KONINKRIJK BELGIE
Brussel, Adres :
Hallepoortlaan 5 - 8, B-1060 Brussel Tel. : +32(0)2/542.72.00 E- mail :
[email protected] Fax.: : +32(0)2/542.72.12 http://www.privacy.fgov.be/
COMMISSIE VOOR DE BESCHERMING VAN DE PERSOONLIJKE LEVENSSFEER
BERAADSLAGING Nr 36 / 2004 van 25 november 2004 O. Ref. :
SA2 / RN / 2004 / 032
BETREFT : Aanvraag van de “Association Liégeoise du Gaz” tot uitbreiding van de machtiging tot toegang tot de informatiegegevens van het Rijksregister verleend bij koninklijk besluit van 2 augustus 2002 in het licht van de nieuwe bepalingen van decreet van het Waalse Gewest tot regeling van de gasmarkt. De Commissie voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer; Gelet op de wet van 8 augustus 1983 tot regeling van een Rijksregister van de natuurlijke personen; Gelet op de wet van 8 december 1992 tot bescherming van de persoonlijke levenssfeer ten opzichte van de verwerking van persoonsgegevens, inzonderheid artikel 31bis; Gelet op de wet van 25 maart 2003 tot wijziging van de wet van 8 augustus 1983 tot regeling van een Rijksregister van de natuurlijke personen en van de wet van 19 juli 1991 betreffende de bevolkingsregisters en de identiteitskaarten en tot wijziging van de wet van 8 augustus 1983 tot regeling van een Rijksregister van de natuurlijke personen, inzonderheid art. 19, § 3; Gelet op het koninklijk besluit van 17 december 2003 tot vaststelling van de nadere regels met betrekking tot de samenstelling en de werking van bepaalde sectorale comités opgericht binnen de Commissie voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer, inzonderheid artikel 18; Gelet op het koninklijk besluit van 2 augustus 2002 waarbij de “Association liégeoise du Gaz”, afgekort “A.L.G.”, gemachtigd wordt om toegang te hebben tot de informatiegegevens van het Rijksregister van de natuurlijke personen; Gelet op de aanvraag van de “Association liégeoise du Gaz” ontvangen op 13 mei 2004 en de bijkomende inlichtingen ontvangen op 20 juli 2004 en 26 oktober 2004; Gelet op het juridisch en technisch advies van de Federale Overheidsdienst Binnenlandse Zaken, ontvangen op 23 november 2004; Gelet op het verslag van de voorzitter; Brengt op 25 november 2004 volgende beslissing, na deliberatie uit: Ber 36 / 2004 - 1 / 5
I.
VOORWERP VAN DE AANVRAAG
-------------------------------------------------------Bij koninklijk besluit van 2 augustus 2002 werd de aanvrager gemachtigd wordt om toegang te hebben tot de informatiegegevens vermeld in artikel 3, eerste lid, 1° tot 3°, 5° en 6°, van de wet van 8 augustus 1983 tot regeling van een Rijksregister van de natuurlijke personen (WRR). Deze toegang werd verleend ten einde de aanvrager in staat te stellen om ten gunste van de Federale Staat de energiebijdrage te innen die werd ingesteld bij de wet van 22 juli 1993 tot instelling van een bijdrage op de energie ter vrijwaring van het concurrentievermogen en de werkgelegenheid. De aanvrager wenst een aanpassing van de machtiging verleend bij koninklijk besluit van 2 augustus 2002 te verkrijgen op volgende punten: - de uitbreiding van de toegang tot de informatiegegevens vermeld in artikel 3, eerste lid, 8°, 9° en 13°, WRR en artikel 3, tweede lid, WRR; - de opname van nieuwe doeleinden in het licht waarvan de toegang tot de informatiegegevens van het Rijksregister mag gebruikt worden namelijk: ] informeren en sensibiliseren met het oog op de bevordering van rationeel energieverbruik en het voorstellen van tarieven die rationeel energieverbruik begunstigen; ] jaarlijks opstellen van een overzicht van het energieverbruik van een cliënt.
II. ONDERZOEK VAN DE AANVRAAG --------------------------------------------------------Gelet op de aard van de aanpassing die gevraagd wordt, beperkt het onderzoek van de Commissie zich tot: - het toetsen van de bijkomend doeleinden waarvoor de toegang gevraagd wordt; - het nagaan of de bijkomende informatiegegevens waarvoor de toegang gevraagd wordt, proportioneel zijn rekening houdend met de bijkomende doeleinden; - het appreciëren van de maatregelen die genomen werden om de informatieveiligheid te waarborgen. A.
FINALITEIT
Artikel 33, 4°, van het decreet van 19 december 2002 van het Waalse Gewest betreffende de organisatie van de gewestelijke gasmarkt bepaalt dat: “Na advies van de CWAPE legt de regering de leveranciers en tussenpersonen openbare dienstverplichtingen op die duidelijk omschreven, doorzichtig, niet discriminerend en controleerbaar zijn, met name…… 4° informatie en bewustmaking inzake het gasverbruik om aan te zetten tot rationeel gasverbruik, en, voor residentiële afnemers, de verplichting tariefformules te kiezen die het rationeel energiegebruik bevorderen….” In het uitvoeringsbesluit van de Waalse regering van 4 december 2003 betreffende de openbare dienstverplichtingen op de gasmarkt en tot wijziging van het besluit van de Waalse Regering van 10 april 2003 betreffende de openbare diensverplichtingen op de elektriciteitsmarkt, wordt in artikel 4 bepaald wat voorlichting en bewustmaking inzake rationeel energieverbruik concreet inhouden:
Ber 36 / 2004 - 2 / 5
- voor elke afnemer wordt minstens één keer per jaar een samenvattende balans opgemaakt door de leverancier zodat de afnemer over een instrument beschikt om zijn energetisch verbruik te analyseren; - die samenvattende balans vermeldt: a. voor elke afnemer (daardoor wordt o.a. verstaan elke natuurlijke persoon die aardgas voor eigen gebruik koopt – artikel 2, 14° en 15°, van het decreet van 19 december 2002): § globale prijs per kWh (taksen en heffingen inbegrepen); § de verbruiken en de perioden waarop ze slaan in de vorm van grafieken van een periode van 12 maand voor de meting en van de 3 voorafgaande perioden van 12 maanden; § de door de overheden geïnde overlasten b. voor een residentiële afnemer (afnemer die het gas voornamelijk voor huishoudelijk gebruik bestemt – artikel 2, 18°, van het decreet van 19 december 2002) § het gemiddelde verbruik van een standaardafnemer zoals vastgelegd door de CWAPE, weergegeven in de vorm van grafieken met de vermelding van de positie van de eindafnemer Artikel 5 van datzelfde besluit zegt dat de Minister bijkomende gegevens die moeten vermeld worden op de samenvattende balans, kan bepalen. Het doeleinde inzake is welbepaald, uitdrukkelijk omschreven en gerechtvaardigd in de zin van art. 4, § 1, 2°, van de wet van 8 december 1992 (WVP). B.
PROPORTIONALITEIT
B.1. Ten overstaan van de gegevens B.1.1. Ter uitvoering van artikel 33, 4°, van het decreet van 19 december 2002 moet, zoals aangegeven in artikel 4 van het besluit van de Waalse regering van 4 december 2003, de aanvrager jaarlijks een samenvattende balans opstellen. De aanvrager stelt dat hij daartoe moet kunnen beschikken over de gegevens vermeld in artikel 3, eerste lid, 8°, 9° en 13° en tweede lid, WRR . Wanneer men nagaat welke gegevens krachtens het besluit van de Waalse regering van 4 december 2003 op de samenvattende balans moeten vermeld worden, dan blijkt daaruit de aanvrager die samenvattende balans perfect kan opmaken zonder dat bij op de hoogte is van de burgerlijke stand van de afnemer, van de gezinssamenstelling van de afnemer, van de eventuele wettelijke samenwoning van de afnemer en van de historiek van deze informatiegegevens. Er wordt een samenvattende balans per afnemer opgesteld. Zoals reeds aangestipt, is een afnemer de natuurlijke persoon die aardgas voor persoonlijk gebruik koopt. Het is deze natuurlijke persoon aan wie de aankoop zal gefactureerd worden. Deze afnemer kan zowel een natuurlijke persoon zijn die alleen woont, dan wel een natuurlijke persoon die in een of ander gezins-/ familieverband leeft. De aanvrager voldoet aan de verplichting van artikel 4, 1°, van het besluit van 4 december 2003 van zodra hij per afnemer op de samenvattende balans de globale prijs per kWh, het verbruik en de perioden waarop het slaat in de vorm van grafieken voor de voorafgaande periode van 12 maanden (en voor zover de leverancier reeds voordien aan die afnemer leverde eveneens de 3 daaraan voorafgaande perioden van 12 maanden), vermeldt. Zoals artikel 4 geformuleerd is, is de leefconfiguratie van de afnemer bij het opstellen van deze samenvattende balans irrelevant.
Ber 36 / 2004 - 3 / 5
Wanneer die afnemer een residentiële afnemer is (iemand die zijn gas voornamelijk voor huishoudelijk gebruik bestemt) dan moet de aanvrager op de samenvattende balans tevens het gemiddelde gebruik van een standaardafnemer zoals vastgelegd door de CWAPE vermelden. De Commissie stelt vast dat het bepalen van het gemiddelde verbruik niet de taak is van de aanvrager, maar van CWAPE. Deze instantie of iemand die zij daartoe opdracht geeft, zal eventueel de nodige gegevens dienen te verzamelen. Voor zover de Commissie kon nagaan stelde de CWAPE het gemiddelde gebruik van een standaardafnemer voor wat gas betreft nog niet vast. Inzake elektriciteit bepaalde de CWAPE het gemiddelde verbruik van een standaardafnemer reeds op 12 november 2003. Indien de CWAPE zich hieraan zou spiegelen om het gemiddelde gebruik van een standaardafnemer voor gas vast te stellen, dan dient men vast te stellen dat de aanvrager daartoe evenmin over bijkomende persoonsgegevens moet beschikken. Het gemiddelde gebruik wordt weergegeven al naargelang de gezinsomvang. Als men deze informatie integreert in de samenvattende tabel, dan kan de afnemer, die de omvang van zijn gezin kent, perfect nagaan waar zijn gebruik zich situeert ten overstaan van het gemiddelde gebruik van een standaardafnemer. Voor zover de Commissie kon nagaan werd er nog geen ministerieel besluit in uitvoering van artikel 5 van het besluit van de Waalse regering van 4 december 2003 genomen. Bijgevolg moeten er momenteel geen andere gegevens op de samenvattende balans vermeld worden die eventueel de toegang tot de bijkomende informatiegegevens zou kunnen rechtvaardigen. De aanvrager kan de hem bij decreet en besluit opgelegde verplichting dus vervullen zonder toegang tot bijkomende informatiegegevens zodat zijn aanvraag op dit punt niet voldoet aan de vereiste van artikel 4, § 1, 3°, WVP. B.1.2. Krachtens artikel 33, 4°, van het decreet van 19 december 2002 rust op de aanvrager de verplichting om voor residentiële afnemers de tariefformules te kiezen die het rationeel energieverbruik bevorderen. Er werd geen uitvoeringsbesluit genomen waarin nader omschreven wordt wat hierdoor juist dient verstaan te worden. Niettegenstaande de Commissie de aanvrager verzocht om dit aspect nader toe te lichten, blijkt noch uit de aanvraag noch uit de bijkomende informatie die door de aanvrager werd verstrekt, dat hij de informatiegegevens vermeld in artikel 3, eerste lid, 8°, 9° en 13° en tweede lid, WRR nodig heeft om deze verplichting te vervullen. De Commissie kan dan niet anders dan vaststellen dat voor wat dit specifiek doeleinde betreft, de gevraagde toegang tot de informatiegegevens vermeld in artikel 3, eerste lid, 8°, 9° en 13° en tweede lid, WRR de toets aan artikel 4, § 1, 3°, WVP niet doorstaat B.2. Ten overstaan van de toegang/ ten overstaan van de bewaartermijn van de gegevens Gelet op het feit dat, zoals onder punt B.1. uiteengezet, de Commissie van oordeel is dat de gevraagde toegang tot de bijkomende informatiegegevens niet verenigbaar is met artikel 4, § 1, 3°, WVP, is beoordeling van de proportionaliteit ten overstaan van het hierboven vermelde punten zonder voorwerp.
Ber 36 / 2004 - 4 / 5
OM DEZE REDENEN, de Commissie verleent geen uitbreiding van de machtiging die bij koninklijk besluit van 2 augustus 2002 aan de “Association liégeoise du Gaz”, afgekort “A.L.G.”, werd verstrekt.
De secretaris,
De voorzitter,
(get.) J. BARET
(get.) P. THOMAS
Ber 36 / 2004 - 5 / 5