B&W besluit Publicatie Onderwerp aanwijzingsbesluiten Parkeerexcessen op grond van herziene APV
Bestuurlijk behandelvoorstel (2013/478103) VVH/VH
Collegebesluit 1. Het college stelt het aanwijzingsbesluit "Kampeermiddelen, aanhangers e.a." als bedoeld in artikel 5:6 eerste lid onder a van de Algemene plaatselijke verordening vast (bijlage A); 2. Het college stelt het aanwijzingsbesluit "Parkeren grote voertuigen" als bedoeld in artikel 5:8 lid 1 en lid 2 van de Algemene Plaatselijke Verordening vast (bijlage B); 3. Dit besluit heeft geen financiële consequenties;
Auteur: Roos, K. Email:
[email protected] Telefoonnr 023-5114607
Samenvatting/Doel/grond besluit
B&W vergadering
Op grond van de Algemene plaatselijke verordening (APV) is het college bevoegd om aanwijzingsbesluiten ten aanzien van parkeerexcessen te nemen.
Vergadering BenW d.d. 26-11-2013
Bijlagen
Collegebesluit Onderwerp: aanwijzingsbesluiten Parkeerexcessen op grond van herziene APV BBV nr: 2013/478103 1. Inleiding Met de herziening van de APV zijn enkele bepalingen die betrekking hebben op parkeerexcessen zodanig veranderd dat er aanwijzingsbesluiten nodig zijn om goed te kunnen handhaven. De raad heeft het college de bevoegdheid gegeven om deze aanwijzingsbesluiten te nemen. In het onderhavige besluit worden twee aanwijzingsbesluiten genomen. De ene betreft het aanwijzen van plekken waar grote voertuigen mogen staan; de andere betreft de inperking van de mogelijkheid om aanhangers, campers , caravans en dergelijke op de openbare weg te stallen. Beide aanwijzingsbesluiten waren ook al op grond van de vorige APV van kracht, alleen met de nieuwe besluiten wordt aangesloten op de nieuwe tekst van de APV. 2. Besluitpunten college 1. Het college stelt het aanwijzingsbesluit “Kampeermiddelen, aanhangers e.a.” als bedoeld in artikel 5:6 eerste lid onder a van de Algemene plaatselijke verordening vast (bijlage A); 2. Het college stelt het aanwijzingsbesluit “Parkeren grote voertuigen” als bedoeld in artikel 5:8 lid 1 en lid 2 van de Algemene Plaatselijke Verordening vast (bijlage B); 3. Dit besluit heeft geen financiële consequenties; 3. Beoogd resultaat Met dit voorstel wordt beoogd op te kunnen treden tegen parkeerexcessen zoals het langdurig stallen van de aanhangers, campers, caravans en dergelijke op de openbare weg en het parkeren van grote voertuigen in de stad. Het bestaande beleid wordt hiermee herbevestigd. 4. Argumenten Om parkeerexcessen tegen te gaan is nadere regelgeving nodig Met de herziening van de APV is voor een aantal parkeerexcessen een bevoegdheid van het college in het leven geroepen, om plekken aan te wijzen waar het college van oordeel is dat de genoemde excessen niet wenselijk zijn. Met deze aanwijzingsbesluiten geeft het college invulling aan die bevoegdheid. Overlast aanhangers, campers en caravans tegengaan vanwege schaarse parkeerruimte en uiterlijk aanzien van de gemeente Op grond van artikel 5:6 APV kan het college de weg aanwijzen waar het niet is toegestaan om langer dan drie achtereenvolgende dagen een camper, caravan, kampeerwagen of aanhanger te plaatsen. In de oude APV waren alle binnen de gemeentegrenzen gelegen wegen aangewezen. Ook nu wijst het college alle wegen aan. Het artikel beoogt op te kunnen treden tegen het langdurig stallen van de genoemde voertuigen op de openbare weg. In het algemeen wordt ervan uitgegaan dat voertuigen zoals campers en caravans voor recreatiedoeleinden drie dagen voor vertrek en na aankomst bij de woning moeten kunnen parkeren. Ook het gedurende lange tijd stallen van andersoortige voertuigen kan op grond van dit aanwijzingsbesluit worden voorkomen. Met de zinsnede “een voertuig dat ….anderszins voor andere dan verkeersdoeleinden wordt gebruikt” is beoogd aan te geven dat alle soorten (aanhang) wagens en voertuigen, die niet ‘dagelijks’
2013/478103 aanwijzingsbesluiten Parkeerexcessen op grond van herziene APV 2 worden gebruikt als vervoermiddel onder deze bepaling kunnen vallen. Onder deze bepaling vallen in ieder geval: caravans, campers, kampeerwagens, aanhangwagens, magazijnwagens, keetwagens e.d. op de weg. Het verplaatsen van het voertuig nadat het drie dagen op een weg in de gemeente heeft gestaan naar een andere weg binnen de gemeente heeft niet tot gevolg dat er een nieuwe termijn van drie dagen gaat lopen. De term ‘drie achtereenvolgende dagen’ geeft aan dat dit artikel ook betrekking heeft op situaties waarbij voertuigen tijdelijk elders worden geplaatst, maar binnen drie dagen weer terug worden gezet. Het excessieve van het hier bedoelde parkeren is in de eerste plaats gelegen in het buitensporige gebruik van parkeerruimte dat daarmee gepaard gaat. Daarnaast is dat het ontsieren van het uiterlijk aanzien van de gemeente door het gedurende langere tijd plaatsen van dergelijke voertuigen. Het plaatsen of hebben gedurende ten hoogste drie (achtereenvolgende) dagen wordt niet verboden, opdat de betrokkene de gelegenheid zal hebben zijn kampeerwagen, caravan of camper voor een te ondernemen reis gereed te maken, respectievelijk na de reis op te ruimen. Op grond van lid 2 van artikel 5:6 APV kan ontheffing van dit verbod worden verleend, bijvoorbeeld ten behoeve van het uitvoeren van werkzaamheden door bedrijven waarbij voertuigen (aanhangers, keetwagens en dergelijke) langere tijd moeten worden geparkeerd.
Overlast vrachtwagens in woonwijken wordt tegengegaan Het oogmerk van dit verbod is de bescherming van het uiterlijk aanzien van de gemeente. Daarnaast kan het college op grond van het tweede lid van artikel 5:8 APV wegen aanwijzen waar het verboden s met grote voertuigen te parkeren vanwege de schaarse parkeerruimte. Beide aanwijzingsbevoegdheden zijn gevat in één aanwijzingsbesluit, omdat het parkeren van grote voertuigen zowel het uiterlijk aanzien in de stad aantast en schaarse parkeerruimte bezet houdt. Het bestaande beleid in Haarlem was gebaseerd op de vorige APV. Dit beleid blijft onveranderd. Dit betekent dat in de gehele stad het parkeren van vrachtwagens niet is toegestaan, behalve in de genoemde straten en gebieden. Zo is het in de Waarderpolder wel toegestaan om met vrachtwagens en andere grote voertuigen te parkeren. Per locatie staat aangegeven hoeveel plekken voor vrachtwagens maximaal beschikbaar zijn. De locaties zijn op een kaartje weergegeven.
5. Kanttekeningen Handhaving via Informatie gestuurd handhaven Met deze aanwijzingsbesluiten is de grondslag om handhavend te kunnen optreden geregeld. Dit betekent niet dat er constant opgetreden wordt. Handhaving vindt plaats aan de hand van Informatie gestuurd handhaven. De handhavers reageren daarbij op klachten, meldingen en signalen uit de wijken. Daarbij wordt tevens een afweging gemaakt voor wat betreft de inzet van handhavers in relatie tot andere prioriteiten. 6. Uitvoering Het besluit treedt de dag na publicatie in werking. De handhaving van het artikel zal eerst door middel van communicatie en waarschuwen gaan en op een later moment daadwerkelijk uitoefenen van bestuurlijke handhavingsmiddelen zoals opleggen van dwangsommen, of uitoefenen van bestuursdwang.
2013/478103 aanwijzingsbesluiten Parkeerexcessen op grond van herziene APV 3
7. Bijlagen Bijlage A. Aanwijzingsbesluit op grond an artikel 5:6 lid 1 onder a van de APV Bijlage B. Aanwijzingsbesluit op grond van artikel 5:8 lid 1 en lid 2 van de APV
Het college van burgemeester en wethouders,
de secretaris
de burgemeester
AANWIJZINGSBESLUIT Kampeermiddelen, aanhangers e.a. OP GROND VAN ARTIKEL 5:6 LID 1 ONDER A VAN DE ALGEMENE PLAATSELIJKE VERORDENING
Het college van burgemeester en wethouders van Haarlem, gelet op het bepaalde in artikel 5:6 lid 1 onder a en b van de Algemene Plaatselijke Verordening, gelet op het feit dat het wenselijk is op te treden tegen langdurig stallen van kampeermiddelen en andere voertuigen die niet voor verkeersdoeleinden zijn bestemd vanwege de schaarse parkeerruimte en het uiterlijk aanzien van de gemeente,
Besluit: Artikel 1. Als weg als bedoeld in artikel 5:6 eerste lid onder a van de Algemene plaatselijke verordening worden alle wegen binnen de gemeentegrenzen van de gemeente Haarlem aangewezen.
Artikel 2. Dit besluit wordt aangehaald als Aanwijzingsbesluit Kampeermiddelen, aanhangers e.a. en treedt de dag na publicatie in werking.
Secretaris,
Datum,
Burgemeester,
Toelichting Op grond van het eerste lid onder a van artikel 5:6 APV kan het college de weg aanwijzen waar het niet is toegestaan om langer dan drie achtereenvolgende dagen een camper, caravan, kampeerwagen of aanhanger te plaatsen. In de oude APV waren alle binnen de gemeentegrenzen gelegen wegen aangewezen. Ook nu wijst het college alle wegen aan. Het artikel beoogt op te kunnen treden tegen het langdurig stallen van de genoemde voertuigen op de openbare weg. In het algemeen wordt ervan uitgegaan dat voertuigen voor recreatiedoeleinden drie dagen voor vertrek en na aankomst bij de woning moeten kunnen parkeren. Ook het gedurende lange tijd stallen van andersoortige voertuigen kan op grond van dit aanwijzingsbesluit worden voorkomen. Met de zinsnede ‘een voertuig dat ….anderszins voor andere dan verkeersdoeleinden wordt gebruikt” is beoogd aan te geven dat alle soorten (aanhang) wagens en voertuigen, die niet ‘dagelijks’ worden gebruikt als vervoermiddel onder deze bepaling kunnen vallen. Onder deze bepaling vallen in ieder geval: caravans, campers, kampeerwagens, aanhangwagens, magazijnwagens, keetwagens e.d. op de weg. Het verplaatsen van het voertuig nadat het drie dagen op een weg in de gemeente heeft gestaan naar een andere weg binnen de gemeente heeft niet tot gevolg dat er een nieuwe termijn van drie dagen gaat lopen. De term ‘drie achtereenvolgende dagen’ geeft aan dat dit artikel ook betrekking heeft op situaties waarbij voertuigen tijdelijk elders worden geplaatst, maar binnen drie dagen weer terug worden gezet. Het excessieve van het hier bedoelde parkeren is in de eerste plaats gelegen in het buitensporige gebruik van parkeerruimte dat daarmee gepaard gaat. Daarnaast is dat het ontsieren van het uiterlijk aanzien van de gemeente door het gedurende langere tijd plaatsen van dergtelijek voertuigen. Het plaatsen of hebben gedurende ten hoogste drie (achtereenvolgende) dagen wordt niet verboden, opdat de betrokkene de gelegenheid zal hebben zijn kampeerwagen, caravan of camper voor een te ondernemen reis gereed te maken, respectievelijk na de reis op te ruimen. Op grond van lid 2 kan ontheffing van dit verbod worden verleend, bijvoorbeeld ten behoeve van het uitvoeren van werkzaamheden door bedrijven waarbij voertuigen (aanhangers, keetwagens en dergelijke) langere tijd moeten worden geparkeerd.
AANWIJZINGSBESLUIT Parkeren grote voertuigen OP GROND VAN ARTIKEL 5:8 LID 1 en lid 2 VAN DE ALGEMENE PLAATSELIJKE VERORDENING
Het college van burgemeester en wethouders van Haarlem, gelet op het bepaalde in artikel 5:8 lid 1 en lid 2 van de Algemene Plaatselijke Verordening, gelet op het feit dat het wenselijk is op te treden tegen het stallen grote voertuigen vanwege de schaarse parkeerruimte en het uiterlijk aanzien van de gemeente,
Besluit: Artikel 1. Als plaats als bedoeld in artikel 5:8 eerste lid en als weg als bedoeld in artikel 5:8 tweede lid van de Algemene plaatselijke verordening worden alle plaatsen en wegen binnen de gemeentegrenzen van de gemeente Haarlem aangewezen, met uitzondering van de volgende wegen en gebieden, voorzover het genoemde aantal plaatsen niet wordt overschreden: Nr. Straat / Gebied Aantal plaatsen 1. Vlietweg, parkeerterrein 7 2. Vergierdeweg vervallen 3. Planetenlaan; achter pompstation 2 4. Parallelweg Delftlaan tussen Mr Jan 10 Gerritszlaan en Jan Gijzenkade 5. IJsbaanlaan (parkeerterrein) 17 6. Ter Spijtstraat 9 7. Spaarndamseweg vervallen 8. Werfstraat 8 9. Waarderpoldergebied (industrieterrein) 10. Papentorenvest 6 11. Surinameweg 7 12. Frankrijklaan 5 13. Antillenweg 4 14. Rutherfordstraat 14 15. .s-Gravesandeweg 11 16. Munterslaan 2 17. Amelandstraat 2
Artikel 2. Dit besluit wordt aangehaald als Aanwijzingsbesluit parkeren grote voertuigen en treedt de dag na publicatie in werking.
Secretaris,
Datum,
Burgemeester,
Toelichting Op grond van het eerste lid van artikel 5:8 APV kan het college de plaatsen aanwijzen waar het niet is toegestaan om met grote voertuigen te parkeren. Het oogmerk van dit verbod is de bescherming van het uiterlijk aanzien van de gemeente. Daarnaast kan het college op grond van het tweede lid van artikel 5:8 APV wegen aanwijzen waar het verboden is met grote voertuigen te parkeren vanwege de schaarse parkeerruimte. Beide aanwijzingsbevoegdheden zijn gevat in één aanwijzingsbesluit. Het bestaande beleid in Haarlem was gebaseerd op de vorige APV. Dit beleid blijft onveranderd. In de gehele stad is het parkeren van vrachtwagens niet toegestaan, behalve in de genoemde straten. Per straat staat aangegeven hoeveel plekken voor vrachtwagens maximaal beschikbaar zijn. Bij het besluit is een kaart gevoegd waarop de betreffende plaatsen zijn aangegeven.