Certificatieschema Persoonscertificatie “Arboverpleegkundige §
Toepassingsgebied: - Arboverpleegkundige
§
Initiële certificatie en geldigheidsduur
§
Hercertificatie
§ Eisen te stellen aan de opleiding § Eisen te stellen aan de certificatie-instelling
Certificatieschema Persoonscertificatie “Arboverpleegkundige” §
Toepassingsgebied: - Arboverpleegkundige
§
Initiële certificatie en geldigheidsduur
§
Hercertificatie
§ Eisen te stellen aan de opleiding § Eisen te stellen aan de certificatie-instelling
Dit document is vastgesteld door het College van Deskundigen per 19 november 2009. De certificatie-eisen zijn door de divisiedirecteur van Kiwa Nederland B.V. bindend verklaard per 01 januari 2010.
Kiwa Nederland B.V Sir Winston Churchill-laan 273 Postbus 70 2280 AB Rijswijk Telefoon 070 – 41 444 00 Telefax 070 – 41 445 80 Internet www.kiwa.nl
Inleiding De Beroepsorganisatie Arboverpleegkunde (BAV) heeft vanaf 2006 de wens om het register van Arboverpleegkundigen, om te zetten in een persoonscertificaat. Zij hebben een onafhankelijke partij opdracht te geven om een certificatieschema samen te stellen in de lijn van de ISO IEC 17024. In 2008 is een samenwerkingsverband tot stand gekomen met Kiwa Nederland B.V. (Kiwa) om het schema tot uitvoer te brengen. De BAV blijft eigenaar van het certificatieschema; Kiwa heeft de opdracht gekregen om de regeling uit te voeren. Inhoudsopgave
pagina
Titelpagina Registratieblad Inleiding Inhoudsopgave Verklaring en vaststelling 1 Certificering arboverpleegkunde-algemeen 2 Certificatieprocedure 3 Eisen voor de certificatie van arboverpleegkundigen(niveau 3) 4 Procedures voor het behandelen van een aanvraag tot certificatie 5 Hercertificatie 6 Toetsingscommissie (benoeming, samenstelling, taak en werkwijze) 7 Bij- en nascholing 8 Gecommitteerden (benoeming, samenstelling, taak en werkwijze) 9 Verhouding met de opleidingsinstellingen 10 Bescherming persoonlijke gegevens 11 Vastleggen en archiveren van documenten
1 2 3 3 4 5 6 7 9 10 12 14 15 16 17 18
Bijlagen 1 Eisen gesteld aan de opleiding 2 Puntensysteem onderhoud vakbekwaamheid
19 33
Certificatieschema Arboverpleegkundige versie 1.0 d.d. 19-11-2009
Pagina 3 van 39
Verklaring en vaststelling Dit document ‘Certificatieschema Arboverpleegkundigen, hierna te noemen het CSA, is een structuurdocument van de Beroepsorganisatie Arboverpleegkunde, hierna te noemen BAV. Het definieert het CSA en legt voor dat systeem alle procedures, vereisten, organen etc.vast, binnen de systematiek van de Certificerende Instelling Kiwa, welke in algemene zin is vastgelegd in het Kwaliteitshandboek en de Reglementen van Kiwa. Kiwa is de enige door de BAV aangewezen instelling die de regeling en certificering tot uitvoer mag brengen. Het CSA is opgesteld in overleg met de in een werkgroep en een klankbordgroep verenigde vertegenwoordigers vanuit de BAV volgens de adviezen van de betrokken partijen, met het doel te voldoen aan de internationale norm ISO/IEC 17024:2003 (Standard and criteria for bodies operating certification of persons). Dit CSA treedt in werking per de op het registratieblad vermelde vaststellingsdatum. Bij eventuele wijzigingen van dit schema zal de vaststellingsdatum daarvan eveneens op het registratieblad worden aangegeven. Bij wijzigingen in het CSA zal een zodanige overgangstermijn in acht worden genomen, dat belanghebbende partijen daarvan geen nadeel ondervinden; een en ander conform alsdan toe te voegen overgangsbepalingen. Deze regelingen worden ter kennis gebracht aan alle binnen het CSA functionerende organen, met name van de toetsingscommissie. Eventuele wijzigingen zullen openbaar worden gemaakt door publicatie in de daartoe voor Kiwa gebruikelijke media. De BAV heeft publicaties en registraties betreffende het CSA uitbesteed aan Kiwa. BAV draagt de praktische uitvoering van dit CSA op aan Kiwa; overal waar in dit CSA in uitvoerende zin gesproken wordt over `Kiwa `, wordt de Certificerende Instelling Kiwa bedoeld, tenzij anders vermeld. Kiwa treedt tevens op als postadres voor alle in het kader van dit CSA aan BAV te richten correspondentie in de ruimste zin. Het adres van Kiwa luidt: Kiwa Nederland B .V., Productgroep Educatie ‘s Gravenpolderseweg 4E 4462 CG GOES
Daartoe gemachtigd door de BAV, wordt dit CSA door de voorzitter van het College van Deskundigen en de directeur Kiwa vastgesteld door ondertekening op het registratieblad.
Certificatieschema Arboverpleegkundige versie 1.0 d.d. 19-11-2009
Pagina 4 van 39
1.
Certificering Arboverpleegkunde-algemeen
1.1
In de volgende hoofdstukken zijn de werkwijze en de eisen beschreven die door Kiwa worden gehanteerd bij de examinering en certificatie van arboverpleegkundigen. (Het begrip arboverpleegkundige heeft zowel een vrouwelijke als een mannelijke betekenis.Vanwege de leesbaarheid van dit document wordt de aanduiding “zij” gebruikt in plaats van het repeterende “hij/zij”).
1.2
Het CSA onderscheidt in haar systematiek een drietal niveaus van certificering; de niveaus 1, 2 en 3. Het niveau 1 behelst de certificering van vakbekwaamheid op het uitvoerend niveau (LBO), niveau 2 die op uitvoerend/middelbaar leidinggevend niveau (MBO), en niveau 3 die op ontwikkelend/hoger leidinggevend niveau (HBO/Acad). De arboverpleegkundige wordt uitsluitend op het niveau 3 gecertificeerd.
1.3
Ontwikkelingen in de onderzoekmethodes, technieken en procedures, ervaringen opgedaan met het werken met deze regelingen en harmonisering van certificatie van personen, zowel nationaal als internationaal, zullen regelmatig aanpassing van de in dit document neergelegde regelingen vereisen. Daarom dient altijd de laatste versie van de regelingen te worden gebruikt. Daartoe zijn alle bladen van dit document gedateerd. De coördinator van het certificeringsysteem draagt zorg voor het toezenden van informatie over aanvullingen en wijzigingen aan het bestuur en de bestuursorganen volgens een uitgiftelijst documenten zoals vermeld op het registratieblad.
1.4
Kiwa, als certificerende instelling, dient zich voor de certificering van arboverpleegkundigen te richten op: - het document Beroepsdeelprofiel Arboverpleegkunde (BAV, 08-12-2004); - de van toepassing zijnde regels in • De Arbeidsomstandighedenwet en bijhorende uitvoeringsbesluiten; • De Wet op de beroepen in de individuele gezondheidszorg (BIG) 1997; • De Wet op de geneeskundige behandelingsovereenkomsten (WGBO); • ILO Occupational Safety and Health Convention, no 155 and its Recommendation, no 164; • EU Legislation, the framework Council Directive (80/391/EEC); - de eisen voor erkenning door de Raad voor Accreditatie gebaseerd op de norm ISO 17024:2003 en het interpretatiedocument EA-8/01; - de eisen als door het College van Deskundigen AVK geadviseerd en door de directie van Kiwa vastgesteld; - de criteria voor toetsing en onderzoek zoals geformuleerd door Kiwa.
1.5
In dit reglement worden tevens de regels voor inpassing, verlenging van de certificatie en voor hercertificatie vastgelegd.
1.6
Certificaten die zijn afgegeven hebben een geldigheidsduur van 5 jaar.
Certificatieschema Arboverpleegkundige versie 1.0 d.d. 19-11-2009
Pagina 5 van 39
2.
Certificatieprocedure
2.1
De kandidate vraagt door middel van een standaardformulier “aanvraag tot Certificering” certificatie aan en dient gegevens in bij Kiwa over vooropleiding, gevolgde beroepsopleiding arboverpleegkunde en relevantie en duur van de praktijkervaring. Kiwa gaat na of de door de kandidate verstrekte gegevens compleet zijn. Bij twijfel legt Kiwa de gegevens voor aan de toetsingscommissie. De toetsingscommissieneemt vervolgens een besluit of de kandidate heeft voldaan aan de vereisten voor certificatie met betrekking tot vooropleiding, beroepsopleiding en beroeps ervaring. Zij adviseert* de eindbeslisser van Kiwa tot het toekennen van een certificaat. De manager Educatie van Kiwa weegt het advies en zet dit om in een Kiwa besluit. Kandidates kunnen bezwaar aantekenen tegen een besluit van Kiwa ingevolge de procedure als vastgelegd in het Kiwa Reglement College voor Beroep, zie verder punt 4.7.
2.2 2.3
2.4
*)
De door de toetsingscommissies afgegeven certificeringsadviezen zijn eenduidig en onvoorwaardelijk
Certificatieschema Arboverpleegkundige versie 1.0 d.d. 19-11-2009
Pagina 6 van 39
3.
Eisen voor de certificatie van arboverpleegkundigen
3.1 3.1.1
Vooropleidingen Het aantoonbaar in het bezit zijn van een geldige registratie in het kader van de wet BIG als verpleegkundige niveau 4 of 5
3.2 3.2.1
Beroepsopleiding Het aantoonbaar en met goed gevolg doorlopen hebben van het onderwijsprogramma arboverpleegkunde als uitgewerkt in bijlage 1 van deze regeling. Met het gevolgd hebben van een door Kiwa toegelaten beroepsopleiding is het kunnen overleggen van het diploma daarvan een voldoende bewijs. In gevallen waarbij de kandidate het diploma van een niet door Kiwa toegelaten opleiding tot arboverpleegkunde bezit en de gelijkwaardigheid van deze opleiding door de toetsingscommissie in het certificeringonderzoek beoordeeld moet worden, zijn, naast de scriptie/afstudeeronderzoek van de kandidate, het leerplan en het examenreglement onderwerp van dit onderzoek. Deze bewijsdocumenten moeten door de kandidate ten genoegen van de toetsingscommissie worden aangetoond.
3.2.2
3.3 3.3.1
3.3.2 3.3.3 3.3.4 3.4 3.4.1 3.4.2 3.4.3
Werkervaring Het bezitten van tenminste 2 jaar beroepservaring als arboverpleegkundige over de 3 jaar voorafgaand aan de aanvraag tot certificering. De ervaring dient te zijn opgedaan in een functie waarin de kandidate gedurende gemiddeld minimaal 16 uur per week over deze periode inhoudelijk en zelfstandig werkzaamheden op het terrein van de maatschappelijke gezondheidszorg (differentiatie arbeid en gezondheid) in het domein arboverpleegkunde heeft verricht. Deze werkzaamheden betreffen de activiteiten op het gebied van arbozorg- en dienstverlening, zoals verkennen en vaststellen van de vraag, planning, uitvoering, evaluatie van de arbozorg, coördinatie en samenwerking binnen het zorggebied alsmede organisatiegebonden activiteiten op arbobeheers- en beleidsterreinen. De activiteiten kunnen liggen op de gebieden preventie, curatie en reïntegratie of een combinatie daarvan. Het document Beroepsdeelprofiel Arboverpleegkundige (AVVV/BAV, meest recente versie) geldt als referentie voor de te toetsen elementen (taakgebieden en taken) van de ervaring. Eventuele ervaringsopbouw voor en tijdens de beroepsopleiding vóór de einddiplomering wordt niet in beschouwing genomen. De ervaringsopbouw kan dus pas ingaan na het behalen van het diploma van de beroepsopleiding. Op het moment van aanvraag dient de kandidate op het beroepsterrein werkzaam te zijn. Onderhoud vakbekwaamheid Het over de periode van 2 jaar voorafgaand aan de aanvraag tot certificering aantoonbaar activiteiten hebben ontplooid om de vakbekwaamheid als arboverpleegkundige te onderhouden. Deze activiteiten dienen in een verhouding van 60% kennis-onderhoud tot 40% vaardigheden-onderhoud te staan en tesamen het equivalent van 10 onderhoudspunten te bedragen. Het onder 3.4.1 en 3.4.2 geëiste is uitgewerkt in bijlage 2 van deze regeling.
Certificatieschema Arboverpleegkundige versie 1.0 d.d. 19-11-2009
Pagina 7 van 39
3.5 Certificatieonderzoek: 3.5.1 Het onder 3.3.1 gestelde dient te worden aangetoond door middel van: o een werkgeversverklaring. Deze dient op officieel briefpapier van de betreffende werkgever(s) te zijn gesteld en ondertekend te zijn door een daartoe geautoriseerde functionaris en door de kandidate. De verklaring dient inhoudelijk de arboverpleegkundige relevantie van de functie aan te geven. o vier voorbeelden van door de kandidate verrichte onderzoeken/adviezen/rapportages, aan de hand waarvan de toetsingscommissie zich een onderbouwd oordeel kan vormen. o een in eigen bewoordingen opgestelde compilatie van maximaal twee A4 over de in de periode van 2 jaar voorafgaand aan de aanvraag tot certificering verrichte werkzaamheden, ondertekend door een daartoe geautoriseerde functionaris en door de kandidate. 3.5.2 Kandidaten die geen dienstverband hebben met een werkgever dienen hun beroepservaring aan te tonen door geautoriseerde verklaringen van opdrachtgevers voor wie zij werkzaamheden hebben verricht onder vermelding van activiteit en tijdbeslag. Tevens dienen zij het onder 3.5.1 gestelde aan te tonen. 3.5.3 Arboverpleegkundigen die niet voldoen aan de ervaringseis, kunnen bij Kiwa geregistreerd worden indien zij aan de volgende voorwaarden voldoen: - de onder 3.1 gestelde vooropleidingseis; - de onder 3.2 gestelde beroepsopleidingseis. 3.5.4 Het onder 3.4.1 gestelde dient te worden aangetoond door het aanleveren van het ingevulde en gewaarmerkte Kiwa document “Certificaathoudersverklaring”. Dit document geeft in detail de aard van de gevraagde activiteiten en de honorering in onderhoudspunten per activiteit aan. 3.5.5 Bij het bestaan van gerede twijfel bij gebleken onvolkomenheden heeft de toetsingscommissie de mogelijkheid tot verificatie van de gegevens op de werkplek. 3.5.6 De toetsingscommissie zal steekproefsgewijs een verificatie van de aangeleverde werkgeversverklaring en daarbij behorende gegevens uitvoeren op de werkplek van de aanvrager. De steekproeven worden op basis van willekeur uitgevoerd en bestrijken minimaal 5% van het naar verwachting op jaarbasis te certificeren bestand.
Certificatieschema Arboverpleegkundige versie 1.0 d.d. 19-11-2009
Pagina 8 van 39
4
Procedures voor het behandelen van een aanvraag tot certificatie
4.1 4.2
De aanvraag om certificatie moet worden gericht aan Kiwa . Kiwa verstrekt de aanvraagster: - informatie betreffende Kiwa en het betreffende certificatiesysteem; - procedurele aanwijzingen en toelichting; - een aanmeldingsformulier. Het aanmeldingsformulier moet worden ingevuld en ondertekend door de aanvraagster; voor zover van toepassing moeten de vereiste diploma's, getuigschriften en de (werkgevers)-verklaringen en kopiebewijsstukken worden meegezonden. Indien een niet door Kiwa toegelaten beroepsopleiding is gevolgd dienen hiernaast te worden meegezonden: - het onderwijsprogramma van de genoten opleiding arboverpleegkunde; - het beoordelingsrapport van het praktijkverslag/de scriptie. Met het inzenden van een door haar ondertekend aanmeldingsformulier verklaart de aanvraagster zich te onderwerpen aan de regelingen van Kiwa. Het certificatieonderzoek bestaat allereerst uit het toetsen van de vereiste documenten. De bevindingen kunnen zijn: - acceptatie, dan wel afwijzing, van de geldige registratie in het kader van de wet BIG; - acceptatie van een toegelaten beroepsopleiding; - acceptatie van een niet-toegelaten beroepsopleiding, dan wel nader onderzoek waarbij de geconstateerde omissies qua studiebelasting en/of kennisgebieden aangegeven, en een studieadvies wordt geformuleerd; - acceptatie, dan wel afwijzing van de relevante ervaring. Indien wordt besloten tot nader onderzoek van de ontheffingsmogelijkheden breidt het certificatieonderzoek zich uit. Dit kan bestaan uit het stellen van nadere opleidingseisen en/of een vergelijkend diploma onderzoek. De toetsingscommissie kan besluiten de aanvraagster op te roepen voor een nadere toelichting. Eventuele extra kosten, verbonden aan dit nader onderzoek, worden doorberekend naar de kandidate. Beoordeelden die bezwaar willen maken tegen een besluit van Kiwa, moeten zich binnen zes weken na ontvangst van het resultaat schriftelijk tot Kiwa wenden met een gedagtekend bezwaarschrift dat het besluit en de gronden van het bezwaar daartegen bevat. Kiwa moet uiterlijk binnen 8 weken na ontvangst van het bezwaarschrift de betrokkene verwittigen van haar uiteindelijke beslissing. Indien deze beslissing voor betrokkene niet bevredigend is kan deze binnen zes weken na kennisname een beroep bij de administratieve rechter aanhangig maken volgens de in het Kiwa Reglement College voor Beroep gestelde procedure.
4.3 4.4
4.5 4.6
4.7
4.8 4.9
Certificatieschema Arboverpleegkundige versie 1.0 d.d. 19-11-2009
Pagina 9 van 39
5
Hercertificatie
5.1
Vijf jaar na het verlenen van het initiële certificaat of na hercertificatie vindt (weer) hercertificering plaats. De verantwoordelijkheid voor het tijdig aanvragen van hercertificering berust bij de certificaathoudster. De aanvraag tot hercertificering moet uiterlijk 3 maanden voor het verlopen van de geldigheid van het certificaat schriftelijk zijn ingediend bij Kiwa. Indien de certificaathoudster dit nalaat zendt Kiwa haar éénmalig een herinnering. Aanvragen hercertificering worden in principe slechts in behandeling genomen indien het certificaat nog geldig is. Kiwa kan in bijzondere omstandigheden, zoals langdurige ziekte, zwangerschap of langdurig buitenslands verblijf, bepalen dat tot 6 maanden na het verstrijken van de geldigheidsdatum een aanvraag alsnog in behandeling genomen wordt. Na het verstrijken van bovengenoemde termijn van 6 maanden wordt de certificaathoudster medegedeeld dat zij uit het register van Kiwa uitgeschreven is en dat behandeling van een alsnog in te dienen aanvraag een daartoe strekkend Kiwa besluit vergt. Met het inzenden van een door haar ondertekende aanvraag tot hercertificering verklaart de aanvraagster zich te onderwerpen aan de regelingen van Kiwa . De hercertificering zal kunnen plaatsvinden op grond van door de aanvraagster overgelegde documentatie waaruit blijkt dat zij: - Een functie als arboverpleegkundige uitoefent ofwel zich in de periode vanaf vorige certificering inhoudelijk met vraagstukken op het gebied van Arbeid en Gezondheid dan wel de beroepspraktijk heeft beziggehouden met een minimum van 4 dagdelen per week; - De uitoefening van het beroep over de periode niet langer dan totaal 6 maanden heeft onderbroken; - Bij onderbreking van de beroepsuitoefening door bijzondere omstandigheden voldoet aan de voorwaarden en procedure als beschreven in 5.12 van deze regeling; - Haar kennis en vaardigheden op het gebied van arboverpleegkunde actueel heeft gehouden, dit te toetsen middels een puntensystematiek “onderhoud vakbekwaamheid” die uitgewerkt is in bijlage 2. De hercertificering zal kunnen plaatsvinden indien voldaan is aan de onder 6.8 gestelde eisen. De in 5.8 genoemde gegevens worden verzameld in een werkgeversverklaring met bijlagen en een certificaathouderverklaring en met het aanmeldingsformulier en gevraagde bijlagen naar Kiwa verzonden. Indien aannemelijk is gemaakt dat deze verklaring van werkgevers of opdrachtgevers niet verkregen kan worden ofwel bij het hercertificering-onderzoek blijken een vermoedelijk onjuist beeld te geven, kan een vertrouwenspersoon bij het onderzoek betrokken worden. Kiwa heeft de mogelijkheid om in bijzondere persoonlijke omstandigheden van de kandidate dispensatie van de hercertificatie-eis toe te passen.. Dit gebeurt altijd naar aanleiding van een advies van de toetsingscommissie. De toetsingscommissie geeft aan de hand van de toegeleverde documentatie een advies over hercertificering af. Kiwa zal steekproefsgewijs een verificatie van de toegeleverde werkgeversverklaring en daarbij behorende gegevens uitvoeren op de werkplek van de aanvraagster. De steekproeven worden op basis van willekeur en na voorafgaande toestemming van de werkgever of opdrachtgever uitgevoerd en bestrijken 5% van het op jaarbasis te (her)certificeren bestand.
5.2 5.3 5.4 5.5 5.6
5.7 5.8
5.9 5.10 5.11 5.12 5.13 5.14
Certificatieschema Arboverpleegkundige versie 1.0 d.d. 19-11-2009
Pagina 10 van 39
5.15 De kosten voor het hercertificerings-onderzoek worden de aanvraagster in rekening gebracht volgens de geldende tarieven.
Certificatieschema Arboverpleegkundige versie 1.0 d.d. 19-11-2009
Pagina 11 van 39
6
Toetsingscommissie
6.1
Op verzoek van Kiwa wordt door de beroepsorganisatie BAV kandidaten voor deelname in een toetsingscommissie voorgedragen. De leden van de toetsingscommissie worden door de manager Educatie van Kiwa benoemd, c.q. van hun functie ontheven. Zij kiezen uit hun midden een voorzitter. De commissie zal zoveel leden tellen, dat de doelmatigheid wordt gediend. Het aantal stemhebbende leden dient een oneven aantal te zijn. De leden worden voor 4 jaar benoemd en zijn eenmaal herbenoembaar. Vacatures worden vervuld op voordracht van de voorzitter. Ten aanzien van de bekwaamheden gelden de volgende minimumeisen. - een HBO- of gelijkwaardig beroepsopleiding in een voor de beroepsgroep relevante richting; - zeven jaar werkervaring waarvan tenminste 3 jaar recente ervaring in de betreffende beroepsgroep op minimaal het niveau van de te certificeren categorie kandidaten; - een onafhankelijke positie ten opzichte van de beroepsopleiding en het vigerende bijscholingsaanbod voor de beroepsgroep, en ten opzichte van de kandidaten; - Inzicht in de waarderingsystematiek voor na- en bijscholingsmogelijkheden; Met de aanvaarding van hun benoeming verbinden de leden van de certificatie commissie zich te handelen overeenkomstig hetgeen daaromtrent in deze regelingen staat omschreven. De taak van de toetsingscommissie is: - het signaleren van onvolkomenheden en het doen van voorstellen ter verbetering van het certificatiesysteem, één en ander op basis van opgedane ervaringen; - het uitvoeren van het certificatieonderzoek en het adviseren van de manager Educatie van Kiwa in dezen en wel per afzonderlijke kandidaat; - het (doen) uitvoeren van onderzoeken met betrekking tot het toelaten van opleidingen tot arboverpleegkunde en het adviseren van de manager Educatie van Kiwa in dezen; - het beoordelen van door certificaathouders ten behoeve van hun hercertificering aangeleverde gegevens op het gebied van bij- en nascholingsactiviteiten en het waarderen hiervan in punten conform de in bijlage 2 vastgelegde criteria; - het beoordelen van door opleidingsinstellingen aan Kiwa aangeleverde gegevens van bij- en nascholingsactiviteiten zoals cursussen, seminars, symposia etc, en het waarderen hiervan in punten; - het meewerken aan het klachtenonderzoek conform het Kiwa reglement College van Beroep en het adviseren van de manager Educatie van Kiwa in dezen; - het, voor de aanvang van een beroepsopleiding op verzoek van de niet-toegelaten opleidingsinstelling of van de kandidaat-certificaathouder doen van een uitspraak aangaande de certificeerbaarheid van op te leiden kandidaten die niet aan de door Kiwa gestelde vooropleidingseisen voldoen. Tot de taak genoemd in paragraaf 6.4 behoort het, in overleg en in samenwerking met de beheerder van de desbetreffende documenten, uitvoeren van het certificatieonderzoek door: - het toetsen of is voldaan aan de gestelde voorwaarden en het vereiste voor certificatie door een documentencontrole waaronder te verstaan de controle van diploma's en praktijkbewijzen op omschreven deskundigheid op het betreffende niveau voor toekenning van een certificaat; - het vaststellen van aanvullende eisen voor kandidaten die niet voldoen aan de gestelde eisen met betrekking tot vooropleiding of genoten beroepsopleiding, bijvoorbeeld een buitenlandse of niet-toegelaten opleiding, een en ander als aangegeven in hoofdstuk 4 van deze regeling; en de eisen voor een mondeling certificatieonderzoek als geformuleerd in
6.2 6.3
6.4 6.5
6.6
Certificatieschema Arboverpleegkundige versie 1.0 d.d. 19-11-2009
Pagina 12 van 39
6.7 6.8
de werkinstructie van de betreffende certificatie commissie; - het toetsen van de resultaten van het certificatieonderzoek aan de regelingen; - het geven van een daarop gegronde uitslag door de voorzitter van de certificatie commissie door ondertekening voor akkoord van het per kandidaat opgestelde procesverbaal; - het aan de manager Educatie van Kiwa uitbrengen van een unaniem of in ieder geval door een meerderheid van de commissie gedragen advies over toekenning van het certificaat of een hercertificatie. Kiwa draagt zorg voor het aanleveren van de benodigde informatie, de registratie en publicatie van de resultaten. In gevallen waarin dit reglement niet voorziet beslist de voorzitter van de toetsingscommissie omtrent het aan de manager Educatie van Kiwa schriftelijk uit te brengen certificeringadvies.
Certificatieschema Arboverpleegkundige versie 1.0 d.d. 19-11-2009
Pagina 13 van 39
7
Bij- en nascholing
7.1
Kiwa beoordeelt in het kader van hercertificatie-onderzoeken door kandidaten ingebrachte gegevens omtrent na- en bijscholingsactiviteiten. Daarnaast beoordeelt de toetsingscommissie de aan Kiwa voorgelegde cursussen, congressen en symposia op het gebied van Arbeidsomstandigheden. Deze activiteiten worden door de organiserende instellingen bij Kiwa aangemeld ter waardering in punten. De vastgestelde waardering wordt vastgelegd in een periodiek geactualiseerd overzicht, dat openbaar is en toegankelijk via internet.
7.2
7.3
Certificatieschema Arboverpleegkundige versie 1.0 d.d. 19-11-2009
Pagina 14 van 39
8
Gecommitteerden
8.1
Ter vervulling van de in dit hoofdstuk genoemde taken benoemt de manager Educatie van Kiwa op voordracht van de voorzitter van de toetsingscommissie een aantal Kiwa vertegenwoordigers als gecommitteerde bij de toegelaten opleidingsinstellingen voor opleidingen arboverpleegkunde. De minimum eisen waaraan een gecommitteerde moet voldoen zijn: - een HBO- of gelijkwaardig beroepsopleiding in een voor de beroepsgroep relevante richting; - tenminste 3 jaar werkervaring als arboverpleegkundige en aantoonbare belangstelling voor de opleidingen in het vakgebied alsmede de ontwikkelingen daarin; - een onafhankelijke positie ten opzichte van de betrokken opleidingsinstelling; - geen deel uitmaken van de voor de betrokken opleidingsinstelling ingestelde examencommissie van de opleiding. Zij worden in functie benoemd middels een aanstellingsbrief. Met het aanvaarden van hun benoeming verbinden de gecommitteerden zich te zullen handelen overeenkomstig hetgeen daaromtrent in deze regelingen, het examenreglement van de betreffende opleiding en de toelatingsovereenkomst met betrekking tot hun taken staat omschreven. De taak van de gecommitteerden omvat: - het houden van toezicht op de uitvoering van het lesprogramma in overeenstemming met het programma van eisen, hierbij inbegrepen de examinering; - het houden van toezicht op de onpartijdige samenstelling van de examencommissies tijdens de (mondelinge) examens die aan de hand van de afstudeeronderzoek of scriptie worden afgenomen. De Kiwa gecommitteerde heeft geen stemrecht in de examencommissie van de beroepsopleiding; - het, volgens de gestelde regels rapporteren van de werkzaamheden en bevindingen aan de toetsingscommissie. Voor het uitoefenen van hun taak zullen de gecommitteerden, in overleg met de cursusleiding naar goeddunken gebruik maken van de hun door de opleidingsinstellingen te verlenen bevoegdheid tot: - het te allen tijde hebben van toegang tot het leerstofprogramma, proefwerken, tentamens, e.d; - het kennisnemen van en geven van een oordeel over de opgaven voor proefwerken, tentamens, e.d.
8.2
8.3
8.4
Certificatieschema Arboverpleegkundige versie 1.0 d.d. 19-11-2009
Pagina 15 van 39
9
Verhouding met de opleidingsinstellingen
9.1
Kiwa biedt opleidingsinstellingen de mogelijkheid om de door hen verzorgde primaire leergangen arboverpleegkunde te doen toetsen op acceptatie van de leergang als onderdeel van het certificeringproces voor waar betreffende de eis “beroepsopleiding tot AV”. De normen en criteria voor het toelaten van opleidingen volgens de procedures als aangegeven onder 9.1 of 9.2 zijn vermeld in het voor de opleiding tot arboverpleegkunde van kracht zijnde ”Programma van Eisen opleidingen arboverpleegkunde" welke beide in bijlage 1 zijn terug te vinden. De gecommitteerden bezoeken de scriptieverdedigingen van toegelaten opleidingen steekproefsgewijs zoals is aangegeven in hoofdstuk 8 van het Reglement Toelating Opleidingen.. De in 8.3 genoemde rapportage van gecommitteerden wordt voor de relevante, nietpersoonsgebonden delen tevens doorgeleid naar de betreffende opleidingsinstelling ter kennisneming en, indien toepasselijk, gevolggeving. Een opgave van door Kiwa toegelaten instellingen die beroepsopleidingen tot arboverpleegkunde verzorgen is vermeld op de website van Kiwa .
9.2
9.3 9.4 9.5
Certificatieschema Arboverpleegkundige versie 1.0 d.d. 19-11-2009
Pagina 16 van 39
10
Bescherming persoonlijke gegevens
10.1
Kiwa draagt zorg voor geheimhouding tegenover derden over alle gegevens die in het kader van de certificatieprocedure en wat daar mee samen hangt, ter kennis komen van haar en van in haar opdracht werkende externe personen. Slechts de voorzitters van het college van deskundigen, van de toetsingscommissie en van de Raad van Beroep en de medewerkers van het bureau van Kiwa hebben toegang tot het archief en dossiers met betrekking tot certificatie van personen. Kiwa medewerkers zijn gehouden om geen mededelingen ten aanzien van personen aan derden te doen. Gecertificeerden kunnen aan derden toestaan benoemde documenten uit het op haar certificatie betrekking hebbend dossier in te zien. Dit behoeft de goedkeuring van de manager Educatie van Kiwa. De toestemming dient schriftelijk gegeven te worden. Inzage door certificaathouders van hun dossier ten kantore van Kiwa kan in het bijzijn van een Kiwa medewerker worden verleend. Kiwa zal een register van gecertificeerde personen publiceren op het internet.
10.2 10.3 10.4 10.5 10.6
Certificatieschema Arboverpleegkundige versie 1.0 d.d. 19-11-2009
Pagina 17 van 39
11
Vastleggen en archiveren van documenten
11.1 11.2
Alle documenten worden door Kiwa gearchiveerd. Alle documenten, die betrekking hebben op de certificatieprocedure van een persoon worden door Kiwa eveneens in een persoonsarchief opgenomen. Hoedanigheid, hoeveelheid en status van deze documenten zijn neergelegd in een werkinstructie voor Kiwa. De documenten worden tenminste 5 jaar na het verlopen van de certificatieprocedure, de desbetreffende certificatie en de hercertificeringen bewaard en daarna in hun geheel vernietigd. Documenten van afgewezen kandidaten worden gedurende de periode waarbinnen een herbeoordeling plus 3 jaar bewaard en daarna vernietigd.
11.3 11.4
Certificatieschema Arboverpleegkundige versie 1.0 d.d. 19-11-2009
Pagina 18 van 39
Bijlage 1 – Eisen gesteld aan de opleiding 1.
Inleiding
De door KIWA gehanteerde certificeringnorm ISO 17024 heeft in zich dat onder andere de beroepsopleidingtrajecten tot Arboverpleegkundige, verder te noemen “de opleidingen “, deel uitmaken van het certificeringtraject, en dat aan de opleiding toetsbare eisen moeten worden gesteld Voor toelating van de opleiding als deel van het certificeringproces geldt onder anderen het aantoonbaar maken dat niveau, omvang en inhoud van de opleiding minimaal voldoen aan de hieronder gestelde criteria. De nadere detaillering van het programma is vervat in § 1-§ 3 van deze bijlage. 2.
Condities ten aanzien van de opleiding Arboverpleegkunde
Een Arboverpleegkundige opleiding moet genoten zijn aan een door de minister van O&W erkende HBO-instelling die haar opleidingen in een Bachelor-Master-structuur verzorgt, een en ander conform de richtlijnen Statuut HBO-onderwijs en het European Creditation Transport System (ECTS). In de opleiding HBO-V kan binnen de variant maatschappelijke gezondheidszorg gekozen worden voor de differentiatie MGZ/Arbo. In totaal omvat deze opleiding 3200 sbu = 114 ECTS. Indien een student instroomt op basis van A, B, Z of MBO-V dient vanaf het derde jaar een aanvullende A of B module van 240 sbu = 8,5 ECTS te worden gevolgd voor de differentiatie MGZ/Arbo. Indien een student, die al beschikt over een afgeronde HBO opleiding, wil instromen naar de differentiatie MGZ/Arbo moet de student vooraf getoetst worden op de volgende EVC’s: - voorlichting 420 sbu = 15 ECTS - onderzoek 420 sbu = 15 ECTS - werkplekervaring = 15 ECTS - kwaliteitszorg = 15 ECTS - intergratieve werkbegeleiding = 15 ECTS - andere EVC’s = 15 ECTS Studenten die beschikken over de juiste EVC’s kunnen een opleidingsprogramma Arbozorg volgen van minimaal 840 sbu = 30 ECTS waarna zij beschikken over een afgeronde opleiding Arboverpleegkunde. Het onderwijsprogramma dient zich te richten op het aanbrengen van kennis en vaardigheden in een drietal taakgebieden: arbozorg- en dienstverlening, professiegebonden taken en organisatiegebonden taken (Mens, Arbeid en Organisatie). Een onderwijsprogramma bestaat uit een cursorisch deel, al of niet deels buitenschools, een praktijkleerperiode en een afstudeerproject. Het totale studieprogramma kan bij meerdere opleidingsinstituten zijn gevolgd met dien Certificatieschema Arboverpleegkundige versie 1.0 d.d. 19-11-2009
Pagina 19 van 39
verstande dat het een en ander heeft geresulteerd in een diploma/getuigschrift van een afgeronde opleiding Arboverpleegkunde . 2.1 Criteria ten aanzien van de domeinen, de beroepsinhoud, de (kern)competenties en leerinhouden De criteria die hier zijn benoemd komen voort uit de kerncompetenties die de HBO-V kadernotitie differentiatie Maatschappelijke Gezondheidszorg (MGZ)/Arbo stellen en het beroepsdeelprofiel Arboverpleegkundige. De kerncompetenties van de domeinbeschrijving “de zorg voor de werknemer” die in deze HBO-V kadernotitie differentiatie MGZ zijn benoemd, zijn door de BAV vertaald naar de professionele beroepspraktijk van Arboverpleegkundigen in diverse werksettings. Indien men aan de eisen van het onderwijsprogramma Arboverpleegkunde heeft voldaan, beschikt men over de volgende (kern)competenties als Arboverpleegkundige die vanuit de HBO-V Kadernotitie differentiatie MGZ zijn vertaald naar het domein van de arboverpleegkunde: KC 0 KC 1 KC 2, 4 KC 3 KC 6 KC 5, 7 KC 8 KC 9 KC 10 KC 11 KC 12 KC 13 KC 14
Arbozorgsituaties integraal onderzoeken en analyseren in de context van de maatschappelijke gezondheidszorg, specifiek op het terrein van de arbeid en de gezondheid; Het verlenen van arboverpleegkundige zorg aan werknemers en arbeidsorganisaties; Het toepassen van preventieve maatregelen gericht op de individuele werknemer en groepen werknemers; Het geven van gezondheidvoorlichting en opvoeding aan de werknemer en groepen werknemers; Het ontwikkelen en uitvoeren van arbo- en verzuimprogramma’s; Het ontwikkelen en uitvoeren van preventieprogramma’s op het terrein van arbeid en gezondheid; Het ontwikkelen van arbo- en verzuimbeleid; Het ontwerpen van kwaliteitszorg op het terrein van de arbozorg; levert een bijdrage aan het beleid en het beheer van de (arbo) organisatie; Het coachen van arboverpleegkundigen en verpleegkundigen in de arbozorg, andere disciplines c.q. arboprofessionals bij het realiseren van het arbo- en verzuimbeleid c.q. preventiebeleid; Het ondersteunen van collegae in hun beroepsontwikkeling; Het geven van advies en consult aan werknemers, arbeidsorganisatie, andere disciplines c.q. arboprofessionals; Het bijdragen aan de professionalisering en legitimering van het domein en arboverpleegkunde en de werksettingen waarin arboverpleegkundigen werkzaam zijn; Het bevorderen van de deskundigheid van de beroepsgroep arboverpleegkunde en het opzetten en uitvoeren van onderzoek.
De kerncompetenties worden in de tabel in § 3 nader uitgewerkt naar de domeinen, de beroepsinhoud, competenties en leerinhouden. Voor de praktijkleerperiode worden geen omschreven eisen gesteld aangaande de studiebelasting.
Certificatieschema Arboverpleegkundige versie 1.0 d.d. 19-11-2009
Pagina 20 van 39
2.2
Eindproject of scriptie
De AVK opleiding wordt afgesloten met een eindproject of een scriptie. Het eindproject of de scriptie bevatten in sterke mate het aspect van zelfwerkzaamheid van de student. Het eindproject of de scriptie dienen minimaal aan de volgend eindtermen te voldoen: De probleemstelling – vraagstelling: - Het eindproject of de scriptie dient binnen een of meerdere aandachtsgebieden van de kerncompetenties te vallen. - De probleemstelling en vraagstelling is duidelijk en eenduidig geformuleerd. - Het onderwerp betreft een relevant, actueel onderwerp op het domein van de arboverpleegkunde. - Er is sprake van een heldere afbakening van het onderwerp binnen de probleemstelling en de vraagstelling. De uitwerking: - De uitwerking is een inhoudelijk uitwerking in het verlengde van de probleem- en vraagstelling - Er is sprake van een methodologische opbouw. - De student laat zien dat zij inzicht en kennis heeft in de totaliteit van het betreffende onderwerp. - De student heeft een eigen arbo-verpleegkundige visie en weet dit standpunt beargumenteerd tot uitdrukking te brengen. - Er wordt een transfer tussen theorie en praktijk/literatuur toegepast. Deze toepassingsmogelijkheden worden naar concrete arbeid- en gezondheidsituaties beschreven.Er wordt met betrekking tot de probleemstelling/vraagstelling aangegeven welke relevante literatuur- en onderzoeksgegevens gebruikt zijn. De conclusies en aanbevelingen: - De student sluit met haar conclusies aan op de probleemstelling - vraagstelling en de inhoudelijke uitwerking. - De student onderbouwt de conclusies. - De conclusies zijn relevant voor de arbozorg en het domein arboverpleegkunde als ook voor de arbo-verpleegkundige beroepsgroep. - De student sluit met haar aanbevelingen aan op conclusies en vertaalt deze in eigen conclusies. - De student richt zich bij haar aanbevelingen op effectiviteit en haalbaarheid (SMART principe). De vormtechnische aspecten: - Er is er sprake van correct taalgebruik. - Er wordt helder en correct verwezen naar auteurs, diverse onderzoeken, literatuur etc. - De gehanteerde basisbegrippen zijn duidelijk gedefinieerd en worden consistent gebruikt - Er is sprake van een logische en overzichtelijke indeling. - De spelling is juist en de interpunctie correct. Tot slot laat de student in zijn/haar eindproject of scriptie zien dat hij/zij in staat is overwegend zelfstandig een onderwerp op het domein van de arboverpleegkunde te Certificatieschema Arboverpleegkundige versie 1.0 d.d. 19-11-2009
Pagina 21 van 39
bewerken (individueel of groepsverband). De begeleiding van het eindproject of de scriptie is tot slot in handen van de opleidingsinstelling. 2.3
Praktijkleerperiode
De student verricht alle werkopdrachten in de opleiding Arboverpleegkunde in de eigen werksetting. De AVK student in opleiding wordt zowel in de eigen werksetting als op de praktijkleerplaats gecoacht en begeleidt door een gecertificeerd arboverpleegkundige zoals omschreven in het Professioneel Statuut Arboverpleegkundige. Indien de AVK student niet beschikt over een eigen werksetting binnen het domein van de arboverpleegkunde, dient de student een praktijkleerplaats en een praktijkleerperiode in de arbozorg te organiseren waarin hij/zij alle kerncompenties naar leerdoelen vertaalt en deze als zodanig uitvoert. Het plan leerdoelen wordt besproken met de opleidingsinstelling en de praktijkleerbegeleider van de betreffende praktijkleerplaats. Een praktijkleerperiode wordt afgesloten met een verslag waarin de resultaten van de leerdoelen worden beschreven. Het praktijkleerverslag wordt met de opleidingsinstelling en de begeleider van de praktijkleerplaats besproken en geëvalueerd. Het praktijkleerverslag moet met een voldoende zijn afgesloten.
Certificatieschema Arboverpleegkundige versie 1.0 d.d. 19-11-2009
Pagina 22 van 39
3
Tabel: overzicht eisen onderwijsprogramma Arboverpleegkunde
Domein
Beroepsinhouden
Kerntaken
Competenties
Leerinhoud (indicatieve)
Alle domeinen arbozorg, professie en organisatie gebonden taken
Bedrijfsgezondheidzorg
De arbozorg voor de medewerkers op alle niveaus in de organisatie integraal analyseren in de context van de organisatie – gezondheid - arbeid, belasting en belastbaarheid en het voorkomen van risico’s bij de arbeid (Preventiegedachte)
KC 0: arbozorgsituaties integraal onderzoeken en analyseren in de context van de maatschappelijke gezondheidszorg
KC 0: arbozorgsituaties integraal onderzoeken en analyseren in de context van de maatschappelijke gezondheidszorg
Het beschikken over inhoudelijke deskundigheid op het terrein van de arbeid, de arbeidsomstandigheden, verzuim, reïntegratie en sociale zekerheid Het beschikken over inhoudelijke kennis van de wetgeving, nationaal en Europees, op het terrein van arbeidsomstandigheden, verzuim, reïntegratie en sociale zekerheid Het beschikken over organisatiekennis en organisatiekunde om zelfstandig organisaties te analyseren en hun organisatieprocessen in relatie tot de arbeid en de risico’s, vanuit het domein arboverpleegkunde en de analyses inzichtelijk kunnen maken voor arboprofessionals en de betreffende organisaties
Geschiedenis en ontwikkelingen van de arbozorg in organisaties, op nationaal, europees, internationaal niveau en globalisering. Overheidsbeleid en invloeden sociale kaart van de arbozorg op nationaal, europees, internationaal niveau Maatschappelijke, epidemiologische en demografische ontwikkelingen van invloed op mens en werk Wet en regelgeving over arbeid, arbeidsomstandigheden, verzuim, reïntegratie en sociale zekerheid Ontwikkelingen op het gebied van arbeid, arbeidsomstandigheden, verzuim, reïntegratie en sociale zekerheid Arboconvenanten, hun doelstellingen en de rol van de AVK.
Certificatieschema Arboverpleegkundige versie 1.0 d.d. 19-11-2009
Pagina 23 van 39
Domein
Beroepsinhouden
Kerntaken
Competenties
Leerinhoud (indicatieve) Overheidsbeleid en Europese invloeden sociale kaart van de arbozorg Organisatiekunde en kennis en organisatieveranderingsprocesse n Financiering en sociale wetgeving arbozorg vragen in maatschappelijk perspectief
Beroep Arboverpleegkundige
Is in staat arbozorg op maat te bieden en houdt rekening met de belangen van de werkgever , de werknemer
Domein Arboverpleegkunde en de begrippen preventie, curatie en reïntegratie
Is in staat de grenzen van het arboverpleegkundig domein te onderkennen in relatie tot de domeinen van andere disciplines c.q. arboprofessionals
Positie van de arboverpleegkundige
Heeft inzicht en kennis van preventie, curatie en reïntegratie in het speelveld van de arboverpleegkundige
Profielen arboverpleegkundigen en collegae arboprofessionals
Professioneel Statuut arboverpleegkundige
Core Curriculum FOHNEU Is op de hoogte van de kwaliteitsdocumenten van de beroepsorganisatie Is bekend met de profielen en professioneel Statuut van de arboverpleegkundige
Werksettings van arboverpleegkundigen Wetgeving m.b.t. de arboverpleegkundige beroepsuitoefening inclusief certificatie
Is bekend met de positie van de arboverpleegkundige in Nederland en in Europees verband Beroepsverenigingen en vakbonden in de arbozorg inclusief FOHNEU
Certificatieschema Arboverpleegkundige versie 1.0 d.d. 19-11-2009
Pagina 24 van 39
Domein
Beroepsinhouden
Kerntaken
Competenties
Leerinhoud (indicatieve)
Training persoonlijke effectiviteit, advies-, en presentatievaardigheden reflectie
Beschikt over vaardigheden om medewerkers op alle niveaus in de organisatie te informeren, te adviseren en te coachen over onderwerpen met betrekking tot het domein van de arboverpleegkunde
Assertiviteit en persoonlijk functioneren als beroepspersoon
Groepsgericht werken en samenwerking
Het kunnen samenwerken, monodisciplinair en/of multidisciplinair, met andere disciplines c.q arboprofessionals betreffende arbeid- en gezondheidsvraagstukken
Adviesvaardigheden, presentatie vaardigheden Rollen en stijlen van de AVK als adviseur
Kennis en kunde over samenwerkingsvormen, modellen en multidisciplinaire samenwerking Groepsdynamica en groepsprocessen
Het kunnen samenwerken met werkgever en werknemer(s) en het in stand houden van de klantrelatie
Kennis en inzicht van klanttypen Netwerken en relatiebeheer
Het kunnen samenwerken met OR, arbocommissies en in projectgroepen in organisaties Communicatievaardigheden
Beschikt over goede klantgerichte, organisatiegerichte en samenwerkingsvaardigheden Is in staat conflicthantering toe te passen op micro, meso en macro niveau Is in staat vanuit het eigen professioneel handelen de klantrelatie en het relatiebeheer te onderhouden Is in staat klantmethodische benaderingswijzen toe te passen
Certificatieschema Arboverpleegkundige versie 1.0 d.d. 19-11-2009
Pagina 25 van 39
ICT en intervisie inclusief procesbegeleiding Klantgerichte vaardigheden - onderhandelen op basis van de systeem en communicatietheorie - opbouw en onderhouden van de klantrelatie - conflicthantering op micro, meso en macroniveau - Klantmethodische benaderingswijzen Organisatie gerichte vaardigheden - onderhandelen op basis van de systeem en communicatietheorie - opbouwen en onderhouden van de klantrelatie/relatiebeheer - conflicthantering op micro, meso en macro niveau
Domein
Beroepsinhouden
Kerntaken
Competenties
Leerinhoud (indicatieve) Samenwerkingsvaardigheden - multidisciplinaire en monodisciplinaire samenwerking - onderhandelen op basis van de systeem en communicatietheorie - opbouwen en onderhouden van een samenwerkingsrelatie - conflicthantering - relatiebeheer
1: Arbozorg- en dienstverlening
Methodisch Arboverpleeg kundig handelen
A. Verkennen en Vaststellen van de vraag naar arbozorg op micro, meso- en macroniveau van de arbeidsorganisatie
KC 1: Verlenen van arboverpleegkundige zorg
KC 1: Verlenen van arboverpleegkundige zorg
Het kunnen signaleren, herkennen, inventariseren en vaststellen van een arbeid- en gezondheidsvraagstuk op alle niveaus van de organisatie; voor deze vraagstukken in staat zijn de benodigde interventies te benoemen, alleen of in samenwerking met andere disciplines c.q. arboprofessionals
Het hanteren van relevante arboverpleegkundige theorieën, modellen en diagnostische instrumenten Inventariseren en vaststellen van de arbozorgvraag methoden Ergonomie en arbeidshygiëne voor 1e lijnsonderzoek op de werkplek
B: Plannen van de arbozorg
Arboverpleegkundige concepten en modellen
Het kunnen opzetten, uitvoeren en analyseren van onderzoeken op het terrein van arbeid en gezondheid evenals het evalueren van de uitkomsten hiervan; alleen of in samenwerking met andere disciplines c.q. arboprofessionals Het kunnen ontwikkelen van arbo- en verzuimbeleid KC 12 : Advies en consult geven aan medewerkers en arbeidsorganisaties
C: Uitvoeren van de arbozorg
Certificatieschema Arboverpleegkundige versie 1.0 d.d. 19-11-2009
Het kunnen rapporteren en adviseren over al dan niet noodzakelijke preventie activiteiten, zowel uitvoerend als beleidsmatig, in het kader van het voorkomen van risico’s bij de arbeid, rekening houdend met de (wettelijke)
Pagina 26 van 39
Lifestyle projecten en advisering Beleid SMT en SMT Ontwerpen van arbo- en verzuimbeleid Functioneel onderzoek: audiometrie, beeldschermtest, etc. Uitvoeren van individueel en groepsgericht werkplekonderzoek Rapporteren, adviseren en presenteren over arbo- en verzuimbeleid en de daaruit voortkomende maatregelen/interventies
Domein
Beroepsinhouden
Kerntaken
Competenties regelingen op het gebied van arbeidsomstandigheden, verzuim, reïntegratie en sociale zekerheid Beschikt over vaardigheden om medewerkers op alle niveaus in de organisatie te informeren, te adviseren en te coachen over onderwerpen met betrekking tot het domein van de arboverpleegkunde (b.v. preventie, curatie, reïntegratie)
Subdomein Preventie
Systeemgericht en organisatiegericht werken Preventie en GVO
Geven van GVO en beïnvloeden gedragsdeterminanten.
KC 2, 3, 7: Geven van GVO en toepassen van preventieve maatregelen Inzicht hebben en in staat zijn risico’s bij de arbeid en lifestyle aspecten die een negatief effect kunnen hebben op de gezondheid van de medewerker(s) te signaleren en te herkennen Inzicht en kennis hebben van arbeidsgezondheidkundige determinanten Het kunnen stimuleren van gezondheidsbevorderend gedrag voor medewerkers, groepen medewerkers en/of de organisatie Het beschikken over kennis en vaardigheden voor het opzetten en uitvoeren van een gezondheidsvoorlichting programma Is in staat voor een medewerker en groepen medewerkers gezondheidsvoorlichting en opvoeding te organiseren en te presenteren
Leerinhoud (indicatieve) Algemene systeemtheorie Communicatie stroming Structurele stroming Integenerationele stroming Herdefiniëren en interactioneel inkaderen
KC 2, 3, 7: Geven van GVO en toepassen van preventieve maatregelen GVO in de arbeidssituatie Epidemiologie op het terrein van arbeid en gezondheid Ontwerpen van preventieprogramma’s Arbeidsgebonden gezondheidsrisico’s en theorie en inzichten over beroepsziekten Preventiemodellen: Caplan/Lalonde Preventieprojecten over arbeid en gezondheid Opsporen arbeidsgezondheidskundige determinanten Opsporen en onderkennen van risico’s bij de arbeid en het formuleren van risicogroepen
Certificatieschema Arboverpleegkundige versie 1.0 d.d. 19-11-2009
Pagina 27 van 39
Domein
Beroepsinhouden
Kerntaken
Competenties
Leerinhoud (indicatieve) Health counseling – gezondheidsbevordering op de werkplek
subdomein: Arbozorgcoördinatie
Arbozorg management
D: Samenwerken in en coördineren van de arboen verzuimzorg
KC 4 en 5: Coördineren van de arbo- en verzuimzorg en preventieactiviteiten Het kunnen coördineren van de arbozorg, alleen of samenwerking met andere disciplines c.q arboprofessionals, voor medewerkers op alle niveaus in de organisatie Is in staat de domeinen van de diverse disciplines c.q. arboprofessionals te overzien en te consulteren en/of te verwijzen op basis van methodisch arboverpleegkundig handelen
Individuele en groepsvoorlichting geven over het voorkomen van risico’s bij arbeid KC 4 en 5: Coördineren van de arbo- en verzuimzorg en preventieactiviteiten Coördinatie methodieken van de arbozorg, verzuimzorg en de regie rondom de reïntegratie Gezondheidsmanagement Preventie gezondheidsprogramma’s ontwikkelen en organiseren Vormen van casemanagement Het arbo-, verzuim-, en/of reïntegratiezorgplan multidisciplinair afstemmen actoranalyse en sociale kaart
Subdomein: Arbozorgevaluatie
E. Evalueren van arbozorg
Evalueren van de arbozorg Het kunnen evalueren van activiteiten die betrekking hebben op de arbozorg, preventieactiviteiten, onderzoek op het terrein van arbeid en gezondheid
Coaching en consultatie
Coaching
Advisering en begeleiding
KC 10 : Coachen van arboverpleegkundigen of andere disciplines bij het realiseren van arbo- en verzuimbeleid en preventiebeleid Het beschikken over coachingsvaardigheden
Certificatieschema Arboverpleegkundige versie 1.0 d.d. 19-11-2009
Pagina 28 van 39
Evalueren van de arbozorg opstellen van kwalitatieve en kwantitatieve meetbare indicatoren opstellen evaluatie rapport adviseren en presenteren van de behaalde resultaten KC 10 : Coachen van arboverpleegkundigen of andere disciplines bij het realiseren van arboen verzuimbeleid en preventiebeleid
Domein
Beroepsinhouden
Kerntaken
Competenties
Leerinhoud (indicatieve)
Het in staat zijn medewerkers en derden in de arbeidsorganisaties te coachen (arbocoördinatoren, arbocontactpersonen, leden van een arbocommissie
Copingstrategieën
Het beschikken over advies-, communicatie-, rapportage- en presentatievaardigheden
Theorie over consultatie en advisering Leren adviseren, rapporteren, communiceren en presenteren
Leertheorieën en leerstijlen en het scheppen van leercondities
Advies- en consultatievragen als zodanig herkennen en behandelen Consultvragen formuleren Draagvlak creëren, rekening houdend met de werknemer(s), werkgever, andere disciplines c.q. arboprofessionals KC 11: begeleidt verpleegkundigen in de arbozorg (zonder AVK opleiding) en AVK’s in opleiding in hun beroepsontwikkelingen Coacht en ondersteunt verpleegkundigen werkzaam in de arbozorg Is in staat AVK’s in opleiding te begeleiden bij hun praktijkleerperiode
Professie gebonden taken
Deskundigheidsbevordering
A: Deskundigheid in het eigen beroepsmatig handelen en dat van collegae bevorderen
Certificatieschema Arboverpleegkundige versie 1.0 d.d. 19-11-2009
KC 11: begeleidt verpleegkundigen in de arbozorg (zonder AVK opleiding) en AVK’s in opleiding in hun beroepsontwikkelingen Coachen van medewerkers en derden in de arbeidsorganisaties Stelt samen met de stagiaire AVK een leerplan op en beoordeelt en evalueert de leerdoelen
KC 13 : Bijdragen aan de professionalisering en legitimering van het domein arboverpleegkunde
KC 13: Bijdragen aan de professionaliseren en legitimering van het domein arboverpleegkunde
Is in staat het domein arboverpleegkunde op een professionele wijze uit te dragen
Promoot het domein arboverpleegkunde
Pagina 29 van 39
Domein
Beroepsinhouden
Kerntaken
Competenties
Leerinhoud (indicatieve)
Handelt conform terzake wettelijke kaders en de door de BAV aanvaarde regelingen
Professioneel Statuut Arboverpleegkundige incl. gedragscode
Handelt conform het Professioneel Statuut Arboverpleegkundige Is in staat te reflecteren op het eigen beroepsmatig professioneel handelen Is in staat een eigen persoonlijk ontwikkelingsplan voor zichzelf op te stellen Is in staat theorie en praktijk via transfer integraal naar kennis en kunde te vertalen Houdt vakliteratuur bij
Kwaliteitszorg in de arbobranche
B: Borgen en bevorderen van de kwaliteit van arbozorg
KC 14 : Bevorderen van de deskundigheid van de beroepsgroep en de arbozorg specifiek het domein arboverpleegkunde
ICT en intervisie Bijwonen van en een bijdrage leveren aan netwerkbijeenkomsten van de beroepsorganisatie, symposia en congressen Hanteren van informatietechnologie op het terrein van arbeid en gezondheid Neemt deel aan externe bijeenkomsten, invitational conferences vanuit de eigen werksetting of op verzoek van de beroepsorganisatie KC 14 : Bevorderen van de deskundigheid van de beroepsgroep en de arbozorg specifiek het domein arboverpleegkunde
Is op de hoogte van het kwaliteitssysteem van de arbodienstverlening organisatie Professionele ontwikkeling
C: Beroepsuitoefening professionaliseren
Hanteert en stimuleert het gebruik van protocollen en richtlijnen op het terrein van arbeid en gezondheid
Kwaliteitsmodellen, kwaliteitscyclus opstellen, uitvoeren en evalueren Kwaliteitshandboeken
Draagt bij en participeert in het verbeteren van protocollen en richtlijnen op het terrein van arbeid en gezondheid
Protocollaire zorg en richtlijnen BOA klachtenprocedure
Instrueert, adviseert en geeft voorlichting aan de eigen collegae over methoden, technieken modellen, richtlijnen, protocollen, werkwijzers etc. Draagt bij in de netwerkbijeenkomsten van de
Certificatieschema Arboverpleegkundige versie 1.0 d.d. 19-11-2009
Pagina 30 van 39
Innovaties implementeren Persoonlijke standpuntbepaling als arboverpleegkundige
Domein
Beroepsinhouden
Kerntaken
Subdomein Onderzoek
Competenties
Leerinhoud (indicatieve)
BAV
Professionele netwerkontwikkeling in de eigen werksetting en in de setting van de beroepsorganisatie
Is in staat een eigen persoonlijk ontwikkelingsplan op te stellen en dit persoonlijk plan te vertalen naar bij- en nascholing Leest vakliteratuur en stelt de collegae in kennis van de gevolgen daarvan voor de beroepsuitoefening Is in staat te participeren in wetenschappelijk onderzoek op het terrein van arbeid & gezondheid Is in staat eigen onderzoek te doen naar arbeidsdeterminanten op het domein van de arboverpleegkunde
Participeert in werkgroepen en kenniskringen en onderzoek van Medwerk, STECR, NVAB Kwaliteitsbureau, Lectoraat Arbeid & Gezondheid Participeert in de ontwikkeling van nieuwe standaarden en modellen en het toepassen in de praktijk Organisatie gebonden taken
Bedrijfsvoering van de organisatie
A. Bijdragen aan beleid en beheer arboorganisatie
B. Bijdragen aan het arbobeleid van de organisatie
KC 8 en 9: ontwerpen van kwaliteitszorg Heeft inzicht in relatiebeheer en de commerciële, de financiële en marktwerkingaspecten binnen de arbodienstverlening; Informatievoorziening: geautomatiseerde registratie- en informatiesystemen Omgaan met onderzoeksinstrumentarium, waaronder arbeidshygiënische middelen en medische apparatuur
Certificatieschema Arboverpleegkundige versie 1.0 d.d. 19-11-2009
Pagina 31 van 39
Procesbegeleiding van ICT en intervisie Reflecteren en blijven leren Beroepsdeelprofielen Onderzoeksmethodologie Zoekstrategieën /opsporen van onderzoeksresultaten Lezen en vertalen van onderzoeksresultaten naar de beroepspraktijk
Participeert in praktijk gericht onderzoek Maakt gebruik van Evidenc Based Practice (anticipeert op de situatie zoals die voorligt) KC 8 en 9: ontwerpen van kwaliteitszorg Kennis over computer en moderne communicatiemiddelen Inzicht en kunnen omgaan met Arbo-automatiserings-systemen Kennis over beschikbare instrumentarium arbeidshygiëne en medisch apparatuur:functieonderzoeken,
Domein
Beroepsinhouden
Kerntaken
Competenties
Leerinhoud (indicatieve) indicatieve metingen
Besluitvorming binnen de organisatie Management strategieën binnen de organisatie Kwaliteitssystemen: protocollen en richtlijnen, kwaliteitshandboek
Kwaliteitshandboeken en systemen; Ontwerpen van AVK richtlijnen
Professioneel Statuut
Analyseren en verbeteren van protocollen en richtlijnen
Is in staat de declarabititeit en (winst) doelstellingen van de organisatie te borgen
Analyseren en verbeteren richtlijnen convenanten Opstellen begroting en offerte arboactiviteit Kennis organisatie, veranderingsmanagement en relatiebeheer
Eindproject of scriptie
Zie paragraaf 1
Paragraaf 1
Praktijkleerperiode
Zie paragraaf 1
Paragraaf 1
Certificatieschema Arboverpleegkundige versie 1.0 d.d. 19-11-2009
Pagina 32 van 39
Bijlage 2 - Puntensysteem onderhoud vakbekwaamheid 1. Inleiding Deze bijlage bij de regeling certificering AVK beschrijft de werkwijze van het systeem voor onderhoud van de vakbekwaamheid van gecertificeerde Arboverpleegkundigen zoals dit op aanwijzing van het bestuur van de Beroepsorganisatie Arboverpleegkunde BAV is voorgesteld en sedert de realisatie van het certificeringschema wordt gehanteerd. Het systeem, gebaseerd op voor de door KIWA beheerde onderhoudsystemen van gelijksoortige beroepsgroepen op Arbogebied, is een uitvloeisel van het streven naar harmonisatie in certificeringeisen en -criteria voor deze beroepsgroepen en heeft tot doel bij te dragen aan de kwaliteitsbevordering van certificaathoudsters door introductie van een systeem van permanente educatie op het gebied Mens Arbeid en Gezondheid, en vormt een logisch vervolg op eerder ingezette certificeringtrajecten. In de tekst zal voor de leesbaarheid verder de (kandidaat)certificaathoudster Arboverpleegkundige waar toepasselijk worden aangeduid als “AVK”. 2. Uitgangspunten Het systeem is zo eenvoudig mogelijk opgezet en onderscheidt, naast criteria voor minimaal vereiste tijdbesteding in het beroep, drie categorieën activiteiten waarmee de vakbekwaamheid qua kennis en kunde op peil gehouden kunnen worden, te weten - Onderhoud kennis en vakontwikkeling; - Bestuurs- en commissiewerk; - Lidmaatschap beroepsorganisatie. De regeling is zodanig opgezet dat het ook voor AVK met een parttime werkverband mogelijk moet zijn om binnen de gestelde criteria voor hercertificering in aanmerking te komen. Het systeem heeft een cyclus van vijf jaar, in overeenstemming met de door de Raad voor de Accreditatie geëiste systematiek. Na vijf jaar vindt hercertificering plaats. Een gemaximaliseerd aantal punten van de direct aansluitende voorgaande periode mag worden meegenomen. Uitgangspunt voor honorering is dat alle opgegeven activiteiten toetsbaar dienen te zijn. Hercertificering wordt uitgevoerd door Kiwa. Bij onderduidelijkheden wordt advies gevraagd aan de toetsingscommissie. De verantwoordelijkheid voor het bijhouden en registreren van het onderhoud van vakbekwaamheid ligt primair bij de te certificeren en gecertificeerde AVK. 3. Eisen voor de initiële certificering van Arboverpleegkundigen Om voor certificering in aanmerking te komen, moet de (kandidaat)certificaathoudster Arboverpleegkundige over de afgelopen periode minimaal 2 jaar hebben gewerkt: gemiddeld over die periode minimaal 16 uur (4 dd)/week op het betreffende vakgebied (arbeid en gezondheid) werkzaam zijn geweest èn minimaal 10 punten hebben verdiend door bij- en nascholingsactiviteiten, bestuurs- en commissiewerk en lidmaatschap van de beroepsorganisatie Arboverpleegkunde (BAV). Voor bestuurs- en/of commissiewerk op het terrein van het vakgebied kunnen maximaal 4 punten totaal worden verdiend. Voor het lidmaatschap van de BAV kan maximaal 1 punt per jaar totaal worden verkregen.
Certificatieschema Arboverpleegkundige versie 1.0 d.d. 19-11-2009
Pagina 33 van 39
4. Eisen voor de vijfjaarlijkse hercertificering van de gecertificeerde Arboverpleegkundige Om voor hercertificering in aanmerking te komen, moet de gecertificeerde Arboverpleegkundige over de afgelopen periode van 5 jaar: - gemiddeld over die periode minimaal 16 uur (4 dagdelen) per week op het betreffende vakgebied (arbeid en gezondheid) werkzaam zijn geweest èn - minimaal 21 punten hebben verdiend door bij- en nascholingsactiviteiten, bestuurs- en commissiewerk en lidmaatschap van de beroepsorganisatie Arboverpleegkunde (BAV). Van dit totaal van 21 punten moet in iedere periode van 5 jaar minimaal 10 verse punten zijn verdiend in de categorie bij- en nascholing (categorie I). De certificaathouder moet aantonen dat in ieder jaar van de vijf jaren een bij-en nascholingsactiviteit is gevolgd. Tabel I : De beroepsuitoefeningeisen voor initiële aanvragen en voor hercertificering in tabelvorm:
Status Beroepsuitoefening
INITIEEL HERCERTIFICERING Kandidaat certificaathoudster AVK Arboverpleegkundige Minimaal 4 dd / week gemiddeld over 2 jaar Minimaal 4 punten
Categorie 1 Onderhoud kennis en vakontwikkeling. (Bij- en nascholingsactiviteiten, presentaties, publicaties, begeleiden studenten/stagiaires, bijzondere activiteiten, enz) Categorie 2 Maximaal 4 punten Bestuurs- en commissiewerk Categorie 3 Maximaal 2 punten Lidmaatschap BAV Totaal Minimaal 10 punten
Certificatieschema Arboverpleegkundige versie 1.0 d.d. 19-11-2009
Minimaal 4 dagdelen per week gemiddeld over 5 jaar Minimaal 10 verse punten
Maximaal 10 punten Maximaal 5 punten Minimaal 21 punten
Pagina 34 van 39
Tabel II: Waardering activiteiten in tabelvorm, zie ook toelichting Cat Activiteit 1 Deelname externe korte cursus, training, workshop, seminar, congres, e.d. op het vakgebied Arbeid en Gezondheid 1 Deelname aan door KIWA beoordeelde bijscholingactiviteit op het vakgebied Arbeid en Gezondheid 1 Deelname aan extern georganiseerde bijeenkomst met vakgenotes 1 Deelname aan intern binnen bedrijf georganiseerde bijeenkomst met vakgenotes 1 Deelname aan opleidingen niet op vakgebied Arbeid en Gezondheid 1 Presentaties extern op vakgebied Arbeid en Gezondheid
1
1
1 1 1 1 1
Waardering 0,5 punt per dagdeel.
Opmerkingen Bewijs van deelname noodzakelijk
0,5 punt per dagdeel.
Structureel onderwijs. (modulen, leergangen). Bewijs van deelname per module/leergang noodzakelijk.
0,5 punt per dagdeel.
Bewijs van deelname noodzakelijk
0,5 punt per dagdeel.
Bewijs van deelname noodzakelijk
25% van 0,5 punt per dagdeel 2 punten eerste presentatie, 1 punt elke gelijke volgende Publicaties op vakgebied Arbeid 1-3 punten en Gezondheid afhankelijk van niveau en omvang Docent opleidingen op vakgebied 2 punten per Arbeid en Gezondheid op volledige minimaal Mbo-niveau cursus-dag (= 6 uur) Studenten- of scriptiebegeleider 2 punten per opleiding AVK kandidaat Examinator opleiding AVK 0,5 punten per kandidaat KIWA-gecommitteerde opleiding 1 punt per AVK bestede dag Bijzondere activiteiten Ter beoordeling toetsingcommissie(s) ICT 0,5 punt per dagdeel
Certificatieschema Arboverpleegkundige versie 1.0 d.d. 19-11-2009
Tot een maximum van 2 punten per 3 jaar. Bewijs van deelname noodzakelijk Indien geen beroepsuitoefening. Programma en globale presentatieinhoud noodzakelijk Indien geen beroepsuitoefening. Openbare publicatie noodzakelijk Indien het geen beroepsuitoefening is en het niveau in overeenstemming met de functie is. Indien geen beroepsuitoefening. Bewijs van opleidingsinstelling Bewijs van opleidingsinstelling Bewijs van KIWA Indien geen beroepsuitoefening. Beschrijving activiteit Bewijs van deelname van de ICT bijeenkomsten
Pagina 35 van 39
2 2 2 3
Aansturende functie in besturen en commissies BAV Lid commissie beroepsvereniging op vakgebied Arbo en Gezondheid Actieve functievervulling in KIWA-gremia Lidmaatschappen BAV
5.
2 punten per jaar 1 punt per jaar
Bewijs van vereniging en beschrijving activiteiten Bewijs van vereniging en beschrijving activiteiten
0,5 punt per dagdeel. 1 punt per jaar
Indien geen beroepsuitoefening. Bewijs van KIWA Bewijs van lidmaatschappen
Toelichting op het onderhoud van de vakbekwaamheid
CATEGORIE 1 : Onderhoud kennis en vakontwikkeling: Bij- en nascholing: Qua honorering van de bij- en nascholingscursussen geldt dat externe c.q. openbare cursussen op de gebieden veiligheid, gezondheid en welzijn volledig gehonoreerd worden (0,5 punt per dagdeel; een dagdeel is 3 uur bruto, inclusief pauzes om te netwerken). Dit geldt ook voor onderdelen/modulen van structureel gegeven onderwijs op Arbogebied met een aanmerkelijke studiebelasting. Een gecertificeerde AVK krijgt alleen bij- en nascholingspunten voor activiteiten op (hoger) arboverpleegkundig niveau. Algemene cursussen (niet arbogericht en niet opgenomen in de initiële opleidingen AVK en van voldoende niveau) worden met 25% gewaardeerd (25% van 0,5 punt per dagdeel), tot een maximum van 2 punten over een periode van 5 jaar voor enkel gecertificeerden en 3 punten voor dubbel gecertificeerden. Voorbeelden zijn: algemene managementcursussen, bedrijfskunde, voorlichting, enz. ICT en Intervisie ICT en Intervisie zijn uitgewerkt in hoofdstuk 6 van deze bijlage Publicaties Er wordt geen verschil gemaakt tussen publicatie in peer review- en niet-peer review periodieken. Als criteria voor waardering gelden: openbaarheid, enige omvang, dus niet een enkel A4 met foto’s of schema’s, gericht zijn op inhoudelijk arboverpleegkundige onderwerpen, niveau in overeenstemming met functie, gericht zijn op nieuwe ontwikkelingen of controversiële inzichten/ervaringen op het vakgebied (dus geen routine- of algemeen bekende zaken die nog eens herkauwd worden), geen functie vervullen als “paper” voor gehouden presentatie. (Dit kan aanleiding geven tot ongewenste dubbele waardering) Voor een artikel maximaal 3 punten per auteur. Docentschap Als voorwaarden voor het waarderen van docentschap geldt dat deze activiteit aantoonbaar incidenteel is, op minimaal MBO-niveau staat en niet behoort tot de beroepsuitoefening. Bijzondere activiteiten Speciale omvangrijke projecten die niet vallen onder reguliere arboverpleegkundige werkzaamheden maar een meerwaarde creëren voor de beroepsgroepen kunnen bij de Certificatieschema Arboverpleegkundige versie 1.0 d.d. 19-11-2009
Pagina 36 van 39
betreffende certificatiecommissie ter beoordeling worden voorgelegd. Gedacht moet hier worden aan ontwikkeling en validatie van nieuwe werkmethoden, uitvoering van sectorbrede surveys, risicoevaluaties met een 'review' karakter, etc. Eveneens kunnen punten worden verkregen door bijvoorbeeld organiseren van arbo-congressen, schrijven van boeken over arbo-zaken, opzetten van externe arbo-cursussen, deelname in jurycommissies, enz. Resultaten van deze activiteiten moeten openbaar zijn en een bijdrage leveren aan de inhoudelijke ontwikkeling van de beroepspraktijk. CATEGORIE 2 : Bestuurs- en commissiewerk Gewoon lidmaatschap in besturen, commissies, werkgroepen, projectgroepen, enz. in het kader van de beroeps- of brancheverenigingen wordt gehonoreerd. Voor actieve deelname, (d.w.z. aansturende functies) in dergelijke groepen worden aan de voorzitters, secretarissen, regiocoördinatoren e.d. van deze gremia voor hun taken extra punten toegekend. CATEGORIE 3 : Lidmaatschap beroepsvereniging De gecertificeerde moet lid zijn van de Beroepsorganisatie Arboverpleegkundige. 6. ICT en Intervisie ICT en intervisie zijn methoden om de kwaliteit van het professioneel handelen van arboverpleegkundigen te verbeteren. Er zijn een vijftal settings waarin ICT kan plaatsvinden: - ICT voor interne Arbo-diensten organiseren middels de landelijke groep Consultatie Interne Arbodiensten; - ICT voor externe Arbo-diensten worden intern landelijk of regionaal georganiseerd; - ICT voor reïntegratiebedrijven en bedrijfsverzekeraars worden middels een (een nog op te starten) landelijke of regionale groep Consultatie Reïntegratie en Sociale Zekerheid; - ICT voor zelfstandig gevestigde AVK’s middels een (nog op te starten) netwerk ICT voor zelfstandigen; - ICT voor AVK’s werkzaam bij organisaties middels een (nog op te starten) landelijke of regionale groep Consultatie Zelfstandig AVK’s. Er zijn een vijftal settings waarin Intervisie kan plaatsvinden: - Intervisie binnen interne Arbo-diensten met het eigen arboteam; - Intervisie voor externe Arbo-diensten regionaal binnen de eigen arboteams of klantteams organiseren; - Intervisie voor reïntegratiebedrijven en bedrijfsverzekeraars binnen eigen klantteams organiseren; - Intervisie voor zelfstandig gevestigde AVK’s aansluiten bij het netwerk ICT voor zelfstandigen; - ICT voor AVK’s werkzaam bij organisaties in het eigen team organiseren. Indien dit mogelijke is aan laten sluiten bij het netwerk intervisie van zelfstandig AVK’s. Condities voor intercollegiale toetsing Intercollegiale toetsing is een cyclisch proces waarin professionals leren om stapsgewijs het proces van arbozorg- of arbodienstverlening kritisch te onderzoeken, te evalueren en planmatig verbeteringen aan te brengen. Het bedoelt een systematische, gestructureerde en kritische evaluatie te zijn van eigen en elkaars wijze van arbozorg- en arbodienstverlening door een aantal collegae aan de hand van expliciete normen of richtlijnen. De feitelijke arbozorg of arbodienstverlening wordt getoetst aan de vooraf geformuleerde wenselijke arbozorg of arbodienstverlening met als doel deze meer in overeenstemming met de Certificatieschema Arboverpleegkundige versie 1.0 d.d. 19-11-2009
Pagina 37 van 39
geformuleerde norm te brengen. Dit dient uiteindelijk te resulteren in verbetering van de arbozorg of arbodienstverlening. In het kader van de borging worden de resultaten van de toetsing op geaggregeerd niveau naar buiten gebracht. Intercollegiale toetsing is daarom een deel van een kwaliteitscyclus binnen een ‘’lerende organisatie’’. Tijdsinvestering De richtlijn is minimaal 12 uur per jaar aan ICT te investeren en te borgen, afhankelijk van de setting waarin de arboverpleegkundige werkzaam is. Aantal deelnemers Het aantal deelnemers is minimaal 4 en maximaal 10. Monodisciplinair of multidisciplinair ICT vindt plaats in minimaal driemaal per jaar plaats in monodisciplinair verband en minimaal eenmaal per jaar in multidisciplinair verband. Procesbegeleiding door AVK’s Voor de procesbegeleiding van ICT hebben de AVK’s een nascholing “procesbegeleiding ICT” gevolgd. Werkvormen en werkwijze voor ICT Hierbij wordt de handleiding ICT en intervisie van de BAV gehanteerd. Certificatie van ICT Deelnemers beschikken over een bewijs van deelname van de ICT bijeenkomsten. Ten behoeve van de certificatie van de arboverpleegkundigen, dient de volgende documentatie bij een aanvraag aan de certificatiecommissie te worden aangeleverd: Overzicht van de ICT bijeenkomsten; Wie heeft er aan deelgenomen; Welke onderwerpen zijn er aan de orde geweest; Verslaglegging van ingebrachte onderwerpen en gehanteerde methodieken; Welke verbeteringsvoorstellen zijn geformuleerd. Condities voor intervisie Intervisie begint bij door professionals persoonlijk ondervonden en gepresenteerde werkproblemen en draagt bij tot de vorming van “lerende professionals”. Intervisie wordt omschreven als “collegiale” ondersteuning met betrekking tot advisering bij werkproblemen in een leergroep bestaande uit gelijken die binnen een vastgestelde structuur tot inzichten en oplossingen tracht te komen in een zelfsturend en op reflectie gericht leerproces. Het accent bij intervisie ligt op het persoonlijk functioneren van de professional in de eigen werkomgeving, inclusief de invloed van de eigen dienst op dat functioneren. Of de professional zijn handelen op basis van de intervisie ook daadwerkelijk verbetert, is en blijft ter beoordeling van de professional zelf. De resultaten van de intervisie blijven binnen de groep. Tijdsinvestering Minimaal viermaal per jaar, afhankelijk van de setting waarin de arboverpleegkundige werkzaam is.
Certificatieschema Arboverpleegkundige versie 1.0 d.d. 19-11-2009
Pagina 38 van 39
Aantal deelnemers Het aantal deelnemers is minimaal 4 en maximaal 10. Monodisciplinair of multidisciplinair Intervisie vindt plaats in multidisciplinair verband. Het betreft immers werkproblemen het uitgangspunt is dat de AVK altijd in multidisciplinair teamverband werkzaam is.
waarbij
Procesbegeleiding door AVK’s Indien de procesbegeleiding van intervisie door AVK’s plaats vindt heeft de AVK een nascholing ‘’procesbegeleiding intervisie ‘’ gevolgd. Werkvormen en werkwijze voor intervisie Hierbij wordt de handleiding ICT en intervisie van de BAV gehanteerd. Certificatie van intervisie Ten behoeve van de certificatie van arboverpleegkunden dient de volgende documentatie bij een aanvraag certificatie aan de certificatiecommissie te worden aangeleverd: - Overzicht van de intervisie bijeenkomsten; - Wie heeft er aan deelgenomen; - Verslaglegging van de bijeenkomst waarin opgenomen de ingebrachte onderwerpen en de gehanteerde methodieken.
Certificatieschema Arboverpleegkundige versie 1.0 d.d. 19-11-2009
Pagina 39 van 39