JN IN
CIMEMAs THEATEa
..r^>*
wUKBmKmBBUBHBIBBBÊBBHKBÊBtBBBBB
.^^^k ^^^^»
Mk -m #%
^'
JÜ*^
1 ȕ
-^f
w. 9
^
a*
1;
«»»^c
:'
• JAS
1
.ii,»*
\,
.It
J9
9 KITTY JANTZEN !N DETOBIS-FILM „DE TIJGER VAN ESCHNAPaER"
'—-^--^—vmmmmmmmmmw
^^"—
^^^^^^^^^^^^^
ALS HET LEVEN EEN MISDAAD WORDT
De „Walt Disney-Shorts" werden op de Biennale te
LESLIE, DE KONING DER BANKROOVERS
Venetië bekroond als de bette teekenfilmt ter wereld.
De
wetenschappelijke literatuur over het Amerikaansche misdadigersleven is zeer uitgebreid. De sensationeele producten van fantasierijke schrijvers, die ons ,,verborgenheden" willen „onthullen", buiten beschouwing latend, kan men wijzen op een reeks van sociologische werken van ernstige deskundigen, op geschriften van politie-autoriteiten en ten slotte op de zoo buitengewoon merkwaardige getuigenissen „uit de allereerste hand", namelijk op de mémoires van de beeren misdadigers zélf. Zij allen gewagen van hun onderwerp met voorbijgaan van de opsmukkende toevoegingen, die nu eenmaal karakteristiek zijn voor hen, die niets anders verlangen dan ons te doen rillen en beven. Zij zijn integendeel droog en zakelijk in hun berichtgeving — enkelen met onmiskenbaren galgenhumor — of zij trekken zorgvuldig de groote lijnen, waarlangs de misdaad zich beweegt. Zij zijn geen moralisten, zij interesseeren zich uitsluitend voor de causaliteit, dit is voor oorzaak en gevolg. Deze causaliteit ligt in den heksenketel van een land, dat vrij plotseling en stootsgewijze wordt bevolkt door emigranten van allerlei naties, gelukzoekers, die bij scheepsladingen tegelijk arriveeren en waarbij de besten hunner naar het Westen en het Noorden trekken, om als pionniers een nieuw en eerlijk bestaan te veroveren. De anderen blijven daar, waar zij aan wal zijn gegaan: in New York. Zij weigeren dieper het land in te gaan, ofschoon zij dezelfde troostelooze achterbuurten hebben gevonden, die zij te Londen, of in de andere Europeesche hoofdsteden hebben verlaten. Zij vervallen tot hun oud, ellendig bestaan en loeren op hen, die na hen komen, om dezen de moeizaam verkregen spaarduitjes afhandig te maken. Middelerwijl verrijst een nieuwe wereld. Kinderziekten teisteren de wordende natie, terwijl het geld bij stroomen verdiend wordt en verloren, terwijl een burgerij zich vestigt, ondanks alle gistende elementen, ondanks de overtalrijke avonturiers en de beroepsmisdadigers. Dit proces komt het markantst tot uiting in de tweede helft der negentiende eeuw en de eerste jaren van de twintigste. Ontelbare kenschetsende feiten zouden daarover te geven zijn, doch hier kome slechts één „schijnbare" onmogelijkheid uit deze periode aan de orde, een verschijning omstreeks de eeuwwisseling, een figuur, zooals de menschheid er geen tweede heeft kunnen aanwijzen. George Leonidas Leslie, alias George Howard, alias George de la Muserie, alias „WildWest-George" was de zoon van een brouwerijbezitter in Ohio en studeerde aan de Universiteit van Cincinnati, in welke stad hij eenige jaren architect is geweest en grooten naam van bekwaamheid en talent verwierf. Waarschijnlijk had deze Leslie op deze eerlijke wijze een rijk beslaan kunnen vinden, maar hij geraakte in slecht gezelschap, vertrok daarmee naar New York en verrichtte van dien tijd af geen eerlijk werk meer. Zoo „werkte hij zich op" tot leider van een der ergste misdadigersbenden, die de regeering der Vereenigde Staten tot ware radeloosheid dreef. De politie achtte indertijd deze bende verantwoordelijk voor ruim tachtig procent van alle bankberoovingen in Amerika en taxeerde Leslie's totalen buit (laag geraamd) op twee en twintig millioen dollar. Hij werd „het genie van de misdaad" genoemd, omdat hij dit alles verdiende zonder zelf in persoon deel te nemen aan de inbraken en omdat hij kans zag in steeds voornamer kringen te verkeeren, op te treden als beschermer van kunsten en wetenschappen en te gelden als een man van smaak en meer dan gewone ontwikkeling. In heel zijn misdadigersloopbaan kon de politie slechts éénmaal genoeg bewijzen tegen hem verzamelen om tot een arrestatie te durven overgaan. Maar Leslie had relaties met invloedrijke politici te Washington en te Philadelphia, die zijn onmiddellijke invrijheidsstelling wisten . te bewerken.
Wereldwijden roem onder de misdadigers ... daarop kon George Leslie prat gaan en in zijn laatste levensjaren was hij niets anders meer dan de zeer hoog gehonoreerde adviseur voor inbraken. Zoo kreeg hij eens twintigduizend dollar voor een reis naar Californië, waar hij zijn licht liet schijnen over een beraamde inbraak in een bank te San Francisco, waarbij hij het noodzakelijk geacht had een enkel détail persoonlijk in oogenschouw te nemen, voor en aleer hij zijn fiat aan de hem voorgelegde plannen gaf. Hij was daarbij de hooggeëerde gast van het geboefte van San Francisco, men regaleerde hem, bracht hem onder in het voornaamste en duurste hotel der stad en ging zelfs zóóver, dat hem gedurende zijn verblijf aan de Westkust een equipage met vier paarden en twee lakeien ter beschikking werd gesteld. Dit dankte hij aan zijn absolute betrouwbaarheid. Als Leslie eenmaal zijn goedkeuring aan de hem voorgelegde plannen had gehecht, dan kon men daarop ook bouwen! Zijn einde was een volkomen ondergang op vijftigjarigen leeftijd. Leslie stierf in bittere armoe, een lot, dat niemand ooit had kunnen voorzien. Hij had liefde opgevat voor een vrouw, die hem ruïneerde en totaal ten onder bracht. Maar middelerwijl had hij de regeering der Vereenigde Staten tot wanhoop gedreven, wijl meer dan één bank na zulk een roof failleerde en het nationale kapitaal de grootste aderlatingen onderging. De president der Vereenigde Staten, William McKinley, zoowel als zijn opvolger, de zoo bekend geworden Theodore Roosevelt, deden al wat in hun vermogen was om de bende en haar auctor intellectualis te ontmaskeren, maar hun vertrouwensmannen, George Maxwell en politiecommandant Walling moesten telkens weer van hun machteloosheid getuigen ... Het was Leslie's gewoonte, zoodra hij een bankroof op het oog had, zich de bouwplannen te verschaffen. Was dit onmogelijk, dan reconstrueerde hij ze, dank zij zijn bijzondere bekwaamheid als architect. Hij maakte dan groote en zeer uitvoerige situatieteekeningen van de punten, die van belang waren, daarbij nauwkeurig deuren en vensters en hun afsluitingen aangevend. Hij onderwees zijn medewerkers in het vlot lezen van deze plattegronden en gebruikte zijn persoonlijken invloed om zijn medeplichtigen aanstellingen te bezorgen als portier, nachtwaker enzoovoorts. Dezen liet hij nimmer naspeurbaar verraad plegen, zij gaven slechts inlichtingen over alarminrichtingen, werktijden, controlesystemen en zoo meer. Voorts schreef hij telkens onder andere namen aan de fabrikanten van brandkasten, zich voordoend als iemand, die van zins was zich een safe aan te schaffen en die daarbij gaarne gerustgesteld wilde worden nopens de veiligheid van het desbetreffende fabrikaat. Hij kreeg dan de uitvoerigste informaties toegestuurd en zoodoende een perfecte kennis van de diverse merken en hun eigenaardigheden. Hij besprak deze met zijn medewerkers, die hij geheel en al opleidde, en hij bezat als het ware een speciaal zintuig voor het reconstrueeren van de combinaties der lettersloten. Leslie stond bekend voor zijn langen, geduldigen voorbereidingstijd en hij organiseerde een afzonderlijken helersdienst, om de in brandkasten aangetroffen juweelen te kunnen kwijtraken. Op zijn initiatief subsidieerden deze helers de weduwen- en weezenfondsen, de recreatievereenigingen en ontspanningslokalen, alsmede de muziekgezelschappen en tooneelvereenigingen der politiecorpsen der grootste Amerikaansche steden, tot zelfs in Canada! Hij liet een geschrift na, dat geen opschrift droeg, maar dat men „De theorie der Misdaad" zou moeten noemen, wijl het geheel in wetenschappelijken stijl geschreven is, en waarin hij het risico van allerlei onwettige en schandelijke daden in percenten heeft uitgerekend!
Ten slotte werd luitenant Perry — over wien in deze rubriek reeds eerder geschreven werd — er op afgestuurd en dank zij zijn speurzin, volharding en zelfopoffering, kon de bende worden ontmaskerd, zij het ook, dat Leslie zelf daarbij weer wist te ontkomen. In een filmwerk, dat wij daarbij hebben genoemd, de 20th Century-Foxfilm „De Man, die een ander was" („His Affair"), is den heldhaftigen arbeid van dezen luitenant Perry de aandacht geschonken, die hem toekomt. Maar Leslie is daarbij eenigszins naar den achtergrond gedrongen. Daarom worde hem hier de eer gegeven, die hem toekomt: het genie van de misdaad te zijn geweest. Een reeks van geschriften maakt alleruitvoerigst melding van hem. Wij willen de desbetreffende bibliografie hier niet opsommen, het zou een te groot deel van de beschikbare plaatsruimte vorderen. Maar wèl moet er op worden gewezen, dat de menschelijke geest een verwonderlijk iets is, wijl hij tot zulke afdwalingen kan komen! Ongetwijfeld had deze Leslie alles kunnen bereiken, wat hij wenschte, wijl hij talent bezat, voorzichtigheid, doorzettingsvermogen, wetenschappelijken aanleg, energie en nog een gansche reeks van verdere deugden. Alleen was er dan dat ééne enkele manco, waardoor al deze voortreffelijke eigenschappen niet werden aangewend ten goede, maar voor de misdaad, die daarbij zulk een omvang nam, dat de regeering ging vertwijfelen. Samenvattend, kunnen wij het volgende vaststellen. De mislukking van de misdaad ligt vrijwel onveranderlijk in den persoon van den misdadiger zelf, in zijn talrijke tekortkomingen, zijn blinde woede, zijn wraakgevoelens, zijn luiheid, roekeloosheid, of andere in het oog springende ondeugden. Daar deze niet bij Leslie aanwezig waren, omdat hij alle eigenschappen bezat, die inhaerent zijn aan de beste krachten eener samenleving, mislukten zijn acties niet. Maar dit maakt het des te vreemder, dat hij afgedwaald was naar een groep, die juist door ondeugden bezeten is!
BIJ WALT DISNEY Verborgen tasschen de schier onmetelijke studios en opnauie-pliteaux van Hollywood bevindt zich een klein complex van witte jfebouwen, omgeven door een hoogen muur. Dadelijk al bemerkt men de geheimzinnige sfeer, die deze gebouwen omringt, men voelt het sprookjesachtige van deze huizen met hun daken van glas. Op artistieke wijze aangelegde bloembedden en kleurrijke gazons geven deze Symphonie in wit een vriendelijk aspect. Alleen achter die muren werken al vijfhonderd menschen, nog slechts een druppel Jn den oceaan van personeel der omringende studio's. Voeg aan dit aantal toe een leger van potloo.den, kilome ters strecken papier, millioenen Ideeën en een uitgebreide collectie van het beste teekenmaterlaal, en het sprookje wordt werkelijkheid, neemt wezenlijke vormen aan en, U raadt het al, geachte lezer, wij bevinden ons midden in de studios van Walt Di s • ney.
in het tehuis van Mickey Mouse A en Minnie ^ > Mouse, in de 1 domeinen van Donald Duck, den 1 beroemden, nieuwen ster van de teekenfilmstrook, in ,v het land van de „Three \ little pigs", de «drie kleine vossen,'' In de vroolijke omgeving van de „Silly Symphonies". In één woord wij zijn aangeland in de wereld van het onwerkelijke, in die van den schijn. Laten wij hier eens rondkijken. \ Vlak bij de projectiekamer bevinden zich de reusachtige ateliers van de teekenaars en ontwerpers, van de Ideeénrijke menschen, wier talent door Walt Disney zelf is getoetst en die met zijn goedkeuring al die komische en vroo/ lijke verhalen scheppen, die wij later, van het „O. K." van den meester voorzien, als teekenfilm kunnen bewonderen. Ongeveer vijftig kunstenaars zijn hier dag in dag uit aan den arbeid om steeds weer nieuwe variaties aan de bestaande toe te voegen. Daarnaast bevinden zich de ateliers der leerlingen, dat zijn de teekenaars, die onder Walt Disney's oppertoezicht worden opgeleid. Hun aantal varieert van honderd tot honderdvijftig en hun verblijf duurt nooit lang, want de geniale meester merkt gauw genoeg of de leerling de gaven bezit, die hij zoekt. Wanneer do sollicitanten definitief tot de studios worden toegelaten, leeren zij in circa zes maanden of een jaar de kunst om de heele wereld aan het lachen te brengen. Heeft een teekenaar een idee, dan brengt hij liet thema op papier, en legt het Walt Disney voor. Wanneer dit genade kan vinden in Disney's oogen, maakt hij al die ontelbare teekeningen, die later het levende beeld moeten vormen. Deze teekeningen worden eerst met potlood op celluloidbladen gemaakt, dan bewerkt met fixeer en ten slotte in het net uitgewerkt in een speciaal atelier, waarin uitsluitend vrouwen en meisjes werken. Dan komen de celluloidbladen in het kleuronataiier, en wanneer het zeer belangrijke werk van het kiezen der kleuren beëindigd Is, is hot ontwerp klaar voor de camera. Dan moet het beeldje voor beeldje gefilmd worden. Men kan ongeveer een indruk krijgen van de ontzettende inspanning, die dit werk vereischt, als men bedenkt, dat vijftienduizend verschillende teekeningen noodig zijn voor een film, die in negen minuten voor ons wordt afgedraaid . . Nu komt de film weer in een ander atelier waar zij gecoupeerd wordt en waar de noodige correcties worden aangebracht. Dan wordt de film bij wijze van proef gedraaid. Nog steeds is zij echter zonder geluid, en nu komt misschien wel het moeilijkste werk aan de orde; om een film zói met muziek te synchroniseeren (van gesproken woord en geluid voorzien), dat ten slotte het kunstwerk ontstaat, waarover de gobeele wereld verrukt is ... Walt Disney is een buitengewoon mensch, namelijk omdat hij de kunst verstaat om te denken zooals kinderen denken. En de heele wereld vol vroolijke dingen weten te zien—dat is een bewonderenswaardige gave. Dat is het geheim van het sprookjesachtige succes, dat Walt Disney op al zijn wegen begeleidt.
V
's-^.
n
f^rnrnm^m^'^wM^
..',■. ...
■
'\
1
:—'
E ETl STUK KERELS UIT RKO Radio film. „Medaille" Malone Mike O'Chay Doris Malone Steve Webb Sady Puggy Een commandant Een zeeman Een politieagent
Victor McLaglen als „Medaille" Malone.
Regie: Ben Stoloff. Victor McLaglen ! . Preston Foster Ida Lupino Donald Woods Helen Flint Gordon Jones Pierre Watkin Murray Alper Billy Gilbert
Mike O'Chay, in dienst van de kustwacht der Vereenigde Staten, die de reputatie heeft erg populair te zijn bij vrouwen, wordt overgeplaatst van Florida naar New London. Hij komt daar juist aan, wanneer de „Taroe" bezig is passagiers en bemanning van een brandend stoomschip te redden — een redding, waarbij „Medaille" Malone, het hoofd van de reddingsbrigade, en zijn maat Steve Webb zich in het bijzonder onderscheiden. Mike ontmoet de dochter van Malone, Doris, en wordt op slag verliefd op haar. De „Taroe" keert naar New London terug en Malone kan, eenmaal aan wal, Sady Bennett, eigenaresse van het café „Sady's Place" weer begroeten, die hij al honderden malen beloofd heeft te zullen trouwen. „Medaille" Malone en Mike maken kennis met elkaar en het begint al direct met een gevecht; Mike weet te ontsnappen, wanneer de politie er aan te pas komt. Malone wordt gearresteerd en weer losgelaten, en vindt bij zijn thuiskomst Mike samen met Doris. Woedend gooit Malone Mike er uit, maar zijn dochter, de eenige die invloed heeft op den ruwen zeebonk, weet hem er toe te brengen den nieuweling minder hard te bejegenen. Wetende, dat Mike vele aanbidsters heeft, slaagt Malone er in Mike overgeplaatst te krijgen op de Taroe, waarover hijzelf het bevel voert, zoodat hij een oogje in het zeil kan houden en hem tegelijkertijd op 'n afstand van Doris weet. De scheepskapitein dringt er
bij Steve op aan zijn studies voor de kustwachtacademie te staken en meer aandacht te besteden aan Doris, die hij veel liever met dezen jongeman getrouwd ziet. In de hoop, dat Steve Doris een aanzoek zal doen, schept Malone bij zich thuis een eenigszins romantische sfeer, wanneer Steve op bezoek komt. Hij heeft Mike order gegeven om aan boord van zijn schoener te blijven. Mike zwemt echter naar de kust, weet Steve te bewegen in zijn plaats de wacht te houden en blijft zelf bij Doris. De „Taroe" moet op patrouille naar de Grand Banks en Malone tracht Mike er voortdurend toe te brengen te deserteeren, zoodat hij Doris niet meer lastig zal kunnen vallen. Mike trekt zich echter nergens iets van aan en blijft. Bij een poging om een ijsberg op te blazen, bevinden Mike en Malone zich alleen op een ijsschots en er breekt een verwoed gevecht los. Het ontgaat beiden, dat een dichte mist hen van den schoener scheidt. Te laat bemerkt de bemanning dan ook, dat de lont, waarmede de ijsberg zal worden opgeblazen, afgaat en zoowel Steve als Mike worden levensgevaarlijk gewond. Mike herstelt langzaam en vertelt Doris, dat haar vader heni heeft aangevallen en uiteindelijk de oorzaak is van het ongeluk. Bij den terugkeer van de „Taroe" moet Mike getuigen in de rechtzaak tegen Malone. Terwille van Doris besluit hij de schuld op zich te nemen, hoewel Malone hiertegen heftig protesteert. De kapitein wordt een rang gedegradeerd. Er breekt een storm los en het geheele kustwacht-leger wordt gerecruteerd om paraat te zijn bij een eventueele stranding van schepen. Malone weerstaat de roepstem van den plicht niet en volgt de kustwacht, ondanks Sady's pogingen hem hiervan terug te houden. Steve sterft en Malone wordt daardoor diep getroffen, doch niet minder door Doris' besluit Mike te trouwen. Er verkeert een jacht in gevaar en er zijn vrijwilligers noodig om passagiers en opvarenden te redden. Zoowel
Preston Foster alt Mike O'Chay. Mike als Malone behooren tot de reddingsgroep en zij slagen er in, door langs een kabel aan boord van het zinkende schip te komen, allen te redden. Malone beveelt Mike het schip te verlaten, waardoor hijzelf aan boord van het steeds dieper zinkende schip den dood in de golven zal moeten vinden. Hieruit blijkt, dat Malone op het laatste oogenblik zijn dochter gelukkig wil maken door zijn aartsvijand Mike in de gelegenheid te stellen behouden aan wal te komen. Mike weigert en er ontstaat wederom een vechtpartij, waarbij Malone Mike bewusteloos slaat en hem in een boei langs den kabel naar de kust stuurt. Nog voordat de aan de kust staande redders in de gelegenheid zijn de boei terug te zenden, zinkt het schip en „Medaille" Malone vindt als eenige overblijvende den dood in de golven. Ida Lupino, Fern Emmett en Preston Foster.
Ida Lupino altl Doris Malone.
■
LAUREL EN HARDY
'- .■«. M,m!wmx..iimmmm**mmm!^^~
Gesprekken
■
STAATS-
IHEAST til
sj) meF mijn vriend
M'
eet jij eigenlijk hoe het tegenwoordig met de eens zoo beroemde filmster Asta Nielsen gaat?" „Ze woont den laatsten tijd in Kopenhagen. De laatste jaren, toen ze te Berlijn woonde, heeft ze nog wel eens een enkele maal gefilmd of is op het tooneel opgetreden, maar het succes is uitgebleven. Nü vertoeft Asta te Kopenhagen en wil graag een bioscooptheater pachten of, en dat is haar lievelingswensch, een Deensche film in scène zetten." ,,Nu, ik hoop maar, dat een van haar wenschen in vervulling zal gaan. Zij is toch zeker een der grootste kunstenaressen geweest, die de filmkunst ooit gekend heeft. Hoewel ze zeker nooit heel veel verdiend heeft?" „Inderdaad, Pietersen. De gages waren toentertijd nog niet hoog; tegenwoordig verdient een jeugdig sterretje te Hollywood heel wat meer dan ooit ,,diva Asta" heeft kunnen bereiken!" ,,Nu we het toch over gages hebben, wou ik je eens vragen, hoeveel die jonge sterretjes in Amerika eigenlijk verdienen." ,,De meeste van hen hebben een contract voor vijf jaar met gegarandeerde periodieke verhoogingen. Edith Fellows bijvoorbeeld verdient op het oögenblik tweehonderdvijftig dollar per week, als haar contract echter in 1942 ten einde loopt, heeft zij reeds duizend dollar per weck." „Hoeveel verdient Deanna Durbin? Die vond ik geweldig in de film „Drie schattige meisjes"." „Deanna heeft op het oögenblik maar een salaris van tweehonderd dollar per week, in 1943 is haar gage echter reeds tot twaalfhonderdvijftig dollar gestegen. Dat is hetzelfde salaris als de kleine Jane Withers op het oögenblik reeds geniet. Het grootste inkomen heeft echter Freddie Bartholomew, die wekelijks maar eventjes tweeduizend dollar salaris ontvangt." „Goed betaald voor de prestaties van dezen jeugdigen jongeman."
ONZE WEKELIJKSCHE PRIJSVRAAG Vraag vierhonderd twee en vijftig Welke bekende historische figuur had den bijnaam „De groote zwijger?" Wij stellen een hoofdprijs van / 2.50 en vijf troostprijzen beschikbaar om te verdeden onder hen, die vóór 18 October (abonne's uit overzeesche gewesten vóór 18 December) goede oplossingen zenden aan ons redactieadres: Galgewater 22, Leiden. Op briefkaart of enveloppe gelieve men duidelijk te vermelden: Vraag 452.
DE OPLOSSING Vraag vierhonderd acht en veertig Op het eiland Malta wordt tegenwoordig nog Arabisch gesproken. De hoofdprijs viel deze week ten deel aan den heer A. H. v. d. Berg te Rotterdam. De troostprijzen aan mejuffrouw B. Stoltz te Den Haag, mejuffrouw G. Th. van Burck te Gouda, den heer S. van Vooren te Amsterdam, den heer G. Th. de Bie te Rotterdam, mejuffrouw M. W. Stammes te Den Haag.
In
het Koninkrijk der Nederlanden woont een man, die het volste recht heelt dezen titel te dragen. Deze cineast Is George Pel, de man, die In zijn studio's te Eindhoven de verrassende poppentruclilms produceert, die hun weg reeds hebben gevonden over de geheele wereld. Als U in zijn Iraaie studio's ronddwaalt, kunt U altijd, wanneer U ook komt, wel den een of anderen teekenaar vinden, die bezig Is de Introductle-titels voor een In productie zijnde film in het Engelsch, Zweedsch, Spaansch, Turksch, Chineesch of Hottentotsch te teekenen. Het is trouwens zeer opmerkelijk — doch indien men de kwaliteit van zijn poppenfllms in aanmerking neemt, eigenlijk zeer logisch — dat Pils studio thans ruim drie jaren zonder onderbrekingen poppenfllms produceert. In vergelijking met andere Nederlandsche filmstudio's in diverse steden van ons land slaat Eindhoven dus een zeer goed figuur. Doch dit is In hoofdzaak te danken aan het feit, dat Pils poppenfllms meestal zonder dialogen zijn en in hoofdzaak ■Ttlustraerd worden met zang en muziek, waardoor de Internationale narkt dus voor hen openstaat. Pil* nieuwste schepping Is een film die er zijn mag, grootsch van opzet en knap %mn techniek. De titel „Philips Broadcast 1938" doet al vermoeden, dat het hier ■om een „show-film" gaat. Inderdaad is, naar Amerlkaansch voorbeeld, deze poppenfilm •en daarvan In alle opzichten geslaagde navolging. De gevierde Engelsche band-leader Ambrose verzorgde met zijn orkest de muzikale arrangementen, terwijl de opnamen in Technicolor geschiedden. Zooals reeds gezegd, het resultaat is uitstekend, maar bovenal frappeert de groote soepelheid v«n bewegingen der poppen. Het Is een bijzonder genoegen om te zien hoe Pils poppen dansen, hoe deze figuren van hout en draad hun collega's van vleesch en bloed als bijvoorbeeld Fred Astaire en Ginger Rogers naar de kroon steken, En hiermede is tevens het succes van Pils scheppingen verklaard, want In zijn films zijn altijd filmtechniek, filmkunst, humor en fantasie harmonieus vereenlgd Ook het Staatsbedrijf der P.T.T. wist te profiteeren van de uitnemende eigenschappen dezer films en liet Staatscineast No. 1 oen film vervaardigen, die het gebruik van de telefoon hier te lande propageert. Binnenkort zal deze film onder den titel „De reddingsbrigade' door ons land rouleeren en zeer zeker zijn vruchten afwerpen. Zelfs tot In het zonnige Californlé drong de faam van Pils poppenfllms door, en naar wij vernemen onderhandelt hij op 't oögenblik met Amerlkaansche opdrachtgevers om voor hen films te vervaardigen. De onderhandelingen zijn in een vergevorderd stadium en wij kunnen verwachten, dat,. George Pil nog dit jaar naar de Nieuwe Wereld zal oversteken om de slotbespreklngen te houden, die er too zullen leiden hier In Holland, met Hollandsche werkkrachten, Amerlkaansche films te produceeren. Inderdaad., de wonderen zijn de wereld nog niet ultl Er zijn nog dingen, waarvoor Amerika naar Europa komtl Hierbij eenige beelden uit „Philips Broadcast 1 938": 1. Rhythme's O.K. in Harlem 2. Ambrose en zijn orkest. 3. Harlem. 4. Zuid-Amerikaansche scène. 5. Het danspaar uit Harbour Lights. 6. Harbour Lights. 7. Introductietitels In de meest ulteenloopende talen.
.
■
ravra
■^^^^ppppi^^^^^^
Een jonge Schot, William Tcnson MacPhab, heeft de somma van zeven pond opgespaard. Hij belegt het geld in een klein aandeel vanTerbanks, doch verliest alles door een beurs-manoeuvre van dezen millionnair. William besluit om te protesteeren. Het gelukt hem inderdaad tot Terbanks door te dringen, dien hij belooft zeven dagen achtereen één klap om de ooren te zullen geven, indien deze hem de deur laat uitzetten. Dit feit komt den journalist Laskctt ter oore en onmiddellijk koopt hij van MacPhab het auteursrecht voor de verslagen dezer zeven oorvijgenexperimenten. — Terbanks' dochter besluit haar vader te helpen en op eigen gelegenheid den ondernemenden Schot op te zoeken. Zij vindt hem, doch de beide jonge menschen worden verliefd op elkaar. Deze wederzijdsche liefde brengt William echter niet van het oorvijgen-plan af en eerst nadat Terbanks de zeven klappen geïncasseerd heeft, trouwt de arme Schot met het millionnairsdochtertje.
Willy Frltsch en Oskar SinK Lilian Harvey en Willy Frllsch.
Vin.« «n PMTT, de beroemd« tennlispelers, zullen voor de Werner Bros-fllmmeatschappij m een aantal korte films optreden.
JarmlUa Novotna, de Tsjechliche xangeros en filmactrlce, li door de Metro-Goldwyn-Mayer te Hollywood geëngageerd.
Bana Hermann Schaufnes en Erich Fiedler werden aangezocht voor de hoofdrollen In de Lordfilm „Kein Wort von Liebe". Dr. Elling «et deze rolprent ♦e Praag in scène.
Martha Ray« zal in de Paramount-film „Linger longer Letty de voornaamste rol uitbeelden. De muziek voor deze rolprent is geschreven door Anna Nchols en Edward E. Rosa. Het succes, dat alle films, waarin deze comédienne optreedt hebben, heeft Paramount doen besluiten Martha thans tot „ster" te verheffen.
Aloia Mellchar en de Berliner Philharmoniker werden voor de Tobls-film „Die Fledermaus" geëngageerd. De opnamen vinden In het Efa-atelier te Berlijn plaats.
fr!nbartnMü1"<Ü} f.** de ,,lm "f:r8u Sy'v.Hn" in scène. De hoofdrollen zijn in handen van Heinrich George en Maria von Tasnady.
Katheriae Alexander is toegevoegd aan de spelerslijst van da M.G.M.-fllm „Double Wedding , waarin William Powell en Myrna Loy de hoofdrollen vertolken.
Benjairdno Oigli en Maria Cebotari vervullen de hoofdrollen In de Tobls-film „Moederlied". welke te Rome wordt opgenomen. Da bekend« Hollywood* •ch« grimeur Mal B • r n •, «chmlnkt d« fllmiter Thtlm» Laadt.
V
ftlL0r Al
K0
TB r"rl
voor
de
Jtrcmehot tone Franchot Tone: de man, dien niemand kent. Dit is de min of meer vage beschrijving van den jongen acteur uit den tijd, dat hij, als een jongen met een witten haardos, pas van Broadway naar Hollywood ging. En hoewel hij na vrij korten tijd een grootc populariteit had verworven, bleef hij: de man, dien niemand eigenlijk kent. We hebben een uurtje gezellig met hem doorgebracht en zijn tot de overtuiging gekomen, dat zijn karakter wordt beheerscht door twee voorname factoren: ten eerste is hij „gentleman" van top tot teen en ten tweede wil hij ten koste van alles een ster van eerste grootte worden. Tone is er de man niet naar om door een interview in enthousiasme te geraken. Hij zegt alleen: „Actceren is mijn beroep, ik wil slechts het beste doen wat ik kan." Franchot is de zoon van een welgesteld industrieel en hij had ieder beroep kunnen kiezen, dat hij wilde; maar als wij hem zien tijdens de opnamen voor een film, begrijpen wij waarom hij Juist dit beroep heeft gekozen. We aanschouwen dan. tijdens een korte rustpoos, als hij ontdaan is van zijn „make-up", een man met een bleek, nadenkend gezicht, een drooraer, een dichter. En daarom begrijpen wij hem ook, als hij zegt: „Door het acteeren, met woorden, gebaren en door het moduleeren van mijn uitingen kan ik mi] beter uitdrukken dan in welken anderen vom ode" Zijn bleeke gelaatskleur wijt hl] aan een chronisch gebrek aan zonlicht, want in de laatste drie jaren heeft hij onder de studiolampen meer rollen gespeeld dan welke andere filmacteur ook. „Hollywood." xegt hij, „is «er «eker vol zon, maar ik zie haar alleen op de fotopagina van de kranten." t L «» Als men hem een dichter noemt, antwoordt hij, dat men op dien naam alleeen recht heeft. als men de gave bezit om door middel van zijn woorden zichzelf en bijgevolg zijn toehoorders te ontroeren. , ..^..i«» et* Pranchot Tone, een der grootste „feature-players" van de Metro-GoWwyn-Mayer. heeft een groot respect voor «»jn beroep en betreurt het, dat zoovelen door hun grootspraak en — wat meestal samengaat — gebrek aan talent, dat beroep soms zoon slechten naam besorgen. „Het is geen gemakkelijk werk," zegt hij, „maar bet la het mooiste, dat er bestaat
-
v^-^ i^^m
:■
******
Majestic-
film „Mit versiegelter Order" geëngageerd. De verdere medespelenden zijn Paul Hartmann Tatjana Sais, Suse Graf. Rudolf SchOndler. Paul Westermeier en Hans Adalbert von Schlettow.
NIEUWS Kay Franeia' volgende film voor Warner Bros zal zijn „Return from Limbo". In „Confession", een barer nieuwe films. heeft Kay veel succes behaald.
UIT DE
STU D lO'S Grace Moore, de bekende zangeres en filmactrlce, Is In een ziekenhuis te Hollywood opge nomen.
Hlar heeft Mei da tter Harriet Milliard onderhanden.
Paul Wegener zal In de Tsjechische film ..Basil Zaharoff" de titelrol vervullen. De vrouwelijke hoofdrol is in handen van Lida Baarova.
Jack L. Warner, vice-president van Warner Bros, gaat deze maand naar Engeland ten «inde met Irving Asher, den Engelschen productieleider, besprekingen te voeren betreffende de uitbreiding van de Engelsche productie te Teddington. De productie zal dan worden opgevoerd tot twintig films per Jaar, terwijl verscheidene Amerikaansche stars ter beschikking zullen worden gesteld.
Dudley Nichol«, die destijds het scenario heeft geschreven voor de bekroonde R.K.O.-Radiofilm „Verraad" met Victor MacLaglen, zal nu het manuscript samenstellen voor de nieuwe Katharine Hepburn-film „Bringing up baby". Howard Hawks neemt da regie op zich van deze rolprent, waarin de manneliike hoofdrol vervuld zal worden door Robert Montgomery.
• Clara Bow voor eenige Jaren nog een beroemde filmster, heeft thans met haar echtgenoot Rex Bell te Hollywood een restaurant geopend.
• Lilian Harvey zal dit seizoen In het „Theater an der Wien" te Weenen in het tooneelstuk „Pam-Pam" optreden.
Joe Stoeokel werd als hoofdrolspeler geëngageerd voor de film „Der Frontgockel".
•telt verditr, dat het we«- In Hollywood ontzettend zwaar is, de voortdurende afwisseling zorgt er gelukkig voor, dat de ambitie •flauwt schuwt hij Biet, maar het gebeurt wel eens, dat de interviewer tot de conclusie komt, dat hij door Tone wordt geïnterviewd _ van omgekeerd! in Jranchot is nog jong. Zijn vermogen om verschillende typen uit te beelden heeft hem reeds veel succes bezorgd en toch vindt hij, dat At alles nog maar een gedeelte is van wat hij kan bereiken. Slechts weinigen kennen hem in werkelijkheid, maar dat zijn dan ook zijn intieme vrienden. Hij beschouwt het spel voor de camera als „Kunst met een groote K , soms grooter dan de acteur zelf. die in werkelijkheid niet grooter is dan de expressie, welke hij aan zijn rol geeft. ■ Franchol sn zi)n echtI ganoote Joon Cr Ctawiord. j
Carola Hoeha vertolkt de hoofdrol in de Ufa-toonfilm „Zwei mal zwei im Himmelbett". De verdere medespelenden zijn Mady Rahl, Hanni Weisse, Hermine Ziegler, Georg Alexander, Paul Henckels en Werner Stock.
Harry Sherman, Paramounts productieleider voor de Hopalong Cassldy-serie (Wild Westfilms), heeft de filmrechten aangekocht van twee nieuwe verhalen van Clarence Mulford: „Tex" en „The man from bar 20".
:/i
;
■
^
'
-'
DE REVO Regio en tekstboek: Hans H. Zerlett, Muziek: Walter Gionostay. T o h i s-F i I m.
Aline d'Estoile Overste Marc Arron Markies de Tressailles Montaloup Jéróme. major domus Prosper, lakei Jeannette. keukenmeid Leontine Burger-soldaat Jean Lasque
Brigitte Horney Paul Hartmann Friedrich Benfer Bernhard Minetti Ernst A. Schaah Peter Elsholtz Eva Tinschmann Carla Rust Heinz Wclzel
793. Het leger der revolutionnairen trekt door Frankrijk. De meeste royalisten zijn gevlucht, of hebben hun leven onder de valbijl gelaten. Het kasteel Trionville. gelegen aan de Belgisch-Fransche grens, heeft nog geen Jacobijn gezien. De eigenares, Aline d Fstoile, leeft met haar in aantal zeer gedund personeel als op een vredig eiland in een stormachtige zee. Van de bedienden is alleen Prosper een vurig en overtuigd Jacobijn, die slechts uit trouw en aanhankelijkheid aan zijn jeugdige meesteres, op het kasteel blijft, Aline is reeds in haar jeugd beloofd als vrouw aan Markies Ernest de Tressailles. De Markies is na den val van Lodewijk XVI naar het buitenland gevlucht en staat nu als emigrant aan de zijde der vijanden van Frankrijk, om zijn vaderland van den geesel der revolutie te bevrijden. Met enkele officieren rijdt hij naar Trionville, waar het huwelijk van het jonge paar wordt ingezegend. Na een kort souper vertrekken de gasten en Ernest belooft het slot bij zonsopgang te verlaten, om zich weer bij zijn vrienden te voegen. Hij kan zijn belofte echter niet houden, want een afdeeling van het leger der nationale conventie bezet dien middag nog het kasteel. Ernest wil vluchten, doch wordt reeds in den slottuin gevat en voor Montaloup. den commissaris der conventie qc eid. Tevergeefs oogt Prosper, ines doodsangst ende, de witte Bourborjcncarde an den steek an den Markies trekken. Monoup bemerkt et. Prosper moet zijn trouw met den dood bekoopen. Ernest zwijgt op alle vragen, die hem gesteld worden en hieroor nog meer geprikkeld, spreekt Montaloup. steunend op de proclamatie der conventie, het doodvonnis over hem uit. Een van Montaloups officieren, overste Mare Arron. weet als ecnige verzachting van dit vonnis te bewer Peter Elsholtz.
ken, dat de executie verschoven wordt tot den volgenden ochtend. De Markies aanvaardt deze kostbare uren niet als een bitterzoet geschenk en hoewel zijn vrouw probeert hem tot andere gedachten te brengen, verknoeit hij deze enkele uren met klagen en kliemen over het vroegtijdig einde van zijn jonge leven. Aline wil alles doen om Ernest te redden. Zij laat Mare Arron bij zie komen en smeekt om genade voor haar man. Ze wil zelfs den grootsten prijs betalen, dien een vrouw maar geven kan: zichzelf. In Mare Arrons uniform vlucht de markies en de republikein trekt de kleeren van den aristo aan. Nu Ernest in veiligheid is, weigert Aline haar belofte na te komen. Met stoïcijnsche kalmte zet Mare Arron zich op een stoel en wacht gelaten zijn noodlot af. Een onderhoud van Montaloup en Marc Anou, in de kamer grenzend
aan haar slaapkamer, doet Aline pas inzien, welk een offer Mare Arron terwille van haar brengen wil. Deze opoffering maakt hen- zoo groot in haar oogen, dat zij alles vergeet, haar afstamming, haar huwelijksinzegening, haar laffen bruidegom en zich vrijwillig aan dezen man geeft. Den volgenden ochtend ora vijf uur komt voor Mare Arron de begrijpelijke reactie. Het leven eischt zijn rechten op. Doch het is maar een kort oogenblik van zwakte en als het fusillatie-peleton gereed staat om den geëmigreerden aristo neer te schieten, doet hij, wat hij z'n plicht acht tegenover de discipline. Wanneer de markies, die inmiddels weer gevangen genomen is, eemge minuten voor half zes wordt voorgeleid, beveelt Mare Arron, dat deze als gemeen soldaat in het leger der revolutie moet dienen en de moordende kogel moet afgevuurd worden op den drager van de uniform der vijanden van de republiek, dus op hemzelf. Flen daad, louter en alleen, omdat hij discipline als de hoogste wet bfschouwt, waarvoor zelfs liefde en leven moeten wijken.. Paul Hartmann en Brigitte Horney.
.■..■-■■':,-,-,-.-'
'-
-
-
-
:
■
-wv."
UIWWIUIH»
^«pn^^
VER. ROTTERDAMSCH HOFSTADJOONEEL
PETRUS PRUTTELAAR.
FILM-ENTHOUSIASTEN M. de R. te 's-Gravenhage. Max Ehrlich werd den 7 den December te Berlijn geboren. Hij is een neef van Ernst Lubitsch. Hij bezocht de tooneelschool van Max Reinhardt. Zijn bekendste zwijgendefilms zijn „Die tolle Comtesse" en „Die blaue Maus". Hij trad in vele sprekendefüms, o.a. bij de Ufa, op. A. van Sch. te Haarlem. Hierbij de gevraagde adressen: Simone Simon: 20th Century-Fox-Studio, Box 900, Beverly Hills, Californië. Willi Forst: Sachsenplatz 8, Berlijn. Joe Stöckel: Isabellestrasse 19, München. M. v. d, B. te Rotterdam. Veit Harlan is gehuwd met de filmster Hilde Körber. Zij hebben drie kinderen. Leslie Howard is 24 April te Londen geboren. J. V. K. te Scheveningen. Myrna Loy is den 2den Augustus geboren. Lee Parry is gehuwd met Dr. Lossberg. Het adres van Peter Petersen is: Julienstrasse 11, Weenen. C. v. O. te Amsterdam. Hierbij de gevraagde verjaardagen :S/w>&?y Temple: 23 April; Sybil Jason: 23 November; Geraldine Katt: 4 Februari. J. v. S. te Breda. Bruce Cabot werd 20 April te Karlsbad geboren. Zijn ware naam is Etienne Jacques de Bujac. Luden Callamand is 1 April te Marseille geboren. Hij treedt reeds langen tijd in Fransche films op.
Het Rotterdamsch Hofstad-Tooneel, dat in den loop der jaren meer speciaal het Hofstad- dan het Rotterdamsche tooneel is geworden, heeft dezer dagen in Den Haag zijn speelseizoen geopend. Het ligt voor de hand, dat men zoo vroeg in den tijd nog niet met zware of. beduidende stukken komen wil en kan. Vandaar dan ook, dat de keuze van den heer van der Lugt (zij het niet geheel vrijwillig!) gevallen is op een aardig, licht bljjspel van den geestigen Franschen auteur Edouard Bourdet. „Loulou" is het stuk gedoopt naar zijn hoofdrol, vertolkt door Mimi Boesnach. Heel veel bijzonders is dit blijspel niet, maar het is onderhoudend en dat is een groote qualiteit. De intrigue komt in het kort hierop neer: Marcel (Theo Frenkel) is bediende in de juwelierszaak van monsieur Mercandieu (Anton Roemer). Monsieur Mercandieu heeft een dochter Renée (Myra Ward), die een wispelturige jongedame is, die overal haar zin door wil drijven en het leven voor de bedienden van haar vader in allerlei opzicht — ook wat de liefde betreft — niet gemakkelijk maakt. Marcel komt in aanraking met twee leden van de Parijsche onderwereld: Loulou (Mimi Boesnach) en Jo (Adolf Engers). Marcel, die niets van het ware leven dezer beide afweet, is tamelijk onder de bekoring van Loulou gekomen, hetgeen Renée lang niet aangenaam is. Als Marcel dan bljjk geeft, dat hij Loulou niet voor haar wil laten schieten, moet bij uit zijn betrekking bij Renée's vader weg. Hij neemt zijn toevlucht bij Loulou en Jo, waar hij ervaart, dat zij bij de firma Mercandieu willen inbreken. Hoe deze inbraak op het laatste moment nog mislukt en alles dan toch weer op zijn pootjes terecht komt, dat willen wij U niet verraden. Genoeg zij, dat dit stuk U een genoeglijken avond zal bezorgen; vooral, omdat het vlot en in een prettig tempo gespeeld wordt. Bijzonderen lof verdient Engers, die vooral in IV een heerlijke dronkemans-scène speelt. Theo Frenkel heeft een aardige rol, waar hij dan ook alles van weet te maken. Mimi Boesnach hadden wij graag wat feller gezien, een beetje meer canaille, en met wat meer temperament. Myra Ward brengt een goede Renée. Wij hopen, dat we deze jonge actrice, die het vorige jaar zoo gunstig debuteerde, ook dit jaar nog meermalen te zien zullen krijgen. De decors van Brückmann zijn aardig; slechts I is miserabel! L. Een scène uit het vierde bedrij«. Linke Adoli Engere, Theo Frenkel (gebonden op het bed), en Mimi Boeenach.
<*M^
MUZIEK ADR. NUGTEREN
TEKST G. ). DE MUNNIK
DIR. COR VAN DER LUGT MELSERT
Het is „kasueel", zooals onze werkvrouw pleegt te zeggen, hoeveel menschen de eigenschappen van hun naam hebben... en hoeveel niet. Van het eerste wil ik jullie een voorbeeld geven. Ik weet niet of jullie er al van gehoord hebt. 't Betreft een zekeren „m'nheer" Vogel, die uit Duitschland hier naar toe kwam vliegen, ""n Rare Vogel. Daar kwam de politie spoedig achter. En ze zetten hem netjes in 'n kooitje. Ze waren zeker wat bang voor z'n bevliegingen. Dat gebeurde in Loenen. Vogeltje loenschte wat tegen z'n kooitje en . .. vloog weg. D'r werd jacht op hem gemaakt, zooals 't schijnt te behooren. Zelfs de jachthonden ontbraken niet. 't Waren politiehonden, netjes afgericht. Die kregen den „Vogel" weer te pakken. Doch nauwelijks veilig opgeborgen moest hij naar een andere plaats getransporteerd worden. Als „kroongetuige" schreven de bladen, alsof het niet al te ergerlijk is om zoo'n kerelsnaam met de kroon in één adem uit te spreken. Warempel voor de tweede maal is de Vogel weer gevlogen. Vlak voor de deur van de nor. Voor mij is de vraag, waarover ik me nou ergeren moet. Over den vogel die vloog of over de vogelaars, die hem lieten vliegen ?!
pww-
Rustig
i
j
J
, II
S
„Zoo, weer terug? Heeft de vacantie je goed gedaan?" „O ja. Ik voel me een ander mensch. Ik ben werkelijk weer mijzelf geworden. Ik heb een prachtigen tocht gemaakt. Door Frankrijk, Italië en Oostenrijk." „Zool En waren de bergen..." ,,De touringcar deed driehonderd kilometer per dag." „En hoe vond je..." „We hebben maar tweemaal panne gehad." „Maar hoe was ..." „We hoefden maar eenmaal per dag benzine in te nemen." „Maar waren ..." „Gemiddeld reden we vijftig." „Maar waren ..." „Man, het is een fijne tocht geweest." „Ja, maar hoe vond je nu de bergen ?" „De bergen? Ik heb geen bergen gezien." Een examinator wilde een leerling, die er niet al te slim uitzag, er eens in laten loopen. „Hoe breed is de Seine bij Londen ?" vroeg hij. „Even breed als de Theems bij Parijs," antwoordt de jongen onmiddellijk. „Kraken je schoenen zoo, zeg je ? Als de zegswijze waar is, dan zou je ze dus niet betaald moeten hebben!" „Wat een onzin! Mijn hoed en mijn pak kraken toch ook niet!" Sopraan: „Heb je gemerkt, dat mijn stem de heele zaal vulde ?" Alt (jaloersch): „Ja, zeg. Ik zag, dat er een heeleboel menschen weggingen om er plaats voor te maken." Fotograaf: „Het zal ongetwijfeld een veel aardiger foto worden, als u uw hand op den schouder van uw vrouw legt, mijnheer." Man: „Maar het zou veel natuurlijker zijn, als zij haar hand in mijn zak stak!"
JIJ
Jlr J
JN
f'pl^J.,1 i f rIN jFFf^^^ j j|r j j I
1. De sche-me-rlng valt o-ver gol-ven-de dui-nen Het strand ligt ver-la-ten in een-zaam-heid neer. En strie-men-de re-gen zwiept
^n
komt bij vrienden, voorzien van een verbonden hand. Iedereen vraagt deelnemend wat er aan scheelt. „Wel,'' antwoordt mijn neef, „ik heb den muil van een grooten hond opengemaakt om te zien hoeveel tanden hij had..." „En..." „En — toen heeft de hond zijn muil weer dichtgedaan om te zien hoeveel vingers ik had!"
I
Üüa fïm ï *F t-,
1 I J
feÊ
1
»
. I
1
J« >i^—4^. I ^ ^
Ü
1
f
9-
s
J
JT^ *
i
ï ï ï PÜÉ i^
|p i
I g= M jJLi
ipi i 4 ^b^
BC
|| j Up iiiJTji r\fri\t jViUfJIiEEfejl j J ty | ry • t-p Ity jJSS f f I bui-gen-de planten. En hult er het él in een som-be - re sfeer. En 't wol-ken-floers hangt als een loodzwar - te dreiging Als voert het een
I
tt
sgjgBg ijl I j 1^ ps m P
^m
^s.
s
3
J i
m ^m is ¥ fc
üf.
ti£^E£ êEEE
fe*^
pi jbr|r jgg J <j|r r ijgg j^rrr"^^pI^"^-^ ^lr l ^1 on-hell ge-staag met zich mee. En bo-ven dit
al-les klinkt mäch-tig een-to-nig Het brui-schen der gol-ven, „Het lied van de Zee."
2, Het donker wordt dieper. Geluiden verstommen. De nacht weeft zijn sluier van donker en rust. Bedekkend het alles, de velden, de beemden. De slapende duinen, het strand aan de kust. Het woelige water, waar lichtschijnsels flonk'ren Van schepen, die ioeken de veilige ree, Het is, of het duister geluiden doet zwellen Van 't 41 overheerschende lied van de zee.
En duizenden ooren beluist'ren in spanning In duistere nachten, dit eeuwige lied. Dit lied, wat kan worden tot lied van ellende Een klaagzang van toomeloos schrijnend verdriet, Als vaders en zonen däär worst'lend en zwoegend Op 't schip dat hen vocide raar 't golvenspel mee En hulpeloos eind'lijk hun strijd moeten staken Versmeltend hun doodskreet met 't Lied van de zee..
3. De zee zingt zijn lied .. 't klinkt soms zachtkens en fluist'Als roerende klanken ontlokt aan een snaar, [rend Maar soms klinkt het ook onheilspellend en dreigend. Als wil het vertellen van komend gevaar. DAN gieren de winden in fluitende tonen En voeren de golven in jacht met zich mee Die beuken de kusten en spatten in branding En worden „tesaam", tot het lied van de zee...
Als 't bleekblauwe maanlicht in zomersche nachten De roerige golven fantastisch belicht, DAN is er de aanblik der eeuwige deining Een wonder ontroerend, een mächtig gezicht. En als we dan staan aan den rand van ons Holland Dan valt er in 't harte een groeiende vree. Bij 't schouwen naar golven en sterrengeflonker Bij 't él overheerschende; „Lied van de zee".
Zoo gaat het lederen dag! Men wil z'n vokaal en instrumentaal talent op de Gramophone-plaat vastleggen in
N.V. WILLEM SPRENGER'S Kunstopname Studio. PASSAGE 46. DEN HAAG Dubbelzijdige platen, S'A minuut speelduur, van af F. 3,50, geldig tot 3 personen. Orkesten en zangkoren volgens overeenkomst. Vooraf bespreken s.v.p. VLEUGEL EN PIANIST AANWEZIG! Red, en Adm. Oalflewater 22, leiden. Tel. 760. Postrekening 41880
Verschgnt wekelijks — PrUs per kwartaal f. I.y5
No. 715 - 9 Oct. 1937
HET WEEK9LAD CIMEMAs.
HET WEEKBLAD CIMEMA& THEATER
\
THEATER „DE ONOERG/ VAN DE WILLIAM BROWN"
'i
ÊÊÊmi
>r
i ••■■;*
Bg
f
*4Ê
1 MARLENE DIETRICH
,