Alusta Natuurlijke Ventilatietechniek BV ventilatieroosters

SKG.0090.0510.02.NL uitgegeven: geldig tot:

26-02-2014 26-02-2019

vervangt: uitgegeven:

08.15.151.06 15-08-2009

Attesthouder Alusta Natuurlijke Ventilatietechniek BV Penningweg 7 4879 AE Etten Leur T : +31 (0)765 034 152 F : +31 (0)765 014 496 E : [email protected] I : www.alusta.com

Alusta Natuurlijke Ventilatietechniek BV ventilatieroosters van het type Muurdemper 25K 20V, Rondo 25K 20V, Monument 25K 20V, Elegance, Wangdemper 25K 20V en Dakdemper 25K 20V voor toepassing in uitwendige scheidingsconstructies Verklaring van SKG Dit attest is op basis van BRL 5701: 15-08-2003 inclusief wijzigingsblad d.d. 28-03-2013 afgegeven conform het SKG Reglement attestering, productcertificatie en procescertificatie: 2011. SKG verklaart dat de ventilatieroosters prestaties leveren die in dit attest zijn beschreven, mits:  wordt voldaan aan de in dit attest vastgelegde toepassingsvoorwaarden en technische specificatie(s);  de vervaardiging en montage van de ventilatieroosters geschiedt overeenkomstig de in dit attest vastgelegde voorschriften en/of verwerkingsmethoden. SKG verklaart dat met in achtneming van bovenstaande de ventilatieroosters in hun toepassingen voldoen aan de eisen van het Bouwbesluit, zoals gespecificeerd op blad 2 van deze kwaliteitsverklaring. SKG verklaart dat voor dit attest geen controle plaatsvindt op de productie van de ventilatieroosters, noch op de montage in bouwwerken. Dit attest is een erkende kwaliteitsverklaring voor het Bouwbesluit overeenkomstig de Tripartiete overeenkomst (Staatscourant 132, 2006) en de Woningwet. Het attest is opgenomen in het “Overzicht van erkende kwaliteitsverklaringen in de bouw“ op de website van SBK: www.bouwkwaliteit.nl. Voor SKG ir. H.A.J. van Dartel Certificatiemanager Het attest is voorts opgenomen in het overzicht op de website van Stichting KOMO: www.komo.nl. De gebruikers van dit attest worden geadviseerd op www.skg.nl te controleren of dit document nog geldig is. Dit attest bestaat uit 22 bladzijden.

Bouwbesluit

Product is: eenmalig beoordeeld op prestatie in de toepassing. Herbeoordeling minimaal elke 5 jaar.

KOMO® attest Alusta Natuurlijke Ventilatietechniek BV Nummer:

SKG.0090.0510.02.NL

IDENTIFICATIE VAN HET PRODUCT Producten conform dit attest worden geïdentificeerd door deze duurzaam te voorzien van de naam c.q. het logo van de fabrikant, tezamen met vermelding van het attestnummer evenals het roostertype. Een en ander zoals hiernaast is aangegeven. Plaats van de identificatie: In de (klooster-) sponning/bovenzijde van elk ventilatierooster. Bij voorkeur rechtsboven, gezien vanaf de buitenzijde.

blad 2 van 22

De identificatie wordt uitgevoerd in de vorm van een witte zegel met zwarte opdruk als volgt opgezet:

LOGO attesthouder

Alusta Natuurlijke Ventilatietechniek BV Attestnummer: SKG.0090.0510 Muurdemper 25K 20V, Rondo 25K 20V, Monument 25K 20V, Elegance, Wangdemper 25K 20V en Dakdemper 25K 20V

SAMENVATTING MINIMUM PRESTATIES Tabel 1 BOUWBESLUITINGANG Afd. nr. Onderwerp 2.1 Algemene strekte van de bouwconstructie 2.9

Beperking van het ontwikkelen van brand en rook

Grenswaarde/ bepalingsmethode Uiterste grenstoestand bouwconstructie, berekening volgens van toepassing zijnde Eurocodes en/of NEN normen Binnenoppervlak: Minimaal brandklasse D volgens NEN-EN 13501-1

Prestaties volgens kwaliteitsverklaring Zie paragraaf 3.1 van dit SKG-KOMO attest voor de prestaties per roostertype

Opmerkingen i.v.m. toepassing

Niet bepaald

Minimaal rookklasse s2 volgens NEN-EN 13501-1

Niet bepaald

Buitenoppervlak: Minimaal brandklasse D volgens NENEN 13501-1 Constructieonderdeel: Minimaal voldoen aan grenswaarden uit Ministeriële Regeling Weerstandsklasse 2 volgens NEN 5096

Niet bepaald

Facultatieve eis Roosteroppervlak < 5% van het oppervlak van de uitwendige scheidingsconstructie Facultatieve eis Roosteroppervlak < 5% van het oppervlak van de uitwendige scheidingsconstructie Facultatieve eis

Niet bepaald

Facultatieve eis

Voldoet aan de gestelde eisen

Facultatieve eis Roosterhoogte < 150 mm, waardoor een doorgangsopening beperkt is en er geen eis geldt aan inbraakwerendheid De genoemde rekenwaarde kan gebruikt worden voor de bepaling van de karakteristieke geluidwering van een scheidingsconstructie De genoemde rekenwaarde kan gebruikt worden voor de bepaling van de karakteristieke geluidwering van een scheidingsconstructie

2.15

Inbraakwerendheid, nieuwbouw

3.1

Bescherming tegen geluid van buiten

Karaktristieke geluidwering > 20 dB(A) volgens NEN 5077

Zie paragraaf 3.2.1 van dit SKG-KOMO attest voor de Rekenwaarde DneA per roostertype

Bescherming tegen industrie-, wegof spoorweglawaai


Bescherming tegen luchtvaartlawaai

Karaktristieke geluidwering > verschil tussen hw-besluit vermelde hoogst toelaatbare geluidsbelasting en 35 dB(A) bij industrielawaai en 33 dB(A) bij wegof spoorweglawaai Karaktristieke geluidwering > 20 dB(A) volgens NEN 5077

3.5

Wering van vocht

Waterdicht, volgens NEN 2778

3.6

Luchtverversing

Capaciteit minimaal 0,7 dm3/s of 0,7 dm3/s per m2 vloeroppervlak met minimaal 7 dm3/s volgens NEN 1087 Thermisch comfort, luchtsnelheid ≤ 0,2 m/s volgens NEN 1087 Regelbaarheid Luchtkwaliteit Geen openingen > 0,01 m

Zie paragraaf 3.2.4 van dit SKG-KOMO attest voor de prestaties per roostertype Voldoet aan de gestelde eisen

3.10 5.1

Bescherming tegen ratten en muizen Energiezuinigheid

Beperking van luchtdoorlatendheid


Geen vermelding

Facultatieve eis De genoemde rekenwaarde kan gebruikt worden voor de bepaling van de karakteristieke geluidwering van een scheidingsconstructie

Toepassing op een hoogte > 1.8 m boven vloer van het verblijfsgebied

Voldoet aan gestelde eisen Voldoet aan gestelde eisen Geen openingen > 0,01 m

Warmtedoorgangscoëfficiënt ≤ 2,2 W/m 2.K volgens NEN 1068

Geen vermelding

Luchtvolumestroom < 0,2 m3/s volgens NEN 2686

Voldoet aan gestelde eisen Zie paragraaf 3.3.2 van dit SKG-KOMO attest voor de prestaties per roostertype

Warmtedoorgangscoëfficiënt niet van toepassing op een oppervlakte aan scheidingsconstructies, waarvan de getalswaarde niet groter is dan 2% van de gebruiksoppervlakte van de gebruiksfunctie

Opmerking Ingevolge de regelingen Bouwbesluit als gepubliceerd door het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijkrelaties is deze door SKG afgegeven kwaliteitsverklaring o.a. in het kader van de bouwvergunning tevens voldoende bewijs als bedoeld in artikel 1.8 van het Bouwbesluit, mits en voor zover deze kwaliteitsverklaring is opgenomen in het “Overzicht van erkende kwaliteitsverklaringen in de bouw”, zoals gepubliceerd op de website van Stichting Bouwkwaliteit (SBK): www.bouwkwaliteit.nl en op de website van Stichting KOMO: www.komo.nl en voor zover in verband met de toepassing geen hogere prestaties vereiste zijn.

KOMO® attest Alusta Natuurlijke Ventilatietechniek BV Nummer:

SKG.0090.0510.02.NL

WENKEN VOOR DE AFNEMER 1. Inspecteer bij aflevering van onder dit attest geleverde producten of conform de technische specificaties als omschreven in dit attest:  geleverd is wat is overeengekomen;  identificatie conform de specificatie in dit attest op de producten is aangebracht;  de producten geen zichtbare beschadigingen en/of gebreken vertonen als gevolg van transport of anderszins;  voldaan is aan wettelijke eisen in verband met de toepassing.

blad 3 van 22

2. Controleer of dit attest nog geldig is. Raadpleeg hiertoe de website van SKG: www.skg.nl. 3. Indien u op grond van het hiervoor gestelde en/of op grond van uw eigen bevindingen tot afkeuring overgaat, neem dan contact op met: 1. Alusta Natuurlijke Ventilatietechniek BV; en zonodig met: 2. SKG.

Indien op een bouwproduct een Europese geharmoniseerde technische specificatie van toepassing is mogen de uitspraken in dit KOMO attest niet worden gebruikt ter vervanging van de CE-markering op dat bouwproduct en/of ter vervanging van de bijbehorende verplichte prestatieverklaring.

KOMO® attest Alusta natuurlijke ventilatietechniek BV Nummer: SKG.0090.0510.02.NL

blad 4 van 22

INHOUD 1

TECHNISCHE SPECIFICATIES .......................................................................................................................................................... 5 1.1 1.2 1.3 1.4 1.5 1.6 1.7 1.8 1.9

2

ONDERWERP ..................................................................................................................................................................................... 5 MUURDEMPERS ................................................................................................................................................................................. 5 AFMETINGEN...................................................................................................................................................................................... 6 TOEGEPASTE MATERIALEN IN DE MUURDEMPERS .................................................................................................................................. 6 BEVESTIGING VAN DE MUURDEMPERS IN HET GEVELELEMENT ................................................................................................................ 7 AANSLUITINGEN ................................................................................................................................................................................. 8 ESTHETISCHE KWALITEIT / MAATVASTHEID VAN MUURDEMPERS.............................................................................................................. 8 ESTHETISCHE KWALITEIT / UITERLIJK.................................................................................................................................................... 8 BRUIKBAARHEID IN VERBAND MET DE BEDIENBAARHEID VAN DE REGELING VAN DE VENTILATIEOPENING..................................................... 8 VOORSCHRIFTEN VOOR DE VERWERKING ................................................................................................................................... 9

2.1 2.2 2.3 2.4 2.5 2.6 2.7 3

LEVERING VAN VENTILATIEROOSTERS .................................................................................................................................................. 9 TRANSPORT EN OPSLAG ..................................................................................................................................................................... 9 ALGEMEEN MONTAGEVOORSCHRIFT .................................................................................................................................................... 9 VERWERKING VAN KIT ......................................................................................................................................................................... 9 BESCHERMING NA MONTAGE ............................................................................................................................................................... 9 CEMENTVLEKKEN ............................................................................................................................................................................... 9 REINIGING EN ONDERHOUD ................................................................................................................................................................. 9 PRESTATIES .................................................................................................................................................................................... 10

3.1 3.2 3.3 4

PRESTATIES UIT OOGPUNT VAN VEILIGHEID ........................................................................................................................................ 10 PRESTATIES UIT OOGPUNT VAN GEZONDHEID ..................................................................................................................................... 11 PRESTATIES UIT OOGPUNT VAN ENERGIEZUINIGHEID EN MILIEU ............................................................................................................ 14 WENKEN VOOR DE GEBRUIKER ................................................................................................................................................... 15

4.1 4.2 4.3 4.4 4.5

BESTELLEN ...................................................................................................................................................................................... 15 CONTROLE OP HET GELEVERDE ......................................................................................................................................................... 15 AFKEUR........................................................................................................................................................................................... 15 REINIGING/ ONDERHOUD .................................................................................................................................................................. 15 GEBRUIKSVOORSCHRIFT ................................................................................................................................................................... 15

5

EISEN TE STELLEN AAN HET KWALITEITSSYSTEEM ................................................................................................................. 15

6

TEKENINGEN ................................................................................................................................................................................... 16


blad 5 van 22

1

TECHNISCHE SPECIFICATIES

1.1

Onderwerp Voorziening voor de toevoer van verse buitenlucht met behulp van afsluitbare ventilatieroosters in de vorm van muurdempers met verbeterde akoestische eigenschappen, afhankelijk van de uitvoering geschikt voor plaatsing in een sparing in een muur-, dak- of wandconstructie. De ALUSTA muurdempers worden uit separaat toegeleverde componenten opgebouwd, bestaande uit een aan binnenzijde te plaatsen aluminium ventilatierooster en een aan straatzijde te plaatsen aluminium inlaatkap, met een in de bouwkundige constructie te plaatsen resonator, welke voor verbeterde akoestische eigenschappen en prestaties geprepareerd is. Deze ALUSTA muurdempers zijn bij uitstek geschikt voor toepassingen in massieve (steenachtige) of samengestelde (houtachtige) constructies, niet zijnde gevelelementen. De in dit attest beschreven, van muurdempers afgeleide “dakdempers”, vinden toepassing in dunwandige constructies, zoals in de wang van dakkapellen.

1.2

Muurdempers

1.2.1

Identificatiecode Elke muurdemper is voorzien van een identificatiecode waarin ten minste is weergegeven de aanduiding van het roostertype, alsmede het attestnummer. De identificatiecode is aangebracht ter plaatse van de PVC-pijp of op het rooster aan de binnenzijde, zoals aangegeven op blad 2. van dit attest.

1.2.2

Vorm en samenstelling Het hart van de ALUSTA muurdempers is opgebouwd uit een PVC-mantelpijp met ingebrachte kern. Afhankelijk van het gewenste type is de uitwendige diameter van de mantelpijp 160, 200, 250 of 280 mm. De uitwendige diameter van de kern is 110, 160, 200, 220 of 250 mm. Afhankelijk van de gewenste eigenschappen kunnen mantelpijp-diameters (MD) en kern-diameters (K) in de standaard “verbeterde” (V) uitvoering met een losse inlaatkap met elkaar gecombineerd worden als volgt:  Type MD28K 25V  Type MD28K 22V  Type MD28K 20V  Type MD28K 16V  Type MD25K 20V Ook uitvoerbaar met geïntegreerde kap type “RONDO” of “MONUMENT”, of als “WANGDEMPER” (WD), c.q. “DAKDEMPER” (DD)  Type MD25K 16V  Type MD20K 16V  Type MD20K 11V De kern wordt met een zogenoemde “spin”, bestaande uit een tweetal – om het bevestigingspunt in het midden – in de gewenste stand te bewegen verzinkt stalen tondeldraadconstructie, op zijn plaats gehouden. De kern bestaat uit een aan beide zijden afgesloten PVC-pijp ter lengte van (standaard) 12 cm, waarin zich resonator-openingen bevinden. Ter weerszijden zijn met firet afgedekte glaswol-schijven aangebracht, welke over een lengte van 4 cm kegelvormig zijn afgeschuind overeenkomstig tekeningen op blad 16 e.v. In de uitvoering als “Wangdemper” bestaat de kern enkel uit de met firet afgedekte en ter weerszijden afgeschuinde glaswolschijven. De glaswolzijde van de kern gemerkt “straatzijde” dient gericht naar de straatzijde in de mantelpijp gemonteerd te worden. Het aan kamerzijde van de constructie te monteren regelbare (standaard in wit RAL 9001 of kleur gemoffelde) aluminium ventilatierooster, behorend bij de Muur-, Dak- en Wangdempers heeft 2 vaste geperforeerde aluminium platen en 2 geperforeerde beweegbare delen van slagvast (hard) PVC. De vaste en beweegbare delen in de “bakvormig” geprofileerde ventilatieroosters zijn voorzien van een standaard gatenpatroon. De afmetingen van de 38 gaten zijn 18 x 56 mm (bxh) h.o.h. 40 mm, onafhankelijk van het type. De schuiven zijn geplaatst in de daartoe in het inwendige van het bakvormige frame van het rooster aangebrachte langsgroeven. Door de plaats van de langsgroeven beschikken de ventilatieroosters over een “ontspanningsruimte” (spouw) van ca. 10 mm breed, welke zich tussen de pvc-schuiven bevindt. Door de centraal in het rooster geplaatste knop/koord-bediening, die beide pvc-schuiven gelijktijdig bedient, kan het rooster geheel of gedeeltelijk worden geopend en gesloten. In geheel geopende stand van de schuiven vallen perforaties in de pvc-schuiven geheel samen met de perforaties in de vaste aluminium delen. In gesloten stand van het rooster bedraagt de overlap van de pvc-stroken t.o.v. de aluminium delen ter weerszijden 2 mm + 0,5 mm. In het rooster van muurdempers is, teneinde ongedierte effectief te weren, achter de schuiven in het afneembare rooster een gaas opgenomen, als hierna in 1.4.6 nader gespecificeerd. Ten behoeve van reiniging is dit gaas uitneembaar na verwijdering van het met 4 schroeven aan de bouwkundige constructie bevestigde rooster aan kamerzijde. Als afwerking aan de buitenzijde wordt in de standaard uitvoering een (standaard koffiebruin RAL 8019 of op bestelling in andere kleur gemoffeld) uit gezette plaats 2,0 mm dik vervaardigde aluminium inlaatkap geleverd. Aan de binnenzijde van de kap bevindt zich met firet afgedekte minerale wol als op tekeningen op blad 16 en verder aangegeven. Voor WANGDEMPERS zijn twee kaptypen beschikbaar. Voor muurdempers van het type MONUMENT wordt een geheel van de standaard afwijkende omkasting geleverd als op tekening op blad 18 is aangegeven. Bij de muurdempers van het type RONDO vormt de inlaatkap een in het ontwerp geïntegreerd geheel met de mantelpijp.


blad 6 van 22

Muurdemper ELEGANCE bestaat uit twee telescopisch in elkaar passende ronde pvc buizen. De buitenste buis wordt vast aan de gevel gemonteerd en heeft een inlaatopening aan de onderzijde van het buiten de gevel uitstekende deel. De voorzijde is door een pvc sluitplaat afgedicht. Aan de binnenzijde van de sluitplaat is minerale wol voorzien t.b.v. de geluidswering. De binnenste buis is aan de kamerzijde eveneens voorzien van een sluitplaat welke aan de binnenzijde is voorzien van minerale wol. In het zijvlak bevindt zich de uitstroomopening. Tevens is gecentreerd in de binnenste buis een geluiddempende kern aangebracht voorzien van resonatoren en minerale wol. De binnenste buis wordt d.m.v. een radiale beweging in een radiale beweging in axiale richting ten opzichte van de buitenste buis verplaatst. Op deze wijze kan de uitstroomopening worden vergroot of verkleind. In gesloten toestand is de binnenste buis vrijwel geheel opgenomen in de buitenste buis en aldus vrijwel vlak gepositioneerd ten ten opzichte van de binnenwand afwerking. Door de binnenste buis te draaien wordt deze buis in axiale richting naar binnen toe open gedraaid en ontstaat een ventilatieopening. De geluidsdempende kern is vast gemonteerd in de binnenste buis en beweegt aldus in axiale richting mee met deze buis. Door de zich, afhankelijk van de ventilatieopening wijzigende positie van de kern, ontstaat een “proportionele geluidswering”. Variaties in uitvoering worden gevormd door verschillende diameters van de geluiddempende kern. De buitenmantel heeft een doorsnede van 210 mm. De tekening op blad 19 toont een doorsnede van de demper. 1.3

Afmetingen De afmetingen van de ventilatieroosters geplaatst aan de binnenzijde zijn 380 x 380 mm (b x h). Afhankelijk van het type moet voor het kunnen plaatsen van de muurdemper een rond gat met een diameter die rondom tenminste 2 mm speling ten behoeve van afdichting toelaat in de bouwkundige constructie worden voorzien. Afhankelijk van het gewenste type is de uitwendige diameter van de mantelpijp 160, 200, 250 of 280 mm. Het oppervlak, zoals dat voor roosters in verband met de bijdrage aan de brandvoortplanting in rekening moet worden gebracht, is gelijk aan het oppervlak van het gat in de constructie zoals dat voor het doorvoeren van de mantelpijp noodzakelijk is. De maat voor de benodigde inbouwdiepte is afhankelijk van het type demper variabel, doch tenminste 250 mm. De afgeschuinde glaswol aan straatzijde (40 mm) bevindt zich in de ruimte ingenomen door de kap, waardoor een betere luchtstroming wordt bevorderd. Wanneer de muur dikker is, dient de lengte van de mantelpijp daarop te worden aangepast, doch de positie van afgeschuinde glaswol aan straatzijde blijft daardoor ongewijzigd. Aan kamerzijde zal daardoor een grotere “loze” ruimte ontstaan. De standaard uitvoeringen kennen een lengte van de pvc-pijp van de kern van 120 mm tot een totaallengte inclusief de glaswol van 280 mm, bij een diktemaat van de bouwkundige constructie van bij voorkeur tenminste 300 mm. Bij toepassing van wangdempers of dakdempers kan door gehele of gedeeltelijke weglating van de pvc-pijp in de kern op iedere inbouwdiepte worden aangesloten. De voorbepaling van luchtdoorlatendheid in rekening te brengen sluitnaadlengte (c.q. “kierlengte”) overeenkomstig bepalingen in NEN 3661 van muurdempers wordt gevonden uit en gelijk gesteld met de lengte van de inbouwomtrek van het rooster, gelijk te stellen met 380 x 4 = 1520 mm.

1.4

Toegepaste materialen in de muurdempers De metalen onderdelen van de muurdemper zijn gemaakt van aluminium. Voor profielen zijn metaallegeringen van het type AlMgSi.0,5 (nr. 6060 of nr. 6063 volgens DIN 1748) gebruikt. Voor plaatmateriaal is gebruik gemaakt van metaallegering AIMg1, AIMg2 of AIMg3.

1.4.1

Aluminium profielen / legeringen De metalen onderdelen van de muurdemper zijn gemaakt van aluminium. Voor profielen zijn metaallegeringen van het type AlMgSi.0,5 (nr. 6060 of nr. 6063 volgens DIN 1748) gebruikt. Voor plaatmateriaal is gebruik gemaakt van metaallegering AIMg1, AIMg2 of AIMg3.

1.4.2

Aluminium / afwerking met een laksysteem Laksystemen, aangebracht op aluminium profielen, zijn overeenkomstig de QUALICOAT-voorschriften. Laksystemen leveren een duurzame prestatie als beschermende oppervlaktebehandeling voor het aluminium, met een hoge esthetische waarde en bieden een ruime mogelijkheid voor kleurkeuze en glansgraad volgens het RAL-kleurenpallet. Onthechting, verkleuring, verlies van glans door (normale) mechanische belasting en/of (al dan niet agressieve) milieufactoren, of aantasting door corrosie is zodanig beperkt, dat zulke verschijnselen tenminste gedurende 5 jaar niet of in onbelangrijke mate zullen voorkomen. De hechting van laksystemen op aluminium is zodanig dat deze bij normale (stoot-) belastingen en/of mechanische bewerkingen niet zal splinteren, of geheel of gedeeltelijk zal onthechten van de ondergrond. Ook na vochtbelasting en langdurige (≥1000 uur) onderdompeling in een azijnzure chloride-oplossing (pH=3) blijft de hechting onveranderd goed en treedt daarbij geen noemenswaardige blaarvorming op. Opmerking: In kustgebieden tot een afstand van tenminste 25 km uit de kust (en in andere gebieden met agressieve milieuindicatoren, overeenkomstig bepalingen in hoofdstuk 7.2 in BRL 2701) is een tweelaags poederlaksysteem met een laagdikte van tenminste 90 micrometer, of een daaraan gelijkwaardig te stellen systeem toegepast

1.4.3

Aluminium / afwerking door anodiseren Anodiseerwerk, geleverd onder het QUALANOD-label, bezit een laagdikte van tenminste 20 micrometer en levert een duurzame prestatie als beschermende oppervlaktebehandeling voor het aluminium, met een hoge esthetische waarde, doch met beperkte keuzemogelijkheden voor kleur en/of glans. Verkleuring, verlies van glans door (normale) mechanische belasting en/of (al dan niet agressieve) milieufactoren, of aantasting door corrosie is zodanig beperkt, dat zulke verschijnselen tenminste gedurende 5 jaar niet of in onbelangrijke mate zullen voorkomen. Opmerking: In kustgebieden tot tenminste een afstand van 25 km uit de kust (en in andere gebieden met agressieve milieuindicatoren, bepaald overeenkomstig 7.2 in BRL 2701) bedraagt de laagdikte van anodiseerwerk tenminste 25 micrometer.

1.4.4

Isolatiemateriaal Ten behoeve van geluiddemping is in de profilering van de inlaatkap en ter weerszijden van de kern een minerale (glas-) wol (ρ = + 55 kg/m3; λ = 0,035 W/m.K), afgedekt met firet, opgenomen.


blad 7 van 22

1.4.5

Bewegingsmechanisme De kunststof/hard pvc-schuiven in het in het bij muurdempers geleverde afneembare ventilatierooster worden door geleiding in de daarvoor bestemde profileringen in het aluminium bakvormige profiel gelijktijdig bewogen, door verdraaiing linksom dan wel rechtsom van de in het midden van het rooster aan kamerzijde geplaatste bedieningsknop (vervaardigd van een hard pvc-kunststof), waardoor de excentrisch geplaatste meenemer de schuiven heen en weer beweegt.

1.4.6

Aluminium / gecoat gaas Achter de binnen geplaatste schuif is in de profilering van het uitneembare rooster plaats gehouden voor een gaas van met epoxyhars gecoat aluminium, zoals dat in de profilering is ingebracht. De maaswijdte van het

1.4.7

Kunststof / hard pvc-kopschotten en schuif De mantelpijpen en de in standaard uitvoeringen van muurdempers toegepaste kernpijpen zijn van hard-pvc (in standaard grijs). Ook de schuiven in het rooster, alsmede de bedieningsknop zijn vervaardigd van hard-pvc.

1.4.8

Afdichting / kit en/of bandmateriaal De vereiste dichting in de aansluiting op de bouwkundige constructie wordt verkregen door de mantelpijpen zowel aan binnen- als aan buitenzijde in aansluitingen middels een siliconenkit van het type K25 overeenkomstig bepalingen in NVN 3412 rondom te “verlijmen” c.q. af te sealen. Bandmateriaal voor aansluiting in het kader, toegepast als rugvulling in de buitenafdichting, is van een polyethyleen (PE)-band klasse S12,5 of beter, afm. 4 x 15 mm, geschikt voor toepassingsgebied V3e overeenkomstig bepalingen in NEN 3413. (Wordt niet meegeleverd.) De PE-band wordt afgeseald met kit type K25. Niet alleen de ruimte in het gat tussen mantelpijp en muurconstructie moet zorgvuldig worden afgedicht als aangegeven, doch ook de aansluiting van buitenkap op de muur dient “luchtdicht” te zijn, omdat in geval van lekken (bijvoorbeeld bij terugliggende voegen) de resonator van de kap niet meer werkt op de berekende frequentie. De omgezette muuraansluitingen van de kap dienen te worden voorzien van een gesloten cel zelfklevende band van voldoende dikte om een luchtdichte aansluiting te realiseren. De kap dient centraal over het gat te worden geplaatst, overeenkomstig bijgeleverd plaatsingsvoorschrift.

1.4.9

Bevestigingsmiddelen / RVS Bevestigingsmiddelen zijn van roestvast staal, type AISI 304, kwaliteit A2 of beter.

1.5

Bevestiging van de muurdempers in het gevelelement

1.5.1

Algemeen/montagetekeningen De montage van muurdempers geschiedt overeenkomstig de tekeningen als opgenomen op blad 15 en verder in dit attest.

1.5.2

Kader/randvoorwaarden Voor zover voldaan is aan bepalingen in NEN 6702, zijn gevelconstructies in staat om optredende belastingen zonder blijvende vervormingen op te nemen en af te dragen aan bouwkundige constructies, waardoor zulke gevelconstructies geschikt zijn om daarin muurdempers op te nemen. De ALUSTA muurdempers zijn geschikt voor bevestiging in steenachtige of houtachtige, al dan niet massieve uitwendige scheidingsconstructies van bouwwerken. Maatvoering van voor plaatsing van muurdempers bestemde sparingen in gevel-, dak- of wandconstructies is als op tekeningen is aangegeven, waardoor ter weerszijden van dempers tenminste 2 mm blijvende speling gerealiseerd is, teneinde een duurzame en functionele afdichting en aansluiting op de bouwkundige constructie te kunnen realiseren.

1.5.3

Kader / afdichting Afdichtingen zijn als op tekeningen op blad 16 en verder aangegeven. Waterinfiltratie is voorkomen door toepassing van een effectieve waterkering aan de buitenzijde in de aanslag tegen de bouwkundige constructie waartegen de demper aansluit, in de vorm van een waterbestendige, comprimeerbare, enkel- of dubbelzijdig klevende band, met gesloten cellenstructuur overeenkomstig NEN 3413 als rugvulling, afgeseald met een kit K25. Afdichting aan de binnenzijde door middel van een kit K12,5 of beter overeenkomstig NVN 3412. Het aanbrengen van een eventuele kit-afdichting gebeurt overeenkomstig de specificaties van de kitleverancier.

1.5.4

Plaatsing in een bouwkundige constructie van hout Bevestiging van het ventilatierooster geschiedt middels daarvoor geschikte houtschroeven door de daartoe bestemde bevestigingsgaten in het rooster. Bevestigingslengte in hout bij bevestiging middels schroeven, is tenminste 20 mm. Bevestiging en plaatsing van de inlaatkap in (tegen infiltratie van regenwater) beschermde opstellen geschiedt ten behoeve van een luchtdichte aansluiting uit akoestische overwegingen, overeenkomstig 1.4.8 middels daarvoor geschikte houtschroeven met pvconderlegringen door de daartoe bestemde bevestigingsgaten in de kap. Bevestigingslengte in hout bij bevestiging middels schroeven, is tenminste 30 mm. Er worden uitsluitend RVS bevestigingsmiddelen toegepast. Kwaliteit A2 of beter. Bij toepassing in een (tegen infiltratie van regenwater) onbeschermde opstellen worden ten behoeve van een waterdichte aansluiting de bovenzijde en zijwangen van de kap in de aansluiting op de houtconstructie afgeseald d.m.v. een kit K25 op een rugvulling van een waterbestendige, comprimeerbare, enkel- of dubbelzijdig klevende band, met gesloten cellenstructuur overeenkomstig NEN 3413. Schroefbevestigingen in hardhout zijn voorgeboord met een boordiameter gelijk of kleiner dan de kern van de schroef. Van schroeven voor bevestiging in hardhout loopt de spoed door tot direct onder de kop van de schroef. Zie voor afdichtingen ook als hiervoor onder 1.5.3 beschreven.

KOMO® attest Alusta natuurlijke ventilatietechniek BV Nummer: SKG.0090.0510.02.NL 1.5.5

blad 8 van 22

Plaatsing in een bouwkundige constructie van steenachtig materiaal Bevestiging van het ventilatierooster geschiedt middels daarvoor geschikte schroeven door de daartoe bestemde bevestigingsgaten in het rooster. Bevestigingslengte in een voor het desbetreffende materiaal geschikte plug bij bevestiging middels schroeven, is tenminste 30 mm. Bevestiging van de inlaatkap geschiedt overeenkomstig 1.4.8 middels daarvoor geschikte schroeven met pvc-onderlegringen in pluggen geplaatst in de muurconstructie, door de daartoe bestemde bevestigingsgaten in de kap. Bevestigingslengte is tenminste 30 mm. Er worden uitsluitend RVS bevestigingsmiddelen toegepast. Kwaliteit A2 of beter. Bij toepassing in onbeschermde opstelling wordt afdichting in de aansluiting van de inlaatkap gerealiseerd als omschreven in 1.5.4.

1.5.6

Plaatsing in een bouwkundige constructie van staal (-beplating) Bevestiging van het ventilatierooster geschiedt middels daarvoor geschikte schroeven door de daartoe bestemde bevestigingsgaten in het rooster. Bevestigingsmiddelen zijn van RVS Kwaliteit A2 of beter. Bevestiging van de inlaatkap geschiedt overeenkomstig 1.4.8 middels daarvoor geschikte schroef- of boutverbindingen met pvconderlegringen in spreidankers, geplaatst in de staalbeplating, geschikt voor belasting tot een gewicht van 100 kg totaal, door de daartoe bestemde bevestigingsgaten in de kap. Bevestigingslengte is tenminste 30 mm. Er worden uitsluitend RVS bevestigingsmiddelen toegepast. Kwaliteit A2 of beter. Bij toepassing in onbeschermde opstelling wordt afdichting in de aansluiting van de inlaatkap gerealiseerd als omschreven in 1.5.4.

1.6

Aansluitingen De aansluitingen van de muurdempers aan de gevelconstructie, worden zodanig overeenkomstig detailtekeningen op blad 15 en verder uitgevoerd, dat daardoor aansluitingen, bepaald overeenkomstig NEN-EN 1027 wind- en waterdicht zijn tot een toetsingsdruk van tenminste 650 Pascal.

1.7

Esthetische kwaliteit / maatvastheid van muurdempers De tolerantie op de maatvoering ten opzichte van de nominale waarden, bedraagt niet meer dan ± 2,0 mm. De tolerantie in de ontmoeting van profielen in verbindingen bedraagt niet meer dan 0,5 mm.

1.8

Esthetische kwaliteit / uiterlijk Voor gelakt aluminium geldt, dat de oppervlakte egaal en gelijkmatig van structuur en kleur is en vrij van storende effecten, bezien met het ongewapende oog op een afstand van 5 meter  voor de gevel. Voor anodiseerwerk geldt bovendien, dat op gelijke afstand geen storende vlammen of vlekken zichtbaar zijn. De laksystemen zijn volgens Qualicoat gelijkmatig dekkend op zichtzijden aangebracht zonder storende defecten in het oppervlak zoals zakkers, blaasjes, insluitingen, kraters o.d.. Zulks bezien met het ongewapende oog op een afstand van 3 meter  voor de gevel. Verschil in kleur en/of glansgraad groter dan bij de overeengekomen grensmonsters zijn bij beoordeling met het ongewapende oog op een afstand van 5 meter  voor de gevel niet (storend) waarneembaar.

1.9

Bruikbaarheid in verband met de bedienbaarheid van de regeling van de ventilatieopening De ventilatieschuif is, overeenkomstig NEN 3662 eenvoudig met de hand bedienbaar. Voor de bediening van ventilatieschuiven wordt conform de specificatie van de klant een bedieningsgarnituur overeenkomstig specificaties van de producent meegeleverd teneinde het bedieningsgemak te verhogen, terwijl de bediening dan wel ter rechter dan wel ter linker zijde van het rooster plaats kan vinden, overeenkomstig specificatie van de klant.


blad 9 van 22

2

VOORSCHRIFTEN VOOR DE VERWERKING

2.1

Levering van ventilatieroosters Muurdempers overeenkomstig dit attest, zijn bij levering voorzien van de identificatie-code als vermeld in art. 1.2.1. De muurdempers worden, tezamen met de inlaatkappen en de ventilatieroosters in gesloten toestand in krimpfolie verpakt aangeleverd op de bouwplaats. Een verwerkingsvoorschrift wordt aan de opdrachtgever ter beschikking gesteld.

2.2

Transport en opslag Bij transport moeten roosters in gesloten stand staan. Opslag dient zodanig te geschieden, dat daardoor beschadigingen of vervuilingen worden voorkomen. Dempers, inlaatkappen en ventilatieroosters in opslag dienen bij voorkeur droog en los van de vloer te worden opgeslagen.

2.3

Algemeen montagevoorschrift Teneinde prestaties te kunnen leveren als hierna in hoofdstuk 3. vermeld, dient de uitvoering van plaatsing van muurdempers in gevelconstructies te geschieden overeenkomstig de specificaties als hiervoor in paragraaf 1.5 omschreven. Zulks met inachtname van tekeningen als hierna op blad 15 en verder in het attest opgenomen. Voorts dient verwerking te geschieden overeenkomstig de verwerkingsvoorschriften van de attesthouder met inachtname van het hiervoor gestelde.

2.4

Verwerking van kit Instructies voor de verwerking van kit als afdichting moeten overeenkomstig het verwerkingsvoorschrift van de kitleverancier nauwgezet worden opgevolgd. Bij verwerking op de bouwplaats mag kit niet worden verwerkt bij temperaturen beneden 5 o C.

2.5

Bescherming na montage Na de montage dienen ten tijde van de bouw effectieve maatregelen genomen te worden om ventilatieroosters te beschermen tegen beschadiging of vervuiling als gevolg van opwaaiend zand of van de gevel afvloeiend vervuild (cement-)water o.d.

2.6

Cementvlekken Aantasting door cement of kalk moet worden voorkomen. In voorkomende geval direct met veel schoon leidingwater wegspoelen. Bij voorkeur niet wrijven. Alleen in geval van hardnekkige vlekken deze in rondgaande bewegingen met veel water (zacht) wegwrijven. Ingedroogde vlekken van kalk of cement zijn niet meer te verwijderen!

2.7

Reiniging en onderhoud Voor reiniging en onderhoud van de aluminium delen van muurdempers, wordt hier verwezen naar de onderhoudsvoorschriften zoals die door de VMRG te Nieuwegein worden gepubliceerd. Reiniging van het gaas in de ventilatieroosters dient regelmatig, doch tenminste eenmaal per jaar te geschieden door het afnemen van het rooster en reinigen van het gaas door schoonblazen, eventueel met een sopje van alkalivrije zeep.


blad 10 van 22

3

PRESTATIES

3.1

Prestaties uit oogpunt van veiligheid ALGEMENE STERKTE VAN DE BOUWCONSTRUCTIE; BB-Afdeling 2.1

3.1.1

Sterkte; BB-art. 2.2, 2.3 en 2.4

3.1.1.1 Een muurdemper geplaatst in een gevelelement voldoet aan afd. 2.1 van het Bouwbesluit, bepaald overeenkomstig art. 2.2, 2.3 en 2.4 van het Bouwbesluit, tot een rekenwaarde van de windbelasting van ten minste 2900 Pa.

Figuur 1 Verdeling van Nederland in windsnelheidsgebieden volgens NEN-EN 1991-1-4/NB. Gebied 1: Markermeer, IJsselmeer, Waddenzee, Waddeneilanden en de provincie Noord-Holland ten noorden van de gemeenten Heemskerk, Uitgeest, Wormerland, Purmerend en Edam-Volendam; Gebied 2: Het resterende deel van de provincie Noord-Holland, het vasteland van de provincies Groningen en Friesland en de provincies Flevoland, ZuidHolland en Zeeland; Gebied 3: Het resterende deel van Nederland. Tabel 2 geeft de toepassingsvoorwaarden voor ventilatieroosters met betrekking tot de sterkte en de waterdichtheid, zoals die bij een bepaalde locatie en (ge-)bouwhoogte behoren. Deze voorwaarden hebben relatie met de optredende stuwdruk met betrekking tot de sterkte, overeenkomstig bepalingen in NEN-EN 1991-1-4/NB en met de toetsingsdruk met betrekking tot de waterdichtheid, overeenkomstig bepalingen in NEN 2778, waarbij geen waterlekkage mag optreden. Zie voor de prestaties van de geattesteerde ventilatieroosters als beschreven in dit attest hoofdstuk 3.1.1, resp. hoofdstuk 3.2.4.

Tabel 2

Druk in Pascal (N/m2) zoals die voor ventilatieroosters in verband met sterkte (stuwdruk) en waterdichtheid (toetsingsdruk) gelden.

Hoogte dakrand boven maaiveld

m 8 15 25 40 80 150

WINDSNELHEIDSGEBIED*)

kust sterkte water 1510 330 1710 380 1880 430 2040 480 2300 560 2540 650

I onbebouwd sterkte water 940 240 1160 310 1360 370 1550 440 1860 540 2150 650

bebouwd sterkte water 730 100 960 180 1160 270 1350 360 1660 500 1960 650

kust sterkte water 1260 250 1430 300 1570 340 1710 370 1920 430 2130 520

II onbebouwd sterkte water 790 170 980 220 1140 280 1300 340 1550 430 1800 520

III bebouwd sterkte water 620 80 800 140 970 210 1130 280 1390 400 1650 510

onbebouwd sterkte water 650 120 800 170 940 220 1070 260 1280 340 1480 420

bebouwd sterkte water 510 70 660 120 800 170 930 230 1150 320 1350 420

*) Zie figuur 1 voor de indeling in windsnelheidsgebieden Voor tussenliggende waarden met betrekking tot de sterkte gelden waarden als vermeld in tabel NB.5 van NEN-EN 1991-1-4/NB. Voor tussenliggende waarden met betrekking tot de waterdichtheid (veelvouden van 50 Pascal) mag i.v.m. de hoogte rechtlijnig geinterpoleerd worden.


blad 11 van 22

BEPERKING VAN HET ONTWIKKELEN VAN BRAND EN ROOK; BB-Afd. 2.9 (FACULTATIEF) 3.1.2

Binnenoppervlak; BB-artikel 2.67 De bijdrage tot brandvoortplanting en de ontwikkeling van rook van de ventilatieroosters is niet beoordeeld. Overeenkomstig art. 2.70 van het Bouwbesluit geldt, dat er geen eis met betrekking tot de klasse van brandvoortplanting en ontwikkeling van rook wordt gesteld aan 5% van de totale oppervlakte van de bedoelde constructie-onderdelen van iedere afzonderlijke ruimte. Muurdempers vallen doorgaans onder deze 5%. De bijdrage tot brandvoortplanting van muurdempers is niet beoordeeld. De met betrekking tot de brandveiligheid in rekening te brengen oppervlakte van muurdempers wordt bepaald uit de afmeting van het voor plaatsing benodigde gat, als bepaald in 1.3.

3.1.3

Buitenoppervlak; BB-artikel 2.68 De bijdrage tot brandvoortplanting en de ontwikkeling van rook van de ventilatieroosters is niet beoordeeld. Overeenkomstig art. 2.70 van het Bouwbesluit geldt, dat er geen eis met betrekking tot de klasse van brandvoortplanting en ontwikkeling van rook wordt gesteld aan 5% van de totale oppervlakte van de bedoelde constructie-onderdelen van iedere afzonderlijke ruimte. Muurdempers vallen doorgaans onder deze 5%. De (bijdrage aan de) rookproductie van de ventilatie-roosters is niet beoordeeld. De met betrekking tot de brandveiligheid in rekening te brengen oppervlakte van ventilatie-roosters is gegeven in 1.3.

3.1.4

Constructieonderdeel; BB-artikel 2.72 De bijdrage tot brandvoortplanting en de ontwikkeling van rook van de ventilatieroosters is niet beoordeeld. INBRAAKWERENDHEID, NIEUWBOUW; BB-Afd. 2.15

3.1.5

Reikwijdte; BB-artikel 2.130 Indien de ventilatierooster inbouwbreedte groter is dan 0,25 m en de inbouwhoogte groter dan 0,15 m; of een inbouw Ø groter dan 0,25 m en de roosters bereikbaar zijn voor inbraak volgens NEN 5087, dan dienen de roosters te voldoen aan NEN 5096 klasse 2.

3.2

Prestaties uit oogpunt van gezondheid BESCHERMING TEGEN GELUID VAN BUITEN; BB-Afd. 3.1

3.2.1

Geluid van buiten; BB-artikel 3.2 De karakteristieke geluidwering van de uitwendige scheidingsconstructie (GA;k) kan worden berekend, indien de geluiddemping van de onderdelen van de buitengevel (GA) bekend is. De geluiddemping van ventilatieroosters wordt uitgedrukt in de grootheid Dn,e;A. De waarde van deze grootheid voor muurdempers opgenomen in een gevelelement, bepaald overeenkomstig EN ISO 140-3, bedraagt: Tabel 3

Geluiddemping Dne,,A van ALUSTA muurdempers

Roostertype

Muurdemper MD28K25V MD28K22V MD28K20V MD28K16V MD25K20V MD25K16V MD20K16V MD20K11V RONDO 25K20V MONUMENT 25K20V ELEGANCE 110 ELEGANCE 160 Dak- & Wangdemper DD25K20V WD25K20V (grote kap) WD25K20V (midden kap)

3.2.2

Geluiddemping Dn,a,A in geopende stand van het rooster

Geluiddemping Dn,a,A in gesloten stand van het rooster

-45 dB(A) -40 dB(A) -37 dB(A) -35 dB(A) -42 dB(A) -37 dB(A) -43 dB(A) -37 dB(A) -41 dB(A) -42 dB(A) -40 dB(A) -49 dB(A)

-55 dB(A) -53 dB(A) -51 dB(A) -51 dB(A) -52 dB(A) -51 dB(A) -54 dB(A) -51 dB(A) -54 dB(A) -53 dB(A) -54 dB(A) -54 dB(A)

-39 dB(A) -34 dB(A) -36 dB(A)

-50 dB(A) -50 dB(A) -52 dB(A)

Industrie-, wegof spoorweglawaai; BB-artikel 3.3 De karakteristieke geluidwering van de uitwendige scheidingsconstructie (GA;k) kan worden berekend, indien de geluiddemping van de onderdelen van de buitengevel (GA) bekend is. De geluiddemping van ventilatieroosters wordt uitgedrukt in de grootheid D n,e;A. De waarde van deze grootheid voor ventilatieroosters in geopende stand opgenomen in een gevelelement, bepaald overeenkomstig EN ISO 140-3, bedraagt zoals weergegeven in paragraaf 3.2.1.

KOMO® attest Alusta natuurlijke ventilatietechniek BV Nummer: SKG.0090.0510.02.NL 3.2.3

blad 12 van 22

Luchtvaartlawaai; BB-artikel 3.4 (facultatief) De karakteristieke geluidwering van de uitwendige scheidingsconstructie (GA;k) kan worden berekend, indien de geluiddemping van de onderdelen van de buitengevel (GA) bekend is. De geluiddemping van ventilatieroosters wordt uitgedrukt in de grootheid D n,e;A. De waarde van deze grootheid voor ventilatieroosters in geopende stand opgenomen in een gevelelement, bepaald overeenkomstig EN ISO 140-3, bedraagt zoals weergegeven in paragraaf 3.2.1. WERING VAN VOCHT; BB-Afd. 3.5

3.2.4

Wering van vocht van buiten; BB-artikel 3.21

3.2.4.1 Waterdichtheid in gesloten stand van het rooster Geplaatst in een gevelelement is de muurdemper in gesloten toestand waterdicht, tot een maximale toetsingsdruk van 1000 Pa. Hierdoor zijn de ventilatieroosters met betrekking tot waterdichtheid ongelimiteerd toepasbaar en geschikt voor toepassing in bouwwerken in Nederland. De waterdichtheid is bepaald overeenkomstig NEN-EN 1027, onbeschermde opstelling, als voorgeschreven in BRL 5701. Opmerking: In tabel 2 van dit attest zijn de toetsingsdrukken vermeld, welke voor de verschillende windsnelheidsgebieden in de norm gegeven zijn voor het bepalen van het toepassingsgebied van gevelvullingen met betrekking tot de waterdichtheid. 3.2.4.2 Waterdichtheid in geopende stand van het rooster Muurdempers in geopende stand zijn bij toepassing van fijnmazig gaas met maaswijdte 1,7 x 1,7 mm, bepaald overeenkomstig NEN-EN 1027,onbeschermde opstelling, waterdicht tot een positief luchtdrukverschil, gemeten over de constructie tussen buiten en binnen, van 50 Pascal voor alle combinaties van muurdempers en roostertypen. LUCHTVERVERSING; BB-AFD. 3.6 3.2.5

Luchtverversing verblijfsgebied, verblijfsruimte, toilet- en badruimte; BB-artikel 3.29 Of een gebouw, afhankelijk van het oppervlak van de verblijfsgebieden en indeling, voldoet aan tabel 3.28 van het Bouwbesluit moet per gebouw worden bepaald. Bij deze bepaling kan gebruik worden gemaakt van de in onderstaande tabel(len) vermelde gegevens van de ventilatiecapaciteit van de ventilatieroosters in geheel geopende stand, bepaald overeenkomstig NEN 1087. Tabel 4

Capaciteit van de ventilatieroosters bij een drukverschil van 1 Pa als bedoeld in NEN 1087

Roostertype Muurdemper MD28K25V MD28K22V MD28K20V MD28K16V MD25K20V MD25K16V MD20K16V MD20K11V RONDO 25K20V MONUMENT 25K20V ELEGANCE 110 ELEGANCE 160 Dak- & Wangdemper DD25K20V WD25K20V (grote kap) WD25K20V (midden kap)

Capaciteit q v 8,0 dm3/m.s 15,0 dm3/m.s 17,6 dm3/m.s 18,8 dm3/m.s 13,0 dm3/m.s 15,9 dm3/m.s 8,6 dm3/m.s 13,3 dm3/m.s 9,8 dm3/m.s 11,3 dm3/m.s 11,9 dm3/m.s 8,8 dm3/m.s 9,7 dm3/m.s 14,2 dm3/m.s 12,3 dm3/m.s

KOMO® attest Alusta natuurlijke ventilatietechniek BV Nummer: SKG.0090.0510.02.NL Tabel 5

blad 13 van 22

Bijdrage aan de luchtvolumestroom in dm3/m.s, bepaald bij verschillende drukverschillen

Roostertype

capaciteit qv dm3/m.s Pa=1 Pa







-MD28K25V -MD28K22V -MD28K20V -MD28K16V

8,0 15,0 17,6 18,8

11,5 21,3 24,9 26,6

18,5 33,6 39,4 42,1

26,5 47,5 55,7 59,5

38,0 67,2 78,8 84,2

61,2 106,3 124,6 133,1

87,7 150,3 176,2 188,2

-MD25K20V -MD25K16V -MD20K16V -MD20K11V

13,0 15,9 8,6 13,3

18,4 22,4 12,2 18,8

29,0 35,5 19,3 29,7

41,0 50,2 27,3 42,0

58,0 70,9 38,6 59,4

91,8 112,1 61,1 93,9

129,8 158,6 86,4 132,8

-RONDO 25K20V -MONUMENT 25K20V -ELEGANCE 110 -ELEGANCE 160

9,8 11,3 11,9 8,8

13,9 16,0 16,9 12,5

22,2 25,4 26,7 19,7

31,6 35,9 37,8 27,9

45,1 50,7 53,4 39,4

71,9 80,2 84,4 62,3

102,4 113,4 119,4 88,1

9,7 14,2 12,3

13,7 20,1 17,4

21,7 31,8 27,5

30,7 44,9 39,0

43,4 63,5 55,1

68,7 100,5 87,1

97,1 142,1 123,2

MUURDEMPERS:

DAK- & WANG DEMPERS: -DD25K20V -WD25K20V -WD25K20V

3.2.6

Thermisch comfort; BB-artikel 3.30 De luchttoevoer door het ventilatierooster leidt niet tot verstoring van het thermisch comfort van de leefzone overeenkomstig NEN 1087, indien de opening van het rooster ten minste 1.8 m boven de vloer is aangebracht.

3.2.7

Regelbaarheid; BB-artikel 3.31 Een voorziening voor natuurlijke toevoer van verse lucht is regelbaar in het gebied van 0% tot 30% van de capaciteit als bedoeld in artikel 3.29 en heeft, bepaald volgens NEN 1087, naast een laagste stand van ten hoogste 10% van die capaciteit en een stand van 100% van die capaciteit, ten minste twee regelstanden in het regelgebied die onderling ten minste 10% in capaciteit verschillen. De muurdempers zijn traploos regelbaar en voldoet daarmee aan NEN 1087.

3.2.8

Luchtkwaliteit; BB-artikel 3.34 Bij een luchtdrukverschil van 5 pascal voldoet het ventilatierooster aan de gestelde eisen van het Bouwbesluit met betrekking tot de toevoer van verse lucht en de afvoer van binnenlucht. BESCHERMING TEGEN RATTEN EN MUIZEN; BB-AFD. 3.10

3.2.9

Openingen; BB-artikel 3.69 In de ventilatieroosters, opgenomen in gevelelementen, zijn geen onafsluitbare openingen aanwezig breder dan 0,01 m.

KOMO® attest Alusta natuurlijke ventilatietechniek BV Nummer: SKG.0090.0510.02.NL 3.3

blad 14 van 22

Prestaties uit oogpunt van energiezuinigheid en milieu ENERGIEZUINIGHEID; BB-Afd. 5.1

3.3.1

Thermische isolatie; BB-artikel 5.3 In BB-artikel 5.3 wordt gesteld dat voor een oppervlakte, van ten hoogste 2% van de gebruiksoppervlakte van de uitwendige scheidingsconstructies geen eis geldt met betrekking tot de thermische isolatie. Muurdempers vallen onder deze 2%. De thermische eigenschappen van het ventilatierooster zijn niet beoordeeld. De met betrekking tot de thermische isolatie in rekening te brengen oppervlakte de muurdempers is gegeven in 1.3

3.3.2

Luchtvolumestroom; BB-artikel 5.4 De bijdrage aan de luchtvolumestroom bij gesloten stand van het rooster (bij een luchtdrukverschil van 10 Pa), bepaald volgens NEN-EN 1026 is weergegeven in onderstaande tabel. De aansluiting naar de luchtlekkage per m 1 sluitnaad (kierlengte) als gehanteerd in NEN-EN 1026 wordt gevonden door de waarden als vermeld in onderstaande te delen door de omtrek van het rooster als bepaald in 1.3. Tabel 6

Luchtlekkage in m3/m.s bij 10 Pa

Roostertype

Drukverschil (Pa) 10 Pa

Alle typen ALUSTA MUURDEMPERS behalve ELEGANCE

0,0001m3/m.s

ELEGANCE MUURDEMPERS

0,000m3/m.s


blad 15 van 22

4

WENKEN VOOR DE GEBRUIKER

4.1

Bestellen De gebruiker dient in voorkomende gevallen de fabrikant kenbaar te maken of de muurdemper wordt toegepast in het kustgebied (afstand tenminste 25 km uit de kust) of in een ander gebied met agressieve omstandigheden, in welke situatie de muurdemper voorzien wordt van een 2- laags poedercoatsysteem met een laagdikte van tenminste 90 mu.

4.2

Controle op het geleverde Bij aflevering van de in de specificatie vermelde producten inspecteren of: - geleverd is wat is overeengekomen; - de identificatie-code en de wijze van aanbrengen juist zijn; - de producten geen zichtbare gebreken vertonen als gevolg van transport en dergelijke.

4.3

Afkeur Indien op grond van het onder 4.1 gestelde tot afkeur wordt overgegaan, dient contact te worden opgenomen met de attesthouder c.q. producent.

4.4

Reiniging/ Onderhoud In verband met het goede functioneren van de muurdemper is reiniging door regelmatig schoonmaakonderhoud (2 á 4 keer per jaar) aan te bevelen. Voor het reinigen van het oppervlak van de demper kan gebruik gemaakt worden van een sopje van alkalivrije zeep (neutraal afwasmiddel). In hardnekkige gevallen kan gebruik gemaakt worden van producten waarmee de lak van auto’s wordt gereinigd. Goed naspoelen met schoon leidingwater. Het gebruik van schuurmiddelen en/of synthetische reinigingsmiddelen is niet toegestaan. Voor wat betreft de insectenwerende perforatie kan volstaan worden met “schoonblazen”

4.5

Gebruiksvoorschrift Een gebruiksvoorschrift voor de gebruiker wordt standaard bij elke muurdemper meegeleverd. Een regelmatige bediening van de demper is de beste garantie voor een blijvend goed functioneren van de muurdemper.

5

EISEN TE STELLEN AAN HET KWALITEITSSYSTEEM Het kwaliteitssysteem van de attesthouder draagt er zorg voor, dat de productie van de muurdempers te allen tijde in overeenstemming is met de technische specificatie als gegeven in hoofdstuk 1 in dit attest.

KOMO® attest Alusta natuurlijke ventilatietechniek BV Nummer: SKG.0090.0510.02.NL 6

TEKENINGEN

Muurdemper / type Muurdemper 25 K 20V / doorsnede inbouw

blad 16 van 22

KOMO® attest Alusta natuurlijke ventilatietechniek BV Nummer: SKG.0090.0510.02.NL Muurdemper / type Rondo 25 K 20V / doorsnede inbouw

blad 17 van 22

KOMO® attest Alusta natuurlijke ventilatietechniek BV Nummer: SKG.0090.0510.02.NL Muurdemper / type Monument 25 K 20V / doorsnede inbouw

blad 18 van 22

KOMO® attest Alusta natuurlijke ventilatietechniek BV Nummer: SKG.0090.0510.02.NL Muurdemper / type Elegance / doorsnede inbouw in een spouwmuur.

Bovenstaande foto’s tonen de demper in open en gesloten toestand.

blad 19 van 22

KOMO® attest Alusta natuurlijke ventilatietechniek BV Nummer: SKG.0090.0510.02.NL Muurdemper / type Wangdemper 25 K 20V / doorsnede inbouw

blad 20 van 22

KOMO® attest Alusta natuurlijke ventilatietechniek BV Nummer: SKG.0090.0510.02.NL Muurdemper / type Dakdemper 25 K 20V / doorsnede inbouw

blad 21 van 22

KOMO® attest Alusta natuurlijke ventilatietechniek BV Nummer: SKG.0090.0510.02.NL Muurdempers / Montage en Onderhoud van de Alusta muurdempers

blad 22 van 22

Alusta Natuurlijke Ventilatietechniek BV ventilatieroosters

Recommend Documents