Bedieningshandleiding voor de vakman
VITOBLOC 200 Type EM-20/39 Best.-nr. 7519058 Warmtekrachtmodule voor werking met aardgas
5848 074 NL
02/2013
Gelieve te bewaren!
Impressum Het toestel voldoet aan de basisvereisten van de betreffende normen en richtlijnen. De conformiteit werd aangetoond. De betreffende documenten en het origineel van de conformiteitverklaring bevinden zich bij de fabrikant.
AANWIJZING! De warmtekrachtmodule Vitobloc 200 is niet geschikt voor bedrijf met 60 Hz. Hierdoor is deze module niet beschikbaar voor de Amerikaanse en de Canadese markt.
Fabrikant en servicepartner ESS Energie Systeme & Service GmbH Celsiusstr. 9 D-86899 Landsberg am Lech Tel. +49 (0) 8191 9279-0 Fax. +49 (0) 8191 9279-23 E-mail:
[email protected] Internet: www.ess-landsberg.de
02/2013
© ESS Energie Systeme & Service GmbH, Landsberg am Lech, 2012 Deze bedieningshandleiding is auteursrechtelijk beschermd. De hierdoor verworven rechten blijven ook bij een (gedeeltelijk) gebruik voorbehouden of vereisen een contractuele overeenkomst. ESS Energie Systeme & Service GmbH (hierna ESS genoemd) behoudt zich het recht voor het in deze aanwijzing beschreven product te allen tijde en zonder voorafgaande aankondiging overeenkomstig de technische ontwikkelingen te wijzigen, voor zover dit contractueel niet anders vastgelegd is.
5848 074 NL
Origineel document
2
ESS Energie Systeme & Service GmbH
VITOBLOC 200 EM-18/36
Inhoudsopgave
Inleiding ............................................................................................. 4
1.1 1.2 1.3 1.4
Opbouw van de veiligheidsaanwijzingen ...................................................................... 4 Weergave van veiligheidsaanwijzingen ........................................................................ 4 Veiligheidspictogrammen ............................................................................................... 5 Handelsmerken ................................................................................................................ 5
2
Reglementair gebruik ....................................................................... 6
3
Veiligheid ........................................................................................... 7
3.1 3.2 3.3 3.4 3.5 3.6
Aansprakelijkheid ............................................................................................................ 7 Veiligheidsinrichtingen ................................................................................................... 7 Personeel ......................................................................................................................... 8 Algemene veiligheidsbepalingen ................................................................................... 9 Bijzondere veiligheidsbepalingen ............................................................................... 10 Aanwijzingen bij bijzondere gevaren .......................................................................... 11
4
Productbeschrijving ....................................................................... 14
4.1 4.2 4.3 4.4 4.5
Overzicht ........................................................................................................................ 14 Behuizing ....................................................................................................................... 15 Schakelkast.................................................................................................................... 15 Besturing ........................................................................................................................ 15 Typeplaatje ..................................................................................................................... 16
5
Werking ............................................................................................ 17
5.1 5.2 5.3 5.4 5.5
In- en uitschakelen ........................................................................................................ 17 Bedrijf optimaliseren ..................................................................................................... 18 Functies van de besturing ............................................................................................ 18 Bediening in geval van nood ........................................................................................ 27 Storingen en verhelpen van storingen ........................................................................ 28
6
Aanwijzingen voor onderhoud en reparatie ................................. 29
7
Buitenbedrijfstelling en stillegging ............................................... 30
7.1 7.2
Tijdelijke stillegging ...................................................................................................... 30 Definitieve stillegging ................................................................................................... 30
8
Bijlage .............................................................................................. 31
8.1
Formulier bedrijfsdagboek ........................................................................................... 31
5848 074 NL 02/2013
1
VITOBLOC 200 EM-20/39 Bedieningshandleiding
ESS Energie Systeme & Service GmbH
3
Impressum 1
Inleiding ESS neemt uitdrukkelijk afstand van de inhoud van alle gelinkte websites en maakt geen aanspraak op eigendom van deze inhoud. Deze verklaring geldt voor alle in deze documentatie aanwezige externe links en verwijzingen naar websites.
Deze documentatie geldt voor de warmtekrachtmodule Vitobloc 200 EM-20/39 - hierna ook machine genoemd. De documentatie dient altijd bij de installatie bewaard te worden. Door continue technische ontwikkelingen kunnen de afbeeldingen, de stappen en de technische gegevens minimaal afwijken.
1.1
Opbouw van de veiligheidsaanwijzingen
Iedere veiligheidsaanwijzing bestaat uit 5 elementen.
1 2 3 4
5
Fig. 1
1.2
1 2 3 4 5
Signaalwoord Soort en bron van het gevaar Mogelijke gevolgen van het gevaar Vermijden van het gevaar Gevarensymbool
Opbouw veiligheidsaanwijzing
Weergave van veiligheidsaanwijzingen
Deze aanwijzingen in de documentatie dienen voor de veiligheid en moeten in acht genomen worden.
GEVAAR
VOORZICHTIG Betekenis Wijst op een onmiddelijk dreigend gevaar ► Als deze situatie niet wordt voorkomen, kan dit tot overlijden of onherstelbare schade aan de gezondheid leiden.
Betekenis Wijst op een mogelijk gevaarlijke situatie. ► Als deze situatie niet wordt voorkomen, kan dit tot licht letsel of onherstelbare schade aan de gezondheid leiden.
Betekenis Wijst op een mogelijk gevaarlijke situatie ► Als deze situatie niet wordt voorkomen, kan dit tot overlijden of onherstelbare schade aan de gezondheid leiden.
4
ESS Energie Systeme & Service GmbH
Betekenis Wijst op een mogelijk schadelijke situatie. ► Als deze situatie niet wordt voorkomen, kunnen de machine of andere voorwerpen in uw omgeving beschadigd worden.
Bedieningshandleiding VITOBLOC 200 EM-20/39
5848 074 NL 02/2013
OPGELET WAARSCHUWING
1.3
Veiligheidspictogrammen
Aan de machine resp. aan of in de opstellingsruimte zijn de volgende borden (pictogrammen) aangebracht resp. dienen door de installateur aangebracht te worden:
1.3.1
Verbodspictogrammen
1.3.2
Waarschuwingspictogrammen
Toegang voor onbevoegden verboden!
Waarschuwing voor gevaarlijke elektrische spanning!
Het zo gekenmerkte bereik mag alleen door personen betreden worden die daarvoor uitdrukkelijk de opdracht gekregen hebben, bijv. om er werkzaamheden uit te voeren. Voor alle andere personen is de toegang verboden.
Duidt een "stop" voor gevarenzones aan waarin zich onder elektrische spanning staande onderdelen bevinden.
Vuur, open vlam en roken verboden!
Duidt een "stop" voor gevarenzones aan waarin zich hete oppervlakken kunnen bevinden.
Dit pictogram markeert gevarenzones waarin vuur, open vlam en roken verboden zijn. Verbod voor personen met actieve implantaten! (bijv. pacemakers) Dit pictogram markeert gevarenzones die niet door personen met actieve implantaten mogen worden betreden.
Waarschuwing voor hete oppervlakken!
1.3.3 Gebodspictogrammen Veiligheidsschoenen gebruiken! Dit pictogram schrijft voor dat bij transport en montage veiligheidsschoenen gedragen moeten worden.
Verbod voor personen met passieve implantaten! (bijv. kunstmatige gewrichten) Dit pictogram markeert gevarenzones die niet door personen met implantaten van metaal mogen worden betreden.
1.4
Handelsmerken
5848 074 NL 02/2013
In deze documentatie wordt naar verschillende beschermde handelsmerken verwezen die in de tekst niet speciaal gemarkeerd worden. Uit het ontbreken van een markering kan echter niet worden afgeleid dat de betreffende productnaam niet door rechten van derden beschermd is.
VITOBLOC 200 EM-20/39 Bedieningshandleiding
ESS Energie Systeme & Service GmbH
5
2
Reglementair gebruik
De gebruiker van de warmtekrachtmodule Vitobloc 200 EM-20/39 moet de nationale wetten en voorschriften in acht nemen. Doelgroep
Niet reglementair gebruik Alle van het reglementaire gebruik afwijkende toepassingen gelden als niet reglementair gebruik. Hiertoe behoren bijvoorbeeld:
Deze documentatie is uitsluitend bestemd voor vakmannen, zie paragraaf 3.3 Personeel.
● Toepassingsbereiken die niet oder "Gebruik"
Dit toestel is niet bedoeld om door personen (waaronder kinderen) met beperkte fysieke, sensorische of geestelijke capaciteiten of bij gebrek aan ervaring en/of kennis te worden gebruikt, tenzij deze onder toezicht van een voor hun veiligheid verantwoordelijke persoon staan.
● Gebruik van bedrijfsstoffen die niet aan de eisen
Kinderen moeten in het oog gehouden worden om ervoor te zorgen dat ze niet met het toestel spelen. Gebruik De warmtekrachtmodule Vitobloc 200 EM-20/39 is uitsluitend bedoeld voor het opwekken van draaistroom 400 V, 50 Hz en warm water met een temperatuurniveau voor aanvoer en retour van 80/60 °C bij volledige belasting en een standaard temperatuurspreiding van 20 K bij werking met aardgas. De warmtekrachtmodule is uitsluitend voor industriële en commerciële toepassingen bestemd. Bij retourtemperaturen van het verwarmingswater van meer dan 40°C vermindert het warmtevermogen van de warmtekrachtmodule. Ieder ander of verdergaand gebruik geldt als niet reglementair. Voor hieruit voortvloeiende schade is de fabrikant niet aansprakelijk. Het risico te dezer zake berust alleen bij de gebruiker. Tot het reglementaire gebruik behoort ook het in acht nemen van deze montagehandleiding en het naleven van de inspectie- en onderhoudsvoorwaarden.
worden genoemd. van de fabrikant voldoen.
● Gebruik buiten de toegestane technische bedrijfsgrenzen.
● ● ● ● ● ●
Gebruik in explosie gevaarlijke zones. Gebruik buitenshuis. Omzeilen van veiligheidsinrichtingen. Gebruik als noodstroomaggregaat. Gebruik in permanent stand-alone bedrijf. Bij exclusief gebruik voor het opwekken van warmte, indien niet gelijktijdig een stroomafname plaatsvindt.
● Opstelling samen met een ketelinstallatie met afmosferische brander of een NH3-koelmachine in een ruimte. EG-conformiteitsverklaring en inbouwverklaring Bij deze warmtekrachtmodule betreft het een volledige machine overeenkomstig de EGmachinerichtlijn. De machine voldoet aan de EG-machinerichtlijn. De conformiteit is door middel van een conformiteitsbeoordeling vastgesteld. Conformiteitsverklaring De conformiteitsverklaring vormt de basis voor de CEmarkering van de installatie. De warmtekrachtmodule mag uitsluitend met inachtneming van de nationale wetten, voorschriften en normen worden gebruikt.
5848 074 NL 02/2013
De besturing heeft een CE-certificering volgens de EMV-richtlijn en de laagspanningsrichtlijn.
6
ESS Energie Systeme & Service GmbH
Bedieningshandleiding VITOBLOC 200 EM-20/39
Reglementair gebruik 3
Veiligheid
3.1
Aansprakelijkheid
De warmtekrachtmodule is met de allernieuwste techniek uitgerust en volgens erkende veiligheidstechnische regels gebouwd. Bij ontoelaatbaar gebruik kan er echter steeds gevaar voor leven en goed ontstaan en kunnen de machine en andere goederen beschadigd worden. De warmtekrachtmodule mag alleen in een technisch correcte toestand, op een reglementaire, veiligheidsen risicobewuste manier gebruikt worden. Tijdens het gebruik moet de bedieningshandleiding in acht genomen worden. Storingen die afbreuk doen aan de veiligheid, moeten meteen verholpen worden. Het gebruik van voorgeschreven resp. toegelaten werkingsstoffen volgens de technische gegevens is een voorwaarde voor de erkenning van de garantieaanspraak. Als de warmtekrachtmodule met overschreden grenswaarden werkt, vervalt de garantie. De fabrikant biedt geen garantie voor gebreken en/of beschadigingen (corrosie, verontreinigingen, slijtage) die door gassen en stoffen zijn ontstaan die bij het sluiten van de overeenkomst niet bekend en overeengekomen waren.
3.2
Veiligheidsinrichtingen
De installateur beschermt de warmtekrachtmodule tegen onbevoegde toegang door deze in een gesloten ruimte op te stellen. De installateur is eveneens verantwoordelijk voor de volledige en correcte installatie van alle veiligheidsinrichtingen. Bovendien is de installateur verantwoordelijk voor het aanbrengen van de borden (pictogrammen).
GEVAAR Ontbrekende of niet correct functionerende veiligheidsinrichtingen! Levensgevaar, ernstig letsel met onherstelbare schade aan de gezondheid ► Veiligheidsinrichtingen nooit demonteren of deactiveren.
Veiligheidsinformatie Gegevens inzake de veiligheid kunnen niet tegen ESS worden gebruikt. Zelfs als alle veiligheidsaanwijzingen in acht worden genomen, kan niet worden gegarandeerd dat de warmtekrachtmodule geen letsel of schade veroorzaakt. Zonder toestemming van ESS mogen geen wijzigingen aan de warmtekrachtmodule worden aangebracht. Extra componenten die niet tot de leveringsomvang behoren, kunnen in de installatie worden geïntegreerd. Als deze componenten schade aan de warmtekrachtmodule of andere materiële schade veroorzaken, is de gebruiker hiervoor verantwoordelijk.
GEVAAR
5848 074 NL 02/2013
Niet toegestane wijzigingen aan de machine! Levensgevaar, ernstig letsel met onherstelbare schade aan de gezondheid ► Geen eigenmachtige wijzigingen en modificaties aan de machine uitvoeren.
VITOBLOC 200 EM-20/39 Bedieningshandleiding
ESS Energie Systeme & Service GmbH
7
Reglementair gebruik 3.3
Personeel
Alle personen die aan de warmtekrachtmodule werken moeten in het gebruik van de warmtekrachtmodule geschoold zijn en de documentatie, met name het hoofdstuk "Veiligheid", gelezen en begrepen hebben. Het verdient aanbeveling de scholing met een handtekening te laten bevestigen. Tot het personeel behoren de installateur, de gebruiker en de bediener van de machine.
De installateur is verantwoordelijk voor de volgende taken:
● plaatsen van de module van de warmtekrachtmodule.
● aansluiten van de module van de warmtekrachtmodule.
● installeren van de voorgeschreven veiligheidsinrichtingen.
● Aanbrengen van de noodzakelijke borden (pictogrammen).
OPGELET
● Afgifte van de conformiteitsverklaring voor de Veronachtzaming van de montagehandleiding! Zware materiële schade aan de machine en de omgeving van de machine ► De aanwijzingen in de montagehandleiding dienen in acht genomen te worden. ► Opstelling, vervanging, instelling, onderhoud en reparatie mogen uitsluitend door hiervoor opgeleid personeel en uitsluitend voor de betreffende component van de machine worden uitgevoerd.
installatie.
● Aanmaken van de bedieningshandleiding voor de installatie.
● Scholing van de gebruiker/bediener. De gebruiker/bediener moet de deelname aan de scholing met een handtekening bevestigen. Montagepersoneel De verantwoordelijkheden van het personeel voor montage en inbedrijfstelling moeten vastgelegd zijn. Het personeel moet aan de volgende voorwaarden voldoen:
● Het personeel moet de volledige documentatie, met name het hoofdstuk "Veiligheid", gelezen en begrepen hebben.
Opsteller (bijv. gespecialiseerde firma)
● Het personeel moet in de uit te voeren
De warmtekrachtmodule dient veilig door de installateur in een installatie geïntegreerd te worden.
● Het personeel moet de persoonlijke
werkzaamheden geschoold en geïnstrueerd zijn. veiligheidsuitrusting gebruiken.
● Werkzaamheden aan de machine mogen GEVAAR Ontbrekende of niet correct functionerende veiligheidsinrichtingen! Levensgevaar, ernstig letsel met onherstelbare schade aan de gezondheid ► Veiligheidsinrichtingen nooit demonteren of deactiveren.
uitsluitend door gekwalificeerd personeel worden uitgevoerd. Dit zijn personen die de uit te voeren werkzaamheden en mogelijke gevaren op basis van opleiding, ervaring en kennis van de geldende normen beoordelen en herkennen kunnen.
● Afhankelijk van nationale wetten, voorschriften en normen moeten deze voorwaarden door de installateur worden aangepast. Gebruiker
Montage, bediening en gebruik door onbevoegde of ongekwalificeerde personen! Zware materiële schade aan de machine en de omgeving van de machine ► Onbevoegde personen mogen niet in het werkbereik verblijven. ► Alleen gekwalificeerd en geïnstrueerd personeel inzetten.
8
ESS Energie Systeme & Service GmbH
De gebruiker is verantwoordelijk voor het naleven van de nationale wetten, voorschriften en normen.
Bedieningshandleiding VITOBLOC 200 EM-20/39
5848 074 NL 02/2013
OPGELET
De gebruiker van de warmtekrachtmodule is verantwoordelijk voor het reglementaire gebruik. De gebruiker moet voor een veiligheidstechnisch onberispelijk bedrijf zorgen en alle veiligheidsbepalingen voor het personeel vastleggen en naleven.
Veiligheid 3.4
Algemene veiligheidsbepalingen
De warmtekrachtmodule mag uitsluitend in technisch onberispelijke toestand en volgens de bestemming worden gebruikt. Niet reglementair gebruik kan tot letsel en materiële schade leiden. De warmtekrachtmodule dient bij alle herkende gebreken en storingen met betrekking tot de veilige en betrouwbare werking onmiddellijk via de besturing uitgeschakeld of niet in bedrijf gesteld te worden.
● Bij storingen van de machine deze onmiddellijk stilzetten en beveiligen! Storingen zo spoedig mogelijk laten verhelpen.
● Reserveonderdelen moeten aan de door de fabrikant vastgelegde technische eisen voldoen. Dit is bij originele reserveonderdelen altijd gewaarborgd.
● Voor de uitvoering van de montagewerkzaamheden is een voor de uit te voeren werkzaamheden geschikte werkplaatsuitrusting nodig.
GEVAAR Niet reglementair gebruik van de machine met betrekking tot de bedrijfsveiligheid! Levensgevaar, ernstig letsel met onherstelbare schade aan de gezondheid ► Iedere werkwijze die de veiligheid in geding brengt dient achterwege gelaten te worden. ► Geen wijzigingen of modificaties aan de machine uitvoeren die de veiligheid kunnen beperken. ► Noodzakelijke maatregelen voor een veilig en correct bedrijf nemen. ► De machine alleen gebruiken als alle veiligheidsinrichtingen correct functioneren. ► De veiligheidsbepalingen respecteren.
● De locatie en de bediening van brandblussers bekend maken!
● De brandmeldings- en brandbestrijdingsmogelijkheden in acht nemen.
OPGELET
5848 074 NL 02/2013
Niet geautoriseerde wijziging aan programmeerbare besturingssystemen! Zware materiële schade aan de machine en de omgeving van de machine ► Onbevoegde personen mogen niet in het werkbereik van de machine verblijven. ► De machine mag alleen door gekwalificeerd en geïnstrueerd personeel worden bediend.
VITOBLOC 200 EM-20/39 Bedieningshandleiding
ESS Energie Systeme & Service GmbH
9
Veiligheid 3.5
Bijzondere veiligheidsbepalingen
3.5.1 Opstelling en opslag OPGELET Niet reglementaire opstelling of opslag! Materiële schade door corrosie ► Machine en machineonderdelen tegen roest beschermen. ► Condensaatvorming vermijden.
● De montage van de machine en de perifere aansluitsystemen mag uitsluitend door bevoegd personeel van een vakbedrijf worden uitgevoerd dat voor deze werkzaamheden door de fabrikant geïnstrueerd is.
● De werkzaamheden aan gasvoerende onderdelen dienen door een erkend vakbedrijf uitgevoerd te worden.
● Voor de praktische uitvoering gelden de van toepassing zijnde regels der techniek en de bouwkundige en wettelijke bepalingen.
● De veiligheidsinrichtingen dienen overeenkomstig 3.5.2 Montagewerkzaamheden en installatie ● De in de montagehandleiding voorgeschreven instelwerkzaamheden uitvoeren! Deze werkzaamheden mogen alleen door vakpersoneel uitgevoerd worden.
● Bij alle werkzaamheden met betrekking tot het bedrijf of de instelling van de machine en de bijbehorende veiligheidsinrichtingen dienen de inen uitschakelprocedures zoals beschreven in de bedieningshandleiding in acht genomen te worden!
● Grotere modules dienen bij de vervanging zorgvuldig aan hefwerktuigen bevestigd en geborgd te worden, zodat deze modules geen risico vormen. Alleen geschikte en technisch onberispelijke hefwerktuigen en lastopnamemiddelen met voldoende draagvermogen gebruiken! Niet onder zwevende lasten verblijven of werken!
● Alleen ervaren personen met het aanslaan van lasten en het instrueren van kraanmachinisten belasten. De instructeur moet zich in het zichtbare bereik van de bediener ophouden of mondeling contact met de bediener hebben.
● Bij montagewerkzaamheden boven lichaamshoogte de hiervoor bestemde of andere veilige klimhulpen en werkplatforms gebruiken. De onderdelen van de machine niet als klimhulp gebruiken! Bij de uitvoering van onderhoudswerkzaamheden op grotere hoogte valbeveiligingen dragen!
● Tijdens de montagewerkzaamheden losgedraaide schroefverbindingen altijd weer vastdraaien.
● Als de demontage van veiligheidsinrichtingen tijdens de montage noodzakelijk is, dienen de veiligheidsinrichtingen direct na afsluiting van de werkzaamheden gecontroleerd te worden.
de lokale voorschriften uitgevoerd te worden.
● De voorschriften ter voorkoming van ongevallen dienen in acht genomen te worden.
3.5.3
Inbedrijfstelling
● De in- en uitschakelprocedures, het starten van de machine en de controle-indicaties in acht nemen!
● Vóór het inschakelen resp. in bedrijf stellen van de machine controleren of niemand gevaar loopt door de startende machine.
● Vóór de machine in bedrijf gesteld wordt, alle veiligheidsinrichtingen en andere veiligheidsmaatregelen op werking en volledigheid controleren. Aan alle machineonderdelen moet een controle op eventueel aanwezige vreemde onderdelen uitgevoerd worden.
● Vóór inbedrijfstelling moet steeds gecontroleerd worden of de werkingsstoffen aan de voorschriften van de fabrikant voldoen.
● In de gevarenzone mogen zich tijdens de inbedrijfstelling geen onbevoegde personen of voorwerpen bevinden.
OPGELET Ongeschikte bedrijfsstoffen! Zware materiële schade aan de machine ► De gassoorten en de verbrandingslucht moeten aan de voorschriften van de fabrikant volgens de montagehandleiding hoofdstuk 10.5 voldoen. 5848 074 NL 02/2013
● Bedrijf- en hulpstoffen op een veilige en milieuvriendelijke manier afvoeren.
10
ESS Energie Systeme & Service GmbH
Bedieningshandleiding VITOBLOC 200 EM-20/39
Veiligheid 3.6
Aanwijzingen bij bijzondere gevaren
3.6.1 Thermische gevaren
WAARSCHUWING De veiligheidsdrukbegrenzer kan bij storingen geactiveerd worden en heet koelwater lekken! Verbrandingsgevaar ► In geval van storingen bijzonder voorzichtig te werk gaan in dit bereik! ► De persoonlijke veiligheidsuitrusting (bijv. veiligheidshandschoenen, veiligheidsbril) dragen.
3.6.2
Straling
GEVAAR Elektromagnetische velden van de generator kunnen storingen aan actieve implantaten (bijv. bij pacemakers) veroorzaken! Collaps ► Verbodsborden in acht nemen. ► Gevarenzone niet betreden.
GEVAAR Elektromagnetische velden van de generator kunnen passieve implantaten van metaal verhitten! Zware inwendige verbrandingen ► Verbodsborden in acht nemen. ► Gevarenzone niet betreden.
VOORZICHTIG Buisleidingen en componenten kunnen tijdens bedrijf heet worden! verbrandingsgevaar! ► Persoonlijke veiligheidsuitrusting (bijv. veiligheidshandschoenen) dragen.
3.6.3
Gevaar door materialen en substanties
GEVAAR WAARSCHUWING Breukschade en lekkages door belasting! Spatgevaar door heet water of motorolie ► De persoonlijke veiligheidsuitrusting (bijv. veiligheidshandschoenen, veiligheidsbril) dragen.
Lekkages in het gas- en rookgassysteem kunnen tot ontsnappend gas leiden! Gevaar voor vergiftiging ► Geen open vuur. ► Bereik voldoende ventileren. ► In geval van ontsnappend gas de machine uitschakelen en de gevarenzone verlaten.
WAARSCHUWING
5848 074 NL 02/2013
Accu's bevatten zwavelzuur! Gevaar voor bijtende stoffen ► Contact met huid en ogen vermijden. ► De persoonlijke veiligheidsuitrusting (bijv. veiligheidshandschoenen, veiligheidsbril) dragen.
VITOBLOC 200 EM-20/39 Bedieningshandleiding
ESS Energie Systeme & Service GmbH 11
Veiligheid 3.6.4 Gevaren tijdens transport GEVAAR
3.6.5 Elektrische energie / uitrusting GEVAAR Spanningvoerende onderdelen! Bij aanraking overlijden door elektrische schok ► Werkzaamheden aan de machine mogen alleen door opgeleid en bevoegd vakpersoneel worden uitgevoerd. ► De in de machine aanwezige veiligheidsaanwijzingen moeten in acht worden genomen. ► Vóór elektrische werkzaamheden dient de machine stroomloos geschakeld te worden. ► Vijf veiligheidsregels volgens normenreeks DIN VDE 0105 moeten in acht genomen worden!
Zwevende lasten! Naar beneden vallende lasten kunnen tot overlijden of ernstig letsel leiden ► Nooit onder hangende lasten staan. ► Neem steeds het transportvoorschrift in acht.
WAARSCHUWING Gevaar voor wegglijden! Ernstig persoonlijk letsel door beknelling resp. materiële schade aan de machine en de omgeving van de machine ► Transportbeveiligingen gebruiken. ► De persoonlijke veiligheidsuitrusting (bijv. veiligheidshandschoenen, veiligheidsbril) dragen.
LET OP Ondeskundige uitvoering van montage- en reparatiewerkzaamheden! Ernstige materiële schade aan de machine en haar omgeving ► Onderhoud en reparaties alleen door bevoegd deskundig personeel laten uitvoeren. ► Alleen de door de fabrikant goedgekeurde originele onderdelen gebruiken. ► Kom steeds de veiligheids- en gevaaraanwijzingen na.
● De machine mag alleen met producten uitgerust worden die door de fabrikant goedgekeurd zijn.
● Alleen originele zekeringen met voorgeschreven stroomsterkte gebruiken! Bij storingen in de elektrische energievoorziening de machine meteen uitschakelen!
● Alle veiligheids- en gevaaraanwijzingen aan de elektrische uitrusting in acht nemen!
● Montagewerkzaamheden aan elektrische
● Werkzaamheden aan spanningvoerende onderdelen zijn principieel verboden!
12
ESS Energie Systeme & Service GmbH
Bedieningshandleiding VITOBLOC 200 EM-20/39
5848 074 NL 02/2013
uitrustingen of bedrijfsmiddelen mogen alleen door een elektricien of door geïnstrueerde personen onder de leiding en het toezicht van een elektricien volgens de elektrotechnische regels uitgevoerd worden.
Veiligheid 3.6.6 Gas, stof, stoom, rook WAARSCHUWING Stof en vuil! Beperkt zicht ► De machine voldoende afdekken. ► De schakelkasten afsluiten of afdekken. ► Bij las- en slijpwerkzaamheden de persoonlijke veiligheidsuitrusting (bijv. veiligheidshandschoenen, veiligheidsbril) dragen.
3.6.7 Oliën, vetten en andere chemische stoffen WAARSCHUWING Opgelet bij de omgang met oliën, vetten en andere chemische stoffen. Lichamelijk letsel of onherstelbare schade aan de gezondheid door verbranding, brandwonden of corrosie ► Veiligheidsvoorschriften in acht nemen. ► De persoonlijke veiligheidsuitrusting (bijv. veiligheidshandschoenen, veiligheidsbril) dragen.
5848 074 NL 02/2013
Bij het werken met oliën, vetten en andere chemische stoffen de voor het product geldende veiligheidsvoorschriften in acht nemen. De veiligheidsbladen van de fabrikant dienen door de gebruiker bezorgd en gereedgehouden te worden.
VITOBLOC 200 EM-20/39 Bedieningshandleiding
ESS Energie Systeme & Service GmbH 13
Veiligheid 4
Productbeschrijving
4.1
Overzicht
In de warmtekrachtmodule Vitobloc 200 EM-20/39 bevinden zich de volgende op een basisframe gemonteerde componenten:
● ● ● ● ● ●
Gasottomotor Gastoevoerunit Synchrone generator Smeeroliesysteem Gesloten koelcircuit met warmtekoppeling Rookgassysteem met warmtekoppeling in koelcircuit en isolatie
● Driewegkatalysator Aan de voorkant van de behuizing bevindt zich de schakelkast met bedieningseenheid en display.
2 6 8 7
5 1
2
4
4
3
1
9
7
6
10 3
5 Overzicht - aanzicht aansluitzijde 1 2 3 4 5 6 7
14
Gasaansluiting GAS Aansluiting verwarmingscircuitaanvoer HV Aansluiting verwarmingscircuitretour HR Luchtafvoeruitlaat (luchtafvoerventilator) AL Rookgasuitlaat AGA met meetaansluiting Condensuitlaat KO Aardingsaansluiting
ESS Energie Systeme & Service GmbH
Fig. 3
Overzicht - aanzicht bedieningszijde 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10
Schakelkast Bedienings- en indicatie-eenheid Schakelaar "keuze warmte" NOODSTOP-toets Kabelinvoeren Geluidswerend element boven Geluidswerend element zijkant Behuizing (demonteerbaar) Basisframe Opstellingspoten
Bedieningshandleiding VITOBLOC 200 EM-20/39
5848 074 NL 02/2013
Fig. 2
4.2
Behuizing
De behuizing van de EM-20/39 bestaat uit een frame met geluidswerende elementen voor de motor/generatorunit. De luchtafvoer aan de achterkant zorgt voor de ventilatie. Het aanzuigen van toevoerlucht vindt via de bodemkuip plaats. De gemiddelde frequentie van de geluidsisolatie van de kap bedraagt ca. 20 dB. Voor montagewerkzaamheden kunnen de geluidsbeschermingselementen afzonderlijk worden gedemonteerd.
4.3
4.4.2 Display-indicatie Op de LCD-display verschijnt na het inschakelen het basisscherm. In het basisscherm worden de actuele vermogens van de EM-20/39 weergegeven.
Schakelkast
De schakelkast bevindt zich aan de voorkant van het basisframe en bevat de elektrische componenten voor het bedrijf en de besturing van de EM-20/39.
4.4
Besturing
De besturing is in de schakelkast geïntegreerd. Via de besturing kunnen de programmering en de bediening van de EM-20/39 worden uitgevoerd.
4.4.1
Fig. 5
Basisscherm op display
4.4.3 Folietoetsenbord De besturing kan met het folietoetsenbord worden bediend.
Bedieningsveld en display
Het bedieningsveld en de display bestaan uit een LCD-display en een folietoetsenbord. De LCD-display geeft de meetwaarden en de bedrijfs- en storingsmeldingen weer. Het folietoetsenbord beschikt over functietoetsen voor het instellen van de gewenste waarden.
Fig. 6 Fig. 4
Storingsindicatielampje (brandt bij storing) Start-/stoptoets Bedrijfsindicatielampje (brandt na het inschakelen) Display-indicatie Folietoetsenbord
5848 074 NL 02/2013
1 2 3 4 5
Bedieningsveld en display
Toets
Functie
1
Terug naar basisscherm
2
Richtingstoets cursor naar boven
3
Richtingstoets cursor naar rechts
4
Bevestiging van de invoer
5
Richtingstoets cursor naar beneden
6
Oproepen van meldingen
7
Oproepen van het besturingsmenu
8
Richtingstoets cursor naar links
Tafel 1
VITOBLOC 200 EM-20/39 Bedieningshandleiding
Folietoetsenbord
Toetsenbord
ESS Energie Systeme & Service GmbH 15
4.5
Typeplaatje
Fig. 7
16
5848 074 NL 02/2013
Het typeplaatje bevindt zich op de installatie aan de aansluitkant van de warmtekrachtmodule.
Typeplaatje Vitobloc 200 EM-20/39
ESS Energie Systeme & Service GmbH
Bedieningshandleiding VITOBLOC 200 EM-20/39
Technische gegevens 5
Werking GEVAAR Lekkages in het rookgassysteem kunnen tot ontsnappend gas leiden! Levensgevaar door explosie of vergiftiging ► Geen open vuur, niet roken. ► Machine uitschakelen, ventilatie inschakelen. ► Gevarenzone verlaten. ► Onderhoud aanvragen.
(3) De START-toets (Fig. 8/4) indrukken. EM-20/39 start op in het automatische bedrijf. (4) De bedrijfswaarden worden geactualiseerd op de display weergegeven.
WAARSCHUWING Schade en letsel door foutieve bediening! Zware materiële schade aan de machine en de omgeving van de machine ► De veiligheidsaanwijzingen zoals genoemd in paragraaf 3 in acht nemen. Het bedrijf van de EM-20/39 dient schriftelijk gedocumenteerd te worden (bedrijfsdagboek – zie bijlage 8.1). Hiervoor het formulier in de bijlage kopiëren en correct invullen.
5.1
In- en uitschakelen
(1) Controleren of alle veiligheidsinrichtingen aanwezig en in orde zijn. De gaskraan moet geopend zijn. De gasdruk moet 20 - 50 mbar bedragen. (2) Van schakelaar "keuze verwarmingsbedrijf" aan het display (Fig. 8/1) toets AUTO indrukken. Op het bedienings- en indicatieveld branden het bedrijfsindicatielampje (Fig. 8/2) en de displayindicatie (Fig. 8/3).
3
4
1
5848 074 NL 02/2013
2
Fig. 9
Displayweergave automatisch bedrijf
Indicaties voor de bedrijfsmodus warmte: 1 2 3 4 5 6 7 8 9
Automatisch bedrijf aan Verwarmingsbedrijf aan Terugmelding NK schakelaar aan Terugmelding generatorrelais aan Actuele werkingsgegevens Actuele tijd Actuele datum Aantal starts Som van de bedrijfsuren
(5) Visuele controle op lekkages uitvoeren.
WAARSCHUWING Lekkages en breukschade kunnen tot ontsnappende olie en waterdamp leiden! Ernstig letsel door verbranding of brandwonden ► Veiligheidsvoorschriften in acht nemen. ► De persoonlijke veiligheidsuitrusting (bijv. veiligheidshandschoenen, veiligheidsbril) dragen. (6) Voor het stopzetten van het bedrijf de stoptoets (Fig. 8/4) indrukken. (7) Schakelaar "keuze verwarmingsbedrijf" (Fig. 8/1) op de stand 0 draaien. (8) De gaskraan sluiten.
Fig. 8
Inschakelen
VITOBLOC 200 EM-20/39 Bedieningshandleiding
ESS Energie Systeme & Service GmbH 17
Werking 5.2
Bedrijf optimaliseren
● Storingen of volgschade vanwege niet toegestane
Functies van het folietoetsenbord
bedrijfsomstandigheden worden noch door de garantie noch door een servicecontract gedekt.
● De uitschakeling onder volledige belasting voorkomen, aangezien de onderdelen aan zeer hoge mechanische belastingen worden blootgesteld.
● Taktend aan/uit-bedrijf voorkomen, indien nodig een buffer installeren. De verhouding tussen de bedrijfsuren en het aantal starts moet groter zijn dan 2, d.w.z. per start minimaal twee uur bedrijf. Hoe groter de verhouding tussen bedrijfsuren en starts, hoe beter.
● Een optionele calorimeter in de retourverhoging installeren om de opgewekte warmtehoeveelheid te bepalen.
● Regelmatig onderhoud en verzorging door gekwalificeerd personeel laten uitvoeren. Hierbij de onderhoudsvoorschriften van de fabrikant in acht nemen. Wij adviseren het afsluiten van een onderhoudscontract.
● Bij langere bedrijfspauzes en bij het stilleggen van de warmtekrachtmodule moeten de accu's door het vakpersoneel van de fabrikant worden losgekoppeld. Bij stilstandtijden van meer dan 24 weken dient de warmtekrachtmodule door het vakpersoneel van de fabrikant geconserveerd te worden.
Fig. 10 1 2 3 4 5
18
Toets 1:
Terug-toets Na indrukken van deze toets gaat men altijd naar de vorige indicatie terug.
Toets 2:
Richtingstoets OMHOOG Om de cursor in een menu naar boven te bewegen.
Toets 3:
Richtingstoets RECHTS Om de cursor in een menu naar rechts te bewegen.
Toets 4:
OK-toets Voor het bevestigen van invoer.
Toets 5:
Richtingstoets OMLAAG Om de cursor in een menu naar onderen te bewegen.
Toets 6:
Meldingstoets Geeft na het indrukken geprotocolleerde storingen weer.
Toets 7:
Menutoets Geeft na het indrukken het telkens volgende submenu van de net weergegeven indicatie weer.
Toets 8:
Richtingstoets LINKS Om de cursor in een menu naar links te bewegen.
Functies van de besturing
5.3.1 Bedieningsveld en display op de schakelkast
Bedieningsveld en display Storingsindicatielampje (brandt bij storing) Start-/stoptoets Bedrijfsindicatielampje (brandt na het inschakelen) Display-indicatie geeft basisscherm weer bij het inschakelen, zie Fig. 9 Folietoetsenbord, zie Fig. 11
ESS Energie Systeme & Service GmbH
Folietoetsenbord
5848 074 NL 02/2013
5.3
Fig. 11
Bedieningshandleiding VITOBLOC 200 EM-20/39
Werking 5.3.2
Overzicht van de besturingsniveaus
Fig. 12
Besturingsniveaus
5848 074 NL 02/2013
Het basisscherm als startscherm is het besturingsniveau 1. Alle andere besturingsniveaus bouwen voort op het basisscherm. Het telkens volgende niveau wordt door het opnieuw indrukken van de menutoets (Fig. 11/7) weergegeven. Door het indrukken van de toets "Terug" (Fig. 11/1) kan naar het vorige menu worden teruggebladerd.
VITOBLOC 200 EM-20/39 Bedieningshandleiding
ESS Energie Systeme & Service GmbH 19
Werking 5.3.3 Basisscherm (niveau 1)
5.3.4 Menuscherm (niveau 2)
Het basisscherm van de besturing geeft na het inschakelen de actuele bedrijfsstatus weer. Het basisscherm vormt niveau 1 van de besturing.
Dit menuscherm vormt niveau 2 van de besturing en wordt na het indrukken van de toets "Menu" (Fig. 11/7) weergegeven. De gegevens in het weergavebereik kunnen met de richtingstoetsen (Fig. 11) geselecteerd worden.
Fig. 14 Fig. 13 1 2 3
5 6 7
Weergave van de werkingsmodus: Automatisch/uit Weergave van de modus: Warmte/stroom/uit Terugmelding NK schakelaar: 1 = aan / 0 = uit Terugmelding generatorrelais: 1 = aan / 0 = uit Indicatiebereik met actuele bedrijfsgegevens Indicatie van de tijd: Uren: Minuten : Seconden Indicatie van de datum: Dag: Maand : Jaar : Naam van de dag Indicatie van de uitgevoerde starts van de installatie Indicatie van de bedrijfsuren van de installatie: Uren: Minuten
Als het menuscherm verschijnt, is het venster "Modulwerte" (modulewaarden) reeds gemarkeerd voor selectie. De overige menupunten kunnen met de richtingstoetsen "Omhoog"/"Omlaag" worden geselecteerd. De menupunten Instellingen en Service zijn bestemd voor de onderhoudsdienst en kunnen alleen door de invoer van een wachtwoord worden geactiveerd.
5848 074 NL 02/2013
8 9
Basisscherm (niveau 1)
Menuscherm (niveau 2)
20
ESS Energie Systeme & Service GmbH
Bedieningshandleiding VITOBLOC 200 EM-20/39
Werking 5.3.5 Modulewaarden oproepen (niveau 3) (1) "Modulewaarden" in het menuscherm (Fig. 14) markeren. (2) De keuze met de toets "OK" bevestigen. Het menuscherm "Modulwerte" (modulewaarden) wordt geopend.
De volgende waarden worden bij in het nevenstaande voorbeeld weergegeven: Waarden Gas A (gas A): Lambdasonde 0,98 (lambdasonde): Abgastemp. A 486 °C (rookgastemp.): Accu 26,3 V: Vermogen 4,9 kW: Toerental 1.500 n: Oliedruk 4,6 bar: Kühlwasser 81,9 °C (koelwater): Retour 65,1 °C:
Fig. 15 Menuscherm "Modulwerte" (modulewaarden) (niveau 3)
De in dit scherm weergegeven waarden zijn slechts voorbeeldwaarden en zijn niet de werkelijke bedrijfsgegevens.
Aanvoer 77,5 °C: Motorolie *,* °C: Schallhaube 27,9 °C (geluiddempende kap): Reserve *,* °C: NL1 230 V: NL2 231 V: NL3 231 V: 50,01 Hz: GL1 230 V: GL2 230 V: GL3 231 V: 50,01 Hz: I1 7,3 A: I2 7,5 A: I3 7,5 A:
5848 074 NL 02/2013
CosP 0,99 I:
Beschrijving Gekozen gassoort, standaard A Gemeten lambdawaarde bij de lambdasonde. Gemeten na driewegkatalysator. Gemeten spanning van de besturing. Actueel opgewekt vermogen. Gemeten toerental van de motor in omw./min. Gemeten druk in het circuit van de motorolie. Gemeten temperatuur in het koelwatercircuit van de motor. Gemeten retourtemperatuur, verwarmingswaterinlaat. Gemeten aanvoertemperatuur, verwarmingswateruitlaat. Optioneel. Gemeten temperatuur in de geluiddempende kap. Reserve-ingang voor de temperatuurmeting. Meetspanning elektriciteitsnet. Meetspanning elektriciteitsnet. Meetspanning elektriciteitsnet. Netfrequentie. Meetspanning generator. Meetspanning generator. Meetspanning generator. Frequentie generator. Meetstroom generator. Meetstroom generator. Meetstroom generator. Weergave vermogensfactor cos phi. "I" staat voor inductief, "k" voor capacitief.
(3) De toets "Terug" (Fig. 11/1) indrukken om het venster te sluiten en naar het menuscherm van niveau 2 terug te keren.
VITOBLOC 200 EM-20/39 Bedieningshandleiding
ESS Energie Systeme & Service GmbH 21
Werking 5.3.6 Informatiewaarden oproepen (niveau 3) (1) "Info" in het menuscherm (Fig. 14) markeren. (2) De keuze met de toets "OK" bevestigen. Het menuscherm "Info" (informatie) wordt geopend.
Fig. 16
Menuscherm "Info" (informatie)
Als het menuscherm verschijnt, is het venster "Version" (versie) reeds gemarkeerd voor selectie.
De in dit scherm weergegeven waarden zijn slechts voorbeeldwaarden en zijn niet de werkelijke bedrijfsgegevens. De volgende waarden van de installatie worden weergegeven: •
Modulenummer 0000000008: Doorlopend modulenummer
•
Programm (programma): softwareversie van de pc van de besturing
•
Netzschutz (netbeveiliging): softwareversie van de netbeveiliging
•
CAN BusAdr: Intern CAN-busadres
• CPU 38,5 °C: procestemperatuur (4) Met de toets "Terug" (Fig. 11/1) naar het menuscherm "Info" (Fig. 16) omschakelen. (5) Het venster "MinMax" selecteren en met de toets "OK" bevestigen. Het menuscherm "MinMax" (niveau 4) wordt geopend.
De overige menupunten kunnen met de richtingstoetsen "Omhoog" en "Omlaag" worden geselecteerd. (3) De keuze "Version" (versie) met de toets "OK" bevestigen. Het menuscherm "Version" (versie, niveau 4) wordt geopend.
Fig. 18
Menuscherm "MinMax"
In dit menuscherm worden alle analoge waarden als werkelijke waarde met minimaal en maximaal waardegeheugen weergegeven. De "MinMax"waarden worden continu geprotocolleerd. Deze waarden kunnen door het gelijktijdig indrukken van de richtingstoetsen "Links" en "Rechts" naar nul worden teruggezet. Menuscherm "Version" (versie)
(6) Met de toets "Terug" (Fig. 11/1) naar het menuscherm "Info" (Fig. 16) omschakelen.
5848 074 NL 02/2013
Fig. 17
22
ESS Energie Systeme & Service GmbH
Bedieningshandleiding VITOBLOC 200 EM-20/39
Werking Het venster "Archiv" (archief) selecteren en met de toets "OK" bevestigen. Het menuscherm "Archiv" (archief, niveau 4) wordt geopend.
(8) Het venster "Wartung" (onderhoud) selecteren en met de toets "OK" bevestigen. Het menuvenster "Onderhoud" (niveau 4) verschijnt.
Fig. 19
Fig. 20
Menuscherm "Archiv" (archief)
In dit menuscherm worden alle bedrijfs- en foutmeldingen weergegeven. Iedere melding wordt met datum, tijd, foutcategorie en meldingstekst weergegeven. De numerieke waarde van de foutcategorie heeft de volgende betekenis: 0 = melding 1 = waarschuwing 2 = vermogensreductie 3 = softstop 4 = snelle stop (7) Met de toets "Terug" (Fig. 11/1) naar het menuscherm "Info" (Fig. 16) omschakelen.
Menuscherm "Wartung" (onderhoud)
De volgende gegevens kunnen worden afgelezen: Onderhoudsinterval: voorgeschreven periode/bedrijfsuren tussen de onderhoudsbeurten. Moduleblokkering: overschrijding van het aantal bedrijfsuren waarbij de installatie automatisch uitgeschakeld en geblokkeerd wordt. Voorwaarschuwing: periode van 100 uur met waarschuwing vóór het noodzakelijke onderhoud. Volgend onderhoud: werkelijk aantal bedrijfsuren tot het volgende onderhoud. De instellingen kunnen alleen door het servicepersoneel worden gewijzigd.
5848 074 NL 02/2013
(9) Met de toets "Terug" (Fig. 11/1) het menu "Info" verlaten.
VITOBLOC 200 EM-20/39 Bedieningshandleiding
ESS Energie Systeme & Service GmbH 23
Werking 5.3.7 Regelaarwaarden oproepen (niveau 3) (1) "Regelaar" in het menuscherm (Fig. 13) markeren. (2) De keuze met de toets "OK" bevestigen. Het menuscherm "Regler" (regelaar) wordt geopend.
In dit menuscherm worden de werkelijke en de gewenste waarden van de temperatuurregelaar weergegeven. De gewenste waarde kan na het selecteren met de richtingstoetsen worden gewijzigd. De nieuwe instelling met de toets "OK" bevestigen. (4) Met de toets "Terug" (Fig. 11/1) naar het menuscherm "Regler" (Fig. 21) omschakelen. (5) Het venster "Lüfter" (ventilator) selecteren en met de toets "OK" bevestigen. Het menuscherm "Lüfter-Einstellungen" (instellingen ventilator, niveau 4) wordt geopend.
Fig. 21
Menuscherm "Regler" (regelaar, niveau 3)
Als het menuscherm verschijnt, is het venster "Regler" (regelaar) reeds gemarkeerd voor selectie. (3) De keuze "Regler" (regelaar) met de toets "OK" bevestigen. Het menuscherm "Regler-Einstellungen" (instellingen regelaar, niveau 4) wordt geopend. Fig. 23 Menuscherm "Lüfter-Einstellungen" (instellingen ventilator)
In dit menuscherm worden de bedrijfsgegevens voor de ventilatorschakeling weergegeven. De schakeltijden en de schakeltemperaturen kunnen na het selecteren met de richtingstoetsen worden gewijzigd. De nieuwe instellingen met de toets "OK" bevestigen. (6) Met de toets "Terug" (Fig. 11/1) het menu "Regelaar" verlaten.
5848 074 NL 02/2013
Fig. 22 Menuscherm "Regler-Einstellungen" (instellingen regelaar)
24
ESS Energie Systeme & Service GmbH
Bedieningshandleiding VITOBLOC 200 EM-20/39
Werking 5.3.8 Vrijgavewaarden oproepen (niveau 3) (1) "Vrijgave" in het menuvenster (Fig. 13) markeren. (2) De keuze met de toets "OK" bevestigen. Het menuscherm "Freigabe" (vrijgave) wordt geopend.
In dit menuscherm worden de instellingen voor de vrijgave weergegeven. De waarden kunnen na het selecteren met de richtingstoetsen worden gewijzigd. De nieuwe instellingen met de toets "OK" bevestigen. (4) In het menuscherm "Freigabe" (vrijgave) het venster "Schaltuhr" (schakelklok) selecteren en met de toets "OK" bevestigen. Het menuvenster "Schakelklok" (niveau 4) verschijnt.
Fig. 24
Menuscherm "Freigabe" (vrijgave, niveau 3)
Als het menuscherm verschijnt, is het venster "Freigabe" (vrijgave) reeds gemarkeerd voor selectie. (3) De keuze "Freigabe" (vrijgave) met de toets "OK" bevestigen. Het menuscherm "Freigabe-Einstellungen" (instellingen vrijgave, niveau 4) wordt geopend.
Fig. 26
Menuscherm "Schaltuhr" (schakelklok, niveau 4)
In dit menuscherm worden de vooraf ingestelde bedrijfstijden in de bedrijfsmodus "Wärme" (warmte) weergegeven. In (Fig. 26) worden de waarden in de toestand bij levering weergegeven. De waarden kunnen met de richtingstoetsen "Links" en "Rechts" gewijzigd en vervolgens met de toets "OK" bevestigd worden. Hieronder worden instelvoorbeelden voor continu bedrijf en voor wisselbedrijf met een legionellaschakeling voor desinfectie weergegeven.
5848 074 NL 02/2013
Fig. 25 Menuscherm "Freigabe-Einstellungen" (instellingen vrijgave, niveau 4)
VITOBLOC 200 EM-20/39 Bedieningshandleiding
ESS Energie Systeme & Service GmbH 25
Werking Instelvoorbeeld voor continu bedrijf Bedrijf dagelijks van 08h tot 18h: ACT
AAN
UIT
Ma
Di
Wo
Do
Vr
Za
Zo
A=0
0:01
0:01
1
1
1
1
1
0
0
B=1
8:00
18:00
0
0
0
0
0
1
1
C=0
0:00
0:00
1
1
1
1
1
1
1
D=0
0:00
0:00
1
1
1
1
1
1
1
Ma
Di
Wo
Do
Vr
Za
Zo
Instelvoorbeeld voor tijdelijk wisselbedrijf Bedrijf dagelijks m.u.v. dinsdag 20h tot woensdag 08h (legionellaschakeling voor desinfectie) ACT
AAN
UIT
A=0
0:01
0:01
1
0
0
1
1
1
1
B=0
0:01
20:00
0
1
0
0
0
0
0
C=1
8:00
0:01
0
0
1
0
0
0
0
D=0
0:00
0:00
1
1
1
1
1
1
1
Zodra bij AAN/UIT een tijd is ingesteld, is dit schakelpunt actief op de dagen waarvoor een "1" ingevoerd is.
● Op maandag en van donderdag tot zondag is de installatie van middernacht tot middernacht ingeschakeld.
● Op dinsdag draait de installatie van middernacht tot 20 uur.
● Op woensdag draait de installatie van 08 uur tot
5848 074 NL 02/2013
middernacht. Hierdoor is de installatie van dinsdagavond 20 uur tot woensdagochtend 08 uur uitgeschakeld, en voert de ketel een legionellaschakeling voor desinfectie uit, zonder de installatie door de hoge temperatuur te storen.
26
ESS Energie Systeme & Service GmbH
Bedieningshandleiding VITOBLOC 200 EM-20/39
Werking 5.4
Bediening in geval van nood
5.4.1 Noodstop
5.4.2 Gedrag bij ontsnappend gas
● In geval van nood de noodstopknop op de schakelkast indrukken. Hierdoor wordt de motor uitgeschakeld, terwijl de pompen en de ventilator ingeschakeld blijven om de opgestuwde warmte af te voeren. Als de noodstopknop wordt ingedrukt, wordt deze gelijktijdig vergrendeld en is de warmtekrachtmodule tegen onbevoegde inbedrijfstelling beveiligd. De noodstopknop kan alleen door een gekwalificeerde persoon en door middel van een sleutel worden ontgrendeld.
● Automatische stop: wordt door een storing van de machine geactiveerd. De motor wordt uitgeschakeld, de pompen en de ventilator blijven ingeschakeld.
● De gasafsluitkraan aan de gastoevoer in de bedrijfsruimte indien mogelijk sluiten.
GEVAAR Ontsnappend gas door lekkage in het rookgassysteem! Levensgevaar door explosie of vergiftiging ► Geen open vuur. Niet roken. ► Vonkvorming vermijden (geen elektrische schakelaars, stekkers of telefoons en bellen gebruiken).
● Hoofdafsluitinrichting van de gastoevoer sluiten. ● Deuren openen. ● Gevarenzone verlaten en personen in de omgeving waarschuwen.
● Vakbedrijf buiten de gevarenzone bellen. ● Bij andere gevaren de hoofdafsluitinrichting van de gastoevoer sluiten en de installatie stroomloos schakelen (noodstop bedienen).
● Storingen overeenkomstig de aanwijzingen in paragraaf 5.5 verhelpen.
● Het buiten bedrijf stellen, overbruggen of verwijderen van veiligheidsinrichtingen is verboden!
5.4.3 Gedrag in geval van brand 1
GEVAAR Brand- en rookontwikkeling in het bereik van de machine! Overlijden of onherstelbare schade aan de gezondheid door verbranding of verstikking ► Kalm blijven en eerste hulp aan verongelukte personen verlenen. ► De omgeving van de brandhaard verlaten en personen in de omgeving waarschuwen. ► Brandweer alarmeren.
Brandblusvoorzieningen Fig. 27 1
NOODSTOP-knop op de schakelkast NOODSTOP-knop
● CO2-blusser, geen water gebruiken vanwege mogelijk aanwezige spanningvoerende onderdelen.
● De thermische afsluitinrichting sluit de 5848 074 NL 02/2013
gastoevoer naar de EM-20/39 in geval van brand bij temperaturen hoger dan 100 °C.
● De gasafsluitkraan altijd handmatig sluiten.
VITOBLOC 200 EM-20/39 Bedieningshandleiding
ESS Energie Systeme & Service GmbH 27
Werking 5.4.4 Gedrag bij mogelijke lekkages GEVAAR Door lekkages in het rookgassysteem kunnen olie, waterdamp en gassen ontsnappen! Levensgevaar door verbranding en vergiftiging ► Geen open vuur. Niet roken. ► Bereik voldoende ventileren.
● De gasafsluitkraan in geval van ontsnappend gas sluiten.
● De machine uitschakelen. ● De gevarenzone verlaten. ● De persoonlijke veiligheidsuitrusting (bijv. veiligheidshandschoenen, veiligheidsbril) dragen.
5.5
Storingen en verhelpen van storingen
Bij een bedrijfsstoring gaat het storingsindicatielampje (Fig. 28/1) op het bedieningsveld en de display branden. (1) De toets "Melding" (Fig. 11/6) indrukken – de geprotocolleerde storingen worden weergegeven, zie Fig. 29. (2) De storing verhelpen en vervolgens met de toets "OK" (Fig. 11/6) bevestigen. (3) Als de noodstopknop werd ingedrukt, de knop met de bijbehorende sleutel voor de schakelaar ontgrendelen. (4) Het bedrijf door het indrukken van de toets "Start" (Fig. 28/2) weer hervatten. (5) Als de storing niet verholpen/bevestigd kan worden, dient contact met de servicepartner opgenomen te worden.
● Servicepartner inschakelen.
WAARSCHUWING Door lekkages en breukschade kunnen olie, waterdamp en zuren ontsnappen! Ernstig lichamelijk letsel door verbranding, brandwonden of corrosie. ► Veiligheidsvoorschriften in acht nemen. ► De persoonlijke veiligheidsuitrusting (bijv. veiligheidshandschoenen, veiligheidsbril) dragen.
Fig. 28
Storingsindicatielampje
Fig. 29
Weergave van geprotocolleerde storingen
Stoffen die met de EM-20/39 worden gebruikt:
5848 074 NL 02/2013
● Motorkoelcircuit: ca. 30% glycol-watermengsel. ● Accu's: accuzuur. ● Olietank en motor: smeerolie.
28
ESS Energie Systeme & Service GmbH
Bedieningshandleiding VITOBLOC 200 EM-20/39
Werking 6
Aanwijzingen voor onderhoud en reparatie
De onderhouds- en reparatiewerkzaamheden worden principieel door gemachtigd servicepersoneel volgens de onderhoudslijst van de fabrikant uitgevoerd. De onderhoudslijst wordt als bindend bewijsdocument beschouwd en moet als origineel bij de gebruiker bewaard worden.
OPGELET
5848 074 NL 02/2013
Veronachtzaming van de intervallen voor onderhoud en reparatie! Zware materiële schade aan de machine en de omgeving! ► De voorschriften en aanwijzingen met betrekking tot onderhoud en reparatie in acht nemen.
VITOBLOC 200 EM-20/39 Bedieningshandleiding
ESS Energie Systeme & Service GmbH 29
Werking 7
Buitenbedrijfstelling en stillegging
7.1
Tijdelijke stillegging
Als voorwaarde voor de garantieverlening moet de gebruiker de EM-20/39 een tijdelijke stillegging door middel van conserveringsmaatregelen beschermen.
● Afhankelijk van de opstellingsvoorwaarden ter
plaatse is een volledige afdekking noodzakelijk. Deze afdekking moet bij tussentijdse inspecties probleemloos verwijderd kunnen worden.
● De olietank aftappen en de olie afvoeren. Als de
datum van buitenbedrijfstelling reeds vroegtijdig bekend is, bestaat de mogelijkheid om de olievoorraad zodanig te bepalen dat het oliepeil op het tijdstip van stillegging vrijwel nul is.
7.1.1 Stillegging gedurende een periode van maximaal 6 maanden Bij een stillegging gedurende een periode van maximaal 6 maanden zijn de volgende conserveringsmaatregelen noodzakelijk:
● Controle van de
corrosiebescherming/vorstbeschermingsconcentra tie, indien nodig aanpassen voor een temperatuur van -20 °C.
● Controle van de koelwaterdruk, indien nodig instellen op 1,3 bar.
● Verversing van de motorolie door dezelfde
hoeveelheid conserveringsolie en vervanging van de filters.
● Meermaals doordraaien van de motor met behulp van de starter.
● Demontage van de bougies en conservering van de cilinderkamers met conserveringsspray; de bougies vervolgens weer monteren.
● Sluiten van de aanzuigopeningen en de
luchtfilterkasten alsook van alle luchttoevoer- en luchtafvoeropeningen.
Maatregelen tijdens de stillegging:
● Om de zes maanden een visuele controle op lekkages uitvoeren.
● Aanvullend moet de motor met behulp van de
starter meerdere keren worden doorgedraaid. Hiervoor moeten de startaccu's van tevoren worden gemonteerd, en moeten de afsluitingen van de desbetreffende openingen worden verwijderd. Na de conservering van de cilinderkamers dient de module weer in de oorspronkelijke toestand gebracht te worden. Een blijvende en storingsvrije werking kan door het in acht nemen van de conserveringsmaatregelen niet gegarandeerd worden! Bij hergebruik dient een volledige inbedrijfstelling uitgevoerd te worden. Dit geldt met name als de warmtekrachtmodule van het gebouw losgekoppeld is en/of omvangrijke modificaties aan de periferie uitgevoerd zijn. Aanvullend verdient bemand proefdraaien gedurende meerdere uren aanbeveling.
● Sluiten van de rookgasleidingen en de condensaatleiding.
● Sluiten van de gastoevoer met de kogelkraan van de gasstraat.
7.1.2 Stillegging gedurende een periode van meer dan 6 maanden Bij de stillegging resp. de volledige loskoppeling van de EM-20/39 van het gebouw dienen aanvullend de volgende maatregelen genomen te worden:
● Interne gegevens van de besturing printen. ● Demontage van de interne startaccu's en opslag van de accu's op een geschikte locatie met aansluiting op een acculaadtoestel met onderhoudsfunctie.
OPGELET
7.2
Definitieve stillegging
● De warmtekrachtmodule moet vóór aanvang van de demontage door een vakman elektrisch vrijgeschakeld worden. De verbindingen met het spanningvoerende elektriciteitsnet moeten volledig mechanisch worden losgekoppeld.
● De leidingen van het verwarmings- en koelwater drukloos maken.
● Verwarmingswater, glycolhoudend koelwater en de startaccu's bij een koude en staande motor aftappen en afvoeren.
● De veiligheidaanwijzingen met betrekking tot het
werken met de hierboven genoemde stoffen en de geldende voorschriften inzake de afvoer in acht nemen.
● Voor het heffen van de warmtekrachtmodule alle
● Controleren of de bedrijfsruimte tijdens de
buizen en kabels verwijderen.
● De EM-20/39 met een vorkheftruck op een pallet plaatsen en met spanriemen borgen.
Afvoer Oude accu's bij een inzamelpunt inleveren. Bij het transport dienen de transportbepalingen (GGVS) in acht genomen te worden. Oude accu's nooit via het huisvuil afvoeren!
stillegging permanent vorstvrij en vrij van luchtstromingen is.
30
ESS Energie Systeme & Service GmbH
Bedieningshandleiding VITOBLOC 200 EM-20/39
5848 074 NL 02/2013
Opslag van de accu's! Gevaar voor bevriezing ► De accu's tegen direct daglicht beschermen. ► De accu's vorstvrij opslaan. ► Als de accu's in de installatie gemonteerd blijven, de minklem verwijderen.
Werking 8 Bijlage 8.1
Formulier bedrijfsdagboek
De ingevulde formulieren dienen bewaard te worden! Op aanvraag zijn bij ESS (tel. +49 (0) 8191/927960) bedrijfsdagboeken voor telkens 1 jaar (52 weektabellen) verkrijgbaar.
Kenwoord van de installatie Type module Fabricagenummer Adres van de installatie Tel.:
Dagelijkse controles Datum Bedrijfsuren
Bh
Bh
Bh
Bh
Bh
Bh
Bh
Vermogen ( elektrisch )
kW
kW
kW
kW
kW
kW
kW
Spanning lambdasonde
mV
mV
mV
mV
mV
mV
mV
Oliedruk
bar
bar
bar
bar
bar
bar
bar
Rookgastemperatuur
°C
°C
°C
°C
°C
°C
°C
Temperatuur koelwater
°C
°C
°C
°C
°C
°C
°C
CV-watertemperatuur voor module
°C
°C
°C
°C
°C
°C
°C
CV-watertemperatuur na module
°C
°C
°C
°C
°C
°C
°C
Starts ( som )
Onregelmatigheden, lekkages, overige
Wekelijkse controles
5848 074 NL 02/2013
Controle oliepeil met oliepeilstok Koelwaterdruk Aanzuiglucht module
VITOBLOC 200 EM-20/39 Bedieningshandleiding
min/max bar °C
ESS Energie Systeme & Service GmbH 31
Werking
ESS Energie Systeme & Service GmbH Celsiusstraße 9 D-86899 Landsberg am Lech Telefoon: 08191 / 9279-0 Fax: 08191 / 9279-23
[email protected] www.ess-landsberg.de
32
ESS Energie Systeme & Service GmbH
Bedieningshandleiding VITOBLOC 200 EM-20/39
5848 074 NL 02/2013
Technische wijzigingen voorbehouden!