BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK PARLEMENT PARLEMENT DE LA RÉGION DE BRUXELLES-CAPITALE. Séance plénière du. Plenaire vergadering van VRIJDAG 17 JULI 2009

I.V. Nr. 5 – Gewone zitting 2009

C.R.I. N° 5 – Session ordinaire 2009

BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK PARLEMENT

PARLEMENT DE LA RÉGION DE BRUXELLES-CAPITALE

_____

_____

Integraal verslag

Compte rendu intégral

_____

_____

Plenaire vergadering van

Séance plénière du

VRIJDAG 17 JULI 2009

VENDREDI 17 JUILLET 2009

(Namiddagvergadering)

(Séance de l’après-midi)

_____

_____

Het Integraal verslag bevat de integrale tekst van de redevoeringen in de oorspronkelijke taal. Deze tekst werd goedgekeurd door de sprekers. De vertaling - cursief gedrukt - verschijnt onder de verantwoordelijkheid van de dienst verslaggeving. Van lange uiteenzettingen is de vertaling een samenvatting.

Le Compte rendu intégral contient le texte intégral des discours dans la langue originale. Ce texte a été approuvé par les orateurs. Les traductions - imprimées en italique sont publiées sous la responsabilité du service des comptes rendus. Pour les interventions longues, la traduction est un résumé.

3

(G.Z. 2009) – Nr. 5 Namiddagvergadering

17-07-2009

INHOUD

N° 5 – (S.O. 2009) Séance de l’après-midi

SOMMAIRE

INSTALLATIE EN EEDAFLEGGINGVAN EEN LID VAN HET PARLEMENT TER VERVANGING VAN EEN MINISTER VAN DE REGERING VAN DE FRANSE GEMEENSCHAP

4

INSTALLATION ET PRESTATION DE SERMENT D'UN MEMBRE DU PARLEMENT EN REMPLACEMENT D'UN MINISTRE DU GOUVERNEMENT DE LA COMMUNAUTÉ FRANÇAISE

4

INSTALLATIE EN EEDAFLEGGING VAN LEDEN VAN HET PARLEMENT TER VERVANGING VAN TWEE MINISTERS EN EEN STAATSSECRETARIS VAN DE FEDERALE REGERING

5

INSTALLATION ET PRESTATION DE SERMENT DE MEMBRES DU PARLEMENT EN REMPLACEMENT DE DEUX MINISTRES ET D'UN SECRÉTAIRE D'ÉTAT DU GOUVERNEMENT FÉDÉRAL

5

ORDEMOTIE

7

MOTION D'ORDRE

7

SAMENSTELLING VAN HET BUREAU

7

COMPOSITION DU BUREAU

7

BESPREKING VAN DE REGERINGSVERKLARING Voortzetting van de bespreking – Sprekers: de heer René Coppens, de heer Vincent De Wolf, de heer Jef Van Damme, mevrouw Els Ampe, de heer Olivier de Clippele, mevrouw Céline Fremault, mevrouw Françoise Bertieaux, mevrouw Jacqueline Rousseaux, de heer Hamza Fassi-Fihri, mevrouw Sophie Brouhon, mevrouw Cécile Jodogne, mevrouw Danielle Caron, de heer Charles Picqué, minister-president, de heer Eric Tomas, mevrouw Elke Roex, de heer André du Bus de Warnaffe, de heer Didier Gosuin, mevrouw Françoise Dupuis, voorzitter, de heer Yaron Pesztat, de heer Rudi Vervoort.

DISCUSSION DE LA DÉCLARATION GOUVERNEMENTALE 7

Poursuite de la discussion – Orateurs : M. René Coppens, M. Vincent De Wolf, M. Jef Van Damme, Mme Els Ampe, M. Olivier de Clippele, Mme Céline Fremault, Mme Françoise Bertieaux, Mme Jacqueline Rousseaux, M. Hamza Fassi-Fihri, Mme Sophie Brouhon, Mme Cécile Jodogne, Mme Danielle Caron, M. Charles Picqué, ministreprésident, M. Eric Tomas, Mme Elke Roex, M. André du Bus de Warnaffe, M. Didier Gosuin, Mme Françoise Dupuis, présidente, M. Yaron Pesztat, M. Rudi Vervoort.

7

___________________________________________________________________________________________________________ Brussels Hoofdstedelijk Parlement – Plenaire vergadering – Integraal verslag Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – Séance plénière – Compte rendu intégral


17-07-2009


4

VOORZITTERSCHAP: MEVROUW FRANÇOISE DUPUIS, VOORZITTER. PRÉSIDENCE : MME FRANÇOISE DUPUIS, PRÉSIDENTE. _____

- De vergadering wordt geopend om 14.21 uur.

- La séance est ouverte à 14h21.

Mevrouw de voorzitter.- Gelieve mij voor de vertraging te willen verontschuldigen, maar het Bureau diende eerst nog te vergaderen om de goede werking van deze instelling te verzekeren.

Mme la présidente.- Excusez-nous de vous avoir fait attendre, mais nous avons tenu à nous réunir en Bureau pour la bonne gestion de l'institution. C'était nécessaire, étant donné la période dont nous sortons et celle dans laquelle nous entrons. Nous avons procédé avec la plus grande diligence et, me semblet-il, en bonne harmonie.

INSTALLATIE EN EEDAFLEGGINGVAN EEN LID VAN HET PARLEMENT TER VERVANGING VAN EEN MINISTER VAN DE REGERING VAN DE FRANSE GEMEENSCHAP

INSTALLATION ET PRESTATION DE SERMENT D'UN MEMBRE DU PARLEMENT EN REMPLACEMENT D'UN MINISTRE DU GOUVERNEMENT DE LA COMMUNAUTÉ FRANÇAISE

Toepassing van artikel 10bis, § 2, van de bijzondere wet van 12 januari 1989

Application de l'article 10bis, § 2, de la loi spéciale du 12 janvier 1989

Mevrouw de voorzitter.- Artikel 10bis, § 2, van de bijzondere wet van 12 januari 1989 met betrekking tot de Brusselse instellingen, zoals gewijzigd bij de bijzondere wet van 13 juli 2001 luidt : "Het lid van het parlement dat tot lid van de Vlaamse regering of van de regering van de Franse Gemeenschap is gekozen houdt onmiddellijk op zitting te hebben en neemt zijn mandaat opnieuw op wanneer zijn ambt van lid van de regering eindigt. Hij wordt vervangen door de eerste opvolger van de lijst waarop hij gekozen is die in aanmerking komt."

Mme la présidente.- Avant de reprendre le fil de la discussion sur la déclaration gouvernementale, nous devons achever la mise en place de notre parlement. Comme vous le savez certainement, quelques décisions sont intervenues, dont certaines durant la nuit. Celles-ci affectent des membres de notre parlement.

Het parlement moet dus overgaan tot de installatie en de eedaflegging van een lid van het parlement ter vervanging van een lid van de Regering van de Franse Gemeenschap. Het betreft de heer Mohammadi Chahid, 4e opvolger van de PS-lijst, ter vervanging van mevrouw Fadila Laanan, minister van de Regering

L'article 10bis, § 2, de la loi spéciale du 12 janvier 1989 relative aux institutions bruxelloises, tel que modifié par la loi spéciale du 13 juillet 2001, dispose que : "Le membre du parlement qui a été élu en qualité de membre du gouvernement flamand ou du gouvernement de la Communauté française, cesse immédiatement de siéger et reprend son mandat lorsque ses fonctions de membre du gouvernement prennent fin. Il est remplacé par le premier suppléant en ordre utile de la liste sur laquelle il a été élu." Le parlement doit donc procéder à l'installation et à

________________________________________________________________________________________________________________________

Brussels Hoofdstedelijk Parlement – Plenaire vergadering – Integraal verslag Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – Séance plénière – Compte rendu intégral

5


17-07-2009

van de Franse Gemeenschap. De geloofsbrieven van dit lid werden reeds onderzocht tijdens de plenaire vergadering van 23 juni 2009. Het lid heeft reeds de grondwettelijke eed afgelegd tijdens deze vergadering.

(De heer Mohammadi Chahid wordt geïnstalleerd als lid van het parlement ter vervanging van een minister van de regering van de Franse Gemeenschap)


la prestation de serment d'un membre du parlement en remplacement d'un ministre du gouvernement de la Communauté française. Il s'agit de M. Mohammadi Chahid, 4e suppléant de la liste PS, en remplacement de Mme Fadila Laanan, ministre du gouvernement de la Communauté française. Les pouvoirs de ce membre ont été vérifiés lors de la séance plénière du 23 juin 2009. Il a déjà prêté le serment constitutionnel lors de cette même séance.

(Applaus) (M. Mohammadi Chahid est installé comme membre du parlement en remplacement d'un ministre du gouvernement de la Communauté française) (Applaudissements)

INSTALLATIE EN EEDAFLEGGING VAN LEDEN VAN HET PARLEMENT TER VERVANGING VAN TWEE MINISTERS EN EEN STAATSSECRETARIS VAN DE FEDERALE REGERING

INSTALLATION ET PRESTATION DE SERMENT DE MEMBRES DU PARLEMENT EN REMPLACEMENT DE DEUX MINISTRES ET D'UN SECRÉTAIRE D'ÉTAT DU GOUVERNEMENT FÉDÉRAL

Toepassing van artikel 12, § 3, van de bijzondere wet van 12 januari 1989

Application de l'article 12, § 3, de la loi spéciale du 12 janvier 1989

Mevrouw de voorzitter.- Ik deel u de benoeming mee van de heren Guy Vanhengel en Steven Vanackere in de hoedanigheid van ministers van de federale regering en van de heer Bernard Clerfayt in de hoedanigheid van staatssecretaris van de federale regering. Deze benoemingen werden gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad van 17 juli 2009.

Mme la présidente.- Je vous fais part de la nomination de MM. Guy Vanhengel et Steven Vanackere en qualité de ministres du gouvernement fédéral et de M. Bernard Clerfayt en qualité de secrétaire d'Etat du gouvernement fédéral. Ces nominations ont été publiées au Moniteur du 17 juillet.

Artikel 12, § 3, van de bijzondere wet van 12 januari 1989 met betrekking tot de Brusselse instellingen, zoals gewijzigd bij de bijzondere wet van 13 juli 2001 luidt : "Een lid van het parlement dat door de Koning tot federaal minister of staatssecretaris is benoemd, houdt onmiddellijk op zitting te hebben en neemt zijn mandaat weer op wanneer de Koning een einde heeft gemaakt aan

L'article 12, § 3, de la loi spéciale du 12 janvier 1989 relative aux institutions bruxelloises, tel que modifié par la loi spéciale du 13 juillet 2001, dispose que: "Le membre du parlement nommé par le Roi en qualité de ministre ou de secrétaire d'Etat fédéral, cesse immédiatement de siéger et reprend son mandat lorsqu'il a été mis fin par le Roi à ses fonctions de ministre ou de secrétaire d'Etat. Il est



17-07-2009


6

zijn ambt van minister of staatssecretaris. Hij wordt vervangen door de eerst in aanmerking komende opvolger van de lijst waarop hij gekozen is.".

remplacé par le premier suppléant en ordre utile de la liste sur laquelle il a été élu.".

Het parlement moet dus overgaan tot de installatie en de eedaflegging van drie leden van het parlement ter vervanging van twee ministers en een staatssecretaris van de federale regering.

Le parlement doit donc procéder à l'installation et à la prestation de serment de trois membres du parlement en remplacement de deux ministres et d'un secrétaire d'Etat du gouvernement fédéral.

Het betreft de heer Herman Mennekens, 2e opvolger van de Open VLD-lijst, ter vervanging van de heer Guy Vanhengel.

Il s'agit de M. Herman Mennekens, 2e suppléant de la liste Open VLD, en remplacement de M. Guy Vanhengel.

Het betreft mevrouw Bianca Debaets, 3e opvolger van de CD&V-lijst, ter vervanging van de heer Steven Vanackere, aangezien de heer Paul Delva, 2e opvolger van de CD&V-lijst, de eed heeft afgelegd in het Vlaams Parlement op 13 juli 2009, en bij brief van 14 juli 2009 medegedeeld heeft te verzaken aan zijn mandaat van opvolger in het Brussels Parlement.

Il s'agit de Mme Bianca Debaets, 3e suppléante de la liste CD&V, en remplacement de M. Steven Vanackere, étant donné que M. Paul Delva, 2e suppléant de la liste CD&V, a prêté serment au parlement flamand le 13 juillet 2009, et a fait savoir, par lettre du 14 juillet 2009, qu'il renonce à son mandat de suppléant au parlement bruxellois.

Het betreft de heer Gaëtan Van Goidsenhoven, 4e opvolger van de MR-lijst, ter vervanging van de heer Bernard Clerfayt.

Il s'agit de M. Gaëtan Van Goidsenhoven, 4e suppléant de la liste MR, en remplacement de M. Bernard Clerfayt.

De geloofsbrieven van mevrouw Bianca Debaets werden tijdens de plenaire vergadering van heden onderzocht en die van de heer Herman Mennekens en de heer Gaëtan Van Goidsenhoven werden tijdens de plenaire vergadering van 23 juni 2009 onderzocht. Ik nodig de leden van de Nederlandse taalgroep de grondwettelijke eed af te leggen als volgt: "Ik zweer de Grondwet na te leven" en het lid van de Franse taalgroep uit de grondwettelijke eed af te leggen als volgt: "Je jure d'observer la Constitution".

Les pouvoirs de Mme Bianca Debaets ont été vérifiés lors de la séance plénière du 16 juillet 2009 et ceux de MM. Herman Mennekens et Gaëtan Van Goidsenhoven ont été vérifiés lors de la séance plénière du 23 juin 2009. J'invite les membres du groupe linguistique néerlandais à prêter le serment constitutionnel dans les termes suivants : "Ik zweer de Grondwet na te leven" et le membre du groupe linguistique français à prêter le serment constitutionnel dans les termes suivants : "Je jure d'observer la Constitution".

De navolgende leden leggen de grondwettelijke eed af:

Les membres prêtent successivement le serment constitutionnel :

De heer Herman Mennekens (N), mevrouw Bianca Debaets (N), de heer Gaëtan Van Goidsenhoven (F).

M. Herman Mennekens (N), Mme Bianca Debaets (N), M. Gaëtan Van Goidsenhoven (F).

(Applaudissements) (Applaus)

________________________________________________________________________________________________________________________


7


17-07-2009


ORDEMOTIE

MOTION D'ORDRE

Mevrouw de voorzitter.- De heer Coppens heeft het woord voor een ordemotie.

Mme la présidente.- La parole est à M. Coppens pour une motion d'ordre.

De heer René Coppens.- Bij ordemotie verzoekt onze fractie een nieuw punt aan de agenda toe te voegen: de samenstelling van het Bureau.

M. René Coppens (en néerlandais).- Par motion d'ordre, notre groupe sollicite l'ajout d'un nouveau point à l'ordre du jour : la composition du Bureau.

Mevrouw de voorzitter.- Zijn er opmerkingen?

Mme la présidente.- Pas d'objection ?

(Neen)

(Non)

Aldus is beslist.

Il en sera ainsi.

SAMENSTELLING VAN HET BUREAU

COMPOSITION DU BUREAU

Mevrouw de voorzitter.- De heer Coppens heeft het woord.

Mme la présidente.- La parole est à M. Coppens.

De heer René Coppens.- Onze fractie zou graag mevrouw Carla Dejonghe als tiende secretaris van het Bureau vervangen door de heer Herman Mennekens. Wij danken u bij voorbaat voor uw begrip.

M. René Coppens (en néerlandais).- Notre groupe souhaiterait remplacer Mme Carla Dejonghe par M. Herman Mennekens au dixième mandat de secrétaire du Bureau.

Mevrouw de voorzitter.- Zijn er opmerkingen?

Mme la présidente.- Pas d'observation ?

(Neen)

(Non)

Het voorstel is aangenomen. De heer Herman Mennekens wordt benoemd tot tiende secretaris van het Bureau.

M. Herman Mennekens est élu au dixième mandat de secrétaire du parlement de la Région de Bruxelles-Capitale.

BESPREKING VAN DE REGERINGSVERKLARING

DISCUSSION DE LA DÉCLARATION GOUVERNEMENTALE

Voortzetting

Poursuite

Mevrouw de voorzitter.- De heer De Wolf heeft het woord.

Mme la présidente.- La parole est à M. De Wolf.



17-07-2009

De heer Vincent De Wolf (in het Frans).Mevrouw de voorzitter, de politiek duwt ons soms in een vreemde rol. Toen ik met u de degens kruiste in de commissie Huisvesting, had ik nooit durven dromen dat u voorzitter van het parlement zou worden. Ik zal op mijn woorden letten en feliciteer u oprecht met uw benoeming. (Gelach)

Mijnheer de minister-president, ik wens u ook te feliciteren. U weet dat ik u waardeer, ongeacht onze politieke meningsverschillen. De fractieleiders van de meerderheidspartijen hebben hun steun betuigd aan de nieuwe regering, die eigenlijk ongeveer dezelfde is als de vorige. Als ik uw regeringsverklaring bekijk, heb ik de indruk dat ze bijna niet van de vorige verschilt. U hebt alleen hier en daar het woord "duurzaam" toegevoegd. De tekst is dermate lyrisch dat de regeringsverklaring wel een opera lijkt. Ik zal eerst enkele algemene vaststellingen verwoorden en vervolgens kritiek uiten op afzonderlijke beleidsdomeinen. De tekst staat vol vage algemeenheden. Nergens worden de kosten berekend, prioriteiten bepaald of een planning beschreven. U wilt een metrolijn naar Ukkel aanleggen, maar wacht daarvoor op geld van de federale overheid. U wilt het openbaar vervoer gratis maken voor jongeren, maar vadertje staat moet voor de poen zorgen. Ook voor overstapparkings wacht de regering op geld. Het is goed dat er publiek-private samenwerkingsvormen op touw worden gezet, maar waarom hebt u dat de afgelopen legislatuur geweigerd? De regeringsverklaring telt meer dan zestien plannen. U hebt de olijfboom geplant, maar zult u ook over de nodige middelen beschikken om die te laten bloeien? Laten we even naar de minpunten van de regeringsverklaring kijken. De heer De Lille heeft zich indertijd samen met de ECOLO-fractie van Brussel-Stad verzet tegen een handelscentrum op de Heizel. U herneemt nochtans dat idee, zonder de


8

M. Vincent De Wolf.- Mme la présidente, la politique nous fait parfois jouer des rôles bizarres. En effet, lorsque je croisais le fer avec vous en commission du Logement, je ne m'imaginais pas que j'allais maintenant prendre la parole sous votre autorité, avec votre souffle dans mon dos, et en devant risquer, comme disait la presse, de me faire mettre au coin, menotté, par les MP. Je vais faire attention à ce que je vais dire. Et je vous félicite bien sincèrement pour votre élection. (Rires) M. le ministre-président, je vous félicite de votre renomination et ce, à titre personnel. Vous savez que je vous apprécie, toute chose politique mise à part. L'honneur me revient donc de relancer le débat du deuxième tour, puisqu'on a entendu la longue litanie des chefs de groupe, qui, de manière lénifiante et rassurante pour la majorité, ont soutenu le gouvernement nouveau... qui est un peu l'ancien. Lorsqu'on découvre votre déclaration gouvernementale, on a l'impression que vous avez pris la même chose en y ajoutant du durable. Votre PRD, qui est un peu votre bébé, M. Picqué, est devenu le PRDD. Donc je me suis dit : Tiens, on a repeint Picqué en vert ! D'une manière souriante, je vous dirai que j'ai découvert votre texte un soir chez moi. Il y avait tellement de belles phrases, d'allégresse, de mots bien choisis, d'envolées lyriques, de perfection annoncée, que je me suis demandé pourquoi vous ne feriez pas un opéra de votre développement durable. Malheureusement, Pavarotti n'est plus parmi nous ! Plus sérieusement, mon intervention se développera en deux temps. Premièrement, je vous parlerai de quelques constats généraux. Puis j'aborderai, sur des points particuliers, ce que nous pensons notamment du logement, de la mobilité et de la gouvernance. Le flou, l'imprécision et les déclarations d'intentions sont à l'honneur. Je le souligne, même si cela a déjà été dit. Absence d'éléments budgétaires, de moyens, de priorités, de hiérarchisation et de calendrier. C'est un catalogue bon chic, bon genre. On veut étendre le métro vers Uccle, mais on attend l'argent de l'Etat fédéral. On veut instaurer la gratuité pour les jeunes dans les transports en commun, mais c'est l'échelon fédéral qui doit payer.

________________________________________________________________________________________________________________________


9


17-07-2009

gevolgen ervan te onderzoeken voor het project in Vilvoorde, terwijl dat al veel verder staat. U weet ook nog altijd niet waar het nieuwe voetbalstadion zal komen. U wacht op de resultaten van de studies en de financiële mogelijkheden. De luchthaven van Zaventem heeft al voor heel wat deining gezorgd. Niettemin stelt de regeringsverklaring dat deze luchthaven "iedereen" ten goede komt. Wij zullen daarom aandachtig volgen wat u ter zake zal ondernemen. Het verheugt ons dat de megalomane projecten van de heer Smet naar de prullenmand worden verwezen, zoals het openluchtzwembad langs het kanaal en de nieuwe kleur voor de taxi's. Inzake huisvesting zijn er een aantal positieve elementen, die wij zullen steunen. Wij zijn verheugd dat u het aanbod van aangepaste woningen voor personen met een beperkte mobiliteit zult vergroten en dat u een huurovereenkomst van bepaalde duur zult invoeren. Andere positieve maatregelen betreffen de energieprestatie van de sociale gebouwen. Bij de minst gefortuneerden is de energiefactuur nu immers vaak hoger dan de huurprijs. Wat de huurprijsregeling betreft, overweegt u financiële stimuli voor eigenaars die de sociale en ecologische doelstellingen naleven. Wij zullen erop toezien dat die niet worden omgevormd tot een belasting voor wie niet meewerkt. In Brussel rekenen heel wat kleine eigenaars die een tweede goed hebben gekocht, op een normale huurprijs om hun lening te kunnen terugbetalen. Een huurprijsregeling zou hen in de problemen kunnen brengen. Wij zullen erover waken dat zij niet worden gestraft. Wij mogen niet vergeten dat 50% van de Brusselse bevolking in een privéwoning leeft.

De Brusselse Bond voor het Recht op Wonen (BBRoW) had kritiek op de vederlichte huurtoelage van voormalig staatssecretaris Dupuis. De nieuwe regering doet het nog slechter. In de regeringsverklaring staat namelijk dat de invoering van een nieuwe huurtoelage afhankelijk zal zijn van de financiën van het Brussels Gewest. Als dat zo is, zal er niet veel van in huis komen. Er is nochtans nood aan een waaier van maatregelen om de woningnood aan te pakken, zoals sociale en middelgrote woningen, huurtoelagen en middelen voor de


J'avais interpellé M. Smet sur les parkings de dissuasion, ou les parcs relais, je vois qu'on veut maintenant les mettre en vigueur, mais, là aussi, on attend l'argent. Si nous sommes heureux de voir que vous engagez dans les PPP, je me demande pourquoi vous avez refusé pendant cinq ans de le faire, notamment dans le logement ? J'avais prévu d'évoquer vos nombreux plans et pactes. Didier Gosuin en a parlé, votre déclaration en prévoit plus de seize ! Vous aviez planifié de planter l'olivier, vous l'avez fait. Mais la question est de savoir s'il ne "plantera" pas en cours de législature, car nous ne voyons pas les moyens qui vous permettraient de le faire fructifier. La presse a d'ailleurs déjà estimé que vous l'aviez planté sur un sol aride... Signalons quelques points faibles. M. De Lille, avec le groupe ECOLO de Bruxelles-ville, avait contesté, à l'époque, l'implantation d'un centre commercial sur le plateau du Heysel. Vous reprenez pourtant cette idée, sans en examiner les conséquences sur le projet de Vilvorde, pourtant plus avancé. Malgré de multiples tergiversations, vous ignorez encore où sera implanté le nouveau stade de football. Vous dites attendre les résultats des études et les possibilités financières. Vous n'ignorez pas les nombreuses péripéties générées par l'aéroport. Les populations de WoluweSaint-Pierre, notamment, s'en souviennent. Or, à la page 40 de votre déclaration, vous affirmez que "Bruxelles-National est un aéroport bénéfique pour tous et toutes". Nous serons donc très attentifs à ce que vous ferez, ou ne ferez pas, en la matière. Nous sommes heureux de ce que les projets mégalomanes de M. Smet ont été abandonnés. La piscine prévue le long du canal ne sera pas construite, les taxis ne devront pas être repeints (comme l'ont été les bus et les trams, moins visibles qu'auparavant). En matière de logement, je relève des éléments positifs. Votre travail n'est pas totalement négatif, et nous en soutenons donc certains points. Premièrement, vous souhaitez développer l'offre de logements adaptés aux personnes à mobilité réduite. Mon groupe et moi-même vous avions interpellé à plusieurs reprises sur la question. Nous avions



17-07-2009

sociale verhuurkantoren. We zijn ook teleurgesteld dat de Abbeyfield-huizen, die veel succes kennen, niet worden vermeld in het regeerakkoord. U kondigt trots aan dat huurders meer inspraak zullen krijgen. Samen met de heer Vervoort heb ik aan de oprichting van de adviesraden voor huurders gewerkt, maar die functioneren niet bijster goed. In de tekst van het regeerakkoord staat letterlijk het volgende: "Om tegemoet te komen aan de stijgende vraag zal de regering de mogelijkheid onderzoeken om de kandidaat-kopers van woningen van de GOMB opnieuw de mogelijkheid te bieden om leningen van het Woningfonds te verkrijgen." Het is moeilijk om minder ver te gaan! De MR wil ook mensen met een middelgroot inkomen steunen die een woning willen kopen in Brussel. Sommige politici van de meerderheid dromen van een Brusselse woningmarkt die grotendeels in handen is van de overheid, maar dat vinden wij getuigen van een te verregaande collectiviseringsdrang. Enerzijds wil de regering de verkoop van woningen van de openbare vastgoedmaatschappijen opschorten, anderzijds zal de Brusselse Gewestelijke Huisvestingsmaatschappij (BGHM) energiezuinige woningen verkopen. Dat is voor ons nogal tegenstrijdig. Enige verduidelijking op dat vlak zou nuttig zijn. We hebben de ordonnantie inzake leegstaande gebouwen bestreden, omdat die geen duidelijk onderscheid maakt tussen leegstaande en verkrotte gebouwen. Verkrotting wil ook de MR tegengaan. Leegstand in het algemeen bestraffen, komt echter neer op een beperking van de individuele vrijheid. Iemand die een tweede woning in het buitenland bezit, moet het recht hebben om daar voor lange tijd verblijven. Dat de regering overeenkomsten wil uitwerken om gekraakte panden te "omkaderen" stelt ons niet gerust. Ik zie niet in hoe de regering krakers een wettelijk karakter kan bieden. U wilt de energieprestatie van de Brusselse huisvesting in kaart brengen. Dat is een goed idee, maar met welke middelen en wanneer? De regering belooft de productie van nieuwe woningen voort te zetten. Zo doet u uitschijnen dat


10

demandé qu'un système spécifique soit prévu pour l'attribution de logements aux personnes handicapées. Surtout, nous avions demandé que les logements sociaux libérés par des personnes handicapées soient réservés à d'autres présentant le même handicap. A l'époque, Mme Dupuis avait estimé que le problème était quantitativement si négligeable qu'il ne méritait pas de traitement particulier. Nous serons donc attentifs aux modalités de mise en oeuvre de votre projet. Nous sommes heureux de ce que vous instaurez le bail à durée déterminée. Toutefois, nous vous demandons de veiller également à garantir l'équité envers ceux qui sont déjà installés dans un logement social. D'autres mesures positives sont celles relatives à la performance énergétique des logements sociaux, qui visent à en réduire les charges. Nous savons en effet que, dans le cas de logements attribués aux plus démunis, le loyer est parfois inférieur ou égal aux charges. Quant à l'encadrement des loyers, M. Vervoort a rappelé que le logement est un droit constitutionnel et un besoin fondamental tellement prégnant qu'il ne peut être laissé à la seule loi du marché. Or, ditesvous, vous envisagez, pour les propriétaires qui respecteraient les objectifs sociaux et environnementaux, des incitants fiscaux. Nous veillerons à ce que ces derniers ne soient pas transformés en taxes pour ceux qui ne coopéreraient pas. Compte tenu de vos faibles moyens budgétaires, nous craignons en effet que vous ne remplaciez les investissements d'incitants en taxes. Dans notre Région, beaucoup de petits propriétaires ayant acheté un deuxième bien étaient prêts à rembourser leur emprunt sur la base d'un investissement privé et d'un loyer normal. L'encadrement des loyers pourrait les mettre en danger. Nous veillerons à ce qu'ils ne soient pas pénalisés. Je rappelle en effet qu'à Bruxelles, 50% de la population occupe des logements privés. Le Rassemblement bruxellois pour le droit à l'habitat (RDBH) avait dénoncé l'allocation-loyer de Mme Dupuis, aussi légère qu'une plume. Vous faites encore pire puisque, dans votre déclaration, vous osez écrire que l'instauration d'une nouvelle allocation-loyer sera conditionnée à l'état des finances régionales. On craint évidemment que les plus démunis ne reçoivent jamais rien ; s'ils doivent attendre des allocations des finances régionales, il n'y aura pas grand-chose. Et pourtant - on l'a dit

________________________________________________________________________________________________________________________


11


17-07-2009


de woningen die er tijdens de vorige zittingsperiode zijn bijgekomen, een groot deel van de Brusselse behoeften hebben kunnen invullen. Niets is minder waar. Sommige gemeenten hebben op zes jaar tijd meer woningen geproduceerd dan het gewest op vijf jaar tijd. Een deel van de doelstelling is gehaald. Maar 200 woningen van de beloofde 5.000 is wel erg weinig. Het zal niet moeilijk zijn om tijdens deze zittingsperiode een beter resultaat te halen.

souvent en commission du Logement - en matière en logement, il ne faut pas une solution univoque, mais une multiplicité de solutions : construire des logements sociaux et moyens, donner des allocations, aider les agences immobilières sociales (AIS). L'allocation-loyer, elle, semble malheureusement disparaître, alors que vous n'aviez déjà presque rien fait durant les cinq années précédentes.

U zegt dat u publiek-private samenwerkingen wilt aanmoedigen. Maar waarom hebt u dat in de afgelopen vijf jaar dan niet gedaan? Het recht van opstal is niet langer in uw beleid opgenomen, terwijl u naar eigen zeggen de aankoop van een eigen woonst wilt aanmoedigen.

En ce qui concerne les habitats intergénérationnels, nous sommes assez surpris et déçus de ce que, lorsque vous parlez de différentes initiatives, vous ne releviez pas les maisons Abbeyfield qui ont été installées dans une commune bruxelloise avec énormément de succès, et qui ont été visitées par la plupart des communes belges.

Op het vlak van de aankoopcoöperaties zullen we erop toezien dat de procedure rechtvaardig is. De heer de Clippele zal het met me eens zijn dat de Brusselaars, in verhouding tot de Vlamingen, overdreven hoge successierechten moeten betalen op de gezinswoning in geval van overlijden van hun partner. Het zou het gewest sieren die belasting te laten vallen. In uw beleidsverklaring zegt u dat een vermindering van de successierechten zal afhangen van een eventuele positieve ontwikkeling van de gewestelijke financiën. Een duidelijke belofte is dit dus allerminst. De opsplitsing van de bevoegdheid mobiliteit in zachte mobiliteit voor de heer De Lille en mobiliteit in het algemeen voor mevrouw Grouwels, is geen goede zaak. Het Brussels grondgebied is niet erg groot, maar de problemen zijn aanzienlijk. Het zou ons inziens makkelijker zijn om die op te lossen met een geïntegreerde aanpak. De heer Smet is er in zijn eentje niet in geslaagd, ik zie niet in hoe het beter kan gaan nu de bevoegdheid is gesplitst. Om de zachte mobiliteit en het openbaar vervoer te financieren, zoekt u bovendien geld op federaal niveau en bij de Europese Unie. Ik dacht dat u tijdens de regeringsonderhandelingen met iedereen had gesproken, zelfs met partijen die er een andere mening op na houden, maar ik lees in de pers dat Touring Wegenhulp niet werd gehoord. Wij hopen dat u dit euvel snel zult verhelpen. Het verheugt mijn fractie dat u eindelijk opnieuw aan de uitbreiding van de metro denkt. De stations die tijdens de vorige legislatuur werden ingehul-

Vous annoncez fièrement que la participation des locataires sera améliorée. J'avais participé, avec M. Vervoort, à la création des conseils consultatifs de locataires, qui ne fonctionnent pas très bien ; il faudra, ensemble, améliorer cette participation. En matière d'accès à la propriété, ce qui nous ennuie beaucoup, c'est que selon votre texte, qui est presque un modèle du genre, "pour répondre aux demandes accrues, le gouvernement étudiera la possibilité de réinstaurer la faculté pour les candidats acquéreurs de logement de bénéficier des prêts du Fonds du logement". Aller moins loin, c'est difficile ! Pour notre part, nous voulons aussi soutenir les personnes qui ont un revenu moyen et qui veulent acquérir un logement à Bruxelles. Mais cela, on ne le trouve pas dans votre déclaration. On y trouve par contre une contradiction à propos du moratoire sur la vente. Certains, dans votre majorité, ont le fantasme de voir les pouvoirs publics détenir en propriété la majorité des logements à Bruxelles, pour essayer de peser sur le marché. Cela nous paraît une vue collectiviste assez égarée. Vous instaurez un moratoire sur la vente des logements appartenant aux sociétés immobilières de service public (SISP) ; vous souhaitez une maîtrise foncière publique sur le logement et, parallèlement ; vous dites que la Société du logement de la Région de Bruxelles-Capitale (SLRB) mettra en vente des logements atteignant un haut taux de performance énergétique. Nous y voyons une contradiction et un éclaircissement serait donc utile. Vous savez que nous avons mené combat contre



17-07-2009

digd, waren nog een project van de heer Hasquin. De termijn tussen de aanvang en de voltooiing van een project is zeer lang. U belooft dat de overstappen vlot zullen verlopen, dat er een fysieke menselijke aanwezigheid in de stations zal zijn, dat het aanbod 's avonds zal worden uitgebreid en dat er modern, comfortabel en milieuvriendelijk rollend materieel zal worden aangekocht. U zegt echter niet wanneer, hoe, volgens welke planning en met welk geld. Wat het parkeerbeleid betreft, kondigt de regering trots aan dat er in de handelskernen progressieve tarieven zullen worden ingevoerd en dat het eerste kwartier gratis zal zijn om de rotatie te bevorderen. Dit systeem bestaat al tien jaar in sommige gemeenten! Wij hebben de parkeerordonnantie van de heer Smet bestreden, niet omwille van het principe, maar op grond van de manier waarop ze zou worden toegepast. Het deed ons plezier in uw verklaring te lezen dat u rekening zult houden met de specifieke kenmerken van de wijken. Hoe zult u dat evenwel concreet aanpakken? Zult u de gemeenten hierbij betrekken? Wat het goederenvervoer betreft, is het overduidelijk dat de toegang van vrachtwagens tot de stadscentra en de residentiële wijken beter moet worden geregeld, alsook de parkeermogelijkheden. Wij vragen u nogmaals om het gebruik van goederentrams te overwegen. Een dergelijk systeem wordt al met succes in Amsterdam toegepast. Het is niet alleen een milieuvriendelijke oplossing, maar ook een goedkope, aangezien er geen werken vereist zijn. Met betrekking tot de verkeersveiligheid moet er een programma worden opgesteld samen met de verenigingen, de scholen, de gemeenschappen en het BIVV. Wij mogen ook de gemeenten niet vergeten, die nog de politiebevoegdheid uitoefenen en een grote terreinkennis hebben. De manier waarop u de doelstellingen van het GPDO beschrijft is zo lyrisch dat ik u aanraad die te herlezen wanneer u depressief bent. Wij zouden er zelfs een opera van kunnen maken. Wij hebben in commissie vaak gedebatteerd over de rehabilitatie van de woningen boven de handelszaken. Mijn fractie heeft meermaals voorgesteld om


12

l'exécution de l'ordonnance sur les bâtiments inoccupés. En effet, selon nous, vous avez trompé le public en parlant d'inoccupé : vous les avez mélangés avec les immeubles à l'abandon. Nous sommes les premiers à poursuivre les immeubles à l'abandon, mais pas les inoccupés tels que définis : voilà qui porterait atteinte à la liberté individuelle. Vous annoncez en une phrase : "L'ordonnance sur les inoccupés sera appliquée". Nous vous disons que nous serons très vigilants et résistants pour protéger les Bruxellois contre des abus : le propriétaire de deux biens immobiliers, en séjour à l'étranger, pourrait se voir privé sans aucune raison de sa propriété située à Bruxelles. Une phrase de votre texte nous inquiète particulièrement : "Le gouvernement recherchera des conventions qui permettront d'encadrer des initiatives spontanées d'occupation de bâtiments vides." C'est ce que j'appelle des squats et je ne vois pas comment le gouvernement peut légaliser des squats et comment il pourra intervenir en la matière. Nous aimerions un éclaircissement à ce sujet. Vous comptez "mettre en œuvre un plan systématique d'analyse des performances énergétiques du parc immobilier bruxellois". C'est bien, mais avec quels moyens, humains et financiers ? Et à partir de quand ? "Poursuivre la production de nouveaux logements" : notre présidente ne sera pas contente, car vous osez annoncer que la politique de création des logements publics a permis de rencontrer en partie les besoins des Bruxellois. S'il y a bien un domaine dans lequel le gouvernement précédent a été scandaleusement à l'arrêt, c'est bien la création de logements publics. Dans certaines communes, il en a été créé davantage en six ans que vous en cinq ans dans toute la Région. Que vous les ayez rencontrés en partie, oui : 200 logements sur 5.000, c'est en partie, mais c'est infime. Que vous essayiez de faire mieux, oui, car il est difficile de faire moins bien. Vous allez "renforcer des partenariats PPP". Vous avez attendu cinq ans pour le faire ! Vous ne reprenez pas l'initiative du droit de superficie qui a aidé bien des Bruxellois à acquérir des logements alors que vous prétendez vouloir aider la fonction acquisitive. Vous allez "créer des formes de coopératives de mutualisation". Nous serons attentifs à la façon dont

________________________________________________________________________________________________________________________


13


17-07-2009

premies toe te kennen aan eigenaars die een aparte ingang aanleggen en woningen renoveren. Wie dat niet deed zou extra belast worden. Hoe u dat zult doen, vinden we niet terug. Wij steunen de onderlinge verdeling van de kosten voor gemeentelijke infrastructuur die een ruimer publiek aantrekt, zoals zwembaden en sportcentra. U erkent eindelijk dat veiligheid het eerste mensenrecht is en dat daaraan dringend iets gedaan moet worden in Brussel. U wilt gemeenten die grote inspanningen leveren ter zake financieel helpen door een gewestelijke solidariteit te organiseren. Volgens welk objectief criterium zult u die gemeenten selecteren? Sport is geen gewestbevoegdheid, maar het gewest steunt actief de plaatselijke sportinfrastructuur. In de regeringsverklaring besteedt u daar slechts weinig aandacht aan. Brussel moet over de infrastructuur beschikken om grote sportmanifestaties te ontvangen. U zegt echter niets over het budget of de locatie van het internationaal stadion, noch over 2018. België kan het WK voetbal natuurlijk ook zonder Brussel organiseren, maar dat lijkt me niet de bedoeling. Wat goed bestuur betreft, verbaast het mij dat u de vermelde 25% niet laat meetellen voor schepenen of OCMW-voorzitters die op basis van artikel 279 van de nieuwe gemeentewet werden aangesteld. Hoe kunt u dit principe dat de cumulregel niet geldt voor Nederlandstaligen, rijmen met het gelijkheidprincipe? Voor een efficiënt partnerschap tussen de gemeenten en het gewest, moeten de bevoegdheidsverdeling en de gemeentegrenzen inderdaad opnieuw bekeken worden. De MR zal deelnemen aan een werkgroep hierover. Wij vragen wel dat alle democratische partijen, meerderheid of oppositie, op alle niveaus hierbij betrokken worden. De MR zal aandachtig volgen wat u met de weinige beschikbare middelen terechtbrengt van uw grootse plannen. (Applaus bij de MR)


vous allez gérer l'équité en la matière. Puis, et M. de Clippele ne me contredira pas, une grande iniquité règne entre la Flandre et Bruxelles au niveau de celles qui, en général, nous survivent : nos compagnes et épouses. Alors, outre la douleur de nous perdre, elles doivent encore en plus payer un montant excessif de droits de succession sur l'immeuble, en tout ou en partie, selon la part de propriété qu'elles détiennent. Supprimer une telle taxe nous honorerait. Je vous demande alors de relire votre phrase : "En fonction d'évolutions positives des perspectives budgétaires selon des modalités à déterminer, un système de réduction des droits de succession sera mis en place". On ne peut pas parler d'un engagement franc : il faut que le budget aille mieux, on ne sait quand, avant de déterminer des modalités et de mettre à l'étude un système de réduction. Faire moins est difficile : ce n'est pas demain que le conjoint cohabitant, après un deuil difficile, pourra éviter de payer en plus un impôt injustifié. J'en viens à la mobilité. Diviser cette compétence, ce n'est pas sérieux ! M. De Lille s'occupera de la mobilité douce et Mme Grouwels de la mobilité en général. On pourrait aussi couper un vélo en deux et désigner un ministre pour la roue avant et un pour la roue arrière, mais ce dernier aurait la tâche plus difficile à cause du dérailleur. Ce sera peut-être pour un prochain gouvernement ! Le territoire bruxellois n'est pas très étendu. Les problèmes sont certes importants, mais les gérer dans leur ensemble permettrait de mieux les résoudre. M. Smet n'y arrivait pas tout seul, je ne vois pas comment cela pourrait aller mieux en scindant la compétence en deux. Pour financer la mobilité douce et les transports en commun, vous cherchez de l'argent au niveau fédéral et auprès de l'Union européenne. Je suis déçu parce qu'à l'ère de la solidarité, du développement durable et de la participation de l'humain, je pensais que, lors des négociations gouvernementales, vous aviez entendu tout le monde, y compris ceux qui ne pensent pas comme vous. Or, j'ai lu dans la presse que les responsables de Touring Secours regrettent de ne pas avoir été entendus lors des discussions qui ont conduit à l'accord. Même s'ils défendent la voiture, il n'aurait pas été anormal d'écouter leur avis. Nous espérons que vous allez combler cette lacune et tenir compte de leur point de vue.



17-07-2009


14

Mon groupe se réjouit du fait que vous vous préoccupiez enfin du métro. Les stations inaugurées sous la précédente législature avaient été initiées par M. Hasquin. Le délai entre le début d'un projet et son aboutissement est très long. Il était donc temps de s'en préoccuper. Vous promettez que les ruptures de charges seront d'une qualité irréprochable, qu'il y aura une présence physique humaine dans les stations, que l'offre pour les usagers tardifs sera augmentée, que le charroi sera renouvelé, que du matériel roulant moderne, confortable et écologique sera acheté. Nous vous demandons quand, comment, selon quel planning et avec quel argent. En matière de stationnement, des horodateurs sont en cours d'installation dans la commune de M. le ministre-président, selon une technique copiée sur une autre commune. C'est très bien. Or, le gouvernement annonce fièrement que dans les noyaux commerciaux, la tarification sera progressive et le premier quart d'heure gratuit afin de favoriser la rotation. Il y a dix ans que ce système fonctionne dans d'autres communes ! Nous avons combattu l'ordonnance de M. Smet sur le stationnement, non pas dans son principe, mais dans son application. Nous avons lu avec plaisir dans votre déclaration que vous allez vous adapter aux spécificités des quartiers. Nous savons que vous êtes un municipaliste de qualité. Nous sommes donc rassurés. Toutefois, nous aimerions savoir comment vous allez vous y prendre. Les communes serontelles associées ? Tiendrez-vous compte des acquis positifs et de la satisfaction de la population dans certaines communes ? Pour ce qui est du transport des marchandises, il est évident qu'il faut mieux réglementer l'accès des poids lourds dans les centres urbains et résidentiels ainsi que leur stationnement. Cependant, nous avions proposé des trams cargos pour la livraison de marchandises dans les centres commerciaux où les trams circulent. Une telle solution fonctionne avec succès à Amsterdam, elle est écologique et ne coûte pas cher, car elle ne nécessite pas de travaux. Vous ne l'envisagez pas, nous vous demandons de le faire. En ce qui concerne la sécurité routière, il est pertinent d'établir un programme avec le secteur associatif, les écoles, les Communautés et l'IBSR. Il ne faudrait pas oublier les communes, qui exercent encore la compétence de police et qui connaissent le terrain. Je rappelle que pour les boulevards Louis ________________________________________________________________________________________________________________________


15


17-07-2009


Schmidt et Saint-Michel on a dû prendre un arrêté de police pour recouvrir d'urgence de sacs-poubelle certains feux placés à la demande de M. Smet. En effet, il y avait un risque de collisions frontales mortelles parce que la manière dont l'implantation de ces feux avait été étudiée était contraire à la logique. Demander l'avis des communes peut parfois présenter un intérêt, y compris en matière de circulation routière et de sécurité. La façon dont vous définissez l'objectif du PRDD est tellement lyrique que je vous conseille de la relire quand vous serez déprimé. On pourrait même en faire un opéra. Nous avions beaucoup discuté en commission du problème de la réhabilitation des logements audessus des commerces. Notre groupe avait déposé des résolutions et des propositions d'ordonnances tendant à permettre l'octroi de primes aux locataires ou aux propriétaires qui créeraient un accès séparé et qui rénoveraient le logement. On était prêt à dire que ceux qui ne le faisaient pas seraient alors sanctionnés par des taxes. Ici, vous dites que vous avez l'intention de le faire, mais vous ne précisez pas comment. Nous serons donc attentifs au suivi de cette politique. Nous soutenons sans réserve la mutualisation des coûts d'outils communaux à vocation régionale, comme les centres sportifs ou les piscines. En matière de sécurité, vous vous ralliez finalement à ce que nous disons depuis longtemps : le premier droit de l'Homme est le droit à la sécurité. Si j'ai envie d'aller simplement réfléchir sur un banc public dans un parc à trois heures du matin, c'est mon droit et j'ai le droit de ne pas avoir peur. Il faut restaurer cela, à Bruxelles ! Vous dites que vous allez soutenir les communes qui assument des coûts importants en matière de sécurité en assurant une solidarité régionale. Quel sera votre critère objectif pour choisir certaines communes et pas d'autres ? Par exemple, Molenbeek sera-t-elle une commune pilote en la matière ? Si oui, pourquoi ? Comment donc allez-vous choisir les communes ? Je vous rappelle les capacités hypothéquées, et vous connaissez bien la loi sur la fonction de police. Nous savons que le sport n'est pas une compétence régionale au sens strict, mais la Région bruxelloise soutient activement et abondamment des ___________________________________________________________________________________________________________ Brussels Hoofdstedelijk Parlement – Plenaire vergadering – Integraal verslag Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – Séance plénière – Compte rendu intégral


17-07-2009


16

infrastructures de proximité. Or, vous n'y consacrez que dix lignes dans votre déclaration ; ce n'est pas très sérieux. Quant à la localisation du grand stade international, vous utilisez une belle phrase qui énonce que "Bruxelles doit jouer un rôle majeur dans l'accueil de manifestations sportives de grande ampleur en se dotant d'infrastructures". Que signifie-t-elle ? C'est un voeu pieux, puisqu'on ignore le budget, la localisation, et que vous ne parlez pas de 2018. Certes, il est exact que l'on peut organiser la coupe du monde de 2018 sans Bruxelles et jouer au football ailleurs, mais tel n'est pas notre projet. En matière de bonne gouvernance, j'ai été stupéfait lorsque j'ai lu, en plus du fait que vous en avez postposé les modalités, ce dont nous avons pris acte, que les 25% cités - cela aurait pu d'ailleurs être 33%, mais là n'est pas le débat - n'entrent même pas en ligne de compte pour ceux qui sont désignés échevins ou présidents de CPAS en fonction de l'article 279 de la nouvelle loi communale. Comment allez-vous concilier le principe d'égalité des Belges devant la loi avec ce principe qui veut que, si vous parlez flamand ou si vous êtes un élu flamand au sein d'un exécutif régional ou communal et que vous êtes également député, vous n'êtes pas concerné par cette règle de cumul ? Cette situation nous semble très particulière. J'en terminerai avec le partenariat communesRégion. Pour qu'il soit efficace et cohérent, nous sommes d'accord de dire qu'il faut réétudier la répartition des compétences, que certaines communes ont des limites idiotes et qu'il n'est pas logique que certaines rues concernent trois communes. Nous participerons donc à un groupe de travail Région-communes pour rechercher à la fois une harmonisation des compétences et une modification des limites territoriales. Cependant, nous demandons que toutes les forces politiques démocratiques - je vous rappelle à cet égard que le MR est la première force politique dans cette Région et qu'il aurait été démocratique de l'associer au pouvoir -, tant au niveau régional que local, soient associées, majorité et opposition, à la recherche de cette solution. J'ai tenté de vous communiquer, M. le ministreprésident, ce qui me plaisait ou non dans votre déclaration. Soyez assuré que nous nous réjouirons ou croiserons le fer dans le suivi des grandes voies ________________________________________________________________________________________________________________________


17


17-07-2009


que vous avez tracées avec allégresse, mais peut-être sans les moyens nécessaires pour les emprunter. (Applaudissements sur les bancs du MR) Mevrouw de voorzitter.- De heer Van Damme heeft het woord. Het is ook voor hem zijn maidenspeech.

Mme la présidente.- La parole est à M. Van Damme, qui s'exprime pour la première fois en tant que député.

De heer Jef Van Damme.- Vooreerst wijs ik de heer De Wolf erop dat de heer Pascal Smet, die hij minstens vijf keer bij naam heeft genoemd, hier geen minister meer is, overigens tot zijn spijt.

M. Jef Van Damme (en néerlandais).- La déclaration gouvernementale est décevante, elle ne comprend aucune nouvelle initiative et, quoiqu'en disent certains, ses accents verts restent limités. Les priorités énumérées sont déjà en cours de réalisation, ou ont été décidées par le gouvernement précédent dans le cadre du Plan Iris 2 ou du contrat de gestion de la STIB. Pourquoi, par ailleurs, l'ancien ministre de la Mobilité, M. Smet, a-t-il été écarté du nouveau gouvernement ? Etait-il peut-être trop ambitieux ?

Hopelijk hebt u allen uw lunch goed verteerd; het regeerakkoord heb ik alvast niet goed verteerd! Mevrouw Maes had het over de groenste regering ooit. Zij is misschien groen achter de oren, ik heb zeker niet veel groen gevonden. Het hoofdstuk Mobiliteit leest als een trein, maar dan wel een stoptrein, die alle haltes aandoet en waarvan men zich soms afvraagt of hij ooit op zijn bestemming zal geraken. Wij zijn zeer ontgoocheld over de regeringsverklaring. Het meest opvallende is wel dat er geen enkel nieuw initiatief wordt ontplooid. De lukraak opgesomde losse elementen zijn ofwel reeds in uitvoering, ofwel waren ze in de vorige regeringsperiode reeds beslist, hetzij in het kader van het Iris II-plan, hetzij in het kader van het tot 2011 lopende beheerscontract van de MIVB. Ik nodig de minister-president uit om mij in het regeerakkoord één initiatief inzake mobiliteit aan te wijzen dat niet reeds werd beslist of zelfs uitgevoerd door de vorige regering of de vorige minister. Waarom moest die trouwens uit de nieuwe regering worden geweerd? Misschien was hij te ambitieus. Hoewel het op het eerste gezicht lijkt dat het beleid inzake mobiliteit, weliswaar niet ambitieus, wordt voortgezet, is de sp.a-fractie niet tevreden, want de klok wordt zelfs verscheidene jaren teruggedraaid. Ik geef een aantal voorbeelden. In de vorige regeringsperiode vielen de bevoegdheden mobiliteit en openbare werken onder de verantwoordelijkheid van één minister. Het was vernieuwend in de geschiedenis van de Brusselse regering dat één minister die belangrijke bevoegdheid als een coherent geheel kon beheren. Wat doet de nieuwe regering echter? Net zoals ten tijde van de PS-MR-

Sur le plan de la mobilité, le gouvernement est contre-productif. Dans le gouvernement précédent, en effet, la mobilité et les travaux publics relevaient de la responsabilité d'un même ministre. Cette approche nouvelle favorisait une gestion cohérente de la politique alors que le gouvernement actuel a réparti ces compétences entre trois de ses membres, comme naguère sous la législature PS-MR de 1999. Par ailleurs, le secteur des taxis est à nouveau rétrogradé et relève de la compétence d'un secrétaire d'Etat. Le gouvernement annonce que 50 taxis seront aménagés pour le transport des personnes à mobilité réduite. Le secrétaire d'Etat a du pain sur la planche, car il va devoir extraire 50 taxis de la circulation alors que 100 taxis sont déjà équipés de la sorte. Cela va trop loin ! Le parlement a adopté en janvier une ordonnance sur l'harmonisation de la politique de stationnement. Plutôt que de s'intéresser aux arrêtés d'application de cette ordonnance, le nouveau gouvernement opère une marche arrière. Sa déclaration politique stipule en effet que la problématique des cartes de riverains doit autant que possible s'harmoniser à la situation de chaque commune. Alors que le ministre précédent avait obtenu après des années de travail et d'opiniâtreté un transfert des compétences des communes vers la Région, le gouvernement actuel fait marche arrière. Je rappelle à Mme Ampe que l'ordonnance



17-07-2009

regering van 1999-2004 worden mobiliteit en openbare werken verdeeld onder niet minder dan drie regeringsexcellenties. Er is de staatssecretaris van Mobiliteit. Ik wens staatssecretaris van Mobiliteit De Lille alvast proficiat, omdat hij vijf jaar lang plannen zal mogen schrijven. Er is de minister van Openbare Werken. Ten slotte wordt de bevoegdheid voor de taxisector opnieuw gedegradeerd tot die van een staatssecretariaat. Heel trots kondigde men aan dat er 50 taxi's zullen worden uitgerust voor het vervoer van personen met beperkte mobiliteit. Welnu, dan heeft de staatssecretaris heel wat werk voor de boeg: hij moet maar liefst 50 taxi's uit roulatie nemen, aangezien er nu al 100 taxi's op die manier zijn uitgerust! Het gaat toch wel heel ver. Het parlement heeft in januari nog een ordonnantie tot harmonisering van het parkeerbeleid goedgekeurd. Men zou verwachten dat de nieuwe regering vooral werk zou maken van de uitvoeringsbesluiten van de ordonnantie. Maar neen, ook wat dat betreft zal de klok worden teruggedraaid, want het regeerakkoord bepaalt letterlijk dat de problematiek van de bewonerskaarten "zo optimaal mogelijk zal worden afgestemd op de toestand in de verschillende gemeenten". Als ik het goed begrijp, kan de nieuwe regering niet kiezen: harmonisatie of aanpassingen van de parkeerpolitiek aan de verscheidene gemeenten. Wat wordt het? Na vele jaren van hard werk en overtuigingskracht had de vorige minister eindelijk een bevoegdheidsoverdracht van de gemeenten naar het gewest verkregen, en niet door de herverdeelde bevoegdheden te 'encommissioneren', zoals de nieuwe regering doet. Kortom, de nieuwe regering zal inzake parkeerbeleid helaas de klok terugdraaien en schrijft dat zelfs letterlijk in het regeerakkoord. Men moet maar durven! Mevrouw Ampe zegt dat het niet bij woorden zal blijven, maar dat de regering ook daden zal stellen. Ze verwijst daarvoor naar het parkeerbeleid. Ik herinner haar er echter aan dat de ordonnantie betreffende het parkeeragentschap tijdens de vorige legislatuur is goedgekeurd.


18

concernant l'agence régionale de stationnement a été approuvée durant la législature précédente. En ce qui concerne la politique cyclable, nous constatons que les itinéraires cyclables régionaux initialement prévus pour 2012 ont été reportés à 2014, de l'aveu même du secrétaire d'Etat compétent. En matière de transport en commun également, le nouveau gouvernement a rayé de sa liste une série de projets décidés sous la précédente législature. C'est le cas notamment du projet de liaison de la gare centrale par le tram, qui est pourtant en phase d'étude. Par contre, d'autres projets qui n'en sont même pas encore aux prémices sont apparemment considérés comme prioritaires. Nous pressentons même que le tram 9, qui doit desservir le haut de Jette et l'UZ Brussel, ne verra pas le jour. Premièrement, parce que l'accord gouvernemental annonce la desserte de l'UZ Brussel sans utiliser le mot "tram". Deuxièmement, parce que la liaison vers l'UZ est soudainement liée à la liaison vers l'hôpital Brugmann. Troisièmement, parce que le projet de liaison vers le haut de Jette n'est présenté qu'en septième position, derrière des projets autrement moins réalisables. Le CD&V, le VLD et Groen! ont dû céder devant un obscur échevin jettois. Nous nous battons depuis six ans pour ce projet et le précédent gouvernement avait un accord avec la commune de Jette. Aujourd'hui cependant, le projet est renvoyé aux calendes grecques. Nous soutenons l'extension de la zone piétonne dans le centre de Bruxelles. Il est toutefois étonnant que ce point figure dans l'accord de gouvernement, puisque cela concerne des voiries communales pour lesquelles la Région n'est pas compétente. Mme Ampe, qui a voté contre au conseil communal, votera-t-elle également contre l'accord de gouvernement ? Comment l'Open VLD se sent-il par rapport au chapitre relatif à la mobilité, qui est presque à l'opposé de son programme en la matière ?

Wat het fietsbeleid betreft, zien we dat de gewestelijke fietsroutes, die oorspronkelijk in 2012 moesten worden voltooid, al zijn uitgesteld tot 2014. Zelfs de staatssecretaris die bevoegd is voor het fietsbeleid ________________________________________________________________________________________________________________________


19


17-07-2009


heeft moeten toegeven dat de voltooiing van de fietsroutes met twee jaar wordt uitgesteld. Ook op het gebied van openbaar vervoer schrapt de nieuwe regering een aantal projecten waarover de regering tijdens de vorige legislatuur had beslist. Als ik de lijst van prioritaire projecten bekijk, op pagina 54 van de regeringsverklaring, zie ik een aantal zeer frappante zaken. De tramverbinding naar het Centraal Station is geschrapt, want ze staat niet in de lijst. Het project zit nochtans al in de studiefase. Brussel-Stad, het congrescentrum Square en de treinreizigers die aankomen in het Centraal Station die niet kunnen overstappen op de tram, zullen ontgoocheld zijn. Andere projecten, waarover de eerste letter nog op papier moet worden gezet, zoals de heraanleg van het Vanderkindereplein, worden blijkbaar wel als prioritair beschouwd. Wij vermoeden zelfs dat tram 9 richting Hoog-Jette en het UZ Brussel, er niet komt. Het regeerakkoord vermeldt enkel een bediening van het UZ Brussel, zonder het woord "tram" te gebruiken. Ten tweede wordt de verbinding naar het UZ Brussel plots gekoppeld aan de verbinding naar het Brugmannziekenhuis. Dat was nochtans niet voorzien. Dit toont aan dat de regering opnieuw bezig is met wafelijzerpolitiek. Er kan blijkbaar geen bus- of tramlijn naar het UZ Brussel komen als er niet wordt voorzien in een bus- of tramlijn richting Brugmann. Ten derde wordt de verbinding naar Hoog-Jette pas als zevende project voorgesteld, onder meer na een tramverbinding naar Westland Shopping. Welnu, iedereen weet dat de plannen voor de tram naar Westland nog helemaal nergens staan en bijgevolg onmogelijk tijdens deze legislatuur kunnen worden gerealiseerd. Ook dit project is eigenlijk niet realiseerbaar. CD&V, VLD en Groen! hebben dus moeten zwichten voor een obscure schepen uit Jette, die er zijn levenswerk van heeft gemaakt om de tramlijn naar het UZ Brussel tegen te werken. Proficiat daarvoor. Er is zes jaar gevochten voor dat project en de vorige regering had een akkoord met de gemeente Jette. Nu wordt het naar de Griekse kalender verwezen, tenzij minister-president Picqué het tegendeel kan bevestigen. Ten slotte vestig ik de aandacht op enkele specifieke onderdelen in dit hoofdstuk. Uiteraard steunen wij de uitbreiding van de voetgangerszone in het centrum van Brussel. Het is wel bizar dat het ___________________________________________________________________________________________________________ Brussels Hoofdstedelijk Parlement – Plenaire vergadering – Integraal verslag Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – Séance plénière – Compte rendu intégral


17-07-2009


20

punt in het regeerakkoord is opgenomen, aangezien het gemeentewegen betreft, waarvoor het gewest niet bevoegd is. Wat zal overigens de houding zijn van Els Ampe die in de gemeenteraad tegengestemd heeft? Zal zij dan ook tegen het regeerakkoord stemmen? Overigens, hoe voelt de Open VLD-fractie zich bij onderhavig hoofdstuk, dat zowat het omgekeerde is van haar programma inzake mobiliteit: "Een wagenbeleid met meer parkeerplaatsen in de wijken, de aanleg van fietspaden op parallelle wegen en niet op hoofdassen..." Mevrouw Els Ampe.- Bent u nu expert in het Open VLD-programma? Proficiat.

Mme Els Ampe (en néerlandais).- Vous êtes expert en matière de programme de l'Open VLD ?

De heer Jef Van Damme.- Natuurlijk.

M. Jef Van Damme (en néerlandais).- Je m'interroge sur l'attitude de votre groupe au moment du vote.

Ik citeer verder: "Geen eigen beddingen voor trams en bussen; Noctis en Villo zijn gadgets". Ik ben dus zeer benieuwd naar het stemgedrag van die fractie. Ook inzake het BILC is er geen beslissing genomen. ECOLO had daarvan een jaar geleden een echt strijdpunt gemaakt. Intussen vinden we het weer terug in het regeerakkoord, ook al is niet duidelijk waar het centrum komt. Het is de zoveelste keer dat in dit dossier het geweer van schouder wordt veranderd. Ik ben dan ook zeer benieuwd naar het uiteindelijk resultaat. Samengevat, inzake mobiliteit en openbare werken is er geen enkel nieuw initiatief of idee. Er wordt daarentegen wel een aantal gelanceerde projecten geschrapt en het zopas geharmoniseerd parkeerbeleid wordt teruggeschroefd om de gemeenten opnieuw meer macht te geven.

En ce qui concerne le BILC, aucune décision n'est prise. ECOLO s'y était opposé il y a un an, mais on le retrouve pourtant dans l'accord de gouvernement, même si sa localisation n'est pas claire. Ce dossier n'en est pas à son premier revirement. Je me demande ce qu'il en adviendra. En résumé, il n'y a rien de neuf en matière de mobilité et de travaux publics. Au contraire, plusieurs projets entamés ont été supprimés et la politique de stationnement qui vient d'être harmonisée est atténuée pour redonner davantage de pouvoir aux communes. L'immobilisme du nouveau gouvernement s'assimile à une marche arrière. J'ai honte pour vous.

De nieuwe regering staat stil en stilstaan is achteruitgaan. Het is heel jammer, maar ik ben beschaamd in uw plaats.

Mevrouw de voorzitter.- De heer Van Damme heeft het goede voorbeeld gegeven door zijn spreektijd niet te overschrijden.

Mme la présidente.- M. Van Damme vient de donner un bel exemple en s'arrêtant sept secondes avant la fin de son temps de parole.

De heer de Clippele heeft het woord.

La parole est à M. de Clippele.

De heer Olivier de Clippele (in het Frans).- Het parlement controleert de regering, maar verricht natuurlijk ook wetgevend werk. Ik wil het daarover

M. Olivier de Clippele.- Chez les jésuites, on enseignait qu'un bon sermon ne dure pas plus de sept minutes, car au-delà on ne vous écoute plus. Il me

________________________________________________________________________________________________________________________


21


17-07-2009


hebben.

reste donc encore six minutes et quelques secondes !

We mogen niet vergeten dat het de burgers zijn die onze wetten moeten naleven. Mijnheer Picqué, ik vind het jammer dat u geen beleidsverantwoordelijke voor administratieve vereenvoudiging hebt benoemd. Tijdens de vorige legislatuur is er heel wat nieuwe wetgeving ingevoerd en ik vrees dat er nog heel wat op komst is.

Le rôle de notre parlement est bien sûr de contrôler et d'interpeller le gouvernement, de voter des budgets, de procéder à des nominations, etc. Mais en plus de ce rôle, certes important, le parlement a en outre un rôle législatif à jouer. C'est de cet aspect que je souhaite vous entretenir.

Wetten die van toepassing zijn op talloze inwoners, moeten eenvoudig en begrijpelijk zijn. Ze moeten ook worden toegepast. Dat is niet altijd het geval. Elke burger wordt geacht om de wet te kennen. Als een gespecialiseerde jurist vereist is om een wet te begrijpen, heeft de wetgever geen goed werk geleverd. Als ik het regeerakkoord bekijk, zal er nog heel wat wetgeving worden aangepast of ingevoerd. Ik verwijs naar het openbaar beheersrecht, de problemen met conformiteitsattesten voor woningen, de regelgeving over woningen die door de GOMB worden verkocht of over de sanering van bodems. De laatstgenoemde wetgeving wordt binnenkort van kracht. Binnen de drie jaar wordt er een waarborgfonds voor de sanering van bodems opgericht. De maatregel werd vijf jaar geleden al aangekondigd. We zullen zien of die belofte wordt gerealiseerd. Ik verwijs ook naar de wetgeving over leegstaande gebouwen en het recht van voorkoop. De regels zouden worden toegepast, maar u zult moeten nagaan of ze wel toepasbaar zijn. Wat het Brussels Wetboek van Ruimtelijke Ordening (BWRO) betreft, bestaat er heel wat rechtsonzekerheid. Heel wat mensen weten niet of ze al dan niet in regel zijn met de wetgeving over stedenbouw. Ik vind het verbijsterend dat de bevoegdheid voor stedenbouw in de ruime zin van het woord wordt verdeeld over vier beleidsverantwoordelijken. Minister-president Picqué krijgt ruimtelijke ordening, staatssecretaris Kir krijgt stedenbouw, minister Huytebroeck is verantwoordelijk voor stadsvernieuwing en de heer Doulkeridis krijgt huisvesting.

Il y a bien sûr tout le volet relatif au droit administratif, au droit public, mais il y a aussi un aspect qui concerne les citoyens, car ceux-ci doivent appliquer les lois que nous votons dans cet hémicycle. En examinant les compétences attribuées au sein de votre gouvernement, M. le ministreprésident, j'éprouve un regret en constatant que personne n'a été chargé de la simplification administrative. Or, au cours de la précédente législature déjà, nous avons connu une inflation législative et je crains que les choses ne s'améliorent guère au cours de celle qui s'ouvre. Je vise essentiellement la législation que des milliers de personnes doivent appliquer. En matière de droit administratif, on peut bien entendu disposer d'une législation spécifique et savoir qu'une quinzaine de personnes connaissent la loi. Lorsque la loi s'applique à de nombreux citoyens, il faut cependant qu'elle reste simple et compréhensible. Et il faut aussi qu'elle soit appliquée, car rien n'est plus dépourvu de sens qu'une loi appliquée à moitié, voire pas du tout. Je me souviens par exemple de l'ordonnance sur les meublés qui, en dix ans, avait trouvé des applications qui se comptaient sur les doigts d'une main. Nous avons donc beaucoup de lois qui concernent les citoyens. Bien sûr, nul n'est censé ignorer la loi et Lacordaire a dit aussi que la loi est faite pour le plus faible. Certes, mais à condition qu'elle soit comprise. S'il faut faire appel à un juriste spécialisé chaque fois qu'il faut la comprendre, j'estime que le législateur s'est fourvoyé. Considérant votre programme et les interventions qui seront faites, je voudrais évoquer les divers domaines dans lesquels notre parlement sera sans doute appelé à améliorer ou, malheureusement, à amplifier encore l'arsenal législatif. Je vise notamment le droit de gestion publique, qui figure dans votre programme, la problématique des



17-07-2009

Het is niet erg geruststellend dat Stedenbouw in de ruime zin in handen van vier verschillende ministers komt. Dat zal de duidelijkheid van de wetteksten niet ten goede komen. U hebt nieuwe regelgeving aangekondigd, zoals de ordonnantie betreffende de energieprestatie van gebouwen, die nog niet van kracht is in Brussel. U wilt het gewest onteigeningsbevoegheiden geven en het begrip "energie-inefficiëntie" in de Huisvestingscode opnemen. Tot slot kondigt u een nieuwe huurwetgeving aan, in het kader waarvan u een administratieve huurprijsregeling wilt invoeren. Wat is het resultaat van al die wetgeving? Enkele voorbeelden. Steeds meer stedenbouwkundige vergunningen worden door advocaten ingediend. De wet bepaalt dat de architect de plannen opstelt en de vergunningen indient, maar de architecten geraken niet meer wijs uit de wetgeving en moeten een beroep doen op een gespecialiseerde advocaat. Die tendens lijkt mij weinig bevorderlijk voor de investeringen. Te veel wetgeving leidt bovendien tot denormalisering. Als men niet meer weet wat men wel en niet mag doen, ontstaan er grijze zones. Vanochtend las ik een artikel van een Vlaamse journalist die aanstipte dat zwartwerk niet alleen negatieve kanten heeft en niet alleen als middel wordt gebruikt om meer geld te verdienen zonder hierop belastingen te hoeven betalen. Mensen kiezen ook voor zwartwerk omdat de wet te ingewikkeld is geworden en het makkelijker is om hun project buiten het wettelijk systeem te realiseren. Ons parlement heeft op dat vlak zeker een rol te spelen. Wat de overheidsopdrachten betreft, zijn wij het met u eens dat er meer aandacht aan de lokale economie moet worden besteed. Wij stellen niettemin vast dat ook daar de regelgeving verschrikkelijk ingewikkeld is geworden. Die regels worden ons door Europa opgelegd, maar heel wat KMO's beschikken niet over de nodige juristen om de bestekken te analyseren. De wetgeving op de overheidsopdrachten beschermt dus uiteindelijk de grote ondernemingen, waardoor een aanzienlijk deel van de economie uitgesloten blijft van het beleid.


22

attestations de conformité, celle des certificats de conformité concernant le logement, la législation sur les logements vendus par la SDRB, qui est également évoquée dans votre programme, ou encore celle sur la pollution des sols. En ce qui concerne ce dernier point, nous avons voté, en toute fin de la précédente législature, une réforme complète de cette législation. Elle va à présent entrer en vigueur. Tout devra donc être réétudié et remis en pratique. J'observe que vous avez prévu de mettre en place, dans les trois ans, un fonds de garantie pour l'intervention en matière de dépollution des sols. Cette mesure avait déjà été promise voici cinq ans et nous verrons bien si la promesse sera tenue. J'ajouterai encore la législation sur l'inoccupation des immeubles, qui concerne des milliers de logements et donc, aussi, des milliers de personnes, qui se demandent si elle les concerne ou non. J'évoquerai aussi la législation relative au droit de préemption, qui, elle aussi, a été fondamentalement modifiée dans les dernières semaines de la précédente législature. J'ai lu que vous alliez l'appliquer mais, ici encore, il faudra s'assurer qu'elle est bien applicable en l'état. Enfin, il y a encore la législation concernant le code du logement et l'urbanisme. Nous disposons du Code bruxellois de l'aménagement du territoire (COBAT), et vous savez qu'en la matière, nous sommes confrontés à un problème de sécurité juridique, puisque de nombreuses personnes ne savent pas si elles sont en règle en matière d'urbanisme. De ce point de vue, je suis d'ailleurs étonné de constater que la compétence urbanistique se trouve éclatée entre quatre membres du gouvernement : vous-même, M. le ministre-président, qui êtes responsable de l'Aménagement du territoire, le secrétaire d'Etat M. Kir, qui a en charge l'Urbanisme, Mme Huytebroeck, qui est chargée de la Rénovation urbaine, et enfin, M. Doulkeridis, qui a en charge le Logement. L'éclatement de la compétence de l'urbanisme entre les mains de quatre ministres différents n'est guère rassurant. La compréhension de la législation dans le chef du public n'y gagnera pas.

(Applaus bij de MR) Je passe sur la législation sur les droits d'enregistrement et de succession, sur celle relative à ________________________________________________________________________________________________________________________


23


17-07-2009


l'expansion économique pour nos entreprises et sur celle concernant la recherche. Ensuite, vous annoncez de nouvelles législations, telle l'ordonnance sur la performance énergétique des bâtiments, qui n'est pas encore entrée en vigueur à Bruxelles, mais qui le sera. Il s'agit, pour les citoyens, d'une législation de plus à appliquer. J'ai lu dans votre programme que vous souhaitiez doter la Région de compétences en matière d'expropriation. De nouvelles législations concernant le public devront donc être comprises. Enfin, vous voulez instaurer une notion d'insalubrité énergétique. Je suppose donc que les bâtiments en question seront fermés. J'ignore ce que vous nous concocterez en matière législative dans ce domaine. Enfin, "last but not least", vous annoncez une nouvelle législation en matière de baux, domaine dans lequel vous souhaitez un encadrement administratif des loyers. Quel est donc le résultat de toutes ces législations ? Voici un tout petit exemple. De plus en plus de permis d'urbanisme sont déposés par des avocats. Or, la loi dispose que l'architecte réalise les plans et dépose le permis. Cependant, l'architecte, dont c'est le métier de connaître le domaine de l'urbanisme, n'en sort pas et demande à être épaulé par un avocat spécialisé dans ce domaine pour déposer un permis d'urbanisme et suivre la demande. Cette tendance me paraît peu propice à l'investissement. Nous savons bien que si nous voulons des investissements, la confiance doit demeurer. La confiance est l'aspect le plus important dans notre économie. Trop de lois entraînent une "dénormalisation", une perte de vision générale sur ce que l'on peut faire, ce que l'on ne peut pas faire et ce que l'on doit faire. Dès lors, une zone grise s'instaure, et elle est déjà présente dans notre Région. Je lisais ce matin un article paru sous la plume d'un journaliste flamand, qui disait que le travail au noir n'avait pas que des côtés négatifs. Cela m'a surpris. En fait, le journaliste expliquait que le travail au noir n'est pas nécessairement le fait de personnes cherchant à gagner plus d'argent en évitant l'impôt. Il est aussi le fait de personnes suivant une voie plus directe, plus facile pour elles, parce que la loi est devenue trop compliquée et inaccessible. Dès lors, ces personnes sortent du système légal pour réaliser leur projet. Je crois que notre parlement a un rôle à ___________________________________________________________________________________________________________ Brussels Hoofdstedelijk Parlement – Plenaire vergadering – Integraal verslag Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – Séance plénière – Compte rendu intégral


17-07-2009


24

jouer en cette matière. Je terminerai par les marchés publics. Vous les évoquez dans votre accord de gouvernement. Vous souhaitez que, dans ce domaine, une attention plus grande soit portée à l'économie locale. Nous sommes d'accord. Cependant, nous constatons, là aussi, que la réglementation est devenue terriblement compliquée. Nous savons bien que celle-ci nous est imposée par l'Europe. Beaucoup de petites et moyennes entreprises décrochent, ne disposant ni des juristes, ni des services nécessaires pour analyser ces cahiers des charges. La législation en matière de marchés publics protège donc finalement les toutes grandes entreprises, qui sont outillées pour répondre à ces cahiers des charges. Tout un pan de l'économie est ainsi exclu de la politique des marchés publics. (Applaudissements sur les bancs du MR)

Mevrouw de voorzitter.- Mevrouw Fremault heeft het woord.

Mme la présidente.- La parole est à Mme Fremault.

Mevrouw Céline Fremault (in het Frans).- Het Europees Hof voor de Rechten van de Mens heeft er al vaak op gewezen dat het tot de belangrijkste taken van democratische wetgevers behoort om sociale onrechtvaardigheid te bestrijden. Hoofdstuk 2 van de nieuwe regeringsverklaring sluit daar perfect bij aan. De nieuwe meerderheid wil werk maken van het grondwettelijke recht op wonen.

Mme Céline Fremault.- Comme le rappelle très souvent la Cour européenne des droits de l'Homme et des libertés fondamentales, éliminer les injustices sociales figure prioritairement parmi les tâches d'un législateur démocratique. Ainsi, le chapitre 2 de la nouvelle déclaration gouvernementale, présentée hier devant notre assemblée, s'inscrit parfaitement dans cette perspective, puisqu'il traduit la volonté de notre nouvelle majorité de concrétiser l'article 23 de la Constitution qui, comme vous le savez, consacre le droit pour tous à un logement décent.

Het cdH is verheugd dat huisvesting een beleidsprioriteit is. De krachtlijnen van het regeerakkoord sluiten mooi aan bij die van het vorige. De regering heeft beslist om efficiënte beleidsmaatregelen van de vorige legislatuur verder te ontwikkelen. Ik denk bijvoorbeeld aan toelagen voor mensen die een privéwoning huren, aan de verhuis-, installatieen huurtoelagen (VIHT) of aan de sociale verhuurkantoren. Tijdens de vorige legislatuur is er al heel wat wetgevend werk verricht. Het aantal sociale woningen is uitgebreid, het Woningfonds en de GOMB helpen mensen om een woning aan te kopen, enzovoort. Tijdens de vorige legislatuur is er een verzekering 'gewaarborgd wonen' ingevoerd voor nieuwe eigenaars. Leegstand wordt tegenwoordig ook bestraft.

Le groupe des démocrates humanistes se réjouit ainsi de voir le logement constituer une préoccupation prioritaire de notre gouvernement, et se félicite principalement de la diversité des mesures envisagées, qui vont permettre certainement aux plus démunis de nos concitoyens de se loger décemment. Les lignes de force de ce nouvel accord de gouvernement me semblent loin d'être en rupture avec celles du précédent, et elles ont souvent pour objet d'en assurer la continuité et d'innover. Le gouvernement a, en conséquence, décidé de maintenir et de renforcer des politiques développées précédemment, qui ont certainement montré leur pertinence et leur efficacité. Je pense aux aides aux locataires du secteur privé, qui seront accentuées, aux allocations de

________________________________________________________________________________________________________________________


25


17-07-2009

Er zijn ook nieuwe maatregelen, waaronder de wettelijke regeling van de huurprijzen. Wonen is immers een basisbehoefte. Bijgevolg mag het reilen en zeilen van de woningmarkt niet uitsluitend worden geregeld door de vrije markt. Er komen dus richthuurprijzen. Ze kunnen ook dienen om fiscale voordelen toe te kennen aan eigenaars die meewerken aan de sociale en milieudoelstellingen van de regering. Het cdH vindt het een goede zaak dat ook wie een privéwoning huurt, in aanmerking zal kunnen komen voor een huurtoelage. Het is een eis van mijn partij die al van 1999 dateert. Aangezien er een gebrek is aan sociale woningen en armen een te groot deel van hun inkomen aan de huur moeten besteden, stonden we erop om deze mensen een steuntje in de rug te geven. We moeten natuurlijk rekening houden met de beschikbare middelen, maar tijdens de vorige regeerperiode is al heel wat vooruitgang geboekt, waardoor we nu met minder geld voort kunnen. Zoals u weet wachten bijna 30.000 gezinnen op een sociale woning, terwijl er in totaal maar 38.000 eenheden zijn. Het is niet normaal dat sommige sociale huurders hun woning behouden, ook al is hun inkomen aanzienlijk toegenomen en het soms de wettelijke maxima overschrijdt. Om de toewijzing van de sociale woningen rechtvaardiger te maken, vond het cdH een huurcontract van bepaalde duur essentieel. De sociale woningen moeten ook meer worden toebedeeld op basis van de reële behoeften. Gezinnen met kinderen moeten bijvoorbeeld voorrang krijgen om woningen optimaal te gebruiken. De vorige bewoners zullen dan ondergebracht in een woning op maat van hun gezin. Een andere stap vooruit is de herverdeling van de sociale woningen in openbaar beheer over het grondgebied van het gewest. Nu zijn er nog te grote verschillen tussen de gemeenten. Er is meer solidariteit nodig. Een ambitieus doel moet zijn om binnen tien jaar over 15% woningen te beschikken met een omkaderde huurprijs. De strijd tegen leegstaande en ongezonde woningen is een stokpaardje van het cdH. Er komt een nieuwe ordonnantie om ongerechtvaardigde leegstand en


déménagement, d'installation et de loyer (ADIL), ainsi qu'au subventionnement des logements gérés par les agences immobilière sociales. De nombreux efforts législatifs ont été faits sous la précédente législature à ce sujet. Je pense aussi à l'augmentation qualitative et quantitative du parc de logements sociaux, ou encore à la poursuite de la politique d'aide à l'acquisition, qui était déployée par le biais du Fonds du logement ou de la SDRB. En outre, d'importantes ordonnances ont été votées en fin de législature, longuement débattues aussi au cours de cette année 2009. Il s'agit d'ordonnances qui concernent l'instauration d'une assurance habitat garanti pour les nouveaux propriétaires et les sanctions en cas de logement inoccupé. Elles s'inscrivent certainement dans la confirmation des axes prioritaires de la nouvelle déclaration de politique générale. Quant au volet innovant de cette déclaration, une gamme particulièrement étoffée de nouvelles mesures nous a été présentée, dont un grand nombre nous tiennent à coeur. La première d'entre elles a trait à l'encadrement des loyers. Il ne s'agit pas d'un blocage, comme certains aiment à le dire. Le logement est un besoin primordial, dont on ne peut entièrement abandonner la satisfaction aux seules forces du marché. Comme le souligne le professeur Nicolas Bernard, pour encadrer les loyers, il convient d'imaginer des formules qui soient à l'avantage mutuel des parties. Les états généraux bruxellois l'avaient largement souligné. Le système retenu dans la déclaration de politique générale nous paraît adéquat, puisqu'il vise à établir des grilles de référence de loyers qui, à terme, serviront de valeur-étalon afin de favoriser fiscalement les propriétaires qui s'y conforment et coopèrent de la sorte aux objectifs sociaux et environnementaux du gouvernement. Le cdH est également satisfait de voir figurer dans l'accord de gouvernement le principe de l'octroi de l'allocation-loyer étendu aux locataires du secteur privé. Notre groupe avait fait sienne cette revendication depuis 1999. Elle était portée notamment par Michel Lemaire. Etant donné le nombre insuffisant de logements sociaux dans notre Région et la nécessité pour les plus démunis de nos concitoyens de consacrer une part trop importante de leurs revenus au paiement de leur loyer, il nous semblait indispensable de pouvoir offrir à ces



17-07-2009

speculatie te bestraffen. We zullen ook de omvorming van de 2 miljoen m² aan leegstaande kantoorruimte aanmoedigen. Er zijn voldoende ideeën, maar er moeten ook genoeg middelen zijn. Heel wat mensen vinden moeilijk een woning die aangepast is aan hun specifieke noden, bijvoorbeeld kroostrijke gezinnen, bejaarden of gehandicapten. Het cdH verheugt zich erover dat de regering op alle niveaus bijzondere aandacht besteedt aan deze groepen, via een mutatiemechanisme in de sociale huisvesting, projecten rond sociale woningen voor personen met een beperkte mobiliteit of steun aan privéprojecten rond samenwonende generaties. Het voorgestelde beleid van de nieuwe meerderheid beantwoordt aan de uitdagingen van morgen. (Applaus bij de meerderheid)


26

personnes une bouffée d'oxygène, afin de leur éviter l'asphyxie financière. C'est l'objectif de l'octroi de l'allocation-loyer. Evidemment, ce sera en fonction des moyens budgétaires disponibles, mais, sous la législature précédente, diverses avancées relatives ont déjà pu être observées. Elles sont insuffisantes aux yeux de certains, mais elles ont permis de progresser en fonction des moyens déjà disponibles. Nous l'avons dit à plusieurs reprises sous la législature précédente, et nous le répétons depuis plusieurs semaines, dans un contexte de contingentement des logements sociaux bruxellois, près de 30.000 ménages sont en attente d'un logement social, alors que le parc social ne compte en fait que 38.000 unités. Il n'est pas normal que des locataires en place continuent de bénéficier d'un tel logement, alors que les revenus de certains d'entre eux ont augmenté de manière substantielle. Parfois même, ils dépassent les plafonds fixés par la législation. En conséquence, afin que l'attribution des logements sociaux se déroule de manière plus juste et plus équitable, le cdH jugeait essentiel d'introduire le bail à durée déterminée pour les biens du parc social. Il s'avérait aussi fondamental d'en assurer une meilleure répartition en fonction des besoins réels. Parfois, les logements sont sous-occupés et devront être libérés au profit des familles avec enfants. Et puisque l'on parle d'équité, les anciens occupants seront bien entendu relogés dans un endroit mieux adapté à la taille de leur ménage. Le rééquilibrage géographique de la répartition des logements à gestion publique et à finalité sociale sur le territoire de l'ensemble des communes bruxelloises est une autre avancée majeure de cette déclaration gouvernementale. A l'heure actuelle, de trop grandes disparités existent encore entre les communes ; certaines créent trop peu de logement à prix abordable, mis tant en location qu'en vente. La dualisation croissante de la ville n'est plus acceptable et la solidarité doit s'imposer sur l'ensemble des dixneuf communes. A mon sens, 15% de logements à prix encadrés d'ici dix ans est un objectif ambitieux. La lutte contre les bâtiments vides et insalubres a été l'un des chevaux de bataille privilégiés du cdH, comme en témoignent les nombreuses interpellations consacrées à cette problématique sous la précédente

________________________________________________________________________________________________________________________


27


17-07-2009


législature. Une nouvelle ordonnance visant à sanctionner l'indécence que constitue l'inoccupation injustifiée de logements à des fins purement spéculatives sera effectivement d'application. Nous nous en réjouissons. La vacance immobilière des bureaux obsolètes sera combattue avec vigueur et la réaffectation des 2 millions de mètres carrés, chiffre annoncé par diverses études, sera encouragée. Les idées ne manquent pas : clauses de reconversion urbanistiques ou incitants fiscaux, si les moyens le permettent. Pour terminer, j'aborderai une problématique qui est depuis toujours au cœur des préoccupations humanistes : la prise en compte des difficultés particulières rencontrées par des personnes fragilisées dans la quête d'un logement décent, adapté à leurs besoins. Trouver un logement pour une famille nombreuse, une personne âgée ou une personne handicapée relève parfois de la gageure à Bruxelles. Le cdH se réjouit donc de voir qu'une attention particulière a été réservée à ces populations par le gouvernement à tous les niveaux, que ce soit en prévoyant un mécanisme de mutation dans le logement social, en développant des projets de logements sociaux pour les personnes à mobilité réduite ou encore en encourageant des projets d'habitat intergénérationnel dans le secteur privé. Je conclurai en précisant ma pensée. L'ensemble des politiques préconisées par la nouvelle majorité est certainement à la hauteur des défis de demain. En effet, toutes visent à augmenter le nombre de logements, à briser la dualisation de la ville, et surtout, à assurer plus d'équité sociale. (Applaudissements sur les bancs de la majorité) Mevrouw de voorzitter.- Mevrouw Bertieaux heeft het woord.

Mme la présidente.Mme Bertieaux.

La

parole

est

à

Mevrouw Françoise Bertieaux (in het Frans).- In punt 3.6 van het regeerakkoord over "investeren in onderzoek en innovatie om van Brussel een kennishoofdstad te maken" staat dat "de geleidelijke oprichting van een interface voor interuniversitaire samenwerking, waarin alle Brusselse universiteiten worden gegroepeerd, zal worden aangemoedigd".

Mme Françoise Bertieaux.- En parcourant les 80 pages de l'accord, je me suis arrêtée sur le point 3.6, qui m'intéresse particulièrement : "Investir dans la recherche et l'innovation pour faire de Bruxelles une capitale de la connaissance". J'ai épinglé deux phrases. D'abord, "la mise en place progressive d'un interface de collaboration



17-07-2009

Het is hoog tijd dat er in het regeerakkoord aandacht naar het hoger onderwijs gaat. Brussel is immers de grootste studentenstad van het land, met zowel Franstalige, Nederlandstalige, als buitenlandse studenten. Wij moeten aandacht hebben voor dit intellectueel aspect, dit enorm potentieel. Wij moeten echter een aantal vergissingen vermijden. Het regeerakkoord heeft het bijvoorbeeld enkel over de universiteiten, terwijl Brussel ook tal van hogescholen telt. Die hogescholen, van het korte en het lange type, tellen meer studenten dan alle universiteiten samen. Jammer genoeg hebben wij langs Franstalige kant nooit de toegang van die hogescholen tot het toegepast onderzoek gesteund. Dat is een enorm potentieel dat nog niet is aangeboord. De hogescholen en de universiteiten trekken heel wat studenten aan. Die hebben specifieke noden op het vlak van huisvesting, mobiliteit, sport- of stadsinfrastructuur. Het is tijd dat Brussel die scholen economisch valoriseert. Gezien dat enorme potentieel lijkt "de geleidelijke oprichting van een interface voor universitaire samenwerking" een te bescheiden ambitie. Wij kunnen veel verder en veel sneller gaan. Tijdens de twee rondetafels die wij enkele maanden geleden samen met Open VLD hebben georganiseerd, hebben zowel de vertegenwoordigers van het hoger onderwijs als de vertegenwoordigers van BECI en Agoria aangedrongen op een permanent overlegplatform met de gewestelijke overheid. Dat is geen kwestie van financiële middelen, maar van de nodige bereidheid om samen te werken. Er zijn heel wat mogelijkheden om samen te werken met onderwijsinstellingen en bedrijven. De overheden zouden veel meer met elkaar moeten overleggen. Mijnheer Picqué, de tienduizenden Brusselse studenten, onderzoekers en professoren zorgen voor heel wat banen in Brussel. U moet daar rekening mee houden. Het regeerakkoord gaat niet ver genoeg. Het overleg moet er onmiddellijk komen. Nog een woordje over de samenwerking met de gemeenschappen, in het bijzonder met de Franse Gemeenschap. Mevrouw Huytebroeck heeft zowel bevoegdheden in het Brussels Gewest als in de Franse Gemeenschap. Wij eisen al vijf jaar dat Brusselaars beleidsverantwoordelijkheden krijgen in de Franse Gemeenschap. Niet minder dan vier


28

interuniversitaire regroupant l'ensemble des universités bruxelloises sera encouragée, pour faire de Bruxelles la capitale de la connaissance". C'est là, dites-vous, votre ambition. En lisant cela, je me suis qu'il était peut-être effectivement temps que, dans un accord gouvernemental bruxellois, on se préoccupe de l'enseignement supérieur, et de faire de Bruxelles une véritable capitale de la connaissance. Car Bruxelles est la plus grande ville étudiante du pays, avec nombre d'étudiants francophones, néerlandophones et étrangers. Nous devons nous préoccuper de cet aspect intellectuel, de ce potentiel énorme de notre ville. Je suppose que les deux tables rondes que nous avons organisées, il y a quelques mois avec l'Open VLD, ne sont pas étrangères à cette prise de conscience. Je voudrais attirer votre attention, M. le ministreprésident, sur certaines erreurs à ne pas commettre. Vous parlez d'une collaboration interuniversitaire et votre texte fait constamment allusion aux universités. Si notre capitale et Région est la première ville étudiante du pays, c'est parce que nous avons à Bruxelles une université complète - l'ULB -, ainsi que la Faculté de médecine de l'UCL et les Facultés universitaires Saint-Louis. Mais je voudrais attirer votre attention sur le fait que nous avons aussi de nombreuses hautes écoles, ainsi que des écoles supérieures des arts. Globalement, le secteur des hautes écoles compte plus d'étudiants que l'ensemble de nos universités. Le rôle de ces hautes écoles, de type court et de type long, est très important. Malheureusement, du côté francophone, on n'a jusqu'à présent pas valorisé ou soutenu - contrairement à ce qui se fait du côté flamand - l'accès des hautes écoles à la recherche appliquée. Nous avons, en termes de recherche, un potentiel énorme qui n'a encore jamais été exploité. Les hautes écoles, comme les universités, amènent à Bruxelles un grand nombre d'étudiants dont il va aussi falloir tenir compte. C'est une population particulière lorsque l'on aborde les questions de logement, de mobilité, d'infrastructures sportives ou d'urbanisme. Nombre de nos écoles supérieures des arts ont par ailleurs une renommée internationale, notamment dans le domaine de la mode et du design. Elles attirent de nombreux étudiants étrangers et peut-être faudrait-il encore plus les valoriser dans la Région où elles sont implantées. Du côté d'Anvers, par

________________________________________________________________________________________________________________________


29


17-07-2009

ministers van de Waalse gewestregering maken ook deel uit van de regering van de Franse Gemeenschap. Ik vraag me wel af of mevrouw Huytebroeck de brug zal kunnen slaan tussen haar bevoegdheid voor milieu in het Brussels Gewest en haar bevoegdheid voor jeugdzorg bij de Franse Gemeenschap. De uitdagingen in het Brusselse onderwijs liggen voor het grijpen. Ik hoop dat de stem van de Brusselaars in dat beleidsdomein zal worden gehoord. In de horeca worden vaak geen stagiaires van onze hogescholen aangetrokken omdat die geen stages willen organiseren op de momenten die de horecabedrijven het best schikken. Bijgevolg trekken Brusselse horecazaken jonge stagiaires uit Portugal en Spanje aan. Denkt u niet dat het Brussels Gewest, de gemeenschappen, het hoger onderwijs en de bedrijven zouden moeten onderhandelen om dergelijke problemen te vermijden? (Applaus bij de MR)


exemple, on a fait beaucoup pour les écoles supérieures des arts. Il est temps, à Bruxelles, de donner à celles-ci une valorisation économique. Si nous avons ce potentiel et si vous avez lancé les prémices d'une bonne intention, la "mise en place progressive d'un interface de collaboration" semble un peu timide. Cette phrase est en effet assez poussive. On peut aller beaucoup plus vite, on doit aller beaucoup fort ! J'ai entendu, lors des deux tables rondes que nous avons organisées, le secteur de l'enseignement supérieur réclamer avec insistance une concertation suivie avec les autorités politiques de la Région pour discuter des problématiques que je viens d'évoquer. Nous avions pu réunir le monde de l'enseignement supérieur et des représentants de BECI et d'Agoria. Les deux parties ont exprimé le souhait d'avoir une plate-forme de concertation suivie et permanente avec les autorités régionales. Cela ne demande pas de moyens financiers. C'est une question de volonté et de désir de travailler ensemble. Il existe de nombreux exemples de ce que nous pourrions faire avec le monde de l'enseignement supérieur et le monde économique, avec des retombées économiques à la clé. Nous pourrions nous concerter beaucoup plus avec les autorités politiques et je ne dois pas vous rappeler, M. le ministre-président, les emplois issus de ces dizaines de milliers d'étudiants, de chercheurs et de professeurs qui travaillent et vivent à Bruxelles. Il faut prendre cette réalité en considération. Nous devrions donc aller plus loin que "cette mise en place progressive blablabla..." et installer directement une concertation. Ceci me ramène évidemment aux synergies que vous avons menées avec les Communautés, plus particulièrement avec la Communauté française que je connais bien. Par exemple, nous avons vu hier, pour la première fois, débarquer Mme Evelyne Huytebroeck au gouvernement, premier signe d'une double casquette bruxelloise-communautaire que nous réclamons depuis cinq ans. A côté, il y a pas moins de quatre double casquettes wallonnescommunautaires. Il y a donc un renforcement des synergies WallonieCommunauté française et un signe que je qualifierais de ténu de volonté de travailler ensemble au niveau de la Région bruxelloise et de la Communauté. Cependant, alors que Mme Evelyne Huytebroeck est



17-07-2009


ici "Madame Environnement" "Madame Jeunesse", je cherche direct et la synergie immédiate Environnement" et "Madame défendre les intérêts bruxellois.

30

et sera là-bas toujours le lien entre "Madame Jeunesse" pour

M. Colson, je ne parle pas de la jeunesse en termes scolaires, mais d'aide à la jeunesse et de la jeunesse dans ce qu'elle peut avoir d'images négatives. Soit. Même si je ne vois pas de lien, il n'en reste pas moins que le défi social bruxellois est tel en matière d'enseignement technique et professionnel, d'enseignement qualifiant, d'apprentissages de base et d'enseignement supérieur que j'ignore si ces compétences permettront d'amener la voix de Bruxelles à ceux qui ont pour mission d'organiser l'enseignement supérieur et de le faire fonctionner ici également. Prenons un exemple. Dans l'horeca, il devient difficile de prendre comme stagiaires des jeunes en formation au sein de certaines de nos hautes écoles, car les temps de stage ne correspondent pas aux temps de demande dans l'horeca. On fait donc faire des stages à des jeunes gens venant du Portugal et d'Espagne et des jeunes Belges ne trouvent pas de stage. Il existe des dizaines d'autres exemples, mais je n'ai pas le temps de les citer. Ne pensez-vous pas qu'il est indispensable que les autorités politiques de la Région et des Communautés, des universités et des hautes écoles ainsi que le monde économique puissent avoir cette concertation pour aboutir à quelque chose de véritablement efficace et porteur et ce, dans l'intérêt des étudiants, des chercheurs ainsi que de l'emploi et de l'économie de la Région tout entière ? (Applaudissements sur les bancs du MR)

Mevrouw de voorzitter.- Mevrouw Rousseaux heeft het woord.

Mme la présidente.- La parole est à Mme Rousseaux.

Mevrouw Jacqueline Rousseaux (in het Frans).Uit de beleidsverklaring blijkt dat de regering wil investeren in de economie om de tewerkstelling, het ondernemingsklimaat en de fiscale context te stimuleren. Daar zijn we blij mee en we zullen de regering daarin onvoorwaardelijk steunen.

Mme Jacqueline Rousseaux.- L'accord du gouvernement annonce son intention d'investir dans l'activité économique pour créer de nouveaux emplois, d'instaurer un climat favorable aux entreprises et un cadre fiscal propre aux investissements. Fort bien. Vous aurez compris que je ne vous parlerai que d'économie.

Het is goed dat de regelgeving wordt vereenvoudigd en dat de zelfstandigen betere informatie zullen

Nous saluons cette déclaration et nous soutiendrons

________________________________________________________________________________________________________________________


31


17-07-2009

krijgen over de bestaande steunmaatregelen. We zijn blij dat de KMO's en de zelfstandigen gemakkelijker leningen zullen kunnen afsluiten. In tijden van crisis is dit erg belangrijk, aangezien de banken soms zelfs aan hun trouwe klanten geen nieuwe lening toekennen. Wat het Participatiefonds betreft, zou de regering moeten proberen om 15 à 17% van de federale financiering in de wacht te slepen, een percentage dat is berekend op basis van het aantal ondernemingen en niet van het bevolkingsaantal in de verschillende gewesten. De regering belooft een kadaster van grondreserves te zullen opstellen. Daaruit maak ik op dat de vorige regering dit niet nodig achtte en dat de GOMB het nog niet gedaan heeft. We zijn benieuwd welke middelen de regering zal inzetten om deze doelstelling te realiseren. Er komt een Brussels Gewestelijk Agentschap voor de Handel om de groei van de handel te bevorderen. Vreemd genoeg zal Atrium, dat tot op vandaag deze opdracht vervulde, door het nieuwe agentschap worden opgeslorpt. Daarnaast is er nog het Economisch Immobiliënagentschap, dat kadert binnen de GOMB en als opdracht heeft nieuwe bedrijven aan te trekken. Ook het Brussel Agentschap voor de Onderneming (BAO) streeft gelijkaardige doelstellingen na. De Maatschappij voor de verwerving van vastgoed (MVV), die tijdens de vorige zittingsperiode in het leven werd geroepen om op zoek te gaan naar terreinen voor de vestiging van winkels en industrie, komt in deze beleidsverklaring niet meer ter sprake. Is het wel nuttig om een Brussels gewestelijk agentschap voor de handel op te richten? Het wordt het zoveelste agentschap dat handenvol geld zal kosten. Is dat de administratieve vereenvoudiging die u hebt beloofd? Is dat goed bestuur? Natuurlijk niet. Als er een sector is die zich in alle vrijheid en onafhankelijkheid moet kunnen ontwikkelen, is het wel de handel. In plaats van een nieuw agentschap op te richten, zou u beter investeren in netheid, veiligheid en mobiliteit om de handelswijken aantrekkelijker te maken en te ontwikkelen. Is het echt nodig dat de overheid het winkelaanbod stuurt? In sommige wijken is een gevarieerd


sans réserve le gouvernement dans toutes les actions qu'il entreprendra en ce sens. Nous apprécions également l'annonce d'une simplification réglementaire, d'une meilleure information sur les aides et du soutien aux indépendants. Nous nous réjouissons de la volonté affichée du gouvernement de faciliter l'accès au crédit pour les PME et les indépendants. Une telle mesure est essentielle, surtout en cette période de crise, où les organismes financiers se montrent particulièrement réticents à octroyer de nouveaux crédits, même à leurs clients fidèles. Concernant le Fonds de participation bruxellois, je rappelle que le gouvernement devra veiller à obtenir 15 à 17% du financement fédéral pour respecter la proportion d'entreprises bruxelloises, et non se contenter d'un pourcentage calculé sur base de la population respective des Régions. La volonté de créer des parcs pour PME, des modules oscillant entre 200 et 250 mètres carrés, est également une initiative intéressante. Toutefois, si le gouvernement s'engage à augmenter l'offre publique de bâtiments et de terrains, on peut s'interroger sur la manière dont il espère y arriver. Le gouvernement nous promet un cadastre des réserves foncières. Cela signifie donc que les ministres sortants n'avaient pas jugé utile d'en disposer et que les organismes déjà en place, telle la SDRB, ne l'avaient pas dressé. Cela relève pourtant, me semble-t-il, de ses missions. Nous attendrons de voir quels moyens le gouvernement utilisera pour atteindre cet objectif et le financer. Le gouvernement nous annonce aussi la création d'une Agence régionale bruxelloise pour le commerce, centrée sur le développement économique. Elle devra aider au développement des projets d'implantation commerciale. Curieusement, il est annoncé que cette agence intégrera Atrium, qui remplit déjà cette mission, et s'ajoutera à l'Agence immobilière économique, elle-même encadrée par la SDRB et également chargée de simuler l'implantation des entreprises. Bien entendu, on laissera l'Agence bruxelloise de l'entreprise (ABE) intervenir dans cette même direction, sans parler de la Société d'acquisition foncière (SAF) créée sous la législature précédente, qui était également censée trouver, acquérir et gérer des terrains à finalité commerciale et industrielle et



17-07-2009

winkelaanbod misschien aantrekkelijk, maar andere winkelbuurten floreren dan weer omdat er veel gelijkaardige zaken zijn. Ik denk bijvoorbeeld aan de modezaken van de Dansaertstraat. De overheid moet handelaars vrij laten om zich te vestigen waar ze willen en vooral voor een aangename omgeving zorgen. Een goed handelsbeleid hangt ook samen met een goed beheer van de openbare werken. De eindeloze werken aan het Poelaertplein zijn alvast geen goed voorbeeld. Het risico dat heel wat winkels uit de buurt verhuizen, is reëel. Dat zou dan leiden tot een daling van de inkomsten uit belastingen. Tijdens de vorige legislatuur heeft de regering helemaal geen aandacht besteed aan de verzuchtingen en problemen van handelaars. De oplossing van de nieuwe regering bestaat er nu in om een nieuw agentschap aan te kondigen en ervoor te zorgen dat milieuadviseurs zich bemoeien met het afval van handelszaken. Naast de idee van een handelsverbinding tussen de boven- en de benedenstad, is er ook opnieuw sprake van een haalbaarheidsstudie over de overkapping van de Gulden Vliestunnel. Dat project is al meer dan twee jaar opgeborgen en we weten nog altijd niet hoe het autoverkeer en de boven- en ondergrondse parkeergelegenheid zullen worden geregeld, hoelang de werken zullen duren, wat de werken zullen kosten, hoe wij die zullen financieren, enzovoort. Dat zijn nochtans cruciale elementen waarmee rekening moet worden gehouden voordat er er beslissing wordt genomen. Een effectenstudie is absoluut noodzakelijk voor dit project, dat de handelaars lijkt af te schrikken. Het regeerakkoord vermeldt het idee van een winkelcentrum op de Heizelvlakte, maar verwijst nergens naar het project U-Place in Vilvoorde. De vraag is welke gevolgen dit winkelcentrum op het Brussels handelsweefsel zal hebben. Het zou wel eens een aanzuigeffect kunnen uitoefenen op de handelszaken in het stadscentrum, terwijl wij alles moeten doen om de aantrekkelijkheid van die handelszaken te vergroten. De vraag is bovendien of een dergelijk project wel haalbaar is in de huidige context, zeker als er een ander winkelcentrum komt op minder dan twintig kilometers. Als de regering op de Heizel een congrescentrum wil, moet de capaciteit meer dan 5.000 plaatsen


32

qui n'est plus évoquée dans ce cénacle. Est-il, dans ces conditions, utile et raisonnable de créer cette Agence pour le commerce, une agence de plus, avec tous les coûts de fonctionnement que cela engendrera, mais sur lesquels, bien sûr, on ne nous dit rien ? Poser la question, c'est y répondre. Est-ce là la simplification administrative que vous nous avez promise ? La bonne gouvernance que l'on nous annonçait à grand fracas ? Non, bien sûr. S'il est un secteur qui a surtout besoin de liberté et d'indépendance pour se développer, c'est bien le commerce. Plutôt que de créer un nouveau machin sous le nom d'"Agence régionale pour le commerce", il faudrait être conscient de ce que le renforcement de l'attrait des noyaux commerciaux et leur développement dépendent avant tout d'une politique globale en matière de propreté, de sécurité et de mobilité. Faut-il nécessairement régenter les implantations commerciales, si ce n'est concernant leur volume ? Si, en certains endroits, la diversité des commerces fait la richesse d'un quartier et renforce son attractivité, a contrario, pour d'autres quartiers, c'est l'uniformité de leur type d'offre qui fait leur richesse. Pensons au quartier Dansaert, consacré à la mode, ou à la concentration de restaurants dans l'Ilot sacré, ou au marché aux Poissons ou à bien d'autres bassins encore. Laissons à chacun la liberté de son lieu d'implantation, mais offrons à tous un environnement de qualité. Voilà la mission du service public et du gouvernement. La consolidation de la présence commerciale est également liée à la bonne gestion des travaux publics. Dans un cas exemplatif comme celui de la place Poelaert et du goulet Louise, les chantiers interminables et les aménagements de voiries imposés à la hussarde auront eu raison d'enseignes de renom et, partant, de l'image de marque de notre Région. Si l'on n'y prend garde, le risque de déplacement des enseignes et de la clientèle en dehors de la capitale est réel et ce risque ira crescendo, entraînant une dévitalisation des noyaux commerciaux existants et une baisse substantielle des revenus fiscaux pour la Région bruxelloise. Pendant la législature précédente, le gouvernement s'est montré d'une apathie toute particulière à l'égard des préoccupations et des difficultés rencontrées par les commerces. Il ne trouve comme solution, dans sa

________________________________________________________________________________________________________________________


33


17-07-2009

bedragen. Heel wat congressen tellen immers 10.000 deelnemers of meer. De geplande 5.000 plaatsen zullen dus niet volstaan. Andere Europese steden hebben met succes geïnvesteerd in grote centra, die zowel voor congressen als voor spektakels kunnen worden gebruikt. Ik denk bijvoorbeeld aan Antwerpen (12.000 plaatsen), Londen (20.000 plaatsen), Berlijn (9.000 plaatsen) of Genève (15.000 plaatsen).


déclaration de ce jour, que de créer cette nouvelle agence, ainsi que des éco-conseillers devant s'occuper de la gestion des déchets des commerces. Ils sont bien gentils, les éco-conseillers, mais ils ne vont pas redynamiser l'ensemble ! En plus de l'idée dont on parle depuis longtemps de créer une liaison commerciale entre le haut et le bas de la ville, voilà qu'on relance l'étude de faisabilité technique et financière de la couverture du tunnel Toison d'Or. Le projet dort dans les cartons du ministre de l'Economie depuis plus de deux ans, et on ne sait toujours pas quels sont les projets éventuels d'aménagement de cet endroit, ni comment seraient gérés la circulation automobile, les parkings de surface et les parkings souterrains, quelle serait la durée des travaux, etc. Or, il va de soi que ces questions sont cruciales et doivent être considérées avec grand soin avant de prendre toute décision. On vient de citer l'exemple de la gestion désastreuse du chantier de la place Poelaert, ce qui fait frémir quand on songe à la manière dont pourrait être géré le chantier Toison d'Or. Si l'on peut comprendre l'intérêt qu'il peut y avoir à couvrir le tunnel reliant la Toison d'Or et la porte de Namur, idée qui n'est pas neuve, là aussi on peut se demander quel budget considérable cela représenterait et comment le financer. Une étude d'impact serait un préalable indispensable pour un tel projet, qui ne semble pas rencontrer les faveurs des commerçants. L'idée d'implantation d'un centre commercial sur le plateau du Heysel est maintenue dans la note gouvernementale sans aucune référence au projet UPlace qui se développe à Vilvorde. La première question à se poser est de savoir quel sera l'impact de ce centre commercial au Heysel sur le tissu commercial bruxellois. Un tel centre commercial pourrait jouer un rôle d'aspirateur par rapport aux commerces du centre-ville, alors qu'il faut tout faire pour renforcer leur attractivité. De plus, ce projet serait-il viable dans le contexte actuel, ou si un autre centre commercial ouvre ses portes à moins de vingt kilomètres? Quant au centre de congrès que le gouvernement entend construire sur le site du Heysel, si l'on veut que celui-ci ait un réel impact, il conviendrait de dépasser la capacité de 5.000 places. En effet, nombre de congrès attirent 10.000 et plus de participants. La capitale de l'Europe est incapable de



17-07-2009


34

les accueillir et le resterait avec ces 5.000 places. D'autres villes européennes ont investi avec succès dans des centres nettement plus importants, qui peuvent alors servir de salles de congrès et de salles de spectacles. A Anvers, on compte 12.000 places, à Milan, 20.000 places, à Berlin, 9.000 places, à Genève, 15.000 places, à Londres, 20.000 places. Mevrouw de voorzitter.- Uw spreektijd is voorbij, mevrouw Rousseaux.

Mme la présidente.- Votre temps de parole est écoulé, Mme Rousseaux.

Mevrouw Jacqueline Rousseaux (in het Frans).Ik rond af.

Mme Jacqueline Rousseaux.- Je conclus. Pour ce qui concerne le reste, il y a bien peu de mots sur le commerce, sinon une belle déclaration d'intention. L'horeca, nos artisans, nos commerçants, nos prestataires de services, nos professions libérales, par ailleurs non citées, méritent bien plus.

Met betrekking tot de handel blijft het bij een mooie intentieverklaring. Onze horeca, onze ambachtslieden, onze handelaars, onze dienstverleners, onze vrije beroepen verdienen meer dan dat. In plaats van zoveel nieuwe structuren op te richten, zouden wij beter de echte problemen aanpakken. Er wordt met geen woord gerept over de vereenvoudiging van bedrijfsovernames of de versnelling van de vergunningsprocedures. Wij moeten inspelen op de behoeften van de handelaars. Dat houdt ook in dat wij de veiligheid en de netheid moeten waarborgen.

Plutôt que de mettre tant de nouvelles structures en place, il vaudrait mieux s'attaquer aux vrais problèmes. Il n'y a pas un mot sur la manière de faciliter la transmission d'entreprises, sur les autorisations qui pourraient être obtenues beaucoup plus rapidement quand il s'agit de s'implanter ou d'obtenir des permis environnementaux. Il faut répondre aux attentes des commerçants, et c'est aussi veiller à la sécurité et à la propreté de la Région.

Er is nog veel te doen op het vlak van de steun aan KMO's. Europa heeft heel wat suggesties gedaan. Net zoals de Small Business Act. Wij zullen u hieraan herinneren van op de oppositiebanken en trachten een betere toekomst uit te bouwen voor de economische actoren en de inwoners van het gewest.

Il y a beaucoup à faire pour aider les PME. L'Europe nous a fait de nombreuses suggestions en la matière. Le Small Business Act aussi. Nous ferons tout de notre côté, depuis les bancs de l'opposition, pour vous les rappeler et tenter de construire un avenir meilleur pour nos acteurs économiques et pour tous les habitants de la Région.

(Applaus bij de MR)

(Applaudissements sur les bancs du MR)

Mevrouw de voorzitter.- Gelieve de spreektijd te respecteren.

Mme la présidente.- Je vous rappelle que la séance est encore longue. Je vous demande dès lors de respecter le temps de parole qui vous est imparti.

De heer Fassi-Fihri heeft het woord. La parole est à M. Fassi-Fihri. De heer Hamza Fassi-Fihri (in het Frans).Werkgelegenheid en opleiding blijven de primaire uitdagingen in het Brussels Gewest. Ik stel tevreden vast dat elk onderdeel van de regeringsverklaring doordrongen is van deze dimensie. Op veel terreinen, zoals mobiliteit of afvalbeheer, is er nog heel wat ruimte voor het scheppen van nieuwe

M. Hamza Fassi-Fihri.- Je relèverai quelques points qui touchent à l'emploi et aux nouvelles technologies. L'emploi et la formation restent les premiers défis bruxellois et sont au coeur de toute problématique régionale. Je note avec beaucoup de satisfaction

________________________________________________________________________________________________________________________


35


17-07-2009

banen. Het gewest moet daar bij elke strategische beslissing rekening mee houden. De regering wil de band tussen de gemeenten en het gewest uitdiepen, op institutioneel en financieel vlak en wat de verdeling van de bevoegdheden betreft. Ook op het vlak van werkgelegenheid is een partnerschap met de gemeenten noodzakelijk. Historisch gezien hebben de gemeenten op dat terrein geen duidelijk omschreven rol, al hebben verschillende gemeenten succesvolle initiatieven genomen. Daardoor wordt er heel wat dubbel werk geleverd en energie verspild. Door de decentralisering van Actiris kunnen de gemeenten hun rol ten volle spelen. Zij kunnen een meerwaarde bieden door werkzoekenden in contact te brengen met de plaatselijke economische actoren, door kleinschalige publiek-private samenwerkingen op touw te zetten of door acties op het vlak van sociale economie, bijvoorbeeld via de wijkcontracten. De gemeenten kunnen zo een concrete en efficiënte bijdrage leveren, terwijl het gewest de doelstellingen vastlegt, prioritaire sectoren kiest, coördineert en dient als hefboom voor de financiering. Er is nog een andere nieuwigheid waar het cdH veel belang aan hecht. De regering is er zich namelijk van bewust dat cultuur nuttig kan zijn om de economie te stimuleren. Brussel is een internationale cultuurstad. Er komen kunstenaars van heel Europa naar hier, er worden internationaal bekende festivals georganiseerd, de stad telt heel wat cultuurtempels als Bozar en Botanique, we hebben een filmindustrie die in volle ontwikkeling is enzovoort. Dat is allemaal goed voor de werkgelegenheid, want er is behoefte aan kunstenaars, regisseurs, communicatiemedewerkers, enzovoort. Het cdH is voorstander van samenwerking tussen het Brussels Gewest en de culturele sector. De beleidsverantwoordelijkheid voor cultuur is heel versnipperd, wat een samenhangend cultureel beleid in de weg staat. De culturele sector wil niet wachten en werkt aan overleg, maar het Brussels Gewest zou de zaak in handen moeten nemen. Het is al een begin dat de Franse Gemeenschapscommissie werk wil maken van meer samenhang, maar het Brussels Gewest zou hetzelfde moeten


cette grande première qu'est la transversalité poussée de la préoccupation de la mise à l'emploi et de la création d'emplois à travers tous les chapitres de la déclaration de politique régionale. Il y a bien sûr l'alliance emploi et environnement et le pacte de croissance urbain, mais cela va bien au-delà. Dans tous les chapitres, on prend en considération la création d'emplois : mobilité, gestion des déchets, tourisme, recherche, commerce, événementiel, culture,... Je m'en réjouis, car les gisements d'emplois, les opportunités de création de nouveaux emplois sont nombreux dans ces domaines, pour peu qu'on décide d'en faire une lecture systématique et un passage obligé pour toute décision stratégique pour la Région. Plutôt que de revenir sur les priorités du groupe cdH dans ces matières, je voudrais souligner quelques accents nouveaux qui nous paraissent importants à valoriser au cours de cette législature. Le gouvernement a insisté sur l'importance du lien à approfondir entre la Région et les communes : institutionnel, finances, budget, répartition des compétences. J'attire votre attention sur le fait qu'il sera de la même manière nécessaire de développer ces mêmes types de partenariats au niveau de la politique d'emploi. Historiquement, les municipalités n'ont aucun rôle défini, clair, théorisé dans la chaîne de mise à l'emploi, même si de nombreuses communes ont pris, avec succès, un certain nombre d'initiatives. Aujourd'hui, il subsiste des doublons, des zones de flou dans la répartition des compétences et donc beaucoup d'énergie et d'efforts qui pourraient être mieux orientés. Il faut profiter de la finalisation de la décentralisation d'Actiris dans les dix-neuf communes pour permettre à ces dernières, en lien et en intelligence avec la Région, d'exercer entièrement leur rôle dans la politique de mise à l'emploi. En effet, les communes peuvent apporter une réelle plus-value par des actions telles que la mise en contact entre les demandeurs d'emploi et les opérateurs économiques locaux (elles peuvent aller chercher les publics-cibles dans les quartiers), la mise en oeuvre de petits partenariats public-privé, qui génèrent peu d'emplois, mais qui sont fondamentaux (mini-formations, présélection de candidats avec en contrepartie l'engagement de recruter du personnel local), ou encore des actions d'économie sociale, dans le cadre des contrats de



17-07-2009


36

quartier par exemple, en lien avec le secteur de l'insertion socioprofessionnelle (ISP).

doen. Wat de werkgelegenheid betreft, zal de cdH-fractie bijzondere aandacht besteden aan de strijd tegen discriminatie bij de aanwerving, die onverdroten moet worden voortgezet. Tot slot zal ik het hebben over de ontwikkeling van spitstechnologie voor de ICT-sector. De regeringsverklaring raakt verschillende aspecten hiervan: onderzoek, e-government, administratieve vereenvoudiging, irisnet, enzovoort. Het cdH vraagt van de regering echter ook een globale strategie inzake nieuwe informatie- en communicatietechnologieën. In de toekomst zal de toegang tot het internet voor de bevolking van de grootsteden even essentieel worden als de toegang tot water en gas of elektriciteit. De regering moet de stad een venster op de wereld bieden, door de bevolking toegang te bieden tot e-government, maar ook e-learning, multimediale communicatie, webcreaties, enzovoort. Het irisnet is daarvoor een gouden instrument. De beheersovereenkomst hiervoor loopt af in 2009. De regering moet van de onderhandelingen over een nieuwe overeenkomst gebruik maken om synergieën te ontwikkelen met het netwerk van de MIVB en om ambitieuze doelen voorop te stellen. Zo moeten naast de overheden ook de burgers en de ondernemingen toegang krijgen tot irisnet. (Applaus bij de meerderheid)

La commune peut véritablement apporter un plus concret et efficace là où le rôle de la Région sera de fixer des objectifs, cibler les secteurs prioritaires, coordonner et servir de levier de financement ou de cofinancement. Ce serait là un schéma idéal où chaque niveau de pouvoir exercerait entièrement son rôle, en parfaite intelligence. Un autre axe novateur important pour le cdH : la prise en compte de la culture comme moteur de développement économique. Bruxelles est une véritable ville de création et elle peut sans tabou se positionner comme telle, y compris au niveau international. La création, c'est la recherche, l'innovation et le développement économique, mais aussi la création artistique à travers l'effervescence créatrice que Bruxelles connaît aujourd'hui. Des résidences d'artistes attirent des artistes d'Europe et d'ailleurs ; des festivals de renommée européenne et internationale dans toutes les disciplines ; des événements d'animation grand public (Bruxelles les Bains, inaugurée ce matin) ; des lieux d'exception (Bozar, Botanique, etc.) et une industrie de la musique, des arts numériques, des arts graphiques et du cinéma en plein développement. Bref, autant de liens potentiels entre art, culture et économie, au bénéfice de l'emploi. En effet, derrière chacun de ces événements se cachent, outre les artistes, des régisseurs, des techniciens, des graphistes, des publicistes, des marketteurs, des communicants, logisticiens... Autant de niches d'emplois, plus ou moins qualifiés, tout à fait correspondant au profil d'une zone urbaine moderne et cosmopolite comme Bruxelles. Par ailleurs, nous soutiendrons toute action que la Région développera pour tisser des liens privilégiés et pour élaborer des stratégies concertées avec l'ensemble des acteurs impliqués dans la culture : acteurs publics, nombreux et de différents niveaux de pouvoir, et acteurs culturels eux-mêmes. Aujourd'hui, la complexité institutionnelle touchant à la culture à Bruxelles est telle qu'elle en devient un obstacle pour établir une politique culturelle cohérente et pour avoir une logique économique industrielle pour le secteur culturel à Bruxelles. Les opérateurs culturels n'attendent pas : ils avancent et c'est tant mieux, car ils sont moteurs d'une

________________________________________________________________________________________________________________________


37


17-07-2009


dynamique régionale, mais la Région devrait se définir ou définir un interlocuteur ou un espace de concertation unique pour soutenir et accompagner cette dynamique. En ce sens, je me réjouis de ce que la COCOF ait clairement établi dans son programme de gouvernement l'ambition de promouvoir une cohésion en ce domaine. C'est un bon début. La Région, en intelligence avec la COCOF, devrait avancer dans cette ligne. Je ne m'attarderai pas davantage sur les questions d'emploi, si ce n'est en rappelant que mon groupe suivra de manière particulièrement attentive la politique de lutte contre la discrimination à l'embauche, qui mérite d'être poursuivie vigoureusement, avec le même volontarisme que sous la précédente législature. Pour conclure, j'aborderai un sujet trop rarement discuté dans cette enceinte : la stratégie de développement des nouvelles technologies de l'information et de la communication. Différents aspects de cette problématique sont abordés dans la déclaration. Je pense notamment au développement de la recherche, de l'e-gouvernement, de la simplification administrative, du réseau Irisnet... Cependant, nous estimons, au sein du groupe cdH, que le gouvernement gagnerait à présenter devant le parlement une vision globale de sa stratégie de développement des nouvelles technologies d'information et de la communication au bénéfice des Bruxellois. En effet, je suis intimement convaincu que l'accès au réseau, via la fibre optique, le wi-fi, le wi-max ou autre technologie présente ou future, sera demain aussi fondamental pour les habitants que l'est devenu aujourd'hui l'accès à l'eau, au gaz ou à l'électricité dans les foyers. Demain, l'accès à internet et, plus généralement, aux nouvelles technologies de l'information et de la communication sera fondamental dans les grandes métropoles modernes. Il revient à ce gouvernement de planter de manière volontariste les prémices d'une ville complètement branchée, ouverte sur le monde, favorisant l'accès de ses habitants non seulement à l'e-gouvernement, mais aussi à l'e-learning, à la création sur le web, à la communication multimédia, au développement économique et à la création sous toutes ses formes, pour ne citer ici que quelques opportunités que ___________________________________________________________________________________________________________ Brussels Hoofdstedelijk Parlement – Plenaire vergadering – Integraal verslag Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – Séance plénière – Compte rendu intégral


17-07-2009


38

peuvent offrir le web et les nouvelles technologies aujourd'hui. Bruxelles dispose pour ce faire d'un instrument en or, mais, à mon sens, sous-exploité : le réseau Irisnet. Il s'agit d'une infrastructure unique, puissante grâce à une bande passante quasiment infinie et dont la convention de gestion arrive à échéance en 2009. Je suggère que le gouvernement saisisse cette opportunité et profite de la négociation pour la prochaine convention de gestion du réseau Irisnet pour envisager des synergies avec l'autre réseau existant à Bruxelles, soit la STIB, et pour définir des objectifs ambitieux en la matière. Je pense notamment à l'accès des habitants et des entreprises à ce réseau Irisnet qui, aujourd'hui, est principalement utilisé par les opérateurs publics sur le territoire régional. (Applaudissements sur les bancs de la majorité)

Mevrouw de voorzitter.- Mevrouw Brouhon heeft het woord.

Mme la présidente.- La parole est à Mme Brouhon.

Mevrouw Sophie Brouhon.- Dit parlement is een tweetalige instelling en sommigen vergeten dat nog altijd. Mijn eerste toespraak zal ik in beide talen houden, omdat ik mij richt tot de voltallige regering en het hele parlement.

Mme Sophie Brouhon (en néerlandais).- Ce parlement étant une institution bilingue - ce que certains ont encore tendance à oublier -, ma première intervention se fera dans les deux langues.

Wij hebben met veel aandacht naar ministerpresident Picqué geluisterd. Hij heeft de bezorgdheid van deze regering verwoord dat ze de middelen voor haar beleid moet krijgen en dat die middelen moeten komen van de federale overheid. De retoriek is bekend: (verder in het Frans) Rekening houdende met de aanzienlijke bijdrage van Brussel aan de Belgische staat, krijgt het Brussels Gewest er te weinig voor terug. De federale overheid en de andere gewesten moeten een inspanning leveren voor Brussel. (verder in het Nederlands) Maar zoekt Brussel zelf wel voldoende naar middelen? Misschien kan het beleid wel goedkoper en efficiënter op een andere manier? Dat lijkt niet meteen het geval, want er worden meer structuren

Le ministre-président a exprimé la préoccupation du gouvernement, qui a besoin de moyens provenant de l'Etat fédéral pour mener à bien sa politique. (poursuivant en français) Bruxelles reçoit moins que son apport et sa contribution à la Belgique. L'Etat fédéral peut donc payer et les autres entités faire un effort. La démonstration est assez simple. (poursuivant en néerlandais) Bruxelles pourrait s'efforcer elle-même de mener une politique moins coûteuse et plus efficace, en créant moins de structures, moins d'emplois publics, en remettant en cause certains ACS et en imposant des restrictions aux communes. (poursuivant en français) Le gouvernement a veillé à maintenir intégralement le financement des communes via la dotation

________________________________________________________________________________________________________________________


39


17-07-2009

opgericht, met minder efficiëntie tot gevolg. Er worden veel banen gecreëerd, maar bij de overheid. Aan de GESCO's, die ook veel geld kosten, mag niet worden geraakt. Vooral - en dit is een oud zeer - wordt de gemeenten niets in de weg gelegd. Zij mogen gewoon voortdoen, zonder voorwaarden. (verder in het Frans) De financiering van de gemeenten via de algemene dotatie blijft behouden. Maar is dit nog wel de beste manier om de middelen van het Gemeentefonds te verdelen? Worden de gemeenten wel voldoende aangespoord om uit het bijstandssysteem te stappen, waarin ze zich zo comfortabel voelen? Andere gemeenten die op minder steun kunnen rekenen, zoeken immers eigen financieringsmiddelen. Zal de regering de criteria voor de verdeling van de middelen tussen de gemeenten herzien?


générale. Un mécanisme de financement est le moins que l'on puisse attendre pour répartir les moyens du Fonds des communes. Cependant, la dotation générale est-elle encore la clé la plus adaptée pour inciter les communes à sortir du système d'assistanat dans lequel certaines se complaisent, sans faire de grands efforts pour se doter de moyens d'existence plus personnels, comme d'autres communes ont été amenées à le faire, faute de soutien ? Va-t-on faire le point sur les moyens que la Région pourrait récupérer ou redistribuer, en revisitant les critères qui président à l'octroi des moyens financiers aux communes ? (poursuivant en néerlandais) Dans la répartion des moyens généraux, il faut également tenir compte des moyens financiers en provenance de l'Europe ou de diverses sources fédérales, dont profitent directement les communes.

(verder in het Nederlands)

(poursuivant en français)

Er wordt heel weinig gezegd over de financiële middelen die rechtstreeks naar de gemeenten, waaronder Brussel-Stad, gaan. Die middelen komen ofwel van Europa, ofwel van verschillende federale bronnen via financiering of dotatie. Daarmee moet ook rekening worden gehouden bij de verdeling van de algemene middelen. Wij moeten het algemene plaatje bekijken, anders is onze verdeling niet eerlijk voor alle gemeenten.

Aucune question sur une possible solidarisation des communes par le biais d'une imposition égale de tous les habitants de la Région, par exemple. Le produit de cette harmonisation pourrait pourtant être réparti entre toutes les communes, selon des critères qui tiendraient davantage compte de ce que celles-ci mettent réellement en oeuvre dans des domaines sensibles. Je prends pour exemple de ceux-ci la création de logements, l'aide aux personnes âgées par des services leur permettant de rester à domicile, ou encore l'aide apportée aux familles.

(verder in het Frans) Er is helemaal geen sprake van een responsabilisering van de gemeenten door de harmonisatie van de belastingen. De opbrengsten van de belastingen zouden dan onder alle Brusselaars kunnen worden verdeeld, op basis van criteria die rekening houden met de beleidsdaden van gemeenten. Ik denk bijvoorbeeld aan het bouwen van woningen, het organiseren van bejaardenzorg, enzovoort.

Rien non plus sur les objectifs qui pourraient être fixés aux communes, aux CPAS ou aux zones de police, en matière de normes à respecter, pour éviter certaines dépenses de fonctionnement ou charges de personnel que l'on peut constater aujourd'hui dans certaines de ces entités et qu'il est permis de considérer comme excessives.

Er wordt ook niets gezegd over normen voor gemeenten, OCMW's of politiezones inzake uitgaven of personeelskosten. In sommige gevallen lopen die uit de hand.

La formule des achats groupés pour les communes n'est pas neuve, mais n'est toujours pas appliquée. Pour lui donner une chance d'aboutir, le gouvernement devrait peut-être définir une feuille de route, à exécuter d'ici la fin de la législature, et déterminer des domaines spécifiques, comme l'achat de carburant pour les communes.

(verder in het Nederlands)

(poursuivant en néerlandais)

De formule van de centrale aankoop voor de ___________________________________________________________________________________________________________ Brussels Hoofdstedelijk Parlement – Plenaire vergadering – Integraal verslag Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – Séance plénière – Compte rendu intégral


17-07-2009

gemeenten is niet nieuw, maar wordt nog altijd niet toegepast. Wie garandeert dat het voornemen daartoe dit keer wel lukt? Misschien moet de regering veeleer een stappenplan bepalen, dat wel voor het einde van de legislatuur kan worden gerealiseerd. Duurzaamheid is belangrijk voor de regering, net zoals voor ons. Het levert, volgens ons, meer op om specifieke domeinen af te bakenen waar centrale aankoop wel mogelijk is, bijvoorbeeld voor de aankoop van benzine voor de gemeenten. (verder in het Frans) Kortom, wij hebben het gevoel dat u voor alle materies geld aan de federale overheid vraagt en ondertussen zelf niets doet om nieuwe middelen te vinden, hetzij via nieuwe maatregelen, hetzij via de herziening van oude maatregelen. Dat is bijzonder teleurstellend. Bovendien geeft u zo ook een zeer slecht beeld inzake duurzaam bestuur aan diegenen met wie u later zult moeten onderhandelen over die noodzakelijke middelen.


40

(poursuivant en français) Pour faire court, Mme la présidente, nous avons en synthèse le sentiment que nous avançons dans tous les chapitres de la déclaration gouvernementale la main tendue pour recevoir les moyens de l'Etat fédéral et que, dans l'attente, rien n'est fait pour se ménager des moyens nouveaux, que ce soit par des politiques nouvelles ou par la révision des politiques anciennes ; c'est très décevant. On donne ainsi une très mauvaise image de gestion responsable et durable à ceux-là mêmes avec qui nous aurons, tôt ou tard, à discuter de ces moyens tant nécessaires pour que Bruxelles ne soit pas asphyxiée. (Applaudissements sur les bancs du sp.a)

(Applaus bij de sp.a) Mevrouw de voorzitter.- Mevrouw Jodogne heeft het woord.

Mme la présidente.- La parole est à Mme Jodogne.

Mevrouw Cécile Jodogne (in het Frans).- U kondigt aan dat de planificatie- en studiediensten van het ministerie en de instellingen van openbaar nut hun studies op het vlak van ruimtelijke ordening zullen coördineren. Ik hoop dat die coördinatie verder zal gaan dan alleen de studies en dat ze te merken zal zijn in het gehele gewestelijke beleid.

Mme Cécile Jodogne.- Ceux qui connaissent mes préoccupations ne seront pas étonnés que je centre mon intervention sur quelques éléments touchant au chapitre 5 de votre accord de majorité, intitulé "Aménager et équilibrer durablement le territoire régional".

We hebben maar één gewest, maar wel negen ministeriële kabinetten, een of meerdere administraties, tien instellingen van openbaar nut (waaronder Leefmilieu Brussel, de BGHM en de Haven van Brussel), vier pararegionale instellingen (waaronder de GOMB en de MIVB) en enkele vzw's van gewestelijk belang, zoals het ATO en Atrium. Over de Maatschappij voor de Verwerving van Vastgoed spreekt de regeringsverklaring zelfs niet. Coördinatie is dus cruciaal voor een goed bestuur en op dit ogenblik is er te weinig coördinatie. De regering moet meer aandacht besteden aan de onderlinge samenwerking. Het gewest moet ook een belangrijke inbreng

Mon intervention se structure en deux parties. J'intitulerai la première "Une multiplicité d'acteurs... qui manquent de coordination". En matière de planification, vous nous annoncez une "coordination des études entre les services de planification et d'étude du ministère et des organismes d'intérêt public (OIP)". J'ai envie de dire : "excellente nouvelle !", si vous permettez à une jeune députée d'user d'un brin d'ironie. Beaucoup plus sérieusement, je ne puis qu'espérer que cette coordination dépasse le cadre des études et soit concrètement effective dans toutes les politiques régionales mises en oeuvre, plus spécifiquement en matière de projets urbains. Car l'enjeu est bien réel. Je partage avec vous un constat : une Région certes, mais neuf cabinets

________________________________________________________________________________________________________________________


41


17-07-2009

hebben in de keuzes van Infrabel voor de ontwikkeling van de spoorwegen in Brussel. De GEN-haltes zijn essentieel voor de complementariteit tussen de verschillende vormen van vervoer. U zult opmerken dat ik de negentien gemeenten nog niet genoemd heb. Zij beschikken over aanzienlijke troeven: terreinkennis, democratische legitimiteit, nabijheid. De heer Vervoort sprak over een gewest dat de gemeenten steunde en gemeenten die achter het gewest stonden. Dat is een vrome wens. Er is geen dialoog en er zijn geen duidelijke doelstellingen die gedeeld worden door alle overheidspartners. Er is dus een coördinator nodig. Voor de ruimtelijke ordening krijgt het ATO de missie. Daarvoor moet het beschikken over een duidelijke opdracht, voldoende middelen en het vertrouwen van de partners. Het moet ook verantwoording afleggen aan de partners. Het ATO kan die zware verantwoordelijkheid aan, op voorwaarde dat het meer financiële middelen krijgt en dat de partners er meer bij betrokken worden. Dat de regering haar doelen beperkt tot de coördinatie van de werking van de administraties is weinig ambitieus. Een dergelijke samenwerking zou de normaalste zaak van de wereld moeten zijn, maar de regering maakt er een specifieke doelstelling van in haar regeringsverklaring. Het GPDO zal een van de eerste tests zijn voor deze fameuze coördinatie. Dit document moet blijkbaar de operationele prioriteiten voor de komende regeerperiode bevatten. Daar moet u dus niet te lang mee wachten. Het is evenwel onduidelijk hoeveel de doelstellingen zullen kosten en waar dat geld vandaan moet komen. U kondigt ook een gedeeltelijke wijziging aan van het GBP. Dat is noodzakelijk voor heel wat projecten die al lang sudderen. Wat zal er precies veranderen, binnen welke termijnen en met welke middelen? Een zekere flexibiliteit is inderdaad aangewezen, maar niet alleen in de administratieve of gemengde zones. In veel wijken maken de huidige voorschriften een vermenging van de functies onmogelijk, terwijl dit de sociaal-economische ontwikkeling zou bevorderen.


ministériels, une ou plusieurs administrations, dix organismes régionaux d'intérêt public, dont Bruxelles-Environnement, la SLRB et le Port de Bruxelles, quatre pararégionaux, dont la SDRB et la STIB, et quelques asbl d'intérêt régional, comme l'ADT et Atrium. Je n'oublie pas la Société d'acquisition foncière, dont, si je ne me trompe, on ne parle même pas dans votre déclaration. Avec cette longue énumération, tout le monde sera sans doute convaincu que la coordination est un enjeu crucial. Il s'agit bien là d'une condition essentielle de la bonne gouvernance. Avec ma petite expérience, je suis bien placée pour savoir que la coordination au niveau régional est tout, sauf une réalité. Bref, il y a du pain sur la planche. Il faudra que le gouvernement se penche davantage sur le processus interne de collaboration entre les différents intervenants régionaux. Toujours en matière de coordination, la Région a un rôle important à jouer dans les options d'Infrabel sur le développement ferroviaire à Bruxelles. II me suffira ici de faire allusion aux enjeux cruciaux que constituent les arrêts RER pour renforcer la complémentarité entre les différents moyens de transport. Coordination et bonne gouvernance dans le processus urbain, ... vous me direz qu'il manque dans cette équation un acteur important : la commune. Ou plutôt, dix-neuf (méchantes) communes ! La connaissance du territoire, géographiquement, socialement, économiquement, la légitimité démocratique bien souvent mieux vécue par les habitants, la proximité des acteurs, sont des atouts importants que les communes possèdent. M. Vervoort n'est plus là, mais j'aurais aimé reprendre ce qu'il a dit tout à l'heure en parlant d'une Région municipaliste et de communes régionalistes. Quel souhait ! Et pourtant, on nous répète inlassablement que cela coince et ne fonctionne pas. Oserais-je quelques pistes d'explication ? Absence de dialogue, manque d'interlocuteurs, absence d'objectifs clairement définis et partagés par tous les partenaires publics, absence de pilote. En matière d'aménagement du territoire, c'est l'ADT qui se voit confier ce rôle de pilote. Ce pilote doit avoir une mission claire, des moyens financiers et humains, la reconnaissance et la confiance de l'ensemble des partenaires. Il doit pouvoir aussi



17-07-2009

In tegenstelling tot het GBP, is het richtschema een ontwikkelingsprogramma, een actieve vorm van planificatie. Het zou logisch zijn om het te integreren in het GPDO. Daar is echter een openbaar overleg voor nodig, met de overheden, de inwoners en de verenigingen. Over de aanwezigheid van de Europese instellingen voert het gewestelijk beleid geen gestructureerde aanpak. Uw tekst heeft het over de ontwikkeling van andere Europese polen buiten de Europese wijk, maar verwijst daarbij niet meer naar de site die u eerder had gekozen, namelijk de Josaphatsite in Schaarbeek en Evere. Ik hoop dat het om een vergetelheid gaat.


42

rendre des comptes à l'ensemble des partenaires. L'ADT endosse ainsi de lourdes responsabilités. Pourquoi pas ? A condition cependant d'en étoffer la structure, et donc les moyens financiers. A condition aussi d'en modifier le mode de contrôle et d'implication des partenaires, car il ne suffirait pas d'en faire un simple organisme de plus.

Met de organieke ordonnantie inzake stadsvernieuwing wil de regering sociaaleconomische en duurzame ontwikkeling stimuleren. Ik meen echter dat we tot op heden geen ordonnantie nodig hadden om vooruitgang te boeken op dit domein.

Concernant ce dernier point, vous me permettrez tout de même, M. le ministre-président, de marquer mon étonnement. Que l'objectif du gouvernement soit de faire en sorte que les administrations se coordonnent relève, à mon sens, d'un réel manque d'ambition. Quoi de plus normal, en effet, de faire en sorte que tous les acteurs créés au fil des ans et impliqués dans l'aménagement du territoire travaillent de concert ? Ce qui pour moi devrait être une évidence, c'est-à-dire le fonctionnement normal des structures administratives de notre Région, devient un objectif de la déclaration gouvernementale !

Het is goed dat het BROH en de gemeenten administratieve boetes zullen kunnen uitschrijven en herstelmaatregelen opleggen.

Venons-en à la deuxième partie de mon exposé, intitulé "PRAS, PRDD, schémas directeurs : quelle chronologie, quels délais ?"

Het architecturale erfgoed is volgens uw tekst een waardevol onderdeel van de Brusselse identiteit. Maar is dit beleidsdomein niet vooral essentieel voor de levenskwaliteit van de Brusselaars?

Le PRDD sera sans doute un des premiers tests de l'indispensable coordination dont je viens de longuement parler. Et il ne faudra pas traîner pour l'adopter, puisque c'est lui qui, à vous lire, ciblera les principales priorités de la législature de manière opérationnelle ! Si l'on peut se réjouir du fait qu'il contiendra une programmation et une planification dans la réalisation des objectifs, même si je vous avoue ne pas très bien saisir la différence entre les deux, je m'inquiète de l'absence d'une estimation et d'une budgétisation de ces mêmes objectifs.

De inventarisering van het erfgoed gaat de laatste vijftien jaar met een slakkengang vooruit. Als we dit tempo aanhouden, zal er nog eens dertig jaar nodig zijn om het werk af te maken. Waarom past u geen efficiëntere methode toe en bewaart u de gegevens niet in een gebruiksvriendelijke gegevensbank? Er moet naar een evenwicht worden gezocht tussen bescherming van erfgoed en energiebesparing. Een blinde toepassing van de regelgeving inzake energieprestatie van de gebouwen leidt echter tot onomkeerbare aanpassingen aan het klein erfgoed. Ik wil de regering aanmoedigen om de vele partners inzake ruimtelijke ordening rond de tafel te brengen en om ambitieuzere doelen voorop te stellen. Het gewestelijk beleid moet verder reiken dan het oliën van het raderwerk van de openbare instellingen. Wanneer zullen het GBP, het GPDO en de richtschema's worden aangepast en goedgekeurd? Ik hoop dat deze regering meer zal doen dan enkel

Quant au PRAS, vous nous annoncez qu'il sera partiellement modifié. C'est une évidence si vous voulez aller de l'avant dans la concrétisation de nombreux projets qui commencent, pour certains, à ressembler au monstre du Loch Ness. Quelques lignes plus bas cependant, vous nous annoncez carrément qu'il sera réformé. Cela ne semble pas très clair. Qu'est-ce qui sera fait ? Dans quel ordre chronologique ? Dans quels délais ? Avec quels moyens ? II est néanmoins exact qu'une certaine flexibilité devrait pouvoir être introduite, mais pas seulement dans les zones administratives ou mixtes. Dans de nombreux quartiers, les prescriptions actuelles

________________________________________________________________________________________________________________________


43


bestaande teksten aanpassen. (Applaus bij de MR)

17-07-2009


empêchent une mixité de fonctions pourtant favorable au développement socio-économique que vous souhaitez favoriser. Les schémas directeurs sont un peu la bouteille à encre des discussions urbanistiques ces derniers mois. Contrairement au PRAS, le schéma directeur est un programme de développement. Il s'agit bien d'une planification active, d'un urbanisme de projet. Alors, les intégrer dans le PRDD, quoi de plus logique ? Mais il convient alors de réfléchir à une réelle concertation publique. Je ne fais pas ici allusion seulement à la concertation avec les autorités publiques, mais bien sûr également avec les habitants et les associations. J'ajouterai un mot sur la place de l'Europe à Bruxelles, qui est un exemple type de planification dont on ne voit pas bien le fil rouge. Vous évoquez le redéploiement des pôles d'activité des institutions européennes, et donc pas seulement du quartier européen, mais vous ne dites mot sur le choix, que vous avez pourtant confirmé plusieurs fois, du site Josaphat à Schaerbeek et Evere comme second pôle européen prioritaire. Cette omission, que j'espère fortuite, ne rencontre certes pas le souhait annoncé de mettre en place des mécanismes antispéculatifs, comme vous l'écrivez dans votre déclaration. L'ordonnance organique de la revitalisation urbaine, que l'on nous dit devoir être adoptée avant d'être modifiée, favorisera le développement socioéconomique et le développement durable. Très bien ! Il me semble cependant que c'est déjà ce que l'on fait aujourd'hui. En matière d'urbanisme, nous nous réjouissons aussi de la possibilité future, pour l'AATL et les communes, d'infliger des amendes administratives et d'imposer des mesures réparatrices. Voilà une proposition que j'attends avec impatience, tant il est frustrant de ne pouvoir faire grand-chose aujourd'hui à l'encontre des infractions urbanistiques. Avant de conclure, je parlerai du patrimoine, élément de valorisation de l'identité bruxelloise, comme l'indique votre tête de chapitre. N'est-ce pas avant tout du cadre de vie des Bruxellois dont il s'agit ? En ce qui concerne l'inventaire du patrimoine, voilà quelque quinze ans qu'il avance, vaille que vaille. A ce rythme, il faudra sans doute encore le double



17-07-2009


44

d'années pour le terminer. Pourrais-vous suggérer la mise en place d'une méthodologie différente, plus rapide et plus efficace, qui mettrait à la disposition des administrations publiques, des associations et des particuliers une base de données facilement accessible ? L'équilibre entre protection du patrimoine et économies d'énergie est certes crucial. Malheureusement, l'application aveugle de la performance énergétique des bâtiments entraîne bien souvent des transformations irréversibles de ce que l'on appelle communément le petit patrimoine. Il fait la richesse de nos façades bruxelloises, celle-là mêmes qui fondent l'identité bruxelloise à laquelle vous faites allusion. Le temps me manque pour pousser l'analyse plus loin. Je vais donc conclure en encourageant le gouvernement à mieux coordonner les nombreux acteurs de l'aménagement du territoire à Bruxelles. Je vous invite aussi à être beaucoup plus ambitieux. L'objectif d'un gouvernement ne peut, en effet, se limiter à mettre de l'huile dans les rouages afin que les structures publiques ne se coincent pas entre elles. J'invite également le gouvernement à nous dire clairement, pour le PRAS, le PRDD et les schémas directeurs, dans quels délais et dans quel ordre ils seront modifiés et adoptés. Si nous devions consacrer une nouvelle législature complète à seulement modifier et adopter des textes, nous parlerons inévitablement d'échec et de manque d'ambition. (Applaudissements sur les bancs du MR) Mevrouw de voorzitter.- Mevrouw Caron heeft het woord.

Mme la présidente.- La parole est à Mme Caron.

Mevrouw Danielle Caron (in het Frans).- Dit is een ambitieus beleidsprogramma, gezien de financiële crisis en de onderfinanciering van het gewest. De onderhandelingen met het federale niveau zijn van cruciaal belang om in 2014 een budgettair evenwicht te kunnen bereiken.

Mme Danielle Caron.- Cet accord préside à un programme ambitieux, mais ne dit-on pas que la fortune sourit aux audacieux ? Les défis sont importants, induits par la crise financière et ses prolongements économiques, et le sous-financement caractéristique de notre Région. L'équilibre budgétaire ne pourra être atteint en 2014 qu'avec l'aide du fédéral. Les négociations à venir sont donc cruciales.

Een van de prioritaire aandachtspunten van deze regering is de bundeling van de beleidsdomeinen werkgelegenheid-milieu-economie-opleiding. Het pact voor een duurzame stedelijke groei moet structuur brengen in vraag en aanbod op het vlak

Le texte de cet accord évoque cinq défis majeurs et entend les relever courageusement : la poussée

________________________________________________________________________________________________________________________


45


17-07-2009

van werkgelegenheid. Het contract voor beroepsproject wordt verplicht gemaakt voor werklozen jonger dan 25 jaar. Eventueel zal die verplichting, in overleg met de sociale partners, naar andere doelgroepen worden uitgebreid. Zelfs de fractieleider van de grootste oppositiepartij staat achter deze maatregel. We moeten onze krachten bundelen om vooruitgang te boeken. Er komen nieuwe samenwerkingsvormen, zoals beheerscontracten met de GOMB en met het Brussels Agentschap voor de Onderneming. We moeten laaggeschoolde jongeren aansporen om risico's te durven nemen en hun eigen carrière in handen te nemen. Om succes te boeken, moet de regering investeren. Zo zal ze ervoor zorgen dat er een winkelcentrum komt op de Heizel. Ik ben blij dat er binnen dat project eindelijk ook plaats is voor een groot congrescentrum. Brussel is een artistiek centrum van internationaal niveau. Ik verheug me over de komst van een Brusselse dansschool, die zal bijdragen bij tot de internationale uitstraling van het gewest. Men mag niet vergeten dat er in de culturele sector heel wat mensen werken. Steeds meer kunstenaars komen zich in Brussel vestigen wegens de dynamiek en de culturele openheid die de stad kenmerken. De Brusselse artistieke opleidingen trekken buitenlandse studenten aan, die vaak hun carrière starten in onze hoofdstad. De modesector is daar een goed voorbeeld van. Een culturele mix waar geen enkele identiteit de bovenhand haalt op de andere, dát is de grote troef van het Brussels Gewest. Op het vlak van duurzame en solidaire ontwikkeling verbindt het gewest zich ertoe de broeikasgassen met 30% te doen dalen tegen 2025. De regering trekt verder ten strijde tegen de vervuiling, verhoogt het budget voor de energiepremies en wil tegen 2020 de helft van het afval recycleren. De verplichting om de meters jaarlijks op te nemen is een uitstekende maatregel om de energieuitgaven beter te kunnen beheersen. Ook het optrekken van de vermogensbegrenzer van 6 tot 10 ampère lijkt


démographique, l'emploi, la formation, l'enseignement, l'environnement, la lutte contre la dualisation sociale et l'internationalisation de Bruxelles. Je voudrais rapidement mettre en lumière quelques points saillants de ce programme. Un des axes prioritaires de l'exécutif est une synergie emploienvironnement-économie-formation. La majorité conclura un pacte de croissance urbaine durable destiné à structurer l'offre d'emploi et à stimuler la demande. Il convient d'être déterminé. Le contrat de projet professionnel sera rendu obligatoire pour les moins de vingt-cinq ans et le gouvernement envisagera l'extension de cette obligation en concertation avec les partenaires sociaux. J'ai vu que, ce matin, même le chef de groupe de l'opposition était d'accord avec cette mesure. Concertation et partenariats. C'est ensemble que l'on gagne les batailles. Des contrats de gestion seront conclus avec la SDRB et l'Agence bruxelloise pour l'entreprise, afin de promouvoir de nouvelles formes de partenariats. Pour gagner des batailles, il faut être solidaire, mais aussi courageux. Il convient de donner le goût du risque aux jeunes peu qualifiés. Entre ne pas avoir de travail et risquer de réussir à créer son propre travail, le demandeur d'emploi ne devrait pas tergiverser longtemps. Pour réussir, il faut aussi des moyens. Investissons ! Le gouvernement favorisera l'implantation d'un centre commercial sur le plateau du Heysel, qui accueillera aussi un centre de congrès de 5.000 places. La création de ce centre de congrès va enfin avoir lieu. Je suis intervenue à de nombreuses reprises dans ce parlement pour soutenir la création de ce centre, qui m'est cher, et ce dans l'intérêt de la Région. Bruxelles est un vivier international des arts et s'impose également comme pôle international dans différentes disciplines artistiques, comme la danse contemporaine ou l'opéra. J'applaudis la création d'une école bruxelloise de danse, qui participera au rayonnement international de Bruxelles. Ce genre d'initiative est à encourager. Que serait Bruxelles sans vie artistique, créative ou culturelle ? Ses acteurs sont également créateurs d'emplois. Soyons fiers de notre ville et de son rayonnement.



17-07-2009

mij noodzakelijk om menswaardig te kunnen leven met een beperkt inkomen. In plaats van een stadstol in te voeren, lijkt het mij beter om het gebruik van de wagen te belasten. Voor de leefbaarheid van de handelszaken is het beter dat het stadscentrum toegankelijk blijft voor de consumenten en de leveranciers. Wat de stedelijke mobiliteit betreft, bevestigt het gewest zijn wil om de autodruk met 20% te verminderen ten opzichte van 2001. Dat kan alleen maar als wij het openbaar vervoer verbeteren (uitbreiding van het net, verhoging van de frequenties). Maar ook de ontwikkeling van het GEN, het parkeerbeleid, het taxibeleid en het beleid inzake openbare veiligheid zijn belangrijke elementen om de stedelijke mobiliteit te verbeteren, zowel voor de Brusselaars als de pendelaars. Om het fietsgebruik aan te moedigen, voorziet het Iris 2-plan in de aanleg en de beveiliging van 70 km fietspaden langs de spoorwegen, op nagenoeg vlak terrein. De regering zal bij het begin van de legislatuur een gewestelijk plan voor duurzame ontwikkeling opstellen en de gemeenten aanmoedigen om ook op hun niveau een dergelijk plan op te stellen. Zal dat niet te lang duren? Is het niet beter om dringende maatregelen te nemen alvorens over een gemeentelijk PDO te spreken? Met betrekking tot de demografische uitdaging en de diversiteit zal er een open Brusselse identiteit worden bevorderd, die niet eenvoudig een nevenstelling van verscheidene culturen is. Tegen 2020 zal het aantal jongeren tussen 0 en 14 jaar zijn toegenomen met 40,53%. Daarom zal de regering een plan 2010-2020 voor het Kind en de Jongere opstellen in samenwerking met de gemeenschappen, de federale overheid, de gemeenten en de verenigingen. Dat plan zal uit transversale maatregelen bestaan inzake onderwijs, taalopleiding, toegang tot cultuur, huisvesting, enzovoort. De regering zal ook de gelijkheid van kansen promoten, met name tussen mannen en vrouwen. Ik hoop dat dit punt tegen het einde van de volgende legislatuur niet meer aan de orde zal zijn en wij die doelstelling zullen hebben bereikt.


46

De plus en plus d'artistes viennent s'installer à Bruxelles pour profiter, entre autres, du dynamisme et de l'ouverture culturelle de la ville. Bruxelles possède également un réseau d'écoles artistiques de réputation internationale, qui attirent de très nombreux étudiants étrangers de tous niveaux, et parfois de haut niveau, lesquels entament souvent leur carrière professionnelle à Bruxelles. Le secteur de la mode est, à cet égard, en pleine expansion. Tout cela fait de la mixité et du pluralisme la caractéristique culturelle première de notre Région. L'apport de chacun est possible et nécessaire, dans la mesure où aucune culture ne peut prétendre à l'hégémonie. En ce qui concerne le développement durable et solidaire, la Région s'engage à réduire de 30% les émissions de gaz à effet de serre par rapport à 1990, et ce d'ici 2025. Elle le fera en intégrant les préoccupations en matière de qualité de l'air, de pollution atmosphérique et d'énergie. Elle s'attachera aussi à augmenter le budget des primes énergie, ou encore à recycler 50% des déchets d'ici 2020. Instaurer un relevé annuel obligatoire des compteurs est une excellente mesure : elle permettra à tout un chacun de mieux contrôler ses dépenses énergétiques. De même, augmenter le limiteur de puissance de 6 à 10 ampères pour les personnes en défaut de paiement me paraît une mesure nécessaire afin de continuer à vivre dignement malgré les difficultés financières. Quant à choisir entre l'instauration d'un péage urbain ou d'une tarification qui tienne compte de l'utilisation du véhicule, la deuxième solution me paraît la meilleure pour que les commerces du centre de Bruxelles continuent à vivre et à se développer, étant donné que, dans ce cas, l'accès au centre-ville n'est pas banni des consommateurs ou des fournisseurs potentiels. Sur le thème "Repenser la mobilité urbaine", la Région réitère sa volonté de réduire de 20% la pression automobile par rapport à 2001. Cela passera obligatoirement par l'amélioration du réseau de transport public. A mes yeux, cela signifie plus de couverture dans l'espace et dans le temps, fréquences et trajets ; des négociations seront entamées avec les interlocuteurs idoines à cet effet.

________________________________________________________________________________________________________________________


47


17-07-2009

De regering zal efficiënte openbare diensten uitwerken en van Brussel een model van behoorlijk bestuur maken. Hiertoe zal het partnerschap tussen de gemeenten en het gewest worden versterkt. Er zal een werkgroep worden opgericht die binnen twee jaar een verslag over de taakverdeling tussen de gemeenten en het gewest zal uitbrengen. Dit partnerschap vormt een daadwerkelijke democratische vooruitgang en zal ervoor zorgen dat de burger zich nog beter in zijn gemeente geïntegreerd voelt. Het regeerakkoord omvat alle grote bevoegdheidsdomeinen van het hoofdstedelijk gewest, beginnende met de economie en de werkgelegenheid. Het besteedt ruime aandacht aan de duurzame ontwikkeling en getuigt van een langetermijnvisie. Duurzame ontwikkeling is een ambitieuze uitdaging die discipline en soms moeilijke keuzes vergt, maar uiteindelijk tot een open, billijke en langdurige maatschappij leidt. (Applaus bij de meerderheid)


Toutes les autres mesures qui seront prises afin de rendre les transports en commun dignes d'une capitale internationale et au service de tous les citoyens et de tous les Bruxellois, ainsi que le développement du RER pour décongestionner la ville, en matière d'une politique du stationnement, du secteur des taxis, de la sécurité routière, sont, à mes yeux, tout aussi importantes pour arriver à une mobilité urbaine plus en phase avec la réalité quotidienne vécue par les Bruxelles et les navetteurs. Pour faciliter la progression des vélos, malgré le relief, le Plan Iris 2 prévoit de créer et de sécuriser 70 km de pistes cyclables longeant les voies ferrées, itinéraires presque sans dénivelés, qui sillonneraient toute la Région. Aménager et équilibrer durablement le territoire régional : à l'entame de la législature, le gouvernement rédigera un Plan régional de développement durable, mais je me pose la question au niveau des communes : vous les incitez à élaborer un plan stratégique communal, mais j'aimerais savoir si les délais nécessaires à l'élaboration d'un tel programme communal ne risquent pas de durer trop longtemps. N'y a-t-il donc pas de mesures à prendre dans l'immédiat avant de parler de PRDD communal ? Anticiper le défi démocratique et assurer le "vivre ensemble" dans une ville de diversité : pour le gouvernement, il devrait intégrer une dimension majeure, promouvoir une identité ouverte, qui n'est pas seulement l'addition des différents cultes. Par ailleurs, d'ici 2020, la population des jeunes de 0 à 14 ans aura gonflé de 40,53%. La mesure phare de ce chapitre repose donc sur la mise en place de ce plan 2010-2020 de l'enfance et de la jeunesse, en collaboration avec les Communautés, l'Etat fédéral, les communes et les associations, plan qui se veut transversal tant au niveau de l'enseignement, de la formation en langues, de l'accès à la culture et à un logement. Ce chapitre de l'accord veut promouvoir l'égalité des chances, notamment entre les hommes et les femmes. J'émets le souhait que d'ici la législature suivante, un tel point ne sera plus à l'ordre du jour étant donné les avancées que nous aurons faites dans ce domaine, femmes et hommes seront sur un même pied d'égalité.



17-07-2009


48

Des services publics efficaces au service des Bruxellois. Principal objectif ? Faire de Bruxelles un modèle de bonne gouvernance. Comment ? Une des priorités serait un partenariat entre les communes et la Région. Pour ce faire, un groupe de travail composé de représentants de la Région et des communes sera chargé de remettre dans les deux ans un rapport sur la répartition des tâches communesRégion. Il pourra se pencher sur d'autres thèmes, tels que la rationalisation des frontières communales. Je me réjouis de la création de ce partenariat entre la Région et les communes. Ce point constitue une réelle avancée en matière de démocratie et un réel rapprochement du citoyen avec la chose publique. Il ne pourra se sentir que d'autant mieux intégré dans sa commune. En conclusion, comme nous pouvons le constater, cet accord balaie les grands domaines de compétence de la Région-capitale en commençant par l'économie et l'emploi. Il accorde une place amplifiée au développement durable et témoigne d'une vision à long terme que sous-tendent des initiatives immédiates. Le développement durable est une voie difficile et ambitieuse, elle impose une discipline et force des choix parfois moins évidents, mais toujours responsables, mais elle fixe un cap et un horizon qui sont ceux d'une société accueillante, équitable et pérenne. (Applaudissements sur les bancs de la majorité)

Mevrouw de voorzitter.- De heer Picqué heeft het woord.

Mme la présidente.- La parole est à M. Picqué.

De heer Charles Picqué, minister-president (in het Frans).- We kennen dit spelletje allemaal, ook de heer Gosuin, die het vuur geopend heeft met uitspraken die onbewust verraden dat hij de regeringsverklaring steunt.

M. Charles Picqué, ministre-président.- Nous voilà donc dans un exercice bien connu de nombre d'entre nous ; de moi en premier lieu, mais aussi de bien d'autres, tel M. Gosuin. Il a ouvert le feu avec un propos qui a d'ailleurs révélé, sans qu'il ne s'en rende compte, une forme d'adhésion à la déclaration de politique générale.

(Gelach) Ik heb voldoende ervaring om het onderscheid te kunnen maken tussen een vijandige uiteenzetting en een waarin een fundamentele kritiek ontbreekt. Dat laatste was het geval bij de heer Gosuin. Dat heb ik bij deze verordend.

(Rires) Eh oui ! Il en est ainsi. Votre serviteur a une certaine expérience des discours politiques. Je reconnais tout de suite les discours qui affichent une franche hostilité, et je sais distinguer, même sous une forme

________________________________________________________________________________________________________________________


49


17-07-2009

(Gelach) De heer Gosuin was natuurlijk sarcastisch als altijd, maar verder dan dat ging het niet. Hij vroeg om de MR te respecteren als grootste fractie in Brussel. Ik vraag mij af waarom er dan twee mensen gesproken hebben in naam van de MR.


vindicative, les discours dans lesquels manque une critique radicale sur le fond. Le discours de M. Gosuin appartenait à cette dernière catégorie. En tout cas, je l'ai décrété. On peut toujours le contester, mais c'est ainsi ! (Rires) M. Gosuin a, bien sûr, été caustique et ironique, comme il sait l'être, mais sur l'essentiel, je n'ai pas véritablement été transi d'horreur ou d'effroi. Toutefois, je voudrais réaffirmer un point, en guise d'introduction à ma réponse. Il a demandé que le MR soit respecté parce qu'il s'agit de la première formation politique à Bruxelles. Vous me permettrez d'être moi-même quelque peu ironique : si une formation a gagné, je ne comprends pas pourquoi deux personnes s'expriment en son nom, mais c'est peu important.

De heer Eric Tomas (in het Frans).- De PS heeft met één stem gesproken!

M. Eric Tomas.- Le groupe PS, lui, a parlé d'une seule voix. Nous n'avons qu'une seule pensée !

(Samenspraak)

(Colloques)

Mevrouw de voorzitter.- De heer Picqué heeft het woord.

Mme la présidente.- Puisque tout le monde semble d'accord, la parole est au ministre-président.

De heer Charles Picqué, minister-president (in het Frans).- De MR wil erkenning krijgen als grootste fractie. Ik heb gisteren gevraagd om onze meningsverschillen te overstijgen en ik heb de oppositie gevraagd om zoveel mogelijk mee te werken, omdat het overleven van het Brussels Gewest ernstig wordt bedreigd.

M. Charles Picqué, ministre-président.- Mon propos vise essentiellement à répondre au souhait exprimé par M. Gosuin de voir le MR, "première formation" si cela peut lui faire plaisir, être respecté. Hier déjà, j'ai souhaité, précisément, que nous transcendions nos différences et nos divergences et j'ai incité l'opposition à travailler avec nous lorsque ce serait possible, tant je perçois le péril qui menace la survie de notre Région bruxelloise. Plus nous serons nombreux, plus nous serons efficaces pour la défendre.

De uitdagingen die de heer Gosuin opsomt, zijn niet nieuw, al zijn ze soms toegenomen. We beschikken nu echter ook over meer informatie en meer ervaring om de uitdagingen aan te gaan. De heer Gosuin vindt dat we te weinig duidelijkheid geven over het budgettaire aspect. Een regeringsverklaring en een begroting zijn twee verschillende zaken en moeten apart worden opgesteld. We hebben wel aangegeven hoe de situatie eruit zou zien als we het tekort aanhielden dat de heer Van Rompuy ons aanvankelijk had beloofd. De heer Vanhengel en ikzelf hebben het geraamd tekort van het Brussels Gewest bekendgemaakt. Bij een ongewijzigd beleid zal de schuldenberg tegen

M. Gosuin a évoqué des défis qui ne sont pas nouveaux. J'y reviendrai. Il est cependant évident que ces défis ont parfois gagné en intensité. Un certain nombre d'expertises et d'informations nouvelles nous sont parvenues au fil des années, permettant de mieux cerner la nature même de ces défis. "Il y a un manque de données ou de clarté budgétaire", a dit M. Gosuin. Je ne trouve pas, quant à moi, qu'il y ait une absence de clarté budgétaire globale. Evidemment, ce n'est pas maintenant, lors



17-07-2009

2016 groeien tot meer dan 2 miljard. Die vaststelling is uiteraard niet hoopgevend. We moeten de tekorten beperken, maar ook nieuwe inkomsten aanboren. Die inkomsten kunnen van de federale overheid komen, maar we kunnen er ook zelf voor zorgen. We moeten ook de uitgaven beperken. We weten nu nog niet hoe het tekort zal evolueren, wanneer we weer een evenwicht kunnen realiseren, of de federale overheid zal helpen en hoe we zullen besparen op de uitgaven. Er is nog veel onzekerheid. We zullen de zaken opnieuw bespreken als er meer gegevens zijn. De onderhandelingen met de federale overheid kunnen teleurstellende resultaten opleveren, maar het is dan nog de vraag hoe groot de teleurstelling zal zijn. Ik denk niet dat het Brussels Gewest binnen enkele jaren helemaal vleugellam zal zijn. De vraag om een betere financiering van het Brussels Gewest komt niet van een verwend kind, maar van een loyale partner van de federale regering. We wijzen erop dat het Brussels Gewest sinds zijn oprichting niet veel geld heeft gekost aan de federale overheid. We hebben al veel opgebracht. Het is dan ook normaal dat de federale overheid ons helpt in tijden van crisis. De teruglopende inkomsten zijn niet het gevolg van een slecht beleid. Uiteraard moeten we het beleid evalueren, mijnheer Gosuin. Dat staat in de tekst. Evaluatie moet deel uitmaken van een nieuwe cultuur, zeker nu we op alle domeinen moeten besparen. Zelfs als we hulp krijgen van de federale overheid, moeten we ons beleid toch efficiënter maken. (verder in het Nederlands) Niemand kent de omvang van de financiële tegemoetkoming van de federale overheid. Niemand kan nu al voorspellen of we in staat zullen zijn om de federale overheid ervan te overtuigen dat een ondersteuning van Brussel onontbeerlijk is. Het is evident dat het rechtvaardig zou zijn dat ons gewest gesteund wordt, aangezien wij belangrijke inspanningen leveren om onze internationale rol te vervullen, met de lasten die gepaard gaan met de


50

d'une déclaration de politique générale, qu'un gouvernement élabore et présente le budget. Quant à la situation globale, elle a été évoquée par M. Vanhengel et par moi-même. Nous avons évoqué ce que serait la situation de la Région bruxelloise si nous devions suivre les trajectoires en matière de déficit autorisé que nous promettait un moment M. Van Rompuy, dans une première note qu'il avait communiquée. M. Vanhengel et moi-même avions dit aussi, y compris dans la presse, à quel montant, certes approximatif, mais pas trop imprécis, se chiffrerait le déficit annuel de la Région. Dès lors, en tenant compte d'un effet boule de neige, il était possible de prévoir ce que serait, en 2016, le déficit cumulé de la Région, ainsi que son niveau d'endettement. A politique inchangée et en prenant en compte la trajectoire de déficit fixée par la première note émanant du gouvernement fédéral, un endettement cumulé de plus de deux milliards et demi est attendu en 2016. Il est clair que cette situation n'incite guère à l'optimisme. Il faut donc jouer sur plusieurs facteurs, notamment le déficit autorisé, mais celui-ci ne signifie pas de nouvelles recettes. Précisément, il faut envisager aussi de nouvelles recettes, qu'elles émanent du fédéral ou qu'il s'agisse d'éventuelles recettes propres. Il faut aussi tenir compte des réductions de dépenses que nous devrons consentir. Mais aujourd'hui, nous ne connaissons ni la trajectoire du déficit autorisé, ni l'horizon du retour à l'équilibre, ni l'aide éventuelle que le pouvoir fédéral pourrait nous accorder, ni le type de réduction de dépenses que nous pourrions consentir. Nous n'évaluerons l'ampleur de cet exercice qu'en fonction des nouvelles que nous recevrons du fédéral. Il y a donc encore beaucoup d'incertitude et nous aurons l'occasion de reparler de données budgétaires plus précises. Je vous ai cependant fourni quelques chiffres, en précisant que la situation est évidemment telle qu'elle nous invite indéniablement à la prudence. Si les négociations avec le pouvoir fédéral devaient produire des résultats décevants, encore faudrait-il bien sûr mesurer le niveau de déception. A un certain niveau, je ne crains pas de dire que notre Région pourrait être condamnée à l'inertie d'ici quelques années. C'est la raison pour laquelle j'ai dit hier, en guise d'introduction, que notre avenir se

________________________________________________________________________________________________________________________


51


17-07-2009

vervulling van de internationale opdrachten.


jouerait au cours des premiers mois qui suivront la mise en place de notre nouvelle assemblée.

(verder in het Frans) Wij willen niet meer mensen in overheidsdienst. Wij willen alleen menselijke en financiële middelen overdragen. Wij besloten een jaar geleden al tot een moratorium op aanwervingen en als we een nieuwe entiteit creëren moet daarvoor ook een oude entiteit verdwijnen. Zo maakte het Gewestelijk Secretariaat voor Stedelijke Ontwikkeling plaats voor het Agentschap voor Territoriale Ontwikkeling en als het agentschap voor de handel er komt, zal Atrium verdwijnen. Wij willen de werking van alle economische diensten en instellingen rationaliseren. We mogen onze inspanningen niet te veel spreiden. Iedereen moet zijn kerntaken uitvoeren, zonder elkaar te beconcurreren. Ik krijg soms het verwijt dat ik in het wilde weg plannen bedenk, maar mijn plannen getuigen van mijn politieke wil en vereisen samenhangende beheersinstrumenten om ze te kunnen uitvoeren. Politiek is vooruitdenken. Ik kan mijn plannen ook "programma's" noemen, als u dat liever hoort. De regering wil alleszins op lange termijn werken. De heren Vervoort en Pesztat hadden het over duurzaamheid. Dat is belangrijk, maar ook de sociale aspecten mogen niet uit het oog worden verloren. Het mag immers niet de bedoeling zijn om een nieuwe sociale kloof te creëren tussen verantwoordelijke burgers die voldoende geld hebben om de planeet te redden en onverantwoordelijke burgers die te arm zijn om iets voor het milieu te doen. Ik denk niet dat iemand hier zo'n tweespalt wil zaaien. Iedereen moet dezelfde kansen krijgen om zich in te zetten voor het milieu. Dat is mijn visie op duurzaamheid. Het mag niet de bedoeling zijn om bepaalde burgers met de vinger te wijzen. We kunnen de opwarming van de aarde toch niet bestrijden als heel wat Brusselaars in de kou blijven staan?

La question du refinancement de Bruxelles ne sera pas posée par un enfant capricieux, mais par un partenaire loyal avec le fédéral, qui demande à présent que soit pris en compte le fait que notre Région, depuis sa création, a peu coûté à l'Etat fédéral. On l'a d'ailleurs déjà rappelé. En revanche, elle lui a rapporté beaucoup et il est donc normal que l'Etat fédéral nous aide, à présent que la conjoncture est mauvaise. La réduction de recettes dont nous pâtissons n'est pas la conséquence d'une mauvaise gestion par les Bruxellois. Il est clair que nous devons évaluer les politiques, M. Gosuin, mais ce point figure dans le texte. Nous avons parlé d'une nouvelle culture de l'évaluation. Celle-ci est d'autant plus nécessaire que nous nous savons condamnés, de toute manière et dans certains domaines, à assumer des réductions de dépenses. Quels que soient les scénarios, quel que soit le niveau d'aide fédéral, il s'impose de mener une politique d'évaluation qui, outre le fait qu'elle peut conduire à une plus grande efficacité des politiques, peut aussi mener à une réduction des dépenses. (poursuivant en néerlandais) Personne ne sait à combien s'élèvera l'intervention financière de l'Etat fédéral. Personne ne sait encore si nous convaincrons celui-ci qu'il est indispensable de soutenir Bruxelles. Ce ne serait que justice que notre Région, qui fait des efforts considérables pour assumer son rôle international, bénéficie d'un soutien financier. (poursuivant en français) Nous verrons bien. Il n'est pas question d'augmenter l'emploi public, comme vous semblez le croire. Il s'agit d'assurer des transferts de moyens humains et financiers, mais il ne s'agit pas d'augmenter la charge globale de l'emploi public. Il faut rappeler que nous avons déjà décidé, il y a un an, d'un moratoire sur les recrutements. Et lorsque nous créons une nouvelle entité, nous avons le souci de supprimer concomitamment une entité plus ancienne. Quand a été créée l'Agence de développement territorial, nous avons décidé de mettre fin au



17-07-2009

Deze burgers zouden niet erg plichtsbewust zijn, omdat ze het gevoel zouden hebben dat de maatschappij zelf zich niet van haar plichten kwijt. Duurzaamheid staat niet los van sociale rechtvaardigheid. Duurzaamheid staat ook de economische groei niet in de weg, maar moet daar een kader voor scheppen. Ik ben voor groei omwille van de mogelijke herverdeling van de geproduceerde rijkdom. We moeten echter selectief omspringen met de middelen om groei te bewerkstelligen en zuinig omgaan met de natuurlijke rijkdommen. Ik ben dus geen voorstander van een ongebreidelde groei. Die bedreigt de planeet en draagt ook de idee van een blinde productiviteit in zich, met alle uitwassen vandien, zoals kinderarbeid. Nu worden we geconfronteerd met het verschijnsel dat de winsten geprivatiseerd en de kosten geglobaliseerd worden. Daarom moet de groei omkaderd worden. Alleen dan sluiten economische groei en duurzaamheid elkaar niet uit. (verder in het Nederlands) Wij zullen met het oog op de verwezenlijking van het pact voor stedelijke groei zonder dralen tegen het begin van het parlementair jaar alle sociale partners samenbrengen. Daarmee geven we gevolg aan onze bekommernis om de stuwende krachten in het gewest te bundelen. Ik kan mij niet inbeelden dat wij projecten uitwerken en proberen te verwezenlijken zonder de steun van de sociale partners. De alliantie werkgelegenheid-milieu wordt daarbij een van de pijlers van onze strategie. Mevrouw Roex beweert dat we geen keuzes maken. Dat is niet waar. We geven prioriteit aan bepaalde dossiers, waaronder de verbinding met het Universitair Ziekenhuis Brussel. Hopelijk stelt dit haar gerust.


52

Secrétariat pour la rénovation urbaine. Lorsque l'Agence pour le commerce sera créée, il est évident qu'Atrium disparaîtra, dans le même souci de ne pas augmenter le nombre de services et d'institutions. Notre souci est de rationaliser l'action des opérateurs économiques cités dans la note. Ceux qui se sont succédé à cette tribune en me demandant ce que j'allais faire de l'ABE (Agence bruxelloise pour l'entreprise), de la SAF (Société d'acquisition foncière), de la SDRB (Société de développement pour la Région de Bruxelles-Capitale), etc., ont une réponse. Je suis soucieux de rationalisation et nous ne devons pas disperser nos efforts. Au contraire, chacun doit conserver son activité principale et de base, sans concurrence entre services et institutions publics à Bruxelles. J'en viens aux plans, à propos desquels on m'interroge souvent. On me dit : vous faites des plans par ci, des plans par là. Cela remonte à quelques années déjà. Les plans sont l'expression d'une volonté politique, demandent des instruments de gestion cohérents, qui seront concrétisés à l'aide d'une ligne du temps. Vouloir des plans, c'est être précis quant à la manière dont nous voulons exécuter une politique et arriver à nos fins. C'est l'honneur des politiques de se projeter dans l'avenir à travers des plans. Si vous préférez, on peut employer un autre terme, comme "programme". Quoi qu'il en soit, nous voulons nous inscrire dans le long terme et non sacrifier à l'immédiateté. Le devoir du politique est bien d'établir des plans pour l'avenir. Nous pouvons ainsi prévoir les conséquences de nos actes et les bénéfices pour la population. J'en viens aux propos de M. Vervoort sur la durabilité. M. Pesztat a, lui aussi, montré à quel point la durabilité était inscrite dans ce programme. Une formation politique qui m'est proche a souvent rappelé qu'il fallait faire du développement durable, mais sans oublier de bien y intégrer la dimension sociale. Pourquoi ? Parce que nous nous n'allons pas ajouter à notre société un nouveau clivage, entre deux sortes de citoyens. Premièrement, les citoyens avertis, capables de poser des actes responsables, de faire quelques sacrifices sociaux, car ils en ont les moyens, pour se voir reconnaître le statut de sauveurs de la planète. Dans la deuxième catégorie,

________________________________________________________________________________________________________________________


53


17-07-2009


on trouverait les inconscients, irresponsables, stigmatisés à cause de leur manque de respect de l'environnement parce qu'ils sont précarisés socialement ou non formés. C'est un peu trop facile. Il est évident qu'il faut introduire une dimension sociale dans cet objectif de durabilité, au risque de voir s'opposer ces deux groupes avec des caricatures infernales. On verrait des gens, qui possèdent de bons revenus et un bon statut social, donner des leçons de citoyenneté planétaire à ceux qui ne sont pas capables de suivre le mouvement et de fournir les efforts nécessaires. Je n'en veux pas et je pense que d'autres ici, qui sont d'ailleurs majoritaires, n'en veulent pas non plus. C'est pourquoi la justice sociale doit donner à tous les mêmes chances de s'acquitter de ce devoir vis-àvis de la planète et des générations à venir. Voilà la durabilité telle que je la conçois, non pas pour servir éventuellement d'instrument de culpabilisation, mais pour permettre à l'ensemble des citoyens de s'associer à cette responsabilité vis-à-vis des générations à venir. Comment imaginer une société qui serait capable de relever le défi du réchauffement climatique si une énorme quantité de citoyens était laissée sur le bord de la route ? Ces citoyens - excusez-moi de devoir le dire - ne seraient pas très conscients de leur devoir, dans la mesure où il auraient le sentiment que la société ellemême ne s'acquitte guère de ses devoirs envers eux. Je crois que la justice sociale est indissociable de l'objectif de durabilité. A mes yeux, la durabilité n'est pas non plus la décroissance économique. La durabilité est un facteur d'encadrement de l'objectif de croissance. Si je suis partisan, comme d'autres, de la croissance, c'est pour des raisons de progrès et de capacité de redistribution de la richesse produite. Mais si je crois à l'objectif de croissance, je crois aussi, comme nombre d'entre nous, qu'il faut des modalités pour l'atteindre. Il faut une sélectivité dans les instruments de croissance et il faut être économe de l'utilisation des ressources naturelles, notamment dans l'objectif de croissance. Je suis pour ce genre d'encadrement, et nous serons certainement d'accord à ce propos. Je vais rassurer ceux d'entre vous qui ont une sensibilité verte affirmée. Je ne suis pas - et nous ___________________________________________________________________________________________________________ Brussels Hoofdstedelijk Parlement – Plenaire vergadering – Integraal verslag Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale – Séance plénière – Compte rendu intégral


17-07-2009


54

sommes nombreux dans ce cas - pour une croissance débridée. Une croissance débridée n'est pas seulement une atteinte à la planète, mais elle porte en soi, en germe à tout le moins, l'idée d'un productivisme aveugle, qui non seulement détruit la planète, mais envoie aussi des enfants dans des chantiers ou dans des mines, dans des conditions atroces. Il faut alors réparer la planète et les dommages sociaux, et dans le domaine environnemental comme dans le domaine social, on se retrouve évidemment face à la formule bien connue de la privatisation des profits et de la globalisation des coûts. Croissance donc, oui. Mais croissance encadrée. C'est en cela que croissance économique et durabilité ne sont pas inconciliables. (poursuivant en néerlandais) En vue de la réalisation du pacte pour la croissance urbaine, nous réunirons au début de l'année parlementaire tous les partenaires sociaux, dont l'appui est indispensable. L'alliance emploienvironnement constitue dans ce cadre un des piliers de notre stratégie. Contrairement à ce que prétend Mme Roex, la liaison avec l'UZ Brussel fait partie de nos priorités. J'espère ainsi la rassurer. Mevrouw Elke Roex.- Maar wanneer wordt dat gerealiseerd?

Mme Elke Roex (en néerlandais).- Quand celle-ci sera-t-elle réalisée ?

De heer Charles Picqué, minister-president.- Dat zal afhangen van de beschikbare budgettaire middelen. Het is uitgesloten dat we het dossier verwaarlozen, aangezien het een van onze bij voorrang te verwezenlijken initiatieven is. Andere projecten komen pas nadien aan de beurt.

M. Charles Picqué, ministre-président (en néerlandais).- Cela dépendra des moyens budgétaires disponibles. Il est exclu que nous négligions ce dossier, vu qu'il fait partie de nos priorités.

Conform het regeerakkoord zullen de voetgangerszones in het centrum van Brussel worden uitgebreid. De burgemeester van Brussel is daar ook een groot voorstander van. Alles hangt uiteraard af van de oppervlakte van de nieuwe voetpaden. Met betrekking tot het stadion zullen wij tegen het einde van dit jaar of in het begin van 2010 een beslissing nemen. Wij onderzoeken meerdere denksporen. Uit de studies blijkt dat er voor de aanwending van bepaalde grondreserves, zoals Schaarbeek-Vorming, technische problemen zijn.

Conformément à l'accord de gouvernement, les zones piétonnes au centre de Bruxelles seront élargies. Le bourgmestre de Bruxelles y est très favorable. Tout dépend évidemment de la surface des nouveaux piétonniers. Concernant le stade, nous prendrons une décision d'ici la fin de cette année ou début 2010. Les études révèlent d'ores et déjà des problèmes techniques pour l'utilisation de certaines réserves foncières, comme Schaerbeek-Formation. De plus, le stade doit être prêt pour 2016.

________________________________________________________________________________________________________________________


55


17-07-2009

Bovendien is er de tijdsdruk. Het stadion moet klaar zijn tegen 2016. (verder in het Frans) Het stadion zal ongetwijfeld een belangrijk thema worden, aangezien de federale overheid steeds meer belangstelling lijkt te tonen voor de organisatie van de Wereldbeker 2018. Wij moeten dus vermijden dat het stadion niet op tijd klaar zou zijn, maar ik weiger de Brusselaars voor de kosten te laten opdraaien. Als de federale overheid de Wereldbeker wil organiseren, zal ze zelf een aanzienlijk deel van de kosten op zich moeten nemen. Wij staan immers voor veel belangrijkere uitdagingen dan de bouw van dat stadion. Sommigen hebben het verplichte contract voor beroepsproject aangehaald. De heer du Bus heeft opgemerkt dat de helft van de jongeren die een dergelijk contract hebben gesloten, binnen de zes maanden een job heeft gevonden. Die cijfers moeten enigszins worden genuanceerd, omdat sommige personen meer slaagkansen hebben dan anderen, maar het contract voor beroepsproject blijft een zeer waardevol instrument. Zo is het een goede manier om te vermijden dat jongeren te snel hun zoektocht naar werk opgeven, bijvoorbeeld omdat zij uit een gezin komen waarin de ouders nooit hebben gewerkt. Die socialisering via werk is belangrijk, niet om ideologische of politieke redenen, maar om sociologische redenen. Het contract voor beroepsproject is voortaan verplicht voor jonge werklozen. Het is niet bedoeld als een straf, maar om hen meer kansen te geven op de arbeidsmarkt. De heer De Wolf wees erop dat van de 5.000 beloofde woningen van de vorige legislatuur er slechts 200 gerealiseerd zijn. Dat is een beetje gemakkelijk. Er staan nog heel wat projecten in de steigers. Ik verwijs ook naar de wijkcontracten, de subsidies om woningen te renoveren of te kopen, de sociale verhuurkantoren, het Woningfonds, enzovoort. De regering moet blijven werken aan huisvesting. De heer Pesztat verwees naar het wijkgericht beleid. Er zijn bepaalde delen van deze stad waarin meer moet worden geïnvesteerd en die extra aandacht verdienen.


(poursuivant en français) Je crois que la question du stade va revêtir une importance majeure, car j'entends de plus en plus au niveau national une volonté d'affirmer notre candidature à l'organisation de la Coupe du monde 2018. Il ne faudrait donc pas que Bruxelles soit stigmatisée parce que nous n'avons pas su suivre, mais je ne peux pas, et vous ne pourrez pas non plus, expliquer aux Bruxellois qu'il faudra, demain, lever une taxe pour construire un stade international à Bruxelles ! Si l'autorité fédérale veut affirmer son souci de participer à l'organisation de la Coupe du monde, elle devra aussi prendre en charge une partie significative des coûts. Nous avons d'autres défis à affronter que la construction d'un stade, et il n'est pas question que les Bruxellois soient victimes de l'endettement auquel nous pourrions nous exposer, en plus des problèmes que nous connaissons. Je connais des villes du monde où la population a payé des années durant la construction de grandes infrastructures, notamment à l'occasion de Jeux olympiques. Le stade de Montréal, qui possède une couverture hydraulique fonctionnant avec des systèmes sophistiqués, a imposé à la collectivité des coûts significatifs. Vous avez été quelques-uns à évoquer le CPP obligatoire. M. du Bus de Warnaffe a rappelé très justement que 50% des jeunes retrouvent un emploi dans les six mois quand ils ont suivi un CPP. Evidemment, le CPP est parfois adressé à des gens aux chances de succès plus élevées que d'autres, ce qui peut troubler les statistiques. Il n'en demeure pas moins qu'il est un outil précieux. Je voudrais donc dire à ceux d'entre vous qui ont quelque inquiétude quant à l'obligation de suivre un CPP, de ne pas sous-estimer le renoncement trop rapide de ces jeunes n'ayant jamais connu le travail, et dont les parents n'ont jamais travaillé. Le CPP est une manière d'éviter que des jeunes ne renoncent trop vite à trouver un travail. Nous savons qu'il faut absolument encourager la socialisation par le travail, non pas au niveau idéologique ou politique du terme, mais au niveau sociologique. Outre le constat que vous avez justement dressé selon lequel il faut éviter de faire de cette obligation



17-07-2009

(verder in het Nederlands) Bij de invoering van een huurovereenkomst van negen jaar zal uiteraard rekening worden gehouden met het welzijn van de huurders. Let wel, de maatregel zal enkel van toepassing zijn op nieuwe overeenkomsten en er wordt voorzien in heel wat afwijkingen, bijvoorbeeld bij ziekte. Mevrouw De Pauw heeft de aandacht gevestigd op de huisvesting van bejaarden. Voorts had ze het over de uitbreiding van de metro. Die uitbreiding is uiteraard afhankelijk van de beschikbare financiën en moet complementair zijn met het bovengronds openbaar vervoer. (verder in het Frans) Mijnheer du Bus de Warnaffe, op uw vraag over de Vooruitgangsstraat kan ik niet meteen antwoorden. Ik zal daarover spreken met de NMBS. Heeft de heer Grimberghs u die vraag ingefluisterd?


56

du CCP une forme de sanction, n'oublions pas que les employeurs de notre Région évoquent très souvent l'absence de motivation au travail. Soyons de bons comptes : le CCP n'est pas une punition, mais doit être considéré comme une chance supplémentaire accordée au jeune. M. le ministre de l'Emploi opine du chef et j'en suis très heureux. Je voudrais évoquer à présent le logement. Il est un peu facile de rappeler, comme certains dont M. Vincent De Wolf l'ont fait, les 200 logements, etc. Nous savons bien qu'un certain nombre de projets sont en cours d'accomplissement ou de finalisation, d'autres sont entrés dans une phase active sur le plan administratif. Il ne faut pas oublier ce qui a été fait pour les contrats de quartier, dans le cadre des subsides à la rénovation et à l'acquisition de biens par les communes, dans le domaine des AIS, ce qui a été fait par le Fonds du logement, etc. Le gouvernement doit continuer à mettre en avant l'objectif de production de logements. M. Yaron Pesztat a rappelé que nous avions conservé dans notre déclaration de politique générale la référence à la territorialisation des politiques. Il s'agit d'un débat important. Il existe des zones dans la ville où il faut davantage investir, travailler et être actif en tant que pouvoir public que d'autres.

(poursuivant en néerlandais) L'introduction d'un bail de neuf ans tiendra bien entendu compte du bien-être des locataires. La mesure ne sera d'application que sur les nouveaux contrats et tiendra compte de toute une série de dérogations, notamment en cas de maladie. Concernant les remarques de Mme De Pauw, l'extension du métro dépendra des finances disponibles et devra être complémentaire aux transports publics de surface.

(poursuivant en français) J'ai bien pris note de ce que M. du Bus de Warnaffe a demandé au sujet des travaux du quadrilatère de la rue du Progrès. Vous me pardonnerez de ne pas pouvoir vous répondre maintenant ; je vais sonder les intentions de la SNCB. Je suppose que c'est M. Grimberghs qui vous a soufflé cette question ? ________________________________________________________________________________________________________________________


57


17-07-2009


De heer André du Bus de Warnaffe (in het Frans).- Inderdaad.

M. André du Bus de Warnaffe.- Absolument.

De heer Charles Picqué, minister-president (in het Frans).- Ik had zo een vermoeden.

M. Charles Picqué, ministre-président.- Je m'en doutais. Il sera donc encore présent parmi nous, quoiqu'invisible. Mais je vais interroger la SNCB.

(verder in het Nederlands) (poursuivant en néerlandais) De vermindering van de broeikasgassen is een essentiële doelstelling van het akkoord. De klimaatuitdagingen laten zich bijzonder sterk voelen in de steden. De steden dragen een zware verantwoordelijkheid en zijn zich daar ook van bewust. Overigens, heel wat grote steden zijn nu vastberaden om actie te ondernemen. Het principe van goed bestuur loopt als een rode draad door de beleidsverklaring. Er zal binnenkort een deontologische code worden opgesteld en ook in praktijk worden gebracht. De werkgroep Regio-Gemeenten zal zich buigen over de kwestie van de gemeentegrenzen met het oog op rationalisering. Ik ben alvast verheugd over de verklaring van mevrouw Ampe dat de relaties tussen het gewest en de gemeenten niet beïnvloed mogen worden door communautaire vooroordelen. Dit is een kwestie van dienstverlening en coherent beleid, die niets te maken heeft met communautaire twisten. (verder in het Frans) Het debat over de verhouding tussen de gemeenten en het gewest zal zo al moeilijk genoeg zijn. Laat ons de communautaire beschouwingen erbuiten houden. Mijnheer du Bus de Warnaffe, de juridische waarde van de referentiehuurprijzen zal verduidelijkt worden wanneer de wet op de huurcontracten geregionaliseerd wordt. Ze zullen in elk geval een indicatieve waarde hebben en kunnen onder meer gebruikt worden om de subsidies voor eigenaars te evalueren.

La réduction des émissions de gaz à effet de serre est un objectif essentiel de l'accord. Le défi climatique est fortement ressenti dans les villes, et celles-ci portent une lourde responsabilité en la matière. La bonne gouvernance est le fil rouge de la déclaration de politique du gouvernement. Un code déontologique sera bientôt élaboré et mis en oeuvre. Le groupe de travail Région-communes se penchera sur la question des limites des communes, dans un objectif de rationalisation. Comme l'a dit Mme Ampe, les relations entre la Région et les communes ne doivent pas être influencées par des préjugés communautaires, mais répondre à des préoccupations de service et de gestion cohérente. (poursuivant en français) De grâce, envisageons cette réflexion sur les relations entre communes et Région sans cela. Nous verrons bien si on pose des mines sur la voie de la réflexion, si on pose un certain nombre de conditions. Mais nous devons nous inscrire dans un esprit tout autre que gangrené et contaminé par des considérations communautaires. M. du Bus de Warnaffe a évoqué les grilles de référence des loyers. Leur réelle valeur juridique sera précisée lorsque la loi sur les baux sera régionalisée. Quoi qu'il en soit, elles auront une valeur indicative et informative. Elles fourniront une base objective, par exemple à l'évaluation des aides aux propriétaires.

Ze zijn ook nuttig om onze strategie te bepalen inzake de huurtoelagen en de vrederechter kan ernaar verwijzen om geschillen te regelen.

Elles nous aideront fortement dans la détermination de notre stratégie en matière d'allocations de loyer. Elles pourront aussi servir d'éléments d'information pour le règlement d'un contentieux par le juge de paix.

Tot slot kunnen ze een hulpmiddel zijn voor de berekening van energie- of renovatiepremies. Mijnheer de Clippele, wij hebben nog geen stand-

Enfin, elles nous permettront de calculer le montant des primes énergétiques ou à la rénovation. M. de Clippele ne doit pas faire croire que nous avons



17-07-2009


58

punt ingenomen over een eventuele blokkering van de huurprijzen.

d'ores et déjà adopté une position sur le blocage des loyers. Le débat est loin d'être clos.

Mijnheer Gosuin, de uitdagingen waren inderdaad al langer bekend en we hebben daar ook aan gewerkt. Zo daalde het werkloosheidscijfer tijdens de vorige regeerperiode, maar door de economische crisis, is het de voorbije maanden weer gestegen.

J'en viens aux propos de M. Gosuin, selon lesquels les défis évoqués étaient bien connus. Bien entendu, nous étions conscients des problèmes soulevés par le chômage. En réalité, le taux de chômage a baissé au cours de la législature écoulée, mais avec la crise économique, il est remonté au cours des derniers mois.

Zonder onze maatregelen zou het werkloosheidscijfer nog hoger liggen, zeker bij jongeren, waar het 13% gedaald is. U kunt niet doen alsof we dit probleem nu pas ontdekken. De demografische kwestie hebben we al aangepakt met het Huisvestingsplan en het Crècheplan. Het Planbureau heeft ons preciezere cijfers bezorgd over de omvang van de demografische groei. Sommigen zeggen dat we te veel hebben uitgegeven. Dat was wel nodig om ons beleid te kunnen voeren. Toen de heer Vanhengel en ikzelf de premier ontmoetten om de zwakke financiële toestand van het gewest toe te lichten, merkte hij op dat we van geluk mogen spreken. In tegenstelling tot de Vlaamse en de Waalse gemeenten zitten de Brusselse gemeenten niet in de rode cijfers. Het deficit van gewesten en gemeenschappen zal worden geconsolideerd met dat van de gemeenten. De toename van de gewestelijke schuldenlast is niet te wijten aan de gemeenten zelf, maar wel aan het feit dat het gewest de gemeentelijke tekorten in betere economische tijden jarenlang heeft bijgepast. Vandaag is het globale financiële overschot van de Brusselse gemeenten bijna even groot als de middelen die ze van het gewest hebben gekregen, maar het Gemeentefonds kan ze niet terugwinnen. Dat de gemeenten financieel gezond zijn, is ook positief voor het gewest. We hebben onze middelen goed besteed. Het Citeo-dossier zelf heeft het gewest geen geld doen verliezen, met uitzondering van de studie. De terreinen van de NMBS hebben we aangekocht via de MVV. De prijs werd door een onafhankelijke expert vastgelegd. Ook bij de onderhandelingen tussen de MVV en het Chirec (Centre hospitalier inter-régional Edith Cavell), heeft het gewest erover gewaakt dat de prijs niet te hoog zou oplopen.

Si nous n'avions pas pris de mesures en cours de législature, il serait encore plus élevé, notamment chez les jeunes, où il a baissé de 13%. On ne peut donc pas nous accuser d'avoir ignoré la question. Nous n'avons pas à justifier nos politiques comme si nous étions en période électorale, mais nous ne venons pas de découvrir le problème de la sousqualification et du chômage ! Par ailleurs, nous avions déjà anticipé la question de l'accroissement démographique, en lançant le Plan logement et le Plan crèche. Le Bureau du Plan nous a fourni des chiffres plus précis qui nous ont permis de mieux appréhender les problèmes que pourrait poser cet essor démographique. Certains ont dit que nous avions beaucoup dépensé. C'est heureux ! Cet argent a servi à mener nos politiques. Je m'adresse plus particulièrement aux deux municipalistes qui se trouvent devant moi, bien que M. Gosuin soit un peu moins concerné puisque sa commune n'éprouve pas de sérieuses difficultés financières. Lorsque M. Vanhengel et moi-même nous sommes rendus chez le premier ministre lui dire combien nous étions fragiles, il nous a fait remarquer que nous devrions être heureux. Devant notre étonnement, il a précisé que, contrairement à la Flandre et à la Wallonie, nos communes ne posent pas de problèmes. Je vous rappelle que, dans l'entité 2, nous allons consolider de manière très précise les déficits régionaux et communautaires avec les déficits communaux. L'accroissement de l'endettement régional, présent ou à venir, n'est pas dû aux communes, mais au fait que, pendant des années, la Région bruxelloise est venue au secours des communes. Aujourd'hui, le boni cumulé des communes bruxelloises est pratiquement égal au montant avancé, de manière irrecouvrable, par le

________________________________________________________________________________________________________________________


59


17-07-2009

In de algemene beleidsverklaring hebben we het over het hinterland, en niet over een stadsgemeenschap. Een stadsgemeenschap is een van de manieren om de samenwerking met het hinterland van een stad te regelen. Moeten we soms alle samenwerkingsvormen met de Rand afwijzen? Niet iedereen is het eens over samenwerking met het hinterland, een eventuele uitbreiding van het Brussels Gewest, enzovoort. Brussel heeft geen toekomst zonder een beleid van samenwerking met het hinterland, en vice versa. Mijnheer Gosuin, u betreurt dat er in het regeerakkoord niet wordt verwezen naar het geluidskadaster. Welnu, het is overbodig om dat te vermelden. Leefmilieu Brussel is immers wettelijk verplicht om een jaarlijks geluidskadaster op te stellen. De regering heeft de kosten van de in het regeerakkoord voorgestelde maatregelen niet becijferd. Dat doen we wel als de begroting wordt opgemaakt. Misschien zijn we nogal ambitieus, maar als we dat niet waren, zou u ons een kruideniersmentaliteit verwijten. De realisatie van onze ambities zal afhankelijk zijn van onze middelen. Mijnheer De Wolf, u beweert dat een eigenaar van een woning die naar het buitenland vertrekt voor een onaangename verrassing zou kunnen komen te staan als gevolg van de ordonnantie over de leegstand. Ik heb snel mijn vakantie afgezegd! Laten we niet overdrijven. (Samenspraak) (verder in het Nederlands) De heer Van Damme heeft terecht opgemerkt dat de heer De Wolf triestig lijkt, omdat zijn politieke tegenstander bij voorkeur, de heer Pascal Smet, hier niet meer aanwezig is.


Fonds de refinancement des trésoreries communales. Les communes bruxelloises ne posent aucun problème dans l'établissement de la norme et du niveau d'endettement parce que la Région a beaucoup investi. Qu'avons-nous fait lorsque la conjoncture était meilleure ? Nous avons notamment aidé nos communes - les communes sont nos enfants à nous, Région - à ne pas s'endetter. Cela a une influence favorable sur la situation actuelle de notre Région. Nous avons utilisé l'argent de manière telle que nous en récoltons les fruits aujourd'hui. Les communes n'ont pas plombé les finances régionales. Nous n'avons pas perdu d'argent avec CITEO, seule l'étude nous en a fait perdre. Les terrains de la SNCB ont été acquis via la SAF à un prix établi par une expertise indépendante. De plus, lors de la discussion entre la SAF et le Chirec (Centre hospitalier inter-régional Edith Cavell), nous avons vérifié que ce prix n'était pas exorbitant. Je voudrais ici corriger un certain nombre de propos qui pourraient être mal interprétés. Nous parlons de l'hinterland dans la déclaration de politique générale. Il est vrai que nous ne parlons pas de la communauté urbaine. La communauté urbaine est une des modalités de gestion avec l'hinterland. Devons-nous décliner toutes les formes de coopération ou de recherche de cohérence de développement entre Bruxelles et sa périphérie ? J'aurais bien parlé des accords de coopération et de l'extension de Bruxelles en laissant de grands points d'interrogation, mais tout le monde ne partage pas les mêmes solutions. L'hinterland est évidemment une problématique que nous ne pouvons ignorer. Il n'y a pas d'avenir pour Bruxelles sans politique coordonnée avec l'hinterland. Si celui-ci ne se coordonne avec Bruxelles, cela conduira également à des effets néfastes pour lui. En ce qui concerne Bruxelles National, vous déplorez, M. Gosuin, l'absence de référence au cadastre du bruit. Il s'agit d'une obligation légale, remplie annuellement par Bruxelles Environnement. Il ne convenait pas de le mentionner ici. Ce cadastre est exécuté et continuera à l'être. M. De Wolf et moi-même nous adressons toujours des critiques de manière courtoise et conviviale. Bien sûr, nous n'avons pas mesuré de manière



17-07-2009


60

précise les effets budgétaires de telle ou telle mesure ou proposition. Nous le ferons dans le cadre de l'élaboration du budget. Nous sommes peut-être ambitieux en regard de nos marges de manoeuvre. Ceci dit, si nous n'avions pas été un peu ambitieux, on nous l'aurait reproché et on nous aurait traités "d'épiciers sans grandeur". Nous avons donc des ambitions, mais la réalisation de celles-ci sera échelonnée dans le temps en fonction des moyens. Je viens d'annuler mes vacances. M. De Wolf, vous sembliez indiquer tout à l'heure que, si un propriétaire s'éloignait du pays et partait à l'étranger, son bien pourrait être menacé par l'application de l'ordonnance sur les biens inoccupés. Du coup, j'ai évidemment annulé mes vacances ! Non : n'exagérons pas. (Colloques) (poursuivant en néerlandais) M. Van Damme a constaté avec justesse la tristesse de M. De Wolf, qui a perdu son adversaire politique de prédilection en la personne de M. Pascal Smet. De heer Vincent De Wolf (in het Frans).- Wees gerust, mevrouw Dupuis is er nog steeds.

M. Vincent De Wolf.- Je vous rassure, il n'en est rien. Mme Dupuis est toujours là.

(Gelach)

(Rires)

De heer Charles Picqué, minister-president (in het Frans).- De heer de Clippele heeft gelijk, administratieve vereenvoudiging moet een doel op zich zijn. We moeten ook nagaan of onze wetten wel toepasbaar zijn. We hebben hier nu de heer De Lille in ons midden: hij is de man van de administratieve vereenvoudiging.

M. Charles Picqué, ministre-président.- Je répondrai à M. de Clippele, qui est absent, que l'homme de la simplification administrative est parmi nous : c'est M. De Lille. Je le salue. Ceci dit, M. de Clippele n'a pas tort de dire que la simplification des procédures et la simplification administrative doivent être une fin en soi. Je pense que l'applicabilité de nos législations doit aussi être évaluée. Il ne s'agit pas d'évaluer uniquement ce qui est fait matériellement.

(verder in het Nederlands) Wij moeten uiteraard ook de draagwijdte en de efficiëntie van onze ordonnantie evalueren. Het is onontbeerlijk dat de budgettaire impact wordt geraamd.

(poursuivant en néerlandais) Nous devons évaluer la portée et l'efficacité de notre ordonnance, ainsi que son impact budgétaire.

(verder in het Frans) (poursuivant en français) Mevrouw Rousseaux, de oprichting van het agentschap voor de handel zou aan uw bekommernissen moeten beantwoorden. Mijn vorige acties kregen

Mme Rousseaux, j'ai cinq choses à vous dire en rafale. L'Agence pour les commerces devrait

________________________________________________________________________________________________________________________


61


17-07-2009

kritiek, omdat ze enkel beperkt waren tot de handelskernen in moeilijkheden en de achtergestelde wijken. De heer Cerexhe wees er ook op dat ook de andere wijken geholpen moesten worden. U bent er altijd voorstander van geweest dat wij ook iets in de andere handelskernen zouden doen.


répondre à l'une de vos préoccupations. On m'a critiqué pour avoir créé une forme d'agence pour le commerce dont l'action était limitée aux noyaux en déclin. M. Cerexhe n'a pas manqué de dire que d'autres quartiers subissaient aussi des dommages sérieux, qu'il ne fallait pas se limiter à une action dans les quartiers fragilisés. Nous avons répondu à votre attente à tous les deux. Vous avez toujours été partisane que l'on fasse quelque chose dans les autres noyaux commerciaux.

Mevrouw Jacqueline Rousseaux (in het Frans).Niet waar, mijnheer de minister-president!

Mme Jacqueline Rousseaux.- Mais non, M. le ministre-président !

De heer Charles Picqué, minister-president (in het Frans).- Toch wel, mevrouw!

M. Charles Picqué, ministre-président.- Mais si, Madame !

Mevrouw Jacqueline Rousseaux (in het Frans).Neen, neen en nogmaals neen! U hebt niet goed naar mij geluisterd.

Mme Jacqueline Rousseaux.- Non, non, non ! Vous n'avez pas été attentif à mes propos.

De heer Charles Picqué, minister-president (in het Frans).- Ik heb met ononderbroken aandacht naar u geluisterd.

M. Charles Picqué, ministre-président.- Je vous écoute avec une attention soutenue.

Mevrouw Jacqueline Rousseaux (in het Frans).Laten wij deze discussie op een ander ogenblik voeren.

Mme Jacqueline Rousseaux.- On ne va pas recommencer ce débat aujourd'hui, mais à un autre moment, si vous le voulez.

(Rumoer)

(Rumeurs)

Wat er nodig is, is een goed beheer in alle wijken.

Ce qu'il faut, c'est une bonne gestion de l'ensemble de la Région dans tous les quartiers.

De heer Charles Picqué, minister-president (in het Frans).- Atrium zal in het nieuwe agentschap worden opgenomen. Uiteraard zal er een rationalisering tussen al die economische instrumenten en gewestelijke diensten worden doorgevoerd.

M. Charles Picqué, ministre-président.- Atrium se fondra dans la nouvelle agence, comme il est évident qu'il faudra opérer une rationalisation entre ces outils économiques et les services régionaux.

Ik denk dat de meesten voorstander zijn van een overkapping van de Gulden Vliestunnel, maar er moeten eerst nog een aantal problemen worden geregeld, waaronder de financiering. Een publiekprivate samenwerking is niet de enige mogelijkheid, maar het is een feit dat die financiering niet mogelijk is als wij die nieuwe ruimte niet commercieel uitbaten. Wij moeten ook onderzoeken

Deuxièmement, concernant la couverture de la Toison d'Or, je pense que beaucoup sont favorables au principe, qui est historique, de joindre les deux rives, etc. Toutefois, il y a un certain nombre de problèmes qui doivent être réglés : celui du financement - il n'y a pas que le partenariat publicprivé qui peut être évoqué - et celui de l'implantation d'un réseau commercial sur la trémie qui serait mise en place.



17-07-2009

welke gevolgen die extra handelszaken zullen hebben voor de rest van de handel in de wijk. Ik begrijp niet dat het winkelcentrum slecht zou zijn voor de traditionele winkels, terwijl er even verderop, in Vilvoorde, al een ander winkelcentrum is. Wij zullen zeker de gevolgen voor de bestaande handelszaken analyseren, zoals beloofd werd in de regeringsverklaring. Wat de congreszaal met 5.000 plaatsen betreft, geef ik toe dat meer en meer congressen plaatsvinden met alsmaar meer deelnemers. Wij willen ook een evenementenhal bouwen, die gebruikt kan worden voor grotere congressen. De heer Fassi-Fihri noemt cultuur terecht een motor van de economische ontwikkeling. Cultuur zorgt voor heel wat banen, zowel rechtstreeks als onrechtstreeks, bijvoorbeeld in de horeca. (verder in het Nederlands) Mijns inziens is het gevaarlijk om over een nieuwe verdeelsleutel voor de dotatie aan de gemeenten te discussiëren. Het debat ter zake ligt altijd moeilijk, omdat elke gemeente waakzaam is voor een eventuele herziening van de verdeelsleutel. Overigens, de gemeenten die veel voordelen halen uit de verdeelsleutel, zijn onderworpen aan saneringsplannen. Er is dus een keerzijde aan de medaille. Zij worden wel ondersteund op financieel vlak, maar tegelijk staan ze onder streng toezicht van de toezichthoudende overheid. Ik ben ook voorstander van de harmonisering van de fiscaliteit, in het bijzonder van de persoonsbelastingen, een na te streven doelstelling. Maar dat doet wel politieke problemen rijzen. Hoe dan ook moet elke inwoner van ons gewest op dezelfde manier worden behandeld. Dat beantwoordt aan mijn rechtvaardigheidsgevoel. We mogen niet uitsluitend rekenen op financiële hulp van de federale overheid. Het spreekt voor zich dat we de komende maanden en jaren gedoemd zijn tot besparingen, maar in welke mate en op welke beleidsdomeinen, dat weten we nog niet.

(verder in het Frans)


62

Il faudra étudier les conséquences de la densification du réseau commercial qui en résulterait sur la vie commerciale du quartier. De toute manière, le financement ne pourra être rendu possible que par le lotissement commercial de la trémie. Concernant le centre commercial, si vous souhaitez laisser partir tout le monde à Vilvorde pour profiter de l'offre commerciale de Vilvorde, soit. Je ne comprends pas le raisonnement qui consiste à refuser l'implantation du centre commercial, car ce dernier pourrait avoir des conséquences sur les noyaux commerciaux traditionnels, alors qu'en faisant quelques kilomètres de plus, en Flandre, vous trouvez un autre centre commercial. Soyons cohérents : il faudra s'inscrire dans la philosophie indiquée dans notre déclaration de politique générale et étudier les effets sur le tissu commercial actuel. Lorsque vous évoquez la salle de congrès de 5.000 places, je souscris à vos propos : de plus en plus de réunions dépassent ce nombre. Cependant, n'oubliez pas que nous poursuivons également l'objectif de créer une grande salle de spectacle qui devrait être implantée aux abords et qui pourrait servir à des rassemblements exceptionnels comme de grands congrès. M. Hamza Fassi-Fihri a très justement évoqué la culture comme moteur de développement économique. Son analyse est tout à fait exacte : la culture constitue un gisement d'emplois directs et indirects. Les emplois directs concernent les personnes qui travaillent dans l'événementiel, les spectacles et le secteur culturel, alors que les emplois indirects relèvent de l'horeca, du tourisme, etc. (poursuivant en néerlandais) Une révision éventuelle de la clef de répartition de la dotation aux communes reste un sujet délicat. Du reste, les communes qui bénéficient le plus de cette clef de répartition sont soumises à des plans d'assainissement et à un contrôle strict de l'autorité de tutelle. Je suis favorable à une harmonisation de la fiscalité, en particulier de l'impôt des personnes physiques, mais cela soulève des problèmes politiques. Selon moi, tous les habitants de notre Région doivent être traités de la même manière.

________________________________________________________________________________________________________________________


63


17-07-2009

We zullen uiteraard nagaan waar besparingen mogelijk zijn. Mevrouw Jodogne, u dringt aan op overleg met de gemeenten. Ik wijs er echter op dat het Brussels Gewest meer is dan de som van de gemeenten. We moeten in alle openheid een kerntakendebat organiseren. Zodra er een nieuw Gewestelijk Ontwikkelingsplan is, moet het Gewestelijk Bestemmingsplan (GBP) worden aangepast. Bepaalde zaken uit het GBP kunnen echter al worden gewijzigd, voordat er een nieuw GewOP is. Aangezien u nieuw bent in dit parlement, is het begrijpelijk dat u dat nog niet wist. Een aantal vanzelfsprekendheden hebben we niet herhaald in de tekst van het regeerakkoord. Het spreekt voor zich dat de Brusselse regering er de voorkeur aan blijft geven dat de Europese instellingen het Josaphatterrein gebruiken voor hun nieuwe gebouwen, maar het valt nog af te wachten of ze dat ook zullen doen. Mevrouw Caron, we moeten uiteraard de gevolgen van een eventuele stadstol goed inschatten. Ik ben geen voorstander van een uniforme stadstol voor iedereen, maar we hebben nog lang geen beslissing genomen. Uiteraard moeten we er rekening mee houden dat een stadstol nefaste economische en sociale gevolgen kan hebben. Mevrouw Caron en de heer Gosuin hadden het over de multiculturele samenleving. Ik wil een open debat over dat thema. We moeten ons de vraag stellen wat voor samenleving we willen. Ik maak me zelf nogal zorgen over de tendens dat verschillende gemeenschappen zich zeer sterk in bepaalde wijken concentreren. Dat leidt tot segregatie. Een stad waar gemeenschappen zich niet met elkaar mengen en er onverdraagzaamheid heerst tussen verschillende godsdiensten en levensbeschouwingen, is niet gezond. De PS is voorstander van een interculturele samenleving. We willen niet dat gemeenschappen zich assimileren, maar we moeten er ook over waken dat ze niet op zichzelf terugplooien.


Nous ne devons pas compter uniquement sur l'aide financière des autorités fédérales. Nous devrons réaliser des économies, mais nous ignorons encore dans quelle mesure et dans quels domaines. (poursuivant en français) Il est évident que nous n'éviterons pas la recherche d'économies. Mme Jodogne, j'ai saisi vos propos et je discerne le chemin que vous empruntez. Vous attirez notre attention sur la situation des communes et sur la nécessaire concertation avec elles. Ce discours ne m'est pas étranger, mais il va falloir vous faire une raison : la Région n'est pas et ne peut pas être l'addition des communes. Le débat sur les tâches essentielles - les "kerntaken" en néerlandais - devra être abordé en toute franchise et dans un souci de rationalisation. Par ailleurs, le PRAS (Plan régional d'affectation du sol) devra être réformé aprês l'adoption du nouveau Plan régional de développement. Depuis l'adoption de la réforme des codes pour l'aménagement du territoire, on peut déjà réformer certains éléments du PRAS avant d'avoir un nouveau Plan régional de développement. Etant donné que vous n'étiez pas membre de notre assemblée, il est parfaitement normal que ce point vous ait échappé. Pas d'ambiguïté : il y a des évidences que ni les négociateurs ni moi-même ne souhaitions rappeler. Notre préférence, en ce qui concerne l'extension de l'Europe, reste le site de Josaphat. On verra si les autorités européennes en tiendront compte, mais, en tout cas, elles sont au courant. En réponse à Mme Caron, je dirai qu'il faut bien mesurer les conséquences de toutes les formules de péage urbain. Qui viserons-nous ? Quelles modalités mettrons-nous en place ? La tarification me paraît meilleure que le péage imposé indistinctement à tout le monde, mais nous sommes loin d'avoir tranché. Comme vous l'avez bien fait remarquer, il faut se défier des effets pervers que tout péage urbain est susceptible d'avoir sur la vie économique et sociale. Le débat est donc ouvert et des pistes de réflexion existent. Enfin, en ce qui concerne la société multiculturelle évoquée par Mme Caron et par M. Gosuin, je répète



17-07-2009

Ik dank u voor uw belangstelling voor deze regeringsverklaring.


64

ce que j'ai dit lors de la présentation de la déclaration de politique générale : ne nous voilons pas la face, il est clair que nous sommes face à un débat essentiel.

(Applaus) Quel type de société voulons-nous ? Personnellement, ce qui m'inquiète particulièrement est une société qui consacre les préférences et les affinités : les affinités urbanistiques et territoriales, c'est-à-dire le fait, pour une communauté, de vivre au même endroit. Cela mène tout droit à la ségrégation socio-spatiale. Dans une ville où le brassage ne se produit plus, où l'intolérance philosophico-religieuse, qui peut venir de partout, s'impose aux autres, on court le risque de voir se créer des réseaux affinitaires. Nous n'en voulons pas. Nous voulons au contraire une société interculturelle et, comme je l'ai dit en introduction, nous ne voulons pas imposer un modèle unique, nous ne pensons pas à l'assimilation, mais nous devons nous imposer une obligation : celle d'être attentif à tout ce qui peut être synonyme de repli communautariste. Je vous remercie de l'attention que vous avez bien voulu réserver à cette déclaration de politique générale, et de l'intérêt, même critique, qu'elle a soulevé chez les intervenants. (Applaudissements)

Mevrouw de voorzitter.- De heer Gosuin heeft het woord.

Mme la présidente.- La parole est à M. Gosuin.

De heer Didier Gosuin (in het Frans).- Waarom zouden wij agressief zijn? Het opbouwen van een gewest vergt meer dan één regeerperiode en ook wij hebben ons steentje bijgedragen aan het beleid.

M. Didier Gosuin.- Notre discours n'est pas agressif. Pourquoi le serait-il ? Avec d'autres, nous avons largement participé à la création de la Région bruxelloise. Et nous savons qu'une Région ne se construit pas d'une législature à l'autre. Des politiques ont été mises en place. Nous y avons contribué.

Niet alles in het gewest is slecht en moet veranderen. Wij stellen alleen meewarig vast dat de opdracht zwaar is en dat het Brussels Gewest het moeilijk heeft in de onderhandelingen. In 1989 erfden we al een slechte financieringswet. Wij willen net als u van Brussel een succes maken. Daarom zullen wij een constructieve oppositie voeren. Uw regeringsverklaring is te veel een samenraapsel van bloemrijke frasen zonder veel nuance, waarmee

Notre attitude ne consiste pas à prétendre que tout ce qui existe en Région bruxelloise est négatif et doit être changé. Ce serait nous tirer une balle dans le pied. Nous ne sommes pas agressifs, car cela ne correspond pas à notre manière d'être. Nous sommes parfois compatissants, à constater que la tâche est rude et que la Région bruxelloise peine dans les négociations budgétaires.

________________________________________________________________________________________________________________________


65


17-07-2009

u alle partijen in de meerderheid een plezier wil doen. In deze moeilijke tijden moeten we duidelijke taal spreken, maar u komt niet tot de kern van het probleem. U hebt alleen een plan A voorgesteld, dat u zult uitvoeren als de onderhandelingen met de federale regering de nodige bijkomende middelen opleveren. Er is echter ook een plan B nodig voor als we het zelf moeten rooien. In 2004 bezorgde professor Deschamps u voor de regeringsvorming een meerjarenstudie over de mogelijke uitgavenmarges. U hebt daar echter geen rekening mee gehouden en 5 of 6% meer uitgegeven dan volgens de studie haalbaar was. In uw beleidsverklaring van vijf jaar geleden ging u er immers van uit dat het gewestelijke uitgavenpatroon een natuurlijke stijging zou kennen. Vandaag blijkt dat een fundamentele inschattingsfout: de crisis op de woonmarkt en de daaropvolgende economische crisis, zorgden voor een uiterst zwakke begroting 2008 en voor een regelrechte begrotingscatastrofe in 2009. U hebt het over een "nieuwe evaluatiecultuur". Maar u legt helemaal niet uit in welke opzichten de nieuwe cultuur van de oude zal verschillen: methode, planning, herstructurering, enzovoort. Uw tekst is op dat vlak erg onvolledig. U hebt het over plannen. Ik houd wel van plannen, maar ik hou nog meer van de planning van de begroting. U herinnert zich wellicht de kritiek van Inter-Environnement op uw vorige beleidsverklaring: net over de plannen deed ze vernietigende uitspraken, omdat deze geen doelstellingen en budgettaire informatie bevatten. Plannen met doelstellingen voor 2020 of 2030, waarom niet? Belangrijker is echter dat de regering duidelijk maakt wat ze tussen nu en 2014 wil bereiken. Ik ben het helemaal met u eens dat duurzaamheid geen intellectueel concept moet blijven, maar dat het moet worden opgenomen in andere beleidsdomeinen, zoals economie, sociaal beleid, onderwijs, enzovoort. Inzake duurzaamheid is het belangrijk dat we het denken in zwart-wittegenstellingen overstijgen. Binnen de tegenstelling tussen een


En 1989 déjà, la situation était difficile, lorsque nous avons hérité d'une mauvaise loi de financement. Nous nous acharnons, comme vous, à faire de Bruxelles-Capitale une réussite. C'est la raison pour laquelle notre opposition sera constructive, mais aussi clairvoyante. Selon nous, votre déclaration ressemble à certains égards à un patchwork. Cela tient à l'alchimie bruxelloise, qui exige de réunir six partis, et cela se traduit par une floraison de phrases creuses qui, selon l'avis même de certains membres de la majorité, exigent d'être nuancées. Face à un avenir qui s'annonce difficile, il faut que nous osions parler franchement. Et votre déclaration ne répond pas à ce souhait. Je ne prétends pas que tout y est faux, mais selon moi, vous n'avez pas été au fond du problème. La meilleure preuve en est que vous n'avez pas osé évoquer deux plans. Le plan A, qui est celui que vous présentez, et qui devrait indiquer ce que nous ferions si l'issue de la négociation avec le pouvoir fédéral était positive et si nous avions les moyens supplémentaires auxquels nous aspirons tous. Mais vous auriez dû présenter également un plan B, indiquant ce que nous devons faire tant que nous ne disposons pas de ces moyens complémentaires. En 2004, avant que vous n'eussiez constitué votre gouvernement, le professeur Deschamps vous avait transmis une étude pluriannuelle dans laquelle il indiquait vos possibles marges de dépenses. Je constate que vous n'avez pas tenu compte de cet avis et que vous avez dépassé de 5 ou 6% la croissance possible de vos dépenses. Pourquoi ? Parce que, dans votre déclaration gouvernementale d'il y a cinq ans, vous entrevoyiez le profil de vos dépenses comme une croissance naturelle. C'était une erreur fondamentale d'analyse. Nous l'avons vu : la crise économique, la crise immobilière qui a précédé la crise financière, vous ont emmené, en 2008, à un budget plus que faiblard et en déficit et, en 2009, à constater la catastrophe budgétaire. Aujourd'hui, la réalité vous obligera à des économies. Vous me dites qu'en page 2, une phrase parle de "la nouvelle culture de l'évaluation". Vous auriez pu nous expliquer ce qu'était l'ancienne culture de l'évaluation, ce qu'est une culture de



17-07-2009

ongebreidelde, vrije economie en een brave, stagnerende economie is er geen plaats voor doelstellingen inzake duurzaamheid. De ordonnantie inzake leegstand bevat een aantal zwakke punten. Het is inderdaad zo dat een aantal gemeenten van de eerste kroon niets doen om verkrotting tegen te gaan. Ter verduidelijking, het gaat niet altijd om gemeenten waar een gewestelijke oppositiepartij het bewind voert. Sommige gemeenten bekommeren zich al jaren niet om hun woningbestand en ondernemen niets tegen eigenaars van leegstaande panden. Het stadion is niet ons, maar uw probleem. U hebt een brief geschreven waarin het gewest zich ertoe verbindt om voor 2018 een nieuw stadion in het Brussels Gewest te bouwen. Gedurende vijf jaar hebt u verschillende locaties voorgesteld en u weet nog altijd niet waar het zal komen. Dat stadion zal misschien een wedstrijd tussen de Fidji-eilanden en Zambië ontvangen, maar zeker niet de openingswedstrijd.


66

l'évaluation, la méthodologie que vous adopterez, les temporalités, votre méthode pour passer toutes les politiques au crible budgétaire, le moment où vous le ferez, les économies espérées via une réorganisation, par une optimalisation des ressources. Nous n'en savons rien. Vous ne nous le dites pas. Vous vous contentez d'affirmer que vous adopterez une nouvelle culture de l'évaluation. C'est un peu court, c'est un peu faible. Vous parlez de plans. J'aime les plans et j'aurais souhaité un plan prioritaire : un plan budgétaire. Je me reporte à la critique d'Inter-Environnement au sortir de votre précédente législature. InterEnvironnement était assassin par rapport à tous les plans : ils étaient dénués d'objectif et d'engagement budgétaire. Des plans sur la comète. Des plans pour dire ce qui se passera en 2020 ou 2030, c'est bien, mais nous aimerions entendre des engagements, une méthodologie encore de ce que vous atteindrez avant 2014. Si vous le faites, je suis favorable à des plans, mais pas à des plans dans le vague, dans l'absolu, sur l'éternité. Bruxelles n'en a pas besoin. Je vous rejoins sur cette notion de durabilité. Ce concept n'est pas nouveau et vous avez raison de dire que l'objectif ne doit pas être éthéré pour quelques intellectuels en chambre et que la notion de durabilité doit être croisée avec d'autres paramètres : économie, social, éducation, car il est impossible de parler de durabilité à des gens qui ne savent ni lire ni écrire, qui n'ont aucune ouverture vers la connaissance. Evidemment que la durabilité c'est plus qu'un objectif de sauver la planète. Sur ce terrain, il n'y a aucune divergence. Il n'y a pas les tenants d'une économie débridée, d'une économie sage ou d'une économie sans croissance. Sortons les uns et les autres de ce manichéisme : ne pensons pas qu'il y a des bons et des méchants. Enfin, j'en arrive à des sujets précis. Sur l'ordonnance d'inoccupation des bâtiments, nous retournerons au débat. En effet, ce document contient des faiblesses. Je suis d'accord avec vous pour dire, au niveau communal, qu'aujourd'hui, certaines communes, notamment de la première ceinture, ne mettent aucunement en œuvre une

________________________________________________________________________________________________________________________


67


17-07-2009


politique de lutte contre les immeubles inoccupés ou abandonnés. Quand je dis inoccupés, c'est scandaleusement inoccupés. Elles ne font même pas l'effort de récupérer ne fût-ce qu'un euro. Ce ne sont pas nécessairement dans des communes dirigées par des partis de l'opposition. J'en ferai l'analyse et vous le prouverai. Il y a des communes qui, depuis des années, se moquent éperdument de leur bâti et laissent effectivement subsister des bâtiments laissés à l'abandon et ce, scandaleusement et sans qu'aucun recours puisse être fait contre des propriétaires peu scrupuleux. Quant au stade, M. le ministre-président, ce n'est pas le problème du MR ! Le stade, c'est votre problème ! Pendant cinq ans, vous avez fait voyager ce stade dans tous les coins de la Région et, aujourd'hui encore, vous ne savez pas où il va atterrir. C'est votre problème ! C'est vous qui avez écrit une lettre d'un paragraphe en engageant la Région à construire pour 2018 un nouveau stade en Région bruxelloise. Certes, nous aurons certainement un stade, mais il sera destiné à accueillir une compétition entre les îles Fidji ou la Zambie, mais certainement pas un match d'ouverture. Mevrouw de voorzitter (in het Frans).- Dat zijn goede ploegen!

Mme la présidente.- Ce sont de bonnes équipes !

De heer Didier Gosuin (in het Frans).- U hebt maar drie tot vier maanden meer om een oplossing te vinden. Nadien zal het te laat zijn!

M. Didier Gosuin.- Le stade, c'est votre problème, c'est votre cacophonie, non la nôtre. Vous avez exactement trois ou quatre mois pour sortir de cette cacophonie. Sinon, si ce n'est pas encore trop tard, en 2018, oubliez la tenue de matchs importants à Bruxelles !

De MR is voorstander van een verplicht contract voor beroepsproject, niet omdat wij jacht op de werklozen willen maken, maar omdat de overheid nu verplicht wordt om de werkzoekenden een voldoende opleidingsaanbod van goede kwaliteit aan te bieden, iets waar zij de voorbije vijftien jaar niet in geslaagd is en waaraan ik mede schuldig ben. U hebt tijdens de vorige legislatuur inspanningen gedaan om de gemeenten financieel te steunen. De MR kan dit alleen maar toejuichen. De gemeenten zijn immers niet de tegenstanders van het gewest. Beide niveaus vullen elkaar aan en hebben hun specifieke taak: het gewest staat in voor de planning en de coördinatie, terwijl de gemeenten nabijheids-

Concernant le CPP, nous y sommes favorables. Non pas, comme je l'entends trop souvent, parce que le MR veut faire la chasse aux chômeurs, mais parce qu'en créant le CPP obligatoire, cela va surtout créer une obligation dans le chef des pouvoirs publics qui, depuis dix, quinze ans et j'y ai aussi ma responsabilité, ont été incapables de mettre un outil de formation à la disposition des demandeurs d'emploi. Si vous rendez le CPP obligatoire, vous aurez l'obligation de proposer des formations en quantité et en qualité suffisantes, sinon cela sera un "piège à



17-07-2009

instellingen zijn die de sociale cohesie waarborgen. Wij zijn blij met de inspanningen die u voor de gemeenten hebt gedaan, maar de voorbije vijf jaar zijn er ook heel wat buitensporige uitgaven gedaan, die u zich in de komende magere jaren niet meer zult kunnen veroorloven. U hebt heel wat geld verspild dat in andere domeinen had kunnen worden aangewend. Het is belangrijk dat wij Brussel als een goede huisvader besturen. (Applaus bij de MR)


68

cons" pour les demandeurs d'emploi. Ce sera, là aussi, votre responsabilité dans ce domaine. Quant à l'effort de dépense et l'effort communal, vous avez évoqué cette dépense que je n'ai pas citée. Depuis la création de la Région, s'il y a une stratégie cohérente à laquelle nous avons toujours souscrit, c'est la nécessité de refinancer nos communes. Nous l'avons rappelé lors de la campagne électorale : ce que la majorité sortante a fait vis-à-vis du refinancement des communes était une sage décision et tous ceux qui s'y sont éventuellement opposés, ce sont des personnes qui ne veulent pas l'intérêt de la Région. En effet, les communes ne sont pas les adversaires de la Région, ne sont pas l'équation "19 communes et 1 région", c'est un ensemble avec une priorité et une réalité : la Région a un rôle de planification et de coordination et les communes sont des agents de proximité, d'écoute, de reliance et de cohésion sociale. Bravo donc pour l'effort en faveur du communal, mais vous oubliez toutes ces dépenses un peu fantaisistes qui se sont succédées ces cinq dernières années. Ces "délicatesses" que vous avez eues avec la rigueur budgétaire, vous n'allez pas pouvoir vous les permettre durant ces cinq prochaines années et vous devrez éviter quelques gaspillages qui, peutêtre, se sont produits sous d'autres majorités lorsque les vaches étaient très grasses, mais, depuis quelques années, elles ne le sont plus. Oui, vous avez commis des erreurs en dilapidant des moyens qui devaient être alloués à d'autres secteurs. Oui, en tant qu'opposition, nous avons une ambition pour Bruxelles, comme vous. Oui, nous participerons à vos débats, mais, en attendant, nous serons des gestionnaires. Je ne parle pas d'épiciers sans relief, mais des gestionnaires en bons pères de famille parce que c'est de cela aussi que Bruxelles a besoin. (Applaudissements sur les bancs du MR)

Mevrouw de voorzitter.- De heer Pesztat heeft het woord.

Mme la présidente.- La parole est à M. Pesztat.

De heer Yaron Pesztat (in het Frans).- Mijnheer de minister-president, u wil niet op ecologisch vlak die burgers stigmatiseren die dat al zijn op sociaal vlak. Ik kan u geruststellen.

M. Yaron Pesztat.- M. le ministre-président, vous dites qu'il ne faut pas stigmatiser sur le plan environnemental ceux qui le sont déjà sur le plan social. Je savais que vous n'y résisteriez pas. Mieux

________________________________________________________________________________________________________________________


69


17-07-2009


vaut le faire tout de suite, comme cela nous pouvons tout de suite vous répondre. Je vais vous rassurer. De heer Rudi Vervoort (in het Frans).- Wij zullen dat nog vijf jaar lang herhalen.

M. Rudi Vervoort.- Je vous préviens, nous le répéterons encore pendant ces cinq ans.

De heer Yaron Pesztat (in het Frans).- Goed, dan kan ik mijzelf ook blijven herhalen.

M. Yaron Pesztat.- Tant mieux, cela me donnera l'occasion de vous redire ce que je vais dire maintenant.

(Gelach) (Rires)

Mevrouw de voorzitter.- De heer Pesztat heeft het woord.

Mme la présidente.- Par contre, il a droit à la réplique.

De heer Yaron Pesztat (in het Frans).- De rijksten vervuilen meestal het meest. Dat zeg ik niet om hen te stigmatiseren.

M. Yaron Pesztat.- Je vais vous rassurer. En règle générale, ce sont plutôt les riches qui polluent le plus. Je ne dis pas cela pour les stigmatiser, bien évidemment.

(Gelach) (Rires) Als iedereen in de wereld leefde zoals wij, Europeanen, zouden we twee en een halve planeet nodig hebben. Om te leven zoals de Amerikanen zelfs zeven en een halve. Om toe te komen met één planeet, moeten we leven zoals in Algerije. Als we leefden als de Indiërs, volstond een halve planeet. Een dergelijke vergelijking geldt ook in het gewest. Het zijn diegenen die in 4x4's rondrijden, regelmatig het vliegtuig nemen naar verre bestemmingen en elke dag vlees of exotisch fruit eten, die het meest vervuilen. Ik denk niet dat die mensen in de armste wijken wonen. (Samenspraak)

Ik wou even verduidelijken dat wij alle Brusselaars willen helpen om milieuvriendelijke keuzes te maken. Onze filosofie is zeer duidelijk en staat expliciet in het regeerakkoord: milieuvriendelijke keuzes mogen niet duurder zijn dan andere keuzes.

A l'échelle mondiale, M. Picqué, si tout le monde vivait comme nous, Belges, Occidentaux, Européens, il faudrait deux planètes et demie. Si tout le monde vivait comme les Américains, il en faudrait sept et demie. En revanche, si tout le monde vivait comme en Algérie, il en faudrait une. Et si tout le monde vivait comme en Inde, ce qui n'est pas nécessairement souhaitable, il faudrait une demiplanète. Ce qui est vrai à l'échelle mondiale l'est aussi à l'échelle de notre pays ou de notre Région. Ceux qui pèsent le plus sur l'environnement, ce sont les utilisateurs de 4 x 4, ceux qui prennent l'avion plusieurs fois par an pour des destinations lointaines, ceux qui ont la chance de manger de la viande tous les jours ou des fruits exotiques en hiver. Je ne pense pas, M. le ministre-président, que ceuxlà habitent majoritairement dans les quartiers paupérisés de notre Région. Aucune stigmatisation des plus précarisés, donc. Soyez rassuré ! (Colloques)

Ik verwijs bijvoorbeeld naar energiebesparing, naar sociale groene leningen, enzovoort. De overheid helpt een handje om investeringen in energiezuinige maatregelen te financieren.

Cela dépend du moment où on consomme les fruits, M. Gosuin ! Selon qu'on les consomme en hiver ou en été, leur coût écologique n'est pas le même. Ceci



17-07-2009


70

Het milieu is belangrijk voor iedereen, zowel voor de rijken als voor de armen, waar ook ter wereld.

dit, je suis tout à fait prêt à tester les pommes belges avec vous. Elles sont excellentes.

Iedereen moet natuurlijk een bijdrage leveren naargelang van zijn inkomen. In het regeerakkoord staat duidelijk dat daar rekening mee wordt gehouden.

Je voudrais vous rassurer sur la manière dont nous entendons aider tous les Bruxellois à opérer des choix plus écologiques. Notre philosophie en la matière est très simple, et est inscrite, noir sur blanc, dans l'accord de gouvernement : il faut que les choix écologiques ne soient pas plus chers que les choix ordinaires.

Mensen responsabiliseren voor het milieu kan ook een manier zijn om ze te emanciperen. Door mensen met een bescheiden inkomen uit te sluiten van het milieubeleid, worden ze net gestigmatiseerd, en dat is helemaal niet onze bedoeling. (Applaus)

Notre accord précise d'ailleurs à plusieurs reprises comment il faut s'y prendre. Je ne citerai qu'un seul exemple, en matière d'économie d'énergie : le Prêt vert social, pour les plus démunis, et le Partenariat public-ménage pour les autres. C'est-à-dire le préfinancement des travaux économiseurs d'énergie : soit des formules qui annulent les surcoûts liés à l'amélioration de la performance énergétique des bâtiments, et qui, une fois l'investissement amorti, permettent des gains nets. Enfin - je l'ai déjà dit dans mon intervention de ce matin -, les défis environnementaux sont des défis qui nous concernent tous, puisque nous sommes tous des victimes potentielles de cette crise, que nous soyons riches ou pauvres, que nous habitions au nord ou au sud de la planète. Partant, ce sont des défis qui nous imposent - mais aussi nous permettent - de repenser la solidarité entre les groupes sociaux et entre les quartiers ; bien entendu, chacun en fonction de ses revenus. C'est pour cette raison que les politiques environnementales que nous avons inscrites dans l'accord de gouvernement tiennent compte des revenus. Cependant, cet enjeu environnemental - le développement durable, le réchauffement climatique - est aussi potentiellement un facteur d'émancipation. Car dire que certains citoyens plus modestes, et je ne parle pas ici des plus pauvres, des plus précarisés ou des sans-abri, devraient être exclus d'un enjeu vital et planétaire comme l'enjeu environnemental, reviendrait précisément à les stigmatiser. Et cela, nous ne le souhaitons pas plus que vous, M. le ministre-président. (Applaudissements)

________________________________________________________________________________________________________________________


71


17-07-2009


Mevrouw de voorzitter.- De heer Vervoort heeft het woord.

Mme la présidente.- La parole est à M. Vervoort.

De heer Rudi Vervoort (in het Frans).- Mijn fractie staat helemaal achter het antwoord van de minister-president.

M. Rudi Vervoort.- Mon groupe s'associe pleinement à la réponse de M. le ministre-président.

Mevrouw de voorzitter.- De plenaire vergadering van het Brussels Hoofdstedelijk Parlement is gesloten.

Mme la présidente.- La séance plénière du parlement de la Région de Bruxelles-Capitale est close.

Volgende plenaire vergadering op zaterdag 18 juli 2009 om 16.00 uur.

Prochaine séance plénière le samedi 18 juillet à 16h.

- De vergadering wordt gesloten om 17.29 uur.

- La séance est levée à 17h29.

_____

_____



17-07-2009


BIJLAGE

ANNEXE

_____

_____

LIJST VAN DE LEDEN VAN DE ERKENDE POLITIEKE FRACTIES

LISTE DES MEMBRES DES GROUPES POLITIQUES RECONNUS

MR

MR

1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9. 10. 11. 12. 13. 14. 15. 16. 17. 18. 19. 20. 21. 22. 23. 24.

Gosuin Didier Bertieaux Françoise Destexhe Alain Schepmans Françoise de Clippele Olivier Brotchi Jacques Payfa Martine De Wolf Vincent Spaak Antoinette Persoons Caroline Mandaila Gisèle Draps Willem Jodogne Cécile de Patoul Serge Lemesre Marion Molenberg Isabelle Pivin Philippe Fraiteur Béatrice Teitelbaum Viviane d'Ursel Anne-Charlotte Colson Michel Rousseaux Jacqueline Sidibe Fatoumata Van Goidsenhoven Gaëtan

1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9. 10. 11. 12. 13. 14. 15. 16. 17. 18. 19. 20. 21. 22. 23. 24.

Gosuin Didier Bertieaux Françoise Destexhe Alain Schepmans Françoise de Clippele Olivier Brotchi Jacques Payfa Martine De Wolf Vincent Spaak Antoinette Persoons Caroline Mandaila Gisèle Draps Willem Jodogne Cécile de Patoul Serge Lemesre Marion Molenberg Isabelle Pivin Philippe Fraiteur Béatrice Teitelbaum Viviane d'Ursel Anne-Charlotte Colson Michel Rousseaux Jacqueline Sidibe Fatoumata Van Goidsenhoven Gaëtan

PS

1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9.

Dupuis Françoise Désir Caroline Vervoort Rudi Tomas Eric Daïf Mohamed Carthé Michèle Bouarfa Sfia Close Philippe Thielemans Freddy

72

PS

1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9.

Dupuis Françoise Désir Caroline Vervoort Rudi Tomas Eric Daïf Mohamed Carthé Michèle Bouarfa Sfia Close Philippe Thielemans Freddy

________________________________________________________________________________________________________________________


73

10. 11. 12. 13. 14. 15. 16. 17. 18. 19. 20. 21.


Azzouzi Mohamed El Ktibi Ahmed Diallo Bea Ouriaghli Mohamed Saïdi Fatiha Özkara Emin El Yousfi Nadia Ikazban Jamal Hutchinson Alain Mouzon Anne-Sylvie P’tito Olivia Chahid Mohammadi

17-07-2009

10. 11. 12. 13. 14. 15. 16. 17. 18. 19. 20. 21.

ECOLO

1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9. 10. 11. 12. 13. 14. 15. 16.

Defossé Jean-Claude Nagy Marie Albishari Aziz Delforge Céline Pinxteren Arnaud Turine Sarah Lurquin Vincent Trachte Barbara Maron Alain Khattabi Zakia Mouhssin Ahmed Herscovici Anne Dirix Anne Morel Jacques Pesztat Yaron Braeckman Dominique

Mampaka Mankamba Bertin Fassi-Fihri Hamza Fremault Céline du Bus de Warnaffe André El Khannouss Ahmed Riguelle Joël Migisha Pierre Ozdemir Mahinur Doyen Hervé de Groote Julie Caron Danielle

Azzouzi Mohamed El Ktibi Ahmed Diallo Bea Ouriaghli Mohamed Saïdi Fatiha Özkara Emin El Yousfi Nadia Ikazban Jamal Hutchinson Alain Mouzon Anne-Sylvie P’tito Olivia Chahid Mohammadi

ECOLO

1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9. 10. 11. 12. 13. 14. 15. 16.

CDH

1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9. 10. 11.


Defossé Jean-Claude Nagy Marie Albishari Aziz Delforge Céline Pinxteren Arnaud Turine Sarah Lurquin Vincent Trachte Barbara Maron Alain Khattabi Zakia Mouhssin Ahmed Herscovici Anne Dirix Anne Morel Jacques Pesztat Yaron Braeckman Dominique

CDH

1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9. 10. 11.

Mampaka Mankamba Bertin Fassi-Fihri Hamza Fremault Céline du Bus de Warnaffe André El Khannouss Ahmed Riguelle Joël Migisha Pierre Ozdemir Mahinur Doyen Hervé de Groote Julie Caron Danielle



17-07-2009


OPEN VLD

1. 2. 3. 4.

Dejonghe Carla Ampe Els Coppens René Mennekens Herman

OPEN VLD

1. 2. 3. 4.

Dejonghe Carla Ampe Els Coppens René Mennekens Herman

SP.A

1. 2. 3. 4.

Ahidar Fouad Roex Elke Brouhon Sophie Van Damme Jef

SP.A

1. 2. 3. 4.

VLAAMS BELANG

1. Demol Johan 2. Van Linter Greet 3. Lootens-Stael Dominiek

Ahidar Fouad Roex Elke Brouhon Sophie Van Damme Jef

VLAAMS BELANG

1. Demol Johan 2. Van Linter Greet 3. Lootens-Stael Dominiek

CD&V

1. Vandenbossche Walter 2. De Pauw Brigitte 3. Debaets Bianca

CD&V

1. Vandenbossche Walter 2. De Pauw Brigitte 3. Debaets Bianca

GROEN!

1. Maes Annemie 2. Van den Brandt Elke

GROEN!

1. Maes Annemie 2. Van den Brandt Elke

N-VA

1. De Ridder Paul

74

N-VA

1. De Ridder Paul

________________________________________________________________________________________________________________________


BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK PARLEMENT PARLEMENT DE LA RÉGION DE BRUXELLES-CAPITALE. Séance plénière du. Plenaire vergadering van VRIJDAG 17 JULI 2009

Recommend Documents