Aanvulling 3 op het Pensioenreglement 2011

Aanvulling 3 op

het Pensioenreglement 2011

Het Pensioenreglement 2011 geldend voor werknemers voor wie op 31 juli 2011 het pensioenreglement 2008 van toepassing is dan wel in dienst getreden op of na 1 augustus 2011

Stichting Pensioenfonds Staples

1

AANVULLING 3

Per 1 januari 2014 zijn de volgende artikelen en bijlagen gewijzigd en komen als volgt te luiden: 1.

Artikel 2.3.2 wordt als volgt aangepast:

De opbouw van ouderdomspensioen in enig jaar bedraagt 1,88% van de pensioengrondslag – als bedoeld in artikel 2.1.

– in het betreffende jaar. Het ouderdomspensioen is gelijk aan de som van de in elk van de deelnemersjaren opgebouwde

aanspraak op ouderdomspensioen en de op grond van artikel 2.6. respectievelijk artikel 10. verleende toeslagen.

2.

Artikel 2.4.2 wordt als volgt aangepast:

Het partnerpensioen bedraagt 70% van het ouderdomspensioen dat de deelnemer tijdens het deelnemerschap bij een

ongewijzigde pensioengrondslag op de pensioendatum zou hebben ontvangen. In afwijking van artikel 2.3.2. geldt voor

de berekening van de hoogte van het ouderdomspensioen het opbouwpercentage zoals dit tot en met 31 december 2013

heeft gegolden en zoals dat is vastgelegd in het tot en met deze datum geldende pensioenreglement.

3.

Artikel 4.5.1. wordt als volgt aangepast:

Indien de Deelnemer Arbeidsongeschikt raakt, behoudt hij, met inachtneming van het in dit artikel bepaalde, aanspraken

op ouderdoms-, partner- en wezenpensioen en op de beschikbare premies die hij bij de voortzetting van het deelnemerschap

tot de Pensioendatum of tot eerder overlijden zou hebben verkregen. Indien bij aanvang van het deelnemerschap

reeds sprake is van gedeeltelijke Arbeidsongeschiktheid als bedoeld in artikel 4.5.3., behoudt hij slechts aanspraak op

voortzetting zoals in dit artikel beschreven, voor zover sprake is van toename van de Mate van Arbeidsongeschiktheid

ten opzichte van de Mate van Arbeidsongeschiktheid bij aanvang van het deelnemerschap.

4.


De in het vorige lid bedoelde aanspraken worden berekend op basis van het Pensioengevend jaarsalaris, zoals dat geldt

2

op 1 mei voorafgaande aan het tijdstip waarop recht op een WAO- of WIA-uitkering is ontstaan, op basis van de arbeids-

duur zoals die geldt op het moment van Arbeidsongeschikt worden en de Mate van Arbeidsongeschiktheid zoals bedoeld

in artikel 4.5.3., zoals deze gold bij beëindiging van het dienstverband zoals bedoeld in artikel 1.3.2.

5.


Indien de Arbeidsongeschiktheid wijzigt en daarmee de Mate van Arbeidsongeschiktheid wijzigt, worden de aanspraken

over de periode vanaf het moment van wijziging tot de Pensioendatum opnieuw overeenkomstig dit artikel vastgesteld.

Het een en ander met inachtneming van het bepaalde in artikel 1.3.2. Ingeval na beëindiging van het dienstverband zoals

bedoeld in artikel 1.3.2. een verhoging in de Mate van Arbeidsongeschiktheid plaatsvindt, wordt deze verhoging niet

meer meegenomen in de berekening van de aanspraken overeenkomstig dit artikel. Verlagingen worden wel meegenomen

in de berekening van de aanspraken overeenkomstig dit artikel. Werken op basis van arbeidstherapie wordt niet

beschouwd als werkzaam zijn.

Aanvulling 3 op Pensioenreglement 2011

6.


Indien de Deelnemer minder dan 15% (WAO) respectievelijk 35% (WIA) Arbeidsongeschikt wordt, kunnen aan dit artikel

geen verdere rechten worden ontleend en is het bepaalde in artikel 4.3.2. van toepassing.

In afwijking van bovenstaande geldt dat indien de Deelnemer binnen vier weken na beëindiging van de wachttijd alsnog

meer dan 15% (WAO) respectievelijk 35% (WIA) Arbeidsongeschikt wordt verklaard, de bepalingen uit hoofde van dit

artikel van toepassing zijn.

7.

Artikel 5.2. wordt als volgt aangepast:

5.2. Aanvang en beëindiging

Het excedent-arbeidsongeschiktheidspensioen wordt uitgekeerd vanaf het moment dat de Deelnemer, waarvoor

een Pensioengevend jaarsalaris voor het excedent-arbeidsongeschiktheidspensioen van toepassing is, een arbeids-

ongeschiktheidsuitkering geniet krachtens de WAO of de WIA, voor zover sprake was van Deelnemerschap op de

eerste ziektedag. Indien de Deelnemer naast een arbeidsongeschiktheidsuitkering krachtens de WAO of de WIA

een aanvullende uitkering geniet van de Aangesloten Onderneming die verband houdt met zijn Arbeidsongeschiktheid,

gaat het excedent-arbeidsongeschiktheidspensioen pas in vanaf het moment dat deze aanvullende uitkering is beëindigd.

Het excedent-arbeidsongeschiktheidspensioen zal worden uitgekeerd zolang de arbeidsongeschiktheidsuitkering

krachtens de WAO of de WIA voortduurt, doch uiterlijk tot de Pensioendatum.

8.

Artikel 5.4. wordt als volgt aangepast:

5.4. Gedeeltelijke Arbeidsongeschiktheid

Bij een WAO- of WIA uitkering ingevolge een Mate van Arbeidsongeschiktheid van minder dan 80% is het excedent-

arbeidsongeschiktheidspensioen een percentage van het onder 5.3. omschreven excedent-arbeidsongeschiktheids-

pensioen. Artikel 4.5.5. is van overeenkomstige toepassing.

9.


Bij alle wijziging van de Mate van Arbeidsongeschiktheid tussen de aanvang van uitkering van het excedent-

arbeidsongeschiktheidspensioen en het moment waarop het excedent-arbeidsongeschiktheidspensioen wordt

beëindigd, wordt het excedent-arbeidsongeschiktheidspensioen aangepast conform het hierna bepaalde.

De (Gewezen) Deelnemer is verplicht de Stichting onmiddellijk in kennis te stellen van elke herziening van de

in dit artikel bedoelde WAO- respectievelijk WIA-uitkering.


3

10. Artikel 15.3 Overgangsbepalingen wordt als volgt gewijzigd: b.2. Garantieregeling II

4

Voor degene die op 31 december 2005 Deelnemer was aan het op dat moment geldende pensioenreglement van de

Stichting geldt een aanvullend garantierecht (hierna Garantierecht II). Ingeval op grond van de vanaf 1 januari 2006

geldende pensioenregeling, inclusief de aanspraken uit hoofde van de Garantieregeling I, niet op de leeftijd van

63 jaar met hetzelfde behaalbaar uitkeringsniveau – als mogelijk zou zijn geweest indien het deelnemerschap aan

de tot 1 januari 2006 geldende pensioenregeling onverminderd zou zijn voortgezet – vervroegd met pensioen kan

worden gegaan (FLUIT), wordt voor de betrokkene een extra bedrag (in Euro’s) aan jaarlijkse pensioenopbouw voor

het ouderdomspensioen en partnerpensioen vastgesteld. Deze jaarlijkse extra opbouw wordt eenmalig vastgesteld

op 31 december 2005 op basis van het op die datum geldende Pensioengevende jaarsalaris. De extra pensioenopbouw

wordt met ingang van 1 januari 2014 beëindigd. Een eventuele aanpassing van de reeds opgebouwde aanspraken

geschiedt conform het bepaalde in artikel 2.6.

De veronderstelling in de berekening van het partnerpensioen dat de Deelnemer tot de Pensioendatum Deelnemer zou

zijn gebleven met behoud van het laatst geldende Pensioengevend jaarsalaris (artikel 2.4.3.) geldt niet voor het extra

partnerpensioen uit hoofde van de Garantieregeling II.

Bij Arbeidsongeschiktheid geldt dat geen voortzetting van de opbouw van aanspraken uit hoofde van Garantieregeling II

plaatsvindt. Bij gedeeltelijke Arbeidsongeschiktheid vindt een voortzetting uit hoofde van Garantieregeling I plaats naar rato.

De hoogte van het Garantierecht II op 1 januari 2006 wordt aan de betreffende Deelnemers gemeld in een aparte

pensioenbrief. De methodiek waarop dit garantierecht wordt vastgesteld, ligt vrijelijk ter inzage bij de Stichting.


BIJLAGE 1

Afkoop kleine pensioenen (art. 1.11 pensioenreglement)

Afkoop ingegaan wezenpensioen Afkooptarief

Afkoopgrens (2014) € 458,06

Leeftijd op afkoopdatum

voor € 1 wezenpensioen

0

16,0743

1

15,5339

2

14,9769

3

14,4016

4

13,8075

5

13,1939

6

12,5600

7

11,9039

8

11,2232 10,5172

9

10

9,7847

11

9,0248

12

8,2370

13

7,4213

14

6,5778

15

5,7069

16

4,8091

17

3,8862

18

2,9406

19

1,9756

20

0,9943

21

0,0000


5

Afkoop ouderdomspensioen Pensioenleeftijd = 65 Leeftijd op afkoopdatum

Afkooptarief voor

Afkoop latent partnerpensioen Leeftijd op afkoopdatum

€ 1 ouderdomspensioen

Afkooptarief voor € 1 partnerpensioen

21 4,3161

21 0,9860

22 4,4489

22 1,0159

23 4,5857

23 1,0473

24 4,7267

24 1,0802

25 4,8718

25 1,1148

26 5,0211

26 1,1513

27 5,1745

27 1,1892

28 5,3322

28 1,2280

29 5,4942

29 1,2683

30 5,6606

30 1,3094

31 5,8313

31 1,3521

32 6,0066

32 1,3964

33 6,1863

33 1,4427

34 6,3706

34 1,4907

35 6,5595

35 1,5410

36 6,7530

36 1,5929

37 6,9508

37 1,6467

38 7,1530

38 1,7018

39 7,3597

39 1,7586

40 7,5706

40 1,8174

41 7,7863

41 1,8783

42 8,0074

42 1,9417

43 8,2336

43 2,0075

44 8,4649

44 2,0761

45 8,7013

45 2,1468

46 8,9443

46 2,2190

47 9,1956

47 2,2922

48 9,4553

48 2,3665

49 9,7244

49 2,4409

50 10,0030

50 2,5160

51 10,2930

51 2,5917

52 10,5962

52 2,6681

53 10,9131

53 2,7459

54 11,2451

54 2,8241

55 11,5927

55 2,9031

56 11,9567

56 2,9830

57 12,3370

57 3,0630

58 12,7344

58 3,1423

59 13,1486

59 3,2210

60 13,5797

60 3,2990

61 14,0254

61 3,3779

62 14,4837

62 3,4575

63 14,9545

63 3,5350

64 15,4348

64 3,6119

65 15,9234

65 3,6871

6


Afkoop ingegaan partnerpensioen Leeftijd

Afkooptarief

Leeftijd

Afkooptarief

Leeftijd

Afkooptarief

op

voor

op

voor

op

voor

afkoopdatum

€ 1 partnerpensioen

afkoopdatum


afkoopdatum


20

29,2658

51

22,0207

82

7,6728

21

29,1238

52

21,6756

83

7,1862

22

28,9766

53

21,3234

84

6,7162

23

28,8242

54

20,9628

85

6,2615

24

28,6667

55

20,5935

86

5,8238

25

28,5036

56

20,2141

87

5,4049

26

28,3354

57

19,8264

88

5,0074

27

28,1616

58

19,4316

89

4,6357

28

27,9827

59

19,0287

90

4,2856

29

27,7985

60

18,6173

91

3,9549

30

27,6090

61

18,1975

92

3,6484

31

27,4131

62

17,7683

93

3,3698

32

27,2110

63

17,3296

94

3,1131

33

27,0022

64

16,8800

95

2,8662

34

26,7869

65

16,4194

96

2,6456

35

26,5645

66

15,9489

97

2,4417

36

26,3352

67

15,4701

98

2,2601

37

26,0988

68

14,9807

99

2,0984

38

25,8554

69

14,4811

100

1,9553

39

25,6049

70

13,9712

101

1,8381

40

25,3472

71

13,4529

102

1,7300

41

25,0820

72

12,9289

103

1,6302

42

24,8092

73

12,3999

104

1,5384

43

24,5288

74

11,8671

105

1,4538

44

24,2407

75

11,3343

106

1,3762

45

23,9453

76

10,8009

107

1,3049

46

23,6420

77

10,2663

108

1,2395

47

23,3314

78

9,7330

109

1,1796

48

23,0136

79

9,2037

110

1,1249

49

22,6893

80

8,6819

50

22,3583

81

8,1720

Ruil latent partnerpensioen in extra ouderdomspensioen (art. 9.4. en 9.5. pensioenreglement) In de volgende tabel staat het ouderdomspensioen vermeld dat kan worden aangekocht als € 1.000 partnerpensioen wordt omgezet in ouderdomspensioen. Leeftijd

op het moment

Factor

van herschikking

Partnerpensioen

Partnerpensioen

Ouderdomspensioen

in €

in €

in €

voor omzetting

na omzetting

na omzetting

65 + 2 mnd

0,1820

1.000

0

182,00

65 + 1 mnd

0,1812

1.000

0

181,20

65

0,1805

1.000

0

180,50

64

0,1829

1.000

0

182,90

63

0,1851

1.000

0

185,10

62

0,1874

1.000

0

187,40

61

0,1896

1.000

0

189,60

0,1917

1.000

0

191,70

60


7

Ruil ouderdomspensioen in extra latent partnerpensioen (art. 9.5. pensioenreglement) In de volgende tabel staat het latent partnerpensioen vermeld dat kan worden aangekocht als € 1.000 ouderdomspensioen wordt omgezet in latent partnerpensioenpensioen. Leeftijd

Factor

op het moment

Om te zetten

ouderdomspensioen

van herschikking

in €

extra

partnerpensioen

na omzetting in €

60

4,3221

1.000

4.322,10

61

4,3597

1.000

4.359,70

62

4,3985

1.000

4.398,50

63

4,4419

1.000

4.441,90

64

4,4871

1.000

4.487,10

65

4,5346

1.000

4.534,60

Vervroeging ouderdomspensioen (art 8. pensioenreglement) In de onderstaande tabel staat het ouderdomspensioen vermeld voor en na vervroeging; er is verondersteld dat het partnerpensioen ongewijzigd blijft. Leeftijd

op het moment

Factor

Ouderdomspensioen voor vervroeging in €

van herschikking

Nieuwe

ingangsleeftijd

Ouderdomspensioen na vervroeging in €

60

0,7406

1.000

60

740,60

61

0,7847

1.000

61

784,70

62

0,8324

1.000

62

832,40

63

0,8839

1.000

63

883,90

64

0,9397

1.000

64

939,70

65

1,0000

1.000

65

1000,00

Vervroeging ouderdomspensioen (art 8. pensioenreglement) In de onderstaande tabel staat het ouderdomspensioen vermeld voor en na vervroeging; er is verondersteld dat het partnerpensioen zowel voor als na vervroeging 70% van het ouderdomspensioen bedraagt. Leeftijd

op het moment

Factor

Ouderdomspensioen in €

van herschikking

8

voor vervroeging

Nieuwe

ingangsleeftijd

Ouderdomspensioen na vervroeging in €

60

0,7684

1.000

60

768,40

61

0,8088

1.000

61

808,80

62

0,8520

1.000

62

852,00

63

0,8981

1.000

63

898,10

64

0,9474

1.000

64

947,40

65

1,0000

1.000

65

1000,00


Uitstel ouderdomspensioen naar ingangsmoment AOW In de onderstaande tabel staat het ouderdomspensioen vermeld voor en na uitstel; er is verondersteld dat het partnerpensioen zowel voor als na uitstel 70% van het ouderdomspensioen bedraagt. Leeftijd

op het moment

Factor

Ouderdomspensioen voor uitstel

ingangsleeftijd

Nieuwe

Ouderdomspensioen

van herschikking

na uitstel

65

1,0042

1.000

65 + 1 mnd

1004,20

65

1,0085

1.000

65 + 2 mnd

1008,50

Factoren met betrekking tot variatie in hoogte van het ouderdomspensioen (art. 9.7. pensioenreglement) De factoren hebben alleen betrekking op het ouderdomspensioen vanaf de pensioenleeftijd. Het (eventuele) partnerpensioen blijft door toepassing van dit flexibele element van het pensioenreglement onveranderd.

Hoog-laag constructie ouderdomspensioen 10% hoger, duur 5 jaar; partnerpensioen ongewijzigd Leeftijd

Factor 5 jaar

OP voor

omzetting in €

OP na omzetting gedurende de eerste 5 jaar in €

OP na omzetting in periode na eerste 5 jaar in €

65

1,0684

1.000

1.068,40

971,27

65 + 1 mnd

1,0683

1.000

1.068,30

971,18

65 + 2 mnd

1,0682

1.000

1.068,20

971,09


Factor 10 jaar

OP voor

omzetting in €



65

1,0434

1.000

1.043,40

948,55

65 + 1 mnd

1,0433

1.000

1.043,30

948,45

65 + 2 mnd

1,0431

1.000

1.043,10

948,27


Factor 5 jaar

OP voor

omzetting in €



65

1,2116

1.000

1.211,60

910,98

65 + 1 mnd

1,2113

1.000

1.211,30

910,75

65 + 2 mnd

1,2108

1.000

1.210,80

910,38


Factor 10 jaar

OP voor

omzetting in €



65

1,1280

1.000

1.128,00

848,12

65 + 1 mnd

1,1276

1.000

1.127,60

847,82

65 + 2 mnd

1,1269

1.000

1.126,90

847,29


9

BIJLAGE 2

Aanwendingstarief Module Beschikbare Premieregeling en Pensioenplus

Onderstaande tarieven gelden voor de aankoop van een direct ingaand ouderdomspensioen en een bijbehorend latent partnerpensioen. De tarieven voor € 1 direct ingaand ouderdomspensioen respectievelijk € 1 bijbehorend latent partnerpensioen zijn apart weergegeven. Onderstaande tarieven gelden voor het in 2014 aanwezige pensioenkapitaal. Tarief 2014 Leeftijd

Ouderdomspensioen

Latent

partnerpensioen

Leeftijd

Ouderdomspensioen

Latent

partnerpensioen

55 0,0401 0,2690 61 0,0462 0,2408 56 0,0410 0,2635 62 0,0475 0,2371 57 0,0419 0,2582 63 0,0489 0,2320 58 0,0428 0,2534 64 0,0504 0,2272 59 0,0439 0,2489 65 0,0520 0,2227 60 0,0450 0,2448 65+1 mnd 0,0522 0,2224

65+2 mnd

0,0523

0,2221

Aanwendingstarief Pensioenplus

Onderstaande tarieven gelden voor een direct ingaand partnerpensioen respectievelijk een direct ingaand wezenpensioen. Tarief 2014 Leeftijd partner

Partnerpensioen

Leeftijd partner

Partnerpensioen

Leeftijd partner

Partnerpensioen

20 0,0281 36 0,0311 52 0,0378 21 0,0282 37 0,0314 53 0,0385 22 0,0284 38 0,0317 54 0,0391 23 0,0285 39 0,0320 55 0,0398 24 0,0286 40 0,0323 56 0,0406 25 0,0288 41 0,0327 57 0,0414 26 0,0290 42 0,0330 58 0,0423 27 0,0291 43 0,0334 59 0,0432 28 0,0293 44 0,0338 60 0,0442 29 0,0295 45 0,0342 61 0,0452 30 0,0297 46 0,0347 62 0,0463 31 0,0299 47 0,0351 63 0,0475 32 0,0301 48 0,0356 64 0,0488 33 0,0304 49 0,0361 65 0,0502

10

34

0,0306

50

0,0367

65 + 1 mnd

0,0503

35

0,0309

51

0,0372

65 + 2 mnd

0,0505


Tarief 2014 Leeftijd wees

Wezenpensioen

Leeftijd wees

Wezenpensioen

Leeftijd wees

Wezenpensioen

0 0,0515 8 0,0744 16 0,1754 1 0,0534 9 0,0795 17 0,2175 2 0,0554 10 0,0855 18 0,2881 3 0,0577 11 0,0928 19 0,4298 4 0,0602 12 0,1018 20 0,8555 5 0,0631 13 0,1132 21 0,0000 6

0,0663

14

0,1279

7

0,0701

15

0,1476

BIJLAGE 3

Datum

Maximum

pensioengevend

Franchise

Grensbedrag-AO

Loonindex

Prijsindex

jaarsalaris

1 augustus 2011

EUR 82.700,00

EUR 12.922,00

EUR 49.297,00

-

-

1 januari 2012

EUR 82.700,00

EUR 12.922,00

EUR 50.065,00

1%

0%

1 april 2012

EUR 82.700,00

EUR 13.126,00

EUR 50.065,00

-

-

1 januari 2013

EUR 82.700,00

EUR 13.126,00

EUR 50.856,00

1%

0,45%

1 mei 2013

EUR 82.700,00

EUR 13.350,00

EUR 50.856,00

1 januari 2014

EUR 82.700,00

EUR 13.350,00

EUR 51.417,00

1 mei 2014

EUR 82.700,00

EUR 13.482,00

EUR 51.417,00

0,99%

0,33%


11

12


Aanvulling 3 op het Pensioenreglement 2011

Recommend Documents