APA: Citeren en parafraseren, literatuurverwijzingen en literatuurlijst.
Algemeen Bij je PGO en bij elke paper die je in je bachelor- of masteropleiding schrijft, zul je literatuur raadplegen. Het opnemen van een referentielijst aan het eind van je product met daarin de gebruikte literatuur is dan niet voldoende. Je moet door bronvermelding duidelijk maken welke delen van je rapport zijn overgenomen of gebaseerd op het werk van een ander. In de tekst moet verwezen worden naar de geraadpleegde documenten en publicaties. Het is voor de lezer van je rapport van belang om te weten waarop bepaalde uitspraken gebaseerd zijn, wat jouw eigen woorden en ideeën zijn en welke van een ander zijn. Zodoende geef je anderen de eer die hen toekomt, laat je zien waar informatie vandaan komt en maak je het mogelijk om hetgeen in een rapportage aan de orde is te controleren en eventueel te herhalen. Ook is de lezer op deze wijze in staat om tot eigen conclusies te komen. Voldoe je niet aan de richtlijnen voor bronvermelding, dan is er sprake van plagiaat. Plagiaat is het overnemen van tekst of ideeën van anderen, zonder de bron te vermelden. Ook het zonder bronvermelding gebruiken van afbeeldingen van anderen valt onder plagiaat. Plagiaat is niet toegestaan! De verwijzingen naar de gebruikte bronnen, zowel inhoudelijk als qua vorm, moeten op de juiste wijze, d.w.z. volgens een aangegeven standaard, weergegeven worden. Voor het schrijven van verwijzingen in de tekst en van de lijst van referenties (de titelbeschrijvingen van de bronnen) zijn diverse standaarden ontwikkeld. Voordeel daarvan is ook dat er voor de lezer van het artikel meer duidelijkheid is of er bijv. sprake is van verwijzing naar een boek of artikel of website, of er sprake is van één of meerdere auteurs, wat exact de voorletters van een auteur met een veel voorkomende achternaam zijn, etc. Zodoende kan de lezer makkelijker de referenties zelf achterhalen. Het geheel van regels voor het samenstellen van referenties en verwijzingen in de tekst wordt ook wel citatiestijl genoemd.
APA Binnen de sociale wetenschappen zijn de APA-richtlijnen een belangrijke standaard voor het schrijven van verwijzingen en referenties. Deze zijn opgesteld door the American Psychological Association en voor het eerst beschreven in (2001) in een Manual waarin een uitvoerige uitleg van de richtlijnen voor het schrijven van referenties wordt gegeven. Sinds 2001 zijn er een aantal nieuwe edities verschenen van deze Manual. De zesde (meest recente) editie van deze titel is uitgegeven in 2010 door de American Psychological Association en is aanwezig in de Mediatheek FE: Publication manual of the American Psychological Association. Ook het boek: Habraken, A. (2010). Bronvermelding volgens de richtlijnen van de APA: Gebaseerd op de 6e editie van de Publication Manual is een nuttige naslagbron. http://drcwww.uvt.nl/its/voorlichting/handleidingen/bibliotheek/apa.pdf
Richtlijnen APA, Mediatheek FE, 2012 1
Verwijzingen in de tekst In de tekst van rapporten, etc. moeten verwijzingen naar de gebruikte bronnen worden opgegeven. In een literatuurlijst, aan het eind van de tekst, worden dan de beschrijvingen (referenties) opgenomen van alle bronnen die genoemd zijn. Je kunt op verschillende wijze in de tekst gegevens uit de literatuur weergeven: Citeren: Letterlijk de tekst van een ander overnemen. Een citaat moet dus opgenomen worden in de oorspronkelijke taal. Maak nooit gebruik van citaten wanneer je de informatie ook in je eigen woorden kunt weergeven. Citaten zijn uitsluitend bedoeld voor informatie waarvan je het belangrijk vindt dat de lezer ze in de oorspronkelijke verwoording kan nalezen. Bijv. als je gewicht of geloofwaardigheid wilt toekennen aan een argument.
Parafraseren: De tekst van anderen weergeven in eigen woorden. Parafraseren is toegestaan, mits aan de volgende voorwaarden is voldaan: De bron is op de juiste manier vermeld (ook als het een internetbron is). Duidelijk aangegeven is wat jouw eigen ideeën zijn en wat je van een ander hebt overgenomen. In de meeste gevallen verdient parafrasering de voorkeur: Omdat bij veelvuldig citeren de eenheid van stijl van het eigen betoog te vaak onderbroken wordt, hetgeen voor de lezer niet prettig is; Omdat de inspanning van het parafraseren je soms een beter begrip oplevert van de bedoeling van de geparafraseerde auteur. Bij veelvuldig citeren en parafraseren is het aan te bevelen het programma RefWorks te gebruiken om de vele literatuurverwijzingen te beheren. De Hogeschool Utrecht heeft een licentie en RefWorks is beschikbaar voor alle medewerkers en studenten. Zie voor meer informatie de Mediatheeksite van de HU: http://www.mediatheek.hu.nl/
APA-richtlijnen voor bronvermelding in tekst en literatuurlijst: Enkele aandachtspunten: Basisvorm voor een titelbeschrijving is: Achternaam auteur, Initialen. (jaar van uitgave). Titel van het boek: Met ondertitel ( dr.). Plaats van uitgave: Uitgever. Let vooral op de volgorde van de elementen, het gebruik van hoofdletters, het gebruik van cursief schrift en de interpunctie, inclusief de spaties! Drukvermelding alleen indien het niet de eerste druk betreft. Citaten moeten tussen “ ” geplaatst worden en in de beschrijving moet dan het paginanummer van de bladzijde waar het citaat vermeld staat, genoemd worden.
Richtlijnen APA, Mediatheek FE, 2012 2
Als de naam van de geciteerde auteur zelf in de tekst vermeld wordt, is het jaartal van publicatie tussen haakjes voldoende, de auteur hoeft dan niet nog een keer vermeld te worden De literatuurlijst moet iedere verwijzing bevatten, die in de tekst gedaan is, maar in de literatuurlijst behoort geen referentie voor te komen waarnaar in de tekst niet verwezen is. De literatuurlijst wordt geplaatst na het artikel of aan het einde van het boek.
De literatuurlijst is alfabetisch geordend: Alfabetiseer op de achternaam van de eerste auteur (zowel bij boek als bij tijdschrift; ook bij een boek dat door een redacteur is samengesteld) Neem letter voor letter en ga uit van de stelregel: "Niets gaat voor iets'. Dus Smit, T. komt voor Smith, A. Neem M', Mc, en Mac zoals het er staat: niet alsof overal Mac staat. Dus: MacArthur komt voor McAllister en MacNeil komt voor M'Carthy Lidwoorden / tussenvoegsels. Hiervoor wordt naast de officiële Engelstalige variant ook vaak een Nederlandse variant gebruikt. o Engelstalige / officiële variant: lidwoorden en andere tussenvoegsels voor de achternaam geplaatst: J. de Vries wordt opgevoerd als: 'De Vries, J. ' o Nederlandstalige variant: Lidwoorden en andere tussenvoegsels worden achter de voorletter(s) geplaatst „J. de Vries', wordt opgevoerd als „Vries, J. de' Wanneer er geen auteur is maar wel een instituut wordt de instituutsnaam als auteursnaam gebruikt. Zijn er auteurs met eenzelfde naam, dan wordt op voorletter geordend. Zijn van een auteur meer publicaties genoemd, dan wordt op publicatiejaar geordend. Zijn van een auteur meer publicaties uit hetzelfde jaar genoemd, dan wordt alfabetisch op titel geordend.
Voorbeelden van vermeldingen in tekst en titelbeschrijvingen: Boek met één auteur In tekst
Dit zijn de belangrijkste vragen bij het kiezen van een onderwerp voor je scriptie (Eco, 1994). of De belangrijkste vragen bij het kiezen van een onderwerp voor je scriptie zijn volgens Eco (1994)...
In literatuurlijst Eco, U. (1994). Hoe schrijf ik een scriptie (7e dr.). Amsterdam: Bert Bakker.
Richtlijnen APA, Mediatheek FE, 2012 3
Boek met twee auteurs Bij twee auteurs schrijf je in de literatuurlijst en de tekst voor de laatste auteur een ampersand (&). In de lopende tekst gebruik je het woordje “en” als verbinding. In tekst
“Bij gestructureerd informatie verzamelen is van tevoren precies bekend wat voor informatie nodig is” (Baarda & De Goede, 2006, p. 180). of Baarda en De Goede (2006) geven aan dat bij het gestructureerd verzamelen van informatie van tevoren precies bekend is wat voor informatie nodig is.
In literatuurlijst Baarda, D.B., & Goede, M.P.M. de. (2006). Basisboek methoden en technieken: e Handleiding voor het opzetten en uitvoeren van kwantitatief onderzoek (4 dr.). Groningen/Houten: Wolters-Noordhoff.
Boek met meerdere auteurs In tekst
Steehouwer, Jansen, Maat, Van der Staak, De Vet, Witteveen en Woudstra (2006) geven een aantal voorbeelden van samenhang tussen doelen van zender en ontvanger.
In literatuurlijst Steehouwer, M., Jansen, C., Maat, K., Staak, J. van der, Vet, D. de, Witteveen, M., & Woudstra, E. (2006). Leren communiceren: Handboek voor mondelinge en schriftelijke e communicatie (5 dr.). Groningen/Houten: Wolters-Noordhoff.
Boek met redacteur(en) Als er geen auteur op het titelblad staat maar één of meer samenstellers of redacteuren voeg je aan de naam „(red.)‟ toe - of „(ed.)‟ dan wel „(eds.)‟ als het om een Engelstalig boek gaat. In tekst
Het aantal scholen voor kinderen met een geestelijke en/of lichamelijke handicap in Rusland is toegenomen van 1655 in 1985 tot 1848 in 1995 (Van Rijswijk, Foreman & Shipitsina, 1996). of Van Rijswijk, Foreman en Shipitsina (1996) beschrijven de toename tussen 1985 en 1995 van het aantal scholen voor kinderen met een geestelijke en/of lichamelijke handicap in Rusland.
In literatuurlijst Rijswijk, K. van, Foreman, N., & Hipitsma, L. (eds.) (1996). Special Education on the move. Leuven/Amersfoort: Acco.
Richtlijnen APA, Mediatheek FE, 2012 4
Boek zonder vermelde auteur Wanneer er geen sprake is van een auteur maar wel van een instituut/instelling wordt de instituutsnaam als auteursnaam gebruikt. In literatuurlijst American Psychological Association. (2001). Publication manual of the American Psychological Association (5th ed.). Washington, DC: Author.
Hoofdstuk uit boek In tekst
Volgens Boeije (2009) zijn er bij kwalitatief onderzoek een aantal gemeenschappelijke kenmerken te formuleren.
In literatuurlijst Boeije, H. (2009). Kwalitatief onderzoek. In H. Boeije, H. ‟t Hart, & J. Hox (Red.), Onderzoeksmethoden (pp.246-281). Amsterdam: Boom.
Vertaald werk In tekst
Montessori's voornaamste pedagogische idee is, dat de opvoeder niet mag forceren, maar vol vertrouwen op de potentiële kracht van het kind …(1909/1993).
In literatuurlijst Montessori, M. (1993). Door het kind naar een nieuwe wereld. (J. J. Prins-Werker, Vert.). Amsterdam: Nederlandse Montessori Vereniging. (Oorspronkelijk werk gepubliceerd in 1909)
Artikel met één auteur In tekst
Vink (2009) geeft aan dat behandelaars een veel actievere houding zouden moeten aannemen.
In literatuurlijst Vink, M. (2009). Niet goed in je vel: lichamelijke gezondheid van mensen met chronische psychiatrische aandoeningen. Maandblad geestelijke volksgezondheid, 64(12), 10931104.
Artikel met twee auteurs In tekst
Uit onderzoek blijkt dat tweeëntwintig procent van de kinderen een relevante verbetering laat zien (Keegstra & Goorhuis-Brouwer, 2009). of Volgens Keegstra en Goorhuis-Brouwer (2009) laat tweeëntwintig procent van de kinderen een verbetering zien.
Richtlijnen APA, Mediatheek FE, 2012 5
In literatuurlijst Keegstra, A.L., & Goorhuis-Brouwer, S.M. (2009). Effecten van taalstimulering bij kleuters: Een verkennende studie. Tijdschrift voor Orthopedagogiek, 7/8(48), 321-330.
Artikel met meerdere auteurs In tekst
De zelfredzaamheid van cliënten bleek na de periode van active support te zijn toegenomen (Hardendood, Slooven, Vor, Goede & Wijnroks, 2009) of Hardendood, Slooven, Vor, Goede en Wijnroks (2009) constateerden dat de zelfredzaamheid van cliënten was toegenomen na de periode van active support.
In literatuurlijst Hardendood, D., Slooven, A., Vor, M. de, Goede, H. de, & Wijnroks, L. (2009). Effecten van active support in een kleinschalige woonvoorziening voor mensen met een verstandelijke beperking. Nederlands tijdschrift voor de zorg aan mensen met een verstandelijke beperking, 35(4), 208-225.
Twee of meer artikelen van één auteur Worden van een auteur meerdere publicaties uit hetzelfde jaar vermeld, dan wordt alfabetisch op titel geordend. In tekst
Verschillende onderzoeken op het gebied van trends en cultuur tonen aan dat….(Bakas, 1990, 2006a, 2006b)
In literatuurlijst Bakas, A. (1990). Verbetering schoolloopbaan Surinaamse kinderen: Een conferentie in beeld. In V. Th. Tjon-A-Ten, & T. Autar (red.), Schoolloopbaanverbetering van Surinaamse leerlingen. Amsterdam, Swets & Zeitlinger. Bakas, A. (2006a). Emigreren kun je leren. Den Haag: Expat Media. Bakas, A. (2006b). Megatrends Europe. London: Cyan.
Een publicatie besproken in een secundaire bron Indien mogelijk moet je een publicatie zelf raadplegen en daarnaar verwijzen. Soms kom je echter werk van een auteur via een secundaire bron tegen en blijkt het niet mogelijk de oorspronkelijke publicatie te achterhalen. In dat geval mag je „indirect‟ verwijzen. Er is sprake van een indirect citaat wanneer je een tekstfragment overneemt uit een publicatie die je niet zelf gelezen hebt. Noem dan in de tekst de primaire bron, vermeld als geciteerd werk de secundaire en vermeld ook de secundaire bron in de referentielijst. In tekst
Duhem (geciteerd in Tijmstra & Boeije, 2011) stelt dat het onmogelijk is om verschillende onderzoeken op het gebied van….
In literatuurlijst Tijmstra, J., & Boeije, H. (2011). Wetenschapsfilosofie in de context van de sociale wetenschappen. Den Haag: Boom Lemma Uitgevers.
Richtlijnen APA, Mediatheek FE, 2012 6
.
Elektronische bronnen met DOI Bij elektronische bronnen wordt steeds vaker een DOI-nummer (Digital Object Identifier ) vermeld. Dit is een uniek identificatienummer voor digitale bestanden (ofwel digitale objecten). In tekst
Volgens de onderzoekers heeft reclame veel invloed…(Harris, et al., 2009)
In literatuurlijst Harris, J. L., Bargh, J. A., & Brownell, K. D. (2009). Priming effects of television food advertising on eating behavior. Health Psychology, 28, 404-413. doi:10.1037/a0014399
Elektronische bronnen zonder DOI
Als een DOI ontbreekt wordt de URL van de homepage van het tijdschrift of de uitgever vermeld, ook als de publicatie via een database is verkregen. De URL wordt voorafgegaan door „Retrieved from‟ of in het Nederlands „Ontleend aan‟/ „Geraadpleegd op‟. In literatuurlijst Sillick, T. J., & Schutte, N. S. (2006). Emotional intelligence and self-esteem mediate between perceived early parental love and adult happiness. E-Journal of Applied Psychology, 2(2), 38-48. Retrieved from http://ojs.lib.swin.edu.au/index.php/ejap
Webpagina In tekst
Volgens het RIVM (2009) neemt het aantal jonge mensen met astma in Nederland af.
In literatuurlijst RIVM (2009). Allergie. Nationaal kompas volksgezondheid. Geraadpleegd op 3 februari 2010 via http://www.rivm.nl/vtv/object_document/o12977n46339.html.
Literatuur: Ackermann, M., Osseweijer, E., Schmidt, H., & Molen, H. van der. (2007). Zelf leren schrijven: Schrijfvaardigheid voor psychologie, pedagogiek en sociale wetenschappen (2e dr.). Amsterdam: Boom. American Psychological Association (APA). (2010). Publication manual of the American Psychological Association. Washington, DC: Auther. Habraken, A. (2010). Bronvermelding volgens de richtlijnen van de APA: Gebaseerd op de 6e editie van de Publication Manual. Tilburg: Universiteit van Tilburg. Ontleend aan http://drcwww.uvt.nl/its/voorlichting/handleidingen/bibliotheek/apa.pdf Kremers, M., & Tenwolde, H. (2004). De vormgeving van werkstukken: Werkboek met richtlijnen ( 8e geh. herz. dr.). Utrecht: Universiteit voor Humanistiek.
Richtlijnen APA, Mediatheek FE, 2012 7