Brabant-Noord
BRANDWEER
College van Burgemeester en wethouders van de aangesloten gemeenten
Postbus 218 1 AE 's-Hertogenbosch
5 2 0
Telefoon 088-0208208
[email protected] www.brandweer.nl/brabantnoord
Datum 28 mei 2015 Onze referentie
Behandeld door
2015-U2780
Telefoon
Uwreferentie
E-mail
rrir. drs. J.M. van Hest
Bijlage
0
088-0208216 j.vanľ
[email protected]
Zaaknummer BBN13-22172 onderwerp Inf ormatie over en verzoek tot opdracht regionaal handhavingsbeleid brandveiligheid
Geacht College, Met dit schrijven wil ik u informeren over het beleidsvoornemen van de regionale brandweer om in samenwerking met de gemeenten in Brabant-Noord te komen tot een gezamenlijk handhavings- en toezichtsbeleid op het gebied van brandveiligheid. Hieruit voortvloeiend vraag ik uw college tevens hierbij om opdracht om het beleidsvoornemen voor uw gemeente vorm te geven.
Waarom een regionaal handhavings- en toezichtsbeleid brandveiligheid? Een unif orm, handhavingsbeleid brandveiligheid binnen onze veiligheidsregio (met als onderdelen een probleemanalyse, prioriteitstelling en toezichtstrategie) biedt een oplossing voor een aantal knelpunten die nu door de regionale brandweer, gemeenten en de provincie als interbestuurlijk toezichthouder omgevingsrecht (IBT) wordt geconstateerd in de uitvoeringspraktijk. Voldoen aan wettelijke
kwaliteitscriteria
De Wet administratieve bepalingen omgevingsrecht (Wabo) en het Besluit omgevingsrecht (Bor) stellen dwingend regels ten aanzien van de opzet en kwaliteit van het gemeentelijk toezichts- en handhavingsbeleid op het gebied van omgevingsrecht. Brandveiligheid maakt hier onlosmakelijk onderdeel van uit. Niet alle gemeenten in Brabant-Noord voldoen in dezelfde mate aan de wettelijke kwaliteitscriteria. Het IBT heeft af gelopen jaren naar aanleiding van onderzoek op de thema's "asbest" en "naleving brandveiligheid bij zorginstellingen" een aantal gemeenten gewezen op tekortkomingen in beleid- en procesgang. Het voorliggende beleidsvoornemen van de brandweer beoogt om voor het onderdeel brandveiligheid bouwstenen voor het gemeentelijke handhavingsbeleid te vormen die volledig voldoen aan de wettelijke eisen en die de toets van IBT doorstaan. Helder opdrachtgeverschap
door gemeenten en opdrachtnemerschap
door
brandweer
Met de inwerkingtreding van de Wabo in oktober 2010 is de rol van de gemeente als procesregisseur voor vergunningverlening, toezicht en handhaving wettelijk verankerd. Bij de ontvlechting van de brandweer uit de gemeenten als gevolg van de regionalisering per januari
Onze referentie:
2015-U2780
2011 is rekening gehouden met dit uitgangspunt: gemeente is bevoegd gezag/regisseur; de brandweer is adviseur/uitvoerder. Hoewel de brandweer met ingang van 2015 met vrijwel alle gemeenten een uitvoeringsprogramma toezicht heeft afgesproken, blijft de opdrachtgever-opdrachtnemerrelatie tussen brandweer en gemeenten diffuus. De brandweer streeft naar eenduidig opdrachtnemerschap en gunt de gemeenten eenduidig opdrachtgeverschap ten aanzien van het gemeentelijke toezichtproces. Een uniform, regionaal, toezichtsbeleid biedt hiervoor de vruchtbare bodem. Risico's als solidair vertrekpunt
inspanningen
De objectkeuze, diepgang en frequentie van toezicht door de brandweer vindt nu veelal plaats op basis van historische afspraken met gemeenten. Dit heeft ten eerste als gevolg dat de huidige capaciteitstoedeling vanuit de brandweer aan het gevraagde toezicht (ernstig) verschilt per gemeente en ten tweede dat het uiteindelijke maatschappelijk resultaat verschilt per gemeente. Het inzetten van collectieve toezichtscapaciteit van de brandweer naar het collectief van objectief bepaalde risico's in de regio is een nodige evolutiestap om kwaliteit van toezicht op brandveiligheid te verhogen en om te komen tot betere balans tussen beschikbare capaciteit en maatschappelijk resultaat: minder branden, minder slachtoffers, minder schade. Vanzelfsprekend zal er per gemeente capaciteit beschikbaar blijven voor specifieke, lokale, speerpunten en ad hoe toezicht.
Hoe verhoudt het beleidsvoornemen zich tot andere ontwikkelingen? Het voorgenomen beleid staat zeker niet op zichzelf. Het past in een reeks van ontwikkelingen op provinciaal en regionaal niveau. Ik ben van mening dat met het vormgeven en implementeren van een regionaal beleid recht wordt gedaan aan deze ontwikkelingen. Gemeentelijke kaders artikel 3a Wet
veiligheidsregio's
In opdracht van de coördinerend burgemeester gemeenschappelijke regelingen, mw. BuijsGlaudemans heeft een werkgroep onder voorzitterschap van de coördinerend gemeentesecretaris verlengd lokaal bestuur uit de veiligheidsdirectie, mw. Woestenberg, een set van kaders ontwikkeld die door de gemeenteraden kunnen worden vastgesteld. De raden geven hiermee kaders aan de beleidsuitvoering door de veiligheidsregio en tevens stellen de gemeenteraden hiermee doelen voor brandweerzorg vast, conform het bepaalde in artikel 3a Wet veiligheidsregio's. Een groot aantal gemeenteraden heeft inmiddels de voorgestelde kaders omarmd en vastgesteld. De kaders geven richting aan de evolutie van het toezichtsbeleid op het gebied van brandveiligheid: « Brandweerzorg is vooraleerst gericht op het voorkomen van slachtoffers. » Mede daartoe participeert de brandweer actief (uitvoerend) in de gemeentelijke handhavingsprogramma's en levert hiervoor beleidsmatig input over risico's. » Over toezicht vindt afstemming plaats met gemeenten en vindt plaats waar noodzaak en risico lokaal het hoogst is. » De Veiligheidsregio is er zonder onderscheid voor alle gemeenten en is gebaseerd op solidariteit tussen die gemeenten. Aanbevelingen
InterBestuurlijk Toezichthouder
omgevingsrecht
Het IBT heeft in 2014 de wijze van toezicht ten aanzien van brandveiligheid bij zorginstellingen bij gemeenten in Brabant onderzocht. De geïnspecteerde gemeenten hebben hiervan een separaat rapport van bevindingen ontvangen. Het IBT signaleerde bij de gemeenten terugkomende aandachtspunten. Vanuit de filosofie van lerend toezicht heeft IBT deze aandachtspunten als tussenrapportage bij brief [juli 2014, kenmerk: 3505318) aangeboden aan de niet-geïnspecteerde gemeenten. IBT beveelt de gemeenten onder meer aan om de veiligheidsregio te betrekken bij het opstellen van een risicogerichte probleemanalyse en prioritering en bij het maken van sluitende afspraken over de borging van uitvoeringscapaciteit. Project Harmonisering procescriteria
Omgevingsdienst
Brabant-Noord
2 van 5
Onze referentie:
2015-U2780
Het opdrachtgeversplatform van de omgevingsdienst Brabant-Noord (ODBN) heeft opdracht gegeven aan de ODBN om samen met enkele participerende gemeenten beleidsmatige bouwstenen als 'omgevingsanalyse', 'probleemanalyse' en 'toezichtstrategie' te ontwikkelen. Dit wordt gedaan voor in ieder geval het basistakenpakket teneinde daarmee uniform en goed invulling te geven aan de eerder genoemde wettelijke kwaliteitscriteria voor toezicht. Het voorgenomen beleid van de brandweer toont grote overlap met het project van ODBN. Omdat de brandweer op dit moment al concreter voor ogen heeft met welke methodiek de probleemanalyse en toezichtstrategie voor brandveiligheid vorm gegeven kan worden, versterkt het voorgenomen beleid van de brandweer het initiatief van ODBN. Dit wordt erkent door ODBN. Vanuit het team Collectieve taken van ODBN zal de synchronisatie van beide trajecten worden gevolgd en geborgd. Het majeure verschil tussen beide voornemens is dat ODBN een vrijblijvend beleidsproduct oplevert dat gemeenten desgewenst kunnen vaststellen. Dit in tegenstelling tot het voornemen van de brandweer waarbij het beoogde eindresultaat een collectieve, uniforme, uitvoeringspraktijk is en middels deze brief aan de colleges vooraf commitment wordt gevraagd om gezamenlijk de beleidsinstrumenten ervoor te ontwikkelen en deze in beginsel te zullen vaststellen.
Met wie heeft afstemming plaatsgevonden? Het idee van de brandweer om in samenspraak met de gemeenten te komen tot een uniform, risicogericht handhavings- en toezichtsbeleid is niet nieuw. Het idee krijgt al meer dan een jaar steeds verder vorm, mede door (informele) afstemming met gemeenten en provincie. Ambtelijk draagvlak bij deelnemende
gemeenten
De brandweer heeft in 2014 bij vrijwel alle gemeenten ambtelijk afgestemd inzake het voorgenomen toezicht voor 2015. Bij het merendeel van die gesprekken (veelal met verantwoordelijke afdelingshoofden) is tevens op informele wijze het beleidsvoornemen toegelicht. Op ambtelijk niveau bleek dat er zeer veel enthousiasme en draagvlak was voor het voornemen van de brandweer. Het voldoen aan de wettelijke procescriteria en het verbeteren van het opdrachtgeverschap waren hiervoor de voornaamste redenen. Ambtelijk draagvlak bij provincie
Noord-Brabant
Met de twee toezichthouders IBT is afstemming gezocht over de kans die het voorgenomen beleid biedt voor het systematisch verbeteren van toezicht brandveiligheid voor gemeenten en door de brandweer. Deze kans wordt door IBT op ambtelijk niveau erkent. Op de voorgenomen methodiek achter het beleid is ook enthousiast gereageerd. Naast interbestuurlijk toezichthouder heeft de provincie ook een rol als handhavingsregisseur. Vanuit die rol heeft de brandweer ambtelijk afgestemd met de regisseur handhaving van de provincie Brabant. De regisseur handhaving ziet het beleidsvoornemen als een best practise op het gebied van outcome-gericht toezicht en als bron van inspiratie voor samenwerking tussen overheden op het gebied van toezicht. 1
Collectieve taken ODBN De ODBN voert voor de regio als geheel collectieve taken uit die de kwaliteit en doelmatigheid van vergunningverlening, toezicht en handhaving continu verbeteren. De brandweer heeft nauw contact met de ODBN om haar beleidsvoornemen op passende wijze te verenigen met deze rol van ODBN. Het team Collectieve taken van de ODBN zal als klankbord worden betrokken bij het vormgeven en implementeren van het beleid.
Hoe ziet het proces om te komen tot het voorgenomen beleid eruit? Om te komen tot een uniforme uitvoering van toezicht brandveiligheid (door de brandweer) op basis van uniforme beleidsuitgangspunten is nog een weg te gaan. Deze weg kent in detail veel tussenstations. Voor uw college zijn op hoofdlijnen de volgende processtappen relevant.
Het voert voor dit schrijven te ver om de methodiek in detail toe te lichten. Samengevat wenst de brandweer heel systematisch een hiërarchie aan te brengen tussen bestuurlijke doelen brandweerzorg en de uiteindelijk periodiek middels toezicht te borgen (wettelijke) voorzieningen in objecten. Hiertoe zullen maatgevende risico-scenario's per objecttype worden opgesteld en worden relevante risico-reducerende voorzieningen geïdentificeerd op basis van een door TNO ontwikkeld analyse-model. 1
3 van 5
Onze referentie: Opdracht aan regionaal
2015-U2780
commandant
De brandweer steekt om eerder genoemde redenen in op uniform en risicogericht toezicht. Op basis hiervan wordt het feitelijk toezicht voor gemeenten bepaalt door de aanwezigheid van risicodragende objecten in die gemeenten. De bijhorende toezichtstrategie (frequentie en diepgang toezicht) is voor alle gemeenten gelijk. Noodzakelijke voorwaarde hiervoor is collectief opdrachtgeverschap door alle individuele colleges aan mij, de regionaal commandant, om het beleid vorm te geven. Deze opdracht kan formeel niet via het Algemeen Bestuur veiligheidsregio worden gegeven omdat dit bestuur niet het college als Wabobevoegd gezag vertegenwoordigt. Pas indien alle colleges opdracht verstrekken en zich daarmee in beginsel bereid tonen om uniform beleid vast te stellen, kan het beoogde resultaat worden bereikt. Projectmatig uitvoeren van analyses en opstellen
beleidsdocumenten
De analyse om te duiden welk toezicht passend is en de vertaling ervan in beleidsdocumenten zal als project worden vormgegeven. Dit biedt een goede structuur om tot co-creatie met gemeenten en omgevingsdienst te komen. Vaststellen
beleidsdocumenten
In het derde kwartaal 2015 zullen de concept beleidsdocumenten gereed en ambtelijk gedragen zijn. De brandweer beschikt dan ook over een uitputtend databestand van risicodragende objecten in onze regio. Uw college zal de beleidsdocumenten ontvangen met het verzoek deze vast te stellen en te incorporeren in het bestaande gemeentelijk handhavingsbeleid. Formeel dient uw college het gewijzigde handhavingsbeleid (voor het onderdeel brandveiligheid) opnieuw aan te bieden aan de gemeenteraad. Dit verdient vanuit de zijde van de veiligheidsregio aanbeveling omdat het tevens een uitwerking van de raadskaders ex artikel 3a Wet veiligheidsregio's betreft. Vanzelfsprekend kan uw college de beleidsdocumenten niet vaststellen of in gewijzigde vorm. Het betreft namelijk een autonome bevoegdheid van uw college. Desalniettemin spreek ik de hoop uit dat alle colleges in Brabant-Noord een eensluidend beleid vaststellen. Vertalen naar uitvoering Het vastgestelde beleid vormt een blauwdruk voor het feitelijk toezicht (door de brandweer). Dit toezicht krijgt jaarlijks per gemeente operationeel vorm in een gemeentelijk handhavingsuitvoeringsprogramma op basis van de blauwdruk. De brandweer committeert zich in de uitvoeringsprogramma's aan de benodigde uitvoeringscapaciteit. In het uitvoeringsprogramma wordt ook geborgd dat de brandweer capaciteit beschikbaar stelt voor ad hoe toezicht of voor zeer specifieke, lokale, speerpunten.
Gevraagd besluit Gelet op het bovenstaande wil ik uw college om het volgende besluit vragen: 1. Het voornemen om te komen tot een solidair, regionaal, handhavings- en toezichtsbeleid voor het onderdeel brandveiligheid te omarmen in de wetenschap dat een dergelijk beleid de bestaande (vaak historisch gegroeide) uitvoeringsafspraken met de brandweer inzake toezicht substitueert; 2. Opdracht te geven aan de regionaal commandant brandweer om een project te starten om te komen tot een concept handhavings-en toezichtsbeleid brandveiligheid. De regionaal commandant betrekt gemeenten en ODBN bij het opstellen en vormgeven van het beleid (projectgroep). De regionaal commandant sondeert daarnaast periodiek met een afvaardiging van de gemeenten en IBT (klankbordgroep); 3. In te stemmen met het aan de projectgroep beschikbaar stellen van beschikbare gemeentelijke data inzake risicovolle objecten. In het bijzonder betreft het een overzicht van monumentale objecten en objecten met een omgevingsvergunning of melding brandveilig gebruik; 4. In beginsel medewerking te verlenen aan het beschikbaar stellen van ambtelijke capaciteit ten behoeve van de projectgroep en I of klankbordgroep. Via de ambtelijke weg zal het verzoek dan worden geconcretiseerd; 5. De regionaal commandant binnen 3 weken na dagtekening van deze brief in kennis te stellen van uw besluit.
4 van 5
Onze referentie:
2015-U2780
Ik hoop uw college met dit schrijven voldoende geïnformeerd te hebben over het voornemen om met elkaar te groeien naar een veiliger Brabant-Noord door efficiëntere uitvoering van toezichtstaken. Voor inhoudelijke vragen kan uw college of kunnen medewerkers van uw gemeente zich wenden tot dhr. mr. drs. J.M. van Hest, strategisch adviseur bij mijn afdeling Risicobeheersing. Hij is bereikbaar via de bovenaan deze brief vermelde contactgegevens.
Hoogachtend,
dr. ir. P. Verlaan Regionaal commandant Brandweer
5 van 5