeling.
5
b. Wat is gevolg voor de achterblijvers van de integratie van Pensioenfonds ABN AMRO en Pensioenfonds Fortis? Of, en zo ja, hoe het tot een integratie van het Pensioenfonds ABN AMRO en het Fortis Pensioenfonds komt, is op dit moment onzeker. Mocht het tot een integratie komen, dan dient het bestuur van Pensioenfonds ABN AMRO te waken over onder meer de belangen van de gewezen deelnemers (waar de achterblijvers deel van uitmaken). De belangen van de gewezen deelnemers, maar dat geldt ook voor de deelnemers en pensioengerechtigden, mogen niet worden geschaad door de integratie. 7. Governance a. Hoe ziet de bestuursstructuur van Pf RBS eruit? Het bestuur kent zes leden, drie namens de werkgever en drie namens de deelnemers. De werkgever benoemt de werkgeversvertegenwoordigers. De huidige deelnemersvertegenwoordigers zijn benoemd in overleg met de ondernemingsraad. Toekomstige benoemingen van deelnemersvertegenwoordigers zullen plaatsvinden door de deelnemersraad. b. Hoe is het toezicht geregeld? Het bestuur is op dit moment bezig met het inrichten van een auditcommissie. De auditcommissie is belast met het intern toezicht en bestaat uit tenminste drie onafhankelijke deskundigen. Deze commissie wordt benoemd door het bestuur. c. Kent het Pf RBS ook een deelnemersraad? Het bestuur is bezig met het uitwerken van de procedures om te komen tot de verkiezing van een deelnemersraad. 8. Indexaties Is de werkgever RBS bereid om bij gemiste indexaties een additionele storting te doen? Het Pensioenfonds is zelf verantwoordelijk voor het al dan niet indexeren van de opgebouwde pensioenaanspraken. Daarop ook is het premie- en beleggingsbeleid afgestemd en de dekkingsgraad van het fonds is hierin bepalend. Indien in enig jaar de middelen onvoldoende zijn om te indexeren, heeft de werkgever geen enkele verplichting om een additionele storting te doen. Is er een verschil in de toekomstige indexatieverwachting tussen beide pensioenfondsen? In de communicatie over indexatie dienen beide pensioenfondsen gebruik te maken van het zogenaamde toeslagenlabel. De toeslagen labels van beide pensioenfondsen zijn onderstaand opgenomen. Uit deze labels blijkt dat de verwachtingen voor beide fondsen een gelijk aantal muntjes oplevert onder normale omstandigheden (2e kolom muntjes). Indien het economisch slechter gaat (3e kolom muntjes) zou de indexatieverwachting bij pensioenfonds RBS iets hoger kunnen zijn dan bij pensioenfonds ABN AMRO.
6
Toeslagenlabel pensioenfonds RBS
Toeslagenlabel pensioenfonds ABN AMRO
9. Administratie / communicatie a. Van Pensioenfonds ABN AMRO een 'stopbrief' ontvangen. Krijgen de deelnemers van Pensioenfonds RBS ook een 'startbrief'? Op het moment dat deze samenvatting van de meest gestelde vagen wordt verzonden, is de “Welkomstbrief” met een opgave van de aanspraken die u binnen het Pensioenfonds RBS gaat opbouwen al verzonden. Na afwikkeling van de procedure voor de waardeoverdracht zal een hernieuwde opgave worden verstrekt aan diegenen die gebruik hebben gemaakt van de mogelijkheid tot waardeoverdracht b. In de Stopbrief van Pensioenfonds ABN AMRO stond een lager partnerpensioen dan in de voorgaande opgave. Hoe zit dit en kan Pensioenfonds RBS garanderen dat deelnemers geen lager partnerpensioen krijgen dan zij hadden bij Pensioenfonds ABN AMRO? Tijdens uw dienstverband bij ABN AMRO was voor u een partnerpensioen verzekerd ter grootte van het te bereiken partnerpensioen op uw pensioendatum. Bij uw uitdienstreding van ABN AMRO is de opbouw van het ouderdoms- en partnerpensioen bij ABN AMRO Pensioenfonds stopgezet. Vanaf dat moment is voor u bij ABN AMRO Pensioenfonds een partnerpensioen verzekerd ter grootte van het opgebouwde partnerpensioen. Het toekomstig op te bouwen partnerpensioen is dus niet meer bij ABN AMRO Pensioenfonds verzekerd. Vanaf 1 februari bouwt u ouderdoms- en partnerpensioen op bij Pensioenfonds RBS. Dientengevolge is bij Pensioenfonds RBS een partnerpensioen verzekerd ter grootte van het te bereiken partnerpensioen vanaf 1 februari tot aan uw pensioendatum.De optelsom van het opgebouwde partnerpensioen bij Pensioenfonds ABN AMRO en het bereikbare partnerpensioen bij Pensioenfonds RBS zal in principe hetzelfde resultaat geven als voorheen gold bij Pensioenfonds ABN AMRO (behoudens tussentijdse salariswijzigingen). 10. Toekomst Wat zijn gevolgen voor deelnemers Pensioenfonds RBS als onverhoopt RBS haar activiteiten zou beëindigen in Nederland? Beëindiging van de activiteiten van RBS in Nederland betekent nog niet het einde van het
7
Pensioenfonds. Dat heeft immers haar eigen juridische entiteit en de opgebouwde pensioenaanspraken zijn binnen die eigen entiteit gewaarborgd. Dat betreft dus de nominale pensioenaanspraken. Een aantal scenario’s is denkbaar: a. Naar een andere baan: Beëindiging van de activiteiten betekent dat velen naar een andere baan zullen overstappen en dan van de wettelijke mogelijkheid tot waardeoverdracht gebruik zullen maken. De band met het Pensioenfonds bestaat dan niet meer. b. Pensioenfonds RBS blijft bestaan Voor diegenen die de opgebouwde aanspraken achterlaten bij Pensioenfonds RBS worden de pensioenaanspraken premievrij gemaakt. Omdat de voormalige sponsor van de regeling is weggevallen, zullen toekomstige indexaties dienen te worden gefinancierd uit de beschikbare middelen voortkomend uit de beleggingen. Als die middelen niet voldoende blijken te zijn, is ook hier geen afdwingbare verplichting voor RBS Plc om bij te springen. Daarmee is uiteraard niet gezegd dat dit niet zal gebeuren. c. Pensioenfonds RBS wordt ondergebracht bij een verzekeraar. Als de omvang van het fonds zo klein zou worden, dat selfsupporting niet meer haalbaar zou zijn, worden in de praktijk in een dergelijke situatie de verplichtingen en de assets van het fonds wel overgedragen naar een verzekeraar. Ook dan zijn de nominaal opgebouwde pensioenaanspraken veilig gesteld, maar de beleggingsstructuur zal ongetwijfeld gaan veranderen. Daarmee zal ook het indexatiebeleid gaan veranderen en wellicht zal de indexatieambitie worden bijgesteld. Ook hier geldt dat er geen enkele indicatie is dat RBS zich uit de Nederlandse markt zou terugtrekken.
8