COMPLEXERE MAATSCHAPPIJ:
NESTEN KRIJGEN DEUKEN
OUDERLIJKE STRESS:
WEINIG TIJD OM TE COMMUNICEREN. WE GROEIEN UIT ELKAAR
EMOTIONELE STRESS: VEEL VERLIESERVARINGEN
Even reflecteren naar eigen handelen.
– Heb ik geleerd om ‘sterk’ te wezen? – Vroegere gewoontes – Waardering en bevestiging of reclameren (defensieve aanpak) – Mochten gevoelens bestaan?
Wat is ‘eigen’ aan onze doelgroep? HET LOSMAKINGSPROCES: botsen op aangereikte kaders, normen, waarden, afspraken. Au fond is dat GEZOND. Een puber die niet botst kan in aanpassingsgedrag gaan. IDENTITEIT ONTWIKKELEN - ZELFBEELD: wie ben ik? ken ik mezelf? Aanvaard ik mezelf? - SOCIAAL ZELF: Wat verwachten de anderen van mij? - IDEAAL ZELF: wat wil IK bereiken in respect tot de andere? - Hoe beter de identiteit ontwikkeld is, hoe draagkrachtiger een puber/jongere in het leven staat. - Een ‘eigen identiteit’ ontwikkelen betekent op een bepaald moment, een eigen visie, ideeën, gevoelens mogen ontwikkelen. Ook al zijn die anders dan de jouwe.
KRACHT ONTWIKKELEN: - wie ben ik? - wat doe ik graag? - wat kan ik goed? - wat wil ik graag leren? - mijn talenten, kwaliteiten - mijn wensen, mijn fantasie - het ‘mij’ eiland - mijn gevoelens, mijn hoofd.
FOCUSSEN OP IDENTITEIT ONTWIKKELEN
NIET OP FAALANGST.
OUDER/LEERKRACHTEN DRUK: - hoe groot zijn de verschillen? Waar botsen jullie op? - Wat zijn normen en waarden waar jullie niet van afwijken? - Waar valt over te praten? Te overleggen? - Filosofeer met elkaar.
GROEPSDRUK: - Dit is de impact van een groepsgebeuren op het individu. -
Hoe krachtiger het ZELFBEELD of de IDENTITEIT is ontwikkeld, hoe beter pubers/jongeren kunnen omgaan met groepsdruk.
Het beeld van het emotionele vat
- oude pijn (verwerkt of onverwerkt) - achtergebleven emoties - ‘verse’ pijn - verlieservaringen (breed) - frustraties (pesterijen ea) - onrust
Ontplofbare vaten tonen zich zelden in woorden
Ontspoorde emoties tonen zich voornamelijk in moeilijk en extreem gedrag en handelingen
Luisteren naar pubers en jongeren is kijken met een dubbele bril
Eerste stoel: Wat toont de jongere? Tweede stoel: Wat is de èchte boodschap?
Wat tonen pubers/jongeren in het omgaan met emoties en emotionele pijn?
-
Lichamelijke reacties: vermoeidheid-buikpijn-hoofdpijn-misselijk-migraine-sterk vermageren-spierpijnen-braken, ea
- mentale reacties: concentratie –en geheugenstoringen-afwezig zijn-mijn hoofd zit vol-waarom vragen-realiteitsbesef ontbreekt-
negatieve cognities (gedachten)-kracht-hoop-leeflagen.
- Ontspoorde gevoelens worden moeilijk gedrag zoals gemis-bang-boos-afgewezen-jaloersonmacht, tonen zich moeilijk -of extreem gedrag.
EMOTIONELE LAAG (HART-GEVOEL)
LICHAAM
MENTALE LAAG (HOOFD-KENNIS)
Situatie: scheiding vorig jaar. Nu 15 jaar.
Eerste stoel: Totale apathie-sprak niet meerdeed niks meer. Weg van de realiteit. Aandachtsstoornis. Tweede stoel: Geen tijd om te verwerken-kon plotse nieuwe situatie niet aan. Moest flexibel zijn maar kon dat nog niet.
Wat is specifiek aan jongeren in het omgaan met emoties en emotionele pijn?
Intens verdrietige momenten naast intens blije momenten plaatsen.
Het is heel belangrijk om beide te kunnen toelaten. Zonder oordeel.
Uitgestelde emotionele processen.
-
Veel wegmoffelen.
-
De sterk-zijn rol
-
Tijdelijke verdringing is soms gemakkelijker. Jaren later komen opgekropte gevoelens er in ‘signaalgedrag’ uit.
-
Jongeren willen ook het liefst zijn zoals de anderen (groepsdruk).
-
Veel uitgesteld kinderverdriet komt pas in
een jongeren periode naar boven.
Tijdelijke stop of vertraging in ontwikkeling!
Mijn vlucht, mijn houvast.
Vluchten,een vluchtweg zoeken. Weglopen is de bekendste, want betekent letterlijk vluchten. Ook kinderen en jongeren die gevaar vermoeden, onveiligheid voelen, willen tijdelijk elders verwijlen. Even van alles weg zijn, zich verstoppen, ruimte en zuurstof zoeken.
Ik zet een muur om mij ‘Als jij mijn stoer-zijn gaat afpakken, hoe moet ik me dan nog weren?’ Kinderen zijn moeilijk te bereiken als ze in hun weerstand zitten. (afweergedag)
POSITIEF OMGAAN MET GEDRAG EN ACHTERLIGGENDE
GEVOELENS.
1.
Liefdevol consequent zijn
2.
Straffen of berisping
3.
Erkenning geven: de 3 B’s
4.
Alternatief bedenken:
1. Liefdevol consequent zijn
- Vaten ontmoeten elkaar - Deze geraken UIT EVENWICHT - We roepen-we worden kwaad. - Onze eigen ‘triggerplekken’, eigen kwetsbare gevoelige plekken - Wat zijn zinnetjes, een houding of welk gedrag haalt me uit
mijn evenwicht? -Almacht-Kracht-Onmacht
Wat kunnen we doen?
-Hand op de buik: in eigen energie blijven -Als ik voel dat ik ‘kook’: stop het gesprek en neem het later terug op. -Ga uit contact -Zoek een plekje waar je even kan bekomen -Nadien het gesprek rustig opnemen: -‘De manier waarop ik het zei was niet OK, maar ik sta wel achter
mijn boodschap. Wat daar gebeurde kan niet’.
Straffen of berispen
- Wat gebeurde kan niet. - Een straf is pas een straf als het door diegene die de straf krijgt als straf ervaren wordt. - Sanctie kan samen besproken worden.
3. Erkenning geven
- BISSEN: Letterlijk hetzelfde nazeggen - BENOEMEN: wat je ziet. - BEVRAGEN: open vragen stellen: door woorden toe te
voegen als: want -omdat-met wie -hoe vaak-wanneer.. - stel nooit meer de ‘waarom-vraag’
4. Alternatief bedenken
- Een alternatief geven voor de ondergesneeuwde gevoelens. vb wat kan ik dan wèl doen met mijn kwaadheid? of hoe kan ik mijn probleem of zorg oplossen?
- de jongere leert zelf een oplossing zoeken voor zijn zorg of probleempje (hen zelf leren om problemen op te lossen).
Het moet eruit. Maar niet destructief.
Ga als ouder of leerkracht niet in verzet. Wel duidelijk grenzen aangeven
Wat te doen met kwaadheid: Een plek zoeken om af te reageren: een boom, een bozenhoek. Bozendozen maken. De bozenmuur. Boosheid kan je ook kleien/tekenen (met dikke
wasco’s) + schilderen. Boksbal gebruiken. Sporten (goede energie-verbruiker en spanningsoplosser). Kwaadheid uitspreken met ‘praatstok’ (respect). Een brief schrijven, een berichtje nalaten op antw.apparaat of nog eens met die
persoon praten.
• Vaardiger worden in het omgaan met verdriet • Iedere puber/jongere zoekt zijn eigen manier. • Jongeren leren troosten.
(groepswerk of individueel) • Herinneringsdozen maken • Verdrietdozen/gemisdozen
• Praatpapieren maken • Leren omgaan met gemis
Hoe herstellen we basisveiligheid en basisvertrouwen? Nestgevoel creëren, ook op school!
- ècht verbinding aangaan = hartsverbindingen - veilige vertrouwde plekken en personen zoeken - tijdelijke veiligheid op school
- structuren en kaders bieden opnieuw veiligheid - angst bespreken - duidelijkheid en helderheid
- Waarom-vragen aanpakken : waarom heeft mijn papa zichzelf gedood? Waarom zijn mijn ouders gescheiden? Waarom was mijn mama’s vluchtweg alcohol?
- Ingrijpende gebeurtenissen bespreekbaar maken en duiden
- Jongeren zijn zeer gevoelig voor rituelen en symbolen.
-
Aandacht voor herdenkingen, verjaardagen,feestdagen.
-
Het begeleiden van jongeren vergt heel veel geduld en een groot engagement.
-
Biedt duidelijke grenzen aan (je wordt geen vriendin).
Langs de ene kant betekent een puberteit, streven naar zelfstandigheid, vrijheid, een nieuw zelfbeeld en groter verantwoordelijkheidsgevoel.
Langs de andere kant is er nog een grote behoefte aan bescherming, emotionele steun èn begrip.