EUROPEES PARLEMENT
2009 - 2014
Commissie begrotingscontrole
2010/0812(NLE) 25.2.2010
ONTWERPVERSLAG over de voordracht van Eoin O'Shea voor de benoeming tot lid van de Rekenkamer (C7-0033/2010 – 2010/0812(NLE))
Commissie begrotingscontrole Rapporteur: Inés Ayala Sender
PR\805800NL.doc
NL
PE439.148v02-00 In verscheidenheid verenigd
NL
PR_NLE_art108 INHOUD Blz. VOORSTEL VOOR EEN BESLUIT VAN HET EUROPEES PARLEMENT........................3 BIJLAGE 1: CURRICULUM VITAE VAN EOIN O'SHEA ..................................................4 BIJLAGE 2: ANTWOORDEN VAN EOIN O'SHEA OP DE VRAGENLIJST ......................6
PE439.148v02-00
NL
2/13
PR\805800NL.doc
VOORSTEL VOOR EEN BESLUIT VAN HET EUROPEES PARLEMENT over de voordracht van Eoin O'Shea voor de benoeming tot lid van de Rekenkamer (C7-0033/2010 – 2010/0812(NLE)) (Raadpleging) Het Europees Parlement, – gelet op artikel 286, lid 2, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, op grond waarvan het Parlement door de Raad is geraadpleegd (C7-0033/2010), – gezien het feit dat de Commissie begrotingscontrole tijdens haar vergadering van xx maart 2010 de door de Raad voorgedragen kandidaat voor het lidmaatschap van de Rekenkamer heeft gehoord – gelet op artikel 108 van zijn Reglement, – gezien het verslag van de Commissie begrotingscontrole (A7-0000/2010), A. overwegende dat Eoin O'Shea voldoet/niet voldoet aan de voorwaarden van artikel 286, lid 1, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, 1. brengt positief/negatief advies uit over de voordracht van Eoin O'Shea voor de benoeming tot lid van de Rekenkamer (en verzoekt de Raad zijn voordracht in te trekken en het Parlement een nieuwe kandidaat voor te dragen); 2. verzoekt zijn Voorzitter dit besluit te doen toekomen aan de Raad en, ter informatie, aan de Rekenkamer, alsmеde aan de overige instellingen van de Europese Gemeenschappen en de controle-instellingen van de lidstaten.
PR\805800NL.doc
3/13
PE439.148v02-00
NL
BIJLAGE 1: CURRICULUM VITAE VAN EOIN O'SHEA Diploma's
Registeraccountant, Institute of Chartered Accountants in Ireland, 2000
Lid Irish Taxation Institute, 2005.
Diploma handelsrecht, Law Society of Ireland, 2006
Diploma rechten, Honorable Society of Kings Inns, 2008
Advocaat, Honorable Society of Kings Inns, 2009 (merit)
Diploma handelsgeschillen, Law Society of Ireland, 2009 (merit)
Loopbaan Voorzitter Ground Marketing Group 2000 Oprichter Ground Marketing Group in 2000 (strategische marketing communicatie) De onderneming adviseert grote nationale en internationale klanten op het gebied van strategische marketing. In december 2009 is de onderneming deel gaan uitmaken van het internationale reclamebureau Havas Plc, en opereert nu als Ground 4D Ireland. Hoofddirecteur Institute of Directors in Ireland 2006-2008 Vertegenwoordigde de belangen van senior bedrijfsmanagers in Ierland. Schreef beleidsnota's en standpunten over bedrijfsrecht, mededingingsrecht en fiscaal recht. Adviseerde leden over commerciële en bedrijfszaken. Onderhield contacten met ODCE, CRO, Ministerie voor Bedrijfsleven, Handel en Werkgelegenheid en Ministerie van Financiën over directeurskwesties. Was lid van het adviescomité van het Registratiebureau van ondernemingen en van het managementcomité van het IoD Centre for Corporate Governance aan de UCD (University College Dublin). Doceerde over het onderwerp "bedrijfscommissarissen" aan het Centre for Corporate Governance van de UCD. Bedrijfsadviseur, Deloitte & Touche 1997-2000 Overige gegevens Institute of Chartered Accountants in Ierland. - Bestuurslid 2005-2008, voorzitter Members in Business 2006-2008 en lid van de Ethische commissie 2005-2006. Auditcommissie Garda - Benoemd als lid van de auditcommissie van An Garda Siochána door de minister van Justitie in oktober 2008 en herbenoemd in oktober 2009 voor een periode van drie jaar. De auditcommissie heeft tot taak de Garda-commissaris te adviseren over het gebruik van overheidsmiddelen onder zijn beheer. Comhaltas Ceoltoiri Eireann – Benoemd in januari 2009 door het Ministerie van Kunst, Sport en Toerisme en het Ministerie van Gemeentelijke, Plattelands en Gaeltacht-zaken, om een onderzoek uit te voeren naar de overheidsuitgaven van circa 20 miljoen EUR aan het ontwikkelingsprogramma van Comhaltas Ceoltoiri Eireann, een nationaal vrijwilligersorgaan PE439.148v02-00
NL
4/13
PR\805800NL.doc
ter bevordering van de Ierse traditionele muziek. Rapport ingediend in juli 2009 en gepubliceerd in september 2009. Onderzoek in het kader van het St Andrews-akkoord - Benoemd in november 2007, uit hoofde van het St Andrews-akkoord, als deskundige/adviseur om de efficiency en effectiviteit te onderzoeken van de Noord/Zuid-organen, opgericht in het kader van de GoedeVrijdagakkoord. Benoemd door de Ierse regering, in samenwerking met de Northern Ireland Executive en de North South Ministerial Council. Tussentijd rapport aanvaard door de plenaire vergadering van de North South Ministerial Council in februari 2009. Vrijwilligersorganisatie van registeraccountants - Benoemd tot directeur van dit charitatief orgaan in 2009. De organisatie biedt hulp aan registeraccountants die in financiële moeilijkheden verkeren. Institute of Management Consultants in Ireland - Voorzitter van het instituut 2005-2006, vicevoorzitter 2003-2005 en penningmeester 2003-2005. Persoonlijke gegevens - Eoin O'Shea is 33 jaar, is gehuwd en woont in Dublin. Hij is afkomstig uit Athlone, Co Westmeath.
PR\805800NL.doc
5/13
PE439.148v02-00
NL
BIJLAGE 2: ANTWOORDEN VAN EOIN O'SHEA OP DE VRAGENLIJST Beroepservaring 1. Licht de belangrijkste aspecten van uw beroepservaring op het vlak van overheidsfinanciën,
management of management auditing toe. Sinds 2000 ben ik lid van het Institute of Chartered Accountants in Ierland. Van 2005 tot 2008 was ik bestuurslid van het instituut, het hoogste bestuursorgaan van de Chartered Accountancy Profession in Ierland. In die hoedanigheid was ik lid van de Ethische commissie van het instituut (2005-2006) en voorzitter van de commissie Members in Business (20062008). In 2009 werd ik benoemd tot directeur van de Chartered Accountants' Benevolent Association, een non-profitinstelling die hulp biedt aan registeraccountants die in financiële moeilijkheden verkeren. Ik ben sinds 2005 lid van het Irish Taxation Institute en ik bezit diploma's handelsrecht (2006) en handelsgeschillen (2009) van de Law Society of Ireland. Tijdens mijn werk als accountant en managementadviseur in de periode 1996-2000 leidde ik financiële en algemene managementonderzoeken bij ministeries, overheidsagentschappen en grote particuliere ondernemingen. Dit betrof onderzoek van financiële systemen en de personeelsbezetting in deze organisaties, evenals het opstellen van verslagen met aanbevelingen over de wijze waarop de financiële functie diende te worden verbeterd. In 2005 kozen de leden van de beroepsgroep van managementadviseurs in Ierland mij tot voorzitter van het Institute of Management Consultants in Ireland (IMCI), waar ik de drie daaraan voorafgaande jaren de functie van penningmeester had vervuld. In die periode heb ik een fusie van het IMCI en het Institute of Business Advisors doorgevoerd waardoor de beide groepen beroepsbeoefenaren in het Ierse bedrijfsadvieswezen bijeen werden gebracht. In 2000 was ik medeoprichter van de Ground Marketing Group, een onderneming die marketingadviezen en ondersteuning aan grote Ierse en internationale merken bood. De rol van de onderneming is het begeleiden van opdrachtgevers om te komen tot een betere communicatie met hun klantenkring voor het opbouwen van een duurzame zakelijke relatie. Ik was algemeen directeur van deze onderneming tot 2006, waarna ik een niet bij het dagelijks bestuur betrokken voorzitter werd. De onderneming boekte aanzienlijke successen en ontving veel prijzen waaronder de nationale Grand Prix en een Europese prijs voor promotionele marketing. In 2009 ging de onderneming deel uitmaken van het internationale reclamebureau Havas Plc, en opereert nu als Ground 4D Ireland. Ik heb geen enkele band meer met deze onderneming. Tussen 2006 en 2008 functioneerde ik als hoofddirecteur van het Institute of Directors in Ireland, een organisatie die de collectieve belangen van senior bedrijfsmanagers in Ierland vertegenwoordigt. In dat verband onderhield ik contacten met ministeries over onderwerpen als bedrijfsrecht, fiscaal recht, mededingingsrecht en corporate governance. Ik was lid van het adviescomité van het Registratiebureau van ondernemingen en van het managementcomité van het Centre for Corporate Governance, een onderwijsinstelling aan het University College Dublin dat gericht is op de bevordering van uitmuntende corporate governance. In 2008 werd ik door de minister van Justitie benoemd tot lid van de auditcommissie van An Garda Siochána (de Ierse politie) en werd in 2009 herbenoemd. Samen met vier collega's was ik verantwoordelijk voor toezicht op het functioneren van de interne-auditafdeling, het PE439.148v02-00
NL
6/13
PR\805800NL.doc
invoeren van een risicologboek, het in aanmerking nemen van de rapportages van en aanbevelingen uit gehouden audits, en voor het rapporteren aan en adviseren van de Gardacommissaris van An Garda Siochána (Ierse politie) over het gebruik van overheidsmiddelen onder zijn beheer. Ik werd door de Ierse regering aangesteld voor het uitvoeren van twee substantiële, in de belangstelling staande, onderzoeken met betrekking tot overheidsfinanciën, te weten de volgende: In 1999 werden er door de Ierse en Britse regering zes uitvoerende instanties met deelname van noord en zuid ingesteld. Deze North/South Implementation Bodies hebben uitvoerende, grensoverschrijdende verantwoordelijkheden op het gebied van toerisme, bevordering van de gezondheid, taalontwikkeling, besteding van EU-fondsen, waterwegen en bepaalde takken van visserij. Deze lichamen hebben supranationale status en rapporteren aan een North South Ministerial Council die bestaat uit ministers van de Northern Ireland Executive en de Ierse regering. Ten tijde van een nadere overeenkomst, getekend in 2006 te St Andrews in Schotland ("het St Andrews-akkoord") besloten partijen dat er een grondig onderzoek nodig was naar de efficiency en prijs-kwaliteitverhouding van elk van de Implementation Bodies, evenals een onderzoek of dit voor nog meer van dergelijke lichamen zou gelden. In 2007 werd ik door de Ierse regering benoemd als deskundig adviseur aan de Review Group die het onderzoek uitvoerde. In 2008 werd ons werk met betrekking tot het onderzoek naar de effectiviteit en prijs-kwaliteitverhouding van de bestaande lichamen voltooid en dit werd door de North South Ministerial Council opgemerkt tijdens haar bijeenkomst in januari 2009. Van 2008-2009 was ik door twee Ierse ministeries belast met onderzoek naar de effectiviteit van financiële bijdragen van de staat aan de vrijwilligersorganisatie Comhaltas Ceoltoiri Eireann die de Ierse traditionele muziek, dans en taal stimuleert. De staat was de belangrijkste kapitaalverschaffer van het Comhaltas' Development Programme waarbij sprake was van aanzienlijke geconsolideerde bedragen en lopende uitgaven. Samen met een verslag over de financiële aansturing, de omvang van de bestedingen en de financiële resultaten gaf het rapport commentaar op een belangrijke kwestie binnen die organisatie en stelde een oplossing voor. Mijn rapportage werd in 2009 aangeboden en gepubliceerd; de voorgestelde oplossing werd aanvaard en wordt nu ingevoerd. In 2009 werd ik advocaat (Iers advocaat/jurist). Ik ben werkzaam op de terreinen insolventie, bedrijfsrecht, beslechting van geschillen op ondernemingsniveau, en fiscaal recht. Momenteel (2010) studeer ik voor het diploma Insolvency and Corporate Restructuring bij de Law Society of Ireland om een Associate te worden van de Association of Certified Fraud Examiners. 2. Wat zijn de drie belangrijkste beslissingen waarbij u tijdens uw carrière betrokken bent
geweest?
Tijdens mijn loopbaan heb ik het voorrecht gehad om deel te nemen aan de volgende belangrijke beslissingen: St Andrew's Review Group Het St Andrews-akkoord (waarnaar in bovenstaande vraag 1 werd verwezen) kwam in 2006 tot stand en vormde de basis voor het herstel in Noord-Ierland van een Executive (samengesteld uit ministers) waarin de macht wordt gedeeld en een Assembly (samengesteld PR\805800NL.doc
7/13
PE439.148v02-00
NL
uit direct gekozen leden, uit wie de Executive worden gekozen). Het akkoord voorzag onder meer in de oprichting van een Review Group om de efficiency en prijs-kwaliteitverhouding te onderzoeken van de North/South Implementation Bodies (waarnaar in bovenstaande vraag 1 wordt verwezen) en die zeven jaar eerder waren ingesteld. Ik werd in 2007 door de Ierse regering benoemd tot lid van een team van vier personen dat was samengesteld uit leden met een verschillende politieke achtergrond en belast met het tot stand brengen van een onafhankelijk en onpartijdig standpunt over de toetsing van de efficiency en prijskwaliteitverhouding bij deze lichamen. Na intensief werk dat onder meer openbare bijeenkomsten, managementbijeenkomsten en documentencontrole omvatte, werd onze rapportage over de aspecten van efficiency en prijs-kwaliteitverhouding in januari 2009 opgemerkt door de North South Ministerial Council (een raad die bestaat uit ministers van de Ierse regering en de Northern Ireland Executive). Fusie van organisaties van managementadviseurs in Ierland Als voorzitter van het Institute of Management Consultants in Ireland (IMCI) van 2005-2006 was ik belast met de ontwikkeling en uitvoering van een fusieakkoord met een andere organisatie, het Institute of Business Advisors. De grondgedachte achter de fusie was het komen tot een kritische massa en het samenvoegen van financiële en organisatorische middelen. De fusie werd geïmplementeerd in de periode dat ik daar werkzaam was. Het samengevoegde instituut staat nu bekend als het Institute of Management Consultants and Advisors (IMCA). Verkoop van Ground Marketing Group In 2009 nam de Ground Marketing Group (Ground), een bedrijf waarvan ik aandeelhouder en voorzitter was, deel aan een belangrijke kapitaalmarkttransactie van Havas Plc, een groot internationaal reclamebureau. Samen met collega's richtte ik in 2000 Ground op. Sindsdien is de onderneming uitgegroeid tot een van Ierlands vooraanstaande marketingbureaus. De selectie, sluiting en uitwerking van het akkoord was een belangrijke gebeurtenis in mijn loopbaan. Onafhankelijkheid 3. In het Verdrag wordt bepaald dat de leden van de Rekenkamer "volkomen onafhankelijk"
hun ambt uitoefenen. Hoe zou u deze verplichting toepassen in uw toekomstige functie? Ik zal mij in dit opzicht strikt houden aan de bepalingen van het Verdrag en aan de gedragscode voor leden, die onder meer specifieke bepalingen over onafhankelijkheid en onpartijdigheid bevat. Zie ook mijn antwoorden op de vragen 4-7. . 4. Is u kwijting verleend voor de managementtaken die u voorheen uitvoerde, indien een
dergelijke procedure van toepassing is?
PE439.148v02-00
NL
8/13
PR\805800NL.doc
Ik heb mij teruggetrokken uit al mijn bestuursfuncties in ondernemingen en uit mijn lidmaatschap van de auditcommissie van An Garda Siochána (Ierse politie). Ik heb de Ierse regering ervan op de hoogte gesteld dat ik niet langer betrokken kan blijven bij de St Andrew's Review Group. 5. Heeft u zaken, financiële belangen of andere verplichtingen waardoor een conflict met uw
toekomstige taken zou kunnen optreden? Bent u bereid om al uw financiële belangen en andere verplichtingen aan de voorzitter van de Rekenkamer te onthullen en ze openbaar te maken? Bent u momenteel bij een gerechtelijke procedure betrokken, en zo ja, kunt u daar gedetailleerde uitleg over verschaffen? Ik heb geen bedrijf, financiële belangen of eventuele andere verplichtingen die in strijd zouden kunnen zijn met de verplichtingen van een lid van de Europese Rekenkamer. Ik ben bereid om mijn financiële belangen en andere verplichtingen aan de voorzitter van de Rekenkamer te onthullen en ze openbaar te maken, indien dat van alle leden van de Rekenkamer wordt vereist. Ik ben bekend met de gedragscode voor leden op dit punt en zal deze volledig naleven. Ik ben niet betrokken in enige juridische procedure. 6. Bent u bereid om een functie waarvoor u gekozen bent, of een actieve functie met
verantwoordelijkheden in een politieke partij op te geven na uw benoeming als lid van de Rekenkamer? Ik bekleed geen ambt waarvoor ik gekozen ben en vervul evenmin een actieve functie in een politieke partij. 7. Hoe zou u optreden bij een grote onregelmatigheid of zelfs een geval van fraude en/of
corruptie, waarbij actoren in uw lidstaat van herkomst zijn betrokken? Ik zou in het geval van zaken waarin actoren in Ierland zijn betrokken op dezelfde manier optreden als bij zaken die een willekeurig ander EU-land zouden betreffen. Eerst zou ik mijn bevindingen rapporteren aan de voorzitter van de Rekenkamer. Het audithandboek van de Rekenkamer geeft heldere procedures voor het optreden in situaties waarin tijdens de loop van een audit verdenking bestaat van grote onregelmatigheden, fraude en/of corruptie en deze procedures zouden worden gevolgd. Welk land het betreft, zou niet van invloed zijn op de wijze waarop ik in deze kwestie zou optreden. In beginsel worden zaken van vermoede fraude enzovoort direct na ontdekking gerapporteerd aan OLAF conform de helder gedefinieerde richtsnoeren van de Rekenkamer. OLAF voert vervolgens een volledig onderzoek uit, indien er voldoende aanwijzingen zijn om dit te rechtvaardigen. Gesteld dat dit niet nadelig voor het werk van OLAF zou zijn, kan de audit op normale wijze worden voortgezet. Indien de in de vraag gestelde mogelijkheid zich voordeed, zou ik, met inachtneming van de procedures van
PR\805800NL.doc
9/13
PE439.148v02-00
NL
de audithandleiding, de voorzitter in overweging geven een ander lid te benoemen om de audit over te nemen. Uitoefening van het ambt 8. Wat zijn volgens u de belangrijkste kenmerken van een cultuur van gezond financieel
beheer in eender welke openbare dienst? .
Verantwoording en transparantie naar de belastingbetaler is de belangrijkste essentiële plicht van een overheidsorganisatie. Binnen de organisatie zijn voor de waarborg van een goede prijs-kwaliteitverhouding jegens de belastingbetaler (dat wil zeggen gezond financieel beheer) de volgende elementen onmisbaar:
Helder gedefinieerde missie, visie, waarden en strategie Duidelijke toewijzing van verantwoordelijkheden Helder gedefinieerde procedures Een erkend en effectief intern controlesysteem Gemotiveerd, vakbekwaam en deskundig personeel Effectieve communicatie binnen de organisatie en met belanghebbenden Open staan voor verandering en ontwikkeling.
Ik heb waargenomen dat al deze elementen aanwezig zijn bij de Europese Rekenkamer. 9. Overeenkomstig het Verdrag staat de Rekenkamer het Parlement bij in de uitoefening van
zijn bevoegdheid voor controle op de uitvoering van de begroting. Hoe zou u uw taken op het vlak van de verslaggeving aan het Europees Parlement en meer bepaald aan de Commissie begrotingscontrole omschrijven? Het behoort tot de taak van de Rekenkamer om het Europees Parlement bij te staan en eraan te rapporteren over de resultaten van haar werk. Indien het Parlement positief zou oordelen over mijn voordracht, zou het mijn bedoeling zijn om de Rekenkamer maximaal te ondersteunen bij deze taak door:
ten volle deel te nemen aan het werk van de Rekenkamer bij het voorbereiden van jaarverslagen, speciale verslagen en adviezen en het daarvan op de hoogte brengen van de Commissie begrotingscontrole; de Commissie begrotingscontrole op de hoogte te houden van audits waarvoor ik de verantwoordelijkheid draag; beschikbaar te zijn voor leden van de commissie om vragen te beantwoorden, informatie te verstrekken en te luisteren naar de zorgen die leden naar voren wensen te brengen.
10. Wat is volgens u de toegevoegde waarde van prestatieaudits en hoe moeten de PE439.148v02-00
NL
10/13
PR\805800NL.doc
bevindingen worden geïntegreerd in het beheer? Een prestatieaudit geeft aan hoe efficiënt en effectief het geld is besteed, of de doelen van die bestedingen binnen het geplande tijdskader zijn gehaald en of de bestedingen zo economisch mogelijk zijn gedaan. Een dergelijke audit wordt onderscheiden van financiële en nalevingsgerichte controles die gericht zijn op de vraag of de betreffende regels al dan niet zijn nageleefd. Het gaat in wezen om een goede prijs-kwaliteitverhouding. Prestatieaudits stellen vast op welke gebieden er verbeteringen mogelijk zijn om te waarborgen dat bestedingen het gewenste effect hebben tegen de gunstigste kosten. Dit is hun toegevoegde waarde. In de loop van de jaren hebben de speciale rapporten van de Rekenkamer, met steun van het Europees Parlement, de Commissie ertoe gebracht om haar systemen en procedures te verbeteren. Het speciale verslag van 2008 over de doeltreffendheid van de technische bijstand in het kader van de capaciteitsontwikkeling vormt daarvan een goed voorbeeld. In het licht van de audit van de Rekenkamer en de bezorgdheid van het Europees Parlement, voerde de Commissie (Europe Aid) een gedetailleerde strategie in om de tekortkomingen die in het verslag werden belicht, te verhelpen. De Rekenkamer zal te zijner tijd met een follow-up op haar verslag moeten komen met nog een audit om te zien hoe in de praktijk verbeteringen op het gebied van technische bijstand aan ontwikkelingslanden tot stand zijn gebracht. De follow-up van audits is van belang in de context van het waarborgen van toegevoegde waarde. Om echte toegevoegde waarde te hebben, dienen prestatieaudits terzake en tijdig te zijn. In deze context is het van belang dat er een open en eerlijke dialoog is tussen de controleur en de gecontroleerde instantie. Voor een effectieve samenwerking is het nodig dat de gecontroleerde instantie precies weet wat er wordt gecontroleerd en waarom. Aan de andere kant kan de controleur profiteren van de deskundige kennis van de gecontroleerde instantie en ook van haar inzicht in de bestaande zwakheden of tekortkomingen op het te controleren terrein. Daarom hanteert de Rekenkamer nu al vele jaren als beleid ten aanzien van haar gecontroleerde instanties een "aanpak zonder verrassingen". Gezien de kwaliteit van de speciale rapporten in de afgelopen jaren is deze strategie effectief gebleken.
11. Hoe kan de samenwerking tussen de Rekenkamer, de nationale controle-instanties en het
Europees Parlement (Commissie begrotingscontrole) worden verbeterd op het punt van de controle van de EU-begroting? Er is een doorlopende samenwerking tussen de Rekenkamer en de Commissie begrotingscontrole, waarbij de Rekenkamer de commissie regelmatig informeert over haar voorgenomen werkprogramma en de resultaten van haar audits. De Rekenkamer houdt voorts bij het overwegen van toekomstige audits rekening met de inzichten van de commissie, in het bijzonder met haar verslagen en aanbevelingen. Om de effectiviteit van de samenwerking te vergroten, is het echter noodzakelijk dat er een open en eerlijke dialoog plaatsvindt tussen leden van de commissie en de leden van de Rekenkamer. Dat is mijn vaste voornemen.
PR\805800NL.doc
11/13
PE439.148v02-00
NL
Ook is er sprake van doorlopende samenwerking tussen de Rekenkamer en de nationale controle-instanties via het Contactcomité van voorzitters van de Rekenkamer en van voorzitters van de nationale controle-instanties. In praktische termen worden de nationale controle-instanties onder meer op de hoogte gehouden van het werkprogramma van de Rekenkamer en voorafgaande aan elke audit geadviseerd over de tijd waarop ze ook worden uitgenodigd om deel te nemen aan de audit, als zij dit wensen. Het Contactcomité wordt bijgestaan door een comité van contactambtenaren uit alle desbetreffende instellingen. De Rekenkamer en de nationale controle-instanties hebben verschillende rollen en zijn onafhankelijk, maar het is van belang om te komen tot een basis voor nauwere samenwerking met gepaste eerbiediging van de wederzijdse onafhankelijkheid. In deze context heb ik vernomen dat er belangrijk werk geschiedt op het niveau van een werkgroep van het Contactcomité, die zich bezighoudt met gemeenschappelijke controlestandaarden en vergelijkbare controlecriteria in de context van de EU. Deze werkgroep, die door de Rekenkamer wordt voorgezeten, heeft als doel gemeenschappelijke controlestandaarden en vergelijkbare controlecriteria op basis van internationaal erkende en op EU-gebied toegesneden controlestandaarden te ontwikkelen. Indien gemeenschappelijke standaarden en criteria zouden worden toegepast op de audit van EU-fondsen op zowel nationaal als EUniveau, zou dit het de Rekenkamer mogelijk maken om nog nauwer samen te werken met de nationale controle-instanties bij de uitvoering van haar audits. Onlangs is de Rekenkamer een pilotproject gestart voor een gecoördineerde audit met drie controle-instanties van de DAS en de resultaten zullen in het bijzonder nuttig zijn voor de bepaling van de manier waarop samenwerking tussen de nationale controle-instanties en de Rekenkamer effectiever kan worden gemaakt. De Rekenkamer heeft ook contact met talloze controle-instanties en organisaties buiten de Europese Unie. In het bijzonder neemt zij deel aan het werk van INTOSAI, de International Organization of Supreme Audit Institutions en EUROSAI, haar Europese tegenhanger, die de Rekenkamer hielp oprichten en die bijdraagt aan de werkgroepen. Nationale verklaringen zijn nuttige elementen voor de audit van de Rekenkamer, maar zij kunnen die niet vervangen, aangezien ze door de externe controleur moeten worden beschouwd als zijnde meer in de aard van "management representations". Niettemin vormen ze een belangrijke erkenning van het feit dat de lidstaten verantwoordelijk zijn voor de bescherming en het juiste gebruik van EU-fondsen die via hen beschikbaar worden gesteld. Om de jaarlijkse verklaringen van de lidstaten werkelijk zinvol en effectief te maken, dient de Commissie ernaar te streven dat er gemeenschappelijke normen en controlemaatregelen op van toepassing zijn. Zo is er verdere harmonisatie nodig met betrekking tot de jaarlijkse overzichten (van audits) die mogelijk een zeer nuttig wapen kunnen zijn in het arsenaal van de interne controle van de Commissie. De voor de deur staande herziening van het Financieel Reglement is een kans voor het treffen van voorzieningen om te waarborgen dat nationale verklaringen en jaarlijkse overzichten een maximaal effect hebben in de context van het interne controlesysteem van de Commissie. Er is een open en lopende dialoog tussen de Rekenkamer en de nationale controle-instanties en, zoals hierboven aangegeven, er worden stappen gezet op weg naar harmonisatie van auditpraktijken en -procedures in het kader van de audit van EU-fondsen. Er is ook een open en lopende dialoog tussen de Rekenkamer en de Commissie begrotingscontrole. Zoals eerder genoemd, houdt de Rekenkamer bij haar beslissingen over audits rekening met de zorgen die PE439.148v02-00
NL
12/13
PR\805800NL.doc
door de commissie naar voren worden gebracht. Ook houdt zij de commissie op de hoogte van de resultaten van haar werk. Er zijn al de nodige kaders aanwezig voor een vruchtbare samenwerking. Welwillendheid en vastberadenheid van alle kanten zullen leiden tot succes. De commissie kan in deze context verzekerd zijn van mijn welwillendheid en vastberadenheid. Andere vragen 12. Zou u uw kandidatuur intrekken indien het Parlement een ongunstig advies uitbrengt over
uw benoeming als lid van de Rekenkamer? Indien de Rekenkamer in het belang van de burgers van de EU haar taken effectief moet kunnen verrichten, dient zij het vertrouwen te hebben van haar gekozen vertegenwoordigers in het Europees Parlement. Indien een lid van de Rekenkamer dat vertrouwen niet heeft, ondermijnt dit de organisatie als geheel. Aangezien ik sterk geloof in de stimulerende rol van de Rekenkamer bij het hoog houden van de democratische waarden van de Europese Unie, zou ik moeite hebben om deel te nemen aan iets wat zou afdoen aan het gezag van de Rekenkamer. In het geval dat het Parlement ongunstig over mijn kandidatuur zou stemmen, zou ik daarom de Taoiseach (minister-president) vragen mijn nominatie in heroverweging te nemen. .
25 februari 2010
PR\805800NL.doc
13/13
PE439.148v02-00
NL