www.bnpparibas-ip.com
BNP Paribas OBAM N.V. Burgerweeshuispad 201 Tripolis 200 Postbus 71770 (2.3.6) 1008 DG Amsterdam www.bnpparibas-ip.nl www.obam.nu
Jaarverslag 2010/2011 30-06-2011
BNP Paribas OBAM N.V.
Inhoudsopgave Vijf jaren OBAM
3
Profiel
4
Pre-advies van de Raad van Commissarissen
6
Verslag van de directie
7
Verklaring omtrent de bedrijfsvoering
12
Jaarrekening 2010/2011 Balans Winst- en verliesrekening Kasstroomoverzicht Toelichting Portefeuilleverdeling Beleggingen De 15 grootste belangen De 10 grootste totale aan- en verkopen van beleggingen van het fonds Overige gegevens
14 15 16 17 31 33 36 37 38
Fiscale aspecten
41
Amsterdam, 18 oktober 2011
1
2
BNP Paribas OBAM N.V.
BNP Paribas OBAM N.V. beleggingsmaatschappij met veranderlijk kapitaal Burgerweeshuispad 201 Tripolis 200 1076 GR Amsterdam
Directie
Vermogensbeheerder
drs. G.P. Ranty (vanaf 1 december 2010) drs. P.R. Stout (tot 1 december 2010) en BNP Paribas Investment Partners Funds (Nederland) N.V.
BNP Paribas Investment Partners Netherlands N.V. Amsterdam
Raad van Commissarissen OBAM prof. dr. R.A.H. van der Meer, voorzitter drs. J.L. Brentjens B.J.H.S. Feilzer (tot 1 februari 2011) mr. J.H. Schraven mr. B. s’Jacob (tot 23 november 2010) jhr. drs. R.W.F. van Tets (vanaf 1 juni 2011) drs. P.R. Stout (vanaf 1 juli 2011)
Beheerder
Betaalkantoor en Custodian ABN AMRO Bank N.V. Amsterdam
Administrateur/Fund agent Fastnet Netherlands N.V. Amsterdam
Accountant KPMG Accountants N.V. Laan van Langerhuize 1 1186 DS Amstelveen
BNP Paribas Investment Partners Funds (Nederland) N.V. Burgerweeshuispad 201 Tripolis 200 1076 GR Amsterdam Directie drs. J.L. Roebroek mw. C. Haas mw. ir. M.P. Maagdenberg drs. D.M.J.M. van Ommeren mw. mr. E.C. Stienstra Raad van Commissarissen P.L. Croockewit W.G.G. de Vijlder
Voor informatie of prospectus: BNP Paribas Investment Partners Burgerweeshuispad 201 Tripolis 200 Postbus 71770 1008 DG Amsterdam Tel.: (020) 527 52 52 Dit document dient enkel ter informatie en is op zichzelf geen aanbod tot het kopen van aandelen van BNP Paribas OBAM N.V. De waarde van uw belegging kan fluctueren. In het verleden behaalde resultaten bieden geen garantie voor de toekomst. De waarde van de beleggingen fluctueert met de koerswijzigingen van de effecten waarin wordt belegd. De mogelijkheid bestaat dat uw belegging in waarde stijgt; het is echter ook mogelijk dat uw belegging weinig tot geen inkomsten zal genereren en dat uw inleg bij een ongunstig koersverloop geheel of ten dele verloren gaat. BNP Paribas OBAM N.V. is als beleggingsinstelling geregistreerd bij de Autoriteit Financiële Markten. De financiële bijsluiter is kosteloos verkrijgbaar bij BNP Paribas Investment Partners, Postbus 71770, 1008 DG Amsterdam, tel (020) 527 52 52 en is eveneens te raadplegen via de website: www.obam.nu.
BNP Paribas OBAM N.V.
Vijf jaren OBAM Totalen EUR x 1.000 Nettovermogenswaarde Af: waarde prioriteitsaandelen
Opbrengsten uit beleggingen Gerealiseerde koersresultaten Ongerealiseerde koersresultaten Kosten Totaalresultaat Aantal uitstaande gewone aandelen Per gewoon aandeel EUR (2) Nettovermogenswaarde (3) Nettovermogenswaarde voor verslagleggingsdoeleinden (4) Transactieprijs Dividend Opbrengsten uit beleggingen Gerealiseerde koersresultaten Ongerealiseerde koersresultaten Kosten Totaalresultaat
30–06–2011
30–06–2010
30–06–2009
30–06–2008
30–06–2007
2.307.069 3
3.026.931 3
2.740.802 3
4.645.302 3
4.786.016 3
2.307.066
3.026.928
2.740.799
4.645.299
4.786.013
44.199 408.090 –104.461 –31.499
49.250 –239.793 714.505 –35.297
69.060 –632.910 –1.516.702 –30.617
94.847 152.545 –718.569 –55.728
72.069 273.453 933.514 –39.381
316.329
488.665
–2.111.169
–526.905
1.239.655
46.701.397
66.420.427
69.376.930
62.293.784(1)
57.221.319(1)
49,56
45,44
39,67
74,51(1)
83,76(1)
49,40 49,46 0,70(5)
45,57 45,35 0,70
39,51 39,59 0,70
74,57(1) 74,51(1) 1,00
83,64(1) 83,93(1) 0,70(1)
0,94 8,74 –2,24 –0,67
0,74 –3,61 10,76 –0,53
0,99 –9,12 –21,86 –0,44
1,53(1) 2,45(1) –11,54(1) –0,90(1)
1,26(1) 4,78(1) 16,32(1) –0,69(1)
6,77
7,36
–30,43
–8,46(1)
21,67(1)
(1)
Per 1 juli 2008 is het aandeel OBAM gesplitst in de verhouding 1 : 2. Voor vergelijkingsdoeleinden zijn de cijfers van voorgaande jaren overeenkomstig aangepast. De resultaten per aandeel zijn berekend op basis van het aantal uitstaande aandelen aan het eind van de verslagperiode. (3) De officiële nettovermogenswaarde per de laatste handelsdag van de verslagperiode. (4) Een specifiek voor verslagleggingsdoeleinden berekende nettovermogenswaarde waarbij gebruik is gemaakt van verslaggevingskoersen per ultimo boekjaar, waarbij de waarderingsgrondslagen zijn gehanteerd die zijn opgenomen in de toelichting op de jaarrekening. (2)
(5)
Voorstel.
Ontwikkeling nettovermogenswaarde per aandeel (in EUR) 125
100
75
50
25
0 30-06 2001
30-06 2002
30-06 2003
30-06 2004
30-06 2005
30-06 2006
30-06 2007
30-06 2008
30-06 2009
30-06 2010
30-06 2011
3
4
BNP Paribas OBAM N.V.
Profiel BNP Paribas OBAM N.V. (‘OBAM’) is een Nederlandse beleggingsmaatschappij met veranderlijk kapitaal, opgericht in 1936 en gevestigd te Amsterdam. OBAM belegt wereldwijd in beursgenoteerde aandelen, waarbij gestreefd wordt naar het behalen van vermogensgroei op de lange termijn en richt zich op een evenwichtige opbouw van een internationale portefeuille van beursgenoteerde effecten met belangen in Europa, de Verenigde Staten, Zuidoost-Azië en Japan. Voornamelijk in grote bedrijven die sterk internationaal georiënteerd zijn en zich gemakkelijk aanpassen aan het mondiale ondernemingsklimaat, maar ook aan kleinere bedrijven wordt aandacht geschonken in de portefeuille. Belangrijke criteria bij de selectie van de kern van de portefeuille zijn: sectoren en bedrijven met een stabiele groei en winstontwikkeling, landen met politieke en economische stabiliteit en goede vooruitzichten op lange termijn. Hoewel risicospreiding een belangrijk punt vormt bij de beleidsbepaling, wordt niet geschroomd een relatief groot gedeelte van het vermogen te concentreren in doelbewust gekozen, goed geleide ondernemingen in aantrekkelijke bedrijfstakken. Ook kan onder meer belegd worden in ondernemingen die zich, naar de mening van de vermogensbeheerder, in een aantrekkelijke turn-around-situatie bevinden. In het algemeen is meer dan de helft van het vermogen belegd in sectoren die gedurende een langere periode een stabiele groei van omzet en resultaat vertonen. Vanwege dit beleid kan de waardeontwikkeling van OBAM aanmerkelijk afwijken van de ontwikkeling van de MSCI World Index. OBAM heeft een open-end structuur. Dat wil zeggen dat, wanneer de vraag naar aandelen groter is dan het aanbod, de vennootschap nieuwe aandelen uitgeeft of ingekochte aandelen opnieuw plaatst. Wanneer daarentegen het aanbod de vraag overtreft, is OBAM bereid de aandelen zelf in te kopen, indien en voor zover dit niet in strijd is met de voorwaarden of wettelijke bepalingen. Aan het uitgeven of inkopen van aandelen door OBAM zijn voor de vennootschap kosten verbonden. Deze kosten worden betaald uit een opslag op de nettovermogenswaarde bij een per saldo uitgifte van aandelen in OBAM dan wel een afslag bij een per saldo inkoop van aandelen OBAM. De Directie van OBAM heeft een vast percentage van 0,2% van de nettovermogenswaarde voor de op- of afslag vastgesteld. Deze op- of afslag dient ter dekking van de door OBAM te maken gemiddelde transactiekosten of eventueel marktimpact op lange termijn bij uitgifte of inkoop van aandelen. De Directie kan dit percentage aanpassen indien dit langetermijngemiddelde als gevolg van marktomstandig-
heden is gewijzigd. De vastgestelde koers wordt de ‘transactieprijs’ genoemd. Een order voor aankoop of verkoop van aandelen OBAM dient uiterlijk om 16.00 uur door de vennootschap te zijn ontvangen om te worden uitgevoerd tegen de transactieprijs die de volgende waarderingsdag zal worden vastgesteld. De orders die na dit tijdstip worden ontvangen zullen worden verwerkt op basis van de transactieprijs van de eerstvolgende waarderingsdag. De Directie van OBAM wordt gevoerd door de heer drs. G.P. Ranty en BNP Paribas Investment Partners Funds (Nederland) N.V. De heer G.P. Ranty is werkzaam als Senior Fundmanager bij BNP Paribas Investment Partners Netherlands N.V. BNP Paribas Investment Partners Funds (Nederland) maakt deel uit van de wereldwijd opererende vermogensbeheerorganisatie BNP Paribas Investment Partners S.A., welke organisatie thans opereert onder de handelsnaam ‘BNP Paribas Investment Partners’. De aandelen van BNP Paribas Investment Partners worden gehouden door BNP Paribas S.A., Fortis Bank S.A/N.V. en BGL BNP Paribas S.A. Per de datum van dit verslag bestaat het bestuur van BNP Paribas Investment Partners Funds (Nederland) N.V. uit de heer drs. J.L. Roebroek, CEO BNP Paribas Investment Partners Netherlands N.V., mevrouw C. Haas, Head of Fund Development van BNP Paribas Investment Partners S.A., mevrouw ir. M.P. Maagdenberg, Head of Fund Development Netherlands and International Projects van BNP Paribas Investment Partners, de heer drs. D.M.J.M. van Ommeren, Head of Balanced & Lifecycle van BNP Paribas Investment Partners en mevrouw mr. E.C. Stienstra, Head of Legal van BNP Paribas Investment Partners. De Raad van Commissarissen van OBAM bestaat uit – prof. dr. R.A.H. van der Meer (sinds 26-11-1997), hoogleraar Finance Rijksuniversiteit Groningen, volgens rooster aftredend in 2013; – drs. J.L. Brentjens (sinds 19-10-2000), voormalig voorzitter Raad van Bestuur VNU, aftredend wegens bereiken statutaire leeftijd in 2012; – mr. J.H. Schraven (sinds 19-10-1999), PresidentCommissaris Tata Steel Nederland B.V. en non-executive director Tata Steel Ltd. India, volgens rooster aftredend in 2011; – jhr. drs. R.W.F. van Tets (sinds 1-6-2011), partner Laaken Asset Management N.V., volgens rooster aftredend in 2014; – drs. P.R. Stout (sinds 1-7-2011), voormalig directeur BNP Paribas OBAM N.V., volgens rooster aftredend in 2014.
BNP Paribas OBAM N.V.
Vanwege het aanvaarden van een functie in de Raad van Toezicht van de Autoriteit Financiële Markten per 1 februari 2011 heeft de heer B.J.H.S. Feilzer zijn rol als commissaris van BNP Paribas OBAM N.V. per dezelfde datum neergelegd. Ter invulling van de ontstane vacature is tijdens de Buitengewone Algemene Vergadering van Aandeelhouders van 30 mei 2011 besloten de heer jhr.drs. R.W.F. van Tets te benoemen tot commissaris van de Vennootschap. BNP Paribas Investment Partners Funds (Nederland) N.V., directielid van OBAM, is aangesteld als Beheerder van OBAM in de zin van de Wet op het financieel toezicht (‘Wft’). Aan BNP Paribas Investment Partners Funds (Nederland) N.V. is door de Autoriteit Financiële Markten een vergunning verleend uit hoofde van artikel 2:65 lid 1 en 2 Wft. BNP Paribas OBAM N.V. is als beleggingsinstelling geregistreerd bij de Autoriteit Financiële Markten. OBAM en de Beheerder hebben BNP Paribas Investment Partners Netherlands N.V. in Amsterdam aangesteld als vermogensbeheerder van OBAM. De vermogensbeheerder maakt deel uit van de wereldwijd opererende vermogensbeheerorganisatie BNP Paribas Investment Partners. OBAM en de Beheerder hebben Fastnet Netherlands N.V. (‘Fastnet’) in Amsterdam aangesteld als administrateur van de vennootschap. Fastnet is voor OBAM onder meer belast met de berekening van de nettovermogenswaarde en het opstellen van de jaarrekeningen. Fastnet is eveneens belast met het beoordelen en accepteren van de aan- en verkooporders, zoals deze zijn ingelegd in het beursorderboek, namens OBAM. Na sluiting van het orderboek geeft Fastnet Netherlands N.V. het saldo van alle aan- en verkooporders door aan OBAM. De transactieprijs, waartegen deze aan- en verkooporders de volgende beursdag worden afgerekend, wordt, door tussenkomst van Fastnet, aangeleverd bij NYSE Euronext in Amsterdam. ABN AMRO Bank N.V. is benoemd tot betaalkantoor, listing agent, custodian en clearer van de vennootschap. Zij is in het kader van deze functies respectievelijk belast met de uitgifte en inkoop van aandelen namens de vennootschap, de verzorging van de aanvraag voor de notering van de aandelen OBAM op NYSE Euronext in Amsterdam en de bewaarneming van de effecten in de beleggingsportefeuille van de vennootschap en de afwikkeling van de aan- en verkooptransacties van aandelen OBAM.
5
6
BNP Paribas OBAM N.V.
Pre-advies van de Raad van Commissarissen Aan de aandeelhouders van BNP Paribas OBAM N.V. Hierbij doen wij u toekomen het jaarverslag van OBAM over het boekjaar 2010/2011 bevattende onder meer het verslag van de directie en de jaarrekening. Door KPMG Accountants N.V. is een goedkeurende accountantsverklaring bij deze jaarrekening afgegeven, welke onder de overige gegevens op pagina 40 is opgenomen. De Raad van Commissarissen heeft gedurende het boekjaar viermaal formeel overleg gevoerd met de directie van OBAM. Hierin zijn met name aan de orde geweest: – het gevoerde en te voeren beleggingsbeleid; – de gang van zaken en periodieke verslaglegging; – het verslag van bevindingen inhoudende de management letter van de accountant; – algemene beleidsmatige aangelegenheden; – benoeming directeur; – risicobeleid; – valutabeleid; – marketinginspanningen. Daarnaast is ad hoc informeel overleg geweest tussen directie en (individuele) leden van de Raad van Commissarissen over onder meer het beleggingsbeleid en op dat moment actuele zaken. Op 1 december 2010 is de heer drs. G.P. Ranty benoemd als directeur en verantwoordelijke vermogensbeheerder van OBAM als opvolger van de heer drs. P.R. Stout. Tijdens de vergaderingen van de Raad van Commissarissen met de huidige directie is van gedachten gewisseld over de beleidskeuzes die OBAM al jaren kenmerken en op welke wijze die zullen worden gewaarborgd zodat het eigen karakter van OBAM ook onder het huidige bestuur behouden blijft. Wij adviseren u dit jaarverslag ongewijzigd goed te keuren en decharge te verlenen aan de directie voor het gevoerde bestuur en aan de Raad van Commissarissen voor het toezicht daarop. Het voorstel van de directie, het dividend per gewoon aandeel vast te stellen op EUR 0,70, heeft onze instemming.
Tijdens de komende Algemene Vergadering van Aandeelhouders zal de heer mr. J.H. Schraven, overeenkomstig de statutaire bepalingen, volgens rooster aftreden als lid van de Raad van Commissarissen van OBAM. De heer Schraven heeft zich herkiesbaar gesteld voor benoeming als lid van de Raad van Commissarissen van OBAM voor een zittingsperiode van drie jaar, eindigend op de datum waarop de Algemene Vergadering van Aandeelhouders wordt gehouden waarin de jaarrekening over het boekjaar 2013/2014 wordt behandeld. Ten slotte brengen wij gaarne onze dank uit aan de directie en haar medewerkers voor de wijze waarop zij ook in het afgelopen boekjaar hun taken hebben uitgevoerd. Amsterdam, 18 oktober 2011 Namens de Raad van Commissarissen R.A.H. van der Meer
BNP Paribas OBAM N.V.
Verslag van de directie ALGEMEEN
Fondsvermogen
Wij bieden u hierbij het verslag aan van BNP Paribas OBAM N.V. (‘OBAM’) over het boekjaar 2010/2011, lopend van 1 juli 2010 tot en met 30 juni 2011.
Performance Per 30 juni 2011 bedroeg de nettovermogenswaarde per aandeel EUR 49,40. Rekening houdend met het in november 2010 uitgekeerde dividend van EUR 0,70 herbelegd tegen een nettovermogenswaarde van EUR 50,03 (25 november 2010), betekent dit een stijging van 9,9% ten opzichte van de nettovermogenswaarde per 30 juni 2010 van EUR 45,57. De MSCI World Index, een relevante benchmark voor dit fonds, steeg gedurende dezelfde periode, gemeten in euro’s, met 10,8%. Tegenvallende resultaten op beleggingen in de consumenten- en gezondheidssector vormen de belangrijkste reden voor het achterblijven van het resultaat ten opzichte van de index. Daarentegen leverden de beleggingen in energiegerelateerde bedrijven de grootste bijdrage aan het portefeuillerendement. Het rendement op aandelen in de materialensector was bijna drie keer zo hoog als dat van de gehele portefeuille en kwam vooral in de eerste helft van het boekjaar tot stand. Verder ondervond het portefeuillerendement steun van de beleggingen in kapitaalgoederen. Vanuit regionaal perspectief zorgde de uitstekende aandelenselectie in Japan, verdeeld over een aantal sectoren, voor een belangrijke bijdrage aan het totale resultaat. De aandelenkeuze in Nederland was zo niet nog beter te noemen terwijl ook de aandelenselectie in de VS in positieve zin bijdroeg aan het portefeuillerendement.
Gedurende de verslagperiode daalde het aantal uitstaande aandelen van OBAM van 66.420.427 naar 46.701.397. Per 30 juni 2011 bedroeg het totale nettovermogen van het fonds circa EUR 2,3 miljard. In het afgelopen boekjaar werd het fonds met een sterke uitstroom van toevertrouwde middelen geconfronteerd. De liquiditeit van de belangen in portefeuille was en is zodanig dat wij deze uitstroom op een ordentelijke wijze hebben kunnen absorberen. Ook hebben wij ons beleggingsbeleid hiervoor niet hoeven aan te passen en weerspiegelt de portefeuille de beleggingsvoorkeuren in volledige mate. Vermeldenswaard is dat wij vanaf 2008 het aantal zogenaamde smallcapnamen hebben gereduceerd en nog meer focus in dat segment hebben aangebracht. Als gevolg daarvan is de gemiddelde marktkapitalisatie van de aandelen in portefeuille al in een veel eerder stadium toegenomen. Eveneens is de gemiddelde verhandelbaarheid van de portefeuille daarmee nog verder verbeterd.
BELEID VAN STEMRECHTEN EN STEMGEDRAG De algemene uitgangspunten, die de basis vormen voor het stembeleid, en informatie over de uitgebrachte stemmen zijn vermeld op de website van OBAM. Het uitoefenen van stemrecht is een integraal deel van het beleggingsproces. De vermogensbeheerder van OBAM heeft hiertoe een contract afgesloten met een externe leverancier van corporate-governanceservices. Aan de hand van het algemene stembeleid van OBAM wordt door deze leverancier per agendapunt van aandeelhoudersvergaderingen een analyse uitgevoerd en een daaruit volgend stemadvies uitgebracht. Dit kan door OBAM worden overgenomen of ver-
Out/under performance OBAM ten opzichte van MSCI World Index voor de laatste twintig boekjaren (in %) 30 23,5 20
16,3
15,5
13,9
12,8
9,5
10 4,0
5,9
0
5,0
4,9
4,3
–2,2
–9,9
–7,3
0,5
–0,7
2000/ 2001
2001/ 2002
2002/ 2003
4,0 –25,8
–9,7
–0,9
2008/ 2009
2009/ 2010
2010/ 2011
–10 –20 –30 1991/ 1992
1992/ 1993
1993/ 1994
1994/ 1995
1995/ 1996
1996/ 1997
1997/ 1998
1998/ 1999
1999/ 2000
2003/ 2004
2004/ 2005
2005/ 2006
2006/ 2007
2007/ 2008
7
8
BNP Paribas OBAM N.V.
worpen. De algemene uitgangspunten waar het stembeleid op is gebaseerd, hebben betrekking op onder meer de volgende onderwerpen: herstructurering van de onderneming, aandelenkapitaal en ondernemingsbestuur. De uitgangspunten die worden gehanteerd inzake stemgedrag zijn vermeld onder ‘Actief aandeelhouderschap’ op de website van de Beheerder (www.bnpparibas-ip.nl / Over ons). Voor het stemgedrag (Proxy voting report) wordt verwezen naar www.bnpparibas-ip.nl op de fondspagina van BNP Paribas OBAM N.V., onder ‘Documenten’.
MARKTONTWIKKELINGEN Het afgelopen boekjaar 2010/2011 kende twee gezichten. In de eerste helft steunden de wereldwijde aandelenmarkten nog op een nieuwe stimuleringsronde door de Fed en steeg de wereldwijde aandelenindex met dubbele cijfers. Echter in de tweede helft van ons boekjaar ontwikkelden de omgevingsfactoren voor de financiële markten zich een stuk ongunstiger en moesten de beurzen een stap terug doen.
Een positief verlopen jaarhelft Aanvankelijk lokte dit verruimende Amerikaans monetair beleid vraag uit naar aandelen in de energie- en grondstoffensector. Daarnaast profiteerden de sectoren duurzame consumptiegoederen en kapitaalgoederen van de wegebbende angst voor een hernieuwde economische teruggang. Financiële waarden lieten eveneens een positief rendement zien. Zij hadden echter wel te lijden van uitblijvend herstel op de Amerikaanse huizen- en arbeidsmarkt, negatief nieuws over de afwikkeling van slechte hypotheken en de schuldenproblematiek. Daarnaast had de nieuwe wereldwijde regelgeving voor sterkere kapitaalvereisten, Basel III, een dempend effect op de koersen in de financiële sector. Vooral de beurzen in de VS en die van Hongkong profiteerden van de stimuleringsmaatregelen. Wel kwam de Chinese centrale bank met de eerste renteverhoging in drie jaar tijd en inmiddels is de rente sinds oktober vorig jaar al meerdere malen verhoogd. Daarnaast zijn de kapitaaleisen voor de banken verhoogd ter afremming van de kredietverlening. De centrale bank van China ziet zich daartoe genoodzaakt door de inflatie die inmiddels is toegenomen tot meer dan 6%. Maar ondanks dit meer restrictieve beleid bleven de beurzen daar positief gestemd. De kenmerken van Indonesië als een veelbelovende emerging market stonden aan de basis van de aanvankelijk positieve trend op de beurs van Jakarta. De bevolkingsgroei, de toenemende industrialisatie en trek naar de steden alsook een stijgend besteedbaar inkomen bieden interessante beleggingsmogelijkheden. En waar elders in de wereld de-leveraging aan de orde is, neemt in Indonesië het kredietvolume juist behoorlijk toe. De Zuid-Koreaanse markt steunde in de eerste helft van het boekjaar wederom op de marktpositie van menig bedrijf op wereldwijde schaal, terwijl de appreciatie van de Japanse yen ten opzichte van de Koreaanse won dat nog eens versterkte.
Omgevingsfactoren werden minder gunstig In de tweede helft van ons boekjaar keerden een groot aantal omgevingsfactoren zich tegen de financiële markten. Zo namen de onrusten in Noord-Afrika en het Midden-Oosten toe. De resulterende stijging van de olieprijs deed de vrees voor economische teruggang aanwakkeren. In Azië speelde juist de angst voor te sterk oplopende inflatie de markten parten. De aandelenbeurzen van India en Indonesië zijn hier een voorbeeld van. Maar ook de beurzen in China en Hongkong moesten een deel van de goede performance als gevolg hiervan inleveren. Intussen werd Japan getroffen door een zware aardbeving gevolgd door een allesverwoestende tsunami. Naast het enorme menselijk leed en de grote materiële schade werd het effect hiervan op wereldwijde schaal gevoeld. Een sterke daling op de Japanse beurs was dan ook niet verwonderlijk evenals koersdalingen in de sector kapitaalgoederen. In de VS werd het einde van het stimuleringspakket aangekondigd, mede op basis van de visie van de Fed dat de factoren die de economische groei onder druk zetten, zoals hogere grondstofprijzen, van tijdelijke aard zouden zijn. In combinatie met verslechterende economische data zorgde deze aankondiging ervoor dat ook de Amerikaanse aandelenmarkt een deel van de eerdere goede performance moest inleveren. In Europa verergerde de financiële crisis in Griekenland, Ierland, Portugal en Spanje. Dit zette de sector financials onder druk. Desondanks lieten, met uitzondering van de Griekse beurs, de meeste beurzen in Europa in de tweede helft van het boekjaar goede rendementen zien. Want terwijl beleidsmakers zoeken naar een oplossing voor de schuldenproblematiek profiteerde het bedrijfsleven in Duitsland van een bloeiende export naar Azië, en droeg ook de binnenlandse consumptieve vraag bij aan een positieve economische ontwikkeling. De relatief lage werkloosheid lag hier mede aan ten grondslag. De markten ondervonden hiervan tijdelijke steun. De relatief goede gang van economische zaken buiten de periferie in Europa verschafte de Europese Centrale Bank een achtergrond om over te gaan tot een renteverhoging. Het verschil met het verruimende beleid van de Fed moet worden gezien als de belangrijkste verklarende factor voor de relatieve sterkte van de euro ten opzichte van de Amerikaanse munt, ondanks de Europese schuldencrisis. De kentering in de omgevingsfactoren weerhield de sectoren energie en materialen er niet van over het gehele boekjaar een gemiddeld rendement van meer dan 20% te laten zien. Aan de andere kant van het spectrum bleef de financiële sector met een rendement van ruim 2% duidelijk achter bij de wereldwijde aandelenindex, die in de tweede helft van het boekjaar wel wat inleverde door bovenbeschreven factoren.
BNP Paribas OBAM N.V.
BELEGGINGSBELEID In het verslagjaar handhaafden wij de voorkeur voor de sectoren financiële waarden, energie, materialen en kapitaalgoederen. Wel brachten wij een lichte verschuiving aan ten gunste van de financials, wat onder meer ten koste is gegaan van de sector materialen.
Financiële waarden De mogelijkheid tot het aantrekken van goedkoop geld, de goede en vaak toenemende rentemarges, lagere voorzieningen en de aantrekkelijke verhouding koers/boekwaarde waren de redenen om iets meer richting de bancaire sector op te schuiven. Door het aan- en verkoopbeleid in de portefeuille groeide het belang in de financiële sector. Zo kochten wij de Britse, maar in diverse opkomende markten actieve bank Standard Chartered. Daarnaast leidde de goede aandelenselectie binnen deze bedrijfstak tot een toename van de relatieve weging. Onze beleggingen in het Europese deel hadden namelijk heel beperkt te lijden van de problemen in de periferie. Ook bleven enkele belangen in Indonesische banken de bovenbeschreven inflatie- en renteperikelen de baas. Deze instellingen zagen hun kredietvolumes in meer dan gemiddelde mate toenemen en hun aandelen lagen derhalve goed in de markt, ondanks de monetaire omgeving waarin zij opereren. De goede rendementen op de Europese en de meeste Aziatische belangen in financiële waarden compenseerden het tegenvallende koersverloop van enkele Amerikaanse tegenhangers in de portefeuille. Op deze wijze kon het genoemde achterblijven van het sectorgemiddelde voor financials bij de wereldwijde index in de portefeuille worden geneutraliseerd. Wel hebben wij met name in Europa hier en daar gebruikgemaakt van het bij vlagen goede sentiment in de sector en enkele posities in lichte mate teruggebracht.
Energie Een ietwat minder sterke, doch altijd nog belangrijke voorkeur hielden wij aan voor energiegerelateerde ondernemingen. Enerzijds reduceerden wij het belang in een aantal aandelen in deze sector. Voornamelijk op waarderingsgrond namen wij afscheid van het Amerikaanse Occidental Petroleum. Daartegenover stond onder meer de aankoop, eveneens in de VS, van aandelen Schlumberger, dat een leidende positie heeft op het gebied van internationale dienstverlening aan de olie-industrie en onder andere via haar zogenaamde deep water-activiteiten zal moeten kunnen profiteren van de aanhoudende onevenwichtigheid tussen vraag en aanbod binnen de sector. Zoals bekend is de verwachting hieromtrent een belangrijke drijfveer voor ons om een aanzienlijk belang in de energiesector aan te houden.
Materialen Verkopen in de sector materialen en de minder goede prestaties in de tweede helft van het boekjaar leidden tot een daling van het belang in deze sector. Het aankondigen van het einde van de kwantitatieve verruiming door de FED maar meer nog het verwachte negatieve effect op de economische groei in China van het restrictieve beleid was hier debet aan.
Regionale verdeling Door actief beleid en performance schoof de regionale verdeling gedurende het boekjaar op richting Azië. Onttrekkingen aan het fondsvermogen werden in veel geringere mate opgevangen door verkopen in deze regio dan in andere markten waarin wij belegd zijn. Deze nog sterkere voorkeur past geheel in onze visie dat de economieën in de regio, afgezien van Japan, een steeds belangrijker gewicht krijgen in de wereldeconomie. Tegelijkertijd houdt de ontwikkeling van de marktkapitalisatie van die landen daarmee geen gelijke tred. De toename van het gewicht in Azië ging ten koste van onder meer de weging van Nederlandse en Duitse aandelen in portefeuille. De relatieve weging van de beleggingen in de VS kwam, over het boekjaar genomen, juist wat hoger uit. Aan de ene kant verkochten wij enkele namen in de sector niet-duurzame consumptiegoederen, zoals General Mills en Conagra. Dit was gebaseerd op de verwachting dat deze ondernemingen steeds minder in staat zullen zijn de hogere inputprijzen door te berekenen aan de afnemers van hun producten. Daartegenover stonden aankopen in en resultaten op energiegerelateerde waarden.
Derivatenbeleid Voor wat betreft valutaderivaten onthielden wij ons van afdekking van de valutaire belangen. De belangrijkste reden lag in de onzekerheid in de eurozone als gevolg van de schuldencrisis. Deze zou de eenheidsmunt kunnen doen verzwakken, wat afdekking van de andere valuta onnodig maakte. Op de aandelenderivaten was het resultaat licht positief. Over de gehele verslagperiode profiteerden wij per saldo van long-posities in futures op de Zuid-Koreaanse index. De bijdrage van het belang in futures op indices in Hongkong was vrijwel neutraal. Aan het einde van het boekjaar hebben wij de derivatenposities gesloten op basis van onze verwachtingen voor de marktomstandigheden op de meer korte termijn.
VOORUITZICHTEN De schuldencrisis in Europa en tegenvallende economische ontwikkelingen in de VS en Europa houden de financiële markten in de ban. Een zeldzaam voorkomende lange reeks van dagen waarop de beurzen in de min sloten, culmineerde mede door de afwaardering van de kredietstatus van de VS in een panieksituatie op de financiële markten. De aankondiging van een accommoderend beleid van de Fed voor in ieder geval de komende twee jaar, gaf de markten wel enige adem. De economische groei in de VS boet aan kracht in. Zo stelde vooral de stagnatie in de consumentenbestedingen in het tweede kwartaal van dit jaar – na vijf opeenvolgende kwartalen van solide groei – de markten teleur. Het gebrek aan vooruitzicht op enig herstel op de arbeidsmarkt droeg hieraan bij. Ook het producentenvertrouwen verslechtert. De economische groei valt lager uit, maar van een (sterke) krimp is vooralsnog geen sprake. Wel neemt de vrees voor een hernieuwde recessie toe, aangewakkerd door de onzekerheid over de schuldencrises. Daartegenover vielen de
9
10 BNP Paribas OBAM N.V.
kwartaalresultaten van het bedrijfsleven in veel gevallen niet tegen. Toch geeft het verminderde vooruitzicht voor de Amerikaanse economie op de korte tot middellange termijn voor ons aanleiding de onderweging van Amerikaanse aandelen in de portefeuille intact te laten.
landse economie. Daarbij zullen de verdere opbouw van de infrastructuur en de gezonde vermogenspositie van de overheid en consument de economische groei blijven stimuleren. Dit geeft ons voldoende reden om achter het belang in China te blijven staan.
Europa wordt beheerst door de schuldencrisis. In juli kwamen de Europese beleidsmakers een nieuwe financiering voor Griekenland overeen en namen zij maatregelen om besmetting te voorkomen, waarop de markt positief reageerde. Echter het pakket aan maatregelen is nog niet genoeg om tot een structurele oplossing te komen. Zo zou de omvang van de Europese Financiële Stabiliteitsfaciliteit (EFSF), opgericht ter bestrijding van de schuldencrisis met als doel het verschaffen van financiële steun aan EU-lidstaten die in moeilijkheden verkeren, groter moet zijn om effect te sorteren. De spanningen in de eurozone vinden hun oorzaak meer in de politiek dan in de economische realiteit. Zolang er geen fiscale unie is, speculeren de markten op gebrek aan een duidelijk beleid van de Europese regeringen. Dat is nog te veel verbonden aan de nationale politieke situatie. Meer stabiliteit in de eurozone zal slechts mogelijk zijn als de focus is gericht op het begrotingsbeleid en herstructurering in plaats van op het nationale politieke belang. Wij sluiten niet uit dat in de komende periode de beleidsbepalers bij onverhoopt tegenvallende economische data uit de periferie wederom getest zullen worden door de markt. Ook in Europa komen inmiddels de economische cijfers tegenvallend door. Waar eerder Duitsland nog een sterke groei van het GDP kon laten zien verzwakte deze in het tweede kwartaal van dit jaar. Als gevolg hiervan neemt de vrees toe dat de omringende landen vooral te lijden zullen hebben van afnemende activiteit in de industriële sector in Duitsland. Bovendien maakt een tragere groei in de Europese kernlanden de weg naar een oplossing van de schuldencrisis alleen maar moeilijker. Ook in Europa zien wij dan ook geen reden het relatieve gewicht in de portefeuille te verhogen.
Ook in Indonesië zijn de macro-bedrijfseconomische vooruitzichten goed te noemen. De groeiverwachting is regelmatig omhoog bijgesteld en het tweede kwartaal stelde met 6,5% wederom niet teleur. Deze groei zou in de toekomst additionele steun kunnen gaan ondervinden van nieuwe infrastructurele projecten. Bij eventuele goedkeuring van een wet dienaangaande – die mogelijk wel met enige vertraging zal worden goedgekeurd – zou de stimulans meer dan een half procent kunnen gaan bedragen. Daarnaast neemt het inflatietempo behoorlijk af. Een deel hiervan is toe te schrijven aan lagere voedselprijzen. Dankzij de sterke onderliggende economische ontwikkeling en een gezonde overheidsbalans wint de valuta aan kracht en nemen de valutareserves nog steeds fors toe. Ook de handelsbalans vertoont een gezond overschot. De goede ontwikkeling van de binnenlandse vraag uit hoofde van infrastructurele werken, consumentenbestedingen en toenemende bancaire dienstverlening in Indonesië blijven de belangrijkste redenen om een sterke voorkeur voor dit land in de portefeuille te handhaven.
Wel blijven wij positief voor een aantal opkomende markten in Azië. Net als tijdens het herstel na de Lehman-crisis wordt de wereldwijde economische groei nog overeind gehouden door positieve ontwikkelingen in de regio. Overheden kampen niet met (te grote) tekorten en ook de consument verkeert in een goede financiële positie door een stijgend besteedbaar inkomen. Urbanisatie en een groeiende middenklasse zijn hier belangrijke pijlers. Dit heeft de regio minder afhankelijk gemaakt van export. De binnenlandse vraag in deze landen zal in de toekomst een steeds meer bepalende rol gaan spelen in de ontwikkeling van de wereldeconomie.
Voor de wereldwijde aandelenmarkt als geheel denken wij niet dat de volatiliteit zal gaan afnemen. Een sterke risicoaversie bij beleggers ten gevolge van politieke en economische onzekerheid zal mogelijk heftige bewegingen op de beurzen tot gevolg kunnen hebben. Wel zijn de winstvooruitzichten en waardering gunstig te noemen. Als gevolg van kostenherstructureringen is de operationele hefboom van bedrijven groot; omzetstijgingen werken sterker door in de nettowinsten. Ook zijn door een groeiende kasstroom de balansen van ondernemingen sterk verbeterd. We hebben in de afgelopen periode gezien dat dit de fusie- en overnameactiviteiten stimuleert en wij verwachten dat dit zal aanhouden. Ook zal de goede financiële positie een genereuzer dividendbeleid van de ondernemingen blijven ondersteunen. De waardering van de aandelenmarkten is er na de correctie alleen maar aantrekkelijker op geworden. De verwachtingen over de winstgroei mogen dan met meer onzekerheid worden omgeven, op basis van de koers-winstverhoudingen lijken aandelenmarkten een minder rooskleurig scenario al te hebben ingeprijsd. Daarnaast valt de vergelij-
De economische groei blijft er dus sterk en zo hebben wij kunnen constateren dat de monetaire maatregelen van de Chinese overheid de onstuimige groei inderdaad hebben afgekoeld, maar ook niet meer dan dat. Een verschuiving van de marktfocus van inflatiebeteugeling naar de onderliggende economische en bedrijfsmatige ontwikkelingen zou de beurzen van China en Hongkong kunnen gaan ondersteunen. Bovendien voert de Chinese regering een beleid dat minder gericht is op de export en meer op de binnen-
Veel van de bedrijven in Zuid-Korea profiteren van de sterk groeiende onderlinge handel in de regio. Dankzij hoogwaardige producten en een steeds sterkere merkbekendheid winnen zij wereldwijd marktaandeel. Zij worden daarbij ook nog geholpen door de sterkte van de yen, als gevolg waarvan hun Japanse concurrenten zich uit de markt prijzen. De marktpositie van Koreaanse bedrijven in opkomende markten zoals China is door een combinatie van prijsniveau en kwaliteit sterk. Daar komt bij dat de beurs een van de aantrekkelijkst gewaardeerde in de regio is en wij blijven dan ook achter ons belang daar staan.
BNP Paribas OBAM N.V. 11
king met de obligatiemarkt helemaal in het voordeel van de aandelenmarkt uit. Op basis van de hiervoor beschreven verwachtingen en marktwaarderingen voorzien wij geen grote wijzigingen in de sectorallocatie. Zoals uiteengezet ligt de voorkeur bij de sectoren financiële waarden, energie, materialen en kapitaalgoederen. Voor wat betreft de financials zijn de ogen van beleggers gericht op de schuldencrisis in Europa en de uitwerking daarvan op het bankwezen. Daarnaast maakt de onzekerheid over de strengere regelgeving (Basel III) de sector minder geliefd. Het is allerminst duidelijk welke instellingen precies geraakt zullen worden en welke eisen er exact gesteld zullen worden ten aanzien van aan te houden eigen vermogen. Ook is er nog geen duidelijkheid over de timing van de nieuwe reglementen. Hierdoor laten beleggers in ieder geval op korte termijn de bancaire sector links liggen. Bij een grotere mate van transparantie zal de markt zich weer meer gaan richten op de onderliggende fundamentele ontwikkeling bij de banken, wat naar onze mening ten goede zal komen aan de koersontwikkeling in de sector. Voor wat betreft het effect van de schuldencrisis in Europa op het bankwezen dient de geringe exposure naar de probleemlanden van de belangen in onze portefeuille vermeld te worden. Verder kunnen we stellen dat de verhouding tussen beurskoers en boekwaarde voor de banken fors is gedaald ten opzichte van voor de schuldencrisis. Tegelijkertijd zijn de banken toch in staat een behoorlijk rendement op het eigen vermogen te behalen. Aantrekkende kredietvolumes en verbeterende rentemarges zullen deze rendementen kunnen ondersteunen. In de VS zien wij tevens dat specifieke activiteiten als credit cards daarnaast een positieve bijdrage kunnen leveren aan de resultaten van financiële instellingen. Dankzij de structurele vraag in opkomende landen kunnen wij achter onze belangen in de sectoren energie en materialen blijven staan. Zeker op lange termijn zal het aanbod van grondstoffen het groeitempo van de vraag niet bij kunnen houden. Het meer restrictieve monetaire beleid in China heeft het sentiment zeker in de materialensector regelmatig onder druk gezet. Maar het desondanks op peil blijven van de economische groei in China sterkt ons in de langetermijnverwachtingen voor de winstontwikkeling van veel bedrijven in deze sector. Dit vooruitzicht vinden wij onvoldoende in de koersen verdisconteerd. Amsterdam, 18 oktober 2011 De directie G.P. Ranty en BNP Paribas Investment Partners Funds (Nederland) N.V.
12 BNP Paribas OBAM N.V.
Verklaring omtrent de bedrijfsvoering ALGEMEEN
RAPPORTAGE OVER DE BEDRIJFSVOERING
Als Beheerder van BNP Paribas OBAM N.V. (‘OBAM’) is het, overeenkomstig artikel 121 van het Besluit gedragstoezicht financiële ondernemingen (Bgfo), onze verantwoordelijkheid te verklaren dat voor OBAM wordt beschikt over een beschrijving van de inrichting van de bedrijfsvoering overeenkomstig de Wet op het financieel toezicht en de daaraan gerelateerde gestelde eisen en dat deze bedrijfsvoering gedurende het boekjaar 2010/2011 effectief en overeenkomstig de beschrijving heeft gefunctioneerd.
Gedurende het boekjaar 2010/2011 hebben wij de verschillende aspecten van de inrichting van de bedrijfsvoering beoordeeld. Bij onze werkzaamheden hebben wij geen constateringen gedaan op grond waarvan zou moeten worden geconcludeerd dat de beschrijving van de opzet van de bedrijfsvoering als bedoeld in artikel 121 van het Bgfo niet voldoet aan de vereisten zoals opgenomen in het Bgfo en daaraan gerelateerde regelgeving. Ook is niet geconstateerd dat de maatregelen van interne controle niet effectief en overeenkomstig de beschrijving functioneren.
Hieronder gaan wij in op de inrichting van de bedrijfsvoering van de Beheerder voor zover gericht op de activiteiten van OBAM. De bedrijfsvoering is afgestemd op de omvang van de organisatie en in lijn met de bij of krachtens de wet gestelde vereisten. Een dergelijke structuur kan geen absolute zekerheid bieden dat zich nooit afwijkingen zullen voordoen, maar is ontworpen om een redelijke mate van zekerheid te verkrijgen over de effectiviteit van de interne beheersingsmaatregelen aangaande de risico’s gerelateerd aan de activiteiten van de beleggingsinstelling. De beoordeling van het functioneren en de effectiviteit van de bedrijfsvoering behoort tot de verantwoordelijkheid van de Beheerder.
ACTIVITEITEN GEDURENDE HET BOEKJAAR 2010/2011 Aan de beoordeling van de effectiviteit en het functioneren van de administratieve organisatie en interne controle (thans ‘bedrijfsvoering’ genoemd) wordt in de praktijk op een aantal manieren invulling gegeven. Door middel van performance indicatoren, die zijn gebaseerd op de procesbeschrijvingen en de daarin opgenomen beheersingsmaatregelen, en rapportages van de externe accountant worden wij periodiek geïnformeerd. Aangezien de leden van de directie van de Beheerder zelf frequent deelnemen aan de bedrijfsvoering, steunen wij ook op onze eigen ervaring. Daarnaast is er een incidenten- en klachtenprocedure. Ten slotte hebben wij een verklaring ontvangen van zowel Fastnet Netherlands N.V., de Administrateur, als ABN AMRO Bank N.V., het Betaalkantoor en de Custodian, dat de door hen uitgevoerde werkzaamheden conform de afspraken en in overeenstemming met de inrichting van de bedrijfsvoering van OBAM zijn uitgevoerd. Hieruit zijn in het kader van de rapportage in dit jaarverslag geen relevante bevindingen naar voren gekomen.
Op grond van het bovenstaande verklaren wij als Beheerder voor OBAM te beschikken over een beschrijving van de bedrijfsvoering als bedoeld in artikel 121 van het Bgfo, die voldoet aan de eisen van het Bgfo en verklaren wij met een redelijke mate van zekerheid dat de bedrijfsvoering gedurende het boekjaar 2010/2011 effectief en overeenkomstig de beschrijving heeft gefunctioneerd. Amsterdam, 18 oktober 2011 De Beheerder BNP Paribas Investment Partners Funds (Nederland) N.V.
BNP Paribas OBAM N.V. 13
Jaarrekening 2010/2011 BNP Paribas OBAM N.V.
14 BNP Paribas OBAM N.V.
Balans voor winstbestemming
Beleggingen Effecten
Vorderingen Vorderingen uit hoofde van effectentransacties Overige vorderingen en overlopende activa
Kas en kasequivalenten Kortlopende schulden (ten hoogste één jaar) Bankschulden Schulden inzake uittredingen Overige schulden en overlopende passiva
Toelichting
30-06-2011 EUR
30-06-2010 EUR
7.1
2.304.711.851
3.048.694.409
2.304.711.851
3.048.694.409
2.511.321 4.977.365
20.638.217 9.815.901
7.488.686
30.454.118
9
21.676.343
244.985.513
10.1 10.2 10.3
17.664.831 6.643.348 2.499.907
289.104.787 4.943.943 3.154.523
26.808.086
297.203.253
2.356.943
–21.763.622
2.307.068.794
3.026.930.787
28.021.944 1.902.768.986 59.949.500 316.328.364
41.825.265 2.884.280.514 –387.840.126 488.665.134
2.307.068.794
3.026.930.787
49,40
45,57
8.1 8.2
Uitkomst van vorderingen en overige activa min kortlopende schulden Uitkomst van activa min kortlopende schulden
Eigen vermogen Geplaatst aandelenkapitaal Agio Algemene reserve Onverdeeld resultaat
Nettovermogenswaarde per aandeel
11.1 11.2 11.3 11.4
BNP Paribas OBAM N.V. 15
Winst- en verliesrekening
Opbrengsten uit beleggingen Dividend Interestbaten Interestlasten Overige baten
Toelichting
01-07-2010 30-06-2011 EUR
01-07-2009 30-06-2010 EUR
16.1 16.2 16.2 16.3
42.864.753 104.296 –1.384.239 2.614.045
49.349.473 27.157 –1.267.685 1.141.513
44.198.855
49.250.458
393.328.676 21.798.549 38.300 –7.075.598
12.632.419 –11.145.864 –216.992.084 –24.287.273
408.089.927
–239.792.802
–104.461.140 –
717.626.411 –3.121.196
–104.461.140
714.505.215
347.827.642
523.962.871
28.894.387 2.604.891
33.257.787 2.039.950
31.499.278
35.297.737
316.328.364
488.655.134
6,77
7,36
Gerealiseerde koersresultaten Koersresultaat op aandelen Koersresultaat op futures Koersresultaat op valutatermijncontracten Valutaresultaten
Ongerealiseerde koersresultaten Koersresultaat op aandelen Koersresultaat op valutatermijncontracten
Som der bedrijfsopbrengsten Kosten Kosten van beheer van beleggingen Overige kosten Som der bedrijfslasten Totaalresultaat
Totaalresultaat per aandeel
17.1 17.2
16 BNP Paribas OBAM N.V.
Kasstroomoverzicht 01-07-2010 30-06-2011 EUR
01-07-2009 30-06-2010 EUR
316.328.364 –303.628.787
488.665.134 –474.712.413
12.699.577
13.952.721
–414.310.615 1.447.160.712
–1.061.206.059 1.453.142.118
1.032.850.097
391.936.059
38.300 21.798.549 –7.075.601
–216.992.084 –11.145.864 –24.287.273
14.761.248
–252.425.221
22.965.432 1.044.789
–15.999.245 431.418
24.010.221
–15.567.827
1.084.321.143
137.895.732
Kasstroom uit financieringsactiviteiten Ontvangen bij (her)plaatsing eigen aandelen Betaald bij inkoop eigen aandelen Uitgekeerd dividend
122.258.696 –1.117.573.545 –40.875.508
165.399.753 –319.188.221 –48.747.529
Kasstroom uit financieringsactiviteiten
–1.036.190.357
–202.535.997
48.130.786 –44.119.274
–64.640.265 20.520.991
4.011.512
–44.119.274
Kasstroom uit beleggingsactiviteiten Totaalresultaat Koersresultaat (gerealiseerd en ongerealiseerd) Direct beleggingsresultaat Aankopen Verkopen
Koersresultaat op valutatermijncontracten Koersresultaat op futures Valutaresultaten
Mutatie vorderingen Mutatie kortlopende schulden
Kasstroom uit beleggingsactiviteiten
Mutatie geldmiddelen Geldmiddelen 1 juli Geldmiddelen 30 juni
BNP Paribas OBAM N.V. 17
Toelichting ALGEMEEN
(1)
BNP Paribas OBAM N.V. is een beleggingsmaatschappij met veranderlijk kapitaal, opgericht in 1936 naar Nederlands recht en gevestigd te Amsterdam. De jaarrekening is opgesteld in overeenstemming met titel 9 boek 2 BW, de Wft en de Richtlijn Beleggingsinstellingen van de Richtlijnen voor de Jaarverslaggeving. Het boekjaar van de vennootschap loopt van 1 juli tot en met 30 juni. Het vergelijkend vijfjarenoverzicht van de nettovermogenswaarde, het resultaat, het aantal uitstaande gewone aandelen, de nettovermogenswaarde per gewoon aandeel en het resultaat per gewoon aandeel is opgenomen op pagina 3 van dit verslag.
Transactiedatum en afwikkelingsdatum Alle aan- en verkopen van financiële activa en passiva, die moeten worden afgewikkeld binnen het tijdsbestek dat door regelgeving of een marktconventie is vastgesteld, worden verantwoord op basis van de transactiedatum, de datum waarop OBAM als partij betrokken wordt bij de contractuele bepalingen van het instrument. Termijnaankopen en -verkopen anders dan deze die moeten worden afgewikkeld binnen het tijdsbestek dat door regelgeving of een marktconventie is vastgesteld, worden tot het moment van afwikkeling verantwoord als afgeleide financiële instrumenten.
Omrekening vreemde valuta Transacties in vreemde valuta worden bij de eerste verwerking omgerekend naar euro’s tegen de wisselkoers op de transactiedatum. Balansposten in vreemde valuta worden omgerekend naar euro’s tegen de wisselkoers per balansdatum. Koersverschillen die optreden bij de afwikkeling van deze transacties worden verantwoord in de winst- en verliesrekening onder de gerealiseerde valutaresultaten. Koersverschillen die optreden bij de omrekening van de balansposten in vreemde valuta worden verantwoord in de winst- en verliesrekening onder de ongerealiseerde koersresultaten, als onderdeel van de waardemutaties van deze balansposten.
Saldering Financiële activa en passiva worden gesaldeerd en het nettobedrag wordt in de balans gerapporteerd wanneer er een wettelijk afdwingbaar recht is om de verantwoorde bedragen te salderen en er de intentie is om tot een afwikkeling op nettobasis te komen of tegelijkertijd het nettoactief te realiseren en de verplichting af te wikkelen.
Transacties met gelieerde partijen OBAM en de Beheerder hebben de mogelijkheid transacties te verrichten met aan de Beheerder gelieerde partijen waaronder begrepen vennootschappen behorende tot de BNP Paribas Groep. Deze transacties worden tegen marktconforme tarieven verricht. Voor een deel van de beleggingstransacties treedt BNP Paribas op als broker. In totaal werd gedurende het boekjaar 2010/2011 7,93% van de transacties via BNP Paribas als broker uitgevoerd.
WAARDERINGSGRONDSLAGEN
(2)
Activa en passiva worden gewaardeerd op basis van reële waarde, tenzij anders aangegeven.
Waardering van de beleggingen
(2.1)
De waardering van de beleggingen vindt plaats op basis van de volgende belangrijkste criteria: – de beursgenoteerde effecten die regelmatig worden verhandeld, worden gewaardeerd tegen de slotkoersen; – op dagen waarop een of meerdere effectenbeurzen of markten waarop een substantieel gedeelte van de onderliggende beleggingen wordt verhandeld om gebruikelijke redenen is of zijn gesloten, kunnen beursgenoteerde beleggingen worden gewaardeerd op basis van een taxatie van de directie met inachtneming van de maatstaven die de vermogensbeheerder voor de waardering van zodanige beleggingen raadzaam acht;
18 BNP Paribas OBAM N.V.
–
niet- of onregelmatig verhandelde beursgenoteerde effecten worden naar het inzicht van de directie gewaardeerd op een (benaderde) marktwaarde met inachtneming van de maatstaven die de vermogensbeheerder voor de waardering van zodanige beleggingen raadzaam acht.
De aankoopkosten van de beleggingen worden opgenomen in de kostprijs en worden derhalve meegeactiveerd en als gevolg van de waardering tegen reële waarde verwerkt in de koersresultaten. Eventuele verkoopkosten worden in mindering gebracht op de opbrengsten en komen eveneens tot uitdrukking in de koersresultaten.
Waardering van afgeleide financiële instrumenten
(2.2)
Derivaten zijn afgeleide financiële instrumenten zoals termijncontracten, futures en opties. Een dergelijk financieel instrument heeft een waarde die wijzigt als gevolg van veranderingen in onderliggende variabelen en vergt relatief weinig of geen nettoaanvangsinvestering en wordt op een tijdstip in de toekomst afgewikkeld. Nog niet afgewikkelde valutatermijncontracten, futures en opties worden tegen reële waarde gewaardeerd. Gerealiseerde en ongerealiseerde resultaten op deze contracten worden verantwoord in de koersresultaten.
Overige activa en passiva
(2.3)
De overige activa en passiva worden gewaardeerd op nominale waarde. Voor zover noodzakelijk, worden voorzieningen voor oninbaarheid getroffen.
GRONDSLAGEN VOOR DE RESULTAATBEPALING
(3)
Het resultaat wordt bepaald door de opbrengsten van het in de verslagperiode ontvangen dividend, de interest over de verslagperiode, opbrengst uit verbruikleen van effecten en overige opbrengsten te verminderen met de aan de verslagperiode toe te rekenen lasten. De in de verslagperiode opgetreden gerealiseerde en niet-gerealiseerde koersresultaten op effecten en afgeleide financiële instrumenten worden bepaald door op de verkoopopbrengst dan wel de balanswaarde aan het einde van de verslagperiode, de aankoopwaarde, dan wel de balanswaarde aan het begin van de verslagperiode, in mindering te brengen. Deze koersresultaten zijn opgenomen in de winst- en verliesrekening. Rentelasten, die ontstaan uit leningen of bankschulden die worden aangegaan in het kader van het gevoerde beleggingsbeleid, worden verantwoord als onderdeel van de opbrengsten uit beleggingen.
GRONDSLAGEN VOOR KASSTROOMOVERZICHT
(4)
Het kasstroomoverzicht is opgesteld volgens de indirecte methode. Het saldo van de kas en kasequivalenten en de bankschulden vormen de geldmiddelen per 30 juni in het kasstroomoverzicht. De debetsaldi van rekeningen-courant met het betaalkantoor maken integraal deel uit van het cashmanagement van het fonds.
UITBESTEDING
(5)
OBAM en de Beheerder hebben de mogelijkheid activiteiten uit te besteden aan met de Beheerder gelieerde partijen waaronder begrepen vennootschappen behorende tot de BNP Paribas Groep. Daarnaast heeft OBAM de mogelijkheid te beleggen in aan de Beheerder gelieerde partijen alsmede in al dan niet aan de Beheerder gelieerde beleggingsinstellingen.
De vermogensbeheerder OBAM en de Beheerder hebben BNP Paribas Investment Partners Netherlands N.V. in Amsterdam aangesteld als vermogensbeheerder op grond van een vermogensbeheerovereenkomst ingaande 29 augustus 2006. BNP Paribas Investment Partners Netherlands N.V. maakt deel uit van de wereldwijd opererende vermogensbeheerorganisatie BNP Paribas Investment Partners S.A., welke organisatie thans opereert onder de handelsnaam ‘BNP Paribas Investment Partners’. De aandelen van BNP Paribas Investment Partners S.A. worden gehouden door BNP Paribas S.A., Fortis Bank S.A./N.V. en BGL BNP Paribas S.A. BNP Paribas Investment Partners Netherlands N.V. is gelieerd aan de Beheerder.
De administrateur/fund agent OBAM en de Beheerder hebben Fastnet Netherlands N.V. (‘Fastnet’) in Amsterdam aangesteld als administrateur van de vennootschap op grond van een administratieovereenkomst ingaande 26 februari 2007. Fastnet is voor OBAM onder meer belast met de berekening van de nettovermogenswaarde, het opstellen van de jaarrekeningen en het onderhouden van het
BNP Paribas OBAM N.V. 19
aandeelhoudersregister. Fastnet is eveneens belast met het beoordelen en accepteren dan wel weigeren van de aan- en verkoopopdrachten, zoals deze zijn ingelegd in het beursorderboek, namens OBAM. Na sluiting van het orderboek geeft Fastnet het saldo van de aan- en verkooporders door aan OBAM. De transactieprijs, waartegen deze aan- en verkooporders de volgende beursdag worden afgerekend, wordt door tussenkomst van Fastnet, aangeleverd bij NYSE Euronext in Amsterdam. Per ultimo boekjaar 2010/2011 was BGL BNP Paribas S.A. met een belang van 48% grootaandeelhouder van Fastnet (tot dan een aan de Beheerder gelieerde partij). Op 1 juli 2011 is dit belang overgedragen aan Caceis.
Het betaalkantoor ABN AMRO Bank N.V. is benoemd tot betaalkantoor van de vennootschap op grond van een betaalkantoorovereenkomst van 26 februari 2007. Zij is onder meer belast met betaling van dividenden namens de vennootschap en aanpassing van het verzamelbewijs, waarin de gewone aandelen aan toonder van OBAM zijn belichaamd.
De listing agent ABN AMRO Bank N.V. is aangesteld als listing agent van de vennootschap op grond van een overeenkomst van 4 oktober 1999. Zij is onder meer belast met de verzorging van de notering van de aandelen OBAM op NYSE Euronext in Amsterdam.
De custodian en clearer ABN AMRO Bank N.V. is benoemd tot custodian van de vennootschap op grond van een custody-overeenkomst van 22 juli 2002 en tot clearer op grond van een clearingovereenkomst van 22 februari 2007. Zij is onder meer belast met de bewaarneming van de effecten in de beleggingsportefeuille en de afwikkeling van de aan- en verkooptransacties van aandelen OBAM.
Wijziging administrateur/fund agent, betaalkantoor, listing agent, custodian en clearer OBAM en de Beheerder hebben besloten om de werkzaamheden die thans zijn uitbesteed aan Fastnet Netherlands N.V. en ABN AMRO Bank N.V. (zoals hiervoor nader toegelicht) per december 2011 uit te besteden aan BNP Paribas Securities Services, een aan de Beheerder gelieerde partij.
VERBRUIKLENING VAN EFFECTEN
(6)
Gedurende het boekjaar 2010/2011 heeft geen uitlening van effecten plaatsgevonden.
20 BNP Paribas OBAM N.V.
Toelichting op de balans 2010/2011 EUR
2009/2010 EUR
3.048.694.409 414.310.615 –1.447.160.712 288.867.539
2.710.371.638 1.061.206.059 –1.453.142.118 730.258.830
Stand 30 juni
2.304.711.851
3.048.694.409
Historische kostprijs
2.238.791.559
2.878.312.980
BELEGGINGEN
(7)
Mutatieoverzicht effecten
(7.1)
Stand 1 juli Aankopen Verkopen Koersresultaat op effecten
Alle effecten zijn, evenals voorgaand jaar, ter beurze genoteerd. Een specificatie van de effecten per 30 juni 2011 is opgenomen op pagina 33 tot en met 35 van dit verslag. Per 30 juni 2011 zijn geen effecten uitgeleend en zijn derhalve uit dien hoofde ook geen zekerheidsstellingen aan OBAM gegeven. Onder de effecten in de beleggingsportefeuille van OBAM bevinden zich converteerbare obligaties van Scomi Group. Het is de intentie om deze converteerbare obligaties om te zetten in aandelen op conversiedatum 14 december 2012. De marktwaarde van de converteerbare obligaties beweegt zich in lijn met de prijs van de aandelen in Scomi Group. Om deze reden zijn de converteerbare obligaties, welke geen significant deel uitmaken van de portefeuille, onder de post beleggingen gepresenteerd.
Afgeleide financiële instrumenten
(7.2)
Onder afgeleide financiële instrumenten (derivaten) worden futures, termijncontracten en valutaoptiecontracten verstaan. Voor alle derivaattypen wordt de waarde afgeleid van onderliggende rentetarieven, valutakoersen of aandelenkoersen. Een derivatencontract kan op een beurs of over-the-counter (‘OTC’) worden verhandeld. Ter beurze verhandelde derivaten, zoals futures en opties, zijn gestandaardiseerd en brengen door de margeverplichtingen, die door de verschillende beurzen opgelegd worden, over het algemeen geen significant tegenpartijrisico met zich mee. Over-the-counter verhandelde derivatencontracten worden onderling door contractpartijen overeengekomen. De notionele bedragen worden niet als activa of passiva in de balans opgenomen en zijn geen afspiegeling van de potentiële winst of het verlies waarmee een dergelijke transactie gepaard kan gaan. Het risico dat OBAM loopt wanneer een tegenpartij haar verplichtingen niet kan nakomen, is beperkt tot de positieve nettovervangingswaarde van de OTCcontracten. Valutatermijncontracten zijn overeenkomsten om valuta van het ene land op een bepaalde datum te ruilen voor valuta van een ander land tegen een vooraf overeengekomen prijs en hebben tot doel de netto-investerings- en valutaposities af te dekken. Valutaopties worden gebruikt als bescherming tegen het valutarisico en zijn opties waarbij de verkoper zich verplicht aan de koper een valutaverschil te betalen in ruil voor een door de koper betaalde premie. Dit valutaverschil is het verschil tussen de huidige valutakoers en een afgesproken valutakoers voor een notioneel bedrag. Bij deze contracten is het verliesrisico gedurende de looptijd groter of kleiner naarmate de valutakoersen en rente fluctueren. De futures hebben betrekking op termijncontracten op beursindices.
BNP Paribas OBAM N.V. 21
VORDERINGEN (TEN HOOGSTE ÉÉN JAAR)
(8)
Vorderingen uit hoofde van effectentransacties
(8.1)
Hieronder zijn opgenomen de vorderingen in verband met de per balansdatum nog niet afgerekende effectentransacties.
Overige vorderingen en overlopende activa
2009/2010 EUR
1.707.594 3.269.771 –
3.631.501 6.178.227 6.173
4.977.365
9.815.901
(8.2)
Te vorderen dividend Te verrekenen dividend- en bronbelasting Overige vorderingen
KAS EN KASEQUIVALENTEN
2010/2011 EUR
(9)
Hieronder zijn opgenomen banktegoeden bij het betaalkantoor, alsmede de saldi van de marginrekeningen uit hoofde van futurecontracten. Deze gelden zijn direct opeisbaar.
KORTLOPENDE SCHULDEN (TEN HOOGSTE ÉÉN JAAR) Bankschulden
(10)
(10.1)
Hieronder zijn opgenomen de debetstand in rekening-courant met het betaalkantoor, alsmede de saldi van de marginrekeningen uit hoofde van futurecontracten.
Schulden inzake uittredingen
(10.2)
Hieronder zijn opgenomen de schulden in verband met de per balansdatum nog niet afgerekende uittredingen.
Overige schulden en overlopende passiva Nog te betalen vermogensbeheervergoeding Nog te betalen kosten Nog te betalen bewaarloon Nog te betalen overige beheerkosten
2010/2011 EUR
2009/2010 EUR
1.986.656 191.244 167.234 154.773
2.592.716 247.673 220.191 93.943
2.499.907
3.154.523
(10.3)
22 BNP Paribas OBAM N.V.
EIGEN VERMOGEN
(11)
Geplaatst aandelenkapitaal
aantal
2010/2011 EUR
2009/2010 EUR
66.420.427 2.338.821 –22.057.851
41.822.265 1.637.175 –15.440.496
43.891.817 2.496.557 –4.566.109
46.701.397
28.018.944
41.822.265
60
3.000
3.000
28.021.944
41.825.265
84.000.000 3.000
84.000.000 3.000
84.003.000
84.003.000
(11.1)
Gewone aandelen: Stand 1 juli Geplaatst Ingekocht Stand 30 juni Prioriteitsaandelen: Stand 30 juni Totaal geplaatst aandelenkapitaal Het maatschappelijk kapitaal bedraagt per 30 juni: Gewone aandelen, nominaal EUR 0,70 Prioriteitsaandelen, nominaal EUR 50,–
120.000.000 60
De vrij uitkeerbare reserves bedragen per 30 juni 2011 EUR 2.279.046.850.
Agio
2010/2011 EUR
2009/2010 EUR
2.884.280.514 120.621.521 –1.102.133.049
3.035.999.430 162.903.196 –314.622.122
1.902.768.986
2.884.280.514
(11.2)
Stand 1 juli Gestort op geplaatste aandelen Betaald op ingekochte aandelen Stand 30 juni
De op- en afslagen bij het uitgeven respectievelijk inkopen van aandelen worden verantwoord onder de overige baten in de winst- en verliesrekening.
Algemene reserve
2009/2010 EUR
–387.840.126 447.789.626
1.772.076.605 –2.159.916.731
59.949.500
–387.840.126
2010/2011 EUR
2009/2010 EUR
488.665.134 –40.875.508 –447.789.626 316.328.364
–2.111.169.202 –48.747.529 2.159.916.731 488.665.134
316.328.364
488.665.134
(11.3)
Stand 1 juli Onttrokken aan Onverdeeld resultaat Stand 30 juni
Onverdeeld resultaat
(11.4)
Stand 1 juli Dividenduitkering Toegevoegd aan Algemene reserve Resultaat lopend boekjaar Stand 30 juni
2010/2011 EUR
BNP Paribas OBAM N.V. 23
Totalen EUR x 1.000
30-06-2011
30-06-2010
30-06-2009
2.307.069 3
3.026.931 3
2.740.802 3
2.307.066
3.026.928
2.740.799
Aantal uitstaande gewone aandelen
46.701.397
66.420.427
69.376.930
Totaalresultaat per gewoon aandeel
6,77
7,36
–30,43
DRIE JAREN OBAM Nettovermogenswaarde Af: waarde prioriteitsaandelen
RISICOPROFIEL
(12)
Aan het beleggen in effecten zijn financiële risico’s verbonden. Mogelijke beleggers in de vennootschap wordt verzocht goede nota te nemen van het volgende: – De mogelijkheid bestaat dat uw belegging in waarde stijgt; het is echter ook mogelijk dat uw belegging weinig tot geen inkomsten zal genereren en dat uw inleg bij een ongunstig koersverloop geheel of ten dele verloren gaat. In het verleden behaalde resultaten geven geen garantie voor de toekomst. – De verschillende risico’s, die verbonden zijn aan een belegging in OBAM, zijn hieronder nader omschreven. De Beheerder bewaakt de risico’s onder meer op basis van de periodieke rapportages van de vermogensbeheerder, de administrateur en de overige dienstverleners.
Marktrisico
(12.1)
Marktrisico betreft het risico van fluctuaties op de financiële markten, oftewel fluctuatie van aandelenkoersen, rentetarieven, wisselkoersen, grondstofprijzen en derivaten verbonden aan deze producten. Koersrisico De waarde van de beleggingen fluctueert met de koerswijzigingen van de effecten waarin wordt belegd. Dit risico neemt toe door beperking van de spreiding van effecten in de portefeuille tot een bepaalde regio, sector en/of door de keuze van individuele fondsen. Het beleid van de vermogensbeheerder is er mede op gericht door zorgvuldige selectie en diversificatie het eventuele negatieve effect van koersfluctuaties op de nettovermogenswaarde van de vennootschap zo veel mogelijk te beperken. Door te beleggen in diverse beleggingsinstrumenten, sectoren en landen wordt getracht voldoende diversificatie aan te brengen. De vermogensbeheerder beheerst het koersrisico dan ook primair door middel van diversificatie binnen de beleggingsportefeuille. Hoewel risicospreiding een belangrijk punt vormt bij de beleidsbepaling, wordt niet geschroomd een relatief groot gedeelte van het vermogen in een beperkt aantal bedrijven te beleggen (concentratierisico). De risico’s kunnen verder toenemen wanneer gebruik wordt gemaakt van aandelenfutures en (geschreven) optieposities of indien belegd wordt met geleend geld. Er worden geen garanties gegeven dat de beleggingsdoeleinden zullen worden gerealiseerd. Als gevolg hiervan kan de nettovermogenswaarde van het aandeel OBAM zowel stijgen als dalen. Dit betekent dat beleggers mogelijk minder terugkrijgen dan zij hebben ingelegd. De portefeuille had aan het begin van 2011 een sterk overgewicht in energie, financiële waarden, materialen en in industriële waarden. Gedurende de eerste helft van het kalenderjaar 2011 is het overgewicht van de financiële waarden afgenomen. OBAM behoudt een significante weging in de Azie-Pacific-regio en wijkt daarmee sterk af van de index. Marktverstoringsrisico Een marktverstoring in de vorm van een economische of financiële crisis, kan grote negatieve economische gevolgen hebben voor bijvoorbeeld de internationale kredietmarkten en kan leiden tot een vertraging of daling van de wereldeconomie in het algemeen met inbegrip van de markt of de markten waarin door OBAM wordt belegt of kan worden belegd. Deze marktverstoringen zouden op de korte, middellange en lange termijn negatieve gevolgen voor (onder andere) de resultaten, het vermogen en de waarde van de beleggingen van OBAM kunnen hebben. Een aanhoudende of verergerende recessie wereldwijd of in regionale of nationale markten, zou de resultaten, het vermogen of de waarde van de beleggingen van OBAM verder negatief kunnen beïnvloeden.
24 BNP Paribas OBAM N.V.
Risico opkomende markten Het marktrisico kan in opkomende landen aanzienlijk groter zijn. Dit zal met name het geval zijn in landen met bijvoorbeeld een autoritair regime, politieke instabiliteit of hoge belastingen. In vergelijking met ontwikkelde landen kunnen de aandelenmarkten in deze landen worden gekenmerkt door een grotere volatiliteit, een geringere liquiditeit en hogere transactiekosten, terwijl de beleggingsinformatie mogelijk onvolledig of mogelijk onbetrouwbaar is. Derivatenrisico OBAM kan gebruikmaken van financiële derivaten. Hierbij kan sprake zijn van hefboomwerking, waardoor de volatiliteit van de vennootschap kan worden vergroot. Sommige derivaten, vooral over-the-counter (‘OTC’) verhandelde derivaten, kunnen op verschillende wijzen worden gewaardeerd. Een derivaat kan een minder sterke correlatie hebben met de onderliggende effecten dan verwacht en kan daardoor ineffectief blijken of zelfs een averechts effect hebben op de waarde van de vennootschap. OBAM maakt mede gebruik van OTC-opties. Deze opties worden onderling door contractpartijen overeengekomen. Het risico dat OBAM loopt, wanneer de tegenpartij haar verplichting niet kan nakomen, is beperkt tot de positieve nettovermogenswaarde van de betreffende OTC-contracten. Gedurende het boekjaar zijn binnen OBAM futures gebruikt. Valutarisico OBAM kan beleggen in effecten en andere vermogensbestanddelen, waarvan de waarde wordt uitgedrukt in een andere valuta dan de euro. Dit betekent dat de resultaten van OBAM door valutabewegingen kunnen worden beïnvloed. Deze fluctuaties kunnen zowel een positieve als een negatieve invloed uitoefenen. Het gebruik van financiële derivaten, zoals valutaopties en valutatermijnaffaires, stelt de vermogensbeheerder in het algemeen beter in staat invloed uit te oefenen op het valutarisico van de beleggingsportefeuille. Gedurende het boekjaar 2010/2011 werd het valutarisico binnen de portefeuille niet afgedekt. Omrekening vreemde valuta Activa en passiva luidende in vreemde valuta zijn omgerekend tegen de koers per balansdatum. Alle valutakoersverschillen zijn verwerkt in de koersresultaten. Baten en lasten in vreemde valuta worden omgerekend tegen de koers per transactiedatum. Omrekenkoersen per 30 juni 2011, tegenwaarde van 1 euro Amerikaanse dollar 1,44985 Canadese dollar 1,39925 Engelse pond 0,90305 Hongkong dollar 11,28165 Indonesische rupiah 12.433,18900 Japanse yen 117,08990 Koreaanse won 1.547,93240
Maleisische ringgit Noorse kroon Singaporese dollar Thaise baht Zwitserse franc Taiwan dollar
4,37785 7,77910 1,77985 44,54665 1,22080 41,64480
Renterisico Renterisico betreft het risico van rentefluctuaties op de waarde van de activa en passiva van OBAM.
Tegenpartijrisico
(12.2)
Er is een mogelijkheid dat een uitgevende instelling of tegenpartij zijn contractuele verplichtingen niet kan nakomen, waardoor de vennootschap verlies kan lijden. Belangrijke criteria bij de selectie van de kern van de portefeuille van OBAM zijn: sectoren en bedrijven met een stabiele groei en winstontwikkeling, landen met politieke en economische stabiliteit en goede vooruitzichten op lange termijn. Typerend voor het beleggingsbeleid van de vennootschap is het gegeven dat vooral de kwaliteit van individuele ondernemingen centraal staat en minder de economie. Hoewel de vermogensbeheerder dan ook de nodige voorzichtigheid in acht neemt bij de selectie van tegenpartijen, kan niet worden uitgesloten dat een dergelijke tegenpartij in gebreke blijft. Voor een verdeling naar sector, land en valutaexposure verwijzen wij naar de portefeuilleverdeling op pagina 31 en 32. Het risico ten aanzien van dividendbelastingvorderingen valt uiteen in enerzijds het waarderingsrisico dat de uitstaande vorderingen afwijken van de werkelijke ontvangsten, hetgeen wordt veroorzaakt door de bemiddelingskosten van derden (waarderingsrisico), en anderzijds het debiteurenrisico dat de ingediende claim wordt afgewezen door de betreffende fiscale autoriteit. Voor OBAM geldt verder dat als gevolg van met name verkooptransacties kortlopende vorderingen ontstaan. De kortlopende vorderingen als gevolg van verkooptransacties kennen een zeer laag risico aangezien onderliggende activa slechts worden geleverd tegen gelijktijdige ontvangst van het transactiebedrag.
BNP Paribas OBAM N.V. 25
Uitbestedingsrisico
(12.3)
Er is sprake van uitbesteding van een of meer taken van de Beheerder aan een externe partij. Uitbesteding van activiteiten brengt als risico met zich dat de wederpartij niet aan haar verplichtingen voldoet, ondanks gemaakte afspraken. De Beheerder, die eindverantwoordelijk blijft voor de uitbestede activiteiten, toetst periodiek de naleving van de gemaakte afspraken en onderneemt acties wanneer zij dit noodzakelijk acht.
Bewaarrisico
(12.4)
Hoewel de Beheerder de nodige voorzichtigheid in acht neemt is het mogelijk dat activa verloren gaan als gevolg van onder meer insolvabiliteit of fraude bij de custodian.
Risico ten aanzien van beleggen met geleend geld
(12.5)
Doordat beleggingen met geleend geld kunnen worden gefinancierd zijn er weliswaar kansen op een hogere opbrengst maar zijn ook de neerwaartse risico’s groter.
Afwikkelingsrisico
(12.6)
De mogelijkheid bestaat dat afwikkeling via een betalingssysteem niet zoals verwacht kan plaatsvinden, omdat de betaling of levering van het financiële instrument door een tegenpartij niet of niet op tijd of niet zoals verwacht plaatsvindt.
Liquiditeitsrisico
(12.7)
De mate van verhandelbaarheid van de effecten waarin belegd wordt, is van invloed op de hoogte van de feitelijke aankoop- en verkoopkoersen. Ter beperking van de verhandelbaarheidrisico’s wordt in het algemeen voornamelijk belegd in goed verhandelbare beursgenoteerde effecten. Deze hoge mate van verhandelbaarheid vormt tevens de basis voor het tijdig realiseren van de uitbetaling bij inkoop van eigen aandelen van OBAM. De mate van (il)liquiditeit van de effecten in de portefeuille van OBAM komt tot uitdrukking in de koersen van de betreffende posities. Per de datum van de balans had OBAM twee illiquide effecten in de portefeuille (Peace Mark en Tack Fat). Beide zijn gewaardeerd op 0.
Operationeel risico
(12.8)
Het operationeel risico wordt beheerst door de operationele infrastructuur. Operationeel risicomanagement richt zich op het vermijden van potentiële verliezen uit processen, systemen, medewerkers en externe gebeurtenissen. Met het oog op deze risicoaspecten worden processen en controlemaatregelen ontwikkeld, beschreven en gemotiveerd.
Inflatierisico
(12.9)
De beleggingen van OBAM beogen niet expliciet te beschermen tegen inflatierisico.
Risico’s op fiscaal en juridisch gebied
(12.10)
Eventuele wijzigingen in de (fiscale) wet- en regelgeving alsmede de interpretatie hiervan, kunnen een positieve of negatieve invloed hebben op de fiscale positie van de aandeelhouder van OBAM. Als gevolg van wijzigingen in de (fiscale) weten regelgeving kan OBAM met lasten of heffingen worden geconfronteerd die niet waren voorzien ten tijde van het opstellen van dit jaarverslag of op het moment dat beleggingen worden gekocht, gewaardeerd of verkocht. De hiervoor geschetse risicofactoren zijn gerangschikt naar relevantie en omvang op basis van een inschatting op de lange termijn.
COMMISSIONSHARINGOVEREENKOMSTEN
(13)
Er wordt gebruikgemaakt van commissionsharingovereenkomsten met brokers. Transactiekosten, die door een broker in rekening worden gebracht, bestaan uit twee componenten: een vergoeding voor de daadwerkelijke executie van een order en een vergoeding voor de research die door de betreffende broker aan de vermogensbeheerder wordt geleverd. Bij commissionsharingovereenkomsten wordt met een broker afgesproken dat het deel van de transactiekosten dat betrekking heeft op afname van research wordt losgekoppeld van het deel dat betrekking heeft op de executie. De vergoeding voor de research wordt vervolgens apart gezet bij de betreffende broker als een tegoed van OBAM. OBAM kan besluiten om (een deel van) deze vergoeding over te laten maken naar een andere broker die naar haar mening betere research levert. De broker die naar de mening van OBAM de beste research levert, zal daarvoor dus extra worden beloond, hetgeen een stimulans is om deze prestatie te blijven evenaren dan wel nog verder te verbeteren. Door de executie los te koppelen van de afname van de research wordt bewerkstelligd dat op beide vlakken de best presterende brokers kunnen worden geselecteerd.
26 BNP Paribas OBAM N.V.
2010/2011 EUR
2009/2010 EUR
Geplaatst kapitaal Agioreserve erkend Agioreserve niet erkend Reserve gestalde koersverliezen Herbeleggingsreserve Afrondingsreserve Algemene reserve (Generale Bank Aandelenfonds N.V., ruimtebeschikking) Uitdelingsverplichting over het boekjaar (minimaal)
28.021.944 1.898.614.243 – – 369.855.810 10.859.074 –282.277 –
41.825.265 2.877.637.454 10.969.770 – 67.863.985 28.916.590 –282.277 –
Fiscaal vermogen
2.307.068.794
3.026.930.787
SAMENSTELLING FISCAAL VERMOGEN
(14)
Deze opstelling gaat uit van de minimale uitdelingsverplichting met maximale dotatie aan de afrondingsreserve op basis van cijfers per 30 juni 2011, respectievelijk per 30 juni 2010. De fiscale agioreserve kan worden aangewend voor onbelaste uitkeringen in aandelen. De fiscale herbeleggingsreserve kan zonder inhouding van dividendbelasting worden uitgekeerd. Bij de uitkering van de afrondingsreserve en de overige reserves dient in beginsel dividendbelasting ingehouden te worden.
BNP Paribas OBAM N.V. 27
Toelichting op de winst- en verliesrekening BEREKENING FISCAAL RESULTAAT
(15)
Het fiscaal resultaat is vanuit het in de winst- en verliesrekening gepresenteerde beleggingsresultaat als volgt te berekenen:
Fondsresultaat Mutatie afrondingsreserve Fiscaal resultaat
2010/2011 EUR
2009/2010 EUR
10.859.074 –10.859.074
12.981.388 –12.981.388
–
–
Het fiscaal resultaat is berekend op basis van de minimale uitdelingsverplichting met maximale dotatie aan de afrondingsreserve op basis van cijfers per 30 juni 2011, respectievelijk per 30 juni 2010. In verband met de status van fiscale beleggingsinstelling, dient het fiscaal resultaat, rekening houdend met de toegestane mutaties in de afrondingsreserve, binnen acht maanden na afloop van het boekjaar te worden uitgekeerd. De uitdelingsverplichting bedraagt minimaal (met maximale dotatie afrondingsreserve) EUR 0. De uitdelingsverplichting bedraagt maximaal (met vrijval afrondingsreserve per 30 juni 2011) EUR 10.859.074. Het fiscaal gestort kapitaal op grond van de Wet op de dividendbelasting bedraagt per 30 juni 2011 EUR 2.296.491.997. Bij het vaststellen van het uit te keren dividend per aandeel dient rekening gehouden te worden met eventuele inkopen van aandelen tussen balansdatum 30 juni 2011 en datum betaalbaarstelling van het dividend.
OPBRENGSTEN UIT BELEGGINGEN Dividend
(16)
(16.1)
Hieronder zijn verantwoord de nettocontante dividenden met inbegrip van de terug te ontvangen bronbelasting.
Interestbaten/-lasten
(16.2)
Hieronder zijn verantwoord de interestbaten en -lasten uit hoofde van de in het kader van de beleggingsactiviteiten aangehouden liquide middelen, respectievelijk bankschulden en opgenomen termijndeposito.
Overige baten
(16.3)
Hieronder zijn opgenomen de inkomsten verkregen uit de opslag van 0,2% bij een per saldo uitgifte van aandelen OBAM dan wel een afslag van 0,2% bij een per saldo inkoop van aandelen OBAM. Deze inkomsten bedragen over het boekjaar 2010/2011 EUR 2.488.317 (over het boekjaar 2009/2010 EUR 971.333).
KOSTEN
(17)
Kosten van beheer van beleggingen Vermogensbeheervergoeding Overige beheerkosten
2010/2011 EUR
2009/2010 EUR
28.203.014 691.373
32.342.334 915.453
28.894.387
33.257.787
(17.1)
De Beheerder ontvangt een marktconforme, maandelijkse vermogensbeheervergoeding van 1/12 van 1,0% van de gemiddelde nettovermogenswaarde. Uit deze vergoeding betaalt de Beheerder de vermogensbeheerder voor de door hem verleende diensten.
28 BNP Paribas OBAM N.V.
De overige kosten die rechtstreeks verband houden met het beheer van de beleggingen, zoals bewaarloon, settlementkosten, corporate actions en transactiekosten alsmede de kosten van de beursnotering en van het betaalkantoor, worden gedragen door en rechtstreeks ten laste gebracht van OBAM. Voor deze kosten zijn marktconforme tarieven overeengekomen. Transactiekosten worden dan wel meegeactiveerd in de kostprijs beleggingen (aankopen) dan wel verrekend met het gerealiseerd resultaat (verkopen). In totaal werd over het boekjaar 2010/2011 een bedrag van EUR 476.313 meegeactiveerd en een bedrag van EUR 1.192.123 verrekend met het gerealiseerd resultaat (over het boekjaar 2009/2010 EUR 1.487.938 respectievelijk EUR 3.445.727).
Overige kosten
2010/2011 EUR
2009/2010 EUR
721.556 1.045.556 248.181 118.054 206.754 92.177 69.500 69.891 11.126 22.096
68.681 1.169.760 269.999 –10.274 277.552 105.719 52.566 58.386 22.051 25.510
2.604.891
2.039.950
(17.2)
Provisie en bankkosten inzake futurecontracten Administratievergoeding Marketingkosten Toezicht Autoriteit Financiële Markten Bank- en transactiekosten Beloning en kostenvergoeding commissarissen Accountantskosten Verslaglegging en advertenties Advieskosten Diversen
OBAM is aan Fastnet Netherlands een maandelijkse administratievergoeding verschuldigd (voor zover van toepassing te vermeerderen met BTW) gelijk aan: – 1/12 van 0,04% van de gemiddelde nettovermogenswaarde over het deel van de gemiddelde nettovermogenswaarde tot EUR 2,0 miljard; – 1/12 van 0,03% van de gemiddelde nettovermogenswaarde over het deel van de gemiddelde nettovermogenswaarde vanaf EUR 2,0 miljard tot EUR 4,0 miljard; – 1/12 van 0,02% van de gemiddelde nettovermogenswaarde over het deel van de gemiddelde nettovermogenswaarde vanaf EUR 4,0 miljard waarbij de vergoeding op jaarbasis minimaal EUR 500.000 bedraagt. Onder de gemiddelde nettovermogenswaarde wordt verstaan: de som van de totale nettovermogenswaarde van OBAM ultimo voorgaande kalendermaand en de nettovermogenswaarde van OBAM ultimo huidige kalendermaand gedeeld door twee. Provisie en bankkosten inzake futurecontracten zijn in de eerste helft van huidig boekjaar weer van toepassing en in lijn met eerdere jaren. In het boekjaar 2009/2010 werd weinig in futures gehandeld, derhalve waren de kosten in die periode gering. De beloning en kostenvergoeding van de commissarissen bedraagt maximaal EUR 20.000 (exclusief BTW) per persoon per jaar De jaarlijkse vergoeding van de voorzitter van de Raad van Commissarissen bedraagt maximaal EUR 23.000 (exclusief BTW) per jaar. Voor zover wettelijk vereist, zal het honorarium worden vermeerderd met BTW. De stijging van kosten Toezicht Autoriteit Financiële Markten met EUR 128.328 wordt enerzijds veroorzaakt door sterk toegenomen kosten van dit toezicht, anderzijds door een te lage reservering gedurende het boekjaar 2009/2010, waardoor de vergelijkende cijfers een enigzins vertekend beeld opleveren.
BNP Paribas OBAM N.V. 29
Over het boekjaar ontvangen de leden van de Raad van Commisssarissen de volgende beloning: 01-07-2010 30-06-2011 R.A.H. van der Meer J.L. Brentjens B.J.H.S. Feilzer J.H. Schraven R.W.F. van Tets B. s’Jacob M.W. Nieuwenhuys
01-07-2009 30-06-2010
27.654* 19.000 12.925* 22.845* 1.503 8.250 –
26.452 19.000 11.422 22.845 – 19.000 7.000
92.177
105.719
* Inclusief BTW.
VERGELIJK WERKELIJKE KOSTEN MET KOSTEN VOLGENS PROSPECTUS (18) Kostenrubriek Vermogensbeheervergoeding Administratievergoeding Vergoeding Raad van Commissarissen Kosten Custodian
Werkelijke kosten
28.203.014 1.045.556 92.177 691.373
Kosten volgens prospectus
28.203.014 1.045.556 92.177* 691.373
Procentueel verschil
0,00% 0,00% 0,00% 0,00%
* Brutovergoeding (ad EUR 73.000) plus BTW.
EXPENSE RATIO
(19)
De Expense ratio voor OBAM over het boekjaar 2010/2011 bedraagt: 1,12% (over het boekjaar 2009/2010: 1,13%). De Expense ratio (kostenratio) wordt als volgt berekend: totale kosten gedeeld door de gemiddelde nettovermogenswaarde van OBAM. –
–
Onder totale kosten worden begrepen de kosten die in de verslagperiode ten laste van het resultaat alsmede ten laste van het eigen vermogen worden gebracht. De kosten van transacties in financiële instrumenten en de interestkosten worden buiten beschouwing gelaten, evenals de kosten verband houdend met het toe- en uittreden van deelnemers, voor zover deze gedekt worden uit de ontvangen op- en afslagen. De gemiddelde nettovermogenswaarde van de beleggingsinstelling wordt berekend als de som van de nettovermogenswaarden gedeeld door het aantal waarnemingen. Voor OBAM wordt de som van de nettovermogenswaarden gebaseerd op de cijfers per 30 juni 2010, 30 september 2010, 31 december 2010, 31 maart 2011 en 30 juni 2011 gewogen in de verhouding 0,5 : 1 : 1 : 1 : 0,5.
TURNOVER RATIO
(20)
De Turnover ratio voor OBAM over het boekjaar 2010/2011 bedraagt: 22,07% (over het boekjaar 2009/2010: 61,88%). De Turnover ratio wordt uitgedrukt als een percentage van de som van de aan- en verkopen van de beleggingen minus de som van de geplaatste en ingekochte aandelen OBAM, gedeeld door de gemiddelde nettovermogenswaarde van OBAM.
30 BNP Paribas OBAM N.V.
WERKNEMERS
(21)
De vennootschap heeft, evenals vorig boekjaar, geen personeel in dienst. Amsterdam, 18 oktober 2011 De directie G.P. Ranty en BNP Paribas Investment Partners Funds (Nederland) N.V.
BNP Paribas OBAM N.V. 31
Portefeuilleverdeling per 30 juni 2011
Verdeling per sector, gebaseerd op de MSCI-indeling Energie Materialen Industrie Duurzame consumptiegoederen Niet-duurzame consumptiegoederen Gezondheidszorg Financiële diensten Informatietechnologie Telecommunicatiediensten Nutsbedrijven Totaal
Geografische verdeling, gebaseerd op de MSCI-indeling* Verenigde Staten Nederland Japan Indonesië Hongkong Zuid-Korea Duitsland Singapore Zwitserland Verenigd Koninkrijk Frankrijk Thailand Griekenland Taiwan Maleisië Australië Canada Noorwegen Spanje Overig Totaal
weging van de MSCI
percentage totaal beleggingen
10,0 7,4 11,0 9,9 10,5 10,1 20,5 12,0 4,2 4,4
19,1 13,9 16,2 4,5 4,2 3,7 29,3 6,2 0,9 2,0
100,0
100,0
weging van de MSCI
percentage totaal beleggingen
49,8 1,2 10,6 – 1,2 – 3,5 0,8 3,6 9,5 4,4 – 0,1 – – 3,7 5,2 0,3 1,5 4,6
44,3 10,9 8,1 7,4 7,2 4,5 3,9 3,3 3,3 2,4 2,2 2,1 0,3 0,1 – – – – – –
100,0
100,0
* De portefeuille van OBAM wordt verdeeld op basis van de MSCI-indeling. Rubricering van individuele aandelen geschiedt op grond van het land waarin het betreffende aandeel is genoteerd.
32 BNP Paribas OBAM N.V.
percentage totaal beleggingen Valutaexposure Amerikaanse dollar Euro Japanse yen Hongkong dollar Indonesische rupiah Koreaanse won Zwitserse franc Thaise baht Singaporese dollar Engelse pond Taiwan dollar Canadese dollar Maleisische ringgit Totaal
44,3 17,3 8,1 7,2 7,4 4,5 3,3 2,1 3,3 2,4 0,1 – – 100,0
De nettovermogenswaarde van OBAM zal fluctueren als gevolg van veranderingen in valutakoersen ten opzichte van de euro, alsmede veranderingen in effectenprijzen. In vorenstaande overzichten wordt verder informatie gegeven over de verdeling van de beleggingen naar sector en naar land. Tevens wordt een overzicht getoond van de valutaexposure als percentage van het totaal van de beleggingen. Op basis van deze informatie kan een beeld worden gevormd van de mate waarin de waarde van de beleggingen van de vennootschap kan fluctueren. De overzichten geven de situatie weer per balansdatum. Dit is een momentopname. Uiteraard kan de procentuele verdeling voortdurend veranderen ten gevolge van transacties en koersfluctuaties.
BNP Paribas OBAM N.V. 33
Beleggingen per 30 juni 2011, gebaseerd op de MSCI-indeling
marktwaarde EUR
Effecten
percentage totaal beleggingen
Energie 2.275.000 635.000 1.000.000 1.050.000 616.438 18.000.000 500.000 375.000 130.000.000 1.400.000 1.250.000 382.240 1.850.000 48.750.000 3.500.000
Alpha Natural Resources Inc. Apache Corp. Hess Corp. Transocean Inc. Fugro Straits Asia Resources (Sakari Resources) Schlumberger Eog Resources Adaro Energy Valero Energy Corp. Arch Coal Inc. Ensco Inter Suntech Power Holdings Co. Scomi Group Converteerbare Obligatie 4% 2009-2012 Scomi Group warrants
71.301.166 54.041.901 51.563.955 46.755.182 30.649.297 30.238.503 29.796.186 27.041.591 25.616.919 24.690.830 22.985.136 14.052.069 10.042.073 890.848 87.943 439.753.599
19,1
Materialen 2.035.000 2.635.000 15.499.999 725.000 460.000 1.175.000 1.595.000 280.719 7.000.000 2.869.292
Freeport Mcmoran Vale do Rio Doce Yanzhou Coal Mining Rio Tinto BASF Dow Chemical Banpu Publ. foreign shares Koninklijke DSM Indocement tunggal prakarsa Corinth Pipeworks
74.250.095 58.066.869 40.667.807 36.051.298 31.082.200 29.175.432 25.636.496 12.563.579 9.599.307 3.041.450 320.134.533
Industrie 3.550.000 3.700.000 850.000 778.846 435.000 25.000.000 180.000 380.000 7.500.000 800.000 145.000 1.575.000 30.000.000 1.050.000 650.000
ABB General Electric Tyco International Ltd. Boskalis Westminster Deere & Co. Ezra Holdings Fanuc Ltd. Lg Corp. Zhuzhou CSR Times Electric Komatsu Ltd. Hyundai Mipo Dockyard Jtekt Corp. Poly Hong Kong Investments Mitsui & Co. Mitsubishi Corp.
63.392.857 48.130.496 28.979.205 25.394.274 24.737.559 20.928.730 20.568.811 19.712.747 17.450.905 17.060.395 15.877.631 15.858.968 13.615.030 12.410.977 11.102.580
13,9
34 BNP Paribas OBAM N.V.
marktwaarde EUR Industrie (vervolg) 24.000.000 Precious Shipping foreign shares 90.000.000 PT Adhi Karya 400.000 Zhongde Waste Technologie
7.973.664 5.790.952 3.628.000 372.613.781
Duurzame consumptiegoederen 880.000 Yum Brands Inc. 30.000 Rakuten 60.000.000 Gome Electrical Appliances 9.500.000 Ports Design 8.500.000 Golden Eagle Retail 2.257.500 Sprider 17.000.000 Lalin Property Publ. foreign shares 8.000.000 Tack Fat Group
4,2
34.650.000 12.655.636 21.765.183 15.313.998 2.316.000 86.700.817
Financiële diensten 16.100.000 ING Groep 5.600.000 Wells Fargo & Co. 1.835.000 JP Morgan Chase & Co. 955.000 BNP Paribas 5.750.000 Bank of America Corp. 1.250.000 Citigroup 1.650.000 Principal Financial Group Inc. 50.000.000 Bank Rakyat Indonesia 40.000.000 Bank Central Asia 700.000 Shinhan Financial Group Ltd. 650.000 KB Financial Group Inc. 4.250.000 Aegon 1.000.000 Standard Chartered 240.000 Orix Corp. 32.500.000 Evergrande Real Estate Group 7.500.000 Aozora Bank 17.500.000 First Pacific
4,5
25.884.204 24.973.480 20.748.000 17.040.112 8.239.043 19.931 – 96.904.770
Gezondheidszorg 625.000 Bayer 300.000 Novartis 1.125.000 Mindray Medical International Ltd. 900.000 Mylan 4.825.000 Alapis
16,2
33.528.434 21.291.333 16.540.134 15.494.187 14.872.824 1.264.200 892.996 – 103.884.108
Niet-duurzame consumptiegoederen 8.500.000 Wilmar International 54.000.000 PT Indofood Sukses Makmur 798.000 Asian Bamboo 925.000 Seven & I Co. 27.500.000 Chaoda Modern Agriculture 210.000 Salim Ivimas Pratama 45.000.000 Peace Mark
percentage totaal beleggingen
136.672.900 108.380.867 51.815.636 50.834.650 43.466.566 35.900.266 34.619.443 26.139.714 24.611.546 23.017.801 21.205.706 19.992.000 18.138.531 15.967.218 14.605.576 11.913.923 10.780.781
3,7
BNP Paribas OBAM N.V. 35
marktwaarde EUR Financiële diensten (vervolg) 300.000.000 PT Intiland Development 25.000.000 Shui on land 6.753.485 New World Development 2.599.407 Ageas
7.841.914 7.556.519 7.039.838 4.863.491 675.364.886
Informatietechnologie 2.250.000 Corning Inc. 1.000.000 Texas Instruments Inc. 734.230 ASM International 230.000 Kyocera Corp. 24.500.000 Hana microelectronics foreign shares 200.000 LG Innotek Co. 650.000 LG Display Co. 1.650.000 MEMC Electronic Materials 750.000 Nippon Electric Glass Co. 600.000 Young Fast Optoelectronics
29,3
28.166.707 22.643.722 19.974.727 16.009.067 12.814.656 12.455.324 12.408.488 9.707.556 6.571.873 2.578.953 143.331.073
Telecommunicatiediensten 800.000 Softbank Corp.
percentage totaal beleggingen
6,2
20.702.042 20.702.042
0,9
Nutsbedrijven 140.000.000 Perusahaan Gas Negara
Totaal effecten Totaal afgeleide financiële instrumenten Totaal beleggingen
45.322.242 45.322.242
2,0
2.304.711.851
100,00
–
–
2.304.711.851
100,00
36 BNP Paribas OBAM N.V.
De 15 grootste belangen per 30 juni 2011
16.100.000 5.600.000 2.035.000 2.275.000 3.550.000 2.635.000 635.000 1.835.000 1.000.000 955.000 3.700.000 1.050.000 5.750.000 140.000.000 15.499.999
ING Groep Wells Fargo & Co. Freeport Mcmoran Alpha Natural Resources ABB Vale do Rio Doce Apache Corp. JP Morgan Chase & Co. Hess Corp. BNP Paribas General Electric Transocean Inc. Bank of America Corp. Perusahaan Gas Negara Yanzhou Coal Mining
marktwaarde EUR
percentage totaal beleggingen
136.672.900 108.380.867 74.250.095 71.301.169 63.392.857 58.066.869 54.041.901 51.815.636 51.563.955 50.834.650 48.130.496 46.755.182 43.466.566 45.322.242 40.667.807
5,9 4,7 3,2 3,1 2,8 2,5 2,3 2,3 2,2 2,2 2,1 2,0 1,9 1,8 1,8
944.663.192
40,8
BNP Paribas OBAM N.V. 37
De 10 grootste totale aanen verkopen van beleggingen van het fonds Over de periode 1 juli 2010 – 30 juni 2011 Aankopen 950.000 500.000 8.500.000 150.000.000 1.500.000 1.000.000 19.747.000 750.000 8.500.000 150.000
Alpha Natural Resources Schlumberger Wilmar International Adaro Energy Valero Energy Corp. Standard Chartered Poly Hong Kong Investments Softbank Corp. Golden Eagle Retail Group Hyundai Mipo Dock
Verkopen 7.971.127 2.000.000 750.000 150.000.000 2.115.000 2.950.000 1.000.000 1.500.000 1.500.000 900.000
ING Groep Teck Resources Occidental Petroleum Corp. Golden Agri-Resources Vale do Rio Doce ABB Peabody Energy Corp. Petroleo Brasileiro General Mills Inc. Massey Energy Corp.
38 BNP Paribas OBAM N.V.
Overige gegevens STATUTAIRE REGELING WINSTBESTEMMING Artikel 31 van de statuten bepaalt: Lid 4: Uit de winst wordt allereerst op de prioriteitsaandelen een dividend uitgekeerd gelijk aan zes procent (6%) over de verplichte stortingen op het nominale bedrag van die aandelen. Op prioriteitsaandelen zal geen verdere uitkering van winst plaatsvinden, noch delen de prioriteitsaandelen in enige reserve. Lid 5: De directie bepaalt onder goedkeuring van de Raad van Commissarissen welk deel van de winst die resteert nadat het bepaalde in lid 4 van dit artikel is toegepast, wordt uitgekeerd op gewone aandelen. Lid 6: De winst die na toepassing van het bepaalde in lid 5 resteert, wordt gereserveerd.
WINSTBESTEMMING Dividend Conform de statuten zal aan de houders van prioriteitsaandelen een dividend van EUR 3,00 per aandeel van nominaal EUR 50,00 worden uitgekeerd. Aan de houders van gewone aandelen zal op de komende Algemene Vergadering van Aandeelhouders worden voorgesteld een dividend uit te keren van EUR 0,70 per gewoon aandeel van nominaal EUR 0,70. Teneinde te kunnen voldoen aan haar fiscale verplichtingen, kan het dividend per gewoon aandeel tijdens de Algemene Vergadering van Aandeelhouders aangepast worden, zodat de vennootschap ten minste aan haar uitdelingsplicht zal voldoen. Het winstbestemmingsvoorstel is niet in de balans verwerkt.
WET OP HET FINANCIEEL TOEZICHT (‘WFT’) OBAM is onder de vergunning van de Beheerder, BNP Paribas Investment Partners Funds (Nederland) N.V., geregistreerd bij de Autoriteit Financiële Markten (‘AFM’). Aan BNP Paribas Investment Partners Funds (Nederland) N.V. is door de AFM op 1 september 2006 een vergunning verleend op grond van artikel 2:65 lid 1 en 2 Wft. BNP Paribas Investment Partners Funds (Nederland) N.V. treedt eveneens op als Beheerder voor andere beleggingsinstellingen van BNP Paribas Investments Partners.
BNP Paribas OBAM N.V. 39
PERSOONLIJKE BELANGEN Aan het begin en het einde van de verslagperiode werden door de directie en commissarissen van OBAM de volgende belangen in effecten aangehouden, welke ook door OBAM werden aangehouden.
Naam effect
30-06-2011 aantal
30-06-2010 aantal
5.500 4.535 1.721 285 1.663 – 3.000 2.000 3.500 760 – 57.000
11.802 493.124 – – 1.163 8.986 4.240 – – – 1.344 –
7.765 300
13.805 –
Aandelen AEGON Ageas Bayer AG BNP Paribas S.A. Boskalis Citygroup ING Freeport Mc Moran Copper & Gold Inc. Novartis AG Schlumberger Ltd Unilever Yanzhou Coal Mining Co.
Opties* Ageas BNP Paribas S.A. * Preferente aandelen, warrants en opties.
BIJZONDERE ZEGGENSCHAPSRECHTEN Aan de prioriteitsaandelen is een aantal bijzondere rechten toegekend. De belangrijkste rechten zijn: – het doen van een bindende voordracht voor benoeming van de directie en de leden van de Raad van Commissarissen; – voorafgaand goedkeuringsrecht inzake statutenwijziging, juridische fusie, juridische splitsing en ontbinding van de vennootschap. De prioriteitsaandelen worden gehouden door Stichting Keizerberg. De bestuursleden van deze stichting zijn de heren mr. M.C. van Beusekom (vanaf 1 december 2010), D.M.G. Liénart, W.G.G. de Vijlder en mr. A.A.D. Droogh (tot 1 december 2010). Tussen Stichting Keizerberg en de vennootschap hebben gedurende de verslagperiode geen transacties plaatsgevonden.
40 BNP Paribas OBAM N.V.
CONTROLEVERKLARING VAN DE ONAFHANKELIJKE ACCOUNTANT Aan: de aandeelhouders van BNP Paribas OBAM N.V.
Verklaring betreffende de jaarrekening Wij hebben de in dit rapport opgenomen jaarrekening voor het jaar eindigend op 30 juni 2011 van BNP Paribas OBAM N.V. te Amsterdam gecontroleerd. Deze jaarrekening bestaat uit de balans per 30 juni 2011 en de winst-en-verliesrekening over de periode 1 juli 2010 tot en met 30 juni 2011 met de toelichting, waarin zijn opgenomen een overzicht van de gehanteerde grondslagen voor financiële verslaggeving en andere toelichtingen.
Verantwoordelijkheid van de directie De directie van de vennootschap is verantwoordelijk voor het opmaken van de jaarrekening die het vermogen en het resultaat getrouw dient weer te geven, alsmede voor het opstellen van het jaarverslag, beide in overeenstemming met Titel 9 Boek 2 van het in Nederland geldende Burgerlijk Wetboek (BW). De directie is tevens verantwoordelijk voor een zodanige interne beheersing als het noodzakelijk acht om het opmaken van de jaarrekening mogelijk te maken zonder afwijkingen van materieel belang als gevolg van fraude of fouten.
Verantwoordelijkheid van de accountant Onze verantwoordelijkheid is het geven van een oordeel over de jaarrekening op basis van onze controle. Wij hebben onze controle verricht in overeenstemming met Nederlands recht, waaronder de Nederlandse controlestandaarden. Dit vereist dat wij voldoen aan de voor ons geldende ethische voorschriften en dat wij onze controle zodanig plannen en uitvoeren dat een redelijke mate van zekerheid wordt verkregen dat de jaarrekening geen afwijkingen van materieel belang bevat. Een controle omvat het uitvoeren van werkzaamheden ter verkrijging van controle-informatie over de bedragen en de toelichtingen in de jaarrekening. De geselecteerde werkzaamheden zijn afhankelijk van de door de accountant toegepaste oordeelsvorming, met inbegrip van het inschatten van de risico’s dat de jaarrekening een afwijking van materieel belang bevat als gevolg van fraude of fouten. Bij het maken van deze risico-inschattingen neemt de accountant de interne beheersing in aanmerking die relevant is voor het opmaken van de jaarrekening en voor het getrouwe beeld daarvan, gericht op het opzetten van controlewerkzaamheden die passend zijn in de omstandigheden. Deze risico-inschattingen hebben echter niet tot doel een oordeel tot uitdrukking te brengen over de effectiviteit van de interne beheersing van de vennootschap. Een controle omvat tevens het evalueren van de geschiktheid van de gebruikte grondslagen voor financiële verslaggeving en van de redelijkheid van de door het bestuur van de vennootschap gemaakte schattingen, alsmede een evaluatie van het algehele beeld van de jaarrekening. Wij zijn van mening dat de door ons verkregen controleinformatie voldoende en geschikt is om een onderbouwing voor ons oordeel te bieden.
Oordeel Naar ons oordeel geeft de jaarrekening een getrouw beeld van de grootte en samenstelling van het vermogen van BNP Paribas OBAM N.V. per 30 juni 2011 en van het resultaat over de periode 1 juli 2010 tot en met 30 juni 2011 in overeenstemming met Titel 9 Boek 2 BW en de Wet op het financieel toezicht.
Verklaring betreffende overige bij of krachtens de wet gestelde eisen Ingevolge artikel 2:393 lid 5 onder e en f BW vermelden wij dat ons geen tekortkomingen zijn gebleken naar aanleiding van het onderzoek of het jaarverslag, voor zover wij dat kunnen beoordelen, overeenkomstig Titel 9 Boek 2 BW is opgesteld, en of de in artikel 2:392 lid 1 onder b tot en met h BW vereiste gegevens zijn toegevoegd. Tevens vermelden wij dat het jaarverslag, voor zover wij dat kunnen beoordelen, verenigbaar is met de jaarrekening zoals vereist in artikel 2:391 lid 4 BW. Amstelveen, 18 oktober 2011 KPMG Accountants N.V. M.A. Huiskers RA
BNP Paribas OBAM N.V. 41
Fiscale aspecten Hieronder volgt een beschrijving op hoofdlijnen van de meest relevante fiscale aspecten van het beleggen in OBAM, uitgaande van de huidige Nederlandse fiscale wetgeving en jurisprudentie met uitzondering van bepalingen die na de datum van dit halfjaarverslag met terugwerkende kracht worden ingevoerd.
DE VENNOOTSCHAP Vennootschapsbelasting OBAM opteert voor de status van fiscale beleggingsinstelling als bedoeld in artikel 28 van de Wet op de vennootschapsbelasting 1969. Dit heeft tot gevolg dat het resultaat van de vennootschap is onderworpen aan een vennootschapsbelastingtarief van 0%, mits aan enige voorwaarden wordt voldaan. Eén van de voorwaarden is dat de voor uitdeling beschikbare winst binnen acht maanden na afloop van het boekjaar aan de aandeelhouders wordt uitgekeerd. Koersresultaten op effecten worden via de zogenoemde herbeleggingsreserve in het vermogen verwerkt en behoeven dientengevolge niet te worden uitgekeerd. Een deel van de aan het beheer van de beleggingen verbonden kosten moet op de herbeleggingsreserve in mindering worden gebracht.
Dividendbelasting en buitenlandse bronbelastingen In verband met te ontvangen dividenden Op ontvangen dividenden betaald door in Nederland gevestigde lichamen wordt in beginsel dividendbelasting ingehouden. Op dividenden betaald door in het buitenland gevestigde lichamen wordt veelal bronbelasting ingehouden. Deze buitenlandse bronbelasting, kan, voor zover meer bronbelasting is ingehouden dan waartoe het betreffende buitenland op grond van verdragsbepalingen gerechtigd is, worden teruggevraagd van de buitenlandse belastingdiensten. In verband met uit te keren dividend OBAM dient over de uitgekeerde dividenden in beginsel 15% dividendbelasting in te houden. Een eventuele uitkering in aandelen ten laste van het fiscaal erkende agio (agiobonus) is niet aan dividendbelasting onderworpen. Een uitkering uit de herbeleggingsreserve kan in beginsel vrij van dividendbelasting plaatsvinden. De door OBAM af te dragen dividendbelasting die is ingehouden op door haar uitgekeerde dividenden wordt onder voorwaarden verminderd met de Nederlandse dividendbelasting en de (na verdragstoepassing resterende) buitenlandse bronbelasting (tot maximaal 15% van het betreffende buitenlandse dividend) die is ingehouden op uitkeringen aan OBAM, mits OBAM de uiteindelijk gerechtigde is tot deze dividenden.
DE AANDEELHOUDERS Algemeen Deze paragraaf is niet bedoeld als samenvatting van alle fiscale gevolgen voor iedere aandeelhouder met betrekking tot het verwerven, houden en vervreemden van aandelen OBAM. Deze gevolgen zijn afhankelijk van de persoonlijke situatie van de aandeelhouder en van de wetgeving en jurisprudentie in het land waar de aandeelhouder woonachtig of gevestigd is. Aandeelhouders dienen bij hun eigen fiscaal adviseur advies in te winnen omtrent alle fiscale aspecten met betrekking tot het verwerven, het houden en het vervreemden van de aandelen OBAM in hun persoonlijke situatie.
In Nederland woonachtige particulieren In de hierna weer te geven Nederlandse fiscale aspecten voor in Nederland woonachtige particuliere aandeelhouders wordt ervan uitgegaan dat de aandelen OBAM niet gerekend (behoeven te) worden tot een ondernemingsvermogen. Tevens wordt ervan uitgegaan dat de aandelen niet kwalificeren als een zogenoemd aanmerkelijk belang en dat de aandeelhouder ter zake van de aandelen geen resultaat uit overige werkzaamheden geniet. Ook wordt ervan uitgegaan dat de aandelen niet worden aangehouden in het kader van een levensloopregeling, een lijfrentebeleggingsrecht of een beleggingsrecht eigen woning. Ten slotte kunnen onderstaande regels wel van toepassing zijn op een in Nederland woonachtige particulier, indien de aandelen zijn ondergebracht in een zogenoemd afgezonderd particulier vermogen dat aan deze particulier wordt toegerekend. Inkomstenbelasting De inkomsten uit beleggingen (box 3) worden fictief gesteld op 4% van de waarde van het belegd vermogen aan het begin van het kalenderjaar (peildatum), ongeacht het werkelijk behaalde rendement. Het fictieve rendement wordt belast tegen een tarief van 30%. De effectieve belastingdruk over het belegd vermogen op peildatum bedraagt derhalve 1,2%. Het belegd vermogen wordt berekend als het netto belegd vermogen (bezittingen minus schulden, voor zover deze uitgaan boven een bepaalde drempel en niet in aanmerking dienen te worden genomen in box 1 of 2) op peildatum, verminderd met een heffingvrij vermogen. Het algemene heffingvrije vermogen bedraagt over het belastingjaar 2011 EUR 20.785,– per belastingplichtige (EUR 41.570,– voor partners gezamenlijk), eventueel te verhogen met toeslagen.
42 BNP Paribas OBAM N.V.
Dividendbelasting De door OBAM ingehouden dividendbelasting is in beginsel geheel verrekenbaar met de verschuldigde inkomstenbelasting, dan wel terugvorderbaar bij de belastingdienst, mits de genieter van het dividend de uiteindelijk gerechtigde is.
In Nederland gevestigde belaste lichamen In de hierna weer te geven Nederlandse fiscale aspecten voor in Nederland gevestigde lichamen wordt ervan uitgegaan dat deze lichamen zijn onderworpen aan vennootschapsbelasting, niet de status van fiscale beleggingsinstelling hebben en geen aandelenbelang van 25% of meer in OBAM bezitten. Vennootschapsbelasting Behoudens voor zover sprake is van zogenoemd meegekocht dividend (dividend uitgekeerd ten laste van de winstreserves die aanwezig waren op het moment dat de aandelen werden gekocht) zijn ontvangen dividenden belastbaar. Indien de aandelen in de vennootschap worden verkocht, is het verschil tussen de opbrengst en de boekwaarde belastbaar. Op aandelen OBAM kan de zogenoemde deelnemingsvrijstelling niet worden toegepast. Dividendbelasting De door OBAM ingehouden Nederlandse dividendbelasting kan in principe verrekend worden met de verschuldigde vennootschapsbelasting of, indien van toepassing, teruggevorderd worden, mits de genieter van het dividend de uiteindelijk gerechtigde is.
In Nederland gevestigde niet-belaste lichamen Dividendbelasting Bepaalde institutionele beleggers (onder andere pensioenfondsen, verenigingen en stichtingen) kunnen op de dividenduitkering door OBAM ingehouden dividendbelasting mogelijk slechts ten dele bij de belastingdienst terugvragen. Voor nadere informatie hierover wordt verwezen naar de website www.dividendbelasting.bnpparibas-ip.nl waarop deze informatie vanaf het eind van de maand, volgend op de maand waarin het dividend betaalbaar wordt gesteld, beschikbaar zal zijn. Lichamen met de status van vrijgestelde beleggingsinstelling kunnen op de dividenduitkering door OBAM ingehouden dividendbelasting niet bij de belastingdienst terugvragen.
BNP Paribas OBAM N.V. 43
44 BNP Paribas OBAM N.V.
www.bnpparibas-ip.com
BNP Paribas OBAM N.V. Burgerweeshuispad 201 Tripolis 200 Postbus 71770 (2.3.6) 1008 DG Amsterdam www.bnpparibas-ip.nl www.obam.nu
Jaarverslag 2010/2011 30-06-2011