--_ ., , , , , -~_~~~~~~~-~~~~~~~~~.__~
pag.
9
ARTIKEL 1 BEGRIPSOMSCHRIJVINGEN In deze voorwaarden wordt verstaan onder: 1.1 Polis Het polisblad, de algemene verzekeringsvoorwaarden, de van toepassing verklaarde bijzondere voorwaarden, de van toepassing verklaarde clausules en aanhangsels. 1.2 Maatschappij Nieuwe Hollandse Lloyd Schadeverzekeringmaatschappij N.V. gevestigd Polanerbaan 11 te Woerden (Nederland). 1.3 Verzekeringnemer De natuurlijke persoon die als zodanig in de polis is vermeld. 1.4 Verzekerde Verzekeringnemer en degenen met wie hij/zij in duurzaam gezinsverband samenwoont. 1.5 Inboedel Onder inboedel wordt verstaan: 1.51 .l alle roerende zaken waarvan verzekerde bezitter is en die behoren tot de particuliere huishouding van verzekerde met inbegrip van bromen snorfietsen, antennes, zonweringen, beveiligingsinstallaties en beveiligingsverlichting; 1.5.1.2 elke andere zaak behorende tot de particuliere huishouding van verzekerde en mits die geen deel uitmaakt van het gebouw, maar die daaraan zodanig is verbonden dat zij van het gebouw kan worden afgescheiden zonder dat beschadiging van betekenis wordt toegebracht aan het gebouw of aan die andere zaak. 1.52 Onder inboedel wordt niet verstaan: - geld en geldswaardig papier; - onbewerkte edele metalen en ongezette edelstenen; - aanhangwagens, caravans, kampeerwagens, vaartuigen, motorrijtuigen, alsmede onderdelen en accessoires daarvan, behoudens brom- en snorfietsen; - levende have; - zaken bestemd voor handels- en beroepsdoeleinden. In artikel 6 is voor deze zaken een afzonderlijke dekking opgenomen. 15.3 Huurdersbelang: elke zaak die zodanig met het gebouw is verbonden dat zij daarvan niet kan worden afgescheiden zonder dat beschadiging van betekenis wordt toegebracht aan het gebouw of aan die zaak, mits de eigenaar van de inboedel aannemelijk maakt dat die zaak: - na ingang van de huurovereenkomst voor eigen rekening is aangebracht, of - tegen betaling is overgenomen van de vorige bewoner, en in geval van schade niet door de eigenaar van het gebouw dan wel diens verzekeraar zal worden hersteld enlof vergoed. Onder huurdersbelang valt tevens de buiten op het terrein van de woning duurzaam geplaatste bouwsels, zoals schuren en schuttingen, dienende tot privé-gebruik. 2
15.4
1.6
1.7
1.8
1.9
1.10
1.11
Alleen indien de in artikel 1.5.1.2 en 1.5.3 bedoelde ‘andere zaak’ en 1.5.3 bedoelde ‘zaak’ zonder gebruik van enig gereedschap dan wel uitsluitend door verwijdering van schroeven enlof moeren van het gebouw kan worden losgemaakt, is er sprake van ‘afscheiden zonder beschadiging van betekenis’. Zachte vloerbedekking (zogenaamd vast tapijt met jute of foam rug) zal echter - ongeacht de bevestiging - steeds gerekend worden tot de inboedel. Audiovisuele- en computerapparatuur Alle beeld-, geluids-, ontvangst- en zendapparatuur, zoals radio’s, platen-, compact disk (interactief)- en beeldplaatspelers, televisietoestellen, videocamera’s, band-, cassette- en videorecorders, alsmede alle soorten computerapparatuur, zoals personal-, micro- en spelcomputers. Dit alles met inbegrip van de daarbij gebruikelijke randapparatuur en overige hulpmiddelen zoals (beeld)platen, compact disks, banden, cassettes, floppy’s, boxen, monitoren, schijf- en afdrukeenheden. Lijfsieraden Sieraden, inclusief horloges, die zijn bestemd om op of aan het lichaam te worden gedragen en die geheel of ten dele bestaan uit (edel)metaal, gesteente, mineraal, ivoor, (bloed)koraal of andere dergelijke stoffen, alsmede parels. Onder lijfsieraden niet te verstaan: vulpennen, aanstekers, brillen en dergelijke. Geld en geldswaardig papier Onder geld te verstaan: het door een nationale overheid als wettig betaalmiddel in omloop gebrachte geld in munten en bankbiljetten. Onder geldswaardig papier te verstaan: alle papier waaraan in het maatschappelijk verkeer een zekere geldswaarde wordt toegekend, met inbegrip van (kas)cheques, betaalkaarten, betaalpassen, chipknips, chippers en creditcards. Woning Het in de polis onder risicoadres genoemde gebouw (ook wel opstal genoemd) of gedeelte van dat gebouw, dat door verzekerde wordt gebruikt en de daarbij behorende en bij verzekerde in gebruik zijnde privé bergruimten en bijgebouwen. Bereddingskosten De kosten gemaakt door verzekerde bij of direct na een verzekerde gebeurtenis om schade aan de verzekerde inboedel door die gebeurtenis te voorkomen of verminderen. Salvagekosten De kosten die door of namens de Stichting Salvage tijdens of direct na een brand worden gemaakt, en bij de maatschappij in rekening worden gebracht, voor het bieden van hulpverlening en het treffen van de eerste en meest noodzakelijke maatregelen om schade te beperken.
1.12
1.13
1.14
1.15
1.16
1.17
Opruimingskosten Hieronder worden uitsluitend verstaan de niet reeds in de schadetaxatie begrepen kosten van afbreken, wegruimen en afvoeren van de verzekerde zaken voor zover deze afbraak of wegruiming het noodzakelijk gevolg is van een verzekerde gebeurtenis. Schade Materiële schade aan een stoffelijke zaak, waarbij sprake is van vernietiging of een blijvende aantasting van de zaak. Nieuwwaarde Het bedrag dat nodig is om nieuwe zaken van dezelfde soort en kwaliteit aan te schaffen. Dagwaarde De nieuwwaarde onder aftrek van een bedrag wegens waardevermindering door veroudering of slijtage. Braak Aantoonbare sporen van het met geweld verbreken van een afsluiting met het doel zich wederrechtelijk toegang te verschaffen. Gebeurtenis Een voorval of een reeks met elkaar verband houdende voorvallen, welke dezelfde schadeoorzaak hebben.
ARTIKEL 2 OMVANG VAN DE VERZEKERING 2.1
2.2
2.3
2.4
Verzekerd is de in de polis genoemde en in de woning aanwezige inboedel, alsmede de huurderbelangen als verzekerde huurder is van de woning, van verzekerde tegen plotseling ontstane schade aan de verzekerde inboedel door een verzekerde gebeurtenis als in artikel 3 genoemd, ongeacht of dit is veroorzaakt door eigen gebrek, eigen bederf of uit de aard en de natuur van de verzekerde zaken zelf onmiddellijk voortspruit en voorts met inachtneming van de definities als vermeld in Nadere Omschrijvingen (artikel 29). Indien sprake mocht zijn van tegenstrijdigheden in de tekst van de in de polis van toepassing verklaarde voorwaarden gelden de navolgende voorrangsregels: - de bijzondere voorwaarden gaan voor de algemene voorwaarden; - de clausules gaan voor de algemene en bijzondere voorwaarden. Met schade aan de verzekerde inboedel door een verzekerde gebeurtenis wordt gelijkgesteld de schade aan de inboedel en andere verzekerde zaken die daarvan het gevolg is. Schade aan verzekerde inboedel is ook verzekerd wanneer die schade het gevolg is van een verzekerde gebeurtenis aan zaken van anderen welke in de nabijheid van de verzekerde inboedel zijn gelegen.
ARTIKEL 3 VERZEKERDE GEBEURTENISSEN De verzekerde gebeurtenissen bestaan uit: 3.1 brand, brandblussing; ontploffing; 3.2 blikseminslag; 3.3 overspanning of inductie als gevolg van bliksem; 3.4 3.5 schroeien, zengen, smelten, verkolen en broeien: indien plotseling ontstaan als gevolg van hitte-uitstraling door een brandend, gloeiend of heet voorwerp of aanraking daarmee; 3.6 lucht- en ruimtevaartuigen; 3.7 luchtdruk; meteorieten; 3.8 3.9 storm; water of stoom onvoorzien gestroomd of over3.10 gelopen uit binnen of buiten de woning gelegen aan- en afvoerleidingen en de daarop aangesloten toestellen en installaties van waterleiding, centrale verwarming e.d. als gevolg van het springen door vorst, breuk, verstopping of een ander plotseling optredend defect. Ook wordt vergoed: - de kosten van het opsporen van de breuk of defect aan de leiding en het daarmee verband houdende herstelwerk aan muren, vloeren en andere onderdelen van het gebouw; - bij springen door vorst bovendien het herstel van de beschadigde leidingen, installaties en toestellen; althans voor zover deze kosten voor rekening van verzekerde komen en die kosten niet op een andere polis gedekt zijn of gedekt zouden zijn als de dekking die dit artikel verleent niet zou bestaan. water onvoorzien gestroomd uit aquaria, als 3.11 gevolg van een plotseling optredend defect, inclusief schade aan aquaria zelf en de verloren gegane inhoud daarvan; water onvoorzien gestroomd uit zit-/slaapmeu3.12 belen, zoals een waterbed, als gevolg van een plotseling optredend defect. Niet verzekerd is schade aan het zit-/slaapmeubel zelf, tenzij deze haar oorzaak vindt in een elders in dit artikel verzekerde gebeurtenis; rioolwater, het gebouw binnengedrongen als 3.13 gevolg van verstopping van rioolputten of -buizen; grondwater, mits door afvoerleidingen en 3.14 daarop aangesloten installaties en toestellen het gebouw binnengedrongen; neerslag (regen, sneeuw, hagel, smeltwater) 3.15 onvoorzien het gebouw binnengedrongen; olie, onvoorzien gestroomd of gelekt uit vast 3.16 opgestelde verwarmings- of kookinstallaties of uit bijbehorende vaste leidingen en tanks, mits aangesloten op een afvoerkanaal; rook en roet, plotseling uitgestoten door ver3.17 warmings- of kookinstallaties; mits aangesloten op een afvoerkanaal; 3
3.18
3.19
3.20 3.21
3.22 3.23
3.24
3.25
diefstal of poging daartoe alsmede de beschadigingen als gevolg daarvan. Indien er sprake is van kamer(ver)huur, is schade als gevolg van diefstal alleen verzekerd na braak (zie 1 .l6) aan de ruimte waarin de inboedel zich bevindt; vandalisme: beschadigingen aangericht uit vernielzucht door iemand die wederrechtelijk het gebouw is binnengedrongen; met geweld gepaard gaande beroving of afpersing; relletjes of opstootjes: ongeregeldheden die kunnen worden omschreven als incidentele collectieve geweldsmanifestaties; aanrijding en aanvaring inclusief schade door de hierbij afgevallen of uitgevloeide lading; omvallen van bomen, daarvan afgebroken takken en omvallen van kranen, hoogwerkers, heistellingen, windmolens, antennes, vlaggenmasten dan wel onderdelen daarvan; schade door glasscherven na breuk van tot het gebouw behorende ruiten en van in het gebouw bevestigde spiegels, doch met uitzondering van de ruiten zelf, alsmede door scherven ten gevolge van breuk van wandspiegels inclusief de gebroken spiegels zelf. Niet verzekerd is breuk van handspiegels; bederf van de inhoud van een koel- of vriesinstallatie, als gevolg van een langer dan 6 uur achtereen durende onderbreking in de stroomlevering door het elektriciteitsbedrijf, alsmede tegen bederf als gevolg van een defect aan de installatie zelf.
ARTIKEL 4 WAAR IS DE INBOEDEL VERZEKERD 4.1
4.2
4.3
4.4
4
De inboedel in de woning op het adres als vermeld in de polis is verzekerd tegen alle verzekerde gebeurtenissen als genoemd in artikel 3. In geval van verhuizing naar een andere woning: - op beide woonadressen, tegen de in artikel 3 verzekerde gebeurtenissen; - tijdens de verhuizing of tijdens vervoer naar of van een herstel- of bewaarplaats, ook tegen schade door een ongeval het vervoermiddel overkomen, door het uit de strop schieten of door het defect raken van hijsgerei of enig ander bij het laden of lossen gebruikt hulpmiddel. Alles onverminderd het bepaalde bij Verhuizing met meldingsplicht (artikel 10). In bijgebouwen en in privé-bergruimten in flatgebouwen: tegen de in artikel 3 verzekerde gebeurtenissen, echter voor schade door diefstal en vandalisme alleen na braak aan de desbetreffende ruimte. Diefstal van lijfsieraden alsmede audiovisuele- en computerapparatuur vallen in dit geval geheel buiten de dekking. Buiten de woning, op balkons en galerijen, onder afdaken en in de tuin of op het erf van de woning:
- uitsluitend tegen brand, brandblussing, ont-
4.5
4.6
4.7
4.8
ploffing, blikseminslag, overspanning of inductie als gevolg van bliksem, schroeien, zengen, smelten, luchtvaartuigen, afpersing en gewelddadige beroving; - tot maximaal 10% van het verzekerd bedrag. Tuinmeubelen, -gereedschap, -beelden, -verlichting, vlaggenstokken, vlaggen, wasgoed en droogrekken zijn echter wel verzekerd tegen diefstal en vandalisme. In goed afgesloten auto’s: tegen diefstal indien de auto daadwerkelijk is opengebroken en er aantoonbare sporen van braak aanwezig zijn, tot een maximum van f 500,- per gebeurtenis, ook indien deze plaatsvindt tijdens een dagtrip (max. 24 uur) binnen Benelux of Duitsland. Buiten aan het gebouw bevestigde antennes, beveiligingsverlichting en zonweringen: tegen de in artikel 3 verzekerde gebeurtenissen. Tijdelijk elders binnen Nederland gedurende ten hoogste 3 maanden achtereen: - in permanent bewoonde woningen van steen gebouwd met harde dakbedekking: tegen de in artikel 3 verzekerde gebeurtenissen; - in andere gebouwen (niet in strandhuisjes): tegen de in artikel 3 verzekerde gebeurtenissen, echter voor schade door diefstal en vandalisme alleen na braak aan het gebouw. Diefstal van lijfsieraden alsmede audiovisuele- en computerapparatuur vallen in dit geval geheel buiten de dekking; - tot maximaal 10% van het verzekerd bedrag. Tijdelijk elders buiten Nederland maar binnen Europa gedurende ten hoogste 3 aaneengesloten maanden in en buiten woningen of gebouwen: - uitsluitend tegen brand, brandblussing, ontploffing, blikseminslag, overspanning of inductie als gevolg van bliksem, schroeien, zengen, smelten en luchtvaartuigen; - tot maximaal 10% van het verzekerd bedrag.
ARTIKEL 5 UITBREIDINGEN Boven het voor inboedel verzekerd bedrag wordt, per verzekerde gebeurtenis volgens artikel 3, tevens vergoeding verleend voor de hierna genoemde kosten en schade, met inachtneming van de daarvoor gestelde maxima. 5.1 Zonder maximum: 5.1 .l bereddingskosten; 5.1.2 salvagekosten; 5.1.3 kosten van deskundigen voor het vaststellen van de schade, met inachtneming van het bepaalde in artikel 12.3 (benoeming deskundigen); Tot een maximum van 10% van het verze5.2 kerd bedrag voor elk hierna genoemd onderdeel afzonderlijk: 5.2.1 opruimingskosten;
5.2.2
5.2.3
5.2.4
5.2.5
5.3
5.4
de kosten van tuinaanleg, bestrating en beplanting op het terrein van het gebouw, na schade aan het gebouw door brand, brandblussing, ontploffing, luchtvaartuigen, aanrijding, aanvaring en afgevallen of uitgevloeide lading. Deze kosten komen uitsluitend voor vergoeding in aanmerking indien voor rekening van verzekerde en voor zover deze kosten niet op een andere polis verzekerd zijn; schade aan inboedelzaken van derden, anders dan gehuurde of geleasde zaken, voor zover de schade voor rekening van verzekerde komt en niet op een andere polis verzekerd; als gevolg van het onbewoonbaar worden van het gebouw, de noodzakelijk te maken: - extra kosten voor tijdelijke huisvesting in een hotel of pension, door de verzekeringnemer en de met hem in duurzaam gezinsverband samenwonende personen. De uitkering wordt verstrekt tot dat het gebouw is hersteld of een ander gebouw kan worden betrokken, echter tot maximaal 52 weken; - kosten van vervoer en opslag van geredde inboedelzaken; indien en voor zover voor rekening van verzekerde als huurder: - kosten van behang-, schilder- en witwerk; - kosten van herstel van schade aan de woning, als gevolg van inbraak of poging daartoe; - kosten van herstel of vervanging van in de woning bevestigde apparaten en/of installaties van openbare (nuts)bedrijven. Ongemakkenvergoeding ten bedrage van f 2.000,- per gebeurtenis, indien een schade-uitkering op grond van artikel 3 van de voorwaarden meer bedraagt dan f 15.000,-. de kosten van noodzakelijke vervanging van gelijkwaardige sloten na diefstal of beroving van de huissleutels tot maximaal f 500,-, echter alleen indien verzekerde huurder van het gebouw is.
ARTIKEL 6 BEPERKINGEN De volgende zaken zijn meeverzekerd tot de daarbij aangegeven maxima: tot een maximum van f 2.500,-: 6.1 geld en geldswaardig papier, met dien verstande dat met betrekking tot (kas)cheques, betaalkaarten, betaalpassen, chipknips, chippers en creditcards geen hogere vergoeding zal worden verleend dan het volgens de voorwaarden van de uitgevende instantie geldende standaard eigen risico bij naleving van de door die instantie uitgevaardigde voorschriften; 6.2 tot een maximum van f 2.000,-: losse onderdelen en accessoires van motorrijtuigen, aanhangwagens, caravans en vaat-tui-
6.3
6.4 6.5
gen, bestemd voor privé-gebruik en mits aanwezig in de woning of in de daarbij behorende privé-bergruimten; tot een maximum van f 1.500,-: gereedschappen en beroepskleding van verzekerde, bestemd voor de uitoefening van een beroep in loondienst, voor zover niet of niet voldoende door de werkgever verzekerd; tot een maximum van f 5.000,-: voor schade door diefstal van lijfsieraden; tot een maximum van f 5.000,-: voor schade aan kleine huisdieren.
ARTIKEL 7 UITSLUITINGEN Niet verzekerd is schade: 7.1 Algemeen: aan enig belang van een ander dan verzeker7.1 .l de, indien daarvoor dekking bestaat onder een door de betrokkene zelf gesloten verzekering; 7.1.2 aan enig belang waarvoor een speciale verzekering, zoals een glas-, kostbaarheden-, reisbagage-, gebouwen-, brom-/snotfiets- of rijwielverzekering, is afgesloten, ongeacht op welk tijdstip; 7.1.3 door atoomkernreacties, molest, aardbeving, vulkanische uitbarsting en overstroming. De definities van deze begrippen zijn opgenomen in Nadere Omschrijvingen (artikel 29); 7.1.4 veroorzaakt door opzet of door eigen grove schuld van de verzekeringnemer; 7.1.5 veroorzaakt door achterstallig onderhoud en/of constructiefouten als verzekerde ook eigenaar van het gebouw is. 7.2 Met betrekking tot water, stoom en neerslag, zoals omschreven onder artikel 3.10, schade als gevolg van: veroorzaakt door vocht- en waterdoorlating 7.2.1 (doorslaan) van muren, vloeren of in kelders; 7.2.2 bestaande uit de reparatiekosten van daken, dakgoten of afvoerpijpen; 7.2.3 veroorzaakt door neerslag, binnengedrongen door openstaande ramen deuren of luiken. Met betrekking tot geldswaardig papier: 7.3 door misbruik en/of fraude (van een pas) met pincode. ARTIKEL 8 FACULTATIEVE EXTRA DEKKINGEN Uitsluitend in het geval dat dit op het polisblad is aangegeven, zijn eveneens 1 of meer van onderstaande extra dekkingen van toepassing: 8.1 Aanvullende dekking In geval van een verzekerde gebeurtenis zal een aanvullende uitkering ter grootte van 10% van de schade-uitkering volgens artikel 3 worden verstrekt. 8.2 Van buiten komende onheilen In uitbreiding op de verzekerde gebeurtenissen als omschreven in artikel 3 is meeverzekerd 5
8.3
6
schade aan de verzekerde inboedel aanwezig in het gebouw als in de polis genoemd onder risicoadres, veroorzaakt of ontstaan door elk van buiten onverwacht komend onheil, niet zijnde een reeds in de (polis)voorwaarden uitgesloten gebeurtenis of dekkingsbeperking. Evenwel niet verzekerd blijft schade aan de verzekerde inboedel: - ontstaan bij of door gebruik van inkt, oliën, vetten, verven, chemicaliën, bijtende stoffen en dergelijke; - als gevolg van bewerking of reiniging; - veroorzaakt door ongedierte, schimmels, zwammen, bacteriën en virussen; - veroorzaakt door en/of aan huisdieren; - bestaande uit glasruiten dienende tot daglichtdoorlating op grond van deze uitbreiding; - veroorzaakt door achterstallig onderhoud; - ten gevolge van verzakking, instorting enlof fouten in de constructie van het gebouw; - veroorzaakt door herstelwerkzaamheden, aan- of verbouwing van het gebouw; - welke als gevolg van normaal gebruik ten aanzien van de verzekerde zaken te verwachten is; - veroorzaakt door eigen gebrek, eigen bederf, slijtage en andere langzaam werkende invloeden; - door confiscatie, nationalisatie, neming, vernieling of beschadiging door of op last van enige overheidsinstantie; De eerste f 1 OO,- van iedere schade, door een op grond van deze uitbreiding verzekerde gebeurtenis, blijft voor rekening van verzekerde. Waardegarantie tegen onderverzekering De waarde van de inboedel is vastgesteld door invulling en ondertekening door verzekeringnemer van een inboedelmeter of inventarislijst. De maatschappij garandeert bij schade geen beroep te doen op onderverzekering (artikel 17), in elk geval tot de datum zoals aangegeven op het laatste polisblad. De artikelen Opwaardering en Onderverzekering (artikel 16 en artikel 17) zijn daardoor niet van toepassing. Ten aanzien van zaken waarvoor op het polisblad dan wel elders in de voorwaarden een apart verzekerd bedrag of vergoedingsmaximum van toepassing is verklaard, geldt de waardegarantie uitsluitend tot dat vermelde verzekerde bedrag of vergoedingsmaximum. De maatschappij heeft het recht bij verhuizing, bij een schademelding, nadat de maatschappij van een wijziging in de samenstelling van de verzekerde zaken kennis heeft genomen of op een ander door haar te bepalen tijdstip opnieuw een bepaling van de geschatte waarde van de inboedel middels de waardemeter of inventarislijst te verlangen. Indien de maatschappij na een daartoe strek-
kend verzoek geen nieuwe opgave ontvangt, vervalt de waardegarantie 3 maanden nadat het verzoek is gedaan. Voorts behoudt de maatschappij zich het recht voor om op basis van de verstrekte opgave geen voortzetting van de waardegarantie te verlenen. Indien bij de schaderegeling blijkt dat de inboedelmeter of inventarislijst bij de vaststelling van het verzekerd bedrag niet overeenkomstig de aanwijzingen is gebruikt, zodanig dat verzekeringnemer heeft begrepen of heeft moeten begrijpen dat het op die wijze vastgestelde verzekerde bedrag niet in overeenstemming is met de werkelijke nieuwwaarde van de inboedel, dan is de waardegarantie niet van toepassing en gelden wederom de bepalingen inzake onderverzekering. ARTIKEL 9 RISICOBEKENDHEID EN RISICO WIJZIGING MET MELDINGSPLICHT 9.1 9.2
9.3 9.4
9.5
9.6
De omschrijving van het risico in de polis wordt geacht van verzekeringnemer afkomstig te zijn. De maatschappij is bekend met de huidige ligging, bouwaard, inrichting en gebruik van de woning bij het begin van de overeenkomst of zoals die waren ten aanzien van de nieuwe woning bij voortzetting van de verzekering na een verhuizing. De ligging en bouwaard van de belendingen en hun inrichting en gebruik zijn niet van belang. Verzekeringnemer is verplicht de maatschappij zo spoedig mogelijk in kennis te stellen van wijziging van de bouwaard, dakbedekking, bestemming of het gebruik van het gebouw waarin de inboedel zich bevindt. Voor zover de maatschappij, op grond van enige genoemde risicowijziging, verhoging van premie en/of beperking van voorwaarden noodzakelijk acht, wordt de verzekering slechts voortgezet indien de maatschappij en verzekeringnemer overeenstemming bereiken over zodanige aanpassing. Wordt daarover met verzekeringnemer geen overeenstemming bereikt, dan zal de verzekering door de maatschappij worden beëindigd met inachtneming van een opzegtermijn van 30 dagen. Elk recht op schadevergoeding vervalt 2 maanden na de datum van een risicowijziging indien de verzekeringnemer heeft verzuimd de maatschappij van de risicowijziging in kennis te stellen, tenzij de maatschappij de verzekering na een melding ongewijzigd zou hebben voortgezet.
ARTIKEL 10 VERHUIZING MET MELDINGSPLICHT 10.1
Verzekeringnemer is verplicht de maatschappij zo spoedig mogelijk, doch in ieder geval
10.2
10.3
10.4
10.5
10.6
10.7
10.8
binnen 2 maanden, in kennis te stellen van een blijvende verhuizing van de inboedel naar een ander adres. Na ontvangst van de melding van verhuizing, zal de maatschappij aan verzekeringnemer berichten of de verzekering ongewijzigd dan wel op gewijzigde premie en/of voorwaarden kan worden voortgezet. Wordt met verzekeringnemer geen overeenstemming bereikt over een gewijzigde voortzetting, dan zal de verzekering door de maatschappij worden beëindigd met inachtneming van een opzegtermijn van 30 dagen. De premie en/of de voorwaarden voor deze verzekering zijn mede afhankelijk van de regio waar de inboedel zich bevindt. Indien de inboedel wordt overgebracht naar een adres in een regio waarvoor andere premies en/of voorwaarden gelden, heeft de maatschappij het recht deze per de wijzigingsdatum toe te passen. De verzekeringnemer is aan die alsdan geldende premies enlof voorwaarden gebonden. Indien de gewijzigde premie alleen voortkomt uit een verhuizing naar een andere regio, dan kan de verzekeringnemer de verzekering niet tussentijds beëindigen. De dekking wordt opgeschort 2 maanden na de datum van verhuizing indien verzekeringnemer heeft verzuimd de maatschappij daarvan in kennis te stellen, tenzij de maatschappij de verzekering na een melding op dezelfde voorwaarden en tegen dezelfde of lagere premie zou hebben voortgezet. Ook in geval van opschorting blijft verzekeringnemer gehouden tot betaling van premie, kosten en assurantiebelasting. Indien de maatschappij de verzekering op andere voorwaarden enlof tegen een hogere premie zou hebben voortgezet, dan is er gedurende de opschortingsperiode recht op vergoeding van schade, indien onder die andere voorwaarden gedekt, in de verhouding van de oorspronkelijke tot de nieuwe premie voor zover deze hoger is, mits verzekeringnemer alsnog instemt met de als zodanig te wijzigen voortzetting. In dat geval wordt de opschorting beëindigd en de dekking geacht in kracht te zijn hersteld op het moment direct voor de schade. Voor zover de inboedel in verband met verhuizing is overgebracht naar een gebouw anders dan een woning, is gedurende de onder 10.1 genoemde termijn van 2 maanden schade door diefstal of poging daartoe en vandalisme uitsluitend gedekt indien gepleegd door middel van braak aan dat gebouw.
ARTIKEL 11 VERPLICHTINGEN BIJ SCHADE Zodra de verzekeringnemer of de verzekerde kennis draagt van een gebeurtenis welke voor de maatschappij tot een uitkering zou kunnen leiden, is hij/zij verplicht: 11.1 daarvan met bekwame spoed kennis te geven aan de maatschappij onder vermelding van alle van belang zijnde gegevens; een schriftelijke en door hem/haar zelf onderll.2 tekende verklaring omtrent oorzaak, toedracht en omvang van de schade te overleggen; de schade zoveel mogelijk te beperken en zich 11.3 te onthouden van alles wat de belangen van de maatschappij zou kunnen schaden; alle van belang zijnde stukken onverwijld aan 11.4 de maatschappij of de door haar aangestelde deskundige door te zenden; ll.5 de aanwijzingen van de maatschappij of de door haar aangestelde deskundige op te volgen; alle medewerking te geven, waaronder het ll.6 verschaffen van inlichtingen omtrent oorzaak, toedracht en omvang van de schade; onmiddellijk aangifte te doen bij de politie als ll.7 de schade is veroorzaakt door derden en in ieder opzicht er aan mee te werken dat de maatschappij de schade kan verhalen. Verzekerde dient de maatschappij in het bezit te stellen van het bewijs van aangifte. ARTIKEL 12 BENOEMING DESKUNDIGEN 12.1
12.2
12.3
Voor zover de schade niet in onderling overleg kan worden geregeld, zullen oorzaak, omvang en bedrag van de schade worden vastgesteld door een door de maatschappij te benoemen deskundige. Bij verschil van mening over diens bevindingen heeft verzekerde het recht eveneens een deskundige te benoemen. In dat geval benoemen beide deskundigen voor de aanvang van hun werkzaamheden samen een derde deskundige. Bij gebrek aan overeenstemming stelt deze, na beide deskundigen gehoord of behoorlijk opgeroepen te hebben, de omvang van de schade overeenkomstig de polisvoorwaarden vast binnen de grenzen van de beide taxaties. De salarissen en kosten van alle voor de vaststelling van de schade benoemde deskundigen komen voor rekening van de maatschappij, met dien verstande dat voor de door verzekerde benoemde deskundige geen hoger bedrag zal worden vergoed dan het bedrag van salaris en kosten van de door de maatschappij benoemde deskundige.
ARTIKEL 13 BEREKENING VAN DE SCHADEVERGOEDING In geval van schade zal worden vastgesteld het verschil tussen de waarde onmiddellijk voor en na de gedekte gebeurtenis. Als waarde onmiddellijk voor de gebeurtenis zullen, voor de berekening van de schadevergoeding, de hierna genoemde waardebepalingen van toepassing zijn. 13.2 Nieuwwaarde Voor schade door verlies of beschadiging van zaken anders dan hierna onder 13.3 en 13.4 genoemd, wordt de schadevergoeding naar nieuwwaarde berekend als volgt: 13.2.1 in geval van verlies of onherstelbare beschadiging: de nieuwwaarde onder aftrek van de waarde van de eventuele restanten; 13.2.2 in geval van herstelbare beschadiging: het laagste bedrag van de navolgende berekeningen: - het verschil tussen de nieuwwaarde van het beschadigde object onmiddellijk voor de gebeurtenis en de restantwaarde onmiddellijk daarna, of - de reparatiekosten, eventueel vermeerderd met een bedrag voor een door de schade veroorzaakte en door de reparatie niet opgeheven waardevermindering. 13.3 Dagwaarde Berekening van de schadevergoeding geschiedt naar dagwaarde, indien het betreft: - zaken, die volgens vermelding op het polisblad naar dagwaarde verzekerd zijn; - zaken, die onttrokken zijn aan het gebruik waarvoor zij bestemd waren; - zaken, waarvan de dagwaarde minder bedraagt dan 40% van de nieuwwaarde; - zaken, die verzekerde uit hoofde van huur of lease onder zijn berusting heeft; - antennes en zonweringen, (rol)luiken en schuttingen; - (huis)dieren; - (losse onderdelen en accessoires van) bromen snorfietsen, alsmede losse onderdelen en accessoires van motorrijtuigen, aanhangwagens, caravans en vaartuigen. Voor kunstvoorwerpen, antiquiteiten en verza13.4 melingen zal de schadevergoeding worden berekend naar marktwaarde, waarbij onder marktwaarde wordt verstaan de waarde die aan genoemde zaken op grond van hun zeldzaamheid door deskundigen wordt toegekend.
13.1
ARTIKEL 14 SCHADEVERGOEDING De schadevergoeding bestaat uit: 14.1 .l - naar keuze van de maatschappij - het verschil tussen de waarde onmiddellijk voor en onmiddellijk na de verzekerde gebeurtenis of 8
de herstelkosten onmiddellijk na de gebeurtenis; 14.1.2 het bedrag van de vergoedingen boven het verzekerd bedrag volgens artikel 5 (Uitbreidingen); 14.1.3 het bedrag van de vergoedingen van de eventueel meeverzekerde extra dekkingen als genoemd in artikel 8. 14.2 De (eerste) uitkering van schadevergoeding zal zo spoedig mogelijk plaatsvinden, doch in ieder geval binnen 6 weken nadat alle op het schadegeval betrekking hebbende bescheiden de maatschappij hebben bereikt, de schadevergoedingsplicht door haar is erkend en de partijen tot overeenstemming zijn gekomen. De maatschappij zal nooit eerder in verzuim zijn dan vanaf 6 weken na deze ontvangst. In geval van schade aan zaken van derden 14.3 behoudt de maatschappij zich het recht voor om de vergoeding daarvan rechtstreeks aan deze derden uit te keren. 14.4 Voor alle in de polis genoemde maximum bedragen geldt dat indien er meer verzekeringen op de inboedel lopen en de maatschappij ook dekking verleent, de maximum bedragen naar verhouding van de verzekerde bedragen worden verminderd. Het recht op schadevergoeding vervalt, indien 14.5 de verzekerde: - de verplichtingen bij schade (artikel 11) niet is nagekomen en daardoor de belangen van de maatschappij daadwerkelijk heeft geschaad; - of andere belanghebbende(n) opzettelijk onjuiste of onvolledige gegevens heeft (hebben) verstrekt. ARTIKEL 15 VERGOEDING VAN DIEFSTALSCHADE In geval van verlies door diefstal kan verzekerde eerst recht op schadevergoeding doen gelden indien de gestolen zaken niet binnen 30 dagen na aangifte bij de politie kunnen worden terug verkregen. Verzekerde is verplicht aan de maatschappij op diens verzoek de eigendom over te dragen van zaken die door diefstal verloren zijn gegaan en waarvoor de maatschappij aan verzekerde uitkering doet of heeft gedaan. Komen dergelijke zaken naderhand in bezit van de maatschappij, dan zal de maatschappij deze op verzoek van verzekerde weer aan hem overhandigen, tegen teruggave van het daarvoor uitgekeerde bedrag, onder aftrek van de kosten van herstel van de eventueel sinds de diefstal ontstane schade. Indien de gestolen zaken zonder tussenkomst van de maatschappij weer in bezit komen van verzekerde, is hij/zij verplicht de maatschappij daarvan uiterlijk binnen 2 weken in kennis te stellen.
ARTIKEL 16 OPWAARDERING Mocht bij schade blijken dat het oorspronkelijke verzekerd bedrag na toepassing van de indexering (artikel 21) niet voldoende is, dan wordt het verzekerd bedrag verhoogd met 25%.
19.2
ARTIKEL 17 ONDERVERZEKERING Van onderverzekering is sprake als het op het polisblad vermelde verzekerde bedrag lager is dan de nieuwwaarde op het moment van de schadegebeurtenis. Indien bij schade blijkt dat het verzekerd bedrag, ook na toepassing van de opwaardering (artikel 16), lager is dan de nieuwwaarde, dan wordt slechts schadevergoeding verleend naar verhouding van het verzekerd bedrag tot de nieuwwaarde onmiddellijk voor de gebeurtenis en daarna tot de eventueel geldende maximum vergoeding(en). Het hiervoor gestelde is niet van toepassing voor de kosten van deskundigen, benoemd voor vaststelling van de schade. ARTIKEL 18 ELDERS LOPENDE VERZEKERINGEN 18.1
18.2
18.3
Indien blijkt dat de verzekerde inboedel ten tijde van de gebeurtenis tevens door een of meer andere verzekeringen zijn gedekt en het totaal van de verzekerde bedragen van alle verzekeringen de waarde van het werkelijke belang overtreft, wordt het bij deze polis verzekerd bedrag geacht te zijn verminderd naar evenredigheid van het totaal van de verzekerde bedragen en de waarde van de verzekerde zaken, zonder dat vermindering of restitutie van premie plaatsvindt. Het onder artikel 18.1 bepaalde zal ook gelden indien de bedoelde verzekeringen bij verschillende polissen en op verschillende dagen zijn aangegaan, onverminderd het bij de wet bepaalde, voor zover de verzekering van oudere datum dan deze overeenkomst zijn en deze geen bepaling als onder artikel 18.1 vermeld, bevatten. In geval van schade en na een daartoe strekkend verzoek van de maatschappij is verzekerde verplicht opgave te doen van alle hem bekende overige verzekeringen die dekking gaven tegen schade aan de verzekerde inboedel ten tijde van de gebeurtenis.
ARTIKEL 19 VERJARING 19.1
In elk geval verjaart een vordering tot het doen van een uitkering indien de aanmelding niet plaatsvindt binnen 3 jaar na het moment waarop de verzekerde kennis kreeg of had kunnen
krijgen van een gebeurtenis die voor de maatschappij tot een verplichting tot uitkering kan leiden. Indien de maatschappij ten aanzien van een aanspraak van een verzekerde uit de polis een definitief standpunt heeft ingenomen, hetzij door deze af te wijzen, hetzij door (een aanbod van) betaling bij wijze van finale afdoening, dan vervalt na 1 jaar, te rekenen vanaf de dag waarop verzekerde of zijn gemachtigde van dit standpunt kennis kreeg, ieder recht ten opzichte van de maatschappij ter zake van het schadegeval waarop de aanspraak was gegrond, tenzij de verzekerde binnen die termijn een rechtsvordering heeft ingesteld.
ARTIKEL 20 OVERLIJDEN Bij overlijden van verzekeringnemer, waarvan de maatschappij zo spoedig mogelijk in kennis dient te worden gesteld, blijft de dekking van kracht, tenzij de maatschappij binnen 14 dagen na ontvangst van het bericht van overlijden heeft meegedeeld de verzekering te beëindigen met een opzegtermijn van tenminste 14 dagen. ARTIKEL 21 INDEXERING Jaarlijks worden per de (hoofd-)premievervaldatum het verzekerd bedrag en in evenredigheid daarmede de premie, verhoogd met 3%. Het aldus berekende verzekerd bedrag, afgerond op f lOO,- naar boven, geldt voor het op vorenbedoelde premievervaldatum beginnende verzekeringsjaar. ARTIKEL 22 PREMIEBETALING 22.1
Premiebetaling Verzekeringnemer dient de premie, waaronder begrepen kosten en/of assurantiebelasting, bij vooruitbetaling te voldoen uiterlijk op de 30e dag nadat zij verschuldigd worden. Indien verzekeringnemer de premie niet tijdig betaalt of weigert te betalen, wordt geen dekking verleend ten aanzien van daarna plaatsvindende gebeurtenissen. Een ingebrekestelling door de maatschappij is daarvoor niet vereist. De verzekeringnemer dient de premie alsnog te betalen. De kosten alsmede de daarover verschuldigde BTW, welke verbonden zijn aan de gerechtelijke of buitengerechtelijke invordering van achterstallige premies zijn voor rekening van verzekeringnemer. De dekking gaat weer in op de dag, volgende op die, waarop het verschuldigde door de maatschappij is ontvangen. 9
22.2
Gebeurtenissen die zich hebben voorgedaan gedurende de periode waarin de verzekering geen dekking bood, blijven echter van de dekking uitgesloten. Terugbetaling van premie In geval van: - tussentijdse premieverlaging of - beëindiging van de verzekering, - echter niet in het geval van opzegging door de maatschappij wegens verzwijging of (een poging tot) opzettelijke misleiding, betaalt de maatschappij aan verzekeringnemer het verschil tussen de betaalde en de verschuldigde premie en assurantiebelasting terug. Op de te verlenen restitutie worden kosten in mindering gebracht. Restitutie vindt niet plaats als het totale bedrag minder bedraagt dan f 25,-.
assurantiebelasting nog niet heeft betaald; - indien de verzekerde naar aanleiding van een aanspraak of omstandigheid met opzet een onjuiste voorstelling van zaken heeft gegeven. De verzekering eindigt in deze gevallen op de datum die in de opzeggingsbrief wordt genoemd. De maatschappij zal in deze gevallen een opzeggingstermijn in acht nemen van tenminste 14 dagen. ARTIKEL 24 AANPASSING VAN PREMIE EN VOORWAARDEN 24.1
ARTIKEL 23 AANVANG, DUUR EN EINDE VAN DE VERZEKERING 24.2 Aanvang van de verzekering De verzekering gaat in op de op het polisblad genoemde aanvangsdatum te 0.00 uur, tenzij de verzekering op een later tijdstip is aangevraagd. 23.2 Duur van de verzekering Na verloop van de op het polisblad genoemde termijn wordt deze overeenkomst geacht stilzwijgend telkens voor een gelijke termijn te zijn voortgezet, tenzij anders is overeengekomen. Einde van de verzekering 23.3 De verzekering, of een onderdeel daarvan, eindigt door: 23.3.1 Opzegging door verzekeringnemer: - tegen het einde van de op het polisblad genoemde verzekeringstermijn, mits de opzegging schriftelijk aan de maatschappij geschiedt en een termijn van 3 maanden in acht wordt genomen; - binnen 30 dagen nadat de maatschappij een uitkering krachtens deze verzekering heeft gedaan, dan wel heeft afgewezen, met inachtneming van een opzeggingstermijn van ten minste 14 dagen; - indien de verzekeringnemer weigert de wijziging van premie en/of voorwaarden te accepteren, die de maatschappij op grond van de voorwaarden kan verlangen, en wel per de in de mededeling door de maatschappij genoemde datum. 23.3.2 Opzegging door de maatschappij: - binnen 30 dagen na melding van een schade of omstandigheid die voor de maatschappij tot een uitkering kan leiden; - binnen 30 dagen nadat de maatschappij een uitkering krachtens deze verzekering heeft gedaan, dan wel heeft afgewezen; - indien de verzekeringnemer 3 maanden na de premievervaldag de premie, kosten en 23.1
10
24.3
24.4
24.5
De maatschappij heeft het recht de premie en/of voorwaarden van bepaalde groepen verzekeringen en-bloc te wijzigen. Behoort deze verzekering tot die groep, dan is de maatschappij gerechtigd de premie en/of de voorwaarden van deze verzekering overeenkomstig die wijziging aan te passen en wel op een door de maatschappij te bepalen datum. De verzekeringnemer wordt van de wijziging in kennis gesteld en wordt geacht hiermee te hebben ingestemd tenzij hij binnen de termijn in de mededeling genoemd schriftelijk het tegendeel heeft bericht. In dit laatste geval eindigt de verzekering op de datum die in de mededeling door de maatschappij is genoemd. De mogelijkheid van opzegging van de verzekering door de verzekeringnemer geldt niet indien: - de wijziging van de premie en/of voorwaarden voortvloeit uit wettelijke regelingen of bepalingen *; - de wijziging een verlaging van de premie en/of een uitbreiding van de dekking inhoudt. Als de verzekering bestaat uit verschillende in de polis vermelde en in de premie-opstelling gespecificeerde onderdelen of de verzekering een onderdeel uitmaakt van een groter geheel, dan geldt deze herzieningsclausule per onderdeel en is beëindiging alleen mogelijk voor de onderdelen waarop de aanpassing betrekking heeft. Dit artikel is niet van toepassing bij premieherziening in verband met indexering.
ARTIKEL 25 TOEPASSELIJK RECHT EN GESCHILLEN Op deze overeenkomst is Nederlands recht van toepassing. Alle geschillen die uit deze overeenkomst mochten voortvloeien zullen worden onderworpen aan de uitspraak van de bevoegde rechter in Nederland, behoudens hogere voorziening.
* Wettelijke regelingen of bepalingen die een directe relatie hebben met en consequenties hebben voor de onderhavige verzekering.
ARTIKEL 26 ADRES Kennisgevingen door de maatschappij worden geacht rechtsgeldig te zijn geschied aan de verzekeringnemer indien deze zijn gedaan aan diens laatst bij de maatschappij bekende adres of aan het adres van de tussenpersoon, door wiens bemiddeling deze verzekering loopt. De verzekeringnemer is verplicht de maatschappij zo spoedig mogelijk schriftelijk op de hoogte te brengen van zijn adreswijziging.
29.2
ARTIKEL 27 KLACHTENBEHANDELING Klachten naar aanleiding van de verzekeringsovereenkomst kunnen - behalve aan de directie van de maatschappij -worden voorgelegd aan de Stichting Klachten Instituut Verzekeringen bestaande uit: - Ombudsman Schadeverzekering, postbus 93560,2509 AB DEN HAAG; - Raad van Toezicht op het Schadeverzekeringsbedrijf, postbus 93560,2509 AB DEN HAAG. ARTIKEL 28 PRIVACY-BESCHERMING De bij de aanvraag van een verzekering verstrekte persoonsgegevens en de eventueel nader te verstrekken persoonsgegevens kunnen worden opgenomen in de door de maatschappij (of, als de verzekering loopt via een gevolmachtigd agent: de gevolmachtigd agent) gevoerde persoonsregistratie. Op deze registratie is een privacyreglement van toepassing. Aanmelding van deze registratie is gedaan bij de Registratiekamer. Een afschrift van het formulier van aanmelding ligt voor iedereen ter inzage bij de maatschappij. ARTIKEL 29 NADERE OMSCHRIJVINGEN 29.1
Brand Onder brand wordt verstaan een door verbranding veroorzaakt en met vlammen gepaard gaand vuur buiten een haard, dat in staat is zich uit eigen kracht voort te planten. Derhalve is onder andere geen brand: _ zengen, schroeien, smelten, verkolen, broeien; - doorbranden van elektrische apparaten en motoren; - oververhitten, doorbranden, doorbreken van ovens en ketels. Als schade door brand wordt ook beschouwd schade, ontstaan door en tijdens het blussen en bestrijden van de brand, alsook de schade ontstaan bij het redden van de verzekerde zaken, waaronder begrepen schade door wegraken of diefstal en schade die het gevolg is van door de bevoegde autoriteiten genomen maatregelen om de voortgang van de brand
29.3
29.4
29.5
29.6
te stuiten. Verzekerd is zowel schade door brand in de eigen woning als door een naburige brand. Ontploffing Onder schade door ontploffing wordt verstaan een gehele of gedeeltelijke vernieling onmiddellijk veroorzaakt door een eensklaps verlopende hevige krachtsuiting van gassen of dampen, zulks met inachtneming van het hierna bepaalde. Is de ontploffing ontstaan binnen een - al dan niet gesloten - vat, dan is aan het vereiste van een eensklaps verlopende krachtsuiting voldaan, indien de wand van het vat onder de druk van de zich daarin bevindende gassen of dampen (onverschillig hoe deze gassen of dampen zijn ontstaan en onverschillig of zij reeds vóór de ontploffing aanwezig waren dan wel eerst tijdens deze ontwikkeld worden) een zodanige scheiding heeft ondergaan dat door het uitstromen van gas, damp of vloeistof uit de door de scheiding gevormde opening, de drukken binnen en buiten het vat eensklaps aan elkaar gelijk zijn geworden. Is dit niet het geval of is de ontploffing buiten een vat ontstaan, dan moet de eensklaps verlopende hevige krachtsuiting de onmiddellijke werking zijn geweest van gassen of dampen welke door een scheikundige reactie van vaste, vloeibare, gas- of dampvormige stoffen, of een mengsel daarvan, zijn ontwikkeld of tot uitzetting gebracht. Lucht- en ruimtevaartuigen Onder lucht- en ruimtevaartuigen wordt verstaan het getroffen worden door een vertrekkend, vliegend, landend of vallend lucht- of ruimtevaartuig, dan wel een daaraan verbonden, daarvan losgeraakt, daaruit geworpen of daaruit gevallen projectiel, ontploffingsmiddel of ander voorwerp. Blikseminslag Onder blikseminslag wordt verstaan: schade aan elektrische en elektronische apparatuur door overspanninglinductie indien er sporen van blikseminslag in of aan het gebouw worden aangetroffen. Overspanninglinductie Onder overspanninglinductie wordt verstaan schade door bliksemontlading anders dan blikseminslag als onder artikel 29.4. Storm Onder storm wordt verstaan een gemiddelde windsnelheid van tenminste 14 meter per seconde (windkracht 7 en hoger). Als de windsnelheid zich afwisselend boven en onder de 14 meter per seconde beweegt, dan wordt voor de vaststelling van het aantal malen dat het eigen risico van toepassing is de periode vanaf het moment dat de windsnelheid voor het eerst 14 meter per seconde is tot het begin van een periode van tenminste 24 achtereenvolgende uren waarbinnen de windsnelheid 11
10 meter per seconde of minder is geweest, als 1 gebeurtenis beschouwd. 29.7 Luchtdruk Onder luchtdruk wordt verstaan schade als gevolg van startende en/of proefdraaiende lucht- en ruimtevaartuigen en het doorbreken van de geluidsbarrière. 29.8 Atoomkernreacties De verzekering geeft geen dekking indien de schade is veroorzaakt door, optredende bij of voortvloeiende uit atoomkernreacties, onverschillig hoe de reactie is ontstaan. Onder atoomkernreactie wordt verstaan iedere kernreactie waarbij energie vrijkomt zoals kernfusie, kernsplijting, kunstmatige en natuurlijke radioactiviteit. De uitsluiting geldt niet met betrekking tot schade veroorzaakt door radioactieve nucliden, die zich buiten een kerninstallatie bevinden en gebruikt worden of bestemd zijn om gebruikt te worden voor industriële, commerciële, landbouwkundige, medische of wetenschappelijke doeleinden, met dien verstande dat de benodigde vergunning voor vervaardiging, gebruik, opslag en het zich ontdoen van radioactieve stoffen door de overheid moet(en) zijn afgegeven. Voor zover krachtens de wet een derde voor de geleden schade aansprakelijk is, blijft de uitsluiting van kracht. Onder ‘wet’ wordt verstaan de Wet Aansprakelijkheid Kernongevallen (staatsblad 1979-225) zijnde de bijzondere wettelijke regeling van de aansprakelijkheid op het gebied van kernenergie. Onder ‘kerninstallatie’ wordt verstaan een kerninstallatie in de zin van de bedoelde wet. 29.9 Molest Onder molest is te verstaan schade veroorzaakt door of ontstaan uit molest: 29.9.1 Gewapend conflict: elk geval waarin staten of andere georganiseerde partijen elkaar, of althans de een de ander, gebruik makend van militaire machtsmiddelen, bestrijden. Onder gewapend conflict wordt mede verstaan het gewapend optreden van militaire eenheden onder verantwoordelijkheid van internationale organisaties zoals de Verenigde Naties, de Noord Atlantische Verdrags Organisatie of de West-Europese Unie. 29.9.2 Burgeroorlog: een min of meer georganiseerde gewelddadige strijd tussen inwoners van eenzelfde staat, waarbij een belangrijk deel van de inwoners van die staat betrokken is. 29.9.3 Opstand: georganiseerd gewelddadig verzet binnen een staat, gericht tegen het openbaar gezag. 29.9.4 Binnenlandse onlusten: min of meer georganiseerde gewelddadige handelingen, die zich op verschillende plaatsen binnen een staat voordoen. 12
29.9.5 Oproer: een min of meer georganiseerde plaatselijke gewelddadige beweging, gericht tegen het openbaar gezag. 29.9.6 Muiterij: een min of meer georganiseerde gewelddadige beweging van leden van enige gewapende macht, gericht tegen het gezag waaronder zij gesteld zijn. De bij deze nadere omschrijving behorende toelichting vormt een onderdeel van de tekst, die door het Verbond van Verzekeraars in Nederland ter griffie van de Arrondissementsrechtbank te ‘s-Gravenhage is gedeponeerd. 29.10 Aardbeving/vulkanische uitbarsting Hieronder wordt verstaan schade veroorzaakt door aardbeving of vulkanische uitbarsting. Bij schaden die ontstaan hetzij gedurende de tijd waarin, hetzij gedurende 24 uur nadat zich in of nabij het gebouw de gevolgen van aardbeving of vulkanische uitbarsting hebben geopenbaard, dient verzekerde te bewijzen, dat de schade niet aan die verschijnselen is toe te schrijven. 29.11 Overstroming Hieronder wordt verstaan schade door overstroming ten gevolge van het bezwijken of overlopen van dijken, kaden, sluizen, oevers of andere waterkeringen ongeacht of deze overstroming werd veroorzaakt door storm. Deze uitsluiting geldt niet voor brand of ontploffing veroorzaakt door overstroming.