Nieuwsbrief Waterongevallenbeheersing Brandweer
brandweer duiker Jaargang 4, nr 11, juli 2011
Nieuwe fundamenten dossier waterogevallenbeheersing In juni 2011 heeft de werkkamer Brandweer van de Stichting Werken onder Overdruk (SWOD) de certificatieschema’s voor brandweerduiker en duikploegleider afgerond.
Jaargang 1, nr 1, januari 2010
Geheel conform planning zijn de twee nieuwe certificatieschema’s opgeleverd door de werkkamer Brandweer. Op dit moment worden de certificatieschema’s beoordeeld door de NVBR. De certificatieschema’s worden op dit moment vertaald naar een nieuwe landelijke werkinstructie (ter vervanging van de Leidraad Bestrijding Waterongevallen door de Brandweer (BWB) uit 2004) en een nieuwe onderwijscontent BWB. Op de goede weg “Met deze nieuwe documenten als vertrekpunt heeft de Brandweer haar huiswerk goed op orde”, stelt Mark Bokdam, landelijk duikcoördinator van de NVBR. “We zijn een heel eind op de goede weg met het dossier waterongevallenbeheersing door de Brandweer, maar we zijn er nog niet. In de komende tijd gaan we aan de slag met de implementatie van de nieuwe documenten. Het is de bedoeling dat voor 1 januari 2012 alle duikinstructeurs zijn bijgeschoold en dat in kaart is gebracht wat er verwacht wordt van de Veiligheidsregio’s om te kunnen voldoen aan de nieuwe documenten.”
Brandweerduiken in Brandweerkrant van Nederland, zie www.nvbr.nl
Themaconferenties Netwerk Repressie over Waterongevallen In de afgelopen maanden organiseerde het Landelijk Netwerk Repressie (LNR) drie themaconferenties. Deze stonden in het teken van het dossier waterongevallenbeheersing. De doelgroep voor deze conferenties waren de hoofden repressie, de regionaal commandanten en de regionale coördinatoren waterongevallenbeheersing.
Brandweerduiken in Brandweerkrant van Nederland, zie www.nvbr.nl
Boodschap Na een korte introductie werd ingegaan op de nieuwe structuur van het LNR, de visie op waterongevallenbeheersing door de Brandweer, de stand van zaken van het project “Verbeteren veiligheid BWB” en een toelichting op de marsroute 2010-2014 uit de visie op waterongevallenbeheersing. De volgende adviezen zijn meegegeven aan de doelgroep: 1. Neem de visie & de marsroute ter hand en bepaal het regionale ambitieniveau 2. Waterongevallenbeheersing is een taak van de Brandweer (niet alleen van de duikende korpsen) 3. Zoek de samenwerking / afstemming met uw omgeving 4. Geef het dossier de nodige aandacht vanuit het management 5. Positioneer een regionale coördinator waterongevallenbeheersing 6. Organiseer managementrapportages
Let op: op 9 september is er een extra themaconferentie (Waterongevallenbeheersing) gepland van 9.30 uur tot 12 uur in Arnhem (NIFV), info? Vraag uw regionale vertegenwoordiger in de vakgroep BWB
Nieuwsbrief Waterongevallenbeheersing Brandweer
Certificatieschema’s voor brandweerduiker en duikploegleider Naar aanleiding van het in 2010 uitgebrachte rapport van de Arbeidsinspectie over brandweerduiken hebben de Vereniging Nederlandse Gemeenten, het Veiligheidsberaad en de NVBR de ministeries van V&J en SZW om een eenduidige en toepasbare norm voor het brandweerduiken verzocht. De Arbowet- en regelgeving en de Wet Veiligheidsregio’s (en de daaronder vallende besluiten en regelingen) vormen op dit moment het gezamenlijk wettelijk kader voor het personeel binnen de veiligheidsregio's. Wat is het probleem? De eisen aan de brandweerduiker op grond van de examenregeling Brandweerduiker die zijn afgestemd op de specifieke omstandigheden van brandweerduiken als zodanig en de normen uit de Arbowet en -regelgeving die meer gericht zijn op duikarbeid in het algemeen blijken met elkaar te conflicteren. Op dit moment is de situatie zo dat SZW daarbij verwijst naar Scuba A-normen. Deze normen hebben ook betrekking op opleidingseisen en wijken af van de door het Nbbe gehanteerde normen in het examenreglement voor Brandweerduiker. Betrokkenen zijn het er over eens dat de Scuba-A normen niet aansluiten (te zwaar zijn) op de huidige praktijk van het brandweerduiken. Door het van kracht worden van de Wet Veiligheidsregio's is dit probleem niet opgelost. Korte termijn oplossing: tijdelijke vrijstelling In reactie op het verzoek om een eenduidige norm stelde voormalig Minister van SZW (de heer Donner) een lange en een korte termijn aanpak voor. Voor de korte termijn stelde hij voor om voor een periode van één jaar vrijstelling te vragen specifiek op die punten waarop de Arbo-eisen voor brandweerduiken niet helemaal in lijn zijn met de taakbeschrijving van de brandweerduiker zoals omschreven in de Regeling personeel veiligheidsregio's. De regelgeving die momenteel voor de Brandweer van toepassing is (Leidraad BWB uit 2004), is vergeleken met het certificatieschema dat geldt voor Cat-A duikers (ScubaA normen). De Brandweer heeft vrijstelling voor de punten vanuit het certificatieschema Cat.A die niet van toepassing zijn voor de Brandweer. Deze zaken zijn verwoord in een tijdelijke vrijstellingsregeling die 27 december 2010 is gepubliceerd in de Staatscourant. Lange termijn oplossing: certificatieschema Voor de lange termijn stelde de voormalig Minister van SZW (de heer Donner) voor om binnen het SZW-stelsel van certificering te komen tot een voorstel voor een specifiek certificeringschema voor Brandweerduikers en Duikploegleiders. Deze procedure moest verlopen via een in te stellen werkkamer brandweerduiken bij de Stichting Werken onder Overdruk (SWOD). Op deze manier kunnen de eisen zoals gesteld in de regeling personeel veiligheidsregio's (uitmondende in de examinering van brandweerduikers) en het ARBO-certificeringschema met elkaar in overeenstemming worden gebracht. De certificatieschema’s voor Brandweerduiker en Duikploegleider zijn opgesteld aan de hand van de modeldocumenten van SZW. De documenten worden uiteindelijk vastgesteld door de Minister van SZW die de certificatieschema’s zal opnemen in de Arboregelgeving.
Normen Deel 1 van de documenten gaat in op de algemene bepalingen en deel 2 gaat in op de normen. Voor wat betreft de uitgeschreven normen is zo veel mogelijk aangesloten bij de normen die bij de Brandweer al gangbaar zijn. Vertrekpunt: de normstelling moet de minimale wettelijke kaders afdekken. Daarnaast is ervoor gekozen om de omschrijvingen zo generiek mogelijk te houden zodat inhoudelijke wijzigingen in de toekomst doorgevoerd kunnen worden zonder dat het certificatieschema dan moet worden herschreven. Wordt het beter? Belangrijkste winst is een eenduidige normering waarmee het huidige verschil tussen V&J en SZW-normen verdwijnt. In de certificatieschema’s zijn de beoordelingseisen overeenkomstig de eisen van de SZW-modeldocumenten uitgewerkt en worden hierdoor openbaar toegankelijk gemaakt. De beheerstichting biedt een flexibele infrastructuur om de schema’s in overleg met alle belanghebbende partijen te verbeteren en te interpreteren. Wat is de impact? Van de uitgeschreven normen wordt het volgende geconstateerd: • De opleidingsminuten in het certificatieschema Brandweerduiker gekwantificeerd zijn (700 inwaterminuten), dit was in de Leidraad BWB niet gekwantificeerd. Uit onderzoek is gebleken dat de gekwantificeerde opleidingsminuten overeenkomen met de huidige praktijk qua opleidingen. • De hercertificering is in het certificatieschema anders omschreven dan in de Leidraad BWB uit 2004. Voor Hercertificering zijn de inwaterminuten komen te vervallen, de Brandweerduiker moet nu per 24 maanden minimaal 20 duiken hebben gemaakt. De Duikploegleider moet per 24 maanden 20 duiken hebben geleid. • Daartegenover moet eens per 4 jaar een toetskaart worden doorlopen waarin de Brandweerduikers en Duikploegleiders moeten laten zien dat ze nog vakbekwaam zijn als duiker / duikploegleider. Deze toetskaart moet worden afgetekend door een door de CKI aangewezen beoordelaar. Het doorlopen van de genoemde toetskaart kan worden opgenomen in de reguliere oefenprogramma’s van de duikteams (hoeft niet per sé te worden uitgevoerd in de duiktoren). • Nieuw in het certificatieschema Duikploegleider is het deel duikmedisch begeleider. Hiervoor wordt een separaat certificaat afgegeven (duikmedisch handelen zat al in de opleiding tot Duikploegleider). Dit certificaat kan ook worden gehaald door andere functionarissen binnen het duikteam. Draagvlak De certificatieschema’s zijn voorgelegd aan de leden van de vakgroep BWB. De aangereikte aandachtspunten zijn zoveel mogelijk verwerkt in de certificatieschema’s. Tijdens de Programmaraad Brandweerzorg van mei 2011 zijn de contouren van de certificatieschema’s en het proces van besluitvorming besproken. De Programmaraad Brandweerzorg heeft de werkkamer Brandweer voorzien van richtinggevende adviezen. Deze adviezen zijn meegenomen door de werkkamer Brandweer. De kerngroep van de vakgroep BWB heeft namens de vakgroep BWB het mandaat gekregen om een advies uit te brengen aan het Landelijke Netwerk Repressie die de schema’s inmiddels heeft doorgeleid richting de Programmaraad Brandweerzorg.
Nieuwsbrief Waterongevallenbeheersing Brandweer
Samenhang met andere ontwikkelingen Momenteel wordt de laatste hand gelegd aan een nieuwe werkinstructie voor Waterongevallenbestrijding door de Brandweer. Deze werkinstructie vervangt de huidige Leidraad BWB uit 2004 en is een vertaling van de wijze waarop de Brandweer invulling geeft aan de taakstelling Waterongevallenbestrijding. De werkinstructie geeft een normatief kader voor de invulling van de werkgeversverantwoordelijkheid rond waterongevallenbestrijding. Deze werkinstructie is een branchespecifieke vertaling van de Arbocatalogus Werken onder Overdruk. Onderwijscontent Het NIFV verwerkt de uitkomsten van de certificatieschema’s Brandweerduiker en Duikploegleider en de werkinstructie waterongevallenbestrijding door de Brandweer in een onderwijscontent. De werkinstructie Waterongevallenbestrijding door de Brandweer en de onderwijscontent zijn in september 2011 gereed voor besluitvorming. Meer informatie? Zie www.werkenonderoverdruk.nl of neem dan contact op met Mark Bokdam (landelijk duikcoördinator) van de NVBR, e-mail:
[email protected]
Nieuws van de vakgroep BWB De kerngroep van de vakgroep BWB kwam in juni en juli bijeen. Tijdens deze vergaderingen is gesproken over onderstaande onderwerpen. Stand van zaken kerngroep In de vorige nieuwsbrief is aangekondigd dat Roald Paaps moet stoppen als lid van de kerngroep. Inmiddels is er een opvolger gevonden voor Roald Paaps. Marco Verhoeven (regio Midden West Brabant, korps Breda) neemt namens het District Zuid zitting in de kerngroep. In de volgende nieuwsbrief stelt Marco zich aan u voor. Mark Bokdam stopt per 1 september 2011 met zijn taken als landelijk duikcoördinator en als secretaris van de vakgroep BWB. De rol van secretaris van de vakgroep BWB is inmiddels overgenomen door Henk Oudshoorn (regio IJsselland, korps Zwolle). In de volgende nieuwsbrief stelt ook Henk zich aan u voor. Er is nog steeds geen vertegenwoordiging vanuit het district Noord. Waterrisicokaart gereed De waterrisicokaart van Nederland is inmiddels gereed. Zodra de kaart op de server is gezet, wordt deze via een inlogaccount beschikbaar gesteld aan de Veiligheidsregio’s (via MijnNVBR). Registraties Er is een format met minimaal te registreren gegevens ten aanzien van waterongevallen beschikbaar gesteld aan de veiligheidsregio's. Er is een oproep geplaatst om de eerste gegevens (eerste halfjaar 2011) aan te leveren bij de NVBR. Daarnaast worden de geslaagde reddingsacties actief op landelijk niveau bijgehouden (een actueel overzicht is beschikbaar via uw regionaal coördinator waterongevallenbeheersing). Op basis van de aangeleverde gegevens wordt in september 2011 een eerste landelijke “repressierapportage" voor waterongevallen opgeleverd. Aanbiedingsbrief visie op waterongevallenbeheersing door de Brandweer [2010-2014] Eind mei 2011 is de visie op waterongevallenbeheersing door de Brandweer formeel verzonden naar de regionaal commandanten. De bijbehorende aanbiedingsbrief inclusief de bijlagen is te vinden op MijnNVBR in de map bedrijfsvoering, visie op waterongevallenbeheersing door de Brandweer.
Overzicht geslaagde reddingsacties door de Brandweer op www.nvbr.nl
Lopende zaken De kerngroep heeft een aantal zaken in uitvoering / behandeling. • Inventarisatie beleid tav werving & selectie • Ontwikkelingen sonartechniek voor het opsporen van objecten / personen onder water • Optreden in besmet water (rapport KIZA) • Hybride voertuigen te water • Gedrag airbags te water
Rectificatie: In de visie Waterongevallenbeheersing Brandweer 2010 - 2014 staat op pagina 23 in Figuur "Soorten 'natte' reddingstaken" bij grijpredding staat een afstand van maximaal 1,5 m uit de kant. Dit moet 15 meter zijn. De NVBR zal dit in de digitale versie aanpassen (beschikbaar via www.brandweerkennisnet.nl).
Nieuwsbrief Waterongevallenbeheersing Brandweer
Pilot brandweerduiken Deventer Na een positief advies van de Arbeidsinspectie gaat de pilot voor het Service Supply Equipment (SSE)-duiken van brandweer Deventer de tweede fase in. Ruim een jaar geleden werd er door het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW) ruimte gegeven aan de pilot door ontheffing te verlenen aan het gestelde in art. 6.16 lid 6 van het Arbobesluit: “De duikers en de reserveduiker zijn in het bezit van een certificaat duikarbeid met betrekking tot het soort arbeid die zij verrichten”. Vanwege de toepassing van het SSEduiken wordt ook nu nog niet aan deze eis voldaan door de duikers van brandweer Deventer omdat het brandweerduikdiploma van het Nbbe alleen geldig is voor het SCUBA-duiken. Voordat groen licht werd gegeven voor de pilot oordeelde een speciaal ingestelde Commissie van Deskundigen vanuit alle geledingen van de duikbranche, dat het SSEduiken een geschikte duiktechniek was voor de taakuitoefening van de brandweer. Aansluitend zijn de duikvaardigheden van alle duikers van brandweer Deventer getoetst aan de hand van een onafhankelijke profcheck in de duiktoren. Hierbij bleken bijna alle duikers voldoende vaardig om met SSE te mogen optreden. Twee fasen De toegekende pilot kent twee fasen. In de eerste fase met de duur van een jaar moest aangetoond worden dat het duiken met SSE in Deventer op de juiste manier is georganiseerd en dat de veiligheid voor de duikers in voldoende mate is gewaarborgd. In de tweede fase van nog een jaar moet een specifiek op het SSE-duiken toegesneden certificatieschema voor de brandweer zijn ontwikkeld, waardoor het mogelijk wordt een SSE-diploma voor het brandweerduiken te behalen.
Controle Arbeidsinspectie afronding eerste fase Op donderdag 7 juli 2011 vond een uitgebreide controle van de Arbeidsinspectie plaats, gericht op de afronding van de eerste fase. Onderwerp van de controle waren de RI&E, de werkinstructie, het (interne) opleidings- en toetsingsprogramma, de oefenregistratie, de ongevallenregistratie en het systeem gericht op het onderhoud en de onderhoudregistratie van de duikapparatuur. De inspecteurs van de Arbeidsinspectie waren onder de indruk van de wijze waarop de duiktaak in Deventer is georganiseerd en de veiligheid wordt gewaarborgd. Het resultaat van de inspectie was dan ook een positief advies om de tweede fase van de pilot te starten. Daarnaast gaf de Arbeidsinspectie een aantal nuttige aandachtspunten ter verbetering van de methodiek. Formalisatie certificatenschema De tweede fase van de pilot, die nu is ingegaan, heeft inmiddels een stevig fundament. Door het goede werk van de werkkamer Brandweerduiken wordt er momenteel aangestuurd op een aparte categorie voor het brandweerduiken binnen het Arbobesluit. Binnen deze categorie is er met brede steun van de duikbranche instemming met het certificatieschema voor het SCUBA-duiken. Dit zal voor het einde van het jaar geformaliseerd worden. Binnen dezelfde categorie zal na de zomer het certificatieschema voor het SSE-duiken worden uitgewerkt. De resterende tijd van de tweede fase zal nodig zijn om het certificatieschema te formaliseren. Daarna zal het behalen van een SSE-diploma voor het brandweerduiken tot de mogelijkheden gaan behoren. Goed nieuws voor de verdere kwaliteitsontwikkeling van het brandweerduiken. Meer informatie? neem dan contact op met Michel Thijssen (commandant Brandweer) van de Brandweer Deventer, e-mail:
[email protected]
Nieuwsbrief Waterongevallenbeheersing Brandweer
Nieuws uit de regio’s Dit keer de veiligheidsregio Zaanstreek–Waterland.
Nieuwe werkinstructie bestrijding waterongevallen
De duikteams van Zaanstad en Purmerend krijgen een nieuwe actuele werkinstructie die hun veiligheid waarborgt. Het betreft ondermeer de procedure grijpredding, de geoptimaliseerde noodprocedure en samenwerking met de KNRM bij reddingen op ijs. Nationaal is de bestrijding van waterongevallen volop in de aandacht, zowel bestuurlijk als in de brandweerwereld. Dit naar aanleiding van drie duikongevallen met dodelijke afloop. De Inspectie Openbare Orde en Veiligheid heeft in 2008 onderzoek gedaan naar de kwaliteit en kwantiteit binnen duikend brandweerland en urgente verbetermaatregelen voorgesteld. De NVBR heeft naar aanleiding van de drie noodlottige ongevallen een visie ‘Waterongevallenbeheersing Brandweer’ ontwikkeld. Deze is gericht op het vergroten van de veiligheid van de burger en die van de brandweerman of -vrouw en om een bestuurlijk afwegingskader in te richten. De Raad van Regionaal Commandanten heeft hiermee ingestemd. De zogenoemde marsroute naar 2014 is gericht op de volgende elementen: nut en noodzaak ‘natte’ reddingen, risicobenadering en -beoordeling, risicobeheersing, ongevalbestrijding, organisatie, personeel en materieel en de veiligheidscultuur.
Reddingstaak De duikteams, bestaande uit twee duikers, een chauffeur/ duikassistent en duikploegleider, worden voor meerdere taken tot een maximale duikdiepte van 15 meter ingezet. De brandweerduikers redden mensen die te water zijn geraakt en bevrijden mensen uit te water geraakte voertuigen. Ook bergen zij verdrinkingsslachtoffers. Hierin heeft de brandweer naast een reddingstaak ook een maatschappelijke taak. Inwoners en andere hulpdiensten verwachten dat de brandweer in deze gevallen in actie komt. Gemeenten en regio André Siebeling commandant Beemster is vanuit het Commandanten Team portefeuillehouder meldkamer, procedures en protocollen en vertegenwoordigt de veiligheidsregio in de Landelijke Vakgroep Waterongevallenbeheersing. André: ‘Als werkgroep hebben wij alle componenten op het gebied van bestrijding waterongevallen samengebracht tot een nieuwe werkinstructie. Het betreft ondermeer de procedure grijpredding, de geoptimaliseerde noodprocedure, samenwerking met de KNRM bij reddingen op ijs. Ook is de taakverdeling tussen de gemeenten en de regio omschreven. De praktijkgerichte instructie zorgt voor efficiënte inzet van mensen en middelen. De inwoners van Zaanstreek-Waterland kunnen rekenen op een goed voorbereide brandweerorganisatie die in gezamenlijkheid waterongevallen beheerst. Recent hebben onze duikteams uit Zaanstad en Purmerend drie succesvolle reddingen verricht. De grijpredding werd ondersteund door een lokale tankautospuit.’ Bereikbaarheidskaarten De bereikbaarheidskaarten zijn ook onderdeel van de werkinstructie. Hierop staan bijzonderheden vermeld over veiligheidsrisico’s bij optreden, informatie over incidentlocatie, waterdiepte en waterbreedte. Op basis van deze gegevens kan de meldkamer de keuze maken of er één of twee duikvoertuigen gaan rijden bij een duikincident, naast de lokale tankautospuit en een Officier van Dienst. Meer informatie? Neem dan contact op met André Siebeling (regionaal coördinator waterongevallenbeheersing) van de regio Zaanstreek Waterland, e-mail:
[email protected], zie ook: www.vrzw.nl
Dit is de zomereditie van de nieuwsbrief Waterongevallenbeheersing Brandweer. De volgende editie verschijnt oktober 2011. De NVBR wenst iedereen een fijne vakantie!
Colofon Nederlandse Vereniging voor Brandweerzorg en Rampenbestrijding
Deze nieuwsbrief is een uitgave van de NVBR en verschijnt minimaal viermaal per jaar. De nieuwsbrief is bestemd voor alle brandweerduikteams en andere betrokkenen. Aan deze nieuwsbrief kunnen geen rechten worden ontleend. Vragen, opmerkingen, tips en suggesties zijn welkom. U kunt daarvoor contact opnemen met Mark Bokdam (landelijk duikcoördinator) van de NVBR via 026-3552303 of
[email protected].
Postbus 7010 6801 HA Arnhem (026) 355 24 55 www.nvbr.nl © NVBR